Werk Oriëntatie Project 2014-2015 E R VMBO T3 K B O E K Naam: Klas: 19 t/m 23 januari 2015
INLEIDING Werk Oriëntatie Project Het Werk Oriëntatie Project is een voorbereiding op jullie studie- en beroepskeuze in de bovenbouw van het VMBO en bestaat uit drie delen: de voorbereiding, de snuffelstage en de presentatie. Dit jaar gaan jullie een vijfdaagse snuffelstage lopen bij een bedrijf of instelling in Wijk bij Duurstede of omgeving. Het doel van deze stage is jullie inzicht te geven in de alledaagse bezigheden van een door jou gekozen beroepsgroep en daarmee jouw eigen mogelijkheden en interesses laten ontdekken. De Voorbereiding : november en december 2014 De Snuffelstage : maandag 19 t/m vrijdag 23 januari 2015 De Presentatie : donderdag 5 februari 2014 Bedrijvenboek Dit jaar heeft de Ondernemerskring Wijk bij Duurstede (OKW)en de Stichting Binding een bedrijvenboek samengesteld en online gezet: www.wijkinbedrijf.nl Kies: online bedrijvenboek. Bij elk bedrijf staat de sector en een omschrijving en bovendien kun je doorlinken naar de eigen website van het bedrijf of instelling. Vanaf dit moment kun je dus zelf gaan kijken op de website naar bedrijven en instellingen. Deze stageplaats moet aansluiten bij de door jou gekozen sector en binnen deze sector kun je kijken naar de beroepsgroep waar jij je voor interesseert. Sollicitatiebrieven Omdat je natuurlijk nooit zeker weet of er een plek is bij het door jouw gewenste stagebedrijf moet je een sollicitatiebrief gaan maken. Bedrijven en instellingen nemen niet zomaar stagiaires aan. Hiervoor moet een goede sollicitatiebrief worden geschreven. Bij het vak Nederlands krijg je uitleg over hoe je een goede sollicitatiebrief moet schrijven. In december hoor je welk bedrijf jou heeft uitgekozen. Mentorlessen In een aantal mentorlessen krijg je uitleg over enkele bedrijven in Wijk bij Duurstede en omgeving. Hierbij zullen bedrijven en instellingen zelf vertellen waar je op moet letten als je gaat solliciteren bij een bedrijf, wat voor soort functies er zijn binnen een bedrijf, welke vaardigheden belangrijk zijn en hoe je je moet gedragen tijdens je sollicitatie en de stage zelf. Bedrijvenmarkt Tijdens je snuffelstage maak je een verslag van de stage en als afsluiting van de stageperiode vindt er bij ons op school een presentatie van alle stagebedrijven en instellingen plaats. Dit is de zogenaamde bedrijvenmarkt. Deze bedrijvenmarkt vindt op donderdag 5 februari in de aula van Revius Wijk plaats. We hopen dat je een leuke en leerzame stage hebt! 2
ALGEMEEN DIT STAGEWERKBOEK IS VAN Naam: Adres: Woonplaats: Telefoon: MIJN STAGEBEDRIJF IS Naam bedrijf of instelling: Soort bedrijf of instelling: Sector bedrijf of instelling: 0 Economie 0 Gezondheidszorg & Welzijn 0 Techniek 0 Natuur & Milieu 0 Overige (bv. Geüniformeerde beroepen, sport) Contactpersoon bedrijf of instelling: Functie: Adres: Postcode en woonplaats: Telefoon: Mijn STAGEBEGELEIDER van bedrijf of instelling is: Naam: Mijn STAGEDOCENT van Revius Wijk (= mentor) is: Naam: Telefoon: 3
