DOSSIER Beroepsonderwijs. 11 februari 2011. Knaap Bouwbedrijf: Loopbaantraject biedt zekerheid. Civilion gelooft in gericht werven en opleiden

Vergelijkbare documenten
Bijdragen aan een krachtige leeromgeving voor leerlingen in de bouw en infra. Bouw aan vakmanschap. Word erkend leerbedrijf!

Werken in de bouw. Bouw aan je toekomst!

Digitaal en papier Maatwerk Afwisselend Docent leidend. De lesmethodes van Fundeon

Advies en ondersteuning. Opleiden doen we samen voor een krachtige leeromgeving

Erkend leerbedrijf. dáár wordt het vak geleerd. horeca bakkerij reizen recreatie facilitaire dienstverlening

Advies over scholing, ontwikkeling en behoud van medewerkers. Verbeter uw bedrijf samen met Fundeon. bouw op kennis

Bijlage 1. Concept convenant leerlingbouwplaatsen.

Beroepspraktijkvorming op de werkvloer

Herziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 juli 2015

Middelbaar beroepsonderwijs (zie verder uitleg na dit schema) Beroeps Opleidende Leerweg (zie verder uitleg na dit schema)

Bouwkunde. Bouwplaatsassistent BOL/ BBL Niveau 1 1 jaar

Beroepspraktijkvorming op de werkvloer

Uw kind gaat naar het mbo HORIZONCOLLEGE.NL ALKMAAR HEERHUGOWAARD HOORN PURMEREND

Opleiden in laagconjunctuur

Beroepspraktijkvorming op de werkvloer

Bouwtechnische opleidingen

_entreeopleiding egiocollegeopleidingen

Beroepspraktijkvorming op de werkvloer

Bouwtechnische opleidingen

Zekerheid en kwaliteit. Kwaliteitsborging examinering Voor mbo-opleidingen in de bouw en infra

Beroepspraktijkvorming op de werkvloer

Herziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 september 2015

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Noord

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Groot Amsterdam - Gooi en Vechtstreek

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Flevoland

Het VMBO op het Groenhorst College Nijkerk. Inleiding

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Den Haag

EXPERTS MET KARAKTER

BPV-praktijkboek. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent

BPV-monitor vragenlijst praktijkopleiders leerbedrijven [definitief]

BBL-OPLEIDINGEN ZORG & WELZIJN KRAMERSGILDEPLEIN ARNHEM ROC A12

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Dordrecht-Gorinchem-Zwijndrecht

2011 / Toetsplan. Voor de Middelbare Beroepsopleiding Tegelzetter

Zadkine Startcollege Wat heb jij aan Startcollege? Bol of bbl Entree Opleidingen

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Zuid-Limburg

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Doetinchem

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Noord-Holland Zuid

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Eindhoven

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Breda Bergen op Zoom

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Rotterdam

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Gouda

Beroepspraktijkvorming op de werkvloer

Dit jaar moet je een keuze gaan maken voor de vakken, waarin je volgend jaar examen in gaat doen.

Onderwijsassistent (niveau 4 BOL, 3 jaar) Wat zijn mijn taken als onderwijsassistent?

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Arnhem

Dit jaar moet je een keuze gaan maken voor de vakken, waarin je volgend jaar examen in gaat doen.

m e t B o u w t a l e n t k i e s j e v o o r e e n z e k e r e t o e k o m s t

A fbouw. Ontwikkeling aantal leerlingen Afbouw 2013/2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1. Datum: januari 2014 Auteur: Sanne Saalbrink

Regiorapportage Mobiliteitsbranche Groningen

Bedrijventevredenheidsonderzoek 2017

Beroepspraktijkvorming op de werkvloer

Uw kind gaat naar het mbo HORIZONCOLLEGE.NL ALKMAAR HEERHUGOWAARD HOORN PURMEREND

BPV-WEGWIJZER: BASIS III BEROEPSONDERWIJS september 2010

Handreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo

evc ervaringscertificaat laat zien wat je waard bent!

Keuzedelen een plus op het mbo-diploma. Innovatie in de regio en kansen op de arbeidsmarkt

Ondernemend onderwijs voor een groene toekomst. Groen is overal en voor iedereen

Inge Test

Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB

TIEN MAATREGELEN OM VAKMANSCHAP TE BEHOUDEN EN TE VERSTERKEN. Maak er gebruik van, het kan u geld opleveren!

Overzicht uitwisselingen schooljaar

Kiezen in mavo 2. Cohort Park Lyceum Almere

DOOR NAAR HET MBO DE KEUZE EN CONSEQUENTIES VAN EEN BBL-OPLEIDING

DECANOLOGICA LEERJAAR 2 VMBO

INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 4 2. KIEZEN 5 3. KIEZEN IN HET VMBO TL MAVO 6 4. SECTOREN VAKKENPAKKET (lessentabel) 8 6. BEROEPENÖRIENTATIE 9

mbo groene ruimte Laat jij Nederland genieten van groen?

mbo cultuurtechnisch loonwerk

Tekst: Gofrie van Lieshout Foto's: Ken Wong

Beroepspraktijkvorming op de werkvloer

Beroepspraktijkvorming op de werkvloer

Beroepspraktijkvorming op de werkvloer

HANDEL & VERKOOP. creatief en commercieel HANDEL & VERKOOP. creatief en commercieel. Handel en Verkoop

mbo bloem Geef jouw creatieve passie voor bloemen de ruimte

REGLEMENT INSTROOMBEVORDERING VOOR DEELNEMERS MET AFSTAND TOT DE ARBEIDSMARKT

Op het Nova College leer je een vak. Bijvoorbeeld verpleegkundige, monteur of kok. Dat kies je zelf, waarschijnlijk samen met je

Vormgeving, Bouw- & Beschermingstechniek. Markiezaat College, het échte werk

Kansen voor jongeren bij u op de werkvloer Menukaart voor werkgevers

Het Ambachtshuis Brabant. Voordeur naar ambachtelijk vakmanschap

Mogen wij jou. de BAL toespelen? u Het Ambachtshuis Brabant biedt kleinschalige vakscholing. aan volgens het Meester-gezel-principe in Brabant.

Je maakt het op het Vakcollege Noordoostpolder Schooljaar 15/16

BBL Bouwkunde Timmerman en Metselaar. Hoornbeeck College

Beroepspraktijkvorming

de techniek van cofely

Vormgeving, Bouw- & Beschermingstechniek. Markiezaat College, het échte werk

REGLEMENT TEGEMOETKOMINGEN Instroom vanaf 1 augustus 2012 tot 1 september 2015

Juridische medewerker

SOS Vakmanschap - Organisatie voor behoud en versterking van specialistische beroepen - Geld is niet het belangrijkste

Uw kind gaat naar het mbo

EEN LEVEN LANG LEREN

DECANOLOGICA LEERJAAR 2 VMBO

Onderzoeksrapport: zorgelijke terugloop leerwerkplekken mbo

NIVEAU 4 TUIN, PARK & LANDSCHAP. Startjaar: Kwalificatiedossier: Natuur en groene ruimte 4 Versie:

Niets is moeilijk voor wie weet hoe het werkt.

Inzet en betrokkenheid van de vakbonden bij het middelbaar beroepsonderwijs

ED Graafschap College JURIDISCHE DIENSTVERLENING. Opleidingen. Juridische dienstverlening

Opticien. Iets voor jou? Wat moet je kunnen? Roermond - Bredeweg Niveau 4. na de zomervakantie. Gilde Opleidingen

WELKE KENNIS EN VAARDIGHEDEN MOETEN! TOEKOMSTIG WERKNEMERS IN DE BOUW HEBBEN?! Een onderzoek onder de leden van! Bouwend Nederland afdeling Friesland!

