ABNORMALITEITEN BIJ NEDERLANDSE ZEEMOLLUSKEN

Vergelijkbare documenten
INHOUDSOPGAVE SPREEK BEURT SPREEK BEURT IN GROEP 6 SPREEK BEURT IN GROEP 8.

door M. MELLEMA BLAASWIER - Fucus vesiculosus (L.) EN ENIGE VERWANTEN

OCTOPUS ALS LEERLING

MET VREEMDE VORMEN. A jb. 1. Coscinasterias tenuispina Lam arck, de zeester, die zich vaak door deling voortplant. V erdere details.

PARELS. door P. J. OTJES HET ON TSTA AN VAN DE PA REL

M IJN W E R K STU K O V E R K A R A TE. G em aakt door Rob van den E yssel G roep 6 Johanna huiskam pschool E erbeek

EENDENMOSSELS. Schaaldieren en geen eieren van rotganzen. G. W. Noordhoek

M A L A C O L O G I E

met de in concept b ijgev o egd e b r ie f om a d vies voor t e leggen aan :

HET GESLACHT VENERUPIS IN EUROPA

NEDERLANDSE ONREGELMATIGE ZEE-EGELS

INRICHTING EN ONDERHOUD VAN HET ZEEAQUARIUM

v o o r het v e ld w e rk en het practicu m

HET PREPAREREN VAN KEVERSLAKKEN


A fb. 1. K rabconserven u it ve r schillende w erelddelen. Op de voorgrond. ma ja (L.), ste rk verw a n t aan Paralithodes cam tschatica (Tilesius).

Z W E M T O N G. door A. J. de Jonge. A fb. 1. De tong - Solea solea (L.)

FILTERS. J. H. Logem ann

Borgerhout BIBLIOTHEEK


9. Ik w eet hoe ik m oet om gaan m et pijn. 10. Ik w eet hoe ik m oet om gaan m et m oeheid. 11. Ik w eet hoe ik m oet om gaan m et andere licham elij

AQUARIUM BOUW J. H. LOGEMANN

DE PAALWORM TEREDO NAVALIS L. W. FABER

TIPS VOOR BETERE COLLECTIETECHNIEK

Schelpen ruilen zo n d e r huilen

I D A E PECTIN D E EUROPESE

CUB. t i r 23. SP2014. Reactie inzake behandeling elektronische dienstverlening burgerlijke stand

MALAC0-ETHN0GRAF1CA bij de Antiquair

KORALEN DWALEND TUSSEN K E N I A S E. door W. Faber

TOON UW SCHELPENCOLLECTIE ER IS BELANGSTELLING GENOEG

ZEE WATER J. H. LOGEMANN

M YTHE EN GESCHIEDENIS1)

A fb. 1. Neom enia carinata T ullberg De enige soort van de w orm m ollusken die ingegraven in de bodem leeft.

AUT HENT IEKE HERENWO NING MET 5 À 6 SLPK EN ZUIDGER. ST ADST UIN!

Advies 2 7 JAN Gemeente Texel Besluit. Doelenboom. Consequenties. Bijlagen T e r in z a g e 0.

HERVERPANDING REPLEDGE OF COLLATERAL. ter verkrijg in g van de graad van doctor aan de Erasmus U niversiteit Rotterdam

o o

ZEEAQUARIUM TEMPERATUUR


SPECIALISATIE JA NEEN WANNEER. B. Entrop

Bepaling toezichtvorm gemeente Venray


V ITA M ARINA Zeebiologische docum entatie februari 1967 L iteratuur 15


VISSEN VOOR HET ZEEAQUARIUM

ZEER GO ED GELEGEN BEDRIJFSGEBO UW MET MAGAZIJN - AT ELIERRUIMT E - KANT O O R

B I J L A G E XII. RAPPORT COMMISSIE III INZAKE CORRESPONDENTIE MET DE GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND

Bepaling toezichtvorm gemeente Stein

b e s p r e k in g op teneinde plannen Sanderse F t. a.v. R e d i c h e m s e Waard voortgang te kunnen doen [vinden

