Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (30 punten)



Vergelijkbare documenten
De gebruikte literatuur in dit examen is:

Management in de zorg Examennummer: Datum: 23 november 2013 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Meerkeuzevragen (40 punten) Vraag Antwoord Verwijzing naar vindplaats in studiemateriaal (Hoofdstuk, pagina x)

Case: Van dik Hout (100 punten) Analyse van bedrijfsprocessen, hfdst. 1, p. 16. Aantal punten: 12 Puntenverdeling: zie hierboven.

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (40 punten)

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (20 punten)

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (20 punten)

Case: El Capsones (100 punten) 1. Antwoord: dimensie proces (4 punten) Motivatie: Handleiding positie en ambitie bepalen, Bijlage 2, p. 5.

Wilcox, D.L. en Cameron, G.T. (2013). Public Relations strategies and tactics. Amsterdam: Pearson Education. ISBN:

Meerkeuzevragen (40 punten) Vraag Antwoord Verwijzing naar vindplaats in studiemateriaal

Antwoordmodel. Open vragen (70 punten)

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (20 punten)

Open source en open standaarden, hfdst. 1 & 2 p Puntenverdeling: Juiste omschrijving Open Source Juiste omschrijving Open Standaarden

Case: Bos Snoep bv (100 punten) ICT-strategie en -organisatie, hfdst. 2.3, p. 29

Case: Click & Koop (100 punten) Oosterhaven, J. A. (2007, tweede druk). ICT-strategie en organisatie, hfdst. 3, p. 85.

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (20 punten)

Verheugt, J.W.P. (2013) Inleiding in het Nederlandse recht, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers, ISBN Meerkeuzevragen (20 punten)

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (20 punten)

Antwoordmodel. Open vragen (70 punten) Aan dit antwoordenoverzicht kunnen geen rechten worden ontleend. 1. a. De snelle groei

Antwoordmodel. Case: Almijnaankopen.nl bouwt mega e-commerce distributiecentrum

Studiemateriaal Hasselt, M. van, Minnaar, G., Ruissen, M. (2014). Zakelijke kredietverlening. Hilversum: Concept uitgeefgroep. ISBN:

Reynaert, I. en Dijkerman, D. (2012). Basisboek crossmedia concepting. Den Haag: Boom Lemma. ISBN: Case: Hond zoekt Baas (100 punten)

Management in de zorg Examennummer: Datum: 28 juni 2014 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Johnston, R., Clarc, G. & Shulver, M. (2012). Service Operations Management. Essex: Pearson. ISBN: Case: Zeelando (100 punten)

Antwoordmodel. Literatuur. Meerkeuzevragen (60 punten) Aan dit antwoordenoverzicht kunnen geen rechten worden ontleend.

Bedrijfsadministratie II - Examennummer maart = 188 stuks.

Marktaandeel: / = 11,0% Minnaar, G. & Sluijs N. van der (vierde druk). Commerciële Calculaties 2, hfdst. 5, p.154

Case 1: Winkelbedrijf Haleman (32 punten) Basiskennis boekhouden (BKB), hfdst.18.3, p. 224.

Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend.

1. Beëindiging geregistreerd partnerschap:

Antwoordmodel. Open vragen (50 punten)

Aantal punten: 10 Per juist genoemde fase: 2 punten (maximaal 10 punten) Aantal punten: 6 Juist antwoord (a): 3 punten Juist antwoord (b): 3 punten

NIMA Business Marketing B1 - Examennummer juli Case: Transport Exceptionel (100 punten)

1. Nederlandse Mededingingsautoriteit (Nma). De Boer, Brouwers, Koetzier (2008), Basisboek Bedrijfseconomie, hfdst. 1.5, p. 41

Communicatie in de praktijk - Examennummer februari Meerkeuzevragen (20 punten)

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (40 punten)

Aantal punten: 2 Juist antwoord: 2 punten. Consis Academie, Wft Basis (2011), hfdst. 1, p. 82. Aantal punten: 6 Juist antwoord: 6 punten.

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (40 punten) Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend.

Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend.

