EDELE METALEN PSC 149.03 CAO 2011-2012
Inhoud Inhoud Nationaal akkoord voor de sector edele metalen.........3 Inkomen.......................................4 Index........................................4 Jongerenlonen.................................4 Maaltijdcheques................................4 Vervoerkosten.................................5 Eindejaarspremie...............................6 Bestaanszekerheid.............................7 Toeslag bij tijdelijke werkloosheid................7 Toeslag bij volledige werkloosheid................7 Toeslag voor oudere werklozen..................8 Toeslag bij ziekte.............................8 Toeslag bij brugpensioen.......................8 Werk...........................................9 Werkzekerheidsclausule en overleg bij meervoudig ontslag..9 Uitzendarbeid.................................9 Opbouw anciënniteit............................9 Begeleidingspremie............................10 Opzegtermijnen...............................11 Carenzdag...................................11 Flexibiliteit...................................12 Loopbaan.....................................13 Brugpensioen................................13 Klein verlet...................................14 Tijdkrediet en loopbaanvermindering...............14 Anciënniteitverlof..............................15 Vorming en opleiding............................15 Vakbondsaanwezigheid in de onderneming..........16 Syndicale voordelen.............................17 Syndicale premie..............................17 Andere voordelen.............................17 2
Nationaal akkoord voor de sector edele metalen Beste, De onderhandelingen tussen de werkgevers en de vakbonden van de sector edele metalen zijn achter de rug. Een Collectieve Arbeidsovereenkomst (CAO), geldig voor 2011-2012, werd ondertekend. Deze CAO bevat de arbeidsvoorwaarden van toepassing voor alle arbeiders en alle bedrijven binnen de sector edele metalen. Dankzij ACV-CSC METEA staat de index niet ter discussie, worden de verschillende systemen brugpensioen verlengd en hebben we vooruitgang geboekt op het vlak van zekerheid van inkomen en werk en van kwaliteit van de arbeid. Nationaal akkoord voor de sector edele metalen In deze brochure vindt u alle belangrijke elementen uit de CAO, aangevuld met algemene informatie die de sector aanbelangt. Nieuwe zaken herkent u aan het icoontje. Indien u nog vragen hebt rond deze bepalingen, raadpleeg dan uw ACV-CSC METEA afgevaardigde. Veel leesplezier, ACV-CSC METEA 3
Inkomen Inkomen Index De automatische koppeling van de lonen aan de index blijft behouden. Alle lonen worden jaarlijks geïndexeerd. Zowel de effectieve lonen, als de baremieke lonen (van de sector) dienen geïndexeerd. De indexering zal gebeuren op volgende data: 1 februari 2011 1 februari 2012 De lonen worden die dag telkens verhoogd "volgens de reële inflatie". Concreet betekent dit dat de lonen op 1 februari 2011 reeds verhoogd werden met 2,60 %. Om de reële inflatie op 1 februari te bepalen wordt het indexcijfer van de maand januari vergeleken met het indexcijfer van de maand januari van het vorige jaar. Jongerenlonen De leeftijdsdiscriminatie voor jongeren van minder dan 18 jaar wordt weggewerkt. Maaltijdcheques Sedert 1 juli 2009 bestaat er een sectorale regeling rond maaltijdcheques waardoor alle arbeiders uit de sector recht hebben op maaltijdcheques Vanaf 1 april 2012 wordt het aandeel van de werkgever in de maaltijdcheque verhoogd met 0,32, waardoor de nominale waarde van de maaltijdcheque 2,50 bedraagt. 4
