BOUWSTENEN VAN HET LEVEN



Vergelijkbare documenten
Algemene aspecten van erfelijkheid. Waarom is kennis over erfelijke aspecten van een ziekte belangrijk? Wanneer erfelijkheidsadvies/onderzoek?

Kinderwens spreekuur Volendam

Kanker en erfelijkheid Hoe vertel ik het mijn familie?

Plenaire opening. Themamiddag Wil ik het weten? En dan? 28 september 2013

Aangeboren hartafwijkingen en erfelijkheid

Mee-naar-huis-neem boodschappen 2013

Mee-naar-huis-neem boodschappen 2014

Klinische Genetica. Autosomaal dominante overerving

Klinische Genetica. Autosomaal recessieve overerving

Het TCF20 syndroom. Kinderneurologie.eu.

Klinische Genetica. Geslachtsgebonden (X-chromosoom gebonden) recessieve overerving

Uitgebreide genentest (exoom sequencing) naar oorzaak cardiomyopathie

Figuur 1: schematische weergave van een cel

Onderzoek naar de gezondheid van je kindje... 2 Er zijn vijf soortem prenatale testen:... 2 Combinatietest Down-, edwards-, patausyndroom...

CARDIOGENETICA. Marja van Brug, Verpleegkundig Specialist CNE Hartfalen 29 oktober 2013

Erfelijkheidsonderzoek

Van mens tot Cel oefenvragen 1. De celdeling bestaat uit verschillende fasen. Hoe heten de G1, S en de G2 fase samen?

UMC St Radboud. Schisis: Erfelijkheidsadvisering. jong-volwassenen

Bewaren en gebruiken van restlichaamsmateriaal voor wetenschappelijk onderzoek door de afdeling Genetica

Informatie over Exoom sequencing

In het kort. Welke testen zijn er mogelijk bij prenatale screening? Wat is prenatale screening?

Recessieve Overerving

Genetic Counseling en Kanker

Draagsterschap Paula Helderman-van den Enden, klinisch geneticus

Duchenne/Becker spierdystrofie in de familie, zijn. vrouwen getest met behulp van DNA onderzoek?

Counseling en SEO met vermoeden hartafwijking. Vivian Schimmer

Patiënten Informatie Brochure Erfelijkheidsonderzoek: Exoom Sequencing

Tabel 1: Kans op het krijgen van een kind met het syndroom van Down uitgezet tegen de leeftijd.

Erfelijkheidsonderzoek anno Lizet van der Kolk klinisch geneticus

Uw kans op een kind met cystic fibrosis (taaislijmziekte) of sikkelcelziekte en thalassemie (erfelijke bloedarmoede)

Erfelijkheidsonderzoek: de procedure

Genetica Lip-kaak-gehemeltespleet

100-plus onderzoek: wel oud maar niet dement. informatiefolder

demedisch Specialist Klinisch geneticus Eva Brilstra: Dit vak is dynamisch, booming en nooit saai

beoefent in de synapsen van zenuwcellen. De processen in synapsen zijn belangrijk voor leren en geheugen.

Genetische achtergronden van Epilepsie Plus

Kinderwens en erfelijkheid

Verzekeringen & erfelijkheid

Erfelijkheidsonderzoek: Exoomsequencing

BROCHURE VOOR ZWANGEREN EN HUN PARTNERS

Waarom draagsters van hemofilie opsporen? Rienk Tamminga Kinderarts-hematoloog Beatrix Kinderziekenhuis UMCG

Dominante Overerving. Informatie voor patiënten en hun familie. Illustraties: Rebecca J Kent rebecca@rebeccajkent.

Mammacarcinoom en erfelijkheid. Dr. Marleen Kets, klinisch geneticus Afdeling genetica UMC St Radboud

Dialogen voor conceptcartoons. Verband genotype/fenotype, dominant/recessief

Wanneer is dementie erfelijk? Dr. Harro Seelaar Neuroloog-in-opleiding & arts onderzoeker Alzheimercentrum Erasmus MC 14 april 2018

Prenatale screening: het berekenen van de kans op aangeboren afwijkingen in het begin van de zwangerschap. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie

Auteur: A. Franx Redacteur: dr. E. Bakkum Bureauredacteur: Jet Quadekker

Zwangerschap en rhesusfactoren. Informatie over bloedgroepen en antistoffen

Prenataal testen voor genetische aandoeningen begrijpen. Professor Martina Cornel & Professor Heather Skirton Gen-Equip Project.