BIJ D A G E XV. IV INZAKE DE FORMULIEREN VAN ENIGHEID

Studiedag Remediaal. 25 maart 2011 Sui Lin Goei

MALACOBDELLA GROSSA MÜLLER

S T E E K P R O E V E N IN D E R O M A A N S E K E R K T E R E K K E M

MALACOLOGIE IN ZU SD-PO RTUGAL

I( IJ LAGE X, RAPTORT COMMISSIE l i l INZAKE 1>E OPLEID INC TOT l>e DIENST DES WOORDS

TRANSPORT VAN LEVENDE ZEEDIEREN

Bepaling toezichtvorm gemeente Meerlo-Wanssum

DE RECENTE VERTEGENWOORDIGERS VAN HET GESLACHT P I N N A

No.W /I 's-gravenhage, 9 september 2016

PAARSE GELEIKORST - BOTRYLLUS SCHLOSSERI PALLAS

DE EUROPESE. door J. C. A. EIKENBOOM


SUGGESTIES VOOR EEN SMAAKVOL VERZORGDE COLLECTIE

Luistervaardigheid - 1

ENQUETE BIJ REDERS EN SCHEEPSJONGENS IN DE BELGISCHE ZEEVISSERIJ:

3000 kp Rotterdam. fotografie. Rekenkamer Rotterdam. De werf, Rotterdam. uitgave. augustus

Met een kotter op schelpenvangst in de Noordzee

D iverse ontw ikkelin gen mbt erfpacht/h uur

LEVENSGEVAARLIJKE ZEE-EGELS

DE NEDERLANDSE SOLENIDAE

No.W /I 's-gravenhage, 22 november 2018

MALACOLOGIE AAN DE COSTA DEL SOL

BLOEI EN ONDERGANG VAN DE AMMONIETEN

geen goede papieren aanbesteding en kwaliteit van inburgeringstrajecten Rekenkamer Rotterdam

De openbare verdediging zal plaatsvinden op donderdag 17 februari 2011 om u ur door Bart Johan Vincent Keupink geboren te Dordrecht

H a n d l e i d i n g d o e l m a t i g h e i d s t o e t s M W W +

Gaffelveld 53, HOUTEN Vraagprijs: ,00. Soort woning: Eengezinswoning Woonoppervlakte: 130 m2 Inhoud: 420 m3 Aantal kamers: 4

S 3631 UïïSiiATOïnï lif r-r^' J'JJHt S HV:r?AUUQUir3 J

Ondernemingsstrategie Samen w erken aan prettig w onen

Biologisch verzamelen in binnen- en buitenland

Schoolkrant. December 2016

D e afschrikking voorbij

ALLE OMSTANDIGHEDEN VAN HET GEVAL

SLANGSTERREN EN HUN VOEDING

BEKENDE NEDERLANDSE ZEEWIEREN

Preek over Haggai 2:11-20 ( )

Natura 2000 Waddengebied. Natuur in een dynamis ch lands chap

H O E D U U R I S L I M B U R G?

SLAKKENBAK HET ZEEAQUARIUM VOOR DE MALACOLOOG. door Bob Entrop

Dit reglement is vastgesteld door de raad van commissarissen van Openbaar Belang op 7 maart 2011.

ONZE WADDENZEE. biotoop van ongekende rijkdom

PANDID T E KOOP LIGGING PAND VRAAGPRIJS. Appartement m² Grote Markt 52 B S int-niklaas. T (te l: )

No.W /I 's-gravenhage, 17 september 2018

H ET JAARVERSLAG DER KONINKLIJKE NED ERLANDSCHE REEDERSVEREENIGING

Rechtspraak.nl - LJN: BU3900. LJN: BU3900, Rechtbank 's-gravenhage, / HA ZA Datum uitspraak: Datum