INHOUDSOPGAVE INLEIDING 2 ALGEMEEN 3 INHOUDSOPGAVE 4 HOE GA JE MET DIT STAGEWERKBOEK OM? 5 GEDRAGSREGELS 6 VOOR DE STAGEBEGELEIDER 6 HET STAGEWERKBOEK 7 1. Algemene bedrijfs- of instellingsgegevens 7 2. Eisen die worden gesteld aan het beroep 7 2.1. Lichamelijke eisen 8 2.2. Vaktechnische eisen 9 2.3. Persoonlijke eisen 10 3. Het interview 11 HET STAGEVERSLAG 12 1. Vragenformulier voor de eerste stagedag 13 2. Stagedagstaat per dag en een beoordeling per dag 14 3. Het stagerapport voor de begeleider 24 3.1. Uitvoering van en houding ten opzichte van het werk 3.2. Persoonlijk functioneren en omgang met anderen 25 3.3. Conclusies / suggesties naar aanleiding van 26 snuffelstage 4. De zelfbeoordeling van de leerling 27 4.1. Uitvoering van en houding ten opzichte van het werk 4.2. Persoonlijk functioneren en omgang met anderen 4.3. Conclusies / suggesties naar aanleiding van snuffelstage DE BEDRIJVENMARKT 31 1. Voorbereiding bedrijvenmarkt 31 2. De presentatie 32 3. Inleveren stagewerkboek 32 4
HOE GA JE MET DIT STAGEWERKBOEK OM? 1. Laat je stagebegeleider dit stagewerkboek zien en vertel de bedoeling ervan. 2. Vul dagelijks de dagstaat in en laat deze door de stagebegeleider aftekenen. Probeer de werkzaamheden die je hebt verricht, na te bespreken met de stagebegeleider of de persoon die jou die dag heeft begeleid. 3. Vul elke avond de dagbeoordeling in. Geef aan welke werkzaamheden je moeilijk vond en welke niet. 4. Beantwoord dagelijks, zo nodig met hulp van de stagebegeleider, een gedeelte van de vragen. Doe dit eerst in het klad en werk vervolgens de antwoorden netjes in je stageverslag uit. 5. Zoek tijdig, in overleg met je begeleider, een werknemer uit die je een interview kunt afnemen. Maak een verslag van het interview en doe dit in je stageverslag. 6. Vraag aan je begeleider informatiemateriaal, folders, e.d. om bij dit stagewerkboek te voegen. 7. Vraag aan het eind van de stage aan je begeleider of deze het stagerapport wil invullen en met jou wil bespreken. WERK NETJES EN ZORGVULDIG! MAAK ER IETS MOOIS VAN! 5
GEDRAGSREGELS 1. Gedraag je correct en zorg dat je er netjes uitziet. 2. Zorg dat je op tijd aanwezig bent. Liever 10 minuten te vroeg, dan net te laat. 3. Volg gegeven instructies nauwkeurig op. 4. Vraag HULP als je een opdracht niet goed kunt uitvoeren. 5. Maak aan het eind van de dag het werk waar je mee bezig bent af en ruim je spullen netjes op. 6. In geval van ziekte moet je direct de stagebegeleider op de hoogte stellen. Bericht ook de school. 7. Wees voorzichtig met machines, gereedschappen en ander materiaal. 8. Heb je op je stageadres problemen, bespreek die dan met je stagebegeleider. Kom je er nog niet uit, neem dan contact op met je stagedocent van Revius Wijk (= mentor) of de decaan de heer de Klerk. VOOR DE STAGEBEGELEIDER 1. Laat u de leerling indien mogelijk zoveel mogelijk facetten van het bedrijf of instelling ervaren. 2. Wilt u de leerling helpen bij het beantwoorden van de vragen? 3. Wilt u aan het eind van de dag de dagstaat aftekenen, als deze door de leerling correct is ingevuld? 4. Wilt u aan het eind van de stage het stagerapport invullen en dat met de leerling bespreken? 5. Als zich met de leerling problemen voordoen, neem dan contact op met de decaan op school; de heer De Klerk, mail: w.deklerk@reviuswijk.nl of telefoon: 0343-571539. Het adres van school is: Revius Wijk Remus 4 3962 KT Wijk bij Duurstede 0343-571539 6
HET STAGEVERSLAG (ALGEMEEN) 1. Algemene bedrijfs- / instellingsgegevens a. Naam van het bedrijf / firma / instelling: b. Het volledige adres: c. Telefoonnummer: d. Contactpersoon/Praktijkbegeleider (naam en functie): e. Soort bedrijf/instelling: f. Het jaar van oprichting van het bedrijf / de instelling: g. Het aantal werknemers in de vestiging: 2. Eisen die worden gesteld aan het beroep Jij loopt nu stage in een bedrijf of instelling. Het kan zijn dat het beroep je erg leuk lijkt of juist niet. Behalve de vraag of je iets leuk vindt, is het ook belangrijk om je af te vragen of je geschikt bent voor het soort werk. Bijvoorbeeld: A. Als verzorgster kom je in aanraking met verdriet. Kun je daar tegen? B. Als medewerker in een grootkeuken sta je dikwijls nogal gebogen. Kan jouw rug daar wel tegen? C. Als telefoniste / receptioniste moet je goed kunnen luisteren en de meest voorkomende werkzaamheden zelfstandig verrichten. Kun je wel zelfstandig en secuur werken? Op de pagina s 8 t/m 10 vind je een lijst met een aantal van deze voorwaarden. Dit noemen we beroepseisen: a. lichamelijke eisen b. vaktechnische eisen c. persoonlijke eisen Ga na of deze eisen voor het beroep gelden, waar je nu actief in meewerkt. Maak een keus voor: - positief (+) - negatief (-) - geen mening (+/-) Probeer zoveel mogelijk een echte keus te maken. 7
2.1. Lichamelijke eisen Maak een keus voor: positief (+) / negatief (-) / geen mening (+/-) Keus Je moet lang kunnen staan Je moet zware dingen kunnen tillen Je moet snel zijn Je moet goed gezichtsvermogen hebben Je moet veel kunnen bukken Het is zittend werk Het is licht werk Het is normaal werk Het is zwaar werk Het is erg zwaar werk Je moet klimmen / of je evenwicht kunnen bewaren Je moet iets vasthouden Je moet spreken Je moet zien: bewust worden van vorm, afmeting, afstand, beweging en / of kleur van voorwerpen door het gebruik van de ogen Je moet horen Je moet iets dragen Je moet kleuren kunnen zien Je moet veel lopen Je moet trappen lopen en / of klimmen Je moet boven je hoofd werken Je moet dingen optillen Je moet met gereedschap kunnen omgaan Je moet met beide handen werken Je moet in hoog tempo werken Je moet in moeilijke houdingen staan 8
2.2. Vaktechnische eisen Maak een keus voor: positief (+) / negatief (-) / geen mening (+/-) Keus Je moet technische aanleg hebben Je moet met machines om kunnen gaan Je moet goed kunnen onthouden Je moet goed kunnen rekenen Je moet goed kunnen lezen Je moet snel kunnen werken Je moet direct kunnen reageren Je moet andere mensen kunnen overtuigen Je moet goed kunnen luisteren Je moet goed kunnen organiseren Je moet creatief zijn Je moet goed en duidelijk kunnen praten Je moet veel met mensen praten Je moet met mensen kunnen omgaan Je moet zorgen voor hulpbehoevende of zieke mensen Je moet mensen met problemen kunnen helpen Je moet er goed verzorgd uitzien Je moet vooral je handen gebruiken Je moet ordelijk kunnen werken Je moet verantwoordelijkheid dragen Je moet veel initiatief tonen Je moet zelfstandig kunnen werken 9
