Het Vlaams beleid inzake ICT in het onderwijs



Vergelijkbare documenten
1. ICT in de Beleidsnota van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming Frank Vandenbroucke

PC/KD -project: Resultaten op basis van de bevraging Samenvatting. Geraldine Clarebout Jan Elen

Checklist ICT-nascholingsbehoeften.

Vragenlijst ICT-nascholingsbehoeften.

Toll-net: samenwerken aan e-leren en gecombineerd leren voor volwassenen

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST TUSSEN DE VLAAMSE REGERING EN DE PEDAGOGISCHE BEGELEIDINGSDIENSTEN

Voorstel van resolutie. betreffende het verplicht aanbieden van cursussen eerste hulp bij ongevallen (EHBO) in het lager en secundair onderwijs

Functiebeschrijving van ICT-coördinator. Bijlage 1: Algemene opdracht. 1. Op het niveau van de school/scholengemeenschap: mee een beleid ontwikkelen

Deel 2: Resultaten MICTIVO 2012

COMMISSIE ZORGVULDIG BESTUUR. BETREFT: Secundair onderwijs: Bijdrage voor het updaten van software.

MICTIVO2012 Monitor voor ICT-integratie in het Vlaamse onderwijs

Advies over de decreetwijziging betreffende de Regionale Technologische Centra (RTC)

Het Dream-project wordt sinds 2002 op ad-hoc basis gesubsidieerd.

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van de vrije lagere school Virgo Maria te Merksem

Gedifferentieerde leertrajecten

FAQ eindtermen ICT. Waarom moeten nieuwe eindtermen ICT ingevoerd worden?

VII MICTIVO 1 versus MICTIVO 2

OPINIE. Betrokken, voorbeeldig, proactief: ICT-integratie in de lerarenopleiding. Samenvatting. Aanleiding

Terugkoppeling van de workshops. Chris De Nijs (VRT)

Hoofdstuk I - Algemene bepalingen

SYNTHESERAPPORT EVALUATIE WETENSCHAPPELIJKE OLYMPIADES SAMENVATTING

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

Congres VELOV Elementen voor de toespraak van Pascal Smet Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel Mechelen, 26 maart 2014

ICT-visie GBS Linden

Advies over het algemeen vak Informatica in de tweede en derde graad van het ASO

Buitengewoon onderwijs - Bijkomende of gespecialiseerde opleidingen voor leerkrachten

Visietekst rond de samenwerking tussen het basisonderwijs en het secundair onderwijs

NT2-docent, man/vrouw met missie

Tussen de Vlaamse Regering, vertegenwoordigd door de heer Frank Vandenbroucke, Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming,

ICT in de Beleidsnota van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, Frank Vandenbroucke, december 2004

Achtergrond:uitgangspunt 11/20/2012. ENW-project Professionaliseringspakket voor ELO s in het secundair onderwijs

Om de school te helpen bij het voeren van een zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.8 - Mei

HOE STEM OPTIMAAL INZETTEN IN DE LERARENOPLEIDING?

SG Hageland FUNCTIEBESCHRIJVING ICT-COÖRDINATOR. Naam:... Adres: Stamboeknummer:... Eerste indiensttreding binnen de scholengemeenschap

FUNCTIEBESCHRIJVING ICT-COÖRDINATOR

Infobrochure SLO SPECIFIEKE LERARENOPLEIDING

Subsidiereglement voor de ondersteuning van aankoop of leasing van ICT-materialen door basisscholen

De cursist moet geen opleidingsonderdelen afgewerkt hebben of gelijktijdig volgen.

Secundair Onderwijs. Structuur van het rapport. De vraag naar leraren. Arbeidsmarktrapport Basisonderwijs Secundair onderwijs

Sjabloon voor het opmaken van een beleidsplan ICT

Vraag nr. 403 van 8 maart 2013 van MARIJKE DILLEN

STEM. Visietekst van het GO! onderwijs van de. 28 november Vlaamse Gemeenschap

ICT- VISIEONTWIKKELING

M-decreet. BuBaO type1/8 > basisaanbod BUSO OV3 type 1 > basisaanbod Evaluatie om de 2 jaar (BuBaO), na de opleidingsfase (BUSO)

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel

14/02/ Daniël Coens ( ) De verschillende ministers (boek Een kwarteeuw onderwijs in eigen beheer : hoofdstuk 4 4.1)

De verhouding tussen de basiscompetenties, de Dublindescriptoren en de domeinspecifieke leerresultaten

Project Wegwijzer: planning 22 december 2017

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Specifieke lerarenopleiding Maatschappelijk en beroepsgericht handelen in de onderwijspraktijk

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

Activiteiten ter verbetering van de. maatschappelijke rol van de Vlaams- Belgische Gebarentaal met het oog op. een grotere integratie van (vroeg)doven

Kunst- en cultuureducatie Recente beleidsopties

ICT-competenties in het lager onderwijs : een nieuwe fase van ICT-integratie

Katholieke Scholengemeenschap Oscar Romero Sint-Bavostraat 51, 2610 Wilrijk tel fax

Werkplan 1 juli juli 2011

Introductie: gebruik van het CIPO beoordelingskader

Een project met de steun van het Departement Onderwijs

Technisch adviseur coördinator volwassenenonderwijs

UITWERKING KOERS BEST ONDERWIJS

FUNCTIEFAMILIE 4.2 Beleidsthemabeheerder

Een kleurrijke spiegel van de diversiteit op school

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.2 - November

FLEXIBELE LEERTRAJECTEN

Bouwstenen voor een ICT-beleid op school. Inhoud

Relevante regelgeving. 1. Europese en Vlaamse doelstellingen inzake levenslang leren 1 2

Project gratis dyslexiesoftware. Els De Smet coördinator project

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.3 - December

Bruikbare Aanbevelingen om de EILEEN- Benadering toe te passen

Actief burgerschap. Sint Gerardusschool Splitting ET Emmen Tel:

Enquête noden van de scholen. Eerste verwerking

De Onderwijsraad heeft in deze zes kerndoelen geformuleerd waar het primair onderwijs aan moet voldoen inzake Actief Burgerschap:

Engagementsverklaring

Het heden is zwanger van de toekomst (Denis Diderot Frans Filosoof )

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs

DIVERSITEITSPLANNEN IN HET ONDERWIJS

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Vrije Basisschool te Menen

Functiebeschrijving. Systeembeheerder. Graad B1-B3

Leuvenseplein 4 19 juni Brussel ASO/RLE/ADV/001

Over thuis, buurt, kinderopvang, kleuteronderwijs en transitie

Hoofdstuk 1 - Algemene wegwijzer Inhoud van de map

KINDERRECHTEN IN UW KLAS?