Vanaf 1 oktober 2012 wordt het aandeel van de werkgever in de maaltijdcheque verhoogd met 0,30, waardoor de nominale waarde van de maaltijdcheque 2,80 bedraagt. Inkomen Het aandeel van de werknemer blijft behouden op 1,09 per dag. Deze eigen bijdrage wordt afgehouden van het loon. In de bedrijven waar men, door deze verhogingen, boven het maximumbedrag van 7,00 komt, dient het resterend gedeelte omgezet te worden in een gelijkwaardig netto voordeel. Specifieke modaliteiten inzake toekenning dienen afgesproken te worden op ondernemingsvlak via een collectieve arbeidsovereenkomst. Vervoerkosten Openbaar vervoer: terugbetaling a rato van ongeveer 75 % van de kost van het openbaar vervoertarief Privévervoer: wie met eigen vervoer naar het werk komt, ontvangt een dagvergoeding. Deze dagvergoeding is gelijk aan de werkgeversbijdrage in het weekabonnement van de NMBS gedeeld door 5. Deze tussenkomst werd geïndexeerd op 1 februari 2011. Fietsvergoeding: wanneer een arbeider met de fiets naar het werk gaat ontvangt hij een fietsvergoeding van 0,21 per kilometer, met een minimum van het dagbedrag voor een verplaatsing van het privé vervoer. De bijdrage van de werkgever in de kosten van het openbaar en privé vervoer vind je in onze publicatie over vervoerkosten. Deze bevat de bedragen voor 2011 en is ter beschikking in de secretariaten van ACV-CSC METEA. 5
Inkomen Eindejaarspremie De eindejaarspremie is gelijk aan een dertiende maand, of het uurloon van 1 december vermenigvuldigd met het aantal uren per maand. Dat aantal verschilt volgens het betaalregime. 40 uren per week: 173,33 uren 39,5 uren per week: 171,17 uren 39 uren per week: 169,00 uren 38,5 uren per week: 166,83 uren 38 uren per week: 164,67 uren 37,5 uren per week: 162,50 uren Als de wekelijkse arbeidsduur daar ergens tussenin valt, moet deze formule gebruikt worden: uurloon op 1 december x wekelijkse arbeidsduur x 52 12 6 Voorwaarden: Op 1 december van het beschouwde jaar ten minste drie maanden ingeschreven zijn in het personeelsregister. Wie op 30 november geen jaar anciënniteit heeft, krijgt één twaalfde per maand tewerkstelling (pro rata). Een begonnen maand telt als volledig gepresteerde maand, als de arbeider vóór de 16de in de onderneming ingeschreven is. Er is eveneens pro rata in de volgende gevallen: ontslag door de werkgever einde contract van bepaalde duur of tijdelijk contract van minstens drie maanden beëindiging van het contract wegens overmacht Men betaalt een volledige premie in geval van: pensioen brugpensioen overlijden
Wie vrijwillig de onderneming verlaat, verliest zijn recht op de premie. Sommige afwezigheden worden onder bepaalde voorwaarden met effectieve prestaties gelijkgesteld: zwangerschapsverlof en vaderschapsverlof arbeidsongeval ongeval of gewone ziekte: maximum 40 arbeidsdagen per refertejaar tijdelijke werkloosheid: maximum 40 arbeidsdagen per refertejaar. Inkomen Bestaanszekerheid Toeslag bij tijdelijke werkloosheid Vanaf 1 juli 2011 worden de aanvullende vergoedingen bij tijdelijke werkloosheid geïndexeerd met 2,28 % en tegelijkertijd verhoogd. Hierdoor bedraagt