Bouwstenen om te komen tot een coherent en efficiënt adaptatieplan voor Vlaanderen



Vergelijkbare documenten
Adaptief beheer van everzwijnen. 11/05/2012 Jim Casaer & Thomas Scheppers

DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, JEUGD, SPORT, BRUSSELSE AANGELEGENHEDEN EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING,

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2014/3 naar aanleiding van het Vlaams Ouderenbeleidsplan

Toelichting bij de nota Opvolging van doelstellingen in de regeerperiode Dieter Vanhee Departement Bestuurszaken

Wettelijk kader voor adaptatiemaatregelen

Het Vlaams adaptatiebeleid, naar Griet Verstraeten Departement Omgeving. Symposium Ecosysteemdiensten in Vlaanderen 4 februari 2019

Het ondernemingsplan als beheersinstrument in de Vlaamse Overheid voor interne opvolging en dialoog tussen politiek en administratie

Energiemanagement actieplan. Koninklijke Bammens

Energiemanagement Actieplan 1.A.1-1.A.2-1.A.3 2.A.1-2.A.2-2.A.3 2.C.2 3.B.2

Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie?

Energiemanagementsysteem

WERKING KIJKWIJZER BELEIDSVOEREND VERMOGEN: TOEGEPAST OP LOOPBAANBEGELEIDING IN DE SCHOLENGEMEENSCHAP

VLAAMS MINISTERIE VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN

Stand van zaken van het adaptatiebeleid in Vlaanderen. Johan Bogaert

INTEGRALE KWALITEITSZORG PASSEND ONDERWIJS GOEREE-OVERFLAKKEE

Vlaanderen. is samenwerking COMPLEXE PROJECTEN. Een nieuwe procesaanpak.

FUNCTIEFAMILIE 4.2 Beleidsthemabeheerder

Wendbaarheid is een Werkwoord

Functiebeschrijving: Projectbeheerder

Checklist afsprakenkader en actieplan Brede School in Brussel

Energiemanagement actieplan. Baggerbedrijf West Friesland

Portfolio kindvriendelijke steden en gemeenten

BBC EN PLANNING IN GEEL

Energiemanagement actieplan

FUNCTIEFAMILIE 4.1 Beleidsondersteuning

Beleidsplan Kwaliteit en veiligheid 2018

Seminarie ondernemingsplan. 13 november Getuigenis vanuit het departement Economie, Wetenschap en Innovatie

Het ondernemingsplan: nut van een betere koppeling met de begrotingscyclus. Tom Van Laere

Klimaatscenario s voor Vlaanderen, en impact op de waterhuishouding

VERANTWOORDELIJKHEDEN BIJ UITVOERING VAN WELZIJNSWET EN IN HET BIJZONDER VAN DE HIERARCHISCHE LIJN

Gewijzigde doelstellingen in de leidraad interne controle/ organisatiebeheersing VLAAMSE OVERHEID. (inwerkingtreding: 1 januari 2015)

Zelfevaluatie op te stellen door Innovatiecentra en. dit in het kader van de eindevaluatie van de Innovatiecentra

Dit moet gemotiveerd worden in het projectvoorstel en wordt mee beoordeeld bij de evaluatie.

Monitoring en evaluatie van het programma voor

ZONOVERGOTEN VLAANDEREN KLIMAAT EN PUBLIEKE RUIMTE

VLAAMS VRIJWILLIGERSBELEID

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING. Woonbeleidsplan Vlaanderen (uitvoering van artikel 4bis van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode)

Energiemanagement actieplan. Van Schoonhoven Infra BV

De 2030-agenda voor duurzame ontwikkeling in Vlaanderen

Energiemanagementsysteem. Van de Kreeke Beheer BV en Habets-van de Kreeke Holding BV

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 25 november

Strategy: a perspective

WHITE PAPER STAKEHOLDERMANAGEMENT

Onderzoeksproject optimalisatie competentiematrix

Functiebeschrijving. Functiehouder. Functiegegevens. Doel van de functie. Plaats in de organisatie OCMW SCHOTEN

Brussel, 19 september Advies Ondernemerschapsportefeuille. Advies

Lerend Netwerk. Coachingavond Draaiboek Plan B. Case Caermerklooster Firma Denys NV. Proactief handelen

MEDEDELING AAN DE VLAAMSE REGERING

De meerjarige ondernemingsplannen binnen de Vlaamse overheid Les plans d entreprises pluriannuels au sein de l administration Flamande

Driedaagse Leergang. Kennisintensieve beleidsontwikkeling

FUNCTIEBESCHRIJVING. Het afdelingshoofd Technische Zaken staat in voor de algemene leiding van de afdeling technische zaken.