IK GA VOOR DE SCHOOL VOOR TECHNIEK MBOAMERSFOORT.NL

AANMELDEN VANAF 1 NOVEMBER 2016

Studentopdracht INtheMC

Transcriptie:

Magazine over opleiding en scholing in de bouw en infra 1 11 februari 2011 Knaap Bouwbedrijf: Loopbaantraject biedt zekerheid Civilion gelooft in gericht werven en opleiden Vanaf pagina 13 DOSSIER Beroepsonderwijs

Directeur Frank Fiers van Civilion zoekt naar betontimmermannen waar de aangesloten bedrijven behoefte aan hebben. Uitplaatsen van leerlingen is geen probleem. 4 Dossier Beroepsonderwijs De docenten van de regionale opleidingencentra (roc s) leiden de toekomstige werknemers in de bouw- en infrasector op. Hoe ze dat doen, is gebonden aan allerlei voorschriften en reglementen: opgelegd door de overheid én de sector. Dit dossier legt uit hoe het middelbaar beroepsonderwijs in elkaar zit en hoe de leerling daar zijn vak leert. 13 Inhoud Knaap Bouwbedrijf stimuleert werknemers om door te leren. Daarbij maakt het bedrijf gebruik van het Loopbaantraject Bouw & Infra. 21 De nieuwe voorzitter van het Platform vmbo Bouwtechniek, Leen Prins, pleit voor duidelijke programmaclusters op het vmbo. Het aantal leerlingen daalt. Afzonderlijke afdelingen worden te klein. 24 Erkend leerbedrijf: Aannemersbedrijf Kormelink 3 Civilion zoekt gericht naar vijfhonderd mensen 4 Gouden medailles voor bouwteam op EuroSkills 7 Tienduizend deelnemers Loopbaantraject Bouw & Infra 8 Pilot Uitzenden en opleiding in de bouw en infra van start 8 Honderdste leerlingbouwplaats voor Van Dijk Groep 8 Mbo-leerlingen positief over leerbedrijf 9 Column Raymond van Steenvoorden: Briljant idee 9 Quint Nooren benut kennis van Fundeon 10 Dossier Beroepsonderwijs 13 Knaap Bouwbedrijf: Loopbaantraject biedt zekerheid 21 Vmbo-locatiedirecteur Leen Prins denkt ondernemend 24 BouwNu verbetert praktijkleren 26 Beroep in Beeld: Verkeersregelaar Johnny Sewnandan 29 Serviceberichten van Fundeon 30 Adressen Fundeon 32 2 FUNDAMENT - februari 2011

Erkend Leerbedrijf De hele branche profiteert van goed geschoold personeel Clemens Bokkers is verantwoordelijk voor de technisch commerciële zaken van Aannemersbedrijf Kormelink in Rietmolen. Het bedrijf bestaat ruim negentig jaar. Kormelink is op 30 september uitgeroepen tot Beste Leerbedrijf Middenkader 2010. Gefeliciteerd. Zijn jullie trots? Jazeker. We zijn zeer vereerd met de prijs. Door de aandacht rond het winnen van de prijs krijgen we veel positieve reacties van relaties en opdrachtgevers. Daarnaast weten hbostudenten ons nu makkelijk te vinden. We krijgen veel aanvragen voor stages. Doorlopend leren Vanaf het vmbo tot aan het pensioen: werknemers in de bouw en infra moeten een leven lang blijven leren. Dat blijkt uit de artikelen in deze Fundament. Leen Prins, de nieuwe voorzitter van het Platform vmbo Bouwtechniek ziet aan de basis een belangrijke rol weggelegd voor het vmbo, als voorbereiding op het mbo. Op mbo-niveau zoeken scholen en bedrijven steeds meer de samenwerking om leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op hun loopbaan. Daarna blijven bedrijven investeren in het ontwikkelen van hun personeel, zoals Johan Quint van Quint Nooren en Arjan van der Spek van Knaap Bouwbedrijf in deze uitgave van Fundament vertellen. Fundeon - en de zelfstandige onderdelen Loopbaantraject Bouw & Infra en de EVC-centra Bouw & Infra - kan daar een rol in spelen. Wat doet Aannemersbedrijf Kormelink precies? We hebben ongeveer honderd werknemers in dienst en zijn een allround bouwbedrijf dat zich met van alles bezig houdt. Van klein tot groot en van particulier tot zakelijk. Van het plaatsen van een dakkapel tot een verbouwing, nieuwbouw van kantoren en winkels, renovatie, storingsdienst, projectontwikkeling, noem maar op. Gemiddeld hebben we twintig leerlingen in het bedrijf, van niveau één tot en met vijf. We hebben dus leerling-timmermannen, maar ook stagiairs middenkader op kantoor. Waarom zijn jullie erkend leerbedrijf? We vinden het belangrijk dat onze eigen medewerkers goed worden opgeleid. Daarnaast kun je, door samen te werken met scholen uit de regio, potentiële collega s opleiden. Door kennisoverdracht investeer je in toekomstige medewerkers voor de bouw, de hele branche profiteert van goed geschoold personeel. De uitstroom is momenteel groot, doordat veel mensen de komende jaren met pensioen gaan. We hebben goed opgeleid personeel dus hard nodig. Daarnaast motiveert het onze eigen werknemers als leerlingen opgeleid worden door eigen mensen. Jolanda de Vries j.devries@fundeon.nl FUNDAMENT - februari 2011 3

Mening 4 FUNDAMENT - februari 2011

Frank Fiers van Civilion zoekt mensen met potentie om door te groeien. Uitvoerend werk is er steeds minder. Ook bij ons in de civiele betonbouw. Frank Fiers, directeur Civilion Construct en Academy Gericht zoeken naar vijfhonderd mensen In een naar verhouding met andere branches stabiele markt heeft Civilion het relatief gemakkelijk om voldoende leerlingen te werven voor de aangesloten bedrijven. Maar ook op de krappe arbeidsmarkt van de afgelopen jaren kreeg Civilion Construct de klas vol met leerlingen die betontimmerman wilden worden. Directeur Frank Fiers: Van het vmbo moeten we het niet hebben. i www.civilion.nl www.theskylineisyours.nl Momenteel moeten opleidingsbedrijven in de bouw en infra zich vooral inspannen om de leerlingen uit de werkplaats te krijgen en hen te plaatsen bij erkende leerbedrijven. Zo niet Civilion. Het voordeel van de civiele betonbouw is dat we vrij goed kunnen voorspellen wat het werkaanbod van de komende jaren is. We werken voornamelijk aan projecten waarbij de overheid de opdrachtgever is. Daardoor weten we dat we, om aan de vraag vanuit onze branche te kunnen voldoen, jaarlijks zo n zestig leerlingen moeten aannemen. Om een goede selectie te kunnen maken, moeten we zo n vijfhonderd mensen bereiken. Die vinden we niet op vmbo-scholen, maar wel via onder meer internet, roc s, advertentiecampagnes, uitzendbureaus en het UWV Werkbedrijf. Zoektocht door recruiters Gericht zoeken naar die vijfhonderd mensen is de oplossing, vindt Fiers. Wij hebben twee recruiters in dienst die niets anders doen dan nieuwe mensen werven. Dat doen ze op dezelfde manier als bedrijven die nieuwe werknemers zoeken. Ze maken gebruik van internet, kijken in de bakken van het UWV en geven voorlichting op scholen. Voorwaarde voor een goede zoektocht is dat de recruiters weten naar wie ze op zoek zijn. Wij willen leerlingen aannemen die de potentie hebben om door te groeien naar voorman of praktisch uitvoerder. Dat zijn de mensen waar de bij ons aangesloten bedrijven behoefte aan hebben, weet Fiers. Bij onze bedrijven - de hoofdaannemers - zitten misschien zo n twaalfhonderd mensen in het uitvoerende werk. Nog zo n aantal is in dienst van onderaannemers. Dat aantal zal eerder dalen dan stijgen, doordat steeds meer modulair wordt gebouwd. Op de bouw moet alles in een heel korte tijd bij elkaar komen. Dat vereist absolute precisie en vakkennis. Potentie om door te groeien Fiers: De meeste leerlingen die het basisniveau op het vmbo volgen, hebben meestal niet de potentie om door te groeien tot voorman. Dus wij zoeken mensen die minimaal het hoogste leerniveau op het vmbo hebben gedaan, de theoretische leerweg. Direct na het vmbo kiezen deze leerlingen over het algemeen echter niet voor de opleiding tot betontimmerman. De kans is groter dat onze instromer bedrijfsleider bij McDonalds was, want de meeste van onze instromers zijn 22, 23 jaar oud en hebben geen enkele ervaring in de bouwsector. Ze hebben in de detailhandel gezeten of zijn op een kantoor terechtgekomen. In de praktijk blijkt dat vaak minder aantrekkelijk dan ze hadden gedacht. En dan lijkt ineens een technisch beroep toch zo gek nog niet. Veertig jaar plezier De directeur van Civilion vindt het geen enkel probleem dat zijn leerlingen al wat ouder zijn en geen gerichte ervaring hebben. De kosten liggen iets hoger, maar dat verdien je met de veertig jaar die ze daarna in onze branche werken wel weer terug. Belangrijker dan erva- FUNDAMENT - februari 2011 5

