2. BOUWSTENEN VOOR EEN ADAPTATIEPLAN Deze bouwstenen zijn gericht op de uitwerking van een adaptatieplan vanuit een Vlaams beleidsdepartement of beleidsveld. Het globale proces kan eveneens door een ander beleidsniveau (vb. een gemeente) of door een andere stakeholder (vb. een industriële sector) doorlopen worden, echter zijn de terminologie en specifiekere uitwerking gericht op een Vlaams beleidsdepartement. Er wordt verondersteld dat de relevante departementen elk hun bijdrage voor het Vlaamse adaptatieplan zullen leveren. De relevantie van de departementen is bepaald vanuit hun rol in het adaptatiebeleid : bepaalde departementen op de eerste rij zullen vanuit hun beleid pro-actief adaptatiemaatregelen moeten nemen. Deze beleidsvelden zijn dan ook nauwer betrokken (vb. extra bilateraal overleg) tijdens de opmaak van deze studie. De niet-rechtstreeks betrokken departementen zullen slechts op een secundaire manier betrokken worden in het adaptatiebeleid, bijvoorbeeld omwille van interactie met beleid of maatregelen uit een ander departement of omwille van globale budgettaire verschuivingen. Tijdens de uitwerking van dit project hebben we vastgesteld dat de afstemming tussen de adaptatieplannen van de diverse beleidsvelden een belangrijk aandachtspunt is. Onder meer hierdoor zal het adaptatiebeleid een langlopend beleidsproces zijn met een duidelijk iteratief karakter. De verschillende stappen die hieronder worden uitgewerkt, zullen elke beleidscyclus doorlopen worden om het adaptatiebeleid aan te passen aan de voortschrijdende inzichten en socio-economische evoluties. Figuur 2-1 schetst alle stappen die het adaptatieproces zal doorlopen, vanaf de intentie tot het opstellen van een adaptatieplan tot en met het uitvoeren van de adaptatiemaatregelen. Deze bouwstenen voor een adaptatieplan focussen echter op de stappen die worden doorlopen tot het finaliseren van een adaptatieplan. I/RA/11356/10.002/RDS pagina 7
Figuur 2-1 Stappenplan voor het adaptatieproces van een Vlaams departement I/RA/11356/10.002/RDS pagina 8
2.1. BLOK 1 Welke effecten van klimaatverandering zal ons beleidsdomein ondervinden? 2.1.1. Stap 1a Beschrijving van de mogelijke impacten Elk beleidsdomein wordt in min of meerdere mate in de toekomst beïnvloed door klimaatverandering. Het probleem van klimaatverandering voor uw departement, beleidsdomein of beleidsveld wordt ten eerste aangepakt door het ontrafelen in mogelijke impacten op een middellange of lange termijn. Daarbij kan als startpunt voor deze beschrijving gebruik gemaakt worden van de initiële oplijsting en onderverdeling gemaakt in 3.5. 2.1.2. Stap 1b Relevante primaire effecten Daaruit vloeit de nood tot kennis over de evolutie in de tijd van de directe of primaire effecten van klimaatverandering in Vlaanderen. In paragraaf 3.3 wordt de huidige stand van zaken weergegeven voor een aantal belangrijke parameters zoals de temperatuur, de neerslag, Absolute voorkeur gaat naar het werken met kwantitatieve scenario s om de onzekerheid over de effecten te omvatten. Bijkomende studie kan noodzakelijk blijken om kennis te verwerven over (de grootte van) die effecten die de impacten op uw departement direct zullen beïnvloeden of veroorzaken. Het is ook niet uitgesloten dat de beschikbare kennis moet verfijnd worden naar een andere tijdsschaal of geografisch verder uitgesplitst worden. 2.1.3. Stap 1c Ontwikkelen van relevante socio-economische indicatoren Veranderingen in de socio-economische condities kunnen een dominant effect hebben op de manier waarop kwetsbaarheid zal veranderen. Het is daarom even belangrijk om een goed kwantitatief idee te hebben over de socio-economische indicatoren, desgevallend m.b.v. scenario s. Uit stap 1a zal kunnen afgeleid worden welke indicatoren moeten bepaald worden. In paragraaf 3.4 wordt alvast een overzicht gegeven van de beschikbare informatie voor de meest gebruikte socio-economische indicatoren. Net zoals in stap 1b zullen wellicht specifieke indicatoren voor uw beleidsveld moeten bijkomend ontwikkeld of verfijnd worden. Bovendien zal er een afstemming moeten gebeuren o.a. naar tijdschaal met de scenario s over primaire effecten ontwikkeld in stap 1b. 2.1.4. Stap 