INHOUD ZORGPLANNEN INDELING SENSOMOTORIEK Mond Hoofd / Romp Arm / Hand Cognitief INTERVENTIEBESCHRIJVINGEN Eten en drinken met mondcontrole met veel facilitatie Eten en drinken met mondcontrole met gemiddelde facilitatie Meesturen
MOND Sensomotorisch - tonus 1 ja nee? P krijgt voldoende vocht / voeding. LO: Geef mondbehandeling en of tonusregulatietherapie volgens NDT. P slikt niet of verslikt zich. P kan speeksel wegslikken. LO-VP: Zorg voor een goede houding. P krijgt onvoldoende vocht. De mond is schoon. Faciliteer het slikken. Mond wordt onvoldoende gereinigd. Overleg voor sondevoeding. VP: Zorg voor mondhygiëne met mondcontrole. 2 ja nee? De mond is schoon. LO: Geef tonusregulatietherapie volgens NDT. P kan speeksel niet wegslikken De slikfunctie verbetert. LO-VP: Zorg voor een goede houding. door anotonie. VP: Zorg voor mondhygiëne met mondcontrole. 3 ja nee? De hoeveelheid en taaiheid van het LO: Geef tonusregulatietherapie volgens NDT. P kan speeksel niet wegslikken slijm blijven beperkt. LO-VP: Stimuleer het slikken. door hypotonie / hypertonie. P kan slikken. Zorg voor een mondsluiting. De mond is schoon. Zorg voor een goede houding. VP: Vermijd melkproducten. Zorg voor mondhygiëne, eventueel met mondcontrole.
MOND Sensomotorisch - tonus 4 ja nee? P kan veilig slikken. LO: Geef mondmotorische oefeningen volgens NDT. P heeft kans op verslikken door Geef uitleg met betrekking tot de slikactie onvoldoende controle over de en oefen deze. mondbewegingen en het slikken. Pas zo nodig beker en of bestek aan. LO-VP: Zorg voor een goede houding. VP: Reik dik vloeibare c.q. dun vloeibare voeding aan ( op mondhoogte ) met indien nodig mondcontrole. Vermijd voeding met dubbele consistentie. 5 ja nee? P verliest geen voedsel uit de mond LO: Geef tonusregulatietherapie volgens NDT. P verliest voeding en of speeksel P kan lippen sluiten. LO-VP: Zorg voor een goede houding en besteed extra aandacht uit de mond door facialisparese. aan de juiste hoofdhouding. Geef mondcontrole. Dep de mond schoon ( niet vegen ). 6 ja nee? De tonus van de wang / tong verbetert. LO: Geef tonusregulatietherapie volgens NDT. P kan etensresten niet uit de wang De mond is schoon na het eten. LO-VP: Zorg voor een goede houding. verwijderen door hypotonie van de Geef mondcontrole tijdens het eten. wang / tong. VP: Inspecteer de mond. Zorg voor mondhygiëne met mondcontrole.
MOND Sensomotorisch - tonus 7 ja nee? P kan gemalen voedsel eten c.q. kan LO: Geef tonusregulatietherapie volgens NDT. P heeft onvoldoende kracht om te normale voeding eten. LO-VP: Zorg voor een goede houding. kauwen en te slikken P kan dunne dranken drinken. Geef mondcontrole. Geef zonodig sondevoeding MOND Sensomotorisch - sensibiliteit 8 ja nee? P neemt de temperatuur en de LO: Geef mondbehandeling volgens NDT. P heeft kans op verslikken, letsel en constitentie van de voeding goed waar. VP: Let op temperatuur van de aangeboden voeding. tonusdyregulatie door onvoldoende De mondslijmvliezen blijven intact. Vermijd voeding met dubbele consistentie. waarneming van de temperatuur van P verslikt zich niet. Zorg voor mondhygiëne eventueel met mondcontrole. de voeding en of van de consistentie. Tonus blijft normaal. 9 ja nee? Sensibiliteit in de mond verbetert. LO: Geef mondbehandeling volgens NDT. P heeft kans op letsel doordat hij niet Mondslijmvliezen blijven intact. LO-VP: Geef mondcontrole met grote voorzichtigheid ten aanzien voelt dat hij op de wang bijt. van de wang. Vraag extra aandacht van de patiënt aan de aangedane wang. Inspecteer regelmatig de mondslijmvliezen. Zorg voor mondhygiëne eventueel met mondcontrole.