Verklarende Woordenlijst

Wat is het MR-X101 syndroom? Het MRX-101syndroom is een aandoening waarbij jongens meer dan meisjes een achterstand hebben in hun ontwikkeling.

Ouders helpen beslissen: Counseling bij

VRAGENLIJST TER VOORBEREIDING PRENATALE SCREENING & DIAGNOSTIEK. van uw partner: Beroep: Gegevens vader van de baby. Voorletter(s): Achternaam:

Erfelijkheid van de ziekte van Huntington

Wat verandert er in de counseling?

Mitochondriële ziekten

X-gebonden Overerving

Etiologisch onderzoek naar slechthorendheid op de kinderleeftijd. Sarina Kant & Rosanne van Velzen

Workshop DNA-schade. Erfelijkheidsonderzoek bij borstkanker: met welk doel? Dr. Jan C. Oosterwijk klinisch geneticus, UMCGroningen

Laat ik mijzelf testen?

Genetische testen. Professor Martina Cornel and Professor Heather Skirton Gen-Equip Project.

Echoscopie tijdens de zwangerschap ONDERZOEK

ONDERZOEK IN VLOKKEN OF VRUCHTWATER BIJ ECHOAFWIJKINGEN

Prenatale behandeling met dexamethason bij AGS

Een familieanamnese afnemen. Professor Martina Cornel and Professor Heather Skirton Gen-Equip Project.

Mannen en BRCA1/2. Ingrid van Kessel/Conny van der Meer genetisch consulenten, afdeling Klinische Genetica Erasmus MC Rotterdam 18 april 2009

TRIXY Expertisecentrum

Prenatale diagnostiek

Erfelijkheidsonderzoek: Exoomsequencing bij erfelijke slechthorendheid

BRCA themamiddag, zaterdag 31 oktober UMCG expertisecentrum borst - eierstokkanker. Welkom

12. PERINATAAL BELEID BIJ VERHOOGD RISICO OP AGS

Erfelijkheid & kanker. Titia Brouwer Maatschappelijk werker Afdeling Genetica 11 april 2016

trisomie 13 en trisomie 18: de prenatale diagnose

Chirurgie / mammacare

Genetica Gehemeltespleet

Kinderneurologie.eu. CAMTA1 syndroom.

Inclusief levendgeboren kinderen, doodgeboren kinderen en afgebroken zwangerschappen.

take home messages COIG Genoom& Genetica juni 2017 Clinical Genetics UMCG

De Vlokkentest. Informatie voor patiënten en hun familie

Prenatale screening: de combinatietest Kansbepaling vroeg in de zwangerschap op het syndroom van Down

Tabel3.1.1 Voorkomen van schisis lip/kaak spleet met of zonder

Zwangerschap en rhesusfactoren Informatie over bloedgroepen en antistoffen


GENETISCHE COUNSELING SYLVIA DE NOBELE, GENETISCH COUNSELOR CENTRUM MEDISCHE GENETICA, UZGENT (CMGG) FAPA 19/11/2016

naar sporen Forensisch expert worden

Wat zijn chromosomen en genen?

Diagnostiek naar de oorzaak van slechthorendheid binnen het Centrum Diagnostiek Slechthorendheid

Kanker in de familie.

Erfelijkheid. Chirurgie / mammacare. Inhoudsopgave Pagina. Inleiding 2. Indicaties voor erfelijke aanleg 2. Hoe ontstaat erfelijke aanleg 3 BRCA 5

De Vruchtwaterpunctie

Recessieve overerving

X-gebonden overerving

De Vruchtwaterpunctie

Veranderingen in de counseling voor (en na) de combinatietest

Uw kind is drager van sikkelcel Wat moet u weten?

