HEEFT U AL EEN STEMPELKAART VAN ONS? Stigmatisering in de geestelijke gezondheidszorg nog steeds een actueel en maatschappelijk probleem. Auteur: Brian J.M. Gerrits, Psychosociaal Psychoherapeut

Vergelijkbare documenten
Stigmatisering door de professional. 16 november 2016

M A R C E L K I K V & V N - S P V S T U D I E M I D D A G N O V E M B E R

Slachtoffers van mensenhandel en geestelijke gezondheidszorg

Nederlands onderzoek naar destigmatisering van ernstige.

Zelfmoordgedachten. Praat over wat je denkt, voelt, ervaart. Praten lucht op.

Je eigen gevoelens. Schaamte

Olivia van de Lustgraaf, ambassadeur 1

Opnameinbloemlezingenenreadersmoedigenwijaan, maarwelgraageerstevenoverleggen. Alerechtenvandeartikelenliggenbij destichtingcognitieenpsychose.

WAAR KAN IK HULP VINDEN? Informatie over geestelijke gezondheidsproblemen

De huisarts. De psycholoog. Published on 113Online zelfmoordpreventie (

We gebruiken in deze vragenlijst de term psychische klachten. Maar neem gerust een andere term in gedachten als je die beter vindt.

Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod

Omgaan met zelfbeschadigend gedrag

Mental Health First Aid Eerste hulp bij psychische problemen

GOUDEN REGELS STIGMA EN WOORDVOERING

De Week gaat van start met de Breingeindag op maandag 26 maart 2012 in t Veerhuis te Nieuwegein.

Suïcidaal proces. Aan suïcide gaat een proces vooraf

Historiek en concepten Negatieve stereotiepen in internationaal perspectief Stigmatisering en de professionele hulpverlener

Ondersteuning bij de diagnose kanker (de lastmeter)


Zelfbeschadiging. Nienke Kool. Verpleegkundige en sr. onderzoeker CIB en CDP, Palier Leerstoel / Lectoraat GGZ-Verpleegkunde

Veiligheid en bescherming bij geweld in relaties

Borderline, waar ligt de grens?

Door Machteld Muller & Linda Stoutjesdijk /

Jante Schmidt Alistair Niemeijer Carlo Leget Evelien Tonkens Margo Trappenburg. Waardigheidscirkel

Wat betekent een bipolaire stoornis voor je familie- en vriendschapsrelaties en wat kunnen vrienden en familie voor betrokkenen betekenen?

RELATIEPROBLEMEN? GEWELD IN JE GEZIN? PRAAT EROVER.

Omgaan met kanker. Moeheid

2 Training of therapie/hulpverlening?

Door Machteld Muller & Linda Stoutjesdijk /

Omgaan met zelfbeschadiging en suïcidaal gedrag

Weet wat je kan Samenvatting op kaarten

Waarom stigma rondom AD(H)D bestaat

1.1 Relatie verslaving

Depressief. Goede zorg voor kwetsbare mensen. Hans Meganck, 2017

Kaarten open op tafel?!

Meer informatie MRS

Themabijeenkomst CCUVN 14 september 2017 Vermoeidheid en pijn bij IBD

Anke van den Beuken Straat Postcode Mail. De heer Jansen Kapittelweg EN Nijmegen. Horst,

Zelfbeschadiging; wat kun jij doen om te helpen?

Taboe. Door mijn verhaal te vertellen wil ik graag het taboe verbreken, dat heerst over mensen die getraumatiseerd zijn door hun verleden.

Informatie en advies voor ouders

Dagbehandeling SOLK (Somatische Onvoldoende verklaarde Lichamelijke Klachten)

Inzicht in psychische kwetsbaarheid. informatieblad. 1 augustus Vooruitgang door vernieuwend werkgeven

Angst Stemming Psychose Persoonlijkheid Gebruik middelen Rest

Sessie 1 19 Introductiebijeenkomst

Ouderschap strategieën van vaders en moeders met een psychische ziekte.

Academie voor Integratieve en Humanistische Psychologie en Psychotherapie vzw. Zelfdoding: Signalen, mythen en aanpak

Verwerking en aanpassing. Michel Schoonenberg Coördinator Hersenletselteam Limburg en Revalidatiemaatschappelijk werker

Informatie en advies voor ouders

HERSTELLEN KAN JE ZELF Hoopvol leven met een psychische kwetsbaarheid

Hoe relevant ook, het begrip wilsbekwaamheid is

Kennissynthese arbeid en psychische aandoeningen. Dr. F.G.Schaafsma Dr. H. Michon Prof. dr. J.R. Anema

Zorgpad Autisme Spectrum Stoornissen

Behandeling chronische pijn en vermoeidheid bij tieners

Samenvatting, informatie en verwijzingen

Zelfdoding. en depressie Praat over wat je denkt, voelt, ervaart. Praten lucht op.

