Programma Samen tegen eenzaamheid Dr. Anja Machielse Deel 1: Wat is eenzaamheid en waarom is het een probleem? Achtergronden, verschijningsvormen Mini-conferentie Tilburg, 30 september 2015 Deel 2: Wat kunnen we doen aan eenzaamheid? Beleid, interventies, goede voorbeelden 2 Foto: Eamonn Doyle Sociale verbondenheid Sociale relaties met familieleden, vrienden en kennissen zijn belangrijke hulpbronnen in het dagelijks leven Wat is eenzaamheid en waarom is het een probleem? Ze vormen het sociale fundament van elk mens - Identiteit en zelfrespect (waardering, erkenning)) - Sociale integratie (betrokkenheid, referentiekader) - Sociale steun (praktisch, emotioneel, gezelschap) 3 4 Sociale relaties Eenzaamheid in Nederland (> 18 jaar) Positief verband met welzijn, gezondheid en de ervaring van een zinvol leven Sociale relaties sociaal kapitaal + buffer Ontbreken ervan sociale kwetsbaarheid 62% 30% Niet eenzaam Matig eenzaam Ernstig eenzaam Omvang netwerk kwaliteit netwerk Begrippen: eenzaamheid, sociaal isolement 8% Bron: Gezondheidsmonitor (GGD, CBS, RIVM, 2012) 5 6 Het project van de UvH 1
Maatschappelijke factoren Maatschappelijke ontwikkelingen Globalisering, individualisering, informatisering, diversiteit Sociale competenties Kennis, attituden, vaardigheden die nodig zijn om deel te kunnen (blijven) nemen aan het sociale en maatschappelijke leven (Appelhof & Walraven) Gevolgen: Nieuwe bindingspatronen Gevolgen voor relaties (publiek/privaat) Groter beroep op sociale competenties en zelfsturende vermogens Communicatieve vaardigheden Zelfsturende vermogens Identiteitskapitaal 7 8 Ingrijpende levensgebeurtenissen Gevolgen voor het sociale netwerk Belangrijke kantelmomenten in het leven Sociale competenties aanspreken Risicofactoren Een hoge leeftijd: > 90 jaar: 48% eenzaam; 17% ernstig eenzaam Gezondheidsproblemen: psychisch, lichamelijke beperkingen, chronische ziekte Sociaal-economische factoren: lage opleiding, laag inkomen, schulden, werkloosheid Maar ook: mantelzorg, etniciteit 9 10 Coping strategie Actieve strategie Actief omgaan met moeilijke situaties Hulp van anderen inroepen (eigen netwerk, professionals) Passieve strategie Afwachten, vermijden, terugtrekken Risico van opstapeling van problemen en verder afglijden Welzijnsrisico: - Ingrijpende emotie - Negatieve ervaring - Belemmering voor het persoonlijke en maatschappelijke functioneren 11 12 Het project van de UvH 2
Ik voel me erg eenzaam. Vreselijk eenzaam. Ik denk wel eens... als ik ga slapen... ik wou dat ik maar niet wakker werd. Dan zie ik het helemaal niet meer zitten. En zo blijf ik maar dag in dag uit aan het tobben. (vrouw, 81 jaar) Gezondheidsrisico: - Somberheid - Depressie - Hoofdpijn - Slapeloosheid - Hartaandoeningen - Suïcide 13 14 Participatierisico: - Beperkte zelfredzaamheid - Geringe participatie en integratie - Geringe institutionele aansluiting - Risico op probleemcumulatie Wat kunnen we doen aan eenzaamheid? 15 16 HOE BEREIKEN WE DE DOELGROEP? Bewustwording Herkennen en signaleren van stille problematiek Stille problematiek Schaamte en taboe Onzichtbaar en passief Zorgmissend/zorgmijdend HOE HELPEN WE DE DOELGROEP? - Deskundigheid - Kennis van achtergronden, verschijningsvormen, aanpakken en instrumenten GROTE DIVERSITEIT VAN DE DOELGROEP - Veel oorzaken, veel verschijningsvormen - Verschillende mogelijkheden en resultaten - Geen standaardoplossingen 17 18 Het project van de UvH 3
