Lereniseenmakkie Werkboek Zelf rijden en pech onderweg - 1

Vergelijkbare documenten
Wat betekenen de getallen? Samen bespreken. Kies uit kilometer, meter, decimeter of centimeter.

Overzicht rekenstrategieën

maakboek In dit Klooikoffer Maakboek vertel je over je werkstuk. Zo leren anderen van jouw werk. Dat is toch gaaf?

Rekentijger - Groep 7 Tips bij werkboekje A

Genoeg ruimte? In de methodes

BLAD 16: HAM EN KAAS. b. Bij de maatbeker horen verschillende inhoudsmaten. Hiernaast staan ze op een rij. Schrijf op de stippeltjes wat het betekent.

Bij het cijferend optellen beginnen we bij de eenheden en werken we van rechts naar links:

Strategiekaarten. Deze strategiekaarten horen bij de ThiemeMeulenhoff-uitgave (ISBN ): Rekenen: een hele opgave, deel 2

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs

Ruitjes vertellen de waarheid

REKENVAARDIGHEID BRUGKLAS

Optellen van twee getallen onder de 10

BLAD 1: PLEINTJES, ZAKKEN DROP EN WORST

Onthoudboekje rekenen

- Duploblokjes en legoblokjes (nodig bij het oplossen van de rekenvraag)

Deel C. Breuken. vermenigvuldigen en delen

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

Basisvaardigheden algebra. Willem van Ravenstein Den Haag

Uitwerkingen Rekenen met cijfers en letters

x x x

Thema: Wat gebeurt er in 2014? Handleiding en opgaven niveau AA. Opgave 1: Samen

Aan de tafel! Ga je mee om de wonderlijke wereld van de tafels te ontdekken? Bedacht en ontwikkeld door Linda van de Weerd.

Tafelkaart: tafel 1, 2, 3, 4, 5

Zwijsen. jaargroep 4. naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. rekentrainer. jij. Bezoek alle leuke dingen. Teken de weg.

Bij de volgende vragen Bij een regelmatige veelhoek kun je het gemakkelijkst eerst de buitenhoeken berekenen en daarna pas de binnenhoeken.

BLAD 6: KARWEITJES EN KOZIJNEN

Hoe maak je nu van breuken procenten? Voorbeeld: Opgave: hoeveel procent van de onderstaande tekening is zwart gekleurd?

1.3 Rekenen met pijlen

BLAD 21: AAN DE OPPERVLAKTE

2 REKENEN MET BREUKEN Optellen van breuken Aftrekken van breuken Vermenigvuldigen van breuken Delen van breuken 13

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

1. Tellen. b. Getalrijen voortzetten Laat de volgende opgaven maken: Maak de rijen af:

Rekenen met verhoudingen

rekenboek 6a taken

Leerstijlentest van David Kolb Davy Jacobs, GDD1B

Studiekeuzedag CMD voorbereidingswerkboek

Willem van Ravenstein

Routeboekje. bij Pluspunt. Groep 4 Blok 1. Van...

TOETS REKENEN / WISKUNDE. Naam:... School:...

Leerlijnen groep 4 Wereld in Getallen

1. Hoeveel per stuk? a. Hiernaast zie je vier aanbiedingen uit de supermarkt. Hoeveel moet je per stuk ongeveer betalen?...

Rekentijger - Groep 6 Tips bij werkboekje A

Thema: Zelfrijdende vrachtwagens. Handleiding en opgaven niveau AA. Opgave 1: Samen

Ik heb geen idee wat het betekent. Ik heb dit woord wel eens gezien of gehoord.

Strategieles Samenvatten niveau B

De moord op ons Neroke

Het Land van Oct. Marte Koning Frans Ballering. Vierkant voor Wiskunde Wiskundeclubs

w e r k b o e k a n t w o o r d e n blok Hoeveel keer moet ik 15 gooien? 60 punten Matz wil 60 punten halen met blikgooien. Maak sommen.

Inhoud. Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10

Lineaire formules.

Afspraken hoofdrekenen eerste tot zesde leerjaar

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

10 blad. hulp. 1 bedenk zelf. 10-vriendjes. + = 10 + = 10 + = 10 + = 10 + = 10 + = = 10 = 10 = 10 = 10 = 10 = 2 bedenk zelf. dubbelen.