Literatuur: Rustenburg, G. (2007). Strategische en operationele marketingplanning. Groningen/Houten: Wolters-Noordhoff. ISBN

Case: Lara Leusing (24 punten) 480 Kasverschillen 70 aan 100 Kas 70. Aanwezig kasgeld: 1.380,- Geadministreerd kasgeld 1.450,- Kasverschil 70.

Antwoordmodel. Open vragen (70 punten)

Fuchs en Van Vlimmeren, Boekhouden geboekstaafd 2 (2010), hfdst. 10, p

Fuchs en Van Vlimmeren, Boekhouden geboekstaafd 1 (2009) 11e druk, hfdst. 1, p. 15

1. a. Oligopolie. NIBE-SVV (januari 2011). Zakelijke kredietverlening, deel A, hfdst. 5, p. A5.3. deel A, hfdst. 4, p. A A4.15-A4.

Case 1: Detailhandel Canopus BV (34 punten)

2.3 Ontwikkelingen mbt financiering, wet- en regelgeving

Antwoordmodel. Open vragen (70 punten)

Belanghebbenden. Relevant en betrouwbaar 1 punt Intern en extern. Geen informatie om organisatie mee te besturen

Antwoordmodel (20226)

Antwoordmodel (73223)

Zorg na een ziekenhuisopname

Financiering van gezondheidszorg. Jaap Doets consultant VVAA

Ziekenhuis Verplaatste Zorg vanaf 2010

Case: Kale kikker (34 punten) Inleiding recht, hoofdstuk 8, pagina 116, 117 Aantal punten: 6, zie bovenstaande puntenverdeling.

Antwoordmodel. Case: Zuidduitsewijnen.nl, een nieuw domein (100 punten)

Uitleg voorwaarden algemene tegemoetkoming Wtcg 2013

Een Persoonsgebonden Budget bij de zorgverzekeraar

Uw zorg in 2015 van TWB Thuiszorg met Aandacht

Rekenmodel voor integrale bekostiging

Cliëntenradenbijeenkomst 16 april 2013

Ondernemingsrecht - Examennummer maart Case: Inloopdag notariskantoor (35 punten)

Aardverschuiving in de chronische zorg, diseasemanagement een kans!

Q&A s palliatieve zorg voor professionals

Topzorg of Tobzorg? Toegevoegde waarde als trekker voor marktwerking? Harry Nienhuis, hoofd strategische zorginnovatie 23 oktober 2008, IKMN

Wat verandert er in 2015?Wijzigingen 2015 voor de basisverzekering

De declaraties voor het indiceren valt onder het afgesproken omzetplafond. Daarbij geldt de volgende bepaling uit de overeenkomst:

Zorg Groep Beek en de huisarts, samen goed in ketenzorg

Uw vergoedingen voor AV Frieso

Ons kenmerk Onderwerp Datum LK/212 Reactie consultatiedocument Bekostiging van huisartsenzorg en geïntegreerde zorg

BELEIDSREGEL AL/BR-0040

Zorg na een ziekenhuisopname

Boekhouden Geboekstaafd 2, hoofdstuk 10, pagina Aantal punten: 2 Juiste antwoord: 1 punt Juiste toelichting: 1 punten

Multidisciplinaire zorg en huisartsenzorg Nza-bekostigingsregels vanaf 2015

Samenwerking en betaalbaarheid palliatieve zorg op maat

BELEIDSREGEL AL/BR-0021

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (20 punten)

Hebt u langdurige zorg nodig? CZ zorgkantoor wijst u de weg

Beleidsregel Verpleging in de thuissituatie, noodzakelijk in verband met medisch specialistische zorg

Inhoud. Deel I Eerstelijnsgezondheidszorg. De gezondheidszorg in een notendop... XIII

De markt in Beeld. Fysiotherapie in beeld

Veelgestelde vragen over Wijkverpleging

Stichting Zorggroep Noordwest-Veluwe. Het Cliënten Service Bureau is u graag van dienst

ik! Zorgverzekeringen 2015 Wijzigingen in jouw zorgverzekering

Thuiszorg in Amsterdam

Geriatrisch Netwerk Scheveningen Scheveningen VierKwart en SENOS

Sensire Astma en COPD

Zorg na ziekenhuisopname

Indicatiestelling bij de wijkverpleegkundige

INHOUDSOPGAVE 1. WAT VERANDERT ER?

