MEERJARENPLAN ENERGIE-EFFICIENCY 2009-2012 MJA3 ICT-SECTOR



Vergelijkbare documenten
MJA-Sectorrapport 2012 ICT

Meerjarenplan Energie-efficiency Nederlandse Universiteiten Samenvatting van de universitaire Energie Efficiency Planne n

MJA- Sectorrapport 2013 ICT

MEERJARENPLAN ENERGIE EFFICIENCY ICT-sector

MJA-Sectorrapport 2014 ICT

MJA-Sectorrapport 2015 ICT

MJA-Sectorrapport 2016 ICT

MJA-Sectorrapport 2015 ICT

MJA-Sectorrapport 2012 Wetenschappelijk onderwijs

MJA Routekaart ICT 2030 en SER Energieakkoord

ICT-sector. Inhoud. Interviews. Algemeen. MEE-sectoren. MJA Industrie MJA VGI. MJA Diensten. MJA Vervoer. Begrippenlijst.

MJA-Sectorrapport 2012 Textielservicebedrijven

MJA-Sectorrapport 2014 Universitair Medische Centra

MEE-Sectorrapport 2011 Bierbrouwerijen

Ketenmaatregelen ICT

MEE-Sectorrapport 2013 Bierbrouwerijen

MEE CONVENANT. Methodiek energie efficiëntie

MJA-Sectorrapport 2014 Cacao-industrie

MJA-Sectorrapport 2012 Universitair Medische Centra

MJA-Sectorrapport 2013 Cacao-industrie

MJA-Sectorrapport 2017 ICT

MJA3 ICT-sector. Jeroen van der Tang. Manager Duurzaamheid & Milieu Nederland ICT

MJA Sectorrapport 2011 Aardappelverwerkende industrie

Is internet een klimaatkiller?

Learnshop. EN16001: Het kader voor uw energiemanagementsysteem? Nimaris b.v. Paul van Wezel Hertog van Brabantweg EA Loon op Zand

MJA-Sectorrapport 2015 Cacao-industrie

MJA-Sectorrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs

MJA Sectorrapport 2011 Frisdranken, Waters en Sappen

e Sectorrapport 2015 Universitair Medische Centra

MJA-Sectorrapport 2014 Tapijtindustrie

SECTORMEERJARENPLAN MJA ENERGIE- EFFICIENCY UNIVERSITEITEN

CO2 prestatieladder niveau 5

MEE-Sectorrapport 2013 Metallurgische industrie

MJA-Sectorrapport 2012 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie

Meerjarenplan Energiebesparing

Energiezorg management systeem. Symposium Groene ICT

VOORTGANGSRAPPORTAGE ONTWIKKELING ENERGIE-EFFICIENTIE IN DE SUPERMARKTSECTOR OVER HET JAAR 2012

ZUINIGE ENERGIE EN KPN

MJA-Sectorrapport 2012 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie

ICT de groene motor. Voorstudie ICT-sector 2030

Template Maatregelenlijst en Stappenplan (voor de uit te voeren maatregelen)

MEE CONVENANT. Protocol Monitoring, procedure

STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA

Ketenmaatregelen in de ICT branche Case 3: Datacenters

Tweede Kamer der Staten-Generaal

CO2-reductieplan Kuurman

MJA-Sectorrapport 2013 Hoger beroepsonderwijs

MJA-Sectorrapport 2014 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie

CO2 prestatieladder niveau 5

MJA-Sectorrapport 2014 Financiële dienstverleners

EfficiEncy Duurzaam. EnErgiEbEsparing. Warmte en koude. KEnnis industrie. energie financiering. instrumenten. GebouwDe omgeving

MEERJARENPLAN ENERGIE- EFFICIENCY. MJA3 ICT-sector Voor de digitale economie

Datum 4 december 2018 Betreft Resultaten 2017 Meerjarenafspraken energie-efficiëntie MJA3 en MEE

Datum 9 oktober 2015 Betreft Resultaten 2014 Meerjarenafspraken Energie-efficiëntie MJA3 en MEE

MEE-Sectorrapport 2015 Raffinaderijen

Hoofdstuk 3A Protocol Monitoring, procedure

CO2 prestatieladder. Ordina stoot in 2020 ten opzichte van % minder CO2 uit.

MJA-Sectorrapport 2015 Wetenschappelijk onderwijs. Beste energiebesparingsproject 2015 Gebouw Helix, TU Eindhoven

Helmonds Energieconvenant

Meerjaren afspraak Energie-Efficiëntie MJA3. Resultaten 2009

MEE-Sectorrapport 2013 Raffinaderijen

MEE-Sectorrapport 2011 METALLURGISCHE INDUSTRIE. Datum: 24 augustus 2012

MEE-Sectorrapport 2014 Raffinaderijen

MEE-Sectorrapport 2014 Metallurgische industrie

Doordacht energie-efficiencyplan leidraad voor MJA3

Inhoud. Pagina 2 van 7

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer

MJA3-Bedrijfsrapport 2012 Railsector

WATER- SCHAPPEN & ENERGIE

JAARRAPPORTAGE ENERGIE-EFFICIENCY 2013

Energieplan van [naam bedrijf] in het kader van het auditconvenant over energie-efficiëntie in de industrie

CO 2 footprint tussenrapportage e half jaar

Nationale Energieverkenning 2014

Reductiebeleid en (kwantitatieve) doelstellingen (3.B.1)

MEE-Sectorrapport Overige industrie

MJA-Sectorrapport 2011 Railsector

UTS REALISEERT 75% REDUCTIE IN 11 JAAR MEDE DOOR SLIMME LOGISTIEK UTS DUURZAAMHEIDSVERSLAG UTS op weg naar een circulaire & inclusieve economie

MEE-Sectorrapport Papier- en kartonindustrie

Totale uitstoot in 2010: kiloton CO 2

De rol van biomassa in de energietransitie.

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. MEE-Sectorrapport 2014 Nederlandse Glasindustrie

Wat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2

Scope 1 doelstelling Scope 2 doelstelling Scope 1 en 2 gecombineerd 5% CO 2- reductie. 30% CO 2- reductie in % CO 2 -reductie in 2016 ten

MJA-Sectorrapport 2012 Metallurgische industrie

Jaarverslag Criteria. Conform niveau 3 op de CO2- prestatieladder 3.0 en ISO norm. Opgesteld door Paraaf. Datum Versie 2

Green IT en de rol van supercomputers bij duurzaamheid

MJA3-Bedrijfsrapport 2013 Railsector

MJA3-Bedrijfsrapport 2014 Railsector

STORAGE AUTOMATION IT MANAGEMENT & OPTIMIZATION DATAGROEI DE BAAS MET EXTREEM BEHEERGEMAK DOOR AUTOMATISERING EN VIRTUALISATIE

Klimaatakkoord Rijk en UvW

Carbon Footprint 2e helft 2015 (referentiejaar = 2010)

Voortgangsrapport MJA-monitoring over 2010 Universitair Medische Centra. Datum 30 juni 2011 Status Definitief Kenmerk /223/PB/SR/156008

MEE-Sectorrapport 2015 Metallurgische industrie

Periodieke rapportage eerste helft 2018

CO 2 -Voortgangsrapportage 2018 H1

MJA-Sectorrapport 2012 Meelfabrikanten

Internet of Everything (IoE) Top 10 inzichten uit de Cisco-enquête IoE Value Index (Index voor IoE-waarde) onder besluitvormers uit 12 landen

nergiebesparing in de ICT

Voortgangsrapportage CO 2 - reductiedoelstellingen scope 1 & 2 -emissies

Transcriptie:

MEERJARENPLAN ENERGIE-EFFICIENCY 2009-2012 MJA3 ICT-SECTOR ICT~OFFICE WOERDEN 30 juni 2011 075603046.0.3 - Concept B02012.000207.0120

Inhoud 1 Inleiding 5 2 Achtergronden & ontwikkelingen 6 2.1 Beschrijving van de sector 6 2.2 ICT-sector en de Meerjarenafspraak energie-efficiency 6 2.3 Omvang energiegebruik 7 2.4 Ontwikkelingen in de sector 9 2.5 Visie en ambitie op gebied van duurzaamheid 10 3 Overzicht geplande maatregelen 12 3.1 Gezamenlijk besparingspotentieel 12 3.2 Procesmaatregelen 15 3.3 Ketenefficiency 16 3.4 Duurzame energie 16 3.5 Potentieel lange termijn 17 4 Doelstellingen periode 2009-2012 18 5 Monitoring 20 5.1 Wijze MJA-monitoring 20 5.2 Indicatoren energie-efficiency 21 5.3 Invloedsfactoren 22 6 Focus branche-initiatieven 23 6.1 Ketenefficiency & duurzame energie 23 6.2 Mogelijk gezamenlijke aanpak 23 6.3 Geplande acties zekere opties, invulling voorwaardelijke activiteiten & nader te bestuderen opties 24 6.4 Rol- en taakverdeling 26 6.5 Randvoorwaarden 26 Bijlage 1 Deelnemers MJA ICT 27 Bijlage 2 Totaal overzicht besparingspotentieel EEP's ICT-sector 28 Bijlage 3 Overzicht energiedragers met stookwaarde en CO2-emissiefactoren 30 Bijlage 4 Lijst met afkortingen en begrippen MJA 31 Colofon 33 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 3

075603046:0.3 - Concept ARCADIS 4

HOOFDSTUK 1 Inleiding Vanaf 1992 heeft de overheid in het kader van het energiebesparingsbeleid met een groot aantal sectoren een meerjarenafspraak (MJA) gemaakt over de verbetering van de energieefficiency. In 2000 is de eerste serie MJA's met succes afgesloten. Gemiddeld werd, over de periode 1989 2000, een efficiencyverbetering bereikt van 22,3%. De ICT sector, verenigd in ICT~Office, is in juli 2008 toegetreden tot de tweede Meerjarenafspraken energie-efficiency (MJA2). MJA3 is een intensivering, verlenging en verbreding van de MJA2. In de MJA3 is onder andere overeengekomen dat de ICT sector zijn doelstellingen betreffende energie-efficiencyverbetering, telkens voor vier jaar, vastlegt in een Meerjarenplan (MJP) energie-efficiencyverbetering. Het MJP vormt een onderdeel van de MJA en wordt opgesteld door de brancheorganisatie. Leeswijzer In dit meerjarenplan voor de ICT sector komen de volgende zaken aan de orde: Beschrijving van de achtergronden en ontwikkelingen rond de ICT-sector en energieaspecten (Hoofdstuk 2). De geplande maatregelen vanuit de energie-efficiencyplannen van de individuele bedrijven (hoofdstuk 3). De geplande doelen voor de periode 2009 2012 (hoofdstuk 4). De wijze waarop monitoring wordt uitgevoerd (hoofdstuk 5). De focus van de branche-initiatieven (hoofdstuk 6): belangrijkste thema s en activiteiten die ontplooid zullen worden; de op te lossen knelpunten en vraagpunten; de wijze van procesbewaking en bijsturing; de gewenste ondersteuning vanuit de rijksoverheid, Agentschap NL en anderen. Dit meerjarenplan geeft dus weer op welke wijze de ICT bedrijven (vertegenwoordigd door ICT~Office) invulling beogen te geven aan de verplichtingen die zijn aangegaan bij de ondertekening van de MJA3. Het MJP is opgesteld aan de hand van de door Agentschap NL getoetste energie-efficiencyplannen (EEP s) van 28 van de 36 toegetreden ICT bedrijven. Acht bedrijven zijn recent toegetreden en beschikken daarom nog niet over een EEP. De 28 bedrijven waarvan het EEP de basis voor dit MJP vormt, vertegenwoordigen 86% van de omvang van het energiegebruik van alle 36 toegetreden bedrijven. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 5

HOOFDSTUK 2 Achtergronden & ontwikkelingen 2.1 BESCHRIJVING VAN DE SECTOR De afgelopen vijftig jaar is het belang van ICT voor de maatschappij explosief toegenomen. ICT is doorgedrongen tot in de haarvaten van de huidige samenleving. Zonder ICT kan vandaag de dag geen overheid behoorlijk functioneren, geen ziekenhuis of fabriek doelmatig werken, loopt al het verkeer vast, kan geen mens meer telefoneren en geen loon worden uitbetaald. Het is evident dat ICT een sleutelrol speelt in de moderne samenleving. ICT kan en moet daarom een belangrijke bijdrage leveren in het oplossen van de verschillende, grote maatschappelijke uitdagingen om onze samenleving welvarend, internationaal concurrerend, gezond en veilig te maken en te houden 1. De ICT-sector bestaat uit bedrijven uit de deelsectoren hardware, software, datacenters en telecommunicatie. Begin 2011 telde Nederland een kleine 30.000 ICT-bedrijven, met ongeveer 250.000 medewerkers. De ICT-sector is een belangrijke sector voor de Nederlandse economie, met een omzet van 29,4 miljard euro in 2010 (5% van het BBP). Daarnaast is ICT verantwoordelijk voor ruim 20% van de economische groei in Nederland en is 70 tot 80% van alle innovaties ICT-gerelateerd. De ICT-markt heeft zich goed hersteld van de economische crisis. Het zijn de opkomende economieën, voornamelijk de BRIC-landen (Brazilië, Rusland, India en China), die de vraag in de wereldwijde ICT-markt laten groeien. Op Europees gebied is ook weer groei zichtbaar, met name voor de landen die eerder uitgestelde ICT-uitbestedingen weer proberen in te halen. In Europa groeit de omzet uit cloud computing met twintig procent per jaar. In 2009 was de omzet uit dit segment nog 4 miljard euro, in 2012 zal dit toenemen tot 7 miljard 2. 2.2 ICT-SECTOR EN DE MEERJARENAFSPRAAK ENERGIE-EFFICIENCY In 2008 heeft de ICT-sector, vertegenwoordigd door ICT~Office, met de staatssecretaris van Economische Zaken afgesproken om toe te treden tot de Meerjarenafspraak energieefficiency. De MJA biedt mooie kansen voor het bereiken van energie-efficiency in de ICTbranche en levert een belangrijke bijdrage aan energiebesparing. 1 ICT Manifest 2010-2014, Nationale agenda voor de groei van Nederland, beschikbaar op http://www.ictoffice.nl/files/ter/ict%20manifest.pdf. 2 ICT~Marktmonitor 2011, ICT~Office 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 6

ICT-bedrijven die toetreden tot de MJA spannen zich gezamenlijk in om hun energieefficiency jaarlijks met gemiddeld twee procent te verbeteren. In 2020 dient er een verbetering van dertig procent ten opzicht van 2005 gerealiseerd te zijn. Bedrijven kunnen dit doel op twee manieren bereiken, namelijk door verbetering van hun eigen energie-efficiency en de inzet van innovatieve ICT-toepassingen in andere sectoren, zodat andere organisaties efficiënter kunnen omgaan met energie. Dit wordt ook wel greening of IT en greening by IT genoemd. Besparingen in de ICT-sector zelf liggen met name in maatregelen rondom procesefficiency en maatregelen op het gebied van duurzame energie, zoals de inkoop van groene stroom en het gebruik van eigen opgewekte duurzame energie. Doordat de grootste bedrijven zijn toegetreden tot de MJA3, is de ambitie met betrekking tot duurzaamheid duidelijk merkbaar. De 36 deelnemende bedrijven vertegenwoordigen ruim 80% procent van het energiegebruik 3, maken meer dan tachtig procent van de omzet en bieden tachtig procent van de werkgelegenheid in de sector. De rol van ICT als middel om het energieverbruik in andere sectoren te verminderen staat nog relatief bescheiden in de aandacht. Het besparingspotentieel is echter enorm en er gebeurt al veel in de praktijk. ICT is dé groene motor voor duurzaamheid, innovatie en economie. Dankzij de innoverende kracht is ICT bij uitstek in staat om andere sectoren te verduurzamen. Het gaat dan over paradigma-shifts in de toepassing van ICT, zoals het leveren van diensten en functionaliteit vanuit de cloud; het digitaliseren, virtualiseren en vervangen van fysieke processen, et cetera. Gebaseerd op het Nederlands energieverbruik zijn de sectoren gebouwde omgeving, logistiek en dienstverlening geïdentificeerd als sectoren met het hoogste besparingspotentieel. EERST EIGEN HUIS Dit MJP voor de periode 2009-2012 richt zich in eerste instantie op de vermindering van het energieverbruik binnen de sector zelf en nog niet zozeer op energiebesparingen in de andere sectoren: Eerst eigen huis op orde. Vanwege de kansen en het potentieel is er wel veel aandacht voor besparingsmogelijkheden in andere sectoren (ketenefficiency). Kwantitatief zal dit zeker in de komende jaren tot uiting komen. 2.3 OMVANG ENERGIEGEBRUIK Het gebruik van ICT door consumenten en bedrijven neemt steeds meer toe. Dat heeft gevolgen voor het energieverbruik. Binnen de ICT-branche zijn bedrijven actief die relatief veel energie verbruiken, zoals datacenters. Ook wordt energieverbruik een steeds belangrijker onderdeel van de dienst zelf. Infrastructurele ICT-diensten zijn vaak 24 uur per dag en 7 dagen per week beschikbaar. Juist daarom is het van belang dat een leverancier van deze diensten gestructureerd bezig is met zijn energieverbruik. 3 Bron: Agentschap NL 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 7

Het energieverbruik van de tot de MJA toegetreden bedrijven bedroeg in 2010 ruim 15 PJ. Dit bestond grotendeels uit elektriciteit. In Figuur 1 is de verdeling van het energiegebruik over de verschillende energiedragers weergegeven. Figuur 1 Aandeel van de verschillende energiedragers Warmte Aardgas 1% Gas-/dieselolie 3% 0,1% Electriciteit 96% De ICT-bedrijven zijn naar activiteit onder te verdelen in vier deelsectoren: hardware, software, datacenters en telecom. De groep hardware bedrijven die tot de MJA zijn toegetreden, produceren in Nederland nagenoeg geen hardware. Hun activiteiten zijn primair verkoop en consultancy. De aard van het energiegebruik binnen het eigen bedrijf in de deelsectoren hardware en software is identiek. In Figuur 2 is de verdeling van het totaal energiegebruik over de vier deelsectoren in het referentiejaar weergegeven. Hieruit blijkt dat ruim de helft van het energiegebruik gerelateerd is aan de vaste en mobiele netwerken van de telecommunicatie activiteiten (datatransport, telefonie, internet, etc.). Figuur 2 Aandeel van de deelsectoren in het totale energiegebruik Hardware 2% Datacenters 37% Telecom 57% Software 4% Het aandeel van de ICT-sector in het totale Nederlandse elektriciteitsgebruik is twee procent. Huishoudens en kantoren gebruiken voor ICT-toepassingen nog eens vijf procent 4. 4 ICT stroomt door, Tebodin, oktober 2007. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 8

Ten aanzien van de energiehuishouding van ICT-bedrijven geldt dat servers, PC s en monitoren de meeste energie verbruiken 5. In het kader van de MJA is het energiegebruik van een bedrijf gedefinieerd als het energiegebruik binnen de inrichting van het bedrijf. Voor veel ICT bedrijven, vooral de consultancy bedrijven, is het brandstofgebruik van het wagenpark een groot aandeel in de totale CO2 footprint. De inspanningen van de ICT-bedrijven op gebied van het wagenpark en de mobiliteit komen in de MJA tot uiting als ketenmaatregelen. 2.4 ONTWIKKELINGEN IN DE SECTOR Om een helder beeld te kunnen scheppen van verwachte kansen en bedreigingen in de toekomst is het belangrijk om inzicht te hebben in de huidige ontwikkelingen. Er zijn diverse trends te constateren die impact hebben op de ICT-sector zelf, als ook trends die impact hebben op de verschillende markten waarbinnen de sector opereert. Ryanair is an ICT application. The only reason why they can fly so cheap is because of ICT. It s an e-workflow and somewhere in the middle they use airplanes. John Doyle, Sustainable Development Policy Coordinator of the European Commission. In de ICT-sector zijn een aantal branchespecifieke ontwikkelingen te benoemen die in snel tempo opkomen en geabsorbeerd worden door de samenleving (online videostreaming via YouTube bestaat nog maar vijf jaar, FaceBook sinds 2004) of na een snelle groei weer wegzakken (Second Life). Er is een enorme ontwikkeling aan technologieën, maar zelfs op een termijn van tien jaar valt erg moeilijk vast te stellen wat de succesvolle dominante technologie zal zijn. Buiten de technologie kunnen er wel een aantal trends worden gesignaleerd. In 2010 publiceerde het Ministerie van Economische Zaken een scenariostudie. Binnen deze studie werden een aantal ontwikkelingen gesignaleerd die impact hebben op de ICT-sector: Exponentiële groei in prijs-prestatie. Sterke groei cloud computing: genetwerkte, schaalbare intelligentie. Virtualisatie van datacenters zal de capaciteit doen toenemen, maar het energieverbruik doen dalen. Data-explosie, analytics en intelligente interfaces: hoe vind je de juiste informatie? Integratie van virtueel en werkelijkheid: sociale en virtuele netwerken. Sensoren en the internet of things. Sustainability, energie en green computing. Digital lifestyles, gaming ter lering en vermaak, consument wordt prosument. Mobiele, draagbare en implanteerbare computing. Er zijn ook diverse maatschappelijke ontwikkelingen te benoemen met een impact op de ICT-sector. Onze vergrijzende samenleving met daarbij een krimpende beroepsbevolking wordt één van de belangrijkste sociale en economische uitdagingen van de toekomst. Met de hulp van een goed opgeleide en e-vaardige beroepsbevolking leidt ICT tot productiviteitsverhoging en kan daarmee de economische kwesties rond de demografische veranderingen oplossen. ICT biedt ook oplossingen voor de sociale implicaties van het ouder worden. Met name op het gebied van het e-werken, e-leren, e-gezondheidszorg en e-overheid. 5 Gartner IT Vendors, Service Providers and Users Can Lighten IT s Environmental Footprint, december 2007. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 9

Daarnaast is het belang van een duurzame samenleving inmiddels evident. Om tot een duurzame samenleving te komen, is het nodig om de uitstoot van milieubelastende stoffen, zoals CO2, te reduceren en het beslag op eindige voorraden van grondstoffen te verminderen. ICT is grootverbruiker van energie. Het energieverbruik van systemen moet omlaag om een realistische groei van het gebruik van ICT mogelijk te maken. ICT kan ook worden ingezet om energiebesparing te realiseren door bijvoorbeeld de flexibiliteit van energiesystemen te vergroten. Er is behoefte aan een smart grid waarin verschillende (lokale) bronnen en verbruikers van energie op een intelligente wijze worden gekoppeld, zodat een goede aansluiting tussen vraag en aanbod wordt gerealiseerd. Deze verschillende ontwikkelingen kunnen zowel een positieve als negatieve impact hebben op de Nederlandse ICT-sector. Desondanks geldt dat er terugkerende kansen en bedreigingen waarneembaar zijn. Dit biedt handvatten voor de sector om zich optimaal te kunnen voorbereiden op de toekomst, door gericht onderwerpen te formuleren waarop de sector wil en moet presteren. De kansen en bedreigingen zijn: Kansen Toename van het gebruik van ICT-toepassingen door alle lagen van de samenleving en de economie. ICT is een echte innovatie-as. Toenemende behoefte aan op maat gemaakte diensten voor het bedrijfsleven en de (oudere) consument. Toenemende mogelijkheden voor inzet van ICT-oplossingen ten aanzien van duurzaamheid en klimaatvraagstukken (vergroten transparantie, verbeteren energieefficiency, voorkomen CO2-uitstoot door slimme ICT-toepassingen). Bedreigingen Verschuiving van de Nederlandse concurrentiepositie op de wereldmarkt (in 2011 gezakt van de 9e naar de 11e plaats op de ranglijst van het World Economic Forum). Veiligheid en vertrouwen van ICT staat de introductie van bepaalde innovaties in de weg. Krapte op de arbeidsmarkt voor hoog gekwalificeerd personeel (toename concurrentie en vergrijzing). 2.5 VISIE EN AMBITIE OP GEBIED VAN DUURZAAMHEID De ICT-sector wil een pro-actieve, innovatieve houding ontwikkelen om de meest innovatieve sector van Nederland te blijven en de groene innovatiemotor te worden. Met betrekking tot een duurzame toekomst heeft de ICT-sector een visie op 2030 gevormd: In 2030 is de Nederlandse ICT-sector de groene, energie-efficiënte motor van de BV Nederland, met een duurzaam ingerichte bedrijfsvoering die haar ketenpartners innovatieve besparingsoplossingen biedt. De visie geeft aan dat de sector zelf gaat verduurzamen, maar dat er ook kansen zijn in besparingsoplossingen voor de markt. Voor de ICT-sector zitten er verschillende elementen aan verduurzaming. Enerzijds is dat de maatschappelijk verantwoorde rol die een innovatieve sector als de ICT-sector speelt. Anderzijds is het ook een business-benadering. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 10

Ook daarin spelen twee aspecten. Ten eerste kostenreductie en ten tweede het verkopen van duurzame oplossingen in andere sectoren. Door zelf aan duurzame oplossingen te werken, kunnen de tools en technieken die daarbij worden ontwikkeld, ook in andere sectoren gebruikt worden. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 11

HOOFDSTUK 3 Overzicht geplande maatregelen 3.1 GEZAMENLIJK BESPARINGSPOTENTIEEL Tabel 1 Energiebesparingpotentieel en vermeden CO 2 uitstoot naar type maatregel verdeeld over de (sub)categorieën De ICT bedrijven hebben in hun individuele EEP s de mogelijke energie-efficiency maatregelen voor de periode 2009 t/m 2012 weergegeven. In een EEP legt elk bedrijf zijn energie-efficiencydoelstelling vast, gekoppeld aan concrete maatregelen en een planning om deze uit te voeren. Verder geeft een EEP aan op welke wijze het bedrijf behaalde resultaten meet en hoe de rapportage daarvan plaatsvindt. De kwantitatieve doelstelling voor de verbetering van de energie-efficiency voor de periode 2009 t/m 2012 voor de sector is gebaseerd op de gesommeerde doelstellingen uit de EEP s van de afzonderlijke bedrijven. In Tabel 1 is hiervan een samenvattend overzicht gegeven, waarbij de maatregelen zijn aangeduid naar het type zeker, voorwaardelijk, onzeker en de categorieën procesefficiency, ketenmaatregelen en duurzame energie. Categorie Zeker (TJ) Voorwaardelijk (TJ) Onzeker (TJ) Vermeden CO 2 uitstoot (ton) Procesmaatregelen 1.064 762 270 155.328 Processen 234 412 5 48.176 Utilities en gebouwen 422 252 93 56.858 Good housekeeping 58 90 1 11.064 Strategische projecten 350 8 171 39.230 Ketenefficiency 112 2 248 22.684 Materiaalbesparing 0 0 51 3.826 Optimalisatie distributie 38 1 3 3.016 Samenwerking op locatie 57 0 2 155 Vermindering energiegebruik tijdens productgebruik 0 0 189 14.099 Optimalisatie functievervulling 18 0 4 1.587 Duurzame energie 1.694 1.399 4 230.855 Eigen opwek omgevingswarmte 0 7 3 674 Eigen opwek zonnestroom 0 0 0 47 Eigen opwek zonnewarmte 0 0 0 0 Eigen opwek windenergie 0 3 0 204 Inkoop: duurzame elektriciteit 1.694 1.389 0 229.930 Totaal 2.871 2.162 522 408.867 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 12

De besparingen zijn berekend ten opzichte van het productievolume en het primair energieverbruik van basisjaar 2008. In Bijlage 2 wordt een totaaloverzicht gegeven van de totale besparingen van de EEP maatregelen per categorie en type maatregel. Type maatregel Onderscheid in zekere, voorwaardelijke en onzekere maatregelen In het kader van de MJA3 is de doelstelling van een bedrijf gelijk aan het totaal van de zekere en voorwaardelijke maatregelen zoals weergegeven in het EEP. Zekere maatregelen zijn maatregelen die het bedrijf gaat uitvoeren in de planperiode. Bij voorwaardelijke maatregelen is de uitvoering afhankelijk van een concrete voorwaarde waar aan voldoen moet worden. Deze voorwaarde kan een technische, organisatorische of bedrijfseconomische voorwaarde zijn. Onzekere maatregelen zijn maatregelen waarvoor nog nader onderzoek nodig is. Onzekere maatregelen zijn dermate onzeker, dat zij bij het vaststellen van de kwantitatieve doelstelling niet meegenomen worden. Uit Tabel 1 blijkt dat de meeste winst de komende jaren gehaald zal worden met procesmaatregelen en met (de inkoop van) duurzame energie. Maatregelen met een significant besparingspotentieel zijn: vervanging van bestaande apparatuur door nieuwe generatie apparatuur, ook wel aangeduid met hardware refresh ; verhogen van bezettingsgraad van telefooncentrales, datacenters en servers; optimalisatie en/of vernieuwing koeling datacenters; besparing op gebied van mobiliteit door inzet van ICT; inkoop van groene stroom. In Figuur 3 wordt de verdeling van het totale besparingspotentieel over de (sub)categorieën grafisch weergegeven. Figuur 3 Verdeling van het besparingspotentieel over de categorieën Ketenmaatregelen 2% Energiezorg en good housekeeping 3% Processen 13% Duurzame energie 62% Procesefficiency 36% Utilities en gebouwen 13% Strategische projecten 7% Zoals hiervoor is aangegeven is de doelstelling van dit MJP gebaseerd op de zekere en voorwaardelijke maatregelen. In Tabel 2 wordt de totale besparing, de efficiency verbetering en de vermeden CO2 van de zekere en voorwaardelijke maatregelen weergegeven. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 13

Besparingstempo Meerjarenplan energie-efficiency 2009-2012 Tabel 2 Verdeling van de energiebesparingpotentieel over de (sub)categorieën gebaseerd op de zekere en voorwaardelijke maatregelen in de EEP s Categorie* Energie besparing (TJ)** Energieefficiency verbetering (%) Vermeden CO 2 uitstoot (ton) Procesmaatregelen 1.826 14,1% 135.261 Processen 646 5,0% 47.826 Utilities en gebouwen 673 5,2% 49.977 Good housekeeping 148 1,1% 10.984 Strategische projecten 358 2,8% 26.474 Ketenefficiency 114 0,9% 4.178 Materiaalbesparing 0 0,0% 3 Optimalisatie distributie 39 0,3% 2.820 Samenwerking op locatie 57 0,4% 36 Vermindering energiegebruik tijdens productgebruik 0 0,0% 0 Optimalisatie functievervulling 18 0,1% 1.318 Duurzame energie 3.093 23,8% 230.586 Eigen opwek omgevingswarmte 7 0,1% 436 Eigen opwek zonnestroom 0 0,0% 15 Eigen opwek zonnewarmte 0 0,0% 0 Eigen opwek windenergie 3 0,02% 204 Inkoop: duurzame elektriciteit 3.083 23,8% 229.930 Totaal zekere en voorwaardelijke maatregelen 5.033 38,8% 370.025 * Voor enkele subcategorieën zijn er geen besparende maatregelen bekend. Subcategorieën zonder bijdrage zijn niet vermeld in de tabel. ** Besparingen in de tabel zijn gebaseerd op gekwantificeerde gegevens. Er zijn tevens maatregelen bekend die niet gekwantificeerd zijn. In de periode 2009 2012 is de verwachte totale energie efficiency verbetering vanuit de zekere en voorwaardelijke maatregelen gelijk aan 38,8% (Figuur 4). Hiermee ligt het in de verwachting dat de overall MJA-doelstelling van een 2% efficiency verbetering per jaar gehaald gaat worden. Figuur 4 Ontwikkeling besparingstempo 45% 40% 35% 30% zeker voorwaardelijk totaal v&z 25% 20% 15% 10% 5% 0% 2009 2010 2011 2012 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 14

besparing (TJ) Meerjarenplan energie-efficiency 2009-2012 Figuur 5 Geplande besparing per jaar van invoering naar type maatregel De genoemde EEP maatregelen gaan voornamelijk gerealiseerd worden in de periode 2009 2010. Bovendien zijn de meeste maatregelen zeker of voorwaardelijk. Onzekere maatregelen vormen een klein aandeel. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat er van onzekere maatregelen vaak geen inschatting wordt gemaakt omdat deze te ver in de toekomst liggen. Figuur 5 geeft een overzicht van de geplande besparing per jaar naar type maatregel. 2.500 onzeker voorwaardelijk 2.000 zeker 1.500 1.000 500 0 2009 2010 2011 2012 In Figuur 6 is de totale besparing en het aantal maatregelen per categorie uitgezet. Het aantal maatregelen op het gebied van duurzame energie is relatief gering, echter de gemiddelde besparing per maatregel is weer groot. Bij ketenefficiency moet rekening worden gehouden met het feit dat de helft van de maatregelen zijn gekwantificeerd. Een nadere toespitsing per subcategorie vindt plaats in de paragrafen 3.2 tot en met 3.4. Figuur 6 Aantal maatregelen en de geplande besparing per 3.500 3.000 3.093 Besparing (TJ) Aantal maatregelen (stuks) categorie 2.500 2.000 1.826 1.500 1.000 500 0 354 114 18 40 Procesmaatregelen Duurzame energie Ketenefficiency 3.2 PROCESMAATREGELEN Van het totaal van 500 geïnventariseerde maatregelen valt het gros (416) in de categorie procesmaatregelen. In deze categorie zijn er plannen voor 2.096 TJ aan energiebesparing. In totaal zijn 124 maatregelen (30%) alleen in de EEP s omschreven en niet gekwantificeerd. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 15

Tabel 3 Verdeling van de energiebesparingpotentieel procesefficiency over het type maatregel In Tabel 3 is een overzicht gegeven naar subcategorie. Concrete maatregelen die bijvoorbeeld in deze categorie vallen zijn: vervanging van oude telecom basisstations door nieuwe generatie basisstations; toerenregeling toepassen op ventilatie-units van de koeling; toepassing vrije koeling; optimalisatie regelingen gebouwinstallaties en koeling; flexconcept toepassen en vermindering kantooroppervlak; verdere invoering structurele energiezorg. Categorie Zeker Voorwaardelijk Onzeker (aantal) (TJ) (aantal) (TJ) (aantal) (TJ) Processen 37 234 22 412 3 5 Utilities en gebouwen 158 422 36 252 38 93 Good housekeeping 82 58 6 90 19 1 Strategische projecten 12 350 1 8 2 171 Totaal procesmaatregelen 289 1.064 65 762 62 270 3.3 KETENEFFICIENCY Bij ketenefficiency gaat het erom meerdere schakels of een gehele keten zo energie-efficiënt en -effectief mogelijk (her) in te richten, organisatorisch en technologisch, met energie-, milieu- en materiaalbesparende maatregelen. Daarbij wordt over de grenzen van de afzonderlijke bedrijven gekeken. Van de 59 ketenmaatregelen in de EEP s, zijn er 31 gekwantificeerd en hebben een besparingspotentieel van 362 TJ. Tweederde van dit potentieel is afkomstig van onzekere maatregelen. Tabel 4 geeft een overzicht van de maatregelen ten behoeve van ketenefficiency. Tabel 4 Verdeling van de energiebesparingpotentieel ketenefficiency over het type maatregel Categorie Zeker Voorwaardelijk Onzeker (aantal) (TJ) (aantal) (TJ) (aantal) (TJ) Materiaalbesparing 1 0 1 0 2 51 Optimalisatie distributie 19 38 5 1 8 3 Samenwerking op locatie 7 57 0 0 2 2 Vermindering energiegebruik tijdens productgebruik Optimalisatie functievervulling 0 0 0 0 2 189 6 18 1 0 5 4 Totaal ketenefficiency 33 112 7 2 19 248 3.4 DUURZAME ENERGIE Na procesmaatregelen zorgen voor duurzame energie maatregelen, met andere woorden: de verduurzaming van de energievoorziening, voor de grootste verwachtte CO2 reductie. De inkoop van groene energie levert veruit de meeste reductie op. In Tabel 5 is een overzicht gegeven van duurzame energie maatregelen per subcategorie. De reductie wordt uitgedrukt in de omvang van de inzet van duurzaam opgewekte energie (TJ) 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 16

Tabel 5 Verdeling van de besparingpotentiëlen duurzame energie over het type maatregel Categorie Eigen opwek omgevingswarmte Zeker Voorwaardelijk Onzeker (aantal) (TJ) (aantal) (TJ) (aantal) (TJ) 0 0 1 7 2 3 Eigen opwek zonnestroom 0 0 1 0 4 0 Eigen opwek zonnewarmte 0 0 0 0 1 0 Eigen opwek windenergie 1 0 1 3 0 0 Inkoop: duurzame elektriciteit 11 1.694 3 1.389 0 0 Totaal duurzame energie 12 1.694 6 1.399 7 4 3.5 POTENTIEEL LANGE TERMIJN Op de lange termijn is de verwachting dat het potentieel hoger ligt dan de gepresenteerde waarden. Onzekere maatregelen die veelal niet gekwantificeerd zijn zullen naar verwachting gedurende de MJA3 verder geconcretiseerd worden en mogelijk haalbaar blijken. Ook zal ketenefficiency (enabling) een grote rol gaan spelen. Het digitaliseren, virtualiseren en vervangen van fysieke processen resulteert in andere sectoren tot grote besparingen. Uit EU studies blijkt dat inzet van ICT kan leiden tot 15% reductie op het overall energiegebruik van een land. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 17

HOOFDSTUK 4 Doelstellingen periode 2009-2012 MJP doelstellingen In Tabel 6 wordt een overzicht gegeven van de doelstellingen van dit MJP. De doelstellingen zijn opgebouwd uit het besparingspotentieel vanuit zekere en voorwaardelijke maatregelen in de EEP s van de bedrijven. Tabel 6 Doelstellingen MJP 2009-2012 Categorie Totale doelstelling (TJ) (%) Procesmaatregelen 1.826 14,1% Ketenefficiency 114 0,9% Duurzame energie 3.093 23,8% Totaal 5.033 38,8% Belangrijk is vast te stellen dat in de EEP s en dit meerjarenplan de nadruk nog ligt op de maatregelen in eigen huis bij de ICT-bedrijven. Dat wil zeggen de procesmaatregelen en de inzet van duurzame energie. Zodra dit vorm krijgt, kan de focus verschuiven naar de energiebesparingen die buiten het eigen bedrijf te bereiken zijn met ICT. Dit houdt in dat de doelen voor ketenefficiency ( enabling van ICT ) na deze periode naar boven worden bijgesteld. Als gevolg van de focus op maatregelen in eigen huis is de omvang van het besparingspotentieel EEP s voor ketenmaatregelen relatief klein: 0,9%. Ook het feit dat de helft van de ketenmaatregelen in de EEP s alleen kwalitatief beschreven zijn, en (nog) niet zijn gekwantificeerd, draagt bij aan een relatief laag besparingspotentieel voor ketenefficiency. De rol van ICT als groene motor in onze werk- en leefomgeving zal in de toekomst sterk bijdragen aan de realisatie van besparingen in andere sectoren. Dit besparingspotentieel is een veelvoud van de inzet van energie in ICT die benodigd is om het potentieel te verzilveren. Bij de interpretatie van de besparingen op gebied van ketenefficiency en de verduurzaming van de energievoorziening moet in acht worden genomen dat dit de intensivering betreft ten opzichte van het niveau het basisjaar 2008. DOELSTELLING MJA ICT SECTOR 2009-2012 1. Realisatie van energiebesparingsmaatregelen, zowel bij de eigen ICT-bedrijven als in de keten, met een omvang van 1.940 TJ. Dit is gelijk aan 15% van het totale energiegebruik in het basisjaar 2008. 2. Een intensivering van de verduurzaming van de energievoorziening van ICT-bedrijven met in totaal 3.093 TJ. Dit is gelijk aan 24% van het totale energiegebruik in het basisjaar 2008. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 18

Randvoorwaarden & indicatie mogelijke knelpunten Een randvoorwaarde die relevant is voor het behalen van de doelstellingen is het geven van uitvoering aan de Routekaart MJA ICT. Hiermee kan nadrukkelijk de enabling kant naar voren worden gehaald en kunnen de kansen in kaart worden gebracht. Een andere randvoorwaarde daarbij is dat een eenduidige methodiek moet worden opgesteld voor de toerekening van energiebesparing naar de ICT-sector en de sector waar de besparing zelf concreet wordt gerealiseerd. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 19

HOOFDSTUK 5 Monitoring 5.1 WIJZE MJA-MONITORING De monitoring van de ontwikkeling van de energie-efficiency van de ICT bedrijven zal conform het Monitoring Protocol MJA3 en de Handreiking Monitoring MJA3 uitgevoerd worden. Het platform MJA3 heeft op 3 februari 2010 de nieuwe methodiek energie-efficiency vastgesteld. De uitgangspunten voor de nieuwe methodiek worden ontleend aan het convenant zelf. Primair doel van het convenant is energiebesparing. Omdat het convenant mede invulling geeft aan de landelijke besparingsdoelstellingen, wordt hier ook rekening mee gehouden. Belangrijke andere uitgangspunten voor de nieuwe methodiek zijn: het convenant is gebaseerd op drie pijlers: procesefficiëntie, ketenefficiëntie en duurzaamheid; de twee pijlers procesefficiëntie en ketenefficiëntie streven beide naar efficiëntieverbetering van het energieverbruik; efficiëntieverbetering wordt gebaseerd op uitgevoerde energiebesparende maatregelen en niet ook op andere factoren die het energieverbruik beïnvloeden; alle inspanningen van bedrijven gericht op energiebesparing in het productieproces en in de keten en de inzet van duurzame energie, worden gehonoreerd: zij worden in absolute omvang (Joule) gewaardeerd en gerapporteerd; in de vergelijking van de convenantresultaten met de landelijke besparingsdoelstelling telt alleen de energiebesparing in het productieproces en in de productieketen in Nederland mee als efficiëntieverbetering; de energie die de bedrijven nog nodig hebben, dient zo veel mogelijk duurzaam te zijn, waarbij deze duurzame energie bestaat uit opwekking en inkoop; inzet van duurzame energie wordt niet gepresenteerd als efficiëntieverbetering maar separaat als aandeel duurzame energie; op sectorniveau worden alle inspanningen van bedrijven in hun absolute omvang geaggregeerd. Rapportage vindt op dezelfde wijze plaats als bij bedrijven, met een uitdrukkelijke plaats voor cijfermatige onderbouwing en kwalitatieve toelichting van volume-effecten en omgevingsfactoren; de nieuwe methode moet vooral pragmatisch, goed uitvoerbaar en transparant zijn. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 20

5.2 INDICATOREN ENERGIE-EFFICIENCY De indicatoren voor energie-efficiency van de ICT bedrijven is afhankelijk van de betrokken deelsector. Onderstaand worden de indicatoren van de verschillende deelsectoren toegelicht 6. Voor de bedrijven waar sprake is van een combinatie van activiteiten vanuit verschillende deelsectoren, zal voor de beoordeling van de energie-efficiency ook van een combinatie van indicatoren gebruik worden gemaakt. De ICT sector wenst de indicatoren voor energie-efficiency in de reguliere MJA-rapportages op te nemen. Deelsectoren Hardware en Software De activiteiten binnen de deelsectoren hardware en software hebben het karakter van kantooractiviteiten en zijn vergelijkbaar met andere sectoren in de zakelijke dienstverlening. Er vindt in Nederland geen productie van apparatuur plaats. De indicator voor energieefficiency is het energiegebruik per m 2 vloeroppervlak (GJ/m 2 ). Optioneel kan deze indicator worden aangevuld met het energiegebruik per fte (GJ/fte) of werkplek (GJ/werkplek). Een ontwikkeling zoals het nieuwe werken maakt het gebruik van deze indicatoren wenselijk. Deelsector Datacenters Een veel gebruikte indicator voor de energie-efficiency van een datacenter is de PUE (=Power Usage Effectiveness). De PUE wordt als volgt berekend: PUE P P totaal ICT apparatuur [ MW ] [ MW ] PUE gaat uit van vermogen en is in principe een momentopname. Voor de beoordeling over een langere tijdsperiode moet uitgegaan worden van energieverbruik uitgedrukt in de factor EUE: Energy Usage Effectiveness. EUE E E totaal ICT apparatuur [ MWh] [ MWh] Een indicator (prestatiemaat) gebaseerd op de verhouding tussen het totaal energiegebruik van het datacenter en het ICT-gerelateerde energiegebruik is op dit moment de beste indicator die breed toepasbaar is voor de energie-efficiency van een datacenter in de MJA. Om een stap verder te gaan en de energie-efficiency van de IT-services zelf vast te stellen, is nu nog niet op een uniforme wijze haalbaar. Daar waar mogelijk (en de gegevens beschikbaar zijn) mag verfijning plaatsvinden middels een extra indicator gericht op de efficiency van de IT-services. 6 Bron: Prestatiematen binnen de ICT sector, Agentschap NL en ICT~Office, 11 maart 2010. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 21

Deelsector Telecom De beoordeling van de energie-efficiency van telecommunicatie bedrijven zijn drie indicatoren beschikbaar: Data getransporteerd [TB]. Klanten [aantal aansluitingen] of [aantal simcards]. Netwerkcapaciteit [GB/s] of [aantal antennes]. Op basis van berekeningen met de praktijkgegevens over de jaren 2005-2009 van telecommunicatie bedrijven blijkt dat op basis van deze drie indicatoren een representatieve weergave van de ontwikkeling energie-efficiency wordt verkregen. De toewijzing van het primair energiegebruik over de drie prestatiematen zal gedeeltelijk op basis van een verdeelsleutel moeten geschieden. Deze verdeelsleutel is maatwerk voor een bedrijf en dient door het bedrijf onderbouwd te worden. 5.3 INVLOEDSFACTOREN De grootste invloedsfactor zijn de technische ontwikkelingen in de ICT-sector zelf. De afgelopen 40 jaar is de rekenkracht per kosteneenheid van computers elke 18-24 maanden verdubbeld. En het einde is nog niet in zicht. Datacommunicatie verdubbelt bijna jaarlijks. Zo wordt in de periode 2010-2015 verwacht dat het mobiel internetverkeer met een factor 26 groeit. Deze sterke veranderingen, in combinatie met het feit dat de productie omvang in de ICTsector niet eenvoudig te meten is, maakt het beoordelen van de verschillende invloeden op de energie-efficiency een complexe aangelegenheid. Datacenters Voor datacenters speelt de bezettingsgraad van de vloer of racks een significante rol. Nieuwe datacenters krijgen veelal te maken met een eerste periode waarin de bezetting van het datacenter relatief laag is: een ontsparend effect. Klimaatinvloed Het klimaat is een externe invloedsfactor op het energiegebruik voor ruimte koeling en verwarming. Voor een klimatologische vergelijking wordt gebruik gemaakt van de zogenaamde graaddagenmethode, waarin rekening wordt gehouden met de buitentemperatuur. Hoe meer graaddagen in een jaar, hoe lager de gemiddelde buitentemperatuur is geweest; dus een kouder jaar. Voor het vaststellen van de invloed van klimaat op energiegebruik voor ruimtekoeling wordt gebruik gemaakt van koelgraaddagen. Voor kantoorgebouwen wordt, net als in andere dienstensectoren, gerekend met een referentietemperatuur van 18 C. De buitentemperatuur is ook van invloed op het energiegebruik voor koeling in datacenters. Echter een uniforme wijze voor het kwantitatief vaststellen van deze invloed is (nog) niet beschikbaar. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 22

HOOFDSTUK 6 Focus brancheinitiatieven 6.1 KETENEFFICIENCY & DUURZAME ENERGIE ICT speelt een grote rol in de innovatie van Nederland. De toepassing van ICT is niet altijd zichtbaar, maar zowel op de voor- als achtergrond speelt ICT een belangrijke rol in diverse sectoren. Een aantal voorbeelden van duurzame ICT-oplossingen staat hieronder weergegeven. Het geeft duidelijk aan dat de toepassing van ICT-oplossingen effect heeft op de energiehuishouding van een organisatie, maar tevens vele positieve neveneffecten veroorzaken, zoals vermindering van CO2-uitstoot. Enkele voorbeelden: Sensornetwerken die het vochtgehalte van een gewas meten en zorgen voor een optimaal gebruik (en dus besparing) van water. Volledig ICT-gestuurde kassen (klimaatbeheersing, gewasproces, energiegebruik, energietransitie). Elektronische vrachtbrieven zorgen voor grote efficiencywinst en enorme kostenbesparingen binnen de transportsector. Slimme software kan de beladingsgraad van vrachtwagens verhogen en de meest optimale route berekenen, dit bespaart brandstof en CO2-uitstoot. Het smart grid is essentieel voor nieuwe ontwikkelingen, zoals het elektrisch rijden. Het smart grid is een groot ICT-project met afrekensystemen en complexe rekenmodellen voor het efficiënt gebruik van het energienetwerk. Slimme software kan het energiebeheer in chemische (productie)processen optimaliseren. RFID kan helpen om zeldzame grondstoffen uit afgedankte spullen te lokaliseren en terug te winnen. ICT kan zorgen om de kwaliteit van het water effectief te meten en te filteren om zo een betere kwaliteit te bereiken. Serious gaming kan in opleidingen realistische leersituaties mogelijk maken. Zo kunnen de eerste rijlessen bijvoorbeeld in een simulator gegeven worden. 6.2 MOGELIJK GEZAMENLIJKE AANPAK ICT~Office heeft als brancheorganisatie een brede rol om alle aspecten die de ICT-bedrijven in Nederland raken mee te nemen in haar acties. Voor de komende jaren zijn de volgende drie prioriteiten gesteld: Mensen, Kennis en Business. Vanuit deze drie hoofdthema s wordt een aantal kernprogramma s uitgevoerd, gericht op het verbeteren van de relatie met de overheid, de wetenschap, het onderwijs, ICT-gebruikende sectoren en de duurzame relatie met de maatschappij. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 23

Vanuit het thema Business wordt duurzame groei met ICT gezien als één van de speerpunten van de sector. Duurzaamheid door zelf efficiënter en slimmer te werken (kostenreductie en productiviteitstijging) en duurzaamheid door in andere sectoren energie te besparen. Het is belangrijk voor de ICT-sector om na te blijven denken over het efficiënt gebruik van energie. Energiebesparing is niet slechts een idealistisch streven om het milieu voor volgende generaties te behouden, maar een noodzaak voor bedrijven om economisch mee te kunnen blijven doen. De steeds hogere energiekosten beginnen hun tol te eisen op de operationele kosten en energiezuinige apparatuur kan haar hogere aanschafprijs vaak ruimschoots compenseren. Daarbij is groene technologie een belangrijke onderscheidende factor geworden tussen leveranciers, business partners en dienstenaanbieders. Veel organisaties selecteren hun leveranciers op basis van hun groene status. De overstap naar duurzaamheid wordt dus niet alleen vanwege de lagere kosten van de concurrentie of vanwege ideologische en maatschappelijke redenen gedaan, maar ook en vooral vanwege de garantie op continuïteit. Een goede business case is hier onontbeerlijk. 6.3 GEPLANDE ACTIES ZEKERE OPTIES, INVULLING VOORWAARDELIJKE ACTIVITEITEN & NADER TE BESTUDEREN OPTIES Naast de activiteiten van individuele ICT-bedrijven zijn collectieve branche-initiatieven zeker zo belangrijk. Hieronder volgt een overzicht van (mogelijke) initiatieven door ICT~Office. ICT gaat voor groen Het digitale platform ICT gaat voor groen en streeft naar energie-efficiency met behulp van ICT, oftewel hoe we meer met minder kunnen doen. Het efficiënter gebruik maken van energie is de eerste stap op weg naar een duurzame maatschappij. In een besloten netwerk worden kennis en gegevens uitgewisseld, zijn er werkgroepen actief, vindt u blogs en achtergronddocumenten en kunt u vragen stellen aan leden van het platform. MJA-bedrijvendagen De MJA-bedrijvendagen zijn bedoeld voor deelnemers aan de Meerjarenafspraak energieefficiency en worden georganiseerd om het MJA-netwerk te versterken en de deelnemers te informeren over alle relevante ontwikkelingen. MJA-deelnemers krijgen tijdens deze bijeenkomst een gevarieerd programma voorgeschoteld, dat dient als food for thought wat betreft het vormgeven van de visie op het gebied van ICT en duurzaamheid. Bedrijven oefenen steeds meer zelf invloed op dit programma uit. ICT~Office treedt op als gastheer van de MJA-bedrijvendagen. Routekaart MJA In de meerjarenafspraak energie-efficiency hebben de Nederlandse overheid en het bedrijfsleven afgesproken te streven naar 30% energie-efficiencyverbetering in 2020 ten opzichte van 2005. Om verder te gaan dan 30% is optimaliseren niet genoeg, maar moeten grotere veranderingen plaatsvinden. Een belangrijk hulpmiddel bij het realiseren hiervan zijn de voorstudies en de routekaarten, waarin de MJA3-sectoren sectoraal onderzoeken hoe zij invulling kunnen geven aan de hypothese van 50% energie-efficiency in 2030. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 24

De ICT-sector heeft onlangs de voorstudie op de ontwikkeling van een routekaart afgerond en heeft groen licht gekregen voor het opzetten van een routekaart. De Routekaart geeft inhoud en richting aan de strategische sectorvisie en laat zien welke wegen bewandeld kunnen worden om de energie-efficiency in 2030 hypothetisch met vijftig procent te verbeteren ten opzichte van 2005. De Routekaart zorgt voor meer synergie in de ICT-sector en ondersteunt de branche als geheel in het creëren van een gemeenschappelijk toekomstbeeld. MJA-bureau ICT~Office heeft een MJA-bureau ingericht om leden en niet-leden te faciliteren als het gaat om activiteiten zoals de MJA-bedrijvendagen en het opstellen van tools op de website. Ook worden zo de MJA-deelnemers in de ICT sector bijgestaan met een helpdeskfunctie. Energie-efficiency calculatoren Door slim gebruik te maken van ICT kunnen ook andere sectoren energie besparen, bijvoorbeeld door steeds meer diensten in elektronische vorm te leveren. Om deze besparingen in kaart te brengen heeft ICT~Office in samenwerking met Agentschap NL een ketenhelpdesk ingericht. Deze helpdesk heeft als doel de ICT-effecten in de keten helder te maken door middel van concrete rekenvoorbeelden. Er zijn studies gedaan naar onder andere: e-factureren; datacenters; thuiswerken en leaseauto s; gebruik van thin cliënts, desktops en laptops op kantoor en een inzamelsysteem voor afgedankte ICT-apparatuur. Gezamenlijke inkoop groene energie Onderzoek naar de mogelijkheden van gezamenlijke inkoop van groene energie. Ruimtetemperatuur datacenters Door de standaard ruimtetemperatuur in datacenters te verhogen kan een aanzienlijke hoeveelheid energie bespaard worden. Datacenters durven dit echter niet altijd aan of moeten hun klanten overtuigen dat het niet de levensduur of de werking van hun apparatuur beïnvloed. Wat kan de sector doen om de koeltemperatuur in datacenters te verhogen? Voorlichting? Communicatie? Standaarden Helpen opstellen van standaarden met betrekking tot smart grid en/of e-rijden zodat dit sneller en succesvoller geïmplementeerd kan worden. Infrastructuur Gezamenlijke afspraken maken. Lobby Lobby bij overheid en Tweede Kamer. Topsectoren Aanhaken bij topsectoren EL&I. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 25

6.4 ROL- EN TAAKVERDELING In de MJA3 tekst is de rol- en taakverdeling van de betrokken partijen in detail beschreven. Voor de bedrijven, ICT~Office en Agentschap NL is de rol- en taalverdeling in grote lijnen: Bedrijven De ICT bedrijven hebben zich met het ondertekenen van het MJA3 gebonden aan een inspanningsverplichting om tot een 2% energie-efficiency verbetering te komen per jaar. Hoe zij verwachten dit te bereiken is vastgelegd in het energie-efficiencyplan. ICT~Office ICT~Office overlegt met het Ministerie van EL&I, de vertegenwoordiger van het bevoegd gezag en Agentschap NL over de maatregelen die de sector neemt in het kader van de MJA Energie-efficiency. Dit gebeurt middels de formeel ingestelde overleggroep energie efficiency (OGE). In de OGE worden de verschillende deelsectoren door een bedrijf vertegenwoordigd. De rol van een brancheorganisatie als ICT~Office is overwegend coördinerend en stimulerend (zie ook hoofdstuk 6.3). Agentschap NL Het Agentschap NL biedt ondersteuning aan om de energie efficiency te verbeteren. Bijvoorbeeld met hulpmiddelen, waarmee (energie)besparing geïdentificeerd en gerealiseerd kan worden. Bovendien ziet Agentschap NL namens de overheid toe op de naleving van het MJA3. 6.5 RANDVOORWAARDEN Een randvoorwaarde die relevant is voor het behalen van de doelstellingen is het geven van uitvoering aan de Routekaart MJA ICT. Hiermee kan nadrukkelijk de enabling kant naar voren worden gehaald en de kansen voor andere sectoren in kaart worden gebracht. Daarnaast zullen toegezegde budgetten en regelgeving vanuit de overheid onveranderd moeten blijven om afspraken over een langere termijn te kunnen maken. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 26

BIJLAGE 1 Deelnemers MJA ICT Tabel 7 Overzicht deelnemers MJA ICT sector Naam bedrijf AFAS Holding B.V. Atos Origin Nederland B.V. BT Nederland N.V. Canon Nederland N.V. Capgemini Nederland B.V. Centric Holding B.V. Cisco Systems International B.V. COLT Technology Services BV DataCenter Fryslân B.V. The Datacenter Group Amsterdam BV (DCGA)* Dell B.V. Easynet Nederland B.V.* Equinix Netherlands B.V.* eunetworks B.V. EvoSwitch Netherlands B.V. Fujitsu Technology Solutions B.V. Global Switch Amsterdam B.V.* Gyro-DC holding b.v.* Hewlett-Packard Nederland B.V. IBM Nederland B.V. Imtech ICT Nederland BV Intel International B.V. Interconnect Services B.V.* Interxion Nederland B.V. Koninklijke KPN N.V. Level 3 Communications B.V. Microsoft B.V. Oracle Nederland B.V. Ordina Consulting B.V. SAP Nederland B.V.* Vancis B.V. (voorheen SARA) Sogeti Nederland B.V. Telehousing Exploitatie BV (TCN SIG) TelecityGroup Netherlands B.V. UPC Nederland B.V.* Vodafone Libertel B.V. Plaats Leusden Utrecht Amsterdam Z-O Amstelveen Utrecht Gouda Amsterdam Amsterdam Leeuwarden Amsterdam Amsterdam Amsterdam Enschede Amsterdam Haarlem Maarssen Amsterdam Amsterdam Amstelveen Amsterdam Capelle aan den IJssel Schiphol-Rijk s-hertogenbosch Schiphol-Rijk Den Haag Amsterdam Schiphol Rijk Utrecht Nieuwegein Den Bosch Amsterdam Vianen Groningen Amsterdam Amsterdam Maastricht * Deze acht bedrijven zijn recent toegetreden en beschikte daarom ten tijde van het opstellen van het MJP nog niet over een EEP. In dit MJP zijn de maatregelen van deze bedrijven dus niet opgenomen. 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 27

BIJLAGE 2 Totaal overzicht besparingspotentieel EEP's ICT-sector 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 28

Categorie Procesmaatregelen Aantal Energiebesparing Aantal Energiebesparing Aantal Energiebesparing Aantal Energiebesparing Aantal Energiebesparing (stuks) (TJ) (%) (stuks) (TJ) (%) (stuks) (TJ) (%) (stuks) (TJ) (%) (stuks) (TJ) (%) Energieefficiencyverbeterin g Energieefficiencyverbeterin g Energieefficiencyverbeterin g Energieefficiencyverbeterin g Energieefficiencyverbeterin g Processen 37 234 1,8% 22 412 3,2% 3 5 0,0% 59 646 5,0% 62 651 5,0% Utilities en gebouw en 158 422 3,3% 36 252 1,9% 38 93 0,7% 194 673 5,2% 232 767 5,9% Good housekeeping 82 58 0,4% 6 90 0,7% 19 1 0,0% 88 148 1,1% 107 149 1,1% Strategische projecten 12 350 2,7% 1 8 0,1% 2 171 1,3% 13 358 2,8% 15 529 4,1% Subtotaal procesmaatregelen 289 1.064 8,2% 65 762 5,9% 62 270 2,1% 354 1.826 14,1% 416 2.096 16,2% Duurzame energie Eigen opw ek omgevingsw armte 1 7 0,1% 2 3 0,0% 1 7 0,1% 3 10 0,1% Eigen opw ek zonnestroom 1 0,2 0,0% 4 0,4 0,0% 1 0,2 0,0% 5 1 0,0% Eigen opw ek zonnew armte 1 1 Eigen opw ek w indenergie 1 0,04 0,0% 1 3 0,0% 2 3 0,0% 2 3 0,0% Inkoop: duurzame elektriciteit 11 1.694 13,1% 3 1.389 10,7% 14 3.083 23,8% 14 3.083 23,8% Subtotaal duurzame energie 12 1.694 13,1% 6 1.399 10,8% 7 4 0,0% 18 3.093 23,8% 25 3.096 23,9% Ketenefficiency Zeker Voorw aardelijk Totaal zeker, voorwaardelijk en onzeker Materiaalbesparing 1 0,05 0,0% 1 2 51 0,4% 2 0,05 0,0% 4 51 0,4% Optimalisatie distributie 19 38 0,3% 5 1 0,0% 8 3 0,0% 24 39 0,3% 32 42 0,3% Samenw erking op locatie 7 57 0,4% 2 2 0,0% 7 57 0,4% 9 59 0,5% Vermindering energiegebruik tijdens productgebruik 2 189 1,5% 2 189 1,5% Optimalisatie functievervulling 6 18 0,1% 1 0,2 0,0% 5 4 0,0% 7 18 0,1% 12 21 0,2% Subtotaal ketenmaatregelen 33 112 0,9% 7 2 0,0% 19 248 1,9% 40 114 0,9% 59 362 2,8% Totaal 334 2.871 22,1% 78 2.162 16,7% 88 522 4,0% 412 5.033 38,8% 500 5.555 42,8% Onzeker Totaal zeker en voorwaardelijk 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 29

BIJLAGE 3 Overzicht energiedragers met stookwaarde en CO 2 - emissiefactoren Tabel 8 Overzicht energiedragers Energiedrager Stookwaarde Eenheid CO 2-emissiefactor GJ/eenheid kg CO 2/GJ kg CO 2/eenheid (Overige bitumineuze) steenkool 24,5 ton 94,7 2.320 ton Aardgas 0,03165 Nm3 56,6 1,79 Nm3 Aardgascondensaat 44 ton 63,1 2.776 ton Afval 10 ton 105,7 1.057 ton Antraciet 26,6 ton 98,3 2.615 ton Biomassa vast 15,1 ton 109,6 1.655 ton Biomassa vloeibaar 39,4 ton 71,2 2.805 ton Biomassa gasvormig 0,0218 Nm3 90,8 1,98 Nm3 Bitumen 41,9 ton 80,7 3.381 ton Bitumineuze leisteen 9,4 ton 106,7 1.003 ton Bruinkool 20 ton 101,2 2.024 ton Chemisch restgas 45,2 GJ 66,7 3.015 GJ Cokeskolen 28,7 ton 94 2.698 ton Cokeskolen (basismetaal) 28,7 ton 89,8 2.577 ton Cokeskolen (cokeovens) 28,7 ton 95,4 2.738 ton Cokesoven/ gascokes 28,5 ton 111,9 3.189 ton Cokesovengas 1 GJ 41,2 41,20 GJ Elektriciteit 9 MWh 74,6 671 MWh Ethaan 45,2 ton 61,6 2.784 ton Fosforovengas 0,0116 Nm3 149,5 1,73 Nm3 Gas-/dieselolie 42,7 ton 74,3 3.173 ton Hoogovengas 1 GJ 247,4 247 GJ Industrieel fermentatiegas 0,0233 Nm3 84,2 1,96 Nm3 Kerosine luchtvaart 43,5 ton 71,5 3.110 ton Koolmonoxide 0,0126 Nm3 155,2 1,96 Nm3 Leisteenolie 36 ton 73,3 2.639 ton LPG 45,2 ton 66,7 3.015 ton Methaan 0,0359 Nm3 54,9 1,97 Nm3 Motorbenzine 44 ton 72 3.168 ton Nafta's 44 ton 73,3 3.225 ton Orimulsion 27,5 ton 80,7 2.219 ton Overige oliën 40,2 ton 73,3 2.947 ton Oxystaalovengas 1 GJ 191,9 192 GJ Petroleum 43,1 ton 71,9 3.099 ton Petroleumcokes 35,2 ton 100,8 3.548 ton Primaire energie 1000 TJ 56,1 56.100 TJ Raffinaderij grondstoffen 44,8 ton 73,3 3.284 ton Raffinaderijgas 45,2 ton 66,7 3.015 ton Ruwe aardolie 42,7 ton 73,3 3.130 ton RWZI biogas 0,0233 Nm3 84,2 1,96 Nm3 Smeeroliën 41,4 ton 73,3 3.035 ton Steenkoolbriketten en bruinkoolbriketten 23,5 ton 94,6 2.223 ton Steenkoolcokes/cokes 29 ton 103 2.987 ton Stortgas 0,0195 Nm3 100,7 1,96 Nm3 Sub-bitumineuze kool 20,7 ton 96,1 1.989 ton Turf 10,8 ton 106 1.145 ton Warmte 1110 TJ 56,1 62.271 TJ Waterstof 0,0108 Nm3 0 0,00 Nm3 Zware stookolie 41 ton 77,4 3.173 ton 075603046:0.3 - Concept ARCADIS 30