Voor electrische treinen gelden, behalve de hiervoor genoemde seinen, bovendien de in dit Hoofdstuk genoemde seinen.



Vergelijkbare documenten
HOOFDSTUK III. Seinen op niet bepaalde plaatsen te geven. HOOFDSTUK III. Seinen op niet bepaalde plaatsen te geven. Sein 5. Sein 5. Veilig.

HOOFDSTUK IV. Seinen op bepaalde plaatsen te geven. (Vaste seinen).

HOOFDSTUK V. Seinen op treinen, rangeerdeelen en bijzondere voertuigen te geven.

PROVINCIAAL BLAD. Besluit tot vaststelling van het Tram Sein Reglement

Indeling seinbeelden per examenprogramma machinist, d.d. februari 2012 gebaseerd op seinenboek 2007 bijlage 4 en mening experts

Thematische veiligheidsaffiches

Beveiligingsvoorschriften yoor station VÜGHT.

BASISPRINCIPES VAN DE SEININRICHTING

Overzicht van seinen voor het theorie-examen rangeerder Gebaseerd op de Regeling Spoorverkeer, bijlage 4 bij artikel 24, februari 2013

Overzicht van seinen voor het theorie-examen rangeerder Gebaseerd op de Regeling Spoorverkeer, bijlage 4 bij artikel 24, juli 2015

Je leven is een omweg waard Sensibilisering over de spoorveiligheid

Overzicht van seinen voor het theorie-examen rangeerder Gebaseerd op de Regeling Spoorverkeer, bijlage 4 bij artikel 24, juli 2015

1. Wandeling Kala Nera Milies Kala Nera

Mijn spelboek over spoorveiligheid

Aluminium 400 x 300 mm 1 mm Aluminium 400 x 300 mm 2 mm

Naam:... Datum: =. 2 x 15 = =. 4 x 12 = =. 6 x 7 = =. 100 : 4 = =. 36 : 6 =.

6 e Voorjaarsrally. Navigatietechnieken 24 april Algemene bepalingen

Seinenboek NS Reizigers

AV2010 Om je naar het UBA-congres te begeven

Formulierenboek. Directeur ProRail VL Kees van Dijk / Wilco van der Wolf. Herman Tijsma. Definitief. Van Auteurs. Projectleider

UITLEG Traject ROOD 1 november 2008

Vastgesteld: naam... datum... Paraaf... cijfer = score x 0, ,8588 (met een minimum van 1).

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2)

Pas op borden. - Driehoekige borden met punt. naar boven met een rode rand. naar boven met een rode rand.

Kies 4 kinderen uit en zing de zeppelin. Rijd als een auto door de klas en geef iedereen een autodropje

6.11 UTRECHT / DE HAAR VEENENDAAL

Bijzondere verrichtingen

jaar: 1989 nummer: 17

Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA)

Mijn Modelbaan 2008 de bouw van de railspiraal

1, Zijn de hierna genoemde treinen opgaand of afkomend? a) Trein van Leerwarden naar Groningen. b) Trein van Geldermalsen naar Kesteren,

Frédéric Petit Mechelen, 14 november

Introductie. Werking van RallySafe Unit. 1 De unit aanzetten

Wat gaan we behandelen

Fleischmann Tachowagen HO



Elektro-magnetisme Q B Q A

5.9 PARKEREN ACHTER EEN VOERTUIG

Recht achteruit rijden

UITRUSTINGSVOORSCHRIFTEN. MARKERINGSBORDEN VRACHTWAGENS (m.u.v. trekkers en bussen) (ACHTERZIJDE)

HP Compaq 6710b Screen Replacement

Fischertechnik-Designer Tutorial

Symbolenlijst BVS en BVL voor treindienstleider VB, d.d. 01 mei 2018, versie 6

Vakkennis wijzigingsdocument Op de website VVRV update

INFONAMIDDAG SPOORWEGEN ELEKTRISCHE ASPECTEN 16 / 12 / 2005 INFRABEL ANTWERPEN

Vakbekwaamheidseisen (VBE) Kennis van de lijn Leiden-Haarlem v

Mkv Magnetisme. Vraag 1 Twee lange, rechte stroomvoerende geleiders zijn opgehangen in hetzelfde verticale vlak, op een afstand d van elkaar.