1) In hoeverre is het instrument in uw organisatie gebruikt geweest?

INHOUD. Inleiding 9 INHOUD

Stappenplan Social Return on Investment. Onderdeel van de Toolkit maatschappelijke business case ehealth

Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen AUDITORIUM HADEWYCH, CONSCIENCEGEBOUW, BRUSSEL, 28/11/2013

Begeleid Digitaal. 17 maart

De werking van de Beleids-en beheerscyclus

Voorontwerp van decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting

Maatschappelijke uitdagingen voor brede scholen

Problematiek in projecten

Draaiboek ter opbouw van een lokaal afsprakenkader tussen scholen en hun actoren

Strategische meerjarenplanning De praktijk in Sint-Niklaas. Tom Speleman adviseur interne communicatie en beleidsplanning

Geeft u liever uw mening via of per post?

Bouwstenen om te komen tot een coherent en efficiënt adaptatieplan voor Vlaanderen

Een beleidsevaluatie voorbereiden - ervaringen vanuit de OVAM

Rol: clustermanager Inwoners

Procedures en terminologie Lindelei. 11 september 2018 infomoment

Renovatiepact Commissie Vlaams Parlement

Werkwijze Cogo abcdefgh. Cogo publicatienr Ad Graafland Paul Schepers. 3 maart Rijkswaterstaat

Droge Voeten 2050, beheergebied waterschap Noorderzijlvest

Functiebeschrijving: Projectbeheerder

Vertrek van je eigen brede kijk op jeugd en jeugdbeleid

Ervaring nieuwe maturiteitsaudit Het Facilitair Bedrijf

Energie Management Actieplan

6. Project management

Opmaak van een prototype van een Synergiefaciliterend Sediment Kennissysteem (SfSKs)

Strategische planning Workbook

Vlaamse overheid Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35, bus Brussel

SYNTHESERAPPORT EVALUATIE WETENSCHAPPELIJKE OLYMPIADES SAMENVATTING

Normen in performance audit Het Belgisch Rekenhof

VR DOC.1481/1

Vlaams Evaluatieplatform n.a.v. rapport Rekenhof m.b.t. beleidsevaluatiecapaciteit binnen federale overheid:

ISO9001:2015, in vogelvlucht. Door Tjarko Vrugt

Toelichtingen bij de leidraad voor het vierjaarlijks beleidsplan Koepelorganisatie

Betreft: resultaten tijdelijke werkgroep versterken rol raad binnen P&C cyclus. Van: De tijdelijke werkgroep versterken rol raad binnen P&C cyclus

Scaldwin slotseminarie 9 december 2014 ISC: een blik op de toekomst

Aan de slag met de lokale samenwerkingsovereenkomst GBO van start tot finish

FUNCTIEFAMILIE 5.1 Lager kader

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen

ROL beschrijving : KADER Diensthoofd A1a-A2a

Marleen van de Westelaken Vincent Peters Informatie over Participatieve Methoden

Evaluatie van Open Bedrijvendag

Insights Zorg. Uw partner in ehealthimplementatie

10/05/2012. Project evalueren studenten in het UZA. Hoe is dit gegroeid?? Wat is de achtergrond en het doel van evalueren

Verslag aan de Provincieraad

Voorbeeld monitoring en evaluatie gemeente Soest

Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen BghU 2018

Mededeling Vlaamse Regering. Vlaams statistisch programma: samenstelling en goedkeuringsproces

Uitgangspunten procescriteria: waar dienen ze wel en waar dienen ze niet toe? Methode: hoe zijn de criteria opgebouwd en hoe zijn we daartoe gekomen?