Wie is de klant. Peter Bakker

Visie op (HA)zorg. Samenhang in Diversiteit! Yvonne van Kemenade. Deelmarkten curatieve zorg 2005/6. Zorgvrager

Bijlage Informatiedocument. Beschermd Wonen Brabant Noordoost-oost

Van MSVT naar GVp. Wat zijn de wijzigingen? Wat is er duidelijk? Vanaf 2018

Verenso. Vereniging van specialisten ouderengeneeskunde en sociaal geriaters

Financieel organisatorisch gezondheidsrecht in de eerste lijn: Het stelsel in werking. 16 januari 2014, mr. drs. N.U.N.

Voorwaarden voor vergoeding

Aanvraag voorzieningen bij een terugtredende overheid

ANTWOORDEN OPDRACHTEN ORGANISATIE VAN DE GEZONDHEIDSZORG. Hoofdstuk 2 Huisarts... 1 Stellingen... 1 Open vraag... 1

De Verpleging en verzorging in beweging; ontwikkelingen in wonen, welzijn en zorg

Transcriptie:

Antwoordmodel Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend. Het antwoordmodel dient als indicatie voor de corrector. Studiemateriaal Robbins, S.P., Coulter, M. (2011). Management in Sociaalagogische beroepen. Amsterdam: Pearson Education. ISBN 9789043019811. Lee, F. (2009). Als Disney de baas was in uw ziekenhuis; 9½ dingen die u anders zou doen. Amsterdam: Elsevier gezondheidszorg. ISBN 9789035230538. Boot, J.M.D. (2010). Organisatie van de gezondheidszorg. Assen: Koninklijke Van Gorcum. ISBN 9789023246237. Meerkeuzevragen (30 punten) Vraag Antwoord Vindplaats in het studiemateriaal Aantal punten 1. a Management in Sociaalagogische beroepen, hoofdstuk 6, p. 121 en 129, Robbins 2. a Management in Sociaalagogische beroepen, hfdst. 1, p. 5 3. b Management in Sociaalagogische beroepen, hfdst. 4, p. 84 4. a Management in Sociaalagogische beroepen, hfdst. 5, p.108 5. a Als Disney de baas was in uw ziekenhuis; 9½ dingen die u anders zou doen, hfdst. 3, p.59 6. a Als Disney de baas was in uw ziekenhuis; 9½ dingen die u anders zou doen, hfdst. 6, p.126 7. b Organisatie van de gezondheidszorg, hfdst.5, p. 135 NCOI Opleidingsgroep 1

Vraag Antwoord Vindplaats in het studiemateriaal Aantal punten 8. b Reader art.nr. 2, p. 58, van Lienden 9. b Reader art. nr. 3, p. 28, Boer & Croon 10. c Management in Sociaalagogische beroepen, hfdst. 6, p.128 Open vragen (40 punten) 1. a. Taakspecialisatie: beschrijving van het werk in aparte taken in verband met organiseren van werkzaamheden en niet meer in verband met verhogen productiviteit. In grote welzijnsorganisatie werken verschillende professionals zoals maatschappelijk werkenden, pedagogische medewerkers, opbouwwerkers, juridische medewerkers etc. b. Departementalisatie: is het groeperen van verschillende taken kan functiegericht, dienstgericht zijn of geografisch. WelzijnPlus kan in meerdere provincies in NL actief zijn of MW'ers voor ouderen groeperen c. Hiërarchie: gaat over autoriteit, verantwoordelijkheid en eenheid van bevel. Bij wie moet je zijn in geval van problemen? d. Span of control: aan hoeveel mensen kan manager effectief en efficiënt leidinggeven. Professionals zijn redelijk zelfstandig, dus één manager kan grote groep aansturen. e. Centralisatie en decentralisatie: waar worden de beslissingen genomen? Vaak hebben professionals groet beslissingsbevoegdheid. f. Formalisatie: mate waarin werk gestandaardiseerd is. Zal in WelzijnPlus weinig aan orde zijn. Management in Sociaalagogische beroepen, hfdst. 6, p. 119 Per juist benoemd en omschreven kernelement: 2 punten. Een zesde omschreven kernelement levert geen extra punten op. 2. a. Vaststellen van het probleem: Er zijn wachtlijsten waardoor ouderen te lang moeten wachten op hulp: kan leiden tot verlies aan klanten/overlijden. b. Vaststellen beslissingscriteria: Er moet bekeken worden wat acceptabele wachttijd zijn voor deze doelgroep ouderen. c. Afwegen van beslissingscriteria: Vaststellen hoe belangrijk bepaalde criteria zijn, bijvoorbeeld hoe zwaar een dag wachten is. d. Ontwikkelen van alternatieven: Er kan gekeken worden of de opvang door een andere beroepsgroep mogelijk is of de gesprekken op een andere manier ingedeeld kunnen worden, of kortere gesprekken of tijdelijk extra uren inzetten door maatschappelijk werkenden of uitzendkrachten. 2 NCOI Opleidingsgroep