Eindexamen wiskunde B1 havo 2005-I

Voorgeschiedenis, Ontstaan en Evolutie van het NS-Lichtseinstelsel


Meer inzicht in spoorwegveiligheid

Basis handleiding imovie ios 8

Kart Afstellingen. Uit- spoor en toe- spoor

Vaarbewijs 1. Verlichting

nr criterium Vraagvariant 1 Vraagvariant 2 Vraagvariant 3

Gewijzigde dienstregeling

Spoor op Vleugels. Nieuwsbulletin Nr 13

Let op: Wij behandelen hier de agenda van een groep. De werking voor een client is nagenoeg identiek.

PTV hindernis beschrijvingen basis -TREC

Hoe hoog of laag je de toon moet spelen kun je zien aan de plek van de noot op de notenbalk.

Microsoft Office Tekstdocument alle systemen

IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica juli 2018: algemene feedback

Examen HAVO. wiskunde B1

INLEIDING VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN SYMBOLEN. De symbolen in deze gebruiksaanwijzing. Symbolen op het apparaat

Brancherichtlijn. Markeren van de grenzen van de werkplek (Behoort bij VVW- Trein)

Beste Autosporter, Indien u vragen heeft over dit voorbeeld kunt u contact opnemen met ons Secretariaat. Met vriendelijke Sportgroeten, MAC de Zeeuwen

memonummer: 02 betreft: Geleiding parkeren Marken

Zwanenbroeders. Rally Reglement. Zaterdag

NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN TECHNISCHE BEPALING

E40_1M 31 januari 1966 Formaat: 19 x 10 cm, gewoon NVPH-nrs: 369 Vluchtelingenzegel Opm: komt ook voor zonder dagstempel

Nieuwsbrief september 2012

Digitale remmodule. Installatiehandleiding. Modellspielwaren GmbH Am Bahnhof 1 D Hatzfeld Vertaling: Koen Vaganée 1

TOELATINGSEXAMEN NATIN 2009

IJkingstoets Industrieel Ingenieur. Wiskundevragen

Attitudes van Belgische autobestuurders

45 e. 26/27 mei Uitleg Deel 2 INSTAP-TOUR-SPORT

6.5. EVENWIJDIG TEN OPZICHTE VAN DE WEG RECHTS PARKEREN TUSSEN TWEE VOERTUIGEN

Les 11. Meetkundige begrippen. Lijnen. een gebogen lijn een gebroken lijn een rechte. Een rechte benoemen we met een kleine letter.

Formulierenboek. Directeur ProRail VL. Staf VLV, cluster VMK Staf VLV, cluster be- en bijsturing. Definitief

VERKEERSBEGRIPPEN. bij het Verkeersexamen Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg

IJkingstoets burgerlijk ingenieur-architect juli 2018: feedback deel wiskunde

IJkingstoets burgerlijk ingenieur-architect juli 2018: feedback deel wiskunde

10 m/s = km/h 5 km = m 4 m/s = km/h. 15 m/s = km/h 81 km/h = m/s 25 m/s = km/h. 2,25 h = h min 3 m/s = km/h 6 min = s

Machinist. 1 Deze regelgeving: Is een aanvulling op het NedTrain Handboek Machinist/rangeerder NedTrain uitgave januari 2011

Tip: oefen het examen op beschikbaar vanaf 7 maart

Gelet op artikel 6, eerste lid, onderdeel b, en artikel 7, eerste lid, van de Spoorwegwet en artikel 2 van het Besluit spoorweginfrastructuur;