ONDERWIJS IN EINDHOVEN BEROEPSVORMEND ONDERWIJS

ZEER GO ED GELEGEN BEDRIJFSGEBO UW MET MAGAZIJN - AT ELIERRUIMT E - KANT O O R

HET N I E U W. V orige w eek w erd a a n a lle g ro o t. v a n v e rse zeevis. I k h eb de eer u m e d e te d e le n d a t

schip en wer ACHTENDERTIGSTE JAARGANG 25 JU N I 1971 NO. 13

Beschrijving Cliëntondersteuning

Transcriptie:

Afb. 1. W u lk of B uccinum undatum L. Van beide exem plaren w erd m eerm alen de m ondrand beschadigd. D ankzij het regeneratieverm o- gen herstelden de dieren hun schelp m e t behoud van de oorspronkelijke sculptuur. De breukranden zijn m et zioarte lijnen aangegeven. Bob E ntrop Foto s van de schrijver ABNORMALITEITEN BIJ NEDERLANDSE ZEEMOLLUSKEN in gesprekken m et schelpenverzam elaars beluisteren wij nog al eens de klacht, dat m en h et strand bedoeld w ordt hier de vloedlijn de laatste tijd zo arm aan soorten vindt. Of dit inderdaad ju ist is en w aaraan dit verschijnsel is toe te schrijven, is n iet eenvoudig te verklaren, aangezien w e over geen of slechts schaarse gegevens beschikken, w aaru it een achteruit lopen van de soortenrijkdom af te leiden zou zijn. Zelfs gedurende bij uitstek gunstige w eersom standigheden m e en t m en in de laatste ja re n m inder soorten dan vroeger te k un n en vinden. Uit eigen ervaring m een ik mij te herinneren d at ik reeds vele ja re n geleden soortgelijke uitlatingen pleegde en w el om de volgende redenen. Mijn klacht baseerde ik dan m eestal op h et feit dat h et strand mij niet de gew enste en verw achte zeldzaam heden opleverde, w aaraan ik voor de com pletering van m ijn kollectie behoefte had. D esondanks heeft het w at ouderw ets aandoende gezegde Geen tochtje zonder v ru c h tje nog niets van zijn w aarheid ingeboet. Ook hij die het stran d in zijn naaste om geving op zijn duim pje k en t en m eent eigenlijk w el u itg e stu d eerd te zijn, behoeft niet m et lege hand en thuis te kom en. Destijds heb ik in de V ita M arina oude stijl eens geattendeerd op de enorm e v ariabiliteit in het kleurpatroon van de venusschelp V enus gallina striatula (Da Costa), die langs ons strand zeer algem een is. Een ander facet van strandonderzoek dat ik nu onder de aandacht zou w illen brengen, is d at van h et voorkom en van m isvorm ingen of abn o rm aliteiten bij zeedieren en w el in h e t bijzonder bij m ollusken. In de loop der tijd heb ik diverse vorm en van vergroeiingen langs h e t stran d v e r zameld. De foto s geven u daarvan een beeld. Ju ist w anneer de zeldzaam heden n iet voor h et oprapen liggen, hebben w e prach tig de gelegenheid onze aan dach t w eer VITA M ARINA Zeebiologische docum entatie januari 1971 W eekdieren algemeen 21