1d Begroten van de impacten van klimaatverandering Op basis van de informatie ontwikkeld in stap 1b en stap 1c kunnen de initieel in stap 1a beschreven effecten verder uitgewerkt worden. De volledige lijst met potentiële impacten kan op die manier uitgedund worden tot een lijst met concrete significante impacten op bepaalde delen van uw beleidsdomein of beleidsveld, indien de gebruikte klimaatscenario s en socio-economische scenario s zich in de toekomst zullen manifesteren. Op deze manier wordt de huidige kwetsbaarheid van uw beleidsdomein of veld in kaart gebracht. Eventueel is het resultaat van deze stap 1d dat er iteratief in stap 1b en/of stap 1c een bepaalde impact verder verduidelijkt of meer in detail moet bestudeerd worden. 2.2. BLOK 2 Opstellen van de adaptatiestrategie 2.2.1. Stap 2a Identificeren van mogelijke maatregelen Voor de vastgestelde impacten kunnen diverse maatregelen geïdentificeerd worden. Zo kunnen ook voor de verwachte positieve impacten bepaalde kansen beschreven worden. Paragraaf 4.3 vormt hiervoor de aanzet. Het is van belang de mogelijke opties op dit moment voldoende breed te houden. Er kan eveneens gestart worden met potentiële kosten en neveneffecten van deze maatregelen. De link tussen maatregelen en scenario s van klimaatverandering moet behouden blijven, m.a.w. het moet duidelijk zijn hoever een maatregel moet uitgewerkt worden voor een bepaald niveau van klimaatverandering. Ook de zogeheten no-regret en win-win maatregelen worden in deze fase geïdentificeerd. I/RA/11356/10.002/RDS pagina 9
2.2.2. Stap 2b Definiëring van de strategie en doelstelling tijdens de plancyclus Nu er een volledig zicht is op de potentiële impacten en het palet aan maatregelen, zal er een strategie op lange termijn moeten gekozen worden zodat het beleidsdomein of veld zich kan aanpassen aan de effecten van klimaatverandering. Dit betekent automatisch dat er moet bepaald worden welke duurzame situatie men wil bereiken of handhaven (vastleggen van doelstellingen). Deze finale situatie en adaptatiestrategie moet uitgewerkt worden op een relevant geografisch en inhoudelijk detailniveau, in functie van de vastgestelde impacten en in samenwerking met de socio-economische spelers. Een duidelijk communicatie- en informatiepad moet worden uitgestippeld. Ook al is dit adaptatieproces van veel langere adem dan een klassieke beleidscyclus, is het nuttig om tussenliggende doelstellingen te formuleren, bijvoorbeeld per beleidscyclus, om de aandacht van alle betrokkenen en de draagkracht van de strategie te verhogen. Bij deze stap 2b verdient ook het zoeken en betrekken van alle belanghebbenden (binnen en buiten het departement) voldoende aandacht, zowel diegene die in contact zullen komen met de effecten als diegene die relevant zijn voor de implementatie van maatregelen. In hoofdstuk 5.1 wordt deze stap methodologisch verder beschreven. In hoofdstuk 5.2 is er een aanzet gegeven tot de uitwerking per beleidsveld. 2.2.3. Stap 2c Aftoetsen met bestaand beleid binnen het departement en buiten het departement Het adaptatiebeleid is geen losstaand beleid. Zo zullen bijvoorbeeld voor adaptatiemaatregelen eventueel maatregelen uit bestaand beleid in een hogere graad moeten geïmplementeerd worden of moeten bijgeschaafd worden. Gezien de tijdsschaal m.b.t. klimaatverandering kan het mogelijk zijn dat de tijdshorizon van bestaand beleid moet verlengd worden om op strategisch vlak de adaptatie te kunnen incorporeren. Bestaande instrumenten en beschikbaar budget moeten optimaal ingezet worden, rekening houdend met klimaatverandering. Vooropgestelde maatregelen moeten eventueel herzien worden omdat ze een negatief effect hebben op een ander beleidsveld. Het is eveneens van groot belang om het adaptatiebeleid van elk beleidsveld te vergelijken met de adaptatieplannen van andere beleidsvelden. Doorheen dit document wordt namelijk duidelijk dat bepaalde problemen (vb. droogte) een beleidsoverschrijdend karakter kennen en een gezamenlijke oplossing vanuit diverse beleidsvelden zal moeten worden aangereikt. De beleidsvelden kunnen hiervoor terugvallen op hun lopende onderlinge overlegorganen en mechanismen. Deze iteratieve stap 2c is zeer cruciaal voor het slagen van het adaptatiebeleid en zit verweven in bijna elk thematisch aspect en processtap van het bestaand beleid. Deze aanpassing van het beleid vergt de nodige aandacht en detail van uitwerking. In hoofdstuk 5.1 wordt deze stap methodologisch verder beschreven. In hoofdstuk 5.2 is er een aanzet gegeven tot de uitwerking per beleidsveld. 