Lijn 54 St-Niklaas Mechelen. Spoorlijn in verval

Vragenset wegexamens 07A Ledn-Hfd v

Nieuwsbrief november 2013

Wegbekendheid/kennis van de lijn machinist

7 MEI Ministerieel besluit betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg. Belgisch Staatsblad 21 mei 1999

Vakbekwaamheidseisen (VBE) Kennis van de lijn baanvak Haarlem-Leiden v

Besluiten burgemeester

Vragen en antwoorden theorie verkeersregels en verkeerstekens - Deel 1

Paardrijles. Inleiding. Inhoud. Spullen die je nodig hebt

ALGEMEEN REGLEMENT VAN HET PERSONEEL EN DE SOCIALE DIENSTEN BUNDEL TUCHTREGLEMENT

jaar: 1990 nummer: 06

De wereld van de seinen

Transcriptie:

146 Omschrijving der seinen en seinmiddelen. HOOFDSTUK VIII. Voor electrische treinen gelden, behalve de hiervoor genoemde seinen, bovendien de in dit Hoofdstuk genoemde seinen. Sein 59. Langzaam rijden. De trein moet langzaam rijden. (Langzaamrijden-borden). Het door een A~ en een E-bord begrensde gedeelte van den spoorweg moet langzaam bereden worden. Een ruitvormig blauw bord met witten rand, waarop de letter L (langzaam) in wit (L-bord voor electrische treinen). Vervolgens een ruitvormig blauw bord met witten rand, waarop de letter A (aanvang) in wit (A-bord voor electrische treinen). Daarna een ruitvormig blauw bord met witten rand, waarop de letter E (einde) in wit (E-bord voor electrische treinen). Toepassingsvoorschriften. 147 HOOFDSTUK VIII. Voor electrische treinen gelden, behalve de hiervoor genoemde seinen, bovendien de in dit Hoofdstuk genoemde seinen. 77. De seinen, welke uitsluitend gelden voor electrische treinen, zijn kenbaar aan den ruitvorm en de witte figuren op blauwen grond. Sein 59. 78. (1) Dit sein dient om aan te geven, dat een gedeelte van den spoorweg tijdelijk, door electrische treinen, niet met de grootste normaal ter plaatse toegelaten snelheid bereden mag worden. (2) Het L-bord wordt geplaatst op een afstand van tenminste 700 m vóór het begin; het A-bord bij het begin en het E-bord bij het einde van het gedeelte, dat langzaam bereden moet worden. De borden zijn aan de achterzijde grijs. (3) Zoowel op dubbel als op enkel spoor worden de langzaamrijden-borden voor electrische treinen steeds rechts of boven het spoor getoond. (4) De toegestane snelheid wordt op het L-bord kenbaar gemaakt door middel van zwarte cijfers op witten grond. (5) Is de snelheid, waarmede tusschen het A- en E-bord gereden mag worden, kleiner dan 30 km in het uur, en is deze kleinere snelheid nog niet bekend gemaakt, of kan sein 59 nog niet getoond worden, dan wordt de naderende trein eerst door middel van sein 8 onveilig" tot stilstand gebracht [T.V.S. 18 h en kl (6) Des nachts moet dit sein door opschijnend licht voor den machinist

148 Omschrijving der seinen en seinmiddelen. Toep assings voor schriften. 149 Haltseinborden. Sein 60. Halt voor electrische treinen. De trein moet vóór het haltseinbord tot stilstand gebracht Worden. Eene witte H op een blauw ruitvormig bord met witten rand, gekeerd naar den binnenkomenden trein. Een schuin naar beneden gerichte pijl, aangebracht onder het bord, wijst het spoor aan, waarvoor het bord geldt. Geldt het bord voor de beide sporen, waartusschen het bord geplaatst is, dan worden twee pijlen aangebracht. Haltseinborden. Sein 60. 79. (1) Sein 60 dient om op de sporen, waarop het haltseinbord betrekking heeft, de plaats aan te geven, waar op het station stoppende treinen tot stilstand moeten worden gebracht. Deze plaats kan in verband met de lengte der treinen ook worden aangegeven door cijferborden. (2) Des nachts moeten deze seinen door opschijnend licht voor den machinist