ring is wat voor mensen het zijn. Onze recruiters kijken of het taal- en wiskundeniveau René van Beek, voldoende Dit Bouw zijn. en Dat is belangrijk, omdat dat Techniek: aangeeft Het of ze is belangrijk de potentie en dus groeimogelijkheden dat hebben we ons die personeel wij willen. Daarnaast selecteren we mensen opleiden. hoofdzakelijk op hun motivatie en of ze slagvaardig zijn en nauwkeurig kunnen werken. Werven waar behoefte is Om als opleidingsbedrijf contact te leggen met de klassen bouwtechniek op het vmbo ziet Fiers niet als effectieve manier om zijn klas gevuld te krijgen. Deels komt dat omdat wij een landelijke organisatie zijn. Ook werken we vraaggestuurd. We werven de mensen daar waar onze bedrijven behoefte hebben aan nieuwe instroom. We willen niet afhankelijk zijn van het aanbod dat we vanuit het vmbo kunnen krijgen. Flexibel en digitaal werken De komende jaren verwacht de directeur dat er flink wat gaat veranderen in de sector. En dat biedt kansen om nieuwe groepen werknemers aan de sector te binden. Fiers: Zeker met de opkomst van bijvoorbeeld tabletcomputers zal het volgens mij niet lang meer duren voordat elke timmerman de tekeningen - of een detail daarvan - digitaal kan bekijken op de bouwplaats. Dan kun je volop gebruik maken van 3D-tekeningen. Ook is het feitelijk al niet meer echt nodig dat het voorbereidende werk elke dag tijdens kantooruren gebeurt. Flexibel werken zal ook in bij ons in de sector doordringen. The Skyline is Yours Dat het werk steeds meer verschuift van de uitvoering op de bouwplaats naar het voorbereidende werk aan de achterkant van de bouw, was voor de bouw- en Civilion Civilion is het opleidingsinstituut voor de Civiele Betonbouw. Zo n veertig aan nemingsbedrijven in de civiele betonbouw zijn bij dit opleidingsinstituut aangesloten. Voor deze bedrijven leidt Civilion mensen op, op mbo- en hbo-niveau. Jaarlijks neemt Civilion zo n zestig mensen aan die via de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) de opleiding betontimmerman volgen (mbo-niveau 2 en 3). Deze leerlingen werken bij een aangesloten bedrijf en volgen de theorie bij Civilion in Mierlo. Daarbij werkt het opleidingsinstituut nauw samen met regionale opleidingencentra (roc s). infrasector drie jaar geleden aanleiding om te beginnen met de instroomcampagne The Skyline is Yours. Hoewel Fiers zich achter de gedachte schaart dat er vooral middenkader en hoger kader geworven moet worden, kan hij zich niet vinden in de manier waarop dit is aangepakt. Zo n campagne moet geen politiek issue worden. Dat was het in dit geval wel, doordat werkgevers- en werknemerspartijen samen optrokken. De bedrijven zelf werden er pas later bij betrokken. Wil je een goede campagne voeren, dan moet het geïnitieerd worden vanuit één partij. Geen verstand van techniek nodig Om te zorgen dat er voldoende goede leerlingen instromen is eigen initiatief van branches en opleidingsbedrijven volgens Fiers ook veel effectiever dan een grote landelijke campagne. Uitvoerend werk is er steeds minder. Ook bij ons in de civiele betonbouw. Het meeste werk wordt modulair gemaakt. Prefab speelt Twee recruiters doen niets anders dan werven daarbij een grote rol. Design & Construct wordt steeds belangrijker. Dus je hebt goede werkvoorbereiders nodig, maar ook juristen en omgevingsmanagers. Die hoeven niet zozeer verstand van techniek te hebben, maar ze moeten wel willen werken in de bouwsector. Nederland vorm geven Volgens Fiers moet de sector daarom niet proberen om mensen te werven door een beeld te schetsen van beroepen. We hebben mensen met heel andere competenties nodig dan voorheen. Die kun je aanspreken door te vragen of zij willen meewerken om Nederland vorm te geven. Nieuwe werknemers werken aan de bereikbaarheid, het filevrij maken van wegen en het vergroten van de spoorcapaciteit. Ze werken aan de energie- en waterhuishouding, aan milieuoplossingen. Problematieken die van ons integrale, duurzame oplossingen verwachten. Die bieden een geweldige uitdaging voor iedereen in onze branche. Gericht en kleinschalig werven Wachten tot de crisis voorbij is voordat de werving naar jongeren opnieuw wordt opgepakt, kan niet, vindt Fiers. Zodra de bouw ook maar iets aantrekt, komt er een schrijnend te kort aan werknemers. Om dat te voorkomen moet je jongeren nu al richting je sector trekken. Voordat zij klaar zijn met hun opleiding staan we om hen te springen, verwacht Fiers. Fiers pleit niet voor een verlenging van de campagne The Skyline is Yours of een soortgelijke opvolger. Het kan gerichter en kleinschaliger. Ontwikkel bijvoorbeeld een serious game, waarbij spelers Nederland klaar moeten maken voor de Olympische Spelen die hier in 2028 worden gehouden. 6 FUNDAMENT - februari 2011

KORTE BERICHTEN Gouden medailles bouwteam op EuroSkills 2010 Nederlands bouwteam wint goud bij EuroSkills 2010. Op de beroepenwedstrijd EuroSkills 2010 in Lissabon heeft het Nederlandse bouwteam gouden medailles gewonnen bij het onderdeel teamcompetitie bouw. Het gouden team bestond uit de bouwkampioenen Willem Beverloo (timmeren), Thijs Oude Breuil (metselen), Sylvester Keus (tegelzetten) en Klaas de Bruin (metalen dakdekken). Het team werd geleid door uitvoerder Ruud van der Thiel. Willem Beverloo en Sylvester Keus wonnen ieder ook hun eigen onderdeel. Ruud van der Thiel won een zilveren medaille bij het onderdeel uitvoering en Klaas de Bruin brons bij metalen dakdekken. Jarenlang succesvol Nederland toont daarmee opnieuw aan over succesvol bouwtalent te beschikken. Ook tijdens de vorige EuroSkills behaalde het bouwteam goud. Behalve het Nederlandse bouwteam deden ook timmerman Ralph Mooijman en uitvoerder Cynthia van Noord mee. In totaal won Nederland 27 medailles, waarvan achttien gouden. Terug in Nederland werd het gouden bouwteam gehuldigd door de voorzitter van Bouwend Nederland, Elco Brinkman. De wedstrijdopdrachten lijken erg op de dagelijkse praktijk op de bouw. De uitvoerder stuurt de vier jonge vakmensen aan. Samenwerken is bij deze opdrachten erg belangrijk. Alle deelnemers volgen een mboopleiding of hebben deze inmiddels afgerond. FUNDAMENT - februari 2011 7