eens op de gew onere soorten te vestigen en dan speciaal te letten op v reem de afw ijkingen in de bouw. H et vinden van abnorm aliteiten is geen zeldzaam heid, m aar h et geven van een v erk la rin g v an de oorzaak is een veel m oeilijkere zaak. E en bezw aar is d at over d it onderw erp w einig of geen lite ra tu u r bestaat, zodat w e nog m in of m eer in een te rra incognita ronddolen. M ocht iem and onder de lezers mij n aar bestaande lite ra tu u r kunnen verw ijzen, dan zal ik d aarover zeer dankbaar zijn. Ik m een d at over dit onderw erp h et laatste w oord nog w el n iet gesproken zal zijn. E r zijn in ieder geval enkele punten, die n a a r ik m een h e t overdenken w aard zijn en die bij h et bestuderen van een abnorm aal object de revue kunnen passeren. 1. Is de ab n o rm aliteit een gevolg van een beschadiging, die in h et volw assen of bijna volw assen stadium plaats vond? 2. Is de abn o rm aliteit reeds in h e t em bryonale stadium ontstaan? 3. Is de abnorm aliteit ontstaan ten gevolge van een verw eer tegen binnengedrongen vreem de voorw erpen? 4. Is de ab n o rm aliteit h e t gevolg van een p ara sita ire aantasting? 5. Is h e t m ilieu oorzaak v an de abnorm aliteit? 6. Is de abnorm aliteit veroorzaakt door een veranderd genenpatroon? 7. Is de ab n o rm aliteit een gevolg van een sym biose m et een an d e r organism e? 8. Is de abnorm aliteit slechts een uiting van h et regenererend verm ogen van het betreffen d e dier? D it zijn zo enkele punten, w elke in eerste instantie bij mij opkom en, m aar m ogelijk zullen nog andere oorzaken voor opvallende afw ijkingen aan te w ijzen zijn. L aten wij nu eens de afbeeldingen bezien van een aan tal m isvorm ingen, die in het schelpenm useum In de S ch u lp aanw ezig zijn of van de h eer M ellem a te V oorschoten afkom stig zijn. A fb. 2. Nogm aals een w ulk, B uccinum undatu m L. Dit dier herstelde een gat, ontstaan in de laatste omgang, door aan de binnenzijde nieuw schelpm ateriaal af te zetten. V ITA M ARIN A Zeebiologische docum entatie januari 1971 W eekdieren algemeen 22

A fb. 3. Door onbekende oorzaak w erden aan de m ondrand van deze w ulk, B uccinum undatum L., verscheidene onregelm atige lagen schelpm ateriaal afgezet. M ogelijk is dit een gevolg van een m isvorm ing van de m antel. WULKEN A fbeelding 1 toont tw ee w ulken, B uccinum undatum L. die n a ernstige beschadiging regenereerden en hun schelp volkom en w isten te herstellen. Zelfs to t m eerdere keren toe. De breuken die destijds ontstonden zijn m et zw arte lijnen gem arkeerd. W elisw aar is bij deze schelpen eigenlijk niet van m isvorm ing sprake, m aar ik m een toch eens de aandacht te m oeten vestigen op de w ulken, die vaak door de traw le rs in de Noordzee gevangen w orden. Deze beschadigingen zijn m ijns inziens te w ijten aan de intensieve traw l visser ij, w aarbij vaak veel bodem dieren in het net geraken. Bij het scheephalen en h e t uitstorten van de last op het dek zullen vele schelpen beschadigen. Ze w orden w eer terug in zee geworpen, m aar lopen de kans n a enige tijd w aarin zij zich trachten te h erstellen w eer hetzelfde lot te ondergaan. Bij de regeneratie kunnen afw ijkingen ontstaan in de scu lp tu u r van de laatste om gang of in de vorm van m ondopening. H et is m isschien ook m ogelijk d a t v e r m inkingen aan de schelp ontstaan door de krachtige scharen van k reefte n H om arus gam m arus (L ). en N oordzeekrabben Cancer pagurus L. Een andere fraaie regeneratie eveneens bij de w ulk, B uccinum u ndatum L., la a t afbeelding 2 zien. Ook dit exem plaar is m eerm alen v erm in k t geweest, m aar h e t m eest opvallend is de rep aratie van het gat op de laatste om gang. D it m oet ontstaan zijn toen de m ondopening zich reeds v erd er n aar links bevond, w ant h et is geen gewone breu k van de m ondrand, zoals die ongeveer 1 cm links van h et h erstelde gat te zien is. H et dier heeft toch kans gezien om m et behulp van de k o o lzu re-k alk - producerende m an tel h e t defect te verhelpen. Zo te zien w erd ech ter geen p erio stracum (opperhuid) afgezet. O nder w ulken blijken v aak m onstruositeiten voor te kom en, w ant ook h e t derde voorbeeld afbeelding 3 is dat van een w ulk, B uccinum u n d a tu m L. H ier is duidelijk VITA M ARINA Zeebiologische docum entatie februari 1971 W eekdieren algem een 23