deze aanvullende vergoeding vanaf 1 juli 2011 7,04 per werkloosheidsvergoeding of 3,52 per halve werkloosheidsvergoeding. Toeslag bij volledige werkloosheid 5,69 per werkloosheidsuitkering 2,85 per halve werkloosheidsuitkering Voor arbeiders die volledig werkloos worden, is het aantal uitkeringen bij volledige werkloosheid beperkt tot maximum 200 dagen voor wie jonger is dan 45 jaar en 300 dagen vanaf 45 jaar. Toeslag voor oudere werklozen Bij ontslag vanaf 50 jaar ontvangt de arbeider vanaf 57 jaar 87,42/maand. Bij ontslag vanaf 50 jaar én met 38 jaar anciënniteit in de sector, ontvangt de arbeider van 50 tot 57 jaar 5,69 per dag en vanaf 57 jaar 87,42 per maand. 7
Inkomen Toeslag bij ziekte Bij ziekte en gewoon ongeval ontvangt de arbeider een maandelijkse vergoeding van: Na 60 dagen 84,58 Na 120 dagen 84,58 Na 180 dagen 110,13 Na 240 dagen 110,13 Na 300 dagen 110,13 Na 365 dagen 110,13 Na 455 dagen 110,13 Na 545 dagen 110,13 Na 635 dagen 110,13 Na 725 dagen 110,13 Na 815 dagen 110,13 Na 905 dagen 110,13 Na 995 dagen 110,13 Arbeiders vanaf 58 jaar ontvangen bij ziekte en gewoon ongeval een driemaandelijkse uitkering van 110,13 tot aan de pensioenleeftijd, na uitputting van hoger vermelde voordelen. Toeslag bij brugpensioen Het deel van de werkgever valt volledig ten laste van het Sociaal Fonds, met een minimum van 5,69 per dag. 8
Werk Werkzekerheidsclausule en overleg bij meervoudig ontslag Werk De werkgever kan geen meervoudig ontslag doorvoeren vooraleer alle tewerkstellingsbehoudende maatregelen zijn uitgeput zoals tijdelijke werkloosheid en beroepsopleiding. Met meervoudig ontslag bedoelen we: elk ontslag van ten minste 2 arbeiders in ondernemingen met 29 werknemers en minder ten minste 3 arbeiders in ondernemingen van 30 tot 60 werknemers ten minste 6 arbeiders in ondernemingen van 61 werknemers en meer gedurende een periode van 90 kalenderdagen. Uitzendarbeid Ondernemingen kunnen enkel beroep doen op dagcontracten in het kader van uitzendarbeid wanneer vooraf is geweten dat het om een opdracht gaat van minder dan 5 werkdagen. Opbouw anciënniteit Arbeiders nemen hun anciënniteit van contracten van bepaalde duur en uitzendcontracten mee als zij later met een contract van onbepaalde duur worden aangeworven, op voorwaarde dat er tussen deze verschillende contracten geen onderbreking is van meer dan 6 maanden. In deze gevallen mag er geen nieuwe proefperiode voor dezelfde functie worden ingelast. 9
Werk Begeleidingspremie Voor arbeiders die individueel ontslagen worden door de werkgever, werd tot 31 maart 2011 een crisispremie voorzien. Deze crisispremie bedraagt 1 666 euro en wordt nu verlengd tot eind 2011. Vanaf 1 januari 2012 krijgt deze premie een nieuwe naam, de zogenaamde begeleidingspremie. Het gaat eveneens om een netto premie, dus zonder belastingen of sociale bijdragen. Deze premie is ten laste van de RVA. Voor arbeiders die voor 1 januari 2012 in dienst zijn van hun werkgever en na 1 januari 2012 ontslagen worden, bedraagt deze begeleidingspremie: 1 250 voor arbeiders met minder dan 5 jaar anciënniteit 2 500 na 5 jaar anciënniteit 3 750 na 10 jaar anciënniteit. Voor arbeiders die na 1 januari 2012 in dienst treden en ontslagen worden, bedraagt de begeleidingspremie 1 250. Ook deeltijds tewerkgestelde arbeiders ontvangen deze premie in verhouding tot de arbeidsprestaties zoals voorzien in de arbeidsovereenkomst. Komen niet in aanmerking voor deze begeleidingspremie: Beëindiging om dringende redenen Beëindiging tijdens de proeftijd Beëindiging met het oog op brugpensionering Beëindiging met het oog op pensioen. Ontslag binnen de eerste 6 maanden anciënniteit Beëindiging wegens overmacht Beëindiging na onderling overleg 10
Opzegtermijnen Algemeen regime Brugpensioen Werk Anciënniteit WN WG WG - 6 maand 14 d 28 d 28 d 6 maand - 9 jaar 14 d 35 d 28 d 10 14 jaar 28 d 70 d 28 d 15 19 jaar 28 d 98 d 28 d 20 24 jaar 28 d 126 d 56 d 25 29 jaar 28 d 154 d 56 d + 30 jaar 28 d 182 d 56 d d = kalenderdagen Carenzdag Dit is de eerste dag van een korte ziekteperiode (minder dan 14 kalenderdagen) die de werkgever niet betaalt. In de sector edele metalen geldt al sedert 1 juli 2003 (en dit voor onbepaalde duur) dat alle carenzdagen worden betaald, ongeacht de duurtijd van de ziekte. 11
Werk Flexibiliteit De afspraken inzake flexibiliteit worden ongewijzigd verlengd tot en met 30 juni 2013. Voorwaarden: inzake piekperioden de werkgever kan maximum 2 uur per dag en 5 uur per week van de wekelijkse arbeidsduur afwijken maximum 60 arbeidsdagen per jaar mag hij de arbeidsduur overschrijden compensatieperiode 3 maanden keuze van de periode gebeurt vóór 31 december van het voorafgaande kalenderjaar het stelsel en de periode worden bepaald volgens een paritair akkoord tussen werkgever en vakbondsafvaardiging in bedrijven met minder dan 50 werknemers en zonder vakbondsafvaardiging kan de procedure inzake aanpassing van het arbeidsreglement slechts worden gestart uiterlijk de 30 ste dag nadat zij die aanpassing hebben meegedeeld op een vergadering van het Paritair Subcomité. inzake buitengewone vermeerdering van werk: de keuzemogelijkheid voor arbeiders om de eerste schijf van 65 overuren uitbetaald te krijgen of te recupereren. geen mogelijkheid om een bijkomende schijf tot 130 overuren in te voeren (via sectorale CAO of via een ondernemings-cao) 12
Loopbaan Brugpensioen De bestaande brugpensioenregelingen worden verlengd. Loopbaan Brugpensioen vanaf 58 jaar voor mannen en vrouwen (verlengd tot 30 juni 2013). Om op 58 jaar met brugpensioen te kunnen gaan, moet aan volgende loopbaanvereisten worden voldaan: vanaf 1 januari 2010 tot en met 31 december 2011: 37 jaar voor mannen en 33 jaar voor vrouwen vanaf 1 januari 2012: 38 jaar voor mannen en 35 jaar voor vrouwen Brugpensioen vanaf 57 jaar voor mannen en vrouwen na 38 jaar loopbaan (verlengd tot 30 juni 2013) Brugpensioen vanaf 56 jaar voor mannen en vrouwen na 40 jaar loopbaan (verlengd tot 31 december 2012) De betaling van de aanvullende vergoeding wordt vanaf 57 jaar overgenomen door het Sociaal Fonds Halftijds brugpensioen (verlengd tot 31 december 2012) Er bestaat een recht op halftijds brugpensioen vanaf 55 jaar. De concrete modaliteiten moeten (via CAO) overeengekomen worden in de onderneming. Procedure: ten laatste twee maanden vóór de brugpensioenleeftijd, nodigt de werkgever de betrokken arbeider uit voor een onderhoud tijdens de werkuren. De bedoeling is over de timing en ook over de opleiding van de vervanger sluitende afspraken te maken. 13
Loopbaan Klein verlet De arbeider heeft recht op 1 dag klein verlet (eenmalig) voor de ondertekening van een eerste samenlevingscontract (de dag van de ondertekening ervan op de gemeente). Voor de andere regelingen inzake klein verlet worden de algemene wettelijke regels gevolgd. Tijdkrediet en loopbaanvermindering Het recht op (voltijds en halftijds) tijdskrediet geldt voor 2 jaar en dit recht kan in de onderneming via een CAO worden uitgebreid tot 5 jaar. Indien 5 % van de werknemers tegelijkertijd van dit recht wensen gebruik te maken moeten hierover op ondernemingsvlak voorrangsregels worden afgesproken. Arbeiders van 50 jaar en meer die gebruik maken van het recht op tijdskrediet of loopbaanvermindering mogen niet worden meegeteld voor de berekening van de drempel van 5 %. De specifieke vormen van loopbaanonderbreking (ouderschapsverlof, palliatief verlof en loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zeer zwaar ziek gezins- of familielid) worden niet meegeteld in de berekening van de 5 %. In ondernemingen met minder dan 10 werknemers zijn de formules van tijdskrediet en loopbaanvermindering toegelaten mits individueel akkoord tussen de werkgever en de werknemer. 14 Bij overgang van loopbaanvermindering naar voltijds brugpensioen wordt de aanvullende vergoeding brugpensioen berekend op grond van het arbeidsregime en de bezoldi-
ging die de werknemer genoot vóór de vermindering van zijn prestaties. Bij loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking blijft de anciënniteit en functiecategorie behouden waarin de werknemer zich bevond vóór de vermindering van prestaties. Anciënniteitverlof Vorming en opleiding Na 5 jaar en na 10 jaar anciënniteit, wordt telkens één dag anciënniteitverlof toegekend. Deze extra verlofdagen blijven nadien behouden. Dus: één dag na vijf jaar anciënniteit en twee dagen na 10 jaar anciënniteit in de onderneming. Vorming en opleiding Initiatieven op vlak van vorming en opleiding, dienen te gebeuren op het niveau van de onderneming. 15
Vakbondsaanwezigheid in de onderneming Vakbondsaanwezigheid in de onderneming De drempel voor het instellen van een vakbondsafvaardiging blijft behouden op 10 arbeiders. In ondernemingen vanaf 50 werknemers is een comité voor preventie en bescherming op het werk (CPBW) verplicht en vanaf 100 werknemers moet een ondernemingsraad (OR) worden geïnstalleerd. Hierdoor worden de werknemers meer betrokken bij het beleid van de werkgever en wordt deze laatste aan welbepaalde regels gebonden. Wanneer de werkgever arbeiders wenst aan te werven met een contract van bepaalde duur of wanneer hij wenst beroep te doen op uitzendkrachten of op onderaanneming, moet hij dit vooraf melden aan de ondernemingsraad, vakbondsafvaardiging of aan de vakbonden. Werkgevers met minder dan 15 werknemers moeten de representatieve functie van de vakbonden, die deel uitmaken van het paritair subcomité, erkennen. Deze erkenning houdt onder meer in: verantwoordelijken van de vakbonden kunnen contact opnemen met de werkgever de werkgever kan zich laten bijstaan door een vertegenwoordiger van de werkgeversorganisatie dit contact is veeleer preventief van aard en kan betrekking hebben op informatieverstrekking aan de werknemers 16
Syndicale voordelen Syndicale premie Elk lid van ACV-CSC METEA, tewerkgesteld in één van de metaal- of textielsectoren, heeft recht op een syndicale premie. Voor de metaalsectoren is deze syndicale premie voor elk lid gelijk. Het bedrag en de toekenningvoorwaarden worden jaarlijks vastgesteld. Vanaf 2011 bedraagt de premie 110 voor leden die een bijdrage betalen als actieve en voltijdse werknemer. Voor schoolverlaters, zieken, enz. zijn speciale regelingen voorzien. Syndicale voordelen Andere voordelen Aan het lidmaatschap van ACV-CSC METEA zijn vele voordelen verbonden. Naast het verdedigen van de belangen van de werknemer heeft elk lid recht op duidelijke en correcte informatie over tal van thema s (arbeidscontract, studenten- en uitzendcontracten, loons- en arbeidsvoorwaarden ), op juridische bijstand, een aanvullende uitkering bij werkloosheid, ziekte of brugpensioen (als aan bepaalde voorwaarden is voldaan), en talloze extra s. Naast deze vakbondsvoordelen biedt ACV-CSC METEA ook talloze kortingen, waarmee je heel wat geld kan besparen op vakantie en vrije tijd. Bezoek onze website en ontdek wat ACV-CSC METEA u te bieden heeft! 17
ACV-CSC METEA heeft u nodig! ACV-CSC METEA heeft u nodig! Ik wil lid worden van ACV-CSC METEA Syndicaal werk in de onderneming interesseert me. Er is nog heel wat werk aan de winkel. Daarom wil ik me samen met ACV-CSC METEA inzetten voor een betere werkplek voor mijn collega's. U mag me daarvoor contacteren. Naam:... Voornaam:... Straat en nr:... Postnr:... Gemeente:... Telefoon of gsm:... E-mail:... Werkgever:... Bezorg deze pagina aan het secretariaat van ACV-CSC METEA (zie adressen op volgende pagina) of aan het ACVsecretariaat in de buurt. 18
U kan terecht in onze secretariaten: HOPMARKT 45 9300 AALST Tel. 053 73 45 46 NATIONALESTRAAT 111 2000 ANTWERPEN Tel. 03 222 70 51 RUE PIETRO FERRERO 1 6700 ARLON Tel. 063 24 20 58 CHAUSSÉE DE LOUVAIN 510 5004 NAMUR Tel. 081 25 40 18 OUDE BURG 17 8000 BRUGGE Tel. 050 44 41 83-84 RUE PLETINCKXSTRAAT 19 1000 BRUSSEL / BRUXELLES Tel. 02 557 87 00 RUE PRUNIEAU 5 6000 CHARLEROI Tel. 071 23 08 64 OUDE VEST 146 9200 DENDERMONDE Tel. 03 765 23 33 AACHENER STRASSE 89 4700 EUPEN Tel. 087 85 99 46 POEL 7 9000 GENT Tel. 09 265 43 20-22 GULDENSPORENLAAN 7 3530 HOUTHALEN Tel. 011 30 67 00 BOULEVARD SAUCY 10 4020 LIÈGE Tel. 04 340 73 20 ONDER DEN TOREN 5 2800 MECHELEN Tel. 015 71 85 21 RUE CLAUDE DE BETTIGNIES 10-12 7000 MONS Tel. 065 37 25 80 RUE SAINT-PIERRE 52 7700 MOUSCRON Tel. 056 33 06 73 RUE DES CANONNIERS 14 1400 NIVELLES Tel. 067 88 46 15-16 DR. L. COLENSSTRAAT 7 8400 OOSTENDE Tel. 059 55 25 36-37 H. HORRIESTRAAT 31 8800 ROESELARE Tel. 051 26 55 32 AIME DELHAYEPLEIN 16 9600 RONSE Tel. 053 73 45 48 H. HEYMANPLEIN 7 9100 SINT-NIKLAAS Tel. 03 765 23 30 OUDE STATIONSSTRAAT 4 8700 TIELT Tel. 051 23 11 52 AV. DES ÉTATS-UNIS 10 BTE 4 7500 TOURNAI Tel. 069 88 07 45 U kan terecht in onze secretariaten PR. KENNEDYPARK 16D 8500 KORTRIJK Tel. 056 23 55 70 PLACE MAUGRÉTOUT 17 7100 LA LOUVIÈRE Tel. 065 37 28 27 L. VANDERKELENSTRAAT 32 3000 LEUVEN Tel. 016 21 94 51-50 KORTE BEGIJNENSTRAAT 20 2300 TURNHOUT Tel. 014 44 61 15 PONT LÉOPOLD 4-6 4800 VERVIERS Tel. 087 85 99 37-85 TOEKOMSTSTRAAT 17 1800 VILVOORDE Tel. 02 557 87 10 19
www.acv-csc-metea.be Voor meer informatie kunt u ook op onze website terecht: www.acv-csc-metea.be. Via het contactformulier kunt u altijd vragen stellen. Of stuur gewoon een mailtje naar metea@acv-csc.be. Wij trachten u zo snel mogelijk een antwoord te bezorgen. Verantwoordelijke uitgever: Marc De Wilde Pagodenlaan 1-3, 1020 Brussel