Belangrijke woorden Herstel Centraal

Zorg op Tijd. EIF Conferentie Nijmegen

Respectvol in gesprek over gewicht en leefstijl

Psychosociale begeleiding

De kortste lijn naar herstel

HOE SPREEK JE JE COLLEGA S AAN RECHTSTREEKS AANSPREKEN

Functioneringsgerichte Herstelondersteuning

OEFENINGEN: NEEM UW GEDACHTEN ONDER DE LOEP

Reader Gespreksvoering

Het belang van de relatie. Onderzoek naar werkalliantie bij jongeren met een licht verstandelijke beperking

JE MAAKT HET VEEL ERGER DAN DAT HET EIGENLIJK MAAR IS

Therapiegroep voor zwangeren met psychische klachten

Presentatie voor 3 e jaarcongres Behandeling van patiënten met een laag IQ in de GGZ

Wat moeten adop1eouders meer hebben dan goed genoeg ouderschap? Een aantal belangrijke factoren voor goed verlopende adoptie

5,5. Verslag door Silvana 935 woorden 29 oktober keer beoordeeld. Nederlands. Opdracht 5.1 Over het boek en de schrijver

Wij behandelen mensen poliklinisch, dat betekent dat je naar ons toe komt voor de hulp. Een enkele keer kan het zijn dat wij op huisbezoek komen.

BG-dagen 2019 Disclosure belangen spreker

PSYCHIATRIE & PSYCHOLOGIE. Zelfbeeldmodule BEHANDELING

InFoP 2. Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. Inhoud. Inleiding

Destigmatisering bij incidenten. Werkdocument voor communicatieprofessionals

Imaginatie- en rescriptingtherapie voor nachtmerries

Inhoud: Wat is trauma Cultuur aspecten Psychologische Fysieke aspecten Geestelijke aspecten Grenzen aangeven

Taal & Herstel. Jaap van der Stel Lector GGz Hogeschool Leiden

Ambulante behandeling

Samenvatting (summary in Dutch)

ribw arnhem & veluwe vallei

Leven met een trauma

Stoppen met zelfbeschadiging?

Homoseksueel ouder worden Charles Picavet

Begeleiden van cliënten met psychische kwetsbaarheid met een online groepscursus. Femke Bennenbroek, ZINZIZ

Heb ik een depressie?

Zorgpad Persoonlijkheidsproblematiek

Vervolgconferentie Over de Brug : HOE krijgen MENSEN met ERNSTIGE PSYCHISCHE AANDOENINGEN en hun NAASTEN meer REGIE over hun LEVEN.?

Wegwijzer Stigmabestrijding in de ggz. Gids naar praktijken die werken. Lessen, praktijken en voorbeelden

Luisteren is geen trucje

Participatie in rollen. De cliënten die van de Awbz naar de Wmo gaan. Overzicht. Mensen met beperkingen participeren in de wijk (en daar buiten)

Zelfhulpgroepen en verslavingen

EEN NETWERKBENADERING

Angststoornissen. Verzekeringsgeneeskundig protocol

Centrum Lichaam, Geest en Gezondheid

Culturele interview. Introductie

Verwerking en aanpassing. Michel Schoonenberg Coördinator Hersenletselteam Limburg en Revalidatiemaatschappelijk werker

Leven met een dwangstoornis

Transcriptie:

herstel en steeds minder in een ggz-instelling of een revalidatie- centrum. U begrijpt natuurlijk wel dat als de maatschappij gevoelens van afkeer of uitsluiting toont, de cliënten niet optimaal kunnen herstellen midden in de maatschappij. Sterker nog, ze gaan zich juist slechter voelen waardoor ze in een negatieve spiraal terechtkomen en er ontstaat zelfstigma. (Van Weeghel, Pijnenborg, Kienhorst & Van t Veer, 2016, pp. 22-23) Zo heb ik het afgelopen jaar ook een cliënte gehad die werd gepest op school vanwege een psychische aandoening. Mijn therapie aan haar vond vooral plaats op school, maar doordat zij op school werd buitengesloten kwam ze ook niet meer naar de therapie op school en naar school. Er ontstond verzuim en ze kwam terecht in een isolement. Het ging toen sterk achteruit met haar waardoor diverse ketenpartners zich met haar gingen bemoeien. Toen ontstond er ook zelfstigma. In het kort houdt dat in dat iemand de vooroordelen en opvattingen van de omgeving over zichzelf gaat geloven. (Van Weeghel, Pijnenborg, Kienhorst & Van t Veer, 2016, p. 23) HEEFT U AL EEN Het raakte bij haar verinnerlijkt, vooral omdat er meer ketenpartners werden ingezet en ze inderdaad ging geloven dat ze gek was en anders was dan anderen. STEMPELKAART VAN ONS? HOE ONTSTAAT STIGMATISERING? Stigmatisering in de geestelijke gezondheidszorg nog steeds een actueel en maatschappelijk probleem. Uit mijn therapeutische praktijk: Cliënten hebben vaak drempels om hulp te zoeken en uit mijn ervaringen en onderzoek blijkt dat er vaak nog een taboe heerst op psychische aandoeningen. Zo ook een echtgenoot die achterblijft, nadat zijn vrouw zelfmoord pleegde. De echtgenoot vertelt aan mij dat hij enkele weken na de zelfdoding nog steeds niet de straat op durft omdat suïcide voor de omgeving een taboe is en iedereen hem nakijkt voor wat zijn vrouw heeft gedaan. Maar ook cliënten die mij in therapie vertellen dat mensen in de omgeving of zelfs hulpverleners uit het verleden cliënten gek vinden omdat ze een psychische aandoening hebben. Dit soort signalen vanuit de omgeving zijn niet echt helpend voor de cliënt. Integendeel zelfs. Cliënten gaan zich isoleren omdat ze zich schamen voor hun psychische aandoening. Dit zijn vaak schaamtegevoelens die niet alleen vanuit de cliënt zelf zijn ontstaan, maar ook gevoelens die vanuit iets in de omgeving zijn ontstaan. Maar wat is stigmatisering nu precies? Het woord stigmatisering is afkomstig van het woord stigmata uit de oude Griekse tijd. Stigmata betekent brandmerken of het hebben van een schandvlek. (Altrecht, 2013) Met een brandmerk of schandvlek kon de omgeving vroeger zien dat iemand voor het leven was getekend als slaaf of crimineel. Handig voor de omgeving omdat zij op deze manier mensen makkelijk konden buitensluiten in de maatschappij. (Van t Veer, Sercu, & Van Weeghel, 2016, p. 43) Het begrip stigmatisering afkomstig van stigmata heeft dus vooral een negatieve lading. Het buitensluiten van een bepaalde groep mensen met een bepaalde stempel, kenmerken en gedragingen die afwijken van de rest van de maatschappij wordt stigmatisering genoemd. Stigmatisering valt samen met vooroordelen, stereotype opvattingen, onjuiste kennis over aandoeningen, discriminatie maar ook uitsluiting van rechten, plichten en deelname aan activiteiten binnen de maatschappij. Doordat de omgeving vaak onbewuste of halfbewuste gevoelens heeft van angst, woede en afkeer die de houding en opvattingen van iemand bepalen Stigmatisering in de geestelijke gezondheidszorg 2019 1. tegenover iemand met een psychische aandoening, maakt dat stigmatisering vaak een groter probleem is dan mensen vaak denken. Tenslotte, zijn mensen zich dan vaak niet helemaal bewust van hun gevoelens, houding en opvattingen en dat deze stigmatiserend werken voor iemand met een psychische aandoening. (Kenniscentrum Phrenos, z.d.) BEWUSTWORDING STIGMATISERING BELANGRIJK VANWEGE HUIDIGE TRANSITIES. Door de huidige transities in de zorg wordt het onderwerp stigmatisering weer belangrijk om onder de aandacht te brengen, omdat mensen met een psychische aandoening nu steeds vaker in demaatschappij moeten werken aan Pheniks Studios 2019 www.pheniks-studios.com STIGMATISERING, DAT IS WAAR DE VOORGAANDE PRAKTIJKSITUATIE OVER GAAT. Er zijn veel oorzaken te noemen van stigmatisering en ook vanuit diverse perspectieven. Voor ons als psychosociaal therapeuten is het interessant om vanuit het sociaalpsychologisch perspectief en vanuit de theorie van systeemrechtvaardiging te kijken naar de oorzaak van stigmatisering. Ik heb voor deze perspectieven gekozen, omdat ik vanuit de psychosociale therapie werk met cliënten die problemen ervaren op psychologisch en sociaal gebied. Iedereen maakt deel uit van een of meerdere sociale systemen, die invloed uitoefenen op de cliënt en zijn leven. Het stigmatiserend handelen is vanuit het sociaalpsychologisch perspectief een gevolg van cognities, emoties en gedragsmatige factoren. Tenslotte kan de omgeving van een cliënt stigmatiserend handelen omdat ze onvoldoende kennis heeft over de psychische aandoening. Afwijkende kenmerken beschouwt de samenleving als onwenselijk waarbij later genoemde emoties kunnen ontstaan. Het afwijkende kenmerk wordt op deze wijze een centraal of belangrijk attribuut van de persoon, wat liever wordt vermeden. De drie cognities die volgens sociaalpsychologisch perspectief verantwoordelijk zijn voor bepaalde emoties richting mensen met een psychische aandoening zijn: waargenomen ernst van de aandoening, persoonlijke controle van de cliënt (met andere woorden het eigen aandeel in het hebben van de aandoening) en tenslotte de cognitie; de mate van gevaarlijkheid van de cliënt en de aandoening. De emoties: angst voor gevaar of onvoorspelbaarheid, boosheid over overtreden van (maatschappelijke) norm, medelijden over het psychisch lijden van de cliënt. De emoties angst en boosheid zijn zo sterk aanwezig met de ontbrekende kennis en gevoelens van onvoorspelbaarheid, waardoor de sociale afwijzing het gevolg is op het vlak van gedrag dat het gevolg is van de cognities en emoties. De emotie medelijden weegt minder zwaar tegenover de overige emoties. (Van t Veer et al., 2016, pp. 53-58) Vanuit de affectieve aspecten van eerder vernoemde emoties kunnen we een koppeling leggen naar de sociale identiteitstheorie en de theorie van systeemrechtvaardiging. die verschillen ten opzichte van de rest van de groep, zoals mensen met een psychische aandoening, zelf verantwoordelijk zijn voor de verschillen en hun kwetsbare en lage rang binnen het systeem. Iedereen krijgt wat hij verdient en iedereen verdient wat hij krijgt, daar moet de afwijkende mens zich maar naar schikken. Vanuit genetic interest wordt ook wel gezegd dat de sterkste partij binnen een sociaal systeem het recht heeft om de zwakkeren te stigmatiseren. De genetic interest wil zeggen dat de zwakkere groepen vanuit een natuurlijke oorsprong onderaan de pikorde of hiërarchie staan en dat het vanuit nature nu eenmaal zo geregeld is, en de zwakkeren daar zelf verantwoordelijk voor zijn. Hierdoor kan ook victim blaming ontstaan. Zwakkeren gaan zichzelf niet alleen als slachtoffer zien, maar voelen zich ook eveneens dader voor hun eigen positie, omdat de sterkeren in het systeem, de zwakkeren zelf verantwoordelijk houden voor hun afwijkende kenmerken of gedragingen. (Van t Veer et al., 2016, pp. 61-62) STIGMATISERING BEKEKEN VANUIT DE SOCIALE DE STIGMATISERENDE IDENTITEITSTHEORIE PROFESSIONAL Vanuit de sociale identiteitstheorie wordt gezegd dat ons identiteit bepaald wordt door de groep waartoe we behoren. Vanuit deze groep proberen we een positief zelfbeeld te krijgen. We gaan dan op zoek naar groepen die dezelfde kenmerken hebben als wij. Wanneer iemand een psychische aandoening heeft en zich hierdoor anders gedraagt, andere kenmerken of ideeën heeft. Hierdoor ontstaat door een psychische aandoening al een scheiding tussen mensen. Zeker wanneer je je eigen groep ook nog beschouwd als in-group favoritism. Dat wil zeggen: We gaan over onze eigen groep positiever denken en dus ook over onszelf positiever denken. Tegelijkertijd zien we dat er dan ook sprake is van out-group aversion: er wordt een sociale vergelijking gemaakt met de eigen groep en we gaan het gedrag van de andere groep (negatief) bestempelen. Er is een neerwaartse sociale vergelijking ontstaan tussen de Wij-groep en de zogenoemde Ik-groep. (Boski, 1988) STIGMATISERING EN DE THEORIE VAN SYSTEEMRECHTVAARDIGING Vanuit de systeemrechtvaardiging wordt ervan uitgegaan dat machtsverschillen in groepen in de samenleving normaal zijn, zelfs in de kleinste groepen in de samenleving zoals het gezin, een schoolklas of een voetbalteam. (Heatherton, Kleck, Hebl & Hull, 2003, pp. 135-136) Het vasthouden aan de machtsverhoudingen zoals deze al een ruime tijd waren is voor de mens belangrijk, omdat ze willen blijven geloven en deel uitmaken van een groep die goed en rechtvaardig is ongeacht of dit mensen in het hele sociale systeem benadeelt. De ongelijkheid tussen groepen wordt gerechtvaardigd vanuit de gedachte dat mensen 2. Stigmatiseren professionals cliënten met een psychische aandoening? Zo ja, hoe komt dat? Uit diverse onderzoeken (van Weeghel & Plooy, 2006; Nordt, Rössler & Lauber, 2006; Schulze, 2007) naar stigmatiserende hulpverleners hebben ervoor gezorgd dat ik het belangrijk vind om er in dit artikel aandacht aan te besteden. Vanuit deze onderzoeken wereldwijd blijkt dat hulpverleners niet minder stigmatiseren dan de rest van de samenleving. Door dit kort te beschrijven hoop ik dat u als hulpverlener er zich van bewust bent dat stigmatiserend gedrag u ook kan overkomen. Onderzoek heeft uitgewezen dat cliënten vaak al bij de huisarts worden gestigmatiseerd. Dit komt doordat zij iemand snel verwijzen naar gespecialiseerde hulp met een diagnose op papier om de verwijzing mogelijk te maken. Vanaf dat moment gaat iemand met een korte diagnose op papier naar een gespecialiseerde hulpverlener. Iemand is al ergens ingedeeld. Een huisarts is vaak een belangrijke vertrouwenspersoon maar heeft vanwege de drukte en korte tijdsduur van de consulten geen mogelijkheden om de cliënt echt te helpen en te woord te staan. Na deze verwijzing komt een ggz-professional in beeld. Vaak richten deze professionals zich blijkt uit onderzoek, op de beperkingen van de cliënt en niet op de herstelmogelijkheden. Zo blijkt bijvoorbeeld ook dat ggz-professionals vaak een negatievere houding hebben en hebben de professionals nog veel vooroordelen. Er wordt bijvoorbeeld nog vaak gedacht dat cliënten gewelddadig zijn. Tenslotte wordt er door de professionals vaak vanuit een diagnose naar de cliënt gekeken om hem of haar zo goed mogelijk te helpen. (Castelein, Slooff, Van Boekel & Lohuis, 2016, pp. 186-191) Zo n diagnose stellen en vanuit deze diagnose werken is te koppelen aan het feit wat ik eerder in dit artikel omschreef als het Stigmatisering in de geestelijke gezondheidszorg 2019

begrip stigmata het brandmerken of bestempelen van een mens met een bepaalde psychische aandoening. Zo n diagnose kan voor een cliënt stigmatiserend werken, vooral als vooroordelen ook nog een te grote rol spelen en de herstelmogelijkheden van de cliënt niet worden gezien. Belangrijke oorzaken van stigmatisering onder professionals zijn dat zij cliënten vaak in crisis zien wanneer er bijvoorbeeld gevaar dreigt en er gevoelens van angst en boosheid ontstaan. De emoties die zorgen voor de sociale afwijzing. Daarnaast vinden professionals verslaafden vaak zelf verantwoordelijk voor hun aandoening, terwijl er geen rekening wordt gehouden met de psychische kwetsbaarheid waardoor iemand bijvoorbeeld sneller verslaafd kan raken. Tenslotte is er nog een gebrek aan kennis en vaardigheden bij professionals die stigmatiserend handelen. Het gebrek aan kennis en vaardigheden zorgt er bijvoorbeeld voor dat de cliënt zich minder begrepen voelt. (Samen Sterk zonder Stigma, z.d.) Wat zijn eigenlijk de gevolgen van stigmatisering voor de cliënt? Uit de diverse publicaties van (Kenniscentrum Phrenos, z.d.; Samen Sterk zonder Stigma, z.d.; De Goei, Plooy & Van Weeghel, 2006) blijkt dat onderstaande gevolgen als gevolg van stigmatisering kunnen optreden. (Sociale) angst en weinig zelfvertrouwen, bijvoorbeeld angst om afgewezen te worden of buitengesloten te worden in de maatschappij, Isoleren en verwaarlozen, Werkeloosheid, Geen sterk sociaal netwerk of gebrekkige relaties, Vermijden van professionele hulp, Hopeloosheid, Zelfstigma, Depressiviteit en suïcidaliteit. Kortom, deelname aan het gewone en gezonde leven wordt belemmerd en het herstel wordt eveneens belemmerd, wanneer de cliënt al hulp krijgt. Zoals bij veel psychische klachten is het een negatieve spiraal waar een cliënt in terecht kan komen. De klachten nemen steeds toe en de cliënt kan zichzelf als de oorzaak gaan zien van het probleem. Hierdoor nemen de problemen nog meer toe, ontstaat er nog meer stigma of uitsluiting en begint de negatieve spiraal weer opnieuw. Het zou fijn zijn als wij de professional zijn die stigmatisering of de gevolgen daarvan kunnen voorkomen. Ondanks dat het een maatschappelijk probleem is met veel complexe factoren en oorzaken, moeten we wel realistisch blijven dat we niet de hele wereld kunnen redden. Maar hoe kun je als professional stigmatisering en de gevolgen daarvan bij je eigen cliënten voorkomen? Als psychosociaal therapeut heb ik al een voordeel. Cliënten kunnen namelijk zonder verwijzing en dus ook zonder diagnose of bezoek aan de huisarts bij mij terecht. Misschien wel kort door de bocht, maar daarom niet minder waar: cliënten kunnen zonder stempel bij mij terecht! Vooroordelen over een aandoening die bij de cliënt is vastgesteld kan ik daardoor al niet hebben. Sociaal psychologen stellen dat het voor het leven en overleven van mensen belangrijk is om met of zonder vooroordelen mensen te taxeren of in hokjes te plaatsen. Tenslotte maakt het ook het leven begrijpelijker. Professionals doen dat ook. (De Goei et al., 2006, p. 11) Zie je bijvoorbeeld iemand in Heerlen Centrum in een stationstunnel lopen met een jas en capuchon op om 01.00 uur s nachts wordt er al snel gedacht dat het een verslaafde of drugsdealer is. Waarom? Allereerst omdat Heerlen Centrum door bijvoorbeeld nieuwsberichten en de eigen ervaringen wordt gezien als een stad met veel criminele activiteiten. Psychosociaal therapeuten die opgeleid zijn aan bijvoorbeeld de Sociale Academie Utrecht werken onder andere volgens de cliëntgerichte psychotherapie, waarbij de mens als persoon en de ontwikkeling centraal staat in de therapie. (Geerse, 2017, pp. 9-10) Dus niet de stoornis staat centraal, maar de cliënt in zijn geheel, als persoon die zichzelf mag zijn binnen de therapie. (Baljon, 2015, pp. 11-24) Vanuit deze cliëntgerichte psychotherapie is er een basis, waardoor cliënten zich minder slachtoffer voelen vanwege hun psychische aandoening. Er is niet alleen aandacht voor de klachten van de cliënt, maar er is juist aandacht voor de cliënt in zijn geheel. Het gaat namelijk om het maximaliseren van de kwaliteit van leven met de stoornis. Cliëntgerichte psychotherapie wordt daarom vaak gezien als laatste redmiddel, wanneer probleem of klachtgerichte therapieën onvoldoende zijn om de cliënt echt te kunnen helpen. (Leijssen & Stinckens, 2006, p. 1) BENT U NORMAAL? (zozo) BENT U EIGENLIJK WEL HELEMAAL NORMAAL? (da s vreemd) ZO, DUS U BENT HELEMAAL NORMAAL? (da s gek) Overgenomen van de poster voor stigmabestrijding Stichting Pandora STIGMATISERING BINNEN DE HULPVERLENING VOORKOMEN DOE JE ZO: 1. Wees je als professional bewust van de wijze waarop je verbaal en nonverbaal met de cliënt communiceert. Classificeren van klachten moet van veel zorgverzekeraars volgens de DSM gebeuren. Dit betekent niet dat de DSM-categorie ook zo naar de cliënt gecommuniceerd moet worden. Gebruik bij het stellen van diagnoses richting de cliënt een omschrijving van de stoornis. Een uitspraak als: u bent psychose gevoelig klinkt voor een cliënt fijner om te horen, dan dat deze cliënt hoort dat hij schizofrenie heeft. Probeer hier een middenweg in te vinden die voor de cliënt goed voelt. (Castelein et al., 2016, p. 194) 2. Handel dus niet vanuit een medisch model, maar vanuit de cliënt zelf. Zonder vooroordelen luisteren naar het verhaal van de cliënt. Wat ervaart en voelt hij. Ga uit van de beleving van de cliënt en zorg ervoor dat je met hem of haar in gesprek bent en niet over hem of haar. Laat de cliënt meebeslissen in de behandeling of interventies. De expertise van de cliënt vind ik binnen de therapie of behandeling nog belangrijker dan die van mij als professional. (Yalom, 2016, pp. 21-72) 3. Maak het onderwerp stigmatisering bespreekbaar binnen de behandeling of therapie. Bespreek of informeer bij de cliënt of deze stigma ervaart in het dagelijks leven. Welke impact heeft de behandeling of therapie? Hoe reageert de omgeving of de behandelaar op de cliënt? Vraag bijvoorbeeld ook eens aan de cliënt wat hij ervan vindt dat hij bij jou in therapie komt? Maakt hij zich druk wat anderen daarvan zeggen of vinden bijvoorbeeld? Dit zijn vragen die je als professional in je achterhoofd moet houden om de gevolgen van stigmatisering te beperken. (Samen Sterk zonder Stigma, z.d.) 4. Diagnoses staan niet altijd vast voor het hele leven. Mensen veranderen, diagnoses veranderen. Na verloop van maanden of jaren kan een eerder gestelde diagnose verleden tijd zijn. Het is belangrijk, vooral voor instellingen om cliënten te blijven monitoren en opnieuw te onderzoeken. Vaak blijven instellingen namelijk vasthouden aan de diagnose uit het verleden en zal de cliënt hier ook niet meer van af komen. De cliënt komt dan bijvoorbeeld ook niet meer van de medicatie of behandeling af terwijl deze niet meer actueel hoeft te zijn. (Castelein et al., 2016, p. 195) Pheniks Studios 2019 www.pheniks-studios.com 5. Probeer de functie en betekenis van gedragingen te begrijpen. Probeer de cliënt te begrijpen! Waarom snijden mensen met bepaalde stoornissen zich in hun pols? Dit is een goede vraag om jezelf te stellen en om te onderzoeken wat de betekenis van dit gedrag is. Veel hulpverleners, waaronder ook politieagenten en ambulancepersoneel treden vaak met veel onbegrip op als iemand zich in de polsen snijdt, terwijl het stigma op een bepaalde stoornis waarbij dit gedrag hoort, zich versterkt. De cliënt wordt dan niet begeleid maar juist gestraft voor zijn daad, terwijl niemand weet waarom zo n cliënt dat doet. Ga erover in gesprek. (Castelein et al., 2016, pp. 194-195) 6. Normaliseren en het delen van persoonlijke ervaringen is helpend en zorgt naar mijn mening voor een destigmatiserend klimaat binnen de therapie. (Yalom, 2016, pp. 19-72) Door persoonlijke ervaringen te delen met de cliënt normaliseer ik klachten of emoties en durft de cliënt zich kwetsbaar op te stellen. Het probleem van de cliënt is dan nog niet zo gek als in eerste instantie door hemzelf gedacht werd. 7. Breng cliënten in contact met elkaar. Toen ik bij Slachtofferhulp Nederland werkte werd er binnen de hulpverlening altijd gevraagd of mensen behoefte hadden aan lotgenotencontact, waarbij mijn cliënten bijvoorbeeld in contact konden komen met cliënten die hetzelfde meegemaakt hadden. Dat zorgde voor veel steun en kracht bij de cliënten. De cliënt is niet meer de enige met die stoornis of ervaring. 8. Spreek collega s aan die stigmatiseren of stigmatiserende opmerkingen maken over cliënten. Bespreek met hen de risico s en gevolgen die hieruit voortvloeien. 9. Zet met de cliënt op een rijtje wat de voordelen en nadelen zijn van het bespreekbaar maken van zijn of haar psychische aandoening aan de buitenwereld. Laat de cliënt op basis van deze voordelen en nadelen een afweging maken waarom hij dit wel of niet vertelt aan zijn omgeving. Bespreek met de cliënt tegelijkertijd wat de risico s en gevolgen kunnen zijn van het wel of niet bespreekbaar maken van de aandoening naar de buitenwereld. LITERATUUR Altrecht. (2013). Wat is een stigma?. Geraadpleegd op 6 januari 2019, van https://www.altrecht.nl/informatieen-verhalen-stigma/wat-is-een-stigma/ Baljon, M. (2015). Inleiding. In M. Baljon, G. Pool & R.J. Takens (Reds.), Persoonsgerichte therapie in de praktijk (pp. 11-24). Amsterdam: Hogrefe Uitgevers Boski, P. (1988). Cross-cultural studies of person perceptions: Effects of ingroup/outgroup membership and ethnic schemata. Journal of Cross-Cultural Psychology, 19, 287-328 Castelein, S., Sloof, C., van Boekel, L., & Lohuis, G. (2016). In J. van Weeghel, M. Pijnenborg, J. van t Veer, & G. Kienhorst (Reds.), Handboek destigmatisering bij psychische aandoeningen (pp. 183-198). Bussum: Coutinho. de Goei, L., Plooy, A., & van Weeghel, J. (2006). Trimbos instituut. In Handreiking voor de bestrijding van stigma en discriminatie wegens een psychische handicap. Geraadpleegd op 28 december 2018, van https://www.trimbos.nl/ docs/8b3eb008-87ff-4078-9bbc-2aacfe4b82df.pdf Geerse, J. (2017). Studiehandleiding Postbachelor-opleiding Psychosociale Therapie. Utrecht: Sociale Academie Utrecht. Heatherton, T. F., Kleck, R.E., Hebl, M. R., & Hull, J. G. (2003). The Social Psychology of Stigma. New York, USA: Guilford Publications. Kenniscentrum Phrenos. (z.d.). Destigmatisering. Geraadpleegd op 21 december 2018, van https://www.kenniscentrumphrenos.nl/kennisthemas/stigma/ Leijssen, M., & Stinckens, N. (2006). Cliëntgerichte psychotherapie. In W. Vandereycken, C. A. L. Hoogduin, & P. M. G. SAMENVATTEND: Emmelkamp (Reds.), Handboek psychopathologie, deel 2, Klinische praktijk (3e druk), (p. 133). Houten: Bohn, Stafleu van Loghum. Nordt, C., Rössler, W., Lauber, C. (2006). Attitudes of mental health professionals toward people with schizophrenia and major depression. Schizophrenia Bulletin, 32(4), 709-714. https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/ PMC2632277/ Samen Sterk zonder Stigma. (z.d.). In de GGZ. Geraadpleegd op 28 december 2018, van https://www.samensterkzonderstigma.nl/stigma-en-de-ggz/in-de-ggz/ Schulze, B. (2007). Stigma and mental health professionals: A review of the evidence on an intricate relationship. International Review of Psychiatry, 19(2), 137 155. http:// doi.org/10.1080/09540260701278929 van t Veer, J., Sercru, C., van Weeghel, J. (2016). In J. van Weeghel, M. Pijnenborg, J. van t Veer, & G. Kienhorst (Reds.), Handboek destigmatisering bij psychische aandoeningen (pp. 43-74). Bussum: Coutinho. van Weeghel, J., Pijnenborg, M., Kienhorst, G., & van t Veer, J. (2016). Handboek destigmatisering bij psychische aandoeningen. Bussum: Coutinho. Van Weeghel, J., & Plooy, A. (2006) Discriminatieervaringen van mensen met de diagnose schizofrenie. Geraadpleegd op 6 januari 2019 van http://docplayer.nl/ storage/69/60875634/1551829557/ibmlw3i0xwos2pso- 5QkD_Q/60875634.pdf Yalom, I.D. (2016). Therapie als geschenk. Amsterdam: Uitgeverij Balans We hebben gezien dat stigmatisering te verklaren is vanuit diverse theorieën: het sociaalpsychologisch perspectief, de sociale identiteitstheorie en de theorie van systeemrechtvaardiging. Vanuit het sociaalpsychologisch perspectief overheerst vooral angst en boosheid onder de mensen in de samenleving wat maakt dat mensen met een psychische aandoening buitengesloten worden. De sociale identiteitstheorie verklaart stigmatisering vanuit de gedachte dat de groep waartoe je behoort ook je identiteit en zelfbeeld gaat bepalen en je mensen met andere kenmerken uit de andere groep binnen de samenleving als anders gaat zien en als negatief gaat bestempelen. Tenslotte werd er vanuit de theorie van systeemrechtvaardiging heel kort door de bocht gezegd: Iedereen krijgt wat hij verdient en iedereen verdient wat hij krijgt, daar moet de afwijkende mens zich maar naar schikken. Allemaal theorieën die erop wijzen dat stigmatisering misschien wel menselijker is dan we van tevoren hadden gedacht. Bewust of onbewust stigmatiseren we. Daarom is bewustwording creëren belangrijk. Goedpraten kun je stigmatisering niet vind ik. Zeker niet wanneer ook uit onderzoeken is gebleken dat professionals zelf ook vaak stigmatiseren. Ze gaan bijvoorbeeld al bevooroordeeld met een cliënt te werk of ze worden niet echt gehoord door de huisarts die juist voor de cliënt een belangrijk persoon is in de beginfase. Het is voor hulpverleners belangrijk om te weten dat er soms te weinig stil wordt gestaan bij hoe ze met een cliënt verbaal of non-verbaal communiceren en daardoor vaak onbewust stigmatisering kunnen versterken. Wat zijn nu de gevolgen van stigmatisering? De gevolgen die ik in het artikel omschreef zijn een verslechtering op diverse leefgebieden, als gevolg van bijvoorbeeld sociale angsten, zelfstigma, depressie etc. Tenslotte beschreef ik in het artikel wat professionals nu kunnen doen om stigmatisering te voorkomen of te beperken. De belangrijkste tips vanuit mijn omschrijving die ik professionals nogmaals wil meegeven na het lezen van dit artikel is dat professionals zich bewust moeten zijn van hun verbale en non-verbale communicatie richting de cliënt, dat ze stigmatisering bespreekbaar durven te maken ook richting collega s, cliënten blijven monitoren, cliënten en hun gedrag echt proberen te begrijpen, zichzelf zijn en niet de alleswetende behandelaar willen zijn en de cliënt in contact brengen met lotgenoten waarmee cliënten ervaringen kunnen uitwisselen over hun aandoening. Over de schrijver: Brian Gerrits (Heerlen, 1992) studeerde in 2017 af als sociaal agoog aan de brede HBO-bachelor Sociale Studies in Eindhoven. Hij werkte tijdens zijn opleiding als sociaal agoog voor diverse organisaties zoals de Politie, Slachtofferhulp Nederland en een middelbare school. Daar kwam hij vaak in aanraking met cliënten met een psychische aandoening die vaak tussen wal en schip vielen en gestigmatiseerd werden door diens omgeving. Na de opleiding tot sociaal agoog besloot hij een vervolgopleiding te doen tot zelfstandig psychosociaal therapeut aan de SAU te Utrecht. Vanuit bijvoorbeeld de cliëntgerichte psychotherapie kan hij meer betekenen voor de cliënt, omdat juist de cliënt in zijn geheel belangrijk is binnen de therapie. Daardoor ervaart hij dat cliënten zich minder gestigmatiseerd voelen en zich sterker ontwikkelen op lange termijn. Zijn ervaringen van stigmatisering bij cliënten uit het verleden maakt, dat hij het onderwerp een van de belangrijkste thema s vindt in zijn werk en privéleven. Daarom heeft hij ervoor gekozen om hierover dit artikel te schrijven. Stigmatisering in de geestelijke gezondheidszorg 2019 3. 4. Stigmatisering in de geestelijke gezondheidszorg 2019