Er zijn verschillende neuralebuisdefecten. Open rug en open schedel komen het meest voor. Andere neuralebuisdefecten komen heel weinig voor.

Er zijn twee onderzoeken mogelijk: 1. Met de combinatietest wordt onderzocht of er een verhoogde kans bestaat dat uw ongeboren kind Downsyndroom

Verklarende woordenlijst

Counseling bij situs inversus

Transcriptie:

Week 1 START VAN HET LEVEN BOUWSTENEN VAN HET LEVEN Cursuscoördinator: dr. Y.M.C. Hendriks Mobile Learning Initiative VUmc Amsterdam

INLEIDING In deze cursus Start van het leven geven we aandacht aan de code van het leven, het DNA. Het dubbelstrengs DNA-molecuul maakt een feilloze overdracht van de code van het leven aan nakomeling cellen mogelijk (celdeling, mitose). Een bijzondere vorm van celdeling, de geslachtelijke celdeling (meiose) legt de basis voor een eindeloze variatie in de genetische opbouw van de nakomeling cellen, en is de reden waarom ieder mens in genetisch opzicht uniek is (afgezien van monozygote tweelingen). Aan bod komen de anatomie en oorsprong van het humane genoom, evenals de diverse overervingvormen van ziekten en risicofactoren. Variaties in het genoom kunnen verschillende effecten hebben: ziekte, een verhoogde kans op een ziekte of geen effect. Genetisch onderzoek en genetische manipulatie van dieren zijn van nut bij het begrijpen van de effecten van variaties in het humane genoom. Meerdere technieken zijn beschikbaar voor het lezen van het genoom. Verder wordt ingegaan op de genetische aspecten die betrokken zijn bij onze intelligentie. In het derde slotcollege wordt het moderne mensbeeld in ethisch perspectief geplaatst.

2

COLLEGES & LEERSTOF De tijden en locaties zijn altijd onder voorbehoud. Kijk voor de actuele tijd en plaats: www.rooster.vu.nl Voor de indeling en tijden van studiegroepen en practica: zie ook www.rooster.vu.nl.

4

5

6

Studiestof Week 1 Alberts B et al, Essential Cell Biology. 3e druk, 2009 H19 Have, ten HAMJ, Medische ethiek. 3e druk, 2009 (Online beschikbaar) H9 H11 Kumar V et al, Robbins Basic Pathology. 9e druk, 2012 (E-book beschikbaar) H7, p.225-252 Turnpenny P, Ellard S, Emery s Elements of Medical Genetics. 14e druk, 2011. (E-book beschikbaar) H1-5 (Herhaling) H7-9 H16-23 7

STUDIE- OPDRACHTEN 1. Verstandelijke beperking en erfelijkheid 2. Schisis en erfelijkheid 3. Bijzondere overervingsvormen

SO 1: VERSTANDELIJKE BEPERKING EN ERFELIJKHEID Leesstof Turnpenny P, Ellard S, Emery s Elements of Medical Genetics. 14e druk, 2011. H5, p.73-75; H7, p. 109-120 (studiestof); H9 (studiestof). Comings DE et al, 2003. Role of the cholinergic muscurinic 2 receptor (CHRM2) gene in cognition. Molecular Psychiatry 8: 10-11. http://www.nature.com/mp/journal/v8/n1/abs/ 4001095a.html Leerdoelen De student: weet welk genetisch onderzoek wordt verricht bij een kind met een verstandelijke beperking en kan de hieraan gekoppelde genetische counseling toepassen. kent de begrippen monogenetisch en multifactoriële/polygeen bepaalde verstandelijke beperking en kan deze toepassen. kan de gebruikte onderzoeksmethoden naar nieuwe genetische oorzaken van een verstandelijke beperking of intelligentie benoemen. 9