STRATEGIE EN JEUGD STAD ANTWERPEN

Transcriptie:

2. BOUWSTENEN VOOR EEN ADAPTATIEPLAN Deze bouwstenen zijn gericht op de uitwerking van een adaptatieplan vanuit een Vlaams beleidsdepartement of beleidsveld. Het globale proces kan eveneens door een ander beleidsniveau (vb. een gemeente) of door een andere stakeholder (vb. een industriële sector) doorlopen worden, echter zijn de terminologie en specifiekere uitwerking gericht op een Vlaams beleidsdepartement. Er wordt verondersteld dat de relevante departementen elk hun bijdrage voor het Vlaamse adaptatieplan zullen leveren. De relevantie van de departementen is bepaald vanuit hun rol in het adaptatiebeleid : bepaalde departementen op de eerste rij zullen vanuit hun beleid pro-actief adaptatiemaatregelen moeten nemen. Deze beleidsvelden zijn dan ook nauwer betrokken (vb. extra bilateraal overleg) tijdens de opmaak van deze studie. De niet-rechtstreeks betrokken departementen zullen slechts op een secundaire manier betrokken worden in het adaptatiebeleid, bijvoorbeeld omwille van interactie met beleid of maatregelen uit een ander departement of omwille van globale budgettaire verschuivingen. Tijdens de uitwerking van dit project hebben we vastgesteld dat de afstemming tussen de adaptatieplannen van de diverse beleidsvelden een belangrijk aandachtspunt is. Onder meer hierdoor zal het adaptatiebeleid een langlopend beleidsproces zijn met een duidelijk iteratief karakter. De verschillende stappen die hieronder worden uitgewerkt, zullen elke beleidscyclus doorlopen worden om het adaptatiebeleid aan te passen aan de voortschrijdende inzichten en socio-economische evoluties. Figuur 2-1 schetst alle stappen die het adaptatieproces zal doorlopen, vanaf de intentie tot het opstellen van een adaptatieplan tot en met het uitvoeren van de adaptatiemaatregelen. Deze bouwstenen voor een adaptatieplan focussen echter op de stappen die worden doorlopen tot het finaliseren van een adaptatieplan. I/RA/11356/10.002/RDS pagina 7

Figuur 2-1 Stappenplan voor het adaptatieproces van een Vlaams departement I/RA/11356/10.002/RDS pagina 8

2.1. BLOK 1 Welke effecten van klimaatverandering zal ons beleidsdomein ondervinden? 2.1.1. Stap 1a Beschrijving van de mogelijke impacten Elk beleidsdomein wordt in min of meerdere mate in de toekomst beïnvloed door klimaatverandering. Het probleem van klimaatverandering voor uw departement, beleidsdomein of beleidsveld wordt ten eerste aangepakt door het ontrafelen in mogelijke impacten op een middellange of lange termijn. Daarbij kan als startpunt voor deze beschrijving gebruik gemaakt worden van de initiële oplijsting en onderverdeling gemaakt in 3.5. 2.1.2. Stap 1b Relevante primaire effecten Daaruit vloeit de nood tot kennis over de evolutie in de tijd van de directe of primaire effecten van klimaatverandering in Vlaanderen. In paragraaf 3.3 wordt de huidige stand van zaken weergegeven voor een aantal belangrijke parameters zoals de temperatuur, de neerslag, Absolute voorkeur gaat naar het werken met kwantitatieve scenario s om de onzekerheid over de effecten te omvatten. Bijkomende studie kan noodzakelijk blijken om kennis te verwerven over (de grootte van) die effecten die de impacten op uw departement direct zullen beïnvloeden of veroorzaken. Het is ook niet uitgesloten dat de beschikbare kennis moet verfijnd worden naar een andere tijdsschaal of geografisch verder uitgesplitst worden. 2.1.3. Stap 1c Ontwikkelen van relevante socio-economische indicatoren Veranderingen in de socio-economische condities kunnen een dominant effect hebben op de manier waarop kwetsbaarheid zal veranderen. Het is daarom even belangrijk om een goed kwantitatief idee te hebben over de socio-economische indicatoren, desgevallend m.b.v. scenario s. Uit stap 1a zal kunnen afgeleid worden welke indicatoren moeten bepaald worden. In paragraaf 3.4 wordt alvast een overzicht gegeven van de beschikbare informatie voor de meest gebruikte socio-economische indicatoren. Net zoals in stap 1b zullen wellicht specifieke indicatoren voor uw beleidsveld moeten bijkomend ontwikkeld of verfijnd worden. Bovendien zal er een afstemming moeten gebeuren o.a. naar tijdschaal met de scenario s over primaire effecten ontwikkeld in stap 1b. 2.1.4. Stap 1d Begroten van de impacten van klimaatverandering Op basis van de informatie ontwikkeld in stap 1b en stap 1c kunnen de initieel in stap 1a beschreven effecten verder uitgewerkt worden. De volledige lijst met potentiële impacten kan op die manier uitgedund worden tot een lijst met concrete significante impacten op bepaalde delen van uw beleidsdomein of beleidsveld, indien de gebruikte klimaatscenario s en socio-economische scenario s zich in de toekomst zullen manifesteren. Op deze manier wordt de huidige kwetsbaarheid van uw beleidsdomein of veld in kaart gebracht. Eventueel is het resultaat van deze stap 1d dat er iteratief in stap 1b en/of stap 1c een bepaalde impact verder verduidelijkt of meer in detail moet bestudeerd worden. 2.2. BLOK 2 Opstellen van de adaptatiestrategie 2.2.1. Stap 2a Identificeren van mogelijke maatregelen Voor de vastgestelde impacten kunnen diverse maatregelen geïdentificeerd worden. Zo kunnen ook voor de verwachte positieve impacten bepaalde kansen beschreven worden. Paragraaf 4.3 vormt hiervoor de aanzet. Het is van belang de mogelijke opties op dit moment voldoende breed te houden. Er kan eveneens gestart worden met potentiële kosten en neveneffecten van deze maatregelen. De link tussen maatregelen en scenario s van klimaatverandering moet behouden blijven, m.a.w. het moet duidelijk zijn hoever een maatregel moet uitgewerkt worden voor een bepaald niveau van klimaatverandering. Ook de zogeheten no-regret en win-win maatregelen worden in deze fase geïdentificeerd. I/RA/11356/10.002/RDS pagina 9