MOND Sensomotorisch - sensibiliteit 10 ja nee? Sensibiliteit in de mond verbetert. LO: Geef mondbehandeling volgens NDT. P heeft kans op ( achteraf ) Mond is schoon na eten en drinken. VP: Stimuleer het twee maal slikken. verslikken door achtergebleven etens- P aspirteert niet. Inspecteer de mond. resten / speeksel die hij niet voelt. Zorg voor mondhygiëne eventueel met mondcontrole. 11 ja nee? P verslikt zich niet. VP: Vermijd zure producten. P heeft kans op verslikken door overprikkeling door zure produkten. 12 ja nee? Sensibiliteit verbetert. LO: Geef mondbehandeling volgens NDT. P kan de voeding niet in de mond P krijgt voldoende voeding. LO-VP: Overleg over het geven van sondevoeding of aangepaste verdragen door hypersensibiliteit, voeding en over het langzaam uitbreiden van aangepaste krijgt te weinig voeding. voeding.
HOOFD / ROMP Sensomotorisch - tonus 13 ja nee? Hoofd en rompbalans verbeteren. FT: Stimuleer hoofd - en rompbalans. P kan de voeding niet naar de P krijgt voldoende vocht / voeding. ET: Train hoofd - rompbalans d.m.v. activiteiten. mond transporteren door ontbreken VP: Zorg voor een goede zithouding. van hoofd- en of rompbalans Geef volledige hulp en reik de voeding aan via de middellijn en op mondhoogte. 14 ja nee? P kan met behoud van hoofd FT: Stimuleer hoofd- en rompbalans. P kan bij het eten en drinken niet - rompbalansde voeding naar de ET: Train hoofd - rompbalans d.m.v. activiteiten. blijven zitten door onvoldoende mond brengen. VP: Zorg voor een goede zithouding. hoofd - rompbalans Reik de voeding aan via de middellijn en op mondhoogte. Bouw de hulp bij het naar de mond brengen van de voeding af op geleide van de hoofd - rompbalans. 15 ja nee? P behoudt de juiste hoofdhouding tijdens FT: Stimuleer hoofd- en rompbalans. P kan de hoofdbalans biet handhaven het eten en drinken. ET: Train hoofd - rompbalans d.m.v. activiteiten. VP: Zorg voor een goede zithouding. Geef mondcontrole met veel facilitatie, ga bij verbetering van de hoofdbalans over op mondcontrole met gemiddelde facilitatie.
ARM / HAND Sensomotorisch - tonus 16 ja nee? P kan zelfstandig eten en drinken, FT: Stimuleer selectieve arm-handbewegingen. P kan niet smeren, snijden en schakelt de aangedane arm-hand Onderhoud de mobiliteit. dergelijke in verband met atone optimaal in. ET: Train het smeren, snijden enz. met optimale inschakeling arm-hand. van de aangedane arm-hand. 17 ja nee? P heeft voldoende arm-handfunctie FT: Onderhoud de mobiliteit. P heeft onvoldoende arm-handfunctie om de aangedane arm-hand in te Oefen grof- en fijne motorische bewegingen. om te kunnen smeren, snijden e.d. schakelen bij het eten en drinken. FT-ET: Stimuleer selectief arm-handbewegingen m.b.t. smeren, snijden enz. FT-VP Zorg voor een goede zithouding. Train het eten en drinken, evt. met hulpmiddelen. VP: ET-VP: Train de aangeleerde namen. Zorg voor een goede zithouding. Overleg m.b.t. meesturen bij het snijden en smeren.
ARM / HAND 18 ja nee? P kan zelfstandig eten en drinken met FT: Inhibeer spastische patronen. P kan niet zelfstandig smeren, snijden normale tonus in de aangedane Onderhoud de mobiliteit. e.d. door tonusdysregulatie in de arm-hand. Stimuleer selectief bewegen m.b.t. smeren, snijden. aangedane arm-hand ET: Train arm-handfunctie. ET-VP: Train het eten en drinken met normale inschakeling van de aangedane arm-hand. Zorg voor een goede zithouding. Overleg m.b.t. meesturen en het gebruik van hulpmiddelen ARM / HAND Sensomotorisch - tonus Sensomotorisch -sensibiliteit 19 ja nee? Sensibiliteit van de hand verbetert. FT: Geef veel en zo divers mogelijke sensorische infromatie. P kan bestek-beker niet (goed) P kan bestek e.d. hanteren. Geef verbale feedback. hanteren door gestoorde sensibiliteit. schakelen bij het eten en drinken. ET: Train de sensibiliteit m.b.v. verschillende materialen. ET-VP Geef verbale begeleiding en of stuur mee bij het eten en drinken,. Stimuleer visuele controle. Overleg m.b.t. het gebruik van hulpmiddelen zoals aangepaste bestek - beker.