rubriek KORTE BERICHTEN Pilot Uitzenden en opleiden in de bouw en infra van start Op 1 januari 2011 is de pilot Uitzenden en opleiden in de bouw en infra begonnen. Doel van deze samenwerking is extra instroom in de bouw en infra, om daarmee bij te dragen aan het opvangen van de verwachte uitstroom na 2011. Tienduizend deelnemers Loopbaantraject Bouw & Infra Sinds 2006 hebben tienduizend werknemers in de bouw, infra en gespecialiseerde aannemerij zich aangemeld bij het Loopbaantraject Bouw & Infra. Alleen in 2010 meldden zich al meer dan tweeduizend mensen aan. Uit ambitie, preventie of re-integratie wilden zij onderzoeken of zij zich konden omscholen naar een ander beroep. Zo n zestig procent van hen heeft een succesvol traject doorlopen. Werkgevers in de bouwbranche en de flexbranche hebben de afgelopen jaren zware tijden doorgemaakt. De effecten van de crisis worden nog steeds gevoeld. Ondanks de crisis zal in de bouw en infra in toenemende mate een tekort aan voldoende en goed opgeleid personeel ontstaan. Vergrijzing en ontgroening zijn de grootste bedreiging. De bouwbranche en flexbranche gaan daarom nauwer samenwerken. Honderd leerlingen opleiden Samen met erkende leerbedrijven in de bouw- en infrasector gaan flexbedrijven honderd leerlingen voor uitvoerende bouwberoepen opleiden. De flexbranche heeft traditioneel veel mensen zonder startkwalificatie. Een grote vijver waaruit gekozen kan worden om nieuwe werknemers voor de bouw en infra te interesseren en op te leiden. De leerlingen gaan een tweejarig bbl-traject in, waarbij ze vier dagen per week werken en één dag per week naar school gaan. Ook een evc-traject kan binnen de pilot worden ingezet als middel om de bblstartkwalificatie te bereiken. Het flexbedrijf waarmee de leerling een dienstverband heeft, werkt nauw samen met een erkend leerbedrijf, waar de leerling de noodzakelijke beroepspraktijkvorming krijgt. Kosten en coördinatie STOOF, het opleidingsfonds voor de flexbranche, financiert mede de inkoop van de evc-trajecten en het mentorschap voor de flexbedrijven. De deelnemende flexbedrijven ontvangen hiervoor van STOOF een vergoeding. De opleidingskosten zijn voor rekening van de flexbedrijven. De bouw financiert mede de inkoop van de evc-trajecten en voorziet in financiële ondersteuning in de vorm van een vergoeding aan de flexbedrijven voor het behalen van een bbl-startkwalifi catie in de bouw & infra. De coördinatie en het operationele management van de pilot ligt in handen van Fundeon en STOOF. Monitoring wordt gedaan vanuit de Stuurgroep, waarin sociale partners van bouw en infra en de flexbranche zitting hebben. Honderdste leerling voor de Van Het project De Praam te Slagharen, uitgevoerd voor Beter Wonen Vechtdal uit Hardenberg, is de honderdste leerlingbouwplaats voor de Van Dijk Groep. In december is deze mijlpaal gevierd. Frans Kokke (Fundeon) en Bert Beun (Van Dijk Groep) overhandigen de gedenkplaat aan Gerrit Teunis (Beter Wonen Vechtdal). In de sneeuw werd het hoogste punt op De Praam geplaatst door leermeesters van de eerste leerlingbouwplaats, Hennie Arkes en Herman Arkes, samen met de eerste leerlingen Gerard Wierbos, Sjaak Kremer 8 FUNDAMENT - februari 2011

Mbo-leerlingen positief over leerbedrijf Column Jongeren in het mbo zijn positief over hun leerbedrijf en leerplaats, met name over de begeleiding van het leerbedrijf en over wat wordt geleerd op de leerplaats. Eens in de twee jaar doet de Jongerenorganisatie Beroepsonderwijs (JOB) een onderzoek naar wat mbo-studenten vinden van hun opleiding op school en in hun leerbedrijf. Maar liefst 146.533 studenten van 61 mbo-instellingen gaven daarover in 2010 hun mening. Net als bij de vorige meting van JOB, geven studenten dit jaar de hoogste waardering aan het voldoende leren in het leerbedrijf: 78 procent van de stagiairs en 81 procent van de studenten met een leerbaan, is hier tevreden over. Meer tevreden Studenten zijn steeds positiever over de begeleiding van het leerbedrijf. In 2005 was nog 59 procent van de studenten tevreden over de begeleiding tijdens de stage, in 2010 is dat 72 procent. Ook over de begeleiding in een leerbaan zijn studenten meer tevreden: in 2010 is 73 procent tevreden over de begeleiding tijdens de leerbaan, in 2005 was dat 64 procent. Studenten zijn over het algemeen steeds meer tevreden over hun leerbaan (67 procent) dan over hun stage (61 procent). In 2008 was nog 61 procent tevreden over de leerbaan, tegenover 58 procent over de eigen stage. Voor de kenniscentra voor beroepsonderwijs en bedrijfsleven die verantwoordelijk zijn voor de erkenning en begeleiding van leerbedrijven, ligt er dus een grote uitdaging om met een teruglopend budget door extra inspanningen de komende jaren deze trend vast te houden. bouwplaats Dijk Groep Raymond T.A. Steenvoorden RA Lid Groepsdirectie Strukton Briljant idee Mensen die werken met passie komen vaak verder dan mensen die leven naar het verwachtingspatroon van hun omgeving. Bij Strukton komen er regelmatig medewerkers met grote, kleine, wilde of bescheiden plannen naar me toe, waaraan ze met volle overtuiging hebben gewerkt. En daar zitten soms briljante ideeën bij. Zo heeft een groepje jongeren tijdens de eenjarige opleiding Strukton Jong Management bedacht om grond te saneren met warmte-koudeopslag, een techniek die tot nu toe vooral werd toe gepast voor klimaatbeheer in gebouwen. Inmiddels hebben ze een compleet businessplan gemaakt en vanaf begin 2011 gaan we het op de markt brengen. Daar ben ik echt trots op, zo n resultaat. Een ander voorbeeld dat vanuit passie is ontstaan, is het Amforaconcept. Dit is een concept voor duurzame stadsuitbreiding van zes lagen onder het grachtenstelsel van Amsterdam. Het komt voort uit het brein van een senior ingenieur van Strukton, een Amsterdammer die de leefbaarheid in zijn stad achteruit zag gaan en bedacht hoe het anders zou kunnen: collegezalen, bioscopen, tennisbanen, een fitnesscentrum, parkeren, het kan allemaal ondergronds. In het plan zijn tunnels getekend vanaf de ringweg, die je zonder oponthoud naar hartje Amsterdam leiden. Het ondergrondse net van toevoerwegen vermindert de hoeveelheid fijnstof in de stad. Bovendien worden de uitlaatgassen gefilterd. Amfora kan van Amsterdam weer een bereikbare stad maken met ruimte en schone lucht. en Kasper Grondman en burgemeester Meulman van Hardenberg. De Praam wordt de nieuwe woonservicezone voor Slagharen. Naar verwachting wordt de woonservicezone Slagharen in 2013 opgeleverd. Wie volgt, dit jaar of in de verdere toekomst? Ik hoop dat de klaslokalen van de bouw- en infra-opleidingen vol zitten met creatieve en gepassioneerde Struktonners in spe. En laten dat ook eens wat meer vrouwen zijn! In het zonnetje gezet Directeur Frans Kokke van Fundeon sprak zijn waardering uit over de manier waarop de Van Dijk Groep omgaat met het opleiden van de toekomstige vakmannen. Tevens werden door Fundeon de tien leermeesters van de Van Dijk Groep en de leerlingen die bij De Praam werkzaam zijn in het zonnetje gezet. Op deze plek in Fundament geven prominente werkgevers in de bouw- en infrasector bij toerbeurt hun visie op werken en opleiden in de sector. FUNDAMENT - februari 2011 9

