e x p r e s s i e Muziek Pompoenlied Doelen 1 De kleuters kunnen genieten van succeservaringen op het vlak van prestaties en sociaal contact (ik kan al ). (2) (WO 3.3) 2 De kleuters kunnen een eenvoudig ritme of een eenvoudige melodie herkennen. (40) (MV 2.2) 3 De kleuters kunnen vertrouwd worden met samenklank, dynamiek, klankkleur, structuur en vorm. (40) (MV 2.1) 4 De kleuters kunnen plezier beleven aan het spreekzingen en zingen van de leid(st)er, meezingen, muziek beluisteren of aan ritmespelletjes. (40) (MV 2.5) 5 De kleuters kunnen de uitdrukkingsmogelijkheden van muziek kennen en gebruiken. (40) (MV 2.3) 6 De kleuters kunnen identieke klanken bij eindrijmen herkennen. (73) (N 5.5) 7 De kleuters kunnen gepast reageren op een gezongen zin van de leid(st)er. (77) (MV 3.5) Materiaal * Bijlage 1 en 2 pagina 151 en 153 * Werkblad 4 pagina 14 * Een groot wit, groen, rood, paars, bruin... doek Voortaak Je kunt het liedje regelmatig zingen terwijl de kleuters aan het werk zijn. Je zult merken dat sommigen onder hen al heel snel mee neuriën of meezingen, al zijn het maar korte stukjes. 148 BC 3 Kijk! Griezelleuke pompoenen
e x p r e s s i e 1 Introductie 2 Kern De kleuters zitten in de kring. Ze vertellen wat ze al weten over spoken, heksen, heksensoep, pompoenen... 2.1 Liedje aanleren Aan de hand van wat de kleuters aanbrengen, kun je enkele passages uit het lied al eens in de verf zetten door die ritmisch te zeggen en/of te zingen: witte spoken kikkerbillen koken heksen zweven pompoenen aan de deur Ook bij de andere fragmenten geef je een woordje uitleg. Je kunt nu het liedje eens helemaal zingen. 2.2 Reageren op Je kunt vertellen dat er spoken bestaan in alle kleuren. Je toont de gekleurde doeken, de kleuters benoemen de kleuren. Enkele kleuters verkleden zich als spook. Ze slaan een van de gekleurde doeken om. Je legt uit aan de kleuters dat zij samen de kleur mogen zeggen die jij aanwijst na het zingen van de zin: hij wil een andere kleur. Tegelijk mag het spook dat die kleur heeft rechtspringen. Je zingt het lied tot alle spoken aan bod zijn gekomen. De kleuters mogen de fragmenten die ze al kennen, meezingen. Andere kleuters kunnen nu de spoken worden. 2.3 Als afsluiter 3 Evaluatie en reflectie De kleuters stappen rond en zingen het liedje mee. Het spook dat genoemd wordt, mag in de kring gaan. Naargelang er spoken bijkomen, dansen ze samen in de kring. 3.1 De kleuter blikt terug Proces IK zeg De kleuter denkt - Konden jullie iets vertellen over spoken, - Kon ik daar iets over vertellen? heksen, heksensoep of pompoenen? Product IK zeg De kleuter denkt - Konden jullie het liedje al meezingen? - Kon ik het liedje meezingen? BC 3 Kijk! Griezelleuke pompoenen 149
e x p r e s s i e 3.2 Ik blik terug Proces - Heb ik de kleuters voldoende afwisseling geboden bij het aanleren van het lied? Product - Kunnen de kleuters fragmenten uit het lied meezingen? 3.3 Ik kijk naar de kleuters Ik kijk in het bijzonder naar Doel 2. De kleuters kunnen een eenvoudig ritme of een eenvoudige melodie herkennen. Dit doel vind je in de observatielijst bij Muzische ontwikkeling 40 muzisch omgaan met geluiden en muziek P 1K 2K 3K een eenvoudig ritme of een eenvoudige melodie herkennen vertrouwd worden met samenklank, dynamiek, klankkleur, structuur en vorm 1K/2K X 3K / Ik observeer - Sommige kleuters kunnen maar enkele flarden of woorden meezingen. Ik remedieer - Ik forceer niets. Gedurende het hele BC zing ik het lied regelmatig terwijl de kleuters aan het spelen zijn. Ik herhaal het lied af en toe als tussendoortje met de hele groep kleuters. 4 Tips - Als variatie kun je gekleurde maskers van spoken, door de kleuters gemaakt, laten hanteren in plaats van de gekleurde doeken. Je kunt ook een combinatie van de twee doen. 150 BC 3 Kijk! Griezelleuke pompoenen
Bijlage 1 e x p r e s s i e BC 3 Kijk! Griezelleuke pompoenen 151
Bijlage 2 e x p r e s s i e Pompoenlied Tekst en muziek: Steef Coorevits ROOD! PAARS! BRUIN! BC 3 Kijk! Griezelleuke pompoenen 153