Kernpunten Normale versus achterlopende ontwikkeling. Hoe ziet een consult bij de klinisch geneticus eruit, wat zijn extra aandachtspunten ten opzichte van andere specialisten? Genetische diagnostiek. Adviezen ten aanzien van prenatale diagnostiek. Normale verdeling intelligentie. Research naar genen betrokken bij intelligentie. Casus Joost van 5 jaar en 8 maanden wordt verwezen naar de klinisch geneticus. De anamnese (met moeder) levert de volgende gegevens op: Joost is anders dan andere kinderen. Hij is weinig spraakzaam en erg verlegen. Joost is vaak heel druk en heeft veel structuur nodig. Hij houdt niet van knuffelen, eigenlijk als baby al niet. Daarnaast ontwikkelt hij zich langzamer dan leeftijdsgenootjes. Bij navraag vertelt moeder dat hij voor het eerst los liep op de leeftijd van 20 maanden en zijn eerste woordjes sprak toen hij ongeveer 2 jaar was. Er is in het verleden op het consultatiebureau wel eens een opmerking gemaakt over de ontwikkeling, maar er is voorheen geen reden geweest om verdere stappen te ondernemen. Hij fietst sinds kort, maar nog niet zonder zijwielen, hij spreekt slechts korte zinnen en is moeilijk te verstaan. Op het moment speelt vanuit school de vraag of hij naar groep drie door zal kunnen. Vervolgens wordt de familieanamnese afgenomen. Moeder vertelt dat ze nog twee gezonde kinderen heeft; een dochter Anne (8 jaar) en een zoon Max (13 jaar). Anne heeft wel wat moeite met leren en is erg verlegen. Mevrouw zelf had vroeger ook wat problemen met leren. Zij heeft twee broers en een zus. Haar middelste broer heeft een milde verstandelijke beperking. Haar moeder is gezond en had twee zussen en een broer. Zij zijn gezond voor zover mevrouw weet. Haar vader is op 42-jarige leeftijd overleden ten gevolge van een ongeluk. Hij had negen broers en zussen, waarover mevrouw weinig details weet. Mevrouw vertelt gescheiden te zijn en weinig over de familie van de vader van Joost te weten. Ze weet wel te vertellen dat hij een broer heeft en dat zijn beide ouders nog leven. 10

De klinisch geneticus doet lichamelijk onderzoek bij Joost. Bij het zorgvuldig verrichte lichamelijke onderzoek worden geen bijzondere bevindingen gedaan. Vervolgens wordt met moeder besproken welke aanvullende genetische diagnostiek zal worden ingezet. Enkele maanden later wordt Joost samen met zijn moeder teruggezien op de polikliniek voor de uitslagen. Er werden geen afwijkingen gevonden bij het aanvullend onderzoek dat je had ingezet. Gegeven: intelligentie zoals je kunt meten met een IQ-test volgt een normale verdeling in de algemene bevolking. Het gemiddelde is een IQ-score van 100. De standaard deviatie is ongeveer 15 punten. Gegeven: de variatie in intelligentie is eveneens voor een groot deel door erfelijke factoren bepaald. Uit tweelingstudies komt naar voren dat de bijdrage van erfelijke factoren ongeveer 0,80 is in volwassenen. Er zijn enkele SNP s gevonden die geassocieerd zijn met de variatie in normale intelligentie. Op functioneel niveau is er echter nog weinig bekend over de (moleculair) biologische processen die de variatie in intelligentie bepalen. Bron afb. http://www.eclg.nl 11

SO 2: SCHISIS EN ERFELIJKHEID Leerdoelen De student: kan verschillende soorten schisis benoemen en onderscheiden. kent de begrippen multifactorieel, monogenetisch, chromosomaal en syndromaal en kan deze toepassen in schisis-gerelateerde casuïstiek. kan de embryologische origine van schisis benoemen. Leesstof www.genetests.org " www.erfelijkheid.nl, informatie voor (para)medici. Kernpunten Embryologie Monogenetisch/multifactorieel Geïsoleerd/syndromaal Herhalingskans Achtergrond casus 1 en casus 2 Tijdens de wekelijkse prenatale diagnostiek bespreking van de afdeling verloskunde in het VUmc (multidisciplinaire bespreking waarbij ook de klinisch geneticus, kinderneuroloog en kinderarts aanwezig zijn) worden een aantal zwangere patiënten besproken. Casus 1 Mevrouw De Graaff is G1 P0. Bij routine prenatale echoscopische screening elders in de twintigste zwangerschapsweek is een schisis (lip-kaakverhemeltespleet) gezien bij de foetus. Ze is uiteraard erg geschrokken en ze vraagt zich af wat er mis is gegaan en of het niet eerder gezien had kunnen zijn. En is het kindje verder gezond? En had ze van te voren kunnen weten dat ze een verhoogde kans had? Bij het echoscopisch onderzoek in het VUmc wordt alleen een éénzijdige lip-kaak-verhemeltespleet gezien. Alle andere organen en de groei lijken normaal te zijn. 12