Kern van de hulpverlening: maatwerk Indicatoren voor interventies: - Aansluiten bij iemands specifieke situatie, behoeften, ambities en motivaties 1) Duur en hardnekkigheid van de problematiek situationeel of structureel 19 20 Mevrouw B. Na het overlijden van mijn man, was ik heel diep in de put. Ik moest alles zelf doen en dat is heel moeilijk... Dat heb ik nooit gehoeven, want ik had een man: ik hoefde maar te knippen en hij deed alles. Via Humanitas heb ik een dame gekregen die elke woensdag belde, en dan kon ik alles vertellen. Die heeft me er helemaal doorheen gesleept. Door haar ben ik naar een cursus voor rouwverwerking gegaan. 21 22 Meneer S. (79 jaar) Als jong mannetje was ik al een loner, ik was altijd graag alleen. Ik heb nooit een normaal leven geleid. Ik ben een beetje een misfit. Ik ben niet helemaal compleet. Sociaal en emotioneel, mentaal, ben ik niet volgroeid. Ik ben niet helemaal af. (man, 79 jaar) Indicatoren voor interventies: 1) Duur en hardnekkigheid van de problematiek situationeel of structureel 2) Motivatie om sociaal te participeren willen, kunnen, durven 23 24 Het project van de UvH 4
Mevrouw M. Ik heb geen contacten met andere mensen. Ik heb er geen behoefte aan. Omdat ik niet wil praten over mijn leven en mijn problemen. Als ik erover praat, wordt ik heel verdrietig. Daarom vermijd ik mensen. Ik krijg elke dag even een telefoontje. Dan weten ze dat je nog leeft. En je kan even een praatje maken. Dat kan ook. 25 26 Meneer D. Ik heb geen problemen, ik heb geen hulp nodig, ik los mijn problemen zelf wel op. Het heeft 2 jaar geduurd om contact te leggen. Uiteindelijk waren schulden de aanleiding om binnen te komen. Omdat meneer bang was om uit huis gezet te worden, mocht ik uiteindelijk binnenkomen en de schuldenproblematiek oplossen. 27 28 Meneer vd V. Ik heb me vaak alleen gevoeld, omdat ik alles alleen deed. De anderen waren niet zo actief. Dan heb je algauw dat je je een klein beetje afscheidt van de anderen. En daarom ben ik eenzaam gebleven. Ik heb geen contacten kunnen leggen met mensen. Ze komt om de drie weken even langs. We maken een afspraak en dan komt ze even informeren hoe het is. Dat is belangrijk, omdat ik dan een aanspreekpunt heb. Dat is punt één. De rest komt erbij, maar punt één is dat er iemand is die weet wie je bent, met naam en toenaam en bijzonderheden, als mij op een gegeven moment iets overkomt. Dat had ik eerst niet en daar was ik wel een beetje bezorgd om. Het is fijn dat ik nu iemand kan aanspreken. 29 30 Het project van de UvH 5
REALISTISCHE VERWACHTINGEN: Vereenzaming/isolement voorkomen, door: - netwerkontwikkeling en activering - vergroten zelfstandigheid Leren omgaan met de situatie - compenseren, afleiding zoeken BIJ STRUCTUREEL ISOLEMENT: - Stabiliseren van de situatie - Praktische problemen oplossen - Zelfredzaamheid vergroten - Aandacht geven INTEGRALE AANPAK: - Woonsituatie, zelfzorg, specialistische hulp, dagverzorging, professioneel vangnet, etc. 31 32 VALKUIL: - Te hoge verwachtingen - Te veel willen Dank voor uw aandacht! Eenzaamheid is niet altijd oplosbaar! Preventie, verzachting, voorkomen escalatie Vereist: samenwerking organisaties, vrijwilligers en burgers a.machielse@uvh.nl 33 Foto: Eamonn Doyle 34 Meer informatie Machielse, A. (2015). Ouderen in sociaal isolement. Ervaren baat van hulp. Utrecht: Movisie. Jonkers, M. (2014). Een netwerk maakt het verschil! Netwerkversterking bij sociaal geïsoleerde buurtbewoners door burgertriades en netwerkcoaches. Utrecht: LESI. Machielse, A. & Runia, K. (2013). Vrijwillige inzet bij sociaal geïsoleerden met multiproblematiek: mogelijkheden, voorwaarden en rollen. Journal of Social Intervention: Theory and Practice 22 (4), pp. 5-23. Jonkers, M. & Machielse, A. (2013). De verbinding tussen formele en informele hulp aan sociaal kwetsbare burgers. Een relatieadvies voor een verstandshuwelijk. Utrecht: LESI. Machielse, A. (2011). Bestrijding van sociaal isolement bij ouderen. In: Openbaar Bestuur. Tijdschrift voor beleid, organisatie en politiek 21 (9), pp. 18-22 Machielse, A. (2011) Sociaal isolement bij ouderen: een typologie als richtlijn voor effectieve interventies. In: Journal of Social intervention, 20 (4), pp. 40-61. Machielse, A. & R. Hortulanus (2011). Sociaal isolement bij ouderen. Op weg naar een Rotterdamse aanpak. Amsterdam: SWP. Machielse, A. (2006). Onkundig en onaangepast. Een theoretisch perspectief op sociaal isolement. Utrecht: Jan van Arkel. 35 Het project van de UvH 6