ARM / HAND Sensomotorisch - sensibiliteit 20 ja nee? P voelt en betrekt de aangedane FT: Geef veel en zo divers mogelijke sensorische P schakelt de aangedane arm-hand bij de handeling. ( proprioceptieve ) informatie; geef verbale arm-hand niet in door gestoorde feedback. dieptesensibiliteit. ET: Train de propriocepsis. Pas eventueel PNF-principes (verschillende stimulatietechnieken ) toe. ET-VP: Geef verbale begeleiding en of stuur mee bij het eten en drinken. Stimuleer visuele controle. Overleg m.b.t. het gebruik van hulpmiddelen zoals aangepast bestek - beker.
COGNITIEF Waarneming 21 ja nee? P heeft een goede uitgangshouding om. FT: Stimuleer een goede zit. P pusht, waardoor er een verkeerde te kunnen eten en drinken. Geef verbale feedback. eten en drinken. ET: Train rompfunctie en zithouding tijdens activiteiten. AL: Stimuleer goede zithouding. Geef veel input via de aangedane zijde. LO-VP: Geef zonodig mondcontrole m.b.t. correcte hoofdhouding. 22 ja nee? P kan verslikken voorkomen door zelf FT: Stimuleer een goede stand van het hoofd. P heeft verhoogde verslikkans door de juiste positie van het hoofd aan te Geef verbale feedback. voorkeurstand van het hoofd nemen tijdens het eten en drinken. Onderhoud de mobiliteit. naar de niet aangedane zijde AL: Stimuleer goede zithouding. LO/VP: Geef zonodig mondcontrole. 23 ja nee? P is zich bewust van de aangedane arm ET: Train het gebruik van de aangedane arm-hand, P schakelt de aangedane arm-hand -hand en betrekt deze bij de eventueel m.b.v. tactiel kinesthetische begeleiding; niet in door neglect. handelingen, afhankelijk van het pas dit toe bij eten en drinken. sensomotorisch niveau AL: Stimuleer het gebruik van de aangedane arm/hand. Leer P zorg dragen voor de aangedane arm/hand. VP: Geef verbale begeleiding en stuur zo nodig mee bij het eten en drinken.
COGNITIEF Waarneming 24 ja nee? P gebruikt het juiste bestek in VP: Beperk het bestek tot het op dat moment noodzakelijke. P maakt een verkeerde keuze uit te kunnen eten en drinken. Bied het bestek aan met vaste structuur. het bestek omdat de voorwerpen niet relatie tot de voeding. Geef verbale instructie en/of stuur mee bij herkend worden. het maken van de keuze. COGNITIEF Praxis 25 ja nee? P kan kauwen/slikken. LO: Geef orale oefeningen. P weet niet hoe te kauwen en/of A-/dyspraxie vermindert. LO/VP: Vermijd teveel aandacht voor het kauwen/slikken. te slikken. Doe beroep op normale motoriek. Geef normaal bestek, geen aanpassingen. Appelleer aan automatisme. 26 ja nee? P weet bestek/beker juist te hanteren. ET: Train het hanteren van bestek/beker. P weet niet hoe het bestek- -hand en betrekt deze bij de ET/VP: Overleg m.b.t. de meest geschikte cognitieve de beker te hanteren. handelingen, afhankelijk van het behandelstrategie. sensomotorisch niveau Geef verbale begeleiding en/of stuur mee bij het hanteren van normaal bestek/beker. Appelleer aan automatisme.
COGNITIEF Praxis 27 ja nee? P eet in de juiste volgorde. VP: Bied de maaltijd per gang aan. P weet de maaltijd niet in de juiste Geef verbale begeleiding en/of stuur mee bij volgorde te eten. het selecteren van de volgende gang.