Mevrouw De Graaff vraagt of het erfelijk is en of ze nu een vruchtwaterpunctie kan krijgen. oortjes, met een lange rechte neus. Mieke heeft opvallend lange vingers en tenen. Casus 2 Mevrouw De Wit is G1 P0. Bij de prenatale twintigste week echo wordt een mediane lipspleet gezien. Tevens wordt een afwijking aan de hersenen gezien waarbij het lijkt alsof de voorste twee hersenhelften niet van elkaar gescheiden zijn. Ook lijken de ogen wat dicht bij elkaar te staan en is de neus niet goed in beeld te brengen. Gallery 3.1 Palatoschisis Casus 3 Mieke is 8 jaar en komt samen met haar ouders op de polikliniek klinische genetica. Mieke is geboren met een palatoschisis. Toen ze een jaar of 3 was werd er een klein VSD ontdekt. Mieke ging laat praten voor haar leeftijd en opvallend is dat ze erg nasaal spreekt. Ook is Mieke anders in haar gedrag en ze heeft niet veel vriendjes en vriendinnetjes op school. Moeder vindt Mieke soms lastig corrigeerbaar. Recent is geconstateerd dat Mieke kenmerken van autisme vertoont. Mieke is tweemaal blijven zitten en haar ouders vragen zich af of ze op regulier onderwijs kan blijven. Bij het lichamelijk onderzoek blijkt dat Mieke klein is voor haar leeftijd. Ze groeit volgens de -2 SD lijn. In haar gezicht (zie foto) valt op dat ze nauwe ooglidspleten heeft en kleine, ronde, laagstaande http://en.wikipedia.org/wiki/cleft_lip_and_palate# 13

SO 3: BIJZONDERE OVERERVINGSVORMEN Kernpunten Vormen van overerving Interpreteren van stambomen, welke vormen van overerving kunnen passen, welke niet? Herhalingskansen Leerdoelen De student: kent de verschillende vormen van overerving. kan deze vormen van overerving herkennen in een stamboom. Studiestof Turnpenny P, Ellard S, Emery s Elements of Medical Genetics. 14e druk, 2011. H7. Casus 1: Familie met paragangliomen Meneer Caspers is 70 jaar en behandeld in verband met paragangliomen. Zijn vader had dezelfde aandoening evenals een van zijn drie zussen. Meneer Caspers heeft drie dochters, bij een van hen zijn eveneens paragangliomen aangetoond. Een van deze drie dochters heeft kinderwens. De zus van meneer Caspers die ook paragangliomen heeft twee kinderen, een zoon en een dochter. Beiden zijn onderzocht op een mutatie in het SDHD gen en bleken deze te hebben. Ze zijn beiden tegen de 50 jaar maar hebben geen paragangliomen. De zoon heeft een nieuwe partner en heeft kinderwens. Zijn zus vertelde hem dat haar kinderen zeker geen verhoogde kans hebben op paragangliomen (ze zijn echter nog niet getest). Hij vraagt zich af of dat ook voor zijn toekomstige kinderen geldt. Leesstof www.genetests.org " 14