150 Omschrijving der seinen en seinmiddelen. Sein 61. Stroomloos rijden. Het door een uitschakel- en inschakelbord begrensde gedeelte van den spoorweg moet stroomloos bereden worden. 61 a. Uitschakelbord.. Een ruitvormig blauw bord met witten rand, waarop eene gebroken U in wit. Toepassingsvoorschriften. 151 sein 61. 80. (1) Het uitschakelbord wordt zoo mogelijk 30 m en ten minste 5 m geplaatst vóór het begin van het gedeelte, dat stroomloos bereden moet worden. (2) Het inschakelbord geeft de plaats aan, welke de trein bereikt moet hebben, alvorens de stroom ingeschakeld mag worden. (3) Voor een trein, welke verkeerd spoor of tijdelijk enkel spoor rijdt, geldt sein 61 van het buiten gebruik gestelde spoor. (4) Des nachts moeten deze seinen door opschijnend licht voor den machinist 61 b. Inschakelbord. Hierna een ruitvormig blauw bord met witten rand, waarop eene U in wit.

152 Omschrijving der seinen en seinmiddelen. Toepassingsvoorschriften. 153 Sein 62. Rijden met neergelaten stroomafnemer. (Stroomafnemer-borden). Het door een bord stroomafnemer omlaag en een bord stroomafnemer-omhoog begrensde gedeelte van den spoorweg moet met neergelaten stroomafnemer bereden worden. 62 a. Bord Aankondiging-stroomafnemer. Een ruitvormig blauw bord met witten rand, waarop in wit twee ten opzichte van elkaar verschoven balken. Sein 62. 81. (1) Het bord aankondigmg-stroomafnemer wordt op ten minste 300 m vóór het bord stroomafnemer-omlaag geplaatst. (2) Het bord stroomafnemer-omlaag geeft de plaats aan, waar de stroomafnemer omlaag moet zijn. (3) Het bord stroomafnemer-omhoog geeft de plaats aan, welke de trein bereikt moet hebben, alvorens de stroomafnemer omhoog gebracht mag worden. (4) Voor een trein, welke verkeerd spoor of tijdelijk enkel spoor rijdt, geldt sein 62 van het buiten gebruik gestelde spoor. (5) Des nachts moeten deze seinen door opschijnend licht voor den machinist

154 Omschrijving der seinen en seinmiddelen. Toepassingsvoorschriften. 155 62 b. Bord Stroomafnemer-omlaag. Een ruitvormig blauw bord met witten rand, waarop een waterpasse witte balk. 62 c. Bord Stroomafnemer-omhoog. Een ruitvormig blauw bord met witten rand, waarop een loodrechte witte balk.

156 Omschrijving der seinen en seinmiddelen. Toepassingsvoorschriften. 157 Afsluitborden. Sein 63. Halt. Vóór het afsluitbord moet gestopt worden. Een ruitvormig bord toont afwisselend witte en blauwe ruitvormige banden. Afsluitborden. Sein 63. 82. (1) Afsluitborden kunnen gebruikt worden om het punt aan te geven, waar niet voorbij gereden mag worden, omdat de bovenleiding eindigt, afgebroken of gestoord is. (2) Indien een seinpaal van een vertakkmgsbeeld toegang geeft tot een spoor, dat niet van eene bovenleiding voorzien is, wordt het bord aan dezen seinpaal aangebracht en moeten de electnsche treinen, indien deze seinpaal sein 12 veilig" toont, hiervoor tot stilstand gebracht worden. (3) Des nachts moet dit sein door opschijnend licht voor den machinist