Praktijk Quint Nooren benut kennis Fundeon Opleiden doe je er niet zomaar even bij i www.quint-nooren.nl www.fundeon.nl Eén van de kerndoelen van Fundeon is meer en beter opgeleide werknemers en daardoor bijdragen aan betere bedrijven in de sector. De adviseurs Personeelsontwikkeling van Fundeon spelen een belangrijke rol in deze kwaliteitsslag. Zij analyseren en adviseren bouwen infrabedrijven. Quint Nooren in Ochten maakt daar gebruik van. 10 FUNDAMENT - februari 2011

Directeur Johan Quint (links) van Quint Nooren: Scholing, opleiding en uiteindelijk certificering en diplomering kweekt zelfvertrouwen en ondernemendheid. veranderingen wordt steeds groter. Dat zag ik tijdens het gesprek bij Quint Nooren ook. Quint beaamt: Vijf jaar geleden heeft er een reorganisatie plaatsgevonden binnen het bedrijf en sinds die tijd groeit het bedrijf flink. We hebben veel nieuwe aanwas waarmee ons personeelsbestand flink is verjongd. Brok ervaring en frisse wind Een positieve verandering volgens de directeur, maar een divers personeelsbestand betekent ook een verschillende benadering van de medewerkers. Aan de ene kant heb je een brok ervaring in de gevestigde orde, aan de andere kant een frisse wind van de nieuwe garde. Dit brengt een diversiteit aan houding en gedrag met zich mee, legt Quint uit. Om de houding en het gedrag van de medewerkers onder Opleiden is een speerpunt voor Quint Nooren, benadrukt directeur Johan Quint. Maar het is niet altijd gemakkelijk onze medewerkers te overtuigen van opleidingsbelang. Juist in deze tijd van vergrijzing is het goed voor ze om na te denken over waar ze over vijf jaar willen zijn. Dat is precies de vraag waarmee Johan van Oosterhout, adviseur Personeelsontwikkeling, gesprekken met het personeel van Quint Nooren is aangegaan. Verandering accepteren Van Oosterhout kwam in contact met het bedrijf om opleidingen en bedrijfstakreglementen te bespreken. Een aanknopingspunt waarmee de adviseur van Fundeon een breder traject in is gestapt. Voorheen was een opleidingsvraag vooral gericht op kort cyclisch bijscholen van zittend personeel. Maar de zorg om medewerkers te behouden voor de sector, jongeren aan te trekken en personeel mee te laten bewegen in Als je weet waar een bedrijf staat, kun je daarop voortborduren met een opleidingsplan de loep te leggen heeft de adviseur van Fundeon een enquête uitgezet onder al het personeel. Met 55 vragen over strategie, structuur, systemen, personeel, managementstijl, gemeenschappelijke waarden en sleutelvaardigheden is het gedrag en de houding van het personeel getoetst. Pas als je weet waar een bedrijf staat kun je daarop voortborduren met een plan, benadrukt Van Oosterhout. Van Oosterhout: Uit de enquête kwam duidelijk naar voren - terwijl het management zich daar niet van bewust was - dat het personeel erg trots is op het bedrijf en een positieve houding ten opzichte van elkaar en het management heeft. Deze positieve houding creëert betrokkenheid en daarmee draagvlak voor ontwikkeling van jezelf en dus ook van het bedrijf. FUNDAMENT - februari 2011 11

Quint Nooren heeft samen met Van Oosterhout dit draagvlak kracht bij gezet met een teambuildingscursus en een officiële aftrap van een meerjaren ontwikkelplan. Behoefte aan persoonlijke ontwikkeling Wij zijn bij Quint Nooren actief in een specialistisch vak. We werken met chemische materialen waarvoor specifieke kennis over de applicatie en verwerking vereist is. Onze functionele scholing staat altijd in het teken van actuele kennis, kwaliteit en veiligheid, vertelt Quint. Uit de enquête van Van Oosterhout bleek dat deze functionele scholing bij het bedrijf meer dan voldoende is. Een eyeopener voor het management was de behoefte aan persoonlijke ontwikkeling en scholing. Quint: De drempel is best hoog voor individuele werknemers om hun vraag hierin concreet te benoemen. Collectieve scholing vinden ze veiliger. Maar de behoefte is er wel en die moeten we zien te ventileren. Dat kan de adviseur Personeelsontwikkeling vanuit zijn neutrale en professionele positie beter dan het management. De barrière is dan kleiner. Specialist Dat beaamt Van Oosterhout: Ik kijk objectief naar de situatie. Ik ken het verleden van de medewerkers niet en kijk vooruit. De vraag waar je als medewerker over Quint Nooren is gespecialiseerd in het aanleggen van Kiwa-gecertificeerde vloeistofdichte betonvloeren en vloeistofdichte elementenvloeren, inclusief afwatering en bedrijfsriolering. vijf jaar wilt staan, zet aan tot denken. Ik laat ze de mogelijkheden zien waarbij ik de normen, waarden en visie van het bedrijf nooit uit het oog verlies. Het brede aanbod van cursussen, scholingstrajecten en bedrijfstakregelingen verrast ze vaak. Quint vervolgt: Het is voor ons een toegevoegde waarde dat Fundeon de verschillende opleidingen en scholingsaanbieders kent, zij zijn specialist. Daarbij kan de adviseur ze net dat steuntje in de rug geven om over die barrière heen te stappen. En hij neemt daar de tijd voor. Wij zijn druk met de dagelijkse gang van zaken en hebben geen eigen personeelsafdeling die zich richt op de scholingvraag van het personeel. Het is te belangrijk om het er even bij te doen dus wij zijn blij dat de specialist van Fundeon dit stuk waarborgt. Scholingsvragen groeien Senior projectleider Mientje van Neerbos is bij Quint Nooren één van de kartrekkers als het gaat om scholing en ontwikkeling van het personeel. Na de presentatie die Johan van Oosterhout heeft gegeven over scholing en ontwikkeling begint het opleidings beleid steeds meer vorm te krijgen. Het belang van scholing begint men in te zien. Het aantal aanvragen voor diverse trajecten loopt op. Van leermeestercursussen tot loopbaantrajecten en van een opleiding Vakman gww op niveau 2 tot de opleiding Middenkaderfunctionaris infra op niveau 4. Een erg positieve ontwikkeling die ik zal blijven voeden samen met de adviseur van Fundeon. Hij als expert op het gebied van opleiding en ontwikkeling van personeel in de bouw en infra, ik als motivator en stimulator. Om nu maar ook voor de toekomst de kwaliteit, ontwikkeling en de betrokkenheid van de medewerkers te waarborgen en zelfs te vergroten. Mientje van Neerbos, senior projectleider bij Quint Nooren: De medewerkers zien steeds meer het belang in van scholing en ontwikkeling. Een erg positieve ontwikkeling die ik zal blijven voeden samen met de adviseur van Fundeon. 12 FUNDAMENT - februari 2011