VIII Discussie en conclusie

Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie

Inspiratiesessie voor studiedag SAMEN DIGITAAL! NAAR INNOVATIEVE EN CREATIEVE OPENBARE

ECTS- FICHE. L.Fret, H. Hicketick, S. Van Schoubroeck

VLAAMS PARLEMENT HANDELINGEN COMMISSIEVERGADERING COMMISSIE VOOR ONDERWIJS, VORMING EN WETENSCHAPSBELEID

Onderwijscentrum Gent. Raakpunten GSIW

De Onthaalouderacademie: onthaalouders sterker maken

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Vrije Basisschool te Menen

RTC informeert! Infomoment 20/10/2015

betreffende een nieuw ondersteuningsmodel in het leerplichtonderwijs

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Leren leren in onze school. Ons praktijkverhaal

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van College van het Eucharistisch Hart te Essen

Onderwijsvernieuwing. We doen er allemaal aan mee.

Advies ten gronde over certificaatsupplementen

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Vrije Kleuterschool Joma te MERKSEM

FUNCTIEBESCHRIJVING. Naam:... Adres:... Stamboeknummer:... HET PEDAGOGISCH PROJECT EN DE OPDRACHTEN VAN DE LEERKRACHTEN

Transcriptie:

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 1 Het Vlaams beleid inzake ICT in het onderwijs Jan De Craemer Adjunct van de directeur - Departement Onderwijs, Afdeling Beleidscoördinatie 1. Het Vlaams ICT-beleid 1996-2005 1.1. Strategische doelstellingen 1.1.1. Onderwijs integreren in de kennismaatschappij 1.1.2. Levenslang leren stimuleren door een flexibel onderwijsaanbod 1.1.3. 1.1.3. Streven naar gelijke kansen voor iedereen 1.1.4. Betere aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt verwezenlijken 1.2. Pijlers van het ICT-beleid 1.2.1. De scholen voorzien van de noodzakelijke materiële uitrusting 1.2.2. Ondersteuning 1.2.3. Vorming 1.2.4. Samenwerking in internationaal verband 1.2.5. Evaluatie en onderzoek 2. De beleidsplannen van Minister Vandenbroucke 3. Slotbeschouwing 4. Literatuur ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING & AFL. 9, JUNI 2005, 95

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 2 Krachtlijnen De samenleving evolueert steeds meer naar een kennismaatschappij waarin processen van kennisverwerving, -beheer en -verwerking een centrale plaats innemen. Deze evolutie heeft een aantal ingrijpende gevolgen. Ten eerste vereist dit van de leden van onze samenleving nieuwe vaardigheden om adequaat te kunnen functioneren. Ten tweede verandert deze evolutie ingrijpend de traditionele paradigma s inzake leren en onderwijs. De leerprocessen krijgen een andere inhoud, maar ook een andere vorm waardoor de rol van de leerkracht of opleider wijzigt in de richting van coachen of begeleiden van leerprocessen. De lerenden van hun kant krijgen een actieve rol in de constructie van kennis. Meer aandacht gaat uit naar de sociale aspecten van het leerproces. Leeromgevingen krijgen de opdracht probleemgericht, contextgebonden en interactief te zijn. Hierdoor nemen de maatschappelijke verwachtingen tegenover de leerkrachten verder toe : behalve het bijbrengen van kennis, vaardigheden en attitudes wordt verwacht dat leerkrachten volop experimenteren met innovatieve technologie en didactiek. Het spreekt voor zich dat de overheid deze evoluties ondersteunt met een proactief ICT-beleid. Toch is dat niet evident. In dit artikel willen we de inbreng belichten van de Vlaamse overheid m.b.t. de introductie en integratie van ICT in het onderwijs. Het artikel valt uiteen in drie delen. Allereerst wordt een overzicht van het ICT-beleid en beleidsdoelstellingen gegeven tijdens de voorbije twee legislaturen. Waar mogelijk staan we stil bij de resultaten van de genomen beleidsinitiatieven. In deel 2 staan we stil bij de ICT-plannen van Minister Vandenbroucke. In het derde deel geven we aan wat de belangrijkste knelpunten zijn en wat de stand van zaken is van de ICT-praktijk in Vlaanderen. In een uitgebreide bijlage ten slotte bieden we een overzicht van de belangrijkste overheidsinitiatieven op het vlak van onderwijs en ICT. We beperken ons in dit artikel behoudens enkele uitzonderingen tot het ICTbeleid in het basis- en secundair onderwijs. Wat betreft ICT-beleid voor het hoger onderwijs verwijzen we graag naar de bijdrage in deze publicatie ICT en onderwijsvernieuwing van Patrick Willems : Onderwijsvernieuwing en ICT in het hoger onderwijs (zie rubriek beleid ). AFL. 9, JUNI 2005, 96 & ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 3 & 1. Het Vlaams ICT-beleid 1996-2005 de klemtoon van het Vlaams ICT-beleid Het beleid dat de Vlaamse overheid inzake ICT in het onderwijs sinds 1996 voert, is een stimuleringsbeleid. Dat betekent dat de overheid aan de hand van informatie- en sensibiliseringscampagnes, nascholing, subsidiëring van infrastructuur en projectfinanciering scholen ertoe wil aanzetten ICT in hun lespraktijk te integreren. De klemtoon ligt hierbij op het pedagogisch gebruik van de nieuwe media. Aanvankelijk was de ICT-invoering dus volledig gestoeld op vrijwilligheid en gericht op de ondersteuning van de initiatieven die vanuit de basis waren ontstaan. Pas met de invoering van (een beperkt set) ICT-eindtermen werd ICT opgenomen in het reguliere kwaliteitskader. We bespreken in dit deel eerst de strategische doelstellingen achter het overheidsbeleid. Vervolgens staan we stil bij de belangrijkste beleidsaccenten en -projecten van de periode 1996-2005. Waar mogelijk verwijzen we naar concrete resultaten van de vermelde acties. 1.1. Strategische doelstellingen 4 strategische doelstellingen De visietekst ICT in het onderwijs (Vanderpoorten, 2002) schetst de vier strategische doelstellingen achter het beleid. Dit zijn de redenen waarom de Vlaamse regering het belangrijk en noodzakelijk acht een beleid te voeren. Deze vier doelstellingen hebben aan waarde nog weinig ingeboet. Ze kunnen bijgevolg nog steeds als de rationales gezien worden achter het actuele ICT-beleid. ICT dringt traag door in het onderwijs 1.1.1. Onderwijs integreren in de kennismaatschappij Ondanks de technologische veranderingen in de beroepswereld en de samenleving, dringt ICT in het onderwijs vrij traag door. Op dit vlak scoort Vlaanderen slechts gemiddeld binnen Europa. Er moet bijgevolg nog veel veranderen, wil Vlaanderen zijn positie als welvarende regio bestendigen in de Europese kennismaatschappij. De doelstelling behelst ook dat leerlingen ICT in de context van hun leerproces leren gebruiken. Daarom moeten de computer en andere multimedia in de klaspraktijk hun plaats krijgen naast de meer traditionele leermiddelen. de vitale rol van leerkrachten Onderwijs integreren in de kennismaatschappij betekent uiteraard dat de leerkrachten de nodige kennis en vaardigheden, maar ook attitudes verwerven om multimedia in het lesgebeuren te integreren. Leerkrachten moeten ICT effectief in hun dagelijkse praktijk gebruiken. De overheid wil de scholen aanmoedigen en ondersteunen om een eigen ICT-beleid uit te werken. ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING & AFL. 9, JUNI 2005, 97