A fb. 4. K nobbelachtige vergroeiingen langs de onderrand en ter hoogte van de m antelbocht van de half geknotte strandschelp, Spisula subtruncata (da Costa). sprake van een m isvorm de m ondrand. De m ondrand is enigszins gedeukt en n aar binnen om gevouwen. H et verm oeden rijst dat zich in de bovenhoek van de m ondrand een ongerechtigheid een kalkkokerw orm of iets van dien aard h eeft vastgezet w aarop het dier m et h et afzetten van een ex tra laag heeft gereageerd. H ierdoor w erd de irritatie voor het dier nog g ro ter en w ederom w erd een laag afgezet en zelfs nog m eerdere keren nadien. Dit verschijnsel het w illen isoleren van de vreem de in d rin g er door hem in te kapselen zien w e eigenlijk ook gebeuren bij de parelvorm ing in de pareloesters u it de fam ilie van de P teriidae. E ch ter m et d it verschil dat in zo n geval de ab no rm aliteit nog een grote h an d elsw aard e heeft. (Zie voor p arelvorm ing tw eekleppigen, pag. 3 ev.) STRANDSCH ELPEN EN BOORMOSSELS H et is zeker de m oeite w aard eens te letten op tw ee soorten tw eekleppigen, die algem een zijn op ons stran d en w el de halfg ekn o tte strandschelp, Spisula su b tru n cata (Da Costa), en de grote strandschelp, M actra corallina cinerea M ontagu. De afbeeldingen 4 en 5 tonen exem plaren, die aan de binnenzijde der schelp p ath o logische knobbelachtige vergroeiingen vertonen. Bij h et exem p laar v an de grote A fb. 5. Bij de m a n telbocht h eeft deze grote strandschelp, M actra corallina cinerea M ontagu, parelm oerlagen afgezet over binnengedrongen objecten. Aan deze zijde is de schelp ook gapend. V ITA M ARINA Zeebiologische docum entatie februari 1971 W eekdieren algemeen 24

A fb. 6. Een A m erikaanse boorm ossel, Petricola pholadiform is Lam., m e t een vergroeide siphonaie zijde. strandschelp, M actra corallina cinerea M ontagu ligt de vergroeiing te r hoogte van de sipho. W anneer we de tw ee kleppen op elkaar leggen blijkt d at op die plaats de schelp oorspronkelijk enigszins gapend is geweest. De kleppen sloten de schelp dus niet herm etisch af en m ogelijk kon dientengevolge een ongerechtigheid g em ak k elijk er binnendringen. Een afw ijking van de norm ale bouw vertoont de A m erikaanse boormossel, Petricola pholadiform is L am arck (afb. 6), w elke aan de siphonale zijde een krom m ing n aar rechts vertoont. Aan de binnenzijde der schelp is niets bijzonders w aar te nem en, d at op een beschadiging duidt, m aar aangezien we w eten d at boorm ossels zoals hun naam al zegt een borende leefw ijze hebben, m oet de oorzaak van deze abnorm aliteit m ogelijk gezocht w orden in de situatie w aarin h et dier zich in h et su b straat bevond. H et doet verm oeden dat in het hout een of ander h ard opstakel heeft gezeten w aardoor het dier tijdens de groei zijn boorgang enigszins van richting heeft m oeten omleggen. Ook hier vind ik het buitengew oon m oeilijk een juiste diagnose te stellen. H et m oeten verm oedens blijven, eenvoudig om dat we de oorzaak van de vergroeiing n iet tijdens het leven van het dier hebben kunnen observeren. E veneens een d ier dat zich vaak in gangen, geboord door andere w eekdieren, op- A fb. 7. K lem vo rm van de tapijtschelp, V enerupis pullastra var. perforans (M ontagu). Bij A en B heeft het dier w alvorm ige v e r sterkin gen aangebracht op d e zelfde plaatsen, waar aan de buitenzijde breuklijnen aanw ezig zijn. V ITA M ARINA Zeebiologische docum entatie m aart 1971 W eekdieren algem een 25

houdt is de tapijtschelp, V enerupis pullastra (M ontagu). D it dier boort dus zelf geen gangen in hout of steen, m aar g eraak t als jong dier vaak in gangen van de A m erikaanse boormossels, Petricola pholadiform is Lam arck, de w itte boorm ossel, Barnea candida (L.) of de ruw e boorm ossel, Zirfaea crispata (L.). Tijdens de groei kom t hij enigszins klem te zitten in de bestaande gang, k an deze zelf n iet verw ijden en k rijgt daardoor een w at langgerektere vorm dan een vrij levend exem plaar. Zo n klem vorm laat u afbeelding 7 zien, m aar bovendien is h ie r nog iets anders m ee aan de hand. Deze schelp is op tw ee plaatsen gebarsten gew eest, m ogelijk door d ru k van het m ateriaal w aarin hij ingeklem d zat. A an de binnenzijde vertoont de schelp lijstvorm ige verd ik kin g en ju ist op de plaats van de breuklijnen. Een erv an loopt ev en wijdig m et de bovenrand en de andere loodrecht op de onderrand. D it is dus een geval van plakken en lijm en gew eest. TEPELH OREN E en tw eetal zeer vreem de schelpvorm en zien we op afbeelding 8. H et zijn tw ee tepelhorens, Polinices catena (Da Costa), die ech ter niet m eer als zodanig te h e r kennen zijn. Deze schelpen zijn destijds bew oond gew eest door de herem ietkreeft, Pagurus bernhardus (L.). Wie levende h erem ietk reeften op het stran d v indt zal dan ook dikw ijls kunnen opm erken dat de horens, w aarin de kreeft zijn w eke onbescherm de achterlijf verbergt, overw oekerd zijn m et een bruine korst: de ruw e zeerasp, H ydractinia echinata (F lem ing). D it is een kolonie van hydroidpoliepen, b e horende tot de hoofdafdeling holtedieren of C oelenterata, w elke de schelp geheel overdekken, uitgezonderd de plaats w aar de schelp bij h et kruipen van de h erem ietkreeft over de bodem schuurt. Tussen de herem ietkreeft en de ruw e zeerasp bestaat A fb. 8. L inks een foto van tw ee gew one tepelhorens, Polinices catena (da Costa), w aarvan de vorm nauw elijks herkenbaar is ten gevolge van de begroeiing m e t een kolonie hydroidpoliepen en w el de ruw e zeerasp of H ydractinia echinata (Flem ing). Hierdoor ontstaat een uitbouw aan de m ondrand, die op de foto m e t streepjes is aangeduid. R echts een sterk vergroot deel van de levende kolonie van de ruw e zeerasp. De kegelvorm ige uitsteeksels tussen de poliepen geven h et ruw e karakter aan de bruine ko rst op de schelp. V ITA M ARINA Zeebiologische docum entatie m aart 1971 W eekdieren algemeen 26