Casus 2 Mevrouw De Geus heeft zes kinderen, twee meisjes en vier jongens. Zij en al haar kinderen hebben last van spierzwakte. Wel hebben de kinderen in verschillende mate last hiervan. Daarnaast zijn zijzelf en twee van haar kinderen slechthorend. Een van de kinderen heeft diabetes mellitus. De man van mevrouw De Geus is gezond. Gallery 3.2 ipad Widget Paraganglioom carotis, http://en.wikipedia.org/wiki/paraganglioma# 15

REFERAAT REGENERATIEVE GENEESKUNDE

Gilissen C et al, 2012. Disease gene identification strategies for exome sequencing. European Journal of Human Genetics 20(5): 490-497. http://www.nature.com/ejhg/journal/v20/n5/pdf/ ejhg2011258a.pdf 17

PRACTICA 1. Online practicum: Preconceptiezorg 2. Teamrollen

ONLINE PRACTICUM: PRECONCEPTIEZORG Ruimte en tijd Het practicum betreft een offline module welke je als *.zip bestand voor de Mac of Windows kunt downloaden. Je treft de modules via de volgende link: http://everhage.polldaddy.com/s/preconceptiezorg Je wordt eerst verzocht je naam en studentnummer te geven. Hierna word je doorgelinkt naar de downloadpagina voor de modules (nadat je op finish survey hebt gedrukt). Practicumleiders Dhr. dr. E. Verhagen (rol: gezondheidsbevordering) Afdeling Sociale Geneeskunde T 020-4449691 E bachelor.info@vumc.nl Je wordt eerst verzocht je naam en studentnummer te geven. Hierna word je doorgelinkt naar de downloadpagina voor de modules (nadat je op finish survey hebt gedrukt). Nadat je de module hebt afgerond word je automatisch afgetekend voor het practicum. Je hoeft dus geen stempel te halen bij de practicumleiders. Leerdoelen en achtergrond van het practicum worden toegelicht in de module. Het practicum is opengesteld gedurende de gehele cursus. Je bent vrij in het kiezen van een tijd en datum om het practicum te voltooien. We adviseren je echter dit practicum te voltooien in de onderwijsweek waarin het practicum is opgenomen zodat je geen vertraging oploopt. 19

Studiestof Samenvatting uit: Gezondheidsraad. Preconceptiezorg: voor een goed begin. Den Haag: Gezondheidsraad, 2007; publicatienummer 2007/19. Bij technische problemen graag per ommegaande contact opnemen met de practicumleider e.verhagen@vumc.nl. http://www.gezondheidsraad.nl/nl/adviezen/preventie/ preconceptiezorg-voor-een-goed-begin 20

TEAMROLLEN Practicumleider Mw. drs. D. Roosdorp, afdeling Medische psychologie E bachelor.info@vumc.nl Practicumhandleiding Als arts werk je voortdurend samen met collega s van allerlei verschillende disciplines. Het is gebleken dat een gebrekkige samenwerking op de medische werkvloer grote consequenties kan hebben. Het is dan ook belangrijk dat je nu al bewust wordt van je eigen teamwork skills en hoe je deze optimaal kunt benutten. In het practicum samenwerken van jaar 2 staan de teamrollen centraal. Je maakt kennis met de theoretische inzichten van de Engelse psycholoog Belbin. Hij heeft onderzoek gedaan naar wat teams succesvol maakt. Diversiteit blijkt een voorspeller van succesvol samenwerken te zijn. Ondertussen heb je vast wel ervaren dat het heel lastig kan zijn om met iemand samen te (moeten) werken die anders in elkaar zit dan jijzelf. Je kunt de verschillen tussen mensen pas accepteren als je er de waarde van inziet. Je leert tijdens het practicum over de kenmerken van verschillende rollen en maakt een begin met het herkennen van jouw eigen voorkeursrol(len). Je leert de rollen die jouw medestudenten vervullen te herkennen en tot slot elkaar feedback te geven over de samenwerking. Ruimte en tijd www.rooster.vu.nl 21

MET PLEZIER GEWERKT? AAN- & OPMERKING? GRAAG ONZE KORTE EVALUATIE INVULLEN! HET MLI-TEAM Interactive 5.1 ipad Widget Link vanuit pdf... Evaluatie ibook 22