e. Analyseren van alternatieven: Er wordt een kosten/batenanalyse gemaakt van de verschillende mogelijkheden. f. Kiezen van alternatief: Er wordt gekozen op basis van kosten/baten, maar ook het belang dat men hecht aan bepaalde oplossingen. g. Implementeren van alternatief: Er wordt een projectplan gemaakt. h. Evalueren van effectiviteit van beslissing: Zijn ouderen tevreden over snelheid waarmee zij eerste gesprek krijgen? Management in Sociaalagogische beroepen, hfdst. 3, p. 61 Aantal punten: 10 Puntenverdeling: 1,25 punt per omschreven stap. Overige antwoorden ter beoordeling aan de corrector. 3. a. Klanttevredenheid creëer je door klanten te bieden wat zij verwachten van een ziekenhuis (), klantloyaliteit creëer je door klanten voor hen bijzondere dingen te laten ervaren die zij niet (hoeven te) verwachten (5 punten). b. Criteria waaraan gegeven voorbeeld van klantloyaliteit aan moet voldoen (5 punten): * Een gebaar moet bijzonder zijn voor een klant. * Een gebaar moet verder gaan dan wat een klant verwacht. * Het gebaar moet niet door iedereen standaard gebruikt worden, maar juist worden toegepast op één geval op één moment. * Het gebaar zet een stempel op het bezoek van de patiënt. * Een voorbeeld van empathische, begripvolle communicatie (met kinderen) dit in tegenstelling tot wat men van normale beleefdheid van medisch personeel verwacht. * Een gebaar dat empathie toont t.o.v. de direct betrokkenen (familie, e.d.) van de patiënt. * Een gebaar in de richting van (extra) zorg, bewogenheid, bezorgdheid. * Een gebaar dat proactief voorziet in de behoeften van de patiënt. N.B.: Niet ieder criterium is noodzakelijk in een voorbeeld en niet alle criteria zijn noodzakelijk binnen één voorbeeld. Corrector beslist over juistheid van voorbeeld. Als Disney de baas was in uw ziekenhuis; 9½ dingen die u anders zou doen, hfdst. 3, p.60-74 Puntenverdeling: Zie boven. Overige antwoorden ter beoordeling aan de corrector. NCOI Opleidingsgroep 3