7 a patroonnummer a patroonnummer a h = z

Overstapprogramma 6-7

Hoe leer ik uit... Naam: Klas:

Bijlagen Projectenboek Groen

Rekenen met cijfers en letters

rekentrainer jaargroep 8 Hoeveel kilometer na 10 minuten? Kleur. Zwijsen naam: na 1 minuut: 0,200 km na 1 minuut: 0,040 km na 1 minuut: 0,008 km

TEST 1: Eerst denken of eerst doen? Kruis steeds het antwoord aan dat het best bij jou past. Probeer zo eerlijk mogelijk te antwoorden.

a a Leg 3 getallen van 2 cijfers en tel ze op. b d Bedenk sommen waar 180 uitkomt. Meer antwoorden. b Uit welke som komt 103?

4.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1]

Spreken. Les 4: Wat zeg je? In een kledingzaak OPDRACHTKAART.

2003 De Wageningse Methode. Foto s De Wageningse Methode. Druk/Verkoop Tamminga bv, Postbus 176, 6920 AD Duiven

3 Formules. 8 x 6 = x 3 = 12. r-w-w b-w-w g-w-w r-w-r b-w-r g-w-r r-z-w b-z-w g-z-w r-z-r b-z-r g-z-r 6 x 7 = x 100 = 500.

Naam: Klas:.. Oppervlakte 1/11

Eén zijde van de rand om het schaakbord is 0,80 m langer dan het schaakbord zelf.

spiekboek rekenen bereid je goed voor op de entreetoets van het Cito groep

Een Meet- en Ontdekpad gemaakt door Maaike Kuijer. Pabo De Eekhorst Assen.

BLAD 31: LENGTE, INHOUD, GEWICHT

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.

a n t w o o r d e n reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs blok w e r k b o e k Hoeveel pakken koeken zijn er nodig voor jouw klas? Reken uit.

Instructie voor Docenten. Hoofdstuk 13 OMTREK EN OPPERVLAKTE

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

rekentrainer jaargroep 5 Timo loopt steeds verder weg. Teken Timo bij de kruisjes op de weg en maak de tekening af. Zwijsen naam:

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

werkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen?

w e r k b o e k a n t w o o r d e n blok Hoeveel knikkers heeft Li? Teken op de getallenlijn en reken uit.

Onderwijsassistent REKENEN BASISVAARDIGHEDEN

Syllabus Leren Modelleren

Onthoudboekje rekenen

Practicum hoogtemeting 3 e klas havo/vwo

Inhoud kaartenbak groep 8

Strategieles Voorspellen niveau A

2 BBL. Oppervlakte. 5.1 Eenheden van oppervlakte

rekentrainer jaargroep 5 Timo loopt steeds verder weg. Teken Timo bij de kruisjes op de weg en maak de tekening af. Zwijsen naam:

Score. Zelfevaluatie. Beoordeling door de leerkracht. Datum: Klas: Nr: Naam:

Praktische toepassing van functies

Tijd: seconden, minuten, uren, dagen, weken, maanden, jaren

7 De getallenlijn = -1 = Nee = 0 = = = 7 -7 C. -2 a 1 b 4 = a b -77 = -10

Procenten 75% 33% 10% 50% 40% 25% 50% 100%

1.1 Wat zijn negatieve getallen? Een negatief getal is een getal dat kleiner is dan 0. Een negatief getal is kleiner dan 0.

rekenboek 5a lessen

werkschrift passen en meten

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

Leerroutes Passende Perspectieven Alles telt groep 5 blok 1

Positief Huishouden met Kinderen

Wortels met getallen en letters. 2 Voorbeeldenen met de (vierkants)wortel (Tweedemachts wortel)

Thema: Oorlog in Syrië. Handleiding en opgaven niveau A2. Opgave 1: Samen

Transcriptie:

Lereniseenmakkie Werkboek Zelf rijden en pech onderweg - 1 Bij rekenen heb je vast al rijen en rijen met sommen gemaakt! Dat ziet er dan ongeveer zo uit: 324+689=1013 561-256=305 22x34=748 208+593=801 325-98=227 16:4=4 28+61=89 26x111=2886 85x78=6630 73x54=3942 888:4=222 732-487=245 Lekker duidelijk, toch? Je weet precies wat je moet doen. En als je je verstand gebruikt, heb je ze vast (bijna) allemaal goed. Maar dan krijg je verhaaltjessommen! Weinig getallen en veel tekst. Weet je nu ook wat je moet doen? Na dit hoofdstuk zeker! Eerst een Puzzel Elk wit vakje wordt omringd door 8 letters. Schrijf de letter (of teken) die dubbel voorkomt in het lege vakje. In de lege vakjes verschijnt een woord. U B F A E F K A H N R M D T R I E T D W J E A C X I G P S C T L IJ M I C E W O O M M D E S N Z P D S E B C A H K V N G R V E Q Een ander woord voor verhaalsommen is:

Lereniseenmakkie Werkboek Zelf rijden en pech onderweg - 2 Het stappenplan Sommige kinderen raken in de war van verhaalsommen. Er staat soms meer in dan je nodig hebt. Heb je een rijke fantasie, dan bedenk je misschien onderweg zelfs nog meer erbij dan nodig is! Volg deze stappen en het is dan meestal heel gemakkelijk. Bijvoorbeeld met deze som: Voorbeeld Het Griekse eiland Sifnos ligt in de Egeïsche Zee, de zee tussen Griekenland en Turkije. Samen met Tinos, Mikonos, Panos en andere eilanden hoort het bij de Griekse eilandengroep de Cycladen. Er wonen ongeveer 2100 mensen. De oppervlakte van Sifnos is 84 km2. De lengte van het eiland is ongeveer 14 km lang. Sifnos heeft een vrij rechthoekige vorm. Hoe groot is de breedte van het eiland ongeveer? A. 6.000 meter B. 3.200 meter C. 60 km D. 1600 meter Begin met het einde: zoek de vraag Speuren Zoek de vraag in de som. Meestal staat de vraag aan het eind van het verhaal. Wat wordt er van je verwacht? Let op sleutelwoorden als: breedte, lengte, oppervlakte, korting,.. De vraag staat meestal helemaal aan het eind. In dit voorbeeld ook: Hoe groot is de breedte van het eiland ongeveer? Het woord breedte doet denken aan: lengte, omtrek en oppervlakte. Dus daar zal de som wel mee te maken hebben!

Lereniseenmakkie Werkboek Zelf rijden en pech onderweg - 3 Bedenken Lees het verhaaltje, regel voor regel. Terwijl je leest, laat je onbelangrijke informatie links liggen: Onbelangrijke informatie is bijvoorbeeld: Het is een Grieks eiland, ligt in de Egeïsche Zee, tussen Griekenland en Turkije, hoort bij de Cycladen, 2100 inwoners. Het is interessant, maar voor het oplossen van de som, heb je er niets aan. Dus: doe er niets mee. Laat het links liggen, schuif het in gedachten weg, of iets dergelijks. Schrijf belangrijke informatie wél over, liefst met een tekeningetje erbij! De oppervlakte van Sifnos is 84 km2 Teken een rechthoek op een kladblaadje Sifnos heeft een vrij rechthoekige vorm Schrijf 84 km2 in de rechthoek. Lengte is ongeveer 14 km lang: Schrijf 14 km naast een lange zijde van de rechthoek. Ontwerpen Hoe kan ik het uitrekenen? Soms kun je op meerdere manieren iets uitrekenen. Begin met de manier die je het beste lijkt. Lukt het daar niet mee, probeer dan de volgende manier die je kent. Let ook goed op de eenheden! In dit voorbeeld heb je nodig: oppervlakte= lengte x breedte Bouwen Reken het antwoord uit. Zet zo nodig eerst alle gegevens in dezelfde maatsoort, voordat je gaat rekenen! Let ook goed op de maateenheden die bij de antwoorden staan! 84 km 2 = 14 km x... km De breedte is: 84 : 14 = 6 km 6 km staat er niet tussen, 6 km = 6.000 meter, dus het goede antwoord is A. 6.000 meter Het is me gel.u.k.t! Controleer je berekening nog een keer nauwkeurig! Geen overschrijf- of slordigheidsfouten gemaakt? Goed zo, je bent klaar!

Lereniseenmakkie Werkboek Zelf rijden en pech onderweg - 4 Als je dit stappenplan vaak volgt, lukt het je op een gegeven moment om stap 4 ( schrijf belangrijke informatie op, liefst met een tekeningetje erbij) in je hoofd te doen. In plaats van tekenen en schrijven, zie je het plaatje en de getallen voor je. Maar gebruik een kladblaadje, zolang je dit nodig hebt! Nog een voorbeeld Volg het stappenplan in onderstaand voorbeeld en kom zo zelf bij de oplossing. Vul jouw antwoorden in op de regels. Speuren Zoek de vraag in de som. Meestal staat de vraag aan het eind van het verhaal. Wat wordt er van je verwacht? Let op sleutelwoorden als: breedte, lengte, oppervlakte, korting,.. Arno koopt feestverlichting, omdat hij een tuinfeest organiseert. Hij koopt een lichtsnoer met oranje, paarse en groene lampjes. Na 2 oranje lampjes volgen steeds 5 paarse en 1 groene. In totaal telt het lichtsnoer 160 lampjes. Hoeveel van deze lampjes zijn oranje? A. 18 B. 80 C. 40 D. 20 De vraag is:

Lereniseenmakkie Werkboek Zelf rijden en pech onderweg - 5 Bedenken Lees het verhaaltje, regel voor regel. In je hoofd zie je vast al oranje lampjes? Terwijl je leest, laat je onbelangrijke informatie links liggen: Onbelangrijke informatie is bijvoorbeeld: Het is interessant, maar voor het oplossen van de som, heb je er niets aan. Dus: doe er niets mee. Laat het links liggen, schuif het in gedachten weg, of iets dergelijks. Schrijf belangrijke informatie wél over, liefst met een tekeningetje erbij! Dit is belangrijk: Maak hier een tekening: Ontwerpen Hoe kan ik het uitrekenen? Soms kun je op meerdere manieren iets uitrekenen. Begin met de manier die je het beste lijkt. Lukt het daar niet mee, probeer dan een andere manier. Je ziet: het is steeds een serie van lampjes. Het snoer telt in

Lereniseenmakkie Werkboek Zelf rijden en pech onderweg - 6 totaal lampjes. Welke berekeningen ga je gebruiken (kruis aan)? Ik ga eerst: o Optellen o Aftrekken o Vermenigvuldigen o Delen Daarna ga ik: o Optellen o Aftrekken o Vermenigvuldigen o Delen Bouwen Reken het antwoord uit. Zo reken ik het uit: Het goede antwoord is dan: Het is me gel.u.k.t! Controleer je berekening nog een keer nauwkeurig! Geen overschrijfof slordigheidsfouten gemaakt? Goed zo, je bent klaar! Probeer het nu zelf Pak je rekenboek erbij en zoek een verhaalsom. Volg de stappen van het stappenplan. Is het gelukt de som uit te rekenen? Gefeliciteerd! Wil je nog meer oefenen? Ga je gang, zoek er nog meer op!

Lereniseenmakkie Werkboek Zelf rijden en pech onderweg - 7 Weet je de stappen nog, zonder te kijken? Vul het hieronder in. Gebruik jouw eigen woorden. Zo los ik verhaalsommen op: Speuren Bedenken Ontwerpen Bouwen Het is me gel.u.k.t!

Lereniseenmakkie Werkboek Zelf rijden en pech onderweg - 8 Dit prent ik in mijn brein Noteer wat jij onthouden hebt, belangrijk vindt of thuis hierover zou vertellen.

Lereniseenmakkie Werkboek Zelf rijden en pech onderweg - 9 Lampjes Uitwerking: Arno koopt feestverlichting, omdat hij een tuinfeest organiseert. Hij koopt een lichtsnoer met oranje, paarse en groene lampjes. Na 2 oranje lampjes volgen steeds 5 paarse en 1 groene. In totaal telt het lichtsnoer 160 lampjes. Hoeveel van deze lampjes zijn oranje? A. 18 B. 80 C. 40 D. 20 Speuren De vraag: Hoeveel van deze lampjes zijn oranje? Bedenken Onbelangrijke informatie is bijvoorbeeld: - De jongen heet Arno - Hij geeft een tuinfeest - Hij koopt iets Belangrijk: Een lichtsnoer met oranje, paarse en groene lampjes. Na 2 oranje lampjes volgen steeds 5 paarse en 1 groene. Ik teken er een stuk of 16, want alle 160 is wel erg veel. Zo: Of zo: o o pppppp g o o pppppp g Ontwerpen Ik zie steeds een serie van 2+5+1, dat is 8 lampjes. Dus: Eerst ga ik delen. Daarna ga ik vermenigvuldigen. Bouwen Het snoer telt 160 lampjes, dus hoe vaak komt elke serie van 8 voor in 160: 160 : 8 = 20 series Eén serie (van 8) heeft 2 oranje lampjes, dus 20 series hebben 20 x 2 = 40 oranje lampjes.

Lereniseenmakkie Werkboek Zelf rijden en pech onderweg - 10 Het goede antwoord is: B. 40 Het is me gel.u.k.t! Ik zou het zo kunnen controleren: 20 x 2 = 40 oranje lampjes 20 x 5 = 100 paarse lampjes 20 x 1 = 20 groene lampjes 40 + 100 + 20 = 160. Het klopt!