een nauw e relatie, w ant er is h ie r sprake van een m utualistische sym biose. D it is een sam enleving van tw ee individuen, die beiden voordeel van deze sam enleving hebben. De poliepen van de ruw e zeerasp die w el vergeleken kunnen w orden m et kleine zeeanem onen bezitten netelcellen, w aaru it giftige n eteld rad en afgeschoten k u n nen w orden en door de poliepenkolonie als verlam m ende w apens gebezigd w orden. V ijanden van de h erem ietk reeft m aken dus al gauw kennis m et deze gevaarlijke w apens en deinzen terug. De poliepenkolonie bezorgt de h erem ietk reeft echter nog een ander voordeel, w an t aan de m ondopening van de schelp bouw t de kolonie een uitbouw, die enigszins driehoekig van opening is. H et slakkehuis w o rd t d a a r door vergroot en dat is voor de herem ietkreeft w eer erg prettig. Tijdens zijn groei behoeft hij door deze w oningvergroting m inder vaak te verhuizen. H erem ietkreeften m oeten im m ers steeds n aar een nieuw e w oning omzien, w anneer de oude te klein begint te w orden. V ooral bij h et grootste exem plaar is een enorm stu k door de hyd roidpoliepen-kolonie bijgebouw d. W anneer de hydroidpoliepenkolonie nog levend is, ziet hij er grijsw ollig uit, door de vele poliepjes die m et uitgespreide tentakels kleine voedseldeeltjes u it het w ate r vangen. H et voortdurend rondgesleept w orden door de herem ietkreeft b etek ent voor de kolonie steeds verse zuurstof en voedselrijk w ater. G aat de h erem ietk reeft dood of v erlaat hij de woning, dan zien w e en h ier m oeten de aquarianers m aar eens op letten ook spoedig de poliepenkolonie afsterven. D uidelijk is dus d at beide p a r tijen sterk van e lk aa r afh an kelijk zijn. MOSSELEN D at m isvorm ingen ook optreden bij de eetbare mossel, M ytilus edulis L., is zeker niet vreem d, w anneer we in aanm erking nem en dat m osselen in grote groepen dicht opeengepakt allerlei objecten als rotsen, palen, kadem uren enz. plegen te bezetten. Heel duidelijk is vooral in het litto raal van B retagne w aar te nem en, hoe de vorm van m osselen en dus eigenlijk het groeiproces sterk beïnvloed w ordt door h et m ilieu w aarin ze zich bevinden. K lein en gedrongen is h u n vorm w an neer ze m oeten leven op onbeschutte plaatsen die sterk aan h et gew eld van de b ran d ing zijn blootgesteld. S olitair levende ex em p laren hebben de kans ongeh in d erd to t volw assen vorm en u it te groeien. De exem plaren van de afbeeldingen A fb. 9. R ech terklep van een m ossel, M ytilus edulis L., m et om gevo u w en rand. H et gevolg van een obstakel? V ITA M ARINA Zeebiologische docum entatie april 1971 W eekdieren algem een 27

A fb. 10. B oven de lin ker klep en onder de rechter klep van een m ossel, M ytilus edulis L., m e t in de boven- en achterrand een duidelijke knik. W aarschijnlijk h eeft de m ossel klem gezeten. 9 en 10 hebben kennelijk wel in de v erd ru k k in g gezeten. De tw ee exem plaren, die een doublet vorm en zijn ongeveer halverw ege hun groei gestoord. In de bovenrand zit een duidelijke knik. Op die plaats b eg int een groeiproces, dat de schijn verw ekt, dat daarna de schelp m eer ru im te tot uitgroeien heeft gekregen. E chter alleen in de hoogte, w an t in de richting van de onderrand, die dus geheel links op de foto ligt, blijkt de groei toch w eer belem m erd te zijn. H et is n et alsof er iets hoekigs in de weg heeft gezeten een deel van de rots m isschien d at een uitgroei van de o n d erran d h eeft tegengehouden. Van het andere exem plaar is slechts één m isvorm de klep aanwezig. H iervan is de ran d gewoon om gevouwen alsof de schelp van plastic m ateriaal zou zijn. H et is jam m er dat de andere klep ontbreekt, w ant het zou in teressan t gew eest zijn te zien, hoe deze beide op elk aar hebben gepast. PECTEN V an één onzer voorbeelden van afw ijkende schelpgroei kunnen w e w el m et ze k erheid vaststellen w at de oorzaak van de m onstruositeit is. H et is de P ecten m a xim u s (L.) van afbeelding 11. H ier w ordt de p la tte klep getoond, w elke aan de ran d een duidelijk dubbeldekkereffect heeft. Tegen de oorspronkelijke linkerklep heeft het d ier als h et w are een duplicaatschelp afgezet, w elke bijna de helft van de totale oppervlakte beslaat. Tussen de beide lagen bevindt zich een kolonie van k alk k o k erw orm en, w elke voor een deel duidelijk zichtbaar is. E chter ongeveer 2]/2 cm van de ran d van de klep is de nieuw afgezette klep sterk opgeplooid en h e t verm oeden rijst, d at ook daar nog kokerw orm en aanw ezig zijn. De plooi zet zich to t aan h et o ortje van de schelp door. De ongerechtigheid die binnen is gedrongen toen h et dier nog leefde, is kennelijk zo groot gew eest dat h et dier de w orm en niet alleen m et behulp van een parelm oer - laag heeft k u n nen inkapselen, m aar een volledige schelp inclusief de opperhuid V ITA M ARINA Zeebiologische docum entatie april 1971 W eekdieren algemeen 28