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 4 ICT maakt een flexibel leersysteem mogelijk 1.1.2. Levenslang leren stimuleren door een flexibel onderwijsaanbod ICT is enerzijds het middel bij uitstek om het levenslang en levensbreed proces van kennisverwerving te ondersteunen. Anderzijds zwengelt de kennisevolutie de nood aan permanente vorming en bijscholing aan. Mensen zullen na hun initieel onderwijs nog constant moeten bij- of zelfs omscholen. Om dat mogelijk te maken moet in een flexibel onderwijs- en leeraanbod worden voorzien. Dat veronderstelt de nodige afstemming tussen verschillende onderwijs-, opleidings- en vormingsverstrekkers en de ontwikkeling van een geïntegreerd aanbod. Een flexibel onderwijssysteem dat levenslang leren mogelijk maakt, biedt ook kansen aan jongeren die om allerlei redenen het lager of secundair onderwijs vroegtijdig verlaten of niet kunnen doorstromen naar het hoger onderwijs. ICT is een non-formele leerweg die binnen levenslang leren ongetwijfeld nog aan belang zal winnen. Daarom verdient deze leerweg de nodige aandacht in het beleid rond de equivalentie van elders verworven competenties. kwaliteitsvolle informatiebronnen De voortdurende veranderingen van de technologische omgeving vereisen bovendien dat mensen hun vaardigheden en attitudes constant actualiseren. De toegang tot kwaliteitsvolle informatiebronnen - vaak op elektronische dragers - is cruciaal voor een volwaardige participatie in de kennismaatschappij. jongeren en toegang tot ICTinfrastructuur 1.1.3. Streven naar gelijke kansen voor iedereen ICT kan de reeds aan de gang zijnde dualisering van de maatschappij tussen hoog- en laaggeschoolden nog vergroten. In de kennismaatschappij zal ICT niet alleen de toegang vormen tot kennis en informatie, maar ook tot maatschappelijke participatie. Vlaams onderzoek (Roe, et.al., 2001) wees uit dat 90 % van alle jongeren in het secundair onderwijs thuis over een pc beschikt. Voor jongeren die thuis geen toegang hebben tot ICT, kan het onderwijs mogelijkheden openen. Aangezien alle jongeren het leerplichtonderwijs doorlopen, is dat de plaats bij uitstek om kansenongelijkheid aan te pakken en de digitale kloof tegen te gaan. ICT-competenties zijn nieuwe basisvaardigheden ICT is volledig doorgedrongen in de beroepswereld en in het dagelijks leven. Bijgevolg zijn ICT-basisvaardigheden en het leren omgaan met nieuwe media voor iedereen noodzakelijk. Het onderwijs moet jongeren maximale kansen geven om zich in de kennismaatschappij te ontplooien. Het moet hen op een zinvolle en aangename manier leren omgaan met nieuwe media. Door via eindtermen iedere leerling met ICT in contact te brengen, zorgt het onderwijs ervoor dat alle leerlingen ongeacht hun afkomst een gelijkwaardige basisvorming krijgen. ICT biedt bovendien mogelijkheden om de leerprocessen specifiek af te stemmen op de beginsituatie en het leerritme van de leerlingen. AFL. 9, JUNI 2005, 98 & ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 5 gedeelde verantwoordelijkheid van onderwijs en beroepswereld 1.1.4. Betere aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt verwezenlijken Onderwijs en beroepswereld hebben een gedeelde verantwoordelijkheid om jongeren op de arbeidsmarkt voor te bereiden en in te staan voor de nodige bij- en omscholing in het kader van levenslang leren. ICT-basisvaardigheden zijn noodzakelijk om een reële kans te hebben op de huidige arbeidsmarkt. ICT als doel vormt het voorwerp van beroepsgerichte basiscompetenties. Verder is er een tekort aan hoogopgeleide informatici hetgeen op termijn de dynamiek van de kennismaatschappij hypothekeert. 1.2. Pijlers van het ICT-beleid Om deze strategische doelstellingen te bereiken werd gedurende deze beginjaren gewerkt op veel verschillende niveaus. Specifieke acties richtten zich tot het basis-, secundair, volwassenen- en hoger onderwijs. Tegelijkertijd werd ook gewerkt met de lerarenopleidingen en de nascholingen. Het stimuleringsbeleid coördineerde acties op al deze terreinen en berust op een vijftal pijlers. beschikken over een degelijke infrastructuur is een randvoorwaarde 1.2.1. De scholen voorzien van de noodzakelijke materiële uitrusting Een randvoorwaarde voor het pedagogisch en geïntegreerd gebruik van nieuwe media is de beschikbaarheid van voldoende geschikte computers. Een van de belangrijkste projecten hiervoor was ongetwijfeld het actieprogramma PC/KD dat liep van 1998 tot 2002. De doelstelling van PC/KD bestond erin een ratio van 1 pc per 10 leerlingen tegen eind 2002 in het secundair onderwijs en in de hoogste drie jaren van het lager onderwijs; dezelfde ratio tegen eind 2003 in het kleuteronderwijs en de eerste drie jaren van het lager onderwijs. Het ICT-infrastructuurprogramma zorgde voor een degelijke basisinfrastructuur in het leerplichtonderwijs en de centra voor basiseducatie. Enkele cijfers uit het meest recente PC/KD rapport (Clarebout, et.al., 2004) illustreren dit. pc/leerling-ratio en pcinternet/leerlingratio In het gewoon BaO is er gemiddeld één pc beschikbaar per 10 leerlingen en in het BuO één pc per 5 leerlingen. In het SO is eveneens gemiddeld 1 pc beschikbaar per 5 leerlingen, in het BuSO 1 pc per 4,7 leerlingen. Alle niveaus gaan erop vooruit tegenover voorgaande jaren. In het gewoon BaO is 1 pci (= pc aangesloten op internet) beschikbaar voor 19 leerlingen. In het SO bedraagt deze ratio 1 per 6,6 leerlingen. Beide onderwijsniveaus zijn er wat de pci-ratio betreft sterk op vooruitgegaan tegenover het voorgaande schooljaar. Toch moeten we besluiten dat de Europese doelstelling (Lissabon-proces) om tegen eind 2003 een pcinternet/leerling-ratio van 1/15 te hebben, niet behaald werd in het BaO. ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING & AFL. 9, JUNI 2005, 99