4. a. Men houdt zich te weinig bezig met zorgverbetering (2 punten) b. Focus op macht; vergroten van onderhandelingsmacht (2 punten) c. Afschuiven van kosten (kosten te hoog) (2 punten) d. Focus op beheren van toegang van zorg (toch slechte toegang tot zorg) Hierdoor falende competentie = zero sum competition (2 punten) Waarde wordt gedefinieerd als gerealiseerde gezondheidsuitkomst per gespendeerde euro: waardemix verschilt per aandoening / patiënt. Dit betekent dat waardegedreven ondernemerschap onderscheidend aanbod heeft voor de patiënt. Verbetering van de zorg enerzijds doordat verzekeraars de regie pakken, naar kwaliteit zoeken. Anderzijds aanbieders differentiëren en specialiseren innoveren en excelleren. Patiënten kiezen voor kwaliteit. Informatie over kwaliteit wordt transparant. Voorbeelden in Nederlandse situatie hebben betrekking op heupbehandeling, diabetes, oncologische zorg, lichte depressie. Reader art. nr. 3, p. 6-11, Boer & Croon Puntenverdeling: Drie redenen waarom hij dit begrip introduceerde: 2 punten per reden, max. 6 punten Per gebruikte dik- & schuingedrukte term in de gegeven beschrijving: 1 punt, max. 4 punten. Andere antwoorden ter beoordeling aan de corrector. Case: Samenwerking is niet vanzelfsprekend (30 punten) 1. I. Ziekenhuis Kortenhof op basis van DBC s (Zorgverzekeringswet). Deels zijn prijzen vastgesteld en deels onderhandelbaar. Voorbeeld totale heup bevat activiteiten en verrichtingen van orthopeed, maar ook van verpleegkundigen, o.k., lab, fysio, polikliniek, hotelfunctie, enzovoort. II. Thuiszorgorganisatie: Verpleging op basis van ZZP s (AWBZ) en PGB's. ZZP is tarief per pakket/cliëntprofiel. Is afhankelijk van indicatie door CIZ. Huishoudelijke hulp op basis van WMO en is hoogte/inzet is afhankelijk van gemeentebeleid. III. Fysiotherapie op basis van tarieven. Nza stelt maximumtarieven vast. Vergoeding fysiotherapie krijgt patiënt Van de Heuvel uit de aanvullende verzekering (niet meer opgenomen in basisverzekering). Organisatie van de gezondheidszorg, hfdst. 5, p. 139-147 Reader art. 1, p. 157 en 164, Hermans en Buijssen Puntenverdeling: 3 1/3 punt per bovengenoemd item. 4 NCOI Opleidingsgroep

2. Ziekenhuis Kortenhof (Zorgverzekeringswet, wet klachtrecht, kwaliteitswet instellingen) Thuisorganisatie (AWBZ (gecontracteerde zorg), wet klachtrecht, kwaliteitswet instellingen) Huisarts (Zorgverzekeringswet, WGBO, kwaliteitswet instellingen, Wet BIG) Fysiotherapie (kwaliteitswet instellingen, wet BIG) Specialist (kwaliteitswet instellingen, Wet BIG) Organisatie van de gezondheidszorg, hfdst.5, p. 141-147 Puntenverdeling: 2 punten per goed genoemde wet 3. a. Transmuraal is verbinding tussen specialistische zorg van ziekenhuis en generalistische zorg uit eerste lijn. Ketenzorg is opeenvolging van verschillende soorten zorg, samenhang zorgcontinuüm/zorgtraject van preventie tot overlijden, zoals CVA, dementie, diabetes, palliatieve zorg, COPD. b. Organisatiemodellen zijn: transfermodel (estafette), dienstenmodel (orkest) en kluwenmodel (stuurloos). Organisatie van de gezondheidszorg, hfdst. 3, p. 82-84 Management in Sociaalagogische beroepen, hoofdstuk 1, p. 15-16 Puntenverdeling: 4 punten voor uitleg transmuraal en keten en 2 punten per genoemd organisatiemodel. NCOI Opleidingsgroep 5

Eindcijferberekening Maximaal aantal te behalen punten: 100 punten Totaal onderdeel meerkeuzevragen: Totaal onderdeel open vragen: Totaal onderdeel case: 30 punten 40 punten 30 punten Let op: Conform artikel 4.8 van het Onderwijs- en Examenreglement (OER) worden de eindcijfers op een decimaal nauwkeurig gewaardeerd. Hierbij wordt niet afgerond, maar afgebroken. Voorbeeld: 5,45 à 5,4 5,49 à 5,4 5,52 à 5,5 5,59 à 5,5 6 NCOI Opleidingsgroep