beroepsonderwijs Dossier behorend bij Fundament 1, februari 2011 Docent stoomt mbo-leerlingen klaar voor arbeidsmarkt Docent Robert Mensink leert leerling-timmermannen de vaktheorie op ROC Friese Poort in Sneek en Emmeloord. In dit artikel vertelt hij hoe hij dat doet en waar hij rekening mee moet houden. Ik wil dat mijn leerlingen hun diploma halen en klaar zijn voor de arbeidsmarkt. Als school kunnen we zelf bepalen hoe we een leerling opleiden. We kunnen zelf ons lesmateriaal samenstellen en zelf examens maken. Maar dat doen we niet, want wat we de leerlingen moeten leren, staat wel vast. Dat is bepaald door het ministerie van Onderwijs in het kwalificatiedossier. Daarin staat precies welke competenties een leerling aan het einde van de opleiding moet hebben, dus wat een beginnende timmerman moet kunnen en kennen. Wanneer je zelf lesstof en examens maakt, moet je bij de Onderwijsinspectie kunnen aantonen dat die voldoen aan de eisen. Het is dan gemakkelijker om bestaand lesmateriaal af te nemen, waarvan je weet dat het aan de eisen voldoet. Wij gebruiken dus gewoon de producten van Fundeon. Kwalificatiedossier Geregeld geeft Fundeon nieuwe kwalificatie dossiers uit, maar het blijft altijd ongeveer hetzelfde wat een leerling aan het einde van zijn opleiding moet kunnen. Ik houd het in de gaten, omdat de uitstroomcodes nog wel eens veranderen. Het belangrijkste is: ik wil goede timmermannen van ze maken. Ik zorg daarom dat ze inzicht krijgen in het bouwgebeuren, dat ze de vaktheorie leren en dat ze zelfstandig worden. Als ik de lesstof en het toetsplan volg die Fundeon aanlevert, dan komt het goed. Al moet ik bekennen dat ik soms wel wat aanvullende stof erbij zoek, bijvoorbeeld uit vakboeken van andere opleidingen. Je probeert in te spelen op wat de leerlingen nodig hebben aan kennis. Toets via Fundeon Uiteindelijk blijven wij als roc verantwoordelijk voor de opleiding. Ook al doen onze leerlingen de toetsen via het toetsservicesysteem (tss) van Fundeon, wij zijn leidend. Meestal kijk ik dus zelf ook mee met de toets. Als ik vind dat een vraag op twee manieren uitgelegd kan worden, keur ik de vraag bijvoorbeeld wel goed. Bol en bbl Momenteel hebben we meer bol-leerlingen dan bbl-leerlingen bij ons op school. Via beide leerwegen leren de leerlingen precies hetzelfde. Dus uiteindelijk maakt het niet uit welke leerweg ze volgen. Wel zie je dat ze een andere ontwikkeling FUNDAMENT - februari 2011 13

dossier: rubriek beroeps onderwijs doormaken. Bbl ers krijgen sneller een volwassen houding. Aan de andere kant doen bol-leerlingen meer ervaring op met machines en handgereedschappen. Voor bbl ers is het lastig om die kennis in te halen. Andersom zie je dat leerlingen uit de bol snel de juiste werkhouding oppakken als ze eenmaal aan het werk zijn. Leren in de praktijk Wel blijft het voor bol-leerlingen belangrijk dat ze praktijkervaring opdoen tijdens de opleiding. Dat wij nu soms moeite hebben om stageplaatsen voor onze bol-leerlingen te vinden, is daarom erg schadelijk. Op school kunnen we alleen maar de praktijk nabootsen. Ze krijgen praktijkles, moeten samenwerken en een project maken. Daarbij krijgen ze begeleiding van onze vakdocent, die ook met hen de competentiemetingen uit de trajectmap doorneemt. Maar dat geeft niet hetzelfde gevoel als echt werken in de praktijk, onder begeleiding van een leermeester. Het maakt veel meer indruk als vier collega s je op de kop geven omdat je te laat bent en zij in de bus op je moeten wachten, dan dat een docent dat zegt. Weinig tijd, veel lesstof Als je ziet wat voor eisen er aan de opleiding worden gesteld, dan moeten wij als docenten veel bijbrengen in weinig uren. Bol-leerlingen krijgen 28 uur les per week. Dat zijn praktijk- en theorie-uren. Bbl ers hebben we maar acht uur per week in de klas. De praktijk leren ze bij het leerbedrijf, maar in deze acht uur moeten wij ze de vaktheorie leren en wiskunde en natuurkunde bijbrengen. Daarnaast heeft het ministerie bepaald dat elke leerling Nederlands en rekenen moet volgen en lessen Leren, Loopbaan en Burgerschap. En nu zitten ze er ook nog over te praten om jongeren in het mbo een vreemde taal - Engels - te laten volgen. Als dat allemaal in die acht uur per week moet, dan blijft er weinig tijd over om vaktheorie te onderrichten. Voor ons is dat dus best schipperen tussen de eisen die ons worden opgelegd en het doel dat we willen bereiken. Beginnend beroepsbeoefenaar Als roc zijn we verantwoordelijk voor de opleiding van jonge vakmensen. Dat doen we zo goed mogelijk. Iedereen die van ons een dipoma ontvangt, is klaar om aan de slag te gaan als beginnend timmerman. Maar we kunnen het niet alleen. Echte praktijkervaring is onmisbaar voor een leerling. En ook na een opleiding moet iedere leerling de tijd krijgen om zich verder te ontwikkelen. Met hun diploma op zak hebben ze een goede basis als timmerman. Ze zijn beginnend beroepsbeoefenaar, zoals dat heet. Beroepsonderwijs Het middelbaar beroepsonderwijs bereidt jongeren voor op een baan. Werkgevers- en werknemersorganisaties in de bouw- en infrasector en Fundeon werken nauw samen met het middelbaar beroepsonderwijs. Doel daarvan is om de opleidingen zo goed mogelijk te laten aansluiten op de arbeidsmarkt. In dit dossier staat hoe het beroepsonderwijs tot stand komt en hoe het er in de praktijk uitziet. Het mbo in cijfers Bijna 40 procent van de Nederlandse beroepsbevolking is opgeleid in het middelbaar beroepsonderwijs. Zo n 485 duizend leerlingen volgen momenteel een mbo-opleiding. Daarvan volgt zo n 30 procent een technische opleiding. Tweederde van de mbo ers volgt de beroepsopleidende leerweg (bol) en dus eenderde de beroepsbegeleidende leerweg (bbl). 41 van de ruim zeventig regionale (en agrarische) opleidingencentra leiden op voor een beroep in de bouw of infra. 60 procent van de mbo-leerlingen komt rechtstreeks vanaf het vmbo. 14 FUNDAMENT - februari 2011

De opleiders Bij het opleiden van jongeren zijn verschillende partijen betrokken, zoals erkende leerbedrijven, opleidings bedrijven en Fundeon. Maar het regionaal opleidingencentrum (roc) is verantwoordelijk voor het opleidingsproces van de leerling. Het roc is de instantie die er voor zorgt dat de leerling aan het einde van zijn opleiding klaar is voor de arbeidsmarkt in het beroep waarvoor hij of zij de opleiding heeft gevolgd. Hoe het roc dit doet, bepaalt het roc. Kwalificatiedossier Aan de basis van elke opleiding staat het kwalificatiedossier. Hierin staat aan welke beroepseisen de leerling aan het einde van zijn opleiding moet voldoen. Het kwalificatiedossier is opgesteld en wordt onderhouden door een kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven, in nauw overleg met vertegenwoordigers uit de sector. Voor de bouw en infra is Fundeon het kenniscentrum. Het roc heeft zich bij de invulling van het onderwijs te houden aan de eisen die het ministerie van Onderwijs stelt. Het ministerie stelt eisen aan de inhoud van de opleiding, bijvoorbeeld dat de leerling naast beroepsvaardigheden ook taal- en rekenvaardigheden moet opdoen en een minimum aantal uren les moet krijgen. Ook heeft het ministerie van Onderwijs bepaald dat het middelbaar beroepsonderwijs competentiegericht moet worden. Erkenningsreglement Binnen competentiegericht onderwijs is de praktijk het uitgangspunt en dat betekent dat beroepspraktijkvorming (bpv) een belangrijk onderdeel van de opleiding is. Elke leerling moet praktijkervaring opdoen bij bedrijven. Via stages of een leerbaan. Deze beroepspraktijkvorming mag de leerling alleen doen bij erkende leerbedrijven. Ten behoeve van opleidingen in de bouw en infra erkent Fundeon de leerbedrijven. Hiervoor heeft de bouw- en infrasector een erkenningsreglement opgesteld. Hierin staat aan welke eisen het leerbedrijf moet voldoen om erkend te worden. Onder meer geldt als eis dat er een gecertificeerde leermeester is binnen het bedrijf die de leerling begeleidt. School blijft simuleren Jan Riphagen is hoofd materieeldienst bij BAM Wegen Materieel bv. Hij heeft veel te maken met werknemers die de opleiding Machinist wegenbouw hebben gevolgd, meestal via het Soma College. Als leerlingen klaar zijn met school hebben ze veel theoretische kennis en hebben ze gesnoven aan de praktijk. Mijn gevoel is dat ze daarna het echte vak nog moeten leren van collega s op de machine. Dat is ook niet raar. Op het Soma krijgen ze les van zeer deskundige leraren en op school doen ze ook hun best om de praktijk te simuleren. Er is een uitgebreid testterrein waar de leerlingen aan de slag kunnen met de machines. Maar het blijft simuleren. In de praktijk heb je te maken met de omgeving en bijvoorbeeld lastige bochtjes als je een rotonde moet aanleggen. In de basis komt het kwalificatiedossier overeen met de praktijk. De mening van ons praktijkmensen is mee genomen in het dossier. Maar ook al is het afgelopen jaar het kwalificatiedossier voor Machinist wegenbouw aangepast, daarmee is het nog niet klaar. Het vak ontwikkelt zich, bijvoorbeeld door automatisering. Het kwalificatiedossier gaat dus niet eeuwig mee; het is een levend document dat je binnen een paar jaar weer moet aanpassen aan de ontwikkelingen. Het is mooi dat wij daar als praktijkmensen invloed op hebben. FUNDAMENT - februari 2011 15