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 6 internetaansluitingen, lokaal netwerk en websites in scholen In het BaO beschikt 89,18 % van de scholen over een internetaansluiting, 51,17 % over een lokaal netwerk en 64,34 % over een eigen website. In het SO beschikken bijna alle scholen over een internetaansluiting, 77,53 % over een lokaal netwerk en 97,06 % over een eigen website. Uit de analyse van de internetfaciliteiten blijkt bovendien dat de meerderheid van de scholen over geavanceerde breedbandtechnologie (via ADSL of via de kabel) beschikken. stopzetting PC/KDproject In 2002 werd het PC/KD-project echter stopgezet. Sindsdien ontvangen scholen niet langer extra middelen voor infrastructuur. Het vormt een belangrijke uitdaging voor de overheid om hieraan in de toekomst tegemoet te komen. hoe scholen te ondersteunen bij ICT-integratie? 1.2.2. Ondersteuning Een doorgedreven integratie van ICT in het leerproces wijzigt de rol van de leerkrachten grondig. Het is nu reeds duidelijk dat concepten als leren leren, levenslang leren en on-lineafstandsonderwijs de traditionele pedagogische werkvormen onder druk zetten. Een dergelijke vernieuwing kan het onderwijs echter alleen maar ten goede komen. De leerkracht functioneert in een veel beperktere mate in een docerende rol en krijgt een meer begeleidende functie. Het is een belangrijke taak van het departement Onderwijs om de scholen in dit wijzigend landschap wegwijs te maken en scholen te ondersteunen. Deze taak is complex en vergt maatregelen op verschillende terreinen : scholen wegwijs maken in het aanbod van bruikbare educatieve software, het aanmaken van kwalitatieve software stimuleren, de scholen voorbeelden van ICT-implementatiestrategieën aanreiken, een systeem van technische en pedagogische ICT-coördinatie opzetten... kleinschalige innovatieprojecten Diverse kleinere projecten werden binnen deze pijler opgezet. Tot de belangrijkste rekenen we het demonstratieproject ENIS of Europees netwerk van innovatieve scholen. Vlaanderen participeert met een derrtigtal scholen in dit project. Deze scholen werkten de voorbije jaren mee aan diverse sensibiliseringscampagnes : Klikvast, ICT.onderwijs@Vlaanderen en tal van vernieuwingsprojecten, waarvan 5D (zie : www.5d.be) het belangrijkste is. Andere relevante projecten zijn de programmatrix en de financiële ondersteuning van Klascement. Deze twee projecten vormen resp. de aanzet voor het vernieuwde softwarebeleid en voor de constructie van een volwaardige educatieve portaalsite. AFL. 9, JUNI 2005, 100 & ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 7 ICT-competenties Binnen de ondersteuningspijler zijn verder de opmaak van specifieke ICTcompetenties en -eindtermen van belang en het project ICT-coördinatie. Zoals gezegd is het vanuit een gelijke-kansenoptiek van cruciaal belang dat alle jongeren aan het einde van de leerplicht over de basiscompetenties beschikken om met de informatie- en communicatietechnologie (ICT) om te gaan en ze ook toe te passen. Momenteel zijn er alleen eindtermen voor ICT in de tweede en derde graad van het secundair onderwijs. Voor het basisonderwijs werd binnen deze pijler een set van competenties ontwikkeld (Dienst voor Onderwijsontwikkeling, 2004). De klemtoon daarbij ligt op leerprocesgerichte competenties die nauw aansluiten bij de visie op de eindtermen, zoals samenwerken, exploreren, omgaan met informatie en communiceren. Er werden verder ook een beperkt aantal instrumenteeltechnische (gericht op het hanteren van apparatuur) en sociaal-ethische competenties (ICT adequaat en verantwoordelijk gebruiken) ontwikkeld. Het doel is ook dat alle ICT-basisvaardigheden behaald zijn aan het einde van de basisvorming, d.i. het einde van de eerste graad secundair onderwijs. De ICT-competenties voor het basisonderwijs zijn voorlopig nog vrijblijvend te implementeren en louter bedoeld als ondersteuning van het onderwijsveld. De introductie van deze ICT-competenties is nog volop bezig. het project ICTcoördinatie Het project ICT-coördinatie voorziet in extra personeelsmiddelen voor de aanstelling van ICT-coördinatoren in het leerplichtonderwijs en volwassenenonderwijs. Uit een eerste evaluatie (Willems, 2003) blijkt in elk geval dat rol van de ICT-coördinator als ondersteuner van het leerkrachtenteam zeker niet overschat mag worden. De beschikbare uren voor ICT-coördinatie zijn te beperkt om de ICT-coördinator een spilfunctie in het ICT-beleid op school te laten opnemen. De beschikbare middelen voor ICT-coördinatie blijken onvoldoende om de noden te lenigen. Per 100 fulltime ambten (besturend en onderwijzend personeel) is er een ICT-ondersteuning van ca. 0,5 FTE in het basisonderwijs en in het secundair onderwijs. Slechts bij 6 % van de aangestelde ICT-coördinatoren gaat het om een volledige opdracht waarbij ze vrijgesteld zijn om het schoolteam inzake ICT te ondersteunen. Bij de meeste ICT-coördinatoren (ruim 70 %) betreft deze vrijstelling voor ICT-coördinatie slechts een een vierde van hun ambt. Bij deze gegevens dient evenwel opgemerkt te worden dat ze alleen berekend werden op basis van de toegekende ICT-coördinatoren. ICT-coördinatie via ICT-uren en BPTuren In sommige scholen wordt het ambt nog verder aangevuld met beschikbare BPT-uren. Indien men ook de BPT-uren meerekent krijgt men een ander beeld over de mate waarin er op school aan ICT-coördinatie of -ondersteuning wordt gedaan. Zo blijkt uit een enquête van het VVKSO (VVKSO, 2000), gebaseerd op antwoorden van 387 secundaire scholen, dat secundaire scholen over gemiddeld 3,33 toegekende ICT-coördinatie-uren beschikken en die ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING & AFL. 9, JUNI 2005, 101