2.3. Persoonlijke eisen Maak een keus voor: positief (+) / negatief (-) / geen mening (+/-) Keus Je moet handig zijn Je moet netjes zijn Je moet precies zijn Je moet goed met mensen kunnen omgaan Je moet vriendelijk zijn Je moet zelfstandig zijn Je moet geduldig zijn Je moet met eigen ideeën komen je moet je goed kunnen concentreren Je moet verantwoordelijkheid kunnen dragen Je moet in teamverband kunnen werken Je moet alleen kunnen werken Je moet in een kleine ruimte kunnen werken Je moet in een drukke ruimte kunnen werken Je moet snel zijn Je moet verschillende dingen door elkaar kunnen doen Je moet lang achter elkaar kunnen werken Je moet veel durf hebben Je moet kunnen luisteren Je moet kennis van zaken hebben Je moet verder willen leren 10
3. Het interview Noteer de antwoorden eerst op een kladblaadje en vul daarna thuis de antwoorden hieronder netjes in. De vragen zouden kunnen zijn: a. Wat is uw naam? b. Heeft u bezwaar dat uw naam in het verslag wordt vermeld? c. Welke functie heeft u binnen dit bedrijf / deze instelling? d. Welke opleiding had u daarvoor nodig? e. Wist u altijd al wat voor werk u wilde gaan doen? f. Vindt u het salaris een belangrijk aspect bij de beroepskeuze? g. Hoe bent u aan uw baan gekomen? h. Hoe lang werkt u hier al? i. Heeft u hiervoor ander werk gedaan? Zo ja, wat voor een werk? j. Waaruit bestaat uw werk hoofdzakelijk? k. Wat vindt u de leuke kanten van uw werk? l. Wat vindt u de minder leuke kanten van uw werk? m. Moet u veel met anderen samenwerken? n. Hoe is de sfeer tussen de collega s onderling? o. Hebt u vaste werktijden? p. Moet u wel eens overwerken? q. Vindt u een snuffelstage voor scholieren nuttig? VERGEET NIET TE BEDANKEN VOOR HET INTERVIEW! 11
HET STAGEVERSLAG (PER DAG) Het stageverslag bestaat ook uit een aantal opdrachten, o.a. 1. Een speciaal vragenformulier voor je eerste stagedag 2. Urenformulieren voor elke stagedag 3. Dagbeoordelingen voor elke stagedag Het invullen van deze formulieren moet gebeuren omdat wij op school graag willen zien wat je allemaal gedaan het tijdens je stage. Op het urenformulier vul je zo nauwkeurig mogelijk in wat je per uur gedaan hebt. Doe dit niet aan het eind van de stageweek, want dan ben je misschien al weer een heleboel vergeten. Vergeet vooral niet je stagebegeleider het urenformulier te laten ondertekenen! Voorbeeld: 7:00 uur van huis gegaan 7:30 uur aangekomen bij het bedrijf 7:45 uur met het werk begonnen 9:00 uur koffiepauze en gedeelte urenformulier ingevuld De dagbeoordeling kun je het beste aan het einde van de dag invullen. Je moet duidelijk aangeven om welke werkdag het gaat. 12
1. Vragenformulier eerste stagedag a. Bij wie heb jij je vanmorgen gemeld / door wie ben je ontvangen? b. Ben je aan de andere werknemers voorgesteld? Zo ja, door wie? Zo nee, heb je jezelf aan de andere werknemers voorgesteld? c. Heb je het stageverslag aan de stagebegeleider laten zien? Zo ja, hoe reageerde hij / zij daarop? Zo nee, waarom niet? d. Denk je dat de stagebegeleider en de andere werknemers weten wat de bedoeling is van de snuffelstage? Zo ja, waaruit blijkt dat? Zo nee, heb je geprobeerd het duidelijk te maken? e. Zijn er afspraken gemaakt over wat je deze stage gaat doen? Zo ja, welke afspraken zijn er gemaakt? f. Heb je een rondleiding door het bedrijf gehad? g. Wat is je meegevallen vandaag? h. Wat is je tegengevallen vandaag? 13
STAGEDAGSTAAT 1 e WERKDAG Urenformulier 1 e werkdag Dag Datum 7:00 8:00 9:00 10:00 11:00 12:00 13:00 14:00 15:00 16:00 17:00 18:00 Handtekening stagebegeleider 14
DAGBEOORDELING 1 e WERKDAG 1. Het hoogtepunt van deze dag was 2. Het dieptepunt van deze dag was 3. Ik leerde vandaag 4. Iets wat ik nog nooit eerder gedaan had, was 5. Ik verbaasde me erover dat 6. Echt moeilijk vond ik 7. Deze dag zou voor mij beter geweest zijn als 8. Ik zou mezelf een compliment willen geven voor 9. Ik vond het jammer dat 10. Ik vond het prettig dat 15
STAGEDAGSTAAT 2 e WERKDAG Urenformulier 2 e werkdag Dag Datum 7:00 8:00 9:00 10:00 11:00 12:00 13:00 14:00 15:00 16:00 17:00 18:00 Handtekening stagebegeleider 16
DAGBEOORDELING 2 e WERKDAG 1. Het hoogtepunt van deze dag was 2. Het dieptepunt van deze dag was 3. Ik leerde vandaag 4. Iets wat ik nog nooit eerder gedaan had, was 5. Ik verbaasde me erover dat 6. Echt moeilijk vond ik 7. Deze dag zou voor mij beter geweest zijn als 8. Ik zou mezelf een compliment willen geven voor 9. Ik vond het jammer dat 10. Ik vond het prettig dat 17
STAGEDAGSTAAT 3 e WERKDAG Urenformulier 3 e werkdag Dag Datum 7:00 8:00 9:00 10:00 11:00 12:00 13:00 14:00 15:00 16:00 17:00 18:00 Handtekening stagebegeleider 18
DAGBEOORDELING 3 e WERKDAG 1. Het hoogtepunt van deze dag was 2. Het dieptepunt van deze dag was 3. Ik leerde vandaag 4. Iets wat ik nog nooit eerder gedaan had, was 5. Ik verbaasde me erover dat 6. Echt moeilijk vond ik 7. Deze dag zou voor mij beter geweest zijn als 8. Ik zou mezelf een compliment willen geven voor 9. Ik vond het jammer dat 10. Ik vond het prettig dat 19
STAGEDAGSTAAT 4 e WERKDAG Urenformulier 4 e werkdag Dag Datum 7:00 8:00 9:00 10:00 11:00 12:00 13:00 14:00 15:00 16:00 17:00 18:00 Handtekening stagebegeleider 20
DAGBEOORDELING 4 e WERKDAG 1. Het hoogtepunt van deze dag was 2. Het dieptepunt van deze dag was 3. Ik leerde vandaag 4. Iets wat ik nog nooit eerder gedaan had, was 5. Ik verbaasde me erover dat 6. Echt moeilijk vond ik 7. Deze dag zou voor mij beter geweest zijn als 8. Ik zou mezelf een compliment willen geven voor 9. Ik vond het jammer dat 10. Ik vond het prettig dat 21
STAGEDAGSTAAT 5 e WERKDAG Urenformulier 5 e werkdag Dag Datum 7:00 8:00 9:00 10:00 11:00 12:00 13:00 14:00 15:00 16:00 17:00 18:00 Handtekening stagebegeleider 22
DAGBEOORDELING 5 e WERKDAG 1. Het hoogtepunt van deze dag was 2. Het dieptepunt van deze dag was 3. Ik leerde vandaag 4. Iets wat ik nog nooit eerder gedaan had, was 5. Ik verbaasde me erover dat 6. Echt moeilijk vond ik 7. Deze dag zou voor mij beter geweest zijn als 8. Ik zou mezelf een compliment willen geven voor 9. Ik vond het jammer dat 10. Ik vond het prettig dat 23
3. HET STAGERAPPORT VOOR DE BEGELEIDER Beoordeling van de leerling door de stagebegeleider Naam leerling 3.1. Uitvoering van en houding ten opzichte van het werk (svp aankruisen wat van toepassing is, eventueel aanvullen met een korte omschrijving) a. De leerling voert het opgedragen werk uit. goed redelijk goed matig b. Wat betreft de uitvoering van de taken geldt: de leerling werkt redelijk zelfstandig de leerling heeft veel begeleiding nodig de leerling kan het opgedragen werk niet aan c. De leerling verricht de werkzaamheden met veel plezier met plezier met gering plezier d. De leerling toont veel initiatief soms initiatief weinig initiatief e. Werktempo vlug normaal langzaam 24
f. Stiptheid g. Netheid keurig op tijd soms te laat vaak te laat keurig slordig wisselend h. Uiterlijke verzorging i. Verzuim voldoet voldoet redelijk voldoet niet geen gering vaak 3.2. Persoonlijk functioneren en omgang met anderen a. De leerling functioneerde van t begin af aan goed is gaandeweg beter gaan functioneren is nauwelijks beter gaan functioneren b. Instructies worden door de leerling goed opgevolgd na het stellen van vragen goed opgevolgd niet goed begrepen c. De leerling geeft vaak blijk van interesse voor het werk geeft soms blijk van interesse voor het werk geeft nauwelijks blijk van interesse voor het werk 25
d. Met betrekking tot het leidinggevend personeel weet de leerling zijn / haar houding te bepalen is de leerling stil en teruggetrokken weet de leerling zijn / haar houding niet te bepalen e. Met betrekking tot de collega s weet de leerling zijn / haar houding te bepalen is de leerling stil en teruggetrokken weet de leerling zijn / haar houding niet te bepalen 3.3. Conclusies / suggesties naar aanleiding van de snuffelstage a. Heeft de leerling voldoende werkzaamheden kunnen uitvoeren dan wel meemaken om een reëel beeld te krijgen van het werk? ja enigszins nauwelijks b. Heeft de leerling volgens u voldoende gelegenheid gekregen om zich door middel van vragen en opdrachten uit het stageverslag te oriënteren op het werk? ja nee, want twijfelachtig, omdat Opmerkingen / suggesties: 26
4. DE ZELFBEOORDELING VAN DE LEERLING Naam leerling: Periode van tot Naam bedrijf / instelling: Contactpersoon / stagebegeleider: Aankruisen wat van toepassing is; meerdere antwoorden zijn mogelijk, eventueel aanvullen met korte omschrijving. 4.1. Uitvoering en houding ten opzichte van het werk a. Het opgedragen werk voer ik uit. goed redelijk goed matig b. Wat betreft de uitvoering van de opgedragen taken geldt: ik werk redelijk zelfstandig ik heb veel (bege-)leiding nodig ik kan het opgedragen werk niet aan c. De werkzaamheden verricht ik: d. Ik toon: met veel plezier met plezier met gering plezier veel initiatief soms initiatief weinig initiatief 27
e. Werktempo f. Stiptheid g. Netheid vlug normaal langzaam keurig op tijd soms te laat vaak te laat keurig slordig wisselend h. Uiterlijke verzorging i. Verzuim voldoet voldoet redelijk voldoet niet geen gering vaak j. Opmerkingen over uitvoering van en houding ten opzichte van het werk: 28
4.2. Persoonlijk functioneren en omgang met anderen a. Wat mijn persoonlijk functioneren betreft: ik functioneerde van het begin af aan goed ik ben gaandeweg beter gaan functioneren ik ben nauwelijks beter gaan functioneren b. Instructies worden door mij in het algemeen: goed verwerkt door het stellen van aanvullende vragen goed gewerkt niet goed begrepen c. Interesse: Ik geef (b.v. door het stellen van vragen en door informatie te vragen over opdrachten uit het stageverslag) vaak blijk van interesse voor dit werk / deze arbeidssituatie soms blijk van interesse voor dit werk / deze arbeidssituatie nauwelijks blijk van interesse voor dit werk / deze arbeidssituatie d. Met betrekking tot leidinggevend personeel: weet ik mijn houding te bepalen ben ik stil en teruggetrokken weet ik mijn houding niet te bepalen e. Met betrekking tot collega s / medewerkers: weet ik mijn houding te bepalen ben ik stil en teruggetrokken weet ik mijn houding niet te bepalen f. Met betrekking tot klanten (indien van toepassing): weet ik mijn houding te bepalen ben ik stil en teruggetrokken weet ik mijn houding niet te bepalen 29
g. Opmerkingen over het persoonlijk functioneren en de omgang met anderen: 4.3. Conclusies / suggesties naar aanleiding van de snuffelstage a. Ik denk dat ik voldoende werkzaamheden heb kunnen uitvoeren, meemaken of zien, om een reëel beeld van dit werk / van deze arbeidssituatie te krijgen: ja enigszins nauwelijks b. Vind je dat je voldoende mogelijkheden hebt gehad om je middels vragen en opdrachten uit het stagewerkboek te oriënteren op dit werk / deze arbeidssituatie? ja, zeer zeker nee, want twijfelachtig, omdat c. Opmerkingen / suggesties: 30
DE BEDRIJVENMARKT 1. Voorbereiding bedrijvenmarkt (tijden onder voorbehoud) Datum bedrijvenmarkt: Donderdag 5 februari 2015 Voorbereidingstijd: Donderdag vanaf 13:00 t/m 14:00 kun je opbouwen Tijden presentatie: 16:00 t/m 17:30 uur Je gaat een presentatie maken van het bedrijf of de instelling waar je stage hebt gelopen. Het is altijd verstandig om al van te voren na te denken over zo n presentatie. De presentatie is bedoeld voor jullie ouders, docenten, medeleerlingen, geïnteresseerden en natuurlijk voor de bedrijven en instellingen die jullie de gelegenheid hebben gegeven om stage te lopen. In de aula van de school gaan wij een soort markt inrichten waar jullie het bedrijf of de instelling waar je stage hebt gelopen gaat presenteren. Je moet dus een gedeelte van de marktkraam (de helft van een tafel) inrichten met spullen van het bedrijf of instelling. Je kunt ook zelf foto s maken (als dat mag!!) en die (laten) afdrukken. Bespreek dit ook op je stageadres, want misschien hebben zij spullen voor je die je op deze markt kan laten zien. Belangrijk: In ieder geval moet jouw stagewerkboek bij de presentatie liggen. Dus moet je stageverslag er tip-top uitzien!!! Enkele tips voor de presentatie: foto s van het bedrijf of de instelling producten die het bedrijf maakt materialen waar een bedrijf mee werkt (gereedschappen, grondstoffen, halffabrikaten of speciaal verpakkingsmateriaal enz.) affiches, folders, flyers, tijdschriften enz. uniformen, vlaggen, petjes soms hebben bedrijven speciaal presentatiemateriaal (fotowand, koffer, promotiefilmpje, DVD enz.) Belangrijk: Maak goede afspraken met het bedrijf of instelling over het terugbrengen van het materiaal! 31
2. De presentatie Vanaf 13:00 kun je dan jouw marktkraam inrichten. Tot 14:00 heb je dan ook de tijd om bij elkaar te gaan kijken. Zorg dat je uiterlijk 15:45 bij je kraam staat. Voor de inrichting van de aula/leerhuizen moet je de aanwijzingen van de docenten volgen. Je krijgt dus een plaats toegewezen. Tot slot is er nog één laatste opdracht: verslag en de beoordeling van de presentatie. Deze beoordeling wordt gedaan door minimaal twee bezoekers van jouw stand. 3. Inleveren stagewerkboek Op de aangegeven datum lever je het complete stagewerkboek in bij de jouw stagedocent (= mentor). Deze zorgt voor de verdere afhandeling en het aftekenen in het examendossier. Belangrijk: Onvolledige of te laat in geleverde stagewerkboeken kunnen er toe leiden dat een stage niet wordt afgetekend in het examendossier. 32