Afb. 11. De platte klep van Pecten m a xim u s (L.). Bij A bevinden zich aan de binnenzijde van de schelp ka lkko kerw o rm en, w aartegen h et dier zich h eeft ve rd e digd door een tw eede schelplaag af te zetten. Zie voor een detailopnam e afbeelding 12. A fb. 12. Detailopnam e van de in afbeelding 11 bij A aangegeven vergroeiing. A prim air gevorm de klep B secondair gevorm de schelplaag C verdikking, w aaronder waarschijnlijk ko kerw orm en D ka lkko kerw o rm en heeft opgebouw d om de ruw e kalkkokers te bedekken. De kans dat er in een tw eekleppig w eekdier een ongerechtigheid binnendringt is groot. V ooral bij P ectinidae om dat deze i.v.m. h un adem haling de schelphelften w ijd geopend houden. SOLENIDAE De tafelm esheften-s olenidae danken hun N ederlandse naam n atu u rlijk aan hun grote overeenkom st m et het heft van een mes, mooi strak en recht. D it kan n iet gezegd w orden van de exem plaren van afbeelding 13, die we van de dorsale zijde fotografeerden. U it de foto blijkt duidelijk dat de schelpkleppen in de lengterichting enigszins schroefvorm ig gew onden zijn. Beide kleppen hebben dezelfde flauw e tordering en sluiten daarom toch nog geheel, exclusief n atu u rlijk de gapende uiteinden, w at bij deze fam ilie heel norm aal is. VITA M ARINA Zeebiologische docum entatie mei 1971 W eekdieren algemeen 29

A fb. 13. Ensis m inor (C henu). R echts een doublet, links een lin ker klep. Beide exem plaren vertonen een torsie, die vooral bij de losse klep duidelijk is te zien. H et gedeelte aan de onderzijde van de foto is ten opzichte van h et slo t gedeelte boven aan de foto ongeveer een kw a rt slag gedraaid. Op ds een of andere wijze m oet het dier tijdens zijn groei zij het m a ar k o rt door een bepaalde oorzaak u it zijn richting gebracht zijn. O pvallend is w el d at de bovenranden van de tw ee kleppen na de storing n iet w eer norm aal recht doorgegroeid zijn, m aar d at de eenm aal ingezette to rd erin g zich is blijven voortzetten. H et hoe en w aarom b lijft voorlopig dacht ik nog w el een d u istere zaak. Hoe h et ook zij, w e zijn geconfronteerd gew eest m et een aan tal vreem de vorm en die w el eens spelingen der n atu u r genoem d w orden. W e m ogen echter h e t w oord speling hier niet opvatten als toevalligheid, die zonder enige oorzaak to t stand is gekom en. A ltijd zal een prik k el w elke dat gew eest m ag zijn, zal vaak een raadsel voor cns blijven de aanleiding m oeten zijn. In ieder geval hebben al deze m onstruositeiten een plaatsje gekregen in onze m useum collectie. U zou k u n n en zeggen d a t wij daarm ee h et ouderw etse ra rite ite n k ab in et in ere h ersteld hebben. D at is toch niet helem aal w aar, zoals ik u in dit a rtik e l getrach t heb aan te tonen. Zij tonen de littekens van een vaak onbekende gebeurtenis in het leven van de schelpbew oner. M ocht u desondanks m enen d at zulke vreem de schelpen n iet in uw kollektie thuis horen, voor onze m useum kollektie zullen wij ze dan graag van u overnem en. V ITA M ARINA - Zeebiologische docum entatie mei 1971 W eekdieren algemeen 30