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 8 (tijdens het schooljaar 2002-2003) nog aanvulden met gemiddeld 3,61 BPTuren voor ICT-coördinatie. Van het aantal uur dat deze scholen dus besteden aan ICT-coördinatie, is 52 % van de gebruikte ICT-coördinatie-uren geput uit BPT-uren. taken van de ICTcoördinator De ICT-coördinatie wordt bovendien hoofdzakelijk technisch ingevuld (netwerkbeheer, installatie, onderhoud en upgrading van pc s, website beheren...). 71 % van de ICT-coördinatoren besteedt meer dan de helft van zijn/ haar ICT-werktijd aan technische taken (VVKSO, 2000). In veel gevallen is er van een pedagogische taakinvulling weinig of geen sprake. Meer dan 60 % van de ICT-coördinatoren zouden slechts een vijfde of minder van hun ICTwerktijd aan pedagogisch-didactische taken besteden. Slechts 2,3 % van de ICT-coördinatoren zou een zuiver pedagogisch-didactische taak opnemen. Of ICT-coördinatoren ook ondersteuning bieden wat betreft de organisatorische ICT-vaardigheden is onduidelijk. Wellicht als gevolg van hun beperkt urenpakket blijken de ICT-coördinatoren hun job bijna louter technisch in te vullen. De verbetering van de ICT-coördinatie is met andere woorden een belangrijke uitdaging voor het school- en onderwijsbeleid. goed gevormde leerkrachten als tweede randvoorwaarde 1.2.3. Vorming Indien de overheid een reëel gebruik van computers om te leren wil realiseren, zullen in de eerste plaats de leerkrachten van de meerwaarde van ICTgebruik overtuigd moeten worden. Voorts wordt van hen verwacht dat zij voldoende competent zijn om die vernieuwingen in hun lespraktijk te integreren. Leerlingen kunnen immers niet ten volle vertrouwd raken met nieuwe media als de leerkrachten zelf de potentiële mogelijkheden ervan niet kennen. ICT in de lerarenopleiding Het beleid werkt dan ook op twee vlakken tegelijk. Eerst en vooral is er de opleiding van de volgende generatie leerkrachten. Aandacht voor ICT-implementatie in de lerarenopleiding is een absolute beleidsprioriteit. Toch blijkt dit punt zeer moeilijk realiseerbaar. De overheid heeft immers slechts in erg beperkte mate impact op het curriculum van de lerarenopleidingen. Het begint al bij de basiscompetenties die slechts in beperkte mate ICT-vaardigheden bevatten. Aan het einde van de vorige legislatuur werden in opdracht van Minister Vanderpoorten aangepaste basiscompetenties met inbegrip van ICT uitgewerkt. Minister Vandenbroucke ziet een beperkte set startcompetenties haalbaar tegen het einde van de lerarenopleiding. Het is voorlopig onduidelijk of en in welke mate ICT deel zal uitmaken van dit startcurriculum. Op dit moment worden grote verschillen vastgesteld inzake innovatie en ICT-integratie in de verschillende lerarenopleidingen. Sommige lerarenopleidingen geven ICT een prominente plaats in het curriculum, bij anderen komt het slechts marginaal aan bod. De beleidsevaluatie AFL. 9, JUNI 2005, 102 & ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 9 van de lerarenopleiding die uitgevoerd werd tijdens het schooljaar 2000-2001 laat aan duidelijkheid over de ICT-integratie niets te wensen over. Het evaluatierapport stelt : De teams hebben in globo moeten vaststellen dat ICT in de lerarenopleiding instrumenteel quasi volledig afwezig is en...de (toekomstige) leraar moet dus niet alleen ICT zelf beheersen, maar er ook de propagator en de divulgator (pleitbezorger) van zijn. Dat is volstrekt onmogelijk indien de lerarenopleiding hierbij faalt door enerzijds leerkrachten in te zetten voor wie ICT zelf een vreemde zaak is, door anderzijds ICT niet systematisch in de opleidingsopvatting te integreren. De doorlichting waarvan hier sprake is dateert reeds van 2001. Ik ga ervan uit dat de situatie inmiddels ten gunste is veranderd. De verantwoordelijkheid van de lerarenopleidingen blijft niettemin erg groot. En ook de overheid zal binnen de geplande hervormingen van de lerarenopleidingen de nodige aandacht aan ICT en onderwijsvernieuwing moeten besteden. ICT in de nascholing Ten tweede dient er ook gewerkt te worden met de huidige generatie leerkrachten. Hierin speelt de nascholing een belangrijke rol. Van 1996 tot 1999 behoorde het educatief gebruik van ICT tot de prioritaire nascholingsthema s van de minister bevoegd voor onderwijs. Daarna werden vijf regionale expertisenetwerken opgericht. Regionale expertisenetwerken waren provinciale organisaties bestaande uit de lokale nascholingsactoren van universiteiten, hogescholen, pedagogische begeleidingsdiensten en koepels. Deze regionale expertisenetwerken boden en bieden op grote schaal nascholing aan op vlak van ICT. Het betreft daarbij zowel technische, pedagogische als organisatorische cursussen voor een breed onderwijspubliek leerkrachten, directies, ICT-coördinatoren). Sinds 2003 werden de regionale expertisenetwerken geïntegreerd tot één enkel netwerk om de werking te optimaliseren en de krachten nog meer te bundelen. Tevens werd hun taak uitgebreid van aanbodgestuurde naar vraaggestuurde nascholing. nascholingsbehoeften van scholen In een prospectie van de behoefte aan ICT-nascholing op schoolniveau (Rots, et.al., 2003) werden diverse sleutelactoren van het lokale ICT-nascholingsbeleid - directies, ICT-coördinatoren en nascholingscoördinatoren - gevraagd op welk niveau de meeste leerkrachten van hun school de verschillende ICT-vaardigheden beheersen. Heel wat leerkrachten blijken zich nog op een basis- of beginnersniveau te situeren wat betreft zowel de technische, pedagogisch-didactische als de organisatorische ICT- vaardigheden. ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING & AFL. 9, JUNI 2005, 103