dossier: beroeps onderwijs De onderwijsvorm De afgelopen jaren is het competentiegericht onderwijs ingevoerd. Nagenoeg alle leerlingen die het afgelopen jaar met een mbo-opleiding zijn begonnen, volgen competentiegericht onderwijs. Een competentie is een combinatie van kennis, vaardigheden en gedrag. Denk bijvoorbeeld aan de competenties vakdeskundigheid toepassen en plannen en organiseren. Competentiegericht onderwijs gaat ervan uit dat een beginnend beroepsbeoefenaar bepaalde competenties moet hebben. Een student krijgt een diploma als hij kan aantonen over deze competenties te beschikken. Dat kan op verschillende manieren getoetst worden, bijvoorbeeld via projecten of theorietoetsen. Competentiegericht onderwijs Competentiegericht is geen onderwijsvorm. Het roc kan zelf bepalen hoe het zorgt dat de leerling alle competenties onder de knie krijgt. Dat kan door de leerling veel vrijheid te geven, of juist veel structuur en voor te schrijven met welke lesstof de leerling op welk moment bezig moet. Competentiegericht onderwijs betekent wel dat de praktijk altijd het uitgangspunt is. Leerlingen leren zoveel mogelijk in de beroepscontext. Zij gaan dus eerder naar bedrijven of werken in een gesimuleerde omgeving. Beroepspraktijkvorming (bpv) is een zeer belangrijk onderdeel van de opleiding. Omdat de praktijk uitgangspunt is, is het (zelfstandig) werken in groepsverband belangrijk. Maar de mate waarin dit gebeurt, kan per school en per deelnemer verschillen. Competentiegericht onderwijs biedt ruimte aan maatwerk en individuele trajecten. De leerwegen Een mbo-opleiding kan gevolgd worden in de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) of de beroepsopleidende leerweg (bol). Aan het einde van de rit beheersen de leerlingen uit beide leerwegen dezelfde vaardigheden en competenties. Een timmerman die is opgeleid via de bol kan dus hetzelfde als een timmerman die is opgeleid via bbl. Wel hebben ze de vaardigheden en competenties op verschillende wijze onder de knie gekregen. De bbl-opleiding bestaat voor minimaal 60 procent uit praktijk. Leerlingen in de bbl werken met een arbeidsovereenkomst bij een leerbedrijf en gaan meestal één dag per week naar school voor de theoretische onderbouwing. Leerlingen in de bol hebben tijdens hun opleiding één of meerdere stageperiodes. De beroepspraktijkvorming (bpv) vormt bij een bol-opleiding minimaal 20 en maximaal 60 procent van de opleiding. Leren op school Een leerling in de bol-opleiding moet minimaal 850 uur onderwijs krijgen. In deze 850 uur krijgt de leerling theorievakken en praktijkinstructie, maar ook de lessen loopbaan en burgerschap, Nederlands en rekenen. Ook stages zijn onderdeel van deze urennorm. Een leerling in de bbl krijgt minimaal driehonderd uren onderwijs per jaar, ongeveer één dag per week. De rest van de tijd brengt hij door bij een erkend leerbedrijf. De bblleerling krijgt op school alleen de theorievakken en dus geen praktijkinstructie. De inhoud van de opleiding Het roc is verantwoor delijk voor de inhoud van de opleiding. Dat betekent niet dat een roc alle vrijheid heeft. Beroepseisen Wat een leerling moet kennen en kunnen voor een diploma staat in het kwalificatiedossier. Fundeon maakt deze in opdracht van het ministerie van Onderwijs voor de opleidingen in de bouw- en infrasector. In totaal zijn er 21 kwalificatiedossiers met 72 kwalificaties. Dat houdt in dat er binnen de bouw en infra opleidingen bestaan voor in totaal 72 beroepsgroepen. In het kwalificatiedossier staan de diploma-eisen: wat een leerling moet kunnen om in een bepaald beroep aan de slag te gaan. Het roc moet zorgen dat de leerling op het moment van diplomering voldoet aan deze eisen. Loopbaan en burgerschap Naast de beroepseisen moet de opleider ook zorgen dat de leerling zich ontwikkelt op het gebied van loopbaan en burgerschap. Via de loopbaanoriëntatie en - begeleiding krijgt de leerling inzicht in zijn eigen kwaliteiten, mogelijkheden en drijfveren. Burgerschapsvorming moet bijdragen aan een hogere maatschappelijke betrokkenheid van de leerling. Tezamen moeten loopbaan en burgerschap ervoor zorgen dat de leerling ook na zijn mboopleiding zichzelf blijft ontwikkelen. Taal en rekenen Ook moet een leerling aan het einde van zijn beroepsopleiding taal en rekenen op een bepaald niveau beheersen. Hoe goed het Nederlands en het rekenen moeten zijn, hangt onder meer af van het niveau van de opleiding. Het is de taak van het roc om te zorgen dat de leerling het taal- en rekenniveau haalt. 16 FUNDAMENT - februari 2011

Het onderwijsniveau In Nederland is er middel - baar en hoger beroepsonderwijs: het mbo en het hbo. Officiële instanties hebben het vaak over verschillende niveaus. In dat geval bestaat het mbo uit de niveaus 1 tot en met 4 en geeft het hbo opleidingen op niveau 5. Afhankelijk van de vooropleiding kan een leerling op een lager of hoger niveau instromen. De niveau 1-opleiding is de assistenten opleiding. Deze opleiding leidt op voor eenvoudig uitvoerend werk (assistent bouw & infra). Niveau 2 is de basisberoepsopleiding voor uitvoerend praktisch werk (bijvoorbeeld timmerman, tegelzetter of vakman gww) en niveau 3 leidt op tot zelfstandig beroepsbeoefenaar (bijvoorbeeld allround timmerman, allround tegelzetter en allround vakman gww). De middenkaderopleiding en specialistenopleidingen worden gegeven op niveau 4 (middenkaderfunctionaris bouw en infra of bijvoorbeeld kaderfunctionaris bouw). De vooropleiding De meeste leerlingen die naar het mbo gaan, komen van het vmbo; het voorbereidende middelbaar beroepsonderwijs. Ook in het vmbo krijgen leerlingen les op verschillende niveaus. Met een vmbo-diploma in de basisberoepsgerichte leerweg kan een leerling instromen in op mbo-niveau 2. Met een vmbo-diploma kadergerichte of theoretische leerweg kan een leerling meteen instromen op niveau 3 of 4. Leerlingen met een vmbo-diploma op zak die een uitvoerende bouw- en infraopleiding willen volgen, stromen altijd in niveau 2 in en kunnen daarna doorstromen naar niveau 3. De basiskennis die de leerling nodig heeft om zelfstandig beroepsbeoefenaar te worden, doet hij op in de niveau 2-opleiding. De theoretische basis leer je niet in de praktijk Rene Sterkenburg werkt als hoofd productie in de prefab betonfabriek Sweegers Beton in Tilburg. Sterkenburg heeft inspraak gehad op het kwalificatiedossier Betonreparateur. De betonreparateur komt vaak maar in aanraking met enkele typen beton. Een goede betonreparateur heeft echter een brede kennis van diverse soorten mortels die je kunt gebruiken op de verschillende ondergronden. Die theoretische basis is moeilijk te leren in de praktijk, maar wel in de rustige setting van de opleiding. Datzelfde geldt voor het gebruik van gereedschappen en hoe je veilig kunt werken. Vorig jaar heb ik de valideringsbijeenkomst bijgewoond voor het kwalificatiedossier Betonreparateur. Als de opleidingen volgens dit dossier worden gegeven, dan krijgen de leerlingen een kwalitatief goede opleiding, waarop we Het kwalificatiedossier Aan de basis van iedere middelbare beroepsopleiding staat het kwalificatiedossier. Hierin staat wat een beginnend beroeps beoefenaar moet kunnen en kennen. Fundeon maakt en onderhoudt de kwalificatiedossiers voor de beroepen in de bouw, infra en gespecialiseerde aannemerij. Bij het opstellen en onderhouden van het kwalificatiedossier zijn veel partijen betrokken. Het aanpassen - en zeker het opstellen van een nieuw dossier - vergt veel tijd. Tussen het eerste idee en dat een opleiding kan beginnen op basis van een kwalificatiedossier, zit zeker twee jaar. Er is niet voor elk beroep in de sector een kwalificatiedossier. Vraag van branche staat voorop Aan het maken van een kwalificatiedossier kunnen voortbouwen in de praktijk. Tijdens de bijeenkomst hebben we volop suggesties gedaan voor aanpassingen. Meestal kwam dat voort uit discussies. Je zit er met onderwijs- en praktijkmensen. De docenten leren de leerlingen het vak, wij werken met de leerlingen. We hebben dus een ander uitgangspunt. Doordat je met elkaar de discussie voert, kom je tot verbeteringen. De een zegt iets, de ander geeft er een aanvulling op. En dan merk je dat de mensen uit het onderwijs wel snappen wat wij vanuit de praktijk vragen. gaat een intensief traject vooraf. In de meeste gevallen komt er een vraag vanuit een branche dat zij graag een beroepsopleiding voor een beroep in hun branche willen hebben. De afgelopen tijd heeft bijvoorbeeld de sloopbranche bij Fundeon aangeklopt. Op verzoek van de sloopsector heeft Fundeon onderzocht wat het beroep sloper inhoudt. Dat heeft zij gedaan door gesprekken te voeren met werknemers en werkgevers in de sector. Er is gekeken wat FUNDAMENT - februari 2011 17

dossier: beroeps onderwijs de eisen zijn die aan een sloper worden gesteld en welke competenties hij moet hebben. Dit onderzoek heeft geleid tot een beroepscompetentieprofielen voor sloper, voorman sloper en uitvoerder sloopwerk. Beroepscompetentieprofiel Of een beroepscompetentieprofiel ook leidt tot een kwalificatiedossier hangt van veel factoren af. Soms wil een sector het opleiden liever in eigen hand houden en een eigen opleidingstraject vormgeven. Ook kan het zijn dat er geen roc s zijn die belangstelling hebben om de opleiding te geven. In beide gevallen is het niet nodig dat er een officieel kwalificatiedossier komt. Fundeon kan dan wel een kwalificatie beschrijven in de kwalificatiestructuur van de sector, buiten het mbo. De totstandkoming Als dat wel het geval is, maakt Fundeon een eerste opzet, in samenspraak met vertegenwoordigers uit de sector en het onderwijs. Binnen Fundeon wordt een projectleider aangesteld die het kwalificatiedossier gaat maken. Deze projectleider legt contact met deskundige vakmensen, bijvoorbeeld via de brancheorganisaties. Deze deskundigen leveren nadere informatie over het vak, zodat de projectleider weet wat een beginnend beroepsbeoefenaar moet kunnen en kennen. Dat levert een concept kwalificatiedossier op. Dat moet officieel gevalideerd worden door werkgevers, werknemers en docenten. Die laatste groep is ook van belang, omdat een roc de opleiding wel moet kunnen uitvoeren. In een gezamenlijke bijeenkomst wordt het gehele concept doorgenomen en waar nodig aangepast. Uiteindelijk leidt dit tot een dossier waarmee het onderwijs kan werken, die de branche goede werknemers oplevert en dat voldoet aan de wettelijke eisen die het ministerie van Onderwijs stelt. Als het kwalificatiedossier door het ministerie van Onderwijs is goedgekeurd kunnen roc s zich inschrijven om de opleiding te gaan geven. De inhoud In het kwalificatiedossier staat wat het beroep inhoudt en welke competenties een leerling onder de knie moet krijgen om beginnend beroepsbeoefenaar te worden. Door een omschrijving van de competenties, kerntaken en werkprocessen wordt duidelijk wat een leerling tijdens de opleiding moet leren. In een kwalificatiedossier zitten meestal drie of vier kerntaken. Bij de opleiding voor timmerman zijn dit bijvoorbeeld de kerntaken Uitzetten en maatvoeren, Bewerken en verwerken bouwmaterialen en (prefab)elementen en Organiseren dagelijkse werkzaamheden van collega s. Deze kerntaken zijn opgesplitst in werkprocessen, die beschrijven welke handelingen uitgevoerd moeten worden. Op die manier kan een leerling per specifiek onderdeel beoordeeld worden. Aan elk werkproces hangen de competenties die de leerling moet ontwikkelen. Deze competenties staan bijvoorbeeld omschreven als instructies en procedures opvolgen, vakdeskundigheid toepassen en samenwerken en overleggen. Daarna volgt een uitgebreidere toelichting op de competentie en wat er bij het specifieke werkproces van de leerling wordt verwacht en welke vakkennis en vaardigheden daarbij horen. Onderwijsproducten Met het kwalificatiedossier in de hand kan ieder roc de bijbehorende opleiding geven. Ter ondersteuning ontwikkelt Fundeon leermiddelen en examenproducten die voldoen aan de eisen van de Onderwijsinspectie. Alle les- en examenproducten van Fundeon zijn samenhangend en hanteren dezelfde aanpak en woordgebruik. Roc s die een opleiding richting bouw en infra geven, hebben een samenwerkingsovereenkomst met Fundeon gesloten. Dit houdt in dat zij nauw betrokken worden bij de ontwikkeling van leermiddelen, examenproducten en ondersteunende diensten en producten die er zijn ten behoeve van een bepaalde opleiding. Tot voor kort kregen leerlingen in de bouw en infra een deel van hun leermiddelen gratis aangeboden. Sinds 1 januari 2011 moet hiervoor worden betaald. De trajectmap blijft wel gratis. Beroepspraktijkvorming Onderdeel van iedere middelbare beroepsopleiding is de beroepspraktijkvorming (bpv), het praktijkdeel van de opleiding. De bpv volgt de leerling in de vorm van stages of een leerbaan. De bpv kan alleen gevolgd worden bij organisaties die erkend leerbedrijf zijn voor de kwalificatie waarvoor de leerling wordt opgeleid. Fundeon erkent de leerbedrijven ten behoeve van opleidingen in de bouw en infra. Trajectmap Eén van de belangrijkste onderwijsproducten die Fundeon maakt voor de opleidingen is de trajectmap. Deze trajectmap ondersteunt de beroepspraktijkvorming. Naast de praktijktoetsen, wordt in de map ook bijgehouden hoe de leerling zich ontwikkelt, door bijvoorbeeld de competentiemetingen die leermeester en docent doen. Werkgevers- en werknemersorganisaties vinden het gebruik van de trajectmap zo belangrijk, dat zij dit stimuleren. Dat doen zij door het toekennen van bedrijfstaksubsidies te koppelen aan het gebruik van de trajectmap. Alleen voor leerling-werknemers die gebruik maken van de Fundeon trajectmap - of een door het bestuur van Fundeon goedgekeurde en 18 FUNDAMENT - februari 2011