2.2.2. Stap 2b Definiëring van de strategie en doelstelling tijdens de plancyclus Nu er een volledig zicht is op de potentiële impacten en het palet aan maatregelen, zal er een strategie op lange termijn moeten gekozen worden zodat het beleidsdomein of veld zich kan aanpassen aan de effecten van klimaatverandering. Dit betekent automatisch dat er moet bepaald worden welke duurzame situatie men wil bereiken of handhaven (vastleggen van doelstellingen). Deze finale situatie en adaptatiestrategie moet uitgewerkt worden op een relevant geografisch en inhoudelijk detailniveau, in functie van de vastgestelde impacten en in samenwerking met de socio-economische spelers. Een duidelijk communicatie- en informatiepad moet worden uitgestippeld. Ook al is dit adaptatieproces van veel langere adem dan een klassieke beleidscyclus, is het nuttig om tussenliggende doelstellingen te formuleren, bijvoorbeeld per beleidscyclus, om de aandacht van alle betrokkenen en de draagkracht van de strategie te verhogen. Bij deze stap 2b verdient ook het zoeken en betrekken van alle belanghebbenden (binnen en buiten het departement) voldoende aandacht, zowel diegene die in contact zullen komen met de effecten als diegene die relevant zijn voor de implementatie van maatregelen. In hoofdstuk 5.1 wordt deze stap methodologisch verder beschreven. In hoofdstuk 5.2 is er een aanzet gegeven tot de uitwerking per beleidsveld. 2.2.3. Stap 2c Aftoetsen met bestaand beleid binnen het departement en buiten het departement Het adaptatiebeleid is geen losstaand beleid. Zo zullen bijvoorbeeld voor adaptatiemaatregelen eventueel maatregelen uit bestaand beleid in een hogere graad moeten geïmplementeerd worden of moeten bijgeschaafd worden. Gezien de tijdsschaal m.b.t. klimaatverandering kan het mogelijk zijn dat de tijdshorizon van bestaand beleid moet verlengd worden om op strategisch vlak de adaptatie te kunnen incorporeren. Bestaande instrumenten en beschikbaar budget moeten optimaal ingezet worden, rekening houdend met klimaatverandering. Vooropgestelde maatregelen moeten eventueel herzien worden omdat ze een negatief effect hebben op een ander beleidsveld. Het is eveneens van groot belang om het adaptatiebeleid van elk beleidsveld te vergelijken met de adaptatieplannen van andere beleidsvelden. Doorheen dit document wordt namelijk duidelijk dat bepaalde problemen (vb. droogte) een beleidsoverschrijdend karakter kennen en een gezamenlijke oplossing vanuit diverse beleidsvelden zal moeten worden aangereikt. De beleidsvelden kunnen hiervoor terugvallen op hun lopende onderlinge overlegorganen en mechanismen. Deze iteratieve stap 2c is zeer cruciaal voor het slagen van het adaptatiebeleid en zit verweven in bijna elk thematisch aspect en processtap van het bestaand beleid. Deze aanpassing van het beleid vergt de nodige aandacht en detail van uitwerking. In hoofdstuk 5.1 wordt deze stap methodologisch verder beschreven. In hoofdstuk 5.2 is er een aanzet gegeven tot de uitwerking per beleidsveld. 2.3. BLOK 3 Implementeren van het adaptatiebeleid 2.3.1. Stap 3a Berekenen en evalueren van de maatregelen Nu er een adaptatiestrategie is gekozen, moeten er individuele maatregelen verder ontwikkeld worden om deze strategie te realiseren. Een eerste deelstap bestaat erin het effect van de maatregelen te begroten, m.a.w. in welke graad zal deze maatregel een oplossing bieden voor de te verminderen impact op het beleidsveld. Voor deze effectberekening zal in bepaalde gevallen teruggevallen kunnen worden op methodieken die al standaard gebruikt worden in het bestaande beleid, dit vaak bij al beter gekende maatregelen. Dergelijke berekening kan ook al (vaak deels en tot op een bepaalde graad van detail) uitgevoerd zijn in de identificatiefase van maatregelen (zie stap 2a). Voor andere maatregelen kan er nood zijn aan een significante bijkomende inspanning om het effect te kennen. Het is belangrijk om het effect te kennen van elke maatregel in functie van het beschouwde scenario. Op beleidsniveau zullen diverse maatregelen samengesteld worden tot opties bestaande uit pakketten van maatregelen die kunnen leiden tot de gewenste implementatie van de adaptatiestrategie. Op dit moment is het nodig om deze diverse opties te kunnen vergelijken. Het is van groot belang dat de criteria die worden I/RA/11356/10.002/RDS pagina 10

vooropgesteld voor de vergelijking, voldoende breed en duurzaam worden gedefinieerd. Voor deze vergelijking kan in se gebruik gemaakt worden van bestaande ingeburgerde instrumenten (planmer, projectmer, maatschappelijke kosten-baten analyse, Mober, multi-criteria analyse) maar deze instrumenten zullen moeten toegespitst worden op de specifieke problematiek van klimaataanpassing: - Het ontwikkelen van specifieke indicatoren en/of duurzaamheidscriteria; - Rekening houden met de lange tijdshorizon (wat vb. een kosten-baten analyse bemoeilijkt); - Het beschouwen van de relevante geografische schaal; - Eventueel sturend voor wetgeving i.p.v. gestuurd door wetgeving; - 2.3.2. Stap 3c Opzetten van implementatie en - monitoringstrategie Net zoals bij elk beleidsplan moet er, zodra de maatregelen zijn bepaald, een implementatiestrategie worden uitgelegd die in meer detail zal bepalen wie, wanneer, waar en op welke manier maatregelen worden uitgevoerd. Deze vertaling in verantwoordelijken, budgetten, informatie en communicatie naar belanghebbenden, valt buiten het bereik van dit rapport. Elk plan staat of valt met het opzetten van een monitoringstrategie, met behulp van procesgebaseerde of resultaatgebaseerde indicatoren. De doelstellingen van de adaptatiestrategie werden vertaald in indicatoren wiens vooruitgang continu moet opgevolgd worden op de juiste geografische en tijdschaal, vaak zowel op projectniveau als op strategisch niveau. Hier zal een aftoetsing plaats moeten vinden met bestaande monitoring en monitoringstechnieken binnen een bepaald beleidsveld. Ook dit aspect van implementatie valt buiten het bereik van dit rapport. 2.3.3. Stap 3d Evalueren en bijsturen Een beleidscyclus kent steeds een iteratief karakter. Na het doorlopen van de hierboven beschreven stappen zal een evaluatie uitgevoerd worden en moet de adaptatiestrategie bijgestuurd worden. Door de huidige relatief grotere onzekerheid over impacten van klimaatverandering zal een volgende cyclus van adaptatiebeleid ook evolueren m.b.t. kennis over scenario s en daaruit voortvloeiende nood aan maatregelen. Dit betekent dat ook de doelstellingen van de strategie kunnen bijgesteld worden. Ook al worden hierboven de diverse stappen in een seriële volgorde beschreven, op diverse momenten in het adaptatieproces zal er nood zijn aan een iteratieve procedure, waarbij uit het resultaat van een bepaalde stap blijkt dat een voorgaande stap deels terug moet doorlopen worden. I/RA/11356/10.002/RDS pagina 11