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 10 aandeel leerkrachten die nascholing ICT volgen Uit de beleidsevaluatie (Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, 2003) blijkt verder dat het geraamde aandeel leerkrachten dat ICT-nascholingen volgde relatief klein is. Vervolgens blijkt dat via nascholing met de huidige inzet van middelen maar een gedeelte van de leerkrachten - de ICT-enthousiastelingen - worden bereikt en er bovendien weinig zicht is op de implementatie van de opgedane vaardigheden in de lespraktijk. De Europese doelstelling om alle leerkrachten tegen eind 2002 na te scholen in ICT-vaardigheden is zeker niet behaald. Een deel van het leerkrachtenteam blijft aan de kant staan. Ook gegevens van de regionale expertisenetwerken laten zien dat het vaak dezelfde mensen zijn die verschillende ICT-nascholingen volgen. 1.2.4. Samenwerking in internationaal verband De Europese landen hebben soortgelijke behoeften en problemen op het vlak van de invoering van nieuwe media in hun onderwijs. De meeste landen werkten reeds actieprogramma s rond de invoering van nieuwe media uit of zoeken naar de juiste implementatiestrategieën. European Schoolnet De oprichting van een gemeenschappelijk platform waar ervaringen kunnen worden uitgewisseld en gezamenlijke initiatieven uitgewerkt, was dan ook geen overbodige luxe. In september 1998 werd het European Schoolnet opgericht. Behalve vertegenwoordigers van twintig onderwijsministeries, participeren ook de Europese Commissie en externe experts in deze organisatie. samenwerking met Nederland Internationale samenwerking kan ook op andere vlakken belangrijk zijn. Educatieve software b.v. is sterk taalgebonden. In het kader van de Gent- IV-akkoorden is er op dit vlak een nauwe samenwerking met Nederland. De programmamatrix basisonderwijs is een van de concrete projecten die hieruit voortvloeiden. nood aan systematisch onderzoek 1.2.5. Evaluatie en onderzoek Op het vlak van de meerwaarde voor de introductie van ICT in het onderwijs is de noodzaak aan systematisch onderzoek erg groot. Op het departement wordt het binnen- en buitenlands onderzoek inzake ICT-implementatie van dichtbij gevolgd. Verder bestelde het departement zelf een aantal onderzoeken naar de situatie in Vlaanderen en worden onderzoekers ingeschakeld om de effecten van het ICT-beleid op het terrein te evalueren. De jaarlijkse PC/KD-enquête is hiervan een typevoorbeeld. AFL. 9, JUNI 2005, 104 & ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 11 & 2. De beleidsplannen van Minister Vandenbroucke ICT in de beleidsnota Onderwijs In dit deel willen we nagaan in welke mate het stimuleringsbeleid van de voorbije jaren substantieel bijgestuurd zal worden en waar eventueel nieuwe klemtonen gelegd zullen worden. We baseren ons op de beleidsnota van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, Frank Vandenbroucke. De beleidsnota heeft aandacht voor technologie en ICT. De meeste ICT-gerelateerde plannen werden gebundeld in het hoofdstuk Wetenschappen, technologie en ICT-vaardigheden. vaardigheden staan centraal De klemtoon ligt sterk op het bezitten van vaardigheden. De beleidsnota stelt dat leerlingen tegen het einde van de leerplicht over de basiscompetenties moeten beschikken om met ICT overweg te kunnen. En verder : Cruciaal is dat leerlingen leren hoe ze hun leerproces zelf in handen kunnen nemen en over de vaardigheden beschikken om levenslang hun competenties op punt te stellen. In het zelfgestuurd leren speelt ICT een belangrijke rol. Daarbij is het echter niet duidelijk in welke mate de bestaande ICTcompetenties effectief in volwaardige eindtermen omgezet zullen worden. Ook de basiseducatie heeft een belangrijke opdracht in het bijbrengen van ICT-basisvaardigheden aan lagergeschoolde volwassenen. Daarom zal het huidige modulaire ICT-traject meer aangepast worden aan de noden van de doelgroep. infrastructuur en ICT-coördinatie Twee andere belangrijke zaken blijven eveneens in het ongewisse : de kwestie van de (gekleurde) infrastructuursubsidies en de uitbreiding van het systeem van ICT-coördinatie. ICT-coördinatoren worden wel erkend als belangrijke actoren voor de ICT-integratie. Verder zal in samenwerking met de ICT-coördinatoren, de koepels en andere relevante actoren een takenprofiel voor de ICT-coördinatoren worden ontwikkeld om een beter evenwicht tot stand te brengen tussen pedagogische en technische ICT-coördinatie. Het aanbod REN Vlaanderen, dat nascholing en ondersteuning aanbiedt voor het pedagogisch gebruik van ICT in het onderwijs, zal worden afgestemd op de noden en vragen van ICT-coördinatoren. Ook wordt een vereenvoudiging van het systeem van ICT-coördinatie in het vooruitzicht gesteld. Deze vereenvoudiging houdt in dat de muren tussen het basisonderwijs en de andere niveaus zullen worden gesloopt. Dit moet het gemakkelijker maken de puntenenveloppes tussen de niveaus te verdelen conform de eigen wensen en noden. ICT-monitor Wat infrastructuur betreft wil de minister via een ICT-monitor de aanwezige ICT-infrastructuur en het gebruik ervan nauwgezet opvolgen. Tweejaarlijks zullen steekproefsgewijs de scholen en instellingen van het leerplichtonderwijs, het onderwijs voor sociale promotie en de basiseducatie bevraagd ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING & AFL. 9, JUNI 2005, 105

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 12 worden. Die bevraging handelt over de aanwezige ICT-infrastructuur (hardware, software en netwerkinfrastructuur) en de internetverbindingen, het gebruik en de integratie ervan in de leercontext, de ICT-vaardigheden van leerkrachten, leerlingen en cursisten en de percepties over het educatieve ICT-gebruik bij relevante actoren. Op basis daarvan zal nagegaan worden of er behoefte is aan extra financiering. digitaal leermiddelenbeleid Nieuw is de aandacht voor het digitale leermiddelenbeleid. Tot nog toe werd dit niet als een kerntaak van de overheid gezien. Toch dringt zich al jaren een structurele nood op om van overheidswege initiatieven te nemen om digitale leermiddelen te ontwikkelen, te inventariseren, van een kwaliteitslabel te voorzien en ze te verspreiden. De beleidsnota vermeldt o.a. een hernieuwde samenwerking met de educatieve portaalsite Klascement waarbij de klemtoon ligt op de uitwisseling van leermiddelen die door leerkrachten zelf worden gecreëerd. De minister wil dit aanbod verder ondersteunen, omdat hier transparantie en een verdere professionalisering op het vlak van vormgeving, standaardisering en classificatie van de leerinhouden nodig zijn. veel aandacht voor open sourcesoftware Nog in het kader van dit digitale leermiddelenbeleid wil de minister open source-software introduceren. Deze actie is ingegeven door de nood aan kwaliteitsvolle en betaalbare ICT-oplossingen. Bij een open source-aanpak gaat men ook eerder uit van de behoeften van de gebruiker en niet van de mogelijkheden van kant-en-klare programma s. Dat opent perspectieven voor een betere didactische aanpak. In een eerste fase zal er een grootschalige sensibiliseringsactie opgezet worden. In 2005 wordt een conferentie georganiseerd waarbij de klemtoon ligt op het tonen van de mogelijkheden van open source-software in het onderwijs. Er zal ook een publicatie verspreid worden. REN Vlaanderen zal de didactische omgang met vrije software integreren in zijn nascholingsaanbod en ook de ICT-coördinatoren zullen betrokken worden bij de uitwisseling en ondersteuning van vrije software in het onderwijs. continuering van het stimuleringsbeleid We kunnen concluderen dat het stimuleringsbeleid in grote lijnen voortgezet zal worden. Grote verschuivingen zijn er niet. De belangrijkste uitdagingen blijven de integratie van competenties in eindtermen, het voorzien van infrastructuursubsidies, de optimalisering van het systeem van ICT-coördinatie en de integratie van ICT in de lerarenopleiding. Wel nieuw is de keuze voor open source-software in het onderwijs. AFL. 9, JUNI 2005, 106 & ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 13 & 3. Slotbeschouwing In dit deel willen we ten slotte aangeven waar we staan met het ICT-beleid en wat de belangrijkste uitdagingen zijn. basisinfrastructuur Uit de reeds aangehaalde beleidsevaluatie (Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, 2003) bleek dat scholen duidelijk begonnen zijn om het leren over, met en door ICT gestalte geven. Zo zijn de vaststellingen over de basisinfrastructuur over het algemeen vrij positief. Alleen het aantal pc s aangesloten op internet is voor verbetering vatbaar. De grootste uitdaging bestaat erin om - rekening houdende met de ouderdom van de pc s en de bruikbaarheid ervan - de kwaliteit van het computerpark te handhaven. ICT-integratie in de leercontext Wat de integratie van ICT in de leercontext betreft werden de eerste stappen gezet om ICT te integreren in het reguliere kwaliteitskader. De (beperkte) gegevens omtrent frequentie en aard van het computergebruik laten echter vermoeden dat dit eerder sporadisch en voor beperkte doelen is. Vooral on line pc-gebruik komt slechts beperkt voor. Vaststellingen van de inspectie ondersteunen de hypothese dat ICT onvoldoende geïntegreerd is in de leercontext. Vooral de integratie in de algemene vakken van het SO verloopt moeizaam. ICT-vaardigheden bij leerlingen De meeste leerlingen beschikken over de nodige basisvaardigheden en -attitudes m.b.t. pc-gebruik. Het thuismilieu en de peergroep zijn daarvoor minstens even belangrijke actoren als de formele leercontext. Leerlingen uit het BSO blijken significant minder over ICT thuis te beschikken dan leerlingen uit het ASO. Hier is dus zeker ook vanuit een gelijke-kansenoptiek een rol weggelegd voor onderwijs. 4 belangrijke uitdagingen voor de toekomst In een eerder artikel (De Craemer, J. en Van Buyten, L., 2002) hebben we uitdagingen voor het ICT-beleid vastgesteld op vier terreinen. Behalve de reeds vermelde uitdagingen op het vlak van infrastructuur en vorming werden daarin nog een tweetal andere behoeften aangehaald. De eerste betreft de ontwikkeling van didactische modellen en het voeren van een softwarebeleid waarbij scholen tegen de laagste kosten over de meest kwaliteitsvolle digitale leermiddelen kunnen beschikken. Het is duidelijk dat Minister Vandenbroucke via de introductie van open sourcesoftware van die piste werk wil maken. De tweede uitdaging heeft betrekking op de problematiek van het veilig ICT-gebruik. Problemen in verband met het respect voor intellectuele eigendomsrechten, illegaal kopiëren, de verspreiding van virussen en de beveiliging van netwerken, het leren omgaan met schadelijke inhouden op internet en cyberpesterij. De overheid kan hier een belangrijke sensibiliserende en ondersteunende rol in spelen. ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING & AFL. 9, JUNI 2005, 107

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 14 Het zal eveneens duidelijk wezen dat de overheid inzake ICT-integratie niet alleen een rol te vervullen heeft. Alle onderwijsbetrokkenen - van ouders en leerkrachten tot koepels, lerarenopleiders en inspectie - hebben een verantwoordelijkheid. De ICT-integratie is ongetwijfeld de laatste jaren in een versnelling geraakt en de mogelijkheden voor de vernieuwing van ons onderwijs zijn legio, maar pas als iedereen die mogelijkheden ook gebruikt kan de meerwaarde voor zowel lerenden als lesgevers gerealiseerd worden. & 4. Literatuur Clarebout, et.al., Het PC/KD project. De resultaten van het onderzoek 2002-2003, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 2004. De Craemer, J., Vernieuwing in het onderwijs. Het ICT-beleid en de acties van de Vlaamse overheid, in Impuls, 30, 2 (1999), p. 110-114. De Craemer, J., Nieuwe media in het onderwijs. Het beleid en de acties van de Vlaamse Overheid, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 1999. De Craemer, J., et.al., ICT. Een paspoort tot de kennismaatschappij, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 2001. De Craemer, J., De computer en zijn meester, in Pedagogisch Tijdschrift (KUL), 27, 2/3 (2002), p. 87-104. De Craemer, J., Mesdom, F. en Callebaut, I., ICT... en wat doet de Vlaamse overheid?, in Persoon & Gemeenschap, 54, 2/3 (2002), p. 113-124. De Craemer, J. en Van Buyten, L., Onderwijs in de kennismaatschappij : trends en uitdagingen, in Tijdschrift voor Onderwijsrecht en Onderwijsbeleid, 6 (2002-2003), p. 507-511. Dienst voor Onderwijsontwikkeling, ICT-competenties in het basisonderwijs. Via ICTintegratie naar ICT-competentie, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 2004. Mesdom, F., Daniëls, K. en De Craemer, J., ICT.onderwijs@ Vlaanderen, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 2000. Messiaen, M., Klikvast, ook op de informatiesnelweg, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 2002. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Rapport van de stuurgroep van de evaluatie van de lerarenopleidingen, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 2001. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Beleidsevaluatie ICT in het Onderwijs, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Beleidscoördinatie Onderwijs, 2003. Rots, I., Valcke, M. en Verbeke, M., Computers van onder het krijtstof : ICT-nascholing op de rails, Gent, Universiteit Gent, Vakgroep Onderwijskunde, 2003. Roe, K., et.al., Het onderwijs in een concurrentiestrijd. Een studie naar de positie van formele leerkanalen in een informele kennismaatschappij, niet-gepubliceerd OB- PWO-onderzoek, Leuven, KUL, 2001. Vandenbroucke, F., Vandaag kampioen in Wiskunde, morgen ook in gelijke kansen. Beleidsnota van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 2004. Vanderpoorten, M., Visietekst ICT in het Onderwijs, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 2002. AFL. 9, JUNI 2005, 108 & ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 15 VVKSO, Vereiste investeringen voor een effectieve ICT-implementatie in het Katholiek Voltijds Secundair Onderwijs, in Mededelingen (KI64.05) (2000), Brussel, VSKO. Willems, N., Evaluatierapport project ICT-coördinatie, niet-gepubliceerd rapport, Brussel, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 2003. Willems, P., Onderwijsvernieuwing en ICT in het hoger Onderwijs, in ICT en Onderwijsvernieuwing, 1 (2002), p. 203-216. Geraadpleegde websites : Dienst voor onderwijsontwikkeling : www.ond.vlaanderen.be/dvo Klascement : www.klascement.net Officiële ICT-website : www.ond.vlaanderen.be/ict ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING & AFL. 9, JUNI 2005, 109

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 16 Bijlage : Een overzicht van lopende ICT-programma s op initiatief van de Vlaamse overheid In deze bijlage wordt een overzicht geboden van lopende initiatieven en acties die door het Departement Onderwijs georganiseerd en/of ondersteund worden.1. Infrastructuur 1.1. Netwerkinfrastructuur : de Belgacom I-line De federale Telecomwet van december 1997 bepaalt dat Belgacom onder meer een speciaal tarief voor internetverkeer ten voordele van scholen moet aanbieden. Onderwijsinstellingen kunnen via het departement Onderwijs bij Belgacom tegen gunsttarief een I-line bestellen. Dat is een ADSL- of ISDNlijn, uitsluitend voor internetverkeer. Installatie-, communicatie- en abonnementskosten voor de lijn zijn inbegrepen. 1.2. Softwarebeleid Teneinde de hardware adequaat voor educatieve doeleinden te gebruiken dienen scholen te beschikken over voldoende en kwaliteitsvolle programmatuur en educatieve software. Daartoe werden een aantal acties ondernomen. 1.2.1. Programmamatrix De programmamatrix is een on line raadpleegbare koopwijzer die Nederlandstalige educatieve softwarepakketten bevat die door didactici, leerkrachten en onderwijsdeskundigen worden beschreven op het vlak van inhoud, gebruiksvriendelijkheid... Geïnteresseerde leerkrachten vinden op die manier hun weg in het onoverzichtelijke en vaak onbekende aanbod van educatieve software. Op basis hiervan kunnen scholen op een gefundeerde manier richting geven aan hun aankoopbeleid inzake software en hun wensen terzake beter formuleren. www.programmamatrix.be Voor het SO is een beperkte databank met beschrijvingen van educatieve software ontwikkeld : www.ond.vlaanderen.be/secundair_scholen/edusoft/ 1.2.2. Raamovereenkomsten Met een aantal softwarebedrijven werden raamovereenkomsten gesloten teneinde belangrijke besturings- en applicatiesoftware gratis of tegen gunsttarief naar scholen te verspreiden. AFL. 9, JUNI 2005, 110 & ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 17 Met Microsoft werden twee raamovereenkomsten gesloten, één voor het leerplichtonderwijs en de permanente vorming (MS-KIS) en één voor het hoger onderwijs (MS Select). De raamovereenkomsten houden behalve een gunsttarief voor scholen ook een thuisgebruikrecht voor leerkrachten in. Verder houdt de MS-KIS-overeenkomst een regularisering in voor software die niet perfect legaal op de school-pc s is geïnstalleerd. In juni 2004 werd ook met IBM een raamovereenkomst ondertekend. Via deze overeenkomst kunnen scholen gratis gebruikmaken van een breed gamma softwareproducten. 1.2.3. Het freewareproject Rond thema s uit de officiële leergebieden van het BaO groepeerden een viertal auteurs in opdracht van het Departement Onderwijs op het internet beschikbare educatieve freewareprogramma s en lesmateriaal dat ontwikkeld werd met veelgebruikte softwareprogramma s. De educatieve software werd vervolgens beschreven in didactische lesfiches die werden gepubliceerd in het boek ICT op het menu. Deze lesscenario s zijn een handig hulpmiddel om het ICT-gebruik in de basisschool concreet vorm te geven of verder te verdiepen. Alle in de publicatie vermelde freewareprogramma s worden bovendien gratis ter beschikking gesteld. Geïnteresseerden kunnen het materiaal downloaden op de site www.klascement.net en vrij gebruiken. 1.2.4. De werkgroep open source-software De introductie van open source-software (OSS) in het Vlaams onderwijs staat nog in de kinderschoenen en de mogelijkheden ervan zijn amper bekend. In Vlaanderen stelde een werkgroep een advies op over de mogelijkheden van OSS in het onderwijs. Op basis hiervan zullen in 2005 een aantal initiatieven genomen worden. http://vrijesoftware.klascement.net 1.2.5. De ontwikkeling van educatieve software ondersteunen Diverse projecten - gericht op de ontwikkeling van educatieve en op ICT gebaseerde leermiddelen - werden financieel ondersteund. We vermelden hier in de eerste plaats Anywize en Terra Nova/Onderstroom. In beide projecten werden zgn. webquests ontwikkeld waarbij leerlingen binnen een beveiligde internetomgeving een bepaald leertraject moeten volgen rond diverse onderwerpen. De ontwikkelde materialen zijn volledig afgestemd op de eindtermen. www.anywize.be www.onderstroom.be ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING & AFL. 9, JUNI 2005, 111

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 18 2. Ondersteuning 2.1. ICT-competenties Omdat de onderwijsoverheid steeds meer geconfronteerd wordt met inhoudelijke vragen naar duidelijkheid en houvast inzake de ontwikkeling van ICT-vaardigheden bij kinderen in de basisschool ontwikkelde de Dienst Voor Onderwijsontwikkeling (DVO) ICT-competenties die nuttig en haalbaar zijn aan het einde van de basisschool. Daaraan werden bovendien voorbeelden van goede praktijk gekoppeld. De teksten en praktijkvoorbeelden werden gebundeld in de publicatie ICT-competenties in het basisonderwijs. Van ICT-integratie naar ICT-competentie. Informatie : Daniël Delcour : daniel.delcour@ond.vlaanderen.be 2.2. ICT-coördinatie Tijdens het schooljaar 2002-2003 werden aan de scholen middelen ter beschikking gesteld voor ICT-coördinatie. Voor dit eerste schooljaar gebeurde dat in de vorm van een tijdelijk project. Vanaf het schooljaar 2003-2004 wordt dat verankerd in onderwijsdecreet XIV. Voor het berekenen van de middelen wordt uitgegaan van een rugzak per leerling. Aangezien er naargelang het onderwijsniveau verschillende noden zijn, wordt er een wegingsfactor ingebouwd. De berekening gebeurt dus door per instelling het aantal leerlingen te vermenigvuldigen met de wegingsfactor. 2.3. Goede praktijkvoorbeelden : European Network of Innovative Schools (ENIS) In het kader van de overeenkomst met European Schoolnet werd in Vlaanderen een European Network of Innovative Schools (ENIS) opgericht. De ENIS-scholen leveren input voor diverse sensibiliseringscampagnes zoals Klikvast, ICT.onderwijs@ Vlaanderen en ICT. Paswoord tot de kennismaatschappij. Gedurende het schooljaar 2003-2004 waren ze betrokken bij een vernieuwingsproject van de Europese commissie : Valnet - 5D. www.enis.be www.5d.be AFL. 9, JUNI 2005, 112 & ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 19 2.4. Veilig ICT-campagne : Klikvast Eind 2002 werd de sensibiliseringscampagne Klikvast gelanceerd, een project rond veilig ICT-gebruik op school. Centraal stond de publicatie Klikvast, ook op de informatiