ANTWOORDEN TAALSTERK B2 THEMA 3 BEDRIJVEN

Vergelijkbare documenten
Extra spreekopdrachten

Spreekopdrachten thema 7 Werken

Thema Nederlandse cultuur en gewoontes

KLEM. Katja en Udo in de schulden. Anne-Rose Hermer

Spreekopdrachten thema 3 Vervoer

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek.

HOOFDSTUK 14. En wat doe jij? Lees de woorden. Hoort het bij een baan of bij werk zoeken?

Dit is het woordenboek behorend bij de digitale cursus van Taal voor het Leven - Werk ze!.

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Waarom dit boekje? Begeleiding. Informatie. Stagedocent. Toekomst. Stageplek

Welkom bij Coachfriend en je werkboek.

Keuzedeel K0080 Oriëntatie op ondernemerschap

Gezond thema: DE HUISARTS

Thema Op zoek naar werk

Hoe gaat het met je studie?

Thema Op zoek naar werk

Eerste hulp bij kiezen!

PRAKTIJKOPDRACHT: WELK VRIJWILLIGERSWERK PAST BIJ MIJ?

NT2. Examen I: Spreken. Voorbeeldexamen. Opgavenboekje. Staatsexamen Nederlands als tweede taal. Examennr. kandidaat: Aanwijzingen

Hoofdstuk 5 Extra spreekopdrachten 1, 2, 3, 4 en 5

Inhoud. Mijn leven. mijn vrije tijd

Uw antwoorden bij de opdrachten 1 tot en met 5 moeten kort zijn. U hebt 20 seconden spreektijd.

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd.

2001/2002 SPREKEN EXAMEN. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen. Staatsexamen Nederlands

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Max van Olden DE JUISTE MAN. in makkelijke taal

9 mei Onderzoek: Economie en retail

Een retour Rotterdam

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

5 ONMISBARE TOOLS VOOR SALONEIGENAREN

Thema Op het werk. Les14. Opdrachten

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

Dit is een download bij het artikel Omdat je het kunt uit JOP COACH magazine, nr

Ondernemerschap in Nederland

Jouw leven & werk. Werkboek voor deelnemers

Waarom dit boekje? Kiezen. Koopavond. Afwisselend. De winkel. Toekomst. Detailhandel

Werkblad 2 2 Solliciteren Vanaf halverwege Niveau A1...

Het thema van deze les is Op zoek naar werk. Dit is les 7 Beginners. Werk vragen in een winkel.

Thema Op zoek naar werk. Demet TV. Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken

Lesbrief: Mediawijs Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst

ERN. Klantgericht handelen. Taak. Doelen. Werk jij ook zo klantgericht dat elke klant met een tevreden gevoel de winkel verlaat?

Inhoud. Inleiding 6. 1 Introductie 7 Ondernemerschap in Nederland 8 Drie manieren om een bedrijf te starten 8 IK als ondernemer 9

6,3. Samenvatting door S. 864 woorden 16 mei keer beoordeeld. Praktische economie. KvK: helpt bedrijven (bij opstarten) en voert wetten uit

Aflevering 6: Eigen bedrijf

Billie de Beer en de Tuinstedebrigade (2): Verkennen de straat Juni 2014

Aflevering 6: Eigen bedrijf

Bijbellezen. hoezo moeilijk?

Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk

Kom jij ons team versterken? Uw Computerstudent

Vergaderen. Wat is dat? Waarom moet dat? Dit is het boekje van..

CP11. op zoek naar werk

Signaalwoorden en verschillende vormen van woorden

Te huur HOOFDSTUK 4 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik woon in een flat op de vierde... a verdieping b appartement

Voor jezelf? Les 1 Welkom!

ANTWOORDEN TAALSTERK B1 THEMA 1 THUISKOMEN

Wat wil ik op mijn school? Hoe ga ik aan het werk?

Thema Op het werk. Demet TV. Lesbrief 8. De eerste werkdag

Spreekopdrachten thema 6 Werk zoeken

Werken en dagbesteding

Geef antwoord op de vraag met een complete zin. VOORBEELD: Waar slaap jij? ANTWOORD: Ik slaap in een bed. (Schrijf uw antwoorden ook in uw schrift).

COACHFRIEND PRO. Werkboek. (voeg hier je profielfoto toe)

Thema 3 Vervoer. Inhoudsopgave

Info. Aanraken, knuffelen en meer... Informatie voor cliënten. Expertisecentrum voor epilepsie en slaapgeneeskunde

Wat kan ik voor u doen?

Veilig Thuis. Werkboekje voor kinderen en ouders bij een tijdelijk huisverbod

Examen VMBO-KB Arabisch CSE KB. tijdvak 1 donderdag 16 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

De arme man en zijn parkiet

Deel D Spreken - Thema 11 Milieu

Thema Op zoek naar werk

Klanten vinden, klanten binden

Sínt Maarten, dat betekent toch dat ik heilig ben?

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid

dat ik aan mijn baas en collega s moet doorgeven welke werkzaamheden ik heb gedaan en wat nog gedaan moet worden.

Melkweg. Hoe gaat het? Lezen Alfa A. De dokter

Thema Op het werk. Les 12. De eerste werkdag

Lucas 24: Geloof jij het?!

SPORT & VEILIGHEID ZORG & WELZIJN TECHNIEK & I

(5 pt) 01 Wie heeft er zojuist gebeld en wat heeft deze persoon besteld? heeft vijftig bureaustoelen van het type Colchester besteld.

Dit boekje is van:..

Wat gebeurt er nadat je iets hebt besteld op het internet? Kijk naar het volgende filmpje:

NT /2004 SPREKEN EXAMEN. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen

Melkweg. Wat doe jij? Lezen Alfa A. Werk

Over het LSR Advies Informatie Coach of ondersteuner voor de raad Kijken hoe de raad werkt Kwaliteitsonderzoek...

Focussen: 2 x 2 vragen

Thema Op het werk. Lesbrief 12. De eerste werkdag

NT /2004 SPREKEN EXAMEN II. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen

2002/2003 SPREKEN EXAMEN I. Voorbeeldexamen Tijdsduur ± 30 minuten. Opgavenboekje. Examennummer kandidaat: Aanwijzingen. Staatsexamen Nederlands

ANTWOORDEN TAALSTERK B1 THEMA 2 WERK ZOEKEN

Verkiezingsprogramma. in eenvoudige taal

Hoe je meer verdient met online video s

Zelfsturende teams hebben in de meeste organisaties 4 doelen: Tevreden cliënten Tevreden medewerkers Kwaliteit van zorg Financieel gezond zijn

Assertiviteit. BOL 1 e jaars AG studenten

Inhoud. 1. Inleving en verbeelding. 2. Blind zijn en toch alles kunnen. 3. Blind en slechtziend. 4. Hulpmiddelen. 5. Niet kunnen zien, hoe is dat?

GOED VRIENDJE? FOUT VRIENDJE?

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Aflevering 2: Solliciteren

Kies uit: schiet op jarig ziekenhuis sport laat. 1 Morgen is mijn dochter. Ze wordt zes jaar. 3 Ik op maandag, woensdag en vrijdag.

Actielessen. Lesbrief 1. Nederlands leren. Wat leert u in deze les? Veel succes!

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Transcriptie:

ANTWOORDEN TAALSTERK B2 THEMA 3 BEDRIJVEN Opdracht 4 1. b. 2. c. 3. c. 4. b. 5. c. Opdracht 14 Betekenis even naar buiten gaan een rondje lopen makkelijk uit te voeren werktijd zorgen dat iemand iets ziet of hoort zorgen dat iemand doet wat jij wilt de drukte van iedere dag In de tekst een luchtje scheppen de benen strekken laagdrempelig tijd van de baas attenderen op dwingen de dagelijkse hectiek Opdracht 15 1. Er zijn veel nieuwe winkels in deze straat. 2. Wie gaat er morgenochtend naar onze klant in Groningen? 3. Hier zijn de bestellingen van vandaag. Ik heb er wel 75 binnengekregen! 4. Utrecht ligt in het midden van Nederland. Veel werknemers willen er wonen. Opdracht 16 Webwinkelen Nee, het geld wordt tegenwoordig in webwinkels verdiend. Er komen er steeds meer. Je kunt het zo Wie gaat er tegenwoordig nog naar de stad om een boek of kleding te kopen? Niemand toch! Waarom zou je er helemaal naartoe gaan, als je vanuit je luie stoel van alles kunt aanschaffen? Natuurlijk zijn er nog steeds veel winkels in de het centrum van Amsterdam. Toch sluiten er elke maand wel een paar. De winkeleigenaren merken echt dat er minder klanten komen. Verkocht een boekhandel vroeger met gemak honderden boeken per dag, tegenwoordig verkopen ze er veel minder. gek niet bedenken of er is wel een internetwinkel voor. Alleen al op het gebied van fietsen zijn er tientallen. Allemaal leuk en aardig, maar krijg je er ook dezelfde service als in een gewone winkel? Online moet je maar afwachten of er iemand is die je wil helpen. Geef mij maar een ouderwetse winkel met een echt adres! Als ik een klacht heb, kan ik er gewoon terecht. Zonder dat ik voor een antwoord op een korte vraag minstens een half uur in de wacht moet staan. ANTWOORDEN THEMA 3 BEDRIJVEN 1

Opdracht 24 1. Bijvoorbeeld dat meneer Teyrak zonder goede voorbereiding een eigen bedrijf begint, waardoor het later misgaat. 2. - veel andere winkels in de buurt - parkeermogelijkheden - niet te veel andere kledingwinkels in de buurt 3. in het handelsregister van de Kamer van Koophandel 4. Hij wil liever een pand huren, zodat hij later nog naar een andere locatie kan verhuizen, en zodat hij per maand niet te veel hoeft te betalen. 5. naaimachines, een computer en een kassa 6. door iets bijzonders aan te bieden 7. - een afspraak maken met iemand van de Kamer van Koophandel - naar een bijeenkomst voor startende ondernemers gaan - de starterskrant aanvragen - een informatiepakket aanvragen via de website 8. Je moet een goed ondernemingsplan hebben. Opdracht 35 1. k o o p h a n d e l 2. a a n g e s c h a f t 3. m a a n d l a s t e n 4. o v e r h e m d 5. u i t r e k e n e n 6. i n v e n t a r i s 7. a t e l i e r 8. k o m e n 9. n a a i t 10. o v e r n e m e n 11. v e s t i g i n g e n Oplossing: onderneming ANTWOORDEN THEMA 3 BEDRIJVEN 2

Opdracht 41 1. Het bevordert de vaktrots en het vakmanschap. Het helpt talentvolle en gemotiveerde mbo ers om zich te ontwikkelen en later misschien hun eigen bedrijf te starten. 2. de vaardigheden van de kandidaten, zoals snelheid en netheid 3. - een meubelmaker moet een kast ontwerpen en maken - een metselaar moet een speciale muur metselen - een kapper moet een speciaal model knippen 4. Dat mensen geloven in hun eigen kracht en er alles aan doen om hun droom waar te maken. 5. 6. 7. Opdracht 50 1. - in 1994: 5.000 - nu: meer dan 15.000 2. Ze vonden het een dom idee, omdat hij al een baan had die hij leuk vond en waar hij goed mee verdiende. Daarnaast kende hij het vak van bakker helemaal niet. Je krijgt schulden. 3. Nee, hij had er nog nooit aan gedacht. Hij wilde zanger worden. 4. Nee, hij verkoopt ook melkbrood, Nederlands brood (op Turkse manier gemaakt) en lavas (Afghaans brood). 5. Hij heeft 40.000,- geleend; 15.000,- van zijn oom en de rest van andere familieleden. 6. Het gaat goed met zijn bedrijf, want hij heeft genoeg geld om in een restaurant te investeren. 7. Dan wil hij in Turkije wonen en daar met andere zaken bezig zijn. 8. Opdracht 51 1. Ik zie niets in dit product. Wat zien jullie erin? 2. Werken jullie aan het nieuwe Ja, we werken eraan. project? 3. Wat vind je van de plannen van onze Wat vind je ervan? chef? 4. De directie vergadert over het beleid De directie vergadert erover. van ons bedrijf. ANTWOORDEN THEMA 3 BEDRIJVEN 3

Opdracht 52 Van: Actiecomité Het Santemaplantsoen: wij willen er iets aan doen Eindhoven, 24 april Beste buurtbewoners, Wat vindt ú ervan? Het hele plantsoen aan de Van Santemalaan gaat verdwijnen. De gemeente wil er een bedrijventerrein gaan bouwen. Zo verandert ons laatste stukje groen in een zee van asfalt en beton. Dat is heel erg! Ze hebben er helemaal niet over nagedacht! Het plantsoen zorgt er niet alleen voor dat we meer gaan sporten en wandelen, het is ook nog eens goed voor de sociale cohesie in de buurt. Wat kunnen we eraan doen? Volgende week donderdag is er een informatieavond voor de wijk. We willen er met zo veel mogelijk mensen naartoe gaan. Dan kunnen we onze mening erover laten weten. Als u er niet mee akkoord gaat dat het plantsoen verdwijnt, kom dan naar Wijkbureau Oost op donderdag 7 september van 19:30 21:00 uur. Er staat ook een uitnodiging op de website van het wijkbureau. Opdracht 61 zo veel mogelijk opscheppen over jezelf aan u-marketing doen onderzoeken wat de interesses en behoeftes van de ander zijn een brief schrijven die vooral over jezelf gaat een brief schrijven waarin je vertelt wat je allemaal gepresteerd hebt het bedrijf bellen om meer informatie over het werk te vragen wel doen niet doen Opdracht 75 1. Zo veel mogelijk doen op een dag. 2. Juist niet. Dat blijkt uit de zin: Je 100 procent focussen tussen een hoop rommel is maar weinigen gegeven. 3. Het zijn vormen van hardlopen. Bij een sprint ga je heel kort heel snel, bij een marathon moet je veel langer lopen. De schrijver vergelijkt manieren van werken met deze manieren van hardlopen. 4. - Omdat je collega s dan niet boos zullen worden als je te laat bent. - Om van de keuken een gezellige plek te maken. 5. anderen kunnen overtuigen van je mening 6. Dat veel mensen vrolijk worden als het vrijdag is, omdat het dan bijna weekend is. 7. één lijst maken Opdracht 89 Situatie 1. Alle informatie is belangrijk. Je luistert overal even goed naar. ANTWOORDEN THEMA 3 BEDRIJVEN 4

Situatie 2. Het filebericht is belangrijk. Je luistert gericht of je hier iets over hoort. Situatie 3. Het aantal graden is belangrijk. Je luistert gericht naar deze informatie. Situatie 4. Alle informatie over de stroomstoring is belangrijk. Je luistert goed naar het hele fragment. Opdracht 90 1. erachter komen hoe het alarm werkt 2. instructies over het alarm 3. Intensief luisteren; je wilt alle instructies horen. 4. c. 5. Eens kijken, wat moet je ook alweer eerst Daarna moet je nog een keer op de knop met de sleutel drukken. doen Ja, ik weet het weer. Eerst druk je de knop met de sleutel in. En dan druk je op de groene knop. En daarna moet je de code invoeren. want je hebt dan ongeveer een halve minuut de tijd om het gebouw uit te zijn en de deur op slot te doen. De code heb ik hier opgeschreven. En je wilt hier niet binnen staan als het alarm afgaat! Die is 1232. Oké, snap je het, of zal ik het nog een keer uitleggen? Even zien wat zei de monteur toen ook alweer Opdracht 91 1. - 2. Als het goed is, hebben jullie hier dezelfde informatie opgeschreven. Opdracht 92 1. - wel leuk: afwisselend, verantwoordelijk werk, wisselende werktijden, veel verschillende mensen ontmoeten - niet leuk: soms alleen en saai, soms stressvol, moeilijk afspreken met vrienden 2. - Opdracht 97 1. a. 2. c. 3. a. 4. a. 5. b. 6. a. Opdracht 105 1. Rijk worden zonder dat je er moeite voor hoeft te doen. 2. - 3. - 4. - ANTWOORDEN THEMA 3 BEDRIJVEN 5