2.3. BLOK 3 Implementeren van het adaptatiebeleid 2.3.1. Stap 3a Berekenen en evalueren van de maatregelen Nu er een adaptatiestrategie is gekozen, moeten er individuele maatregelen verder ontwikkeld worden om deze strategie te realiseren. Een eerste deelstap bestaat erin het effect van de maatregelen te begroten, m.a.w. in welke graad zal deze maatregel een oplossing bieden voor de te verminderen impact op het beleidsveld. Voor deze effectberekening zal in bepaalde gevallen teruggevallen kunnen worden op methodieken die al standaard gebruikt worden in het bestaande beleid, dit vaak bij al beter gekende maatregelen. Dergelijke berekening kan ook al (vaak deels en tot op een bepaalde graad van detail) uitgevoerd zijn in de identificatiefase van maatregelen (zie stap 2a). Voor andere maatregelen kan er nood zijn aan een significante bijkomende inspanning om het effect te kennen. Het is belangrijk om het effect te kennen van elke maatregel in functie van het beschouwde scenario. Op beleidsniveau zullen diverse maatregelen samengesteld worden tot opties bestaande uit pakketten van maatregelen die kunnen leiden tot de gewenste implementatie van de adaptatiestrategie. Op dit moment is het nodig om deze diverse opties te kunnen vergelijken. Het is van groot belang dat de criteria die worden I/RA/11356/10.002/RDS pagina 10
vooropgesteld voor de vergelijking, voldoende breed en duurzaam worden gedefinieerd. Voor deze vergelijking kan in se gebruik gemaakt worden van bestaande ingeburgerde instrumenten (planmer, projectmer, maatschappelijke kosten-baten analyse, Mober, multi-criteria analyse) maar deze instrumenten zullen moeten toegespitst worden op de specifieke problematiek van klimaataanpassing: - Het ontwikkelen van specifieke indicatoren en/of duurzaamheidscriteria; - Rekening houden met de lange tijdshorizon (wat vb. een kosten-baten analyse bemoeilijkt); - Het beschouwen van de relevante geografische schaal; - Eventueel sturend voor wetgeving i.p.v. gestuurd door wetgeving; - 2.3.2. Stap 3c Opzetten van implementatie en - monitoringstrategie Net zoals bij elk beleidsplan moet er, zodra de maatregelen zijn bepaald, een implementatiestrategie worden uitgelegd die in meer detail zal bepalen wie, wanneer, waar en op welke manier maatregelen worden uitgevoerd. Deze vertaling in verantwoordelijken, budgetten, informatie en communicatie naar belanghebbenden, valt buiten het bereik van dit rapport. Elk plan staat of valt met het opzetten van een monitoringstrategie, met behulp van procesgebaseerde of resultaatgebaseerde indicatoren. De doelstellingen van de adaptatiestrategie werden vertaald in indicatoren wiens vooruitgang continu moet opgevolgd worden op de juiste geografische en tijdschaal, vaak zowel op projectniveau als op strategisch niveau. Hier zal een aftoetsing plaats moeten vinden met bestaande monitoring en monitoringstechnieken binnen een bepaald beleidsveld. Ook dit aspect van implementatie valt buiten het bereik van dit rapport. 2.3.3. Stap 3d Evalueren en bijsturen Een beleidscyclus kent steeds een iteratief karakter. Na het doorlopen van de hierboven beschreven stappen zal een evaluatie uitgevoerd worden en moet de adaptatiestrategie bijgestuurd worden. Door de huidige relatief grotere onzekerheid over impacten van klimaatverandering zal een volgende cyclus van adaptatiebeleid ook evolueren m.b.t. kennis over scenario s en daaruit voortvloeiende nood aan maatregelen. Dit betekent dat ook de doelstellingen van de strategie kunnen bijgesteld worden. Ook al worden hierboven de diverse stappen in een seriële volgorde beschreven, op diverse momenten in het adaptatieproces zal er nood zijn aan een iteratieve procedure, waarbij uit het resultaat van een bepaalde stap blijkt dat een voorgaande stap deels terug moet doorlopen worden. I/RA/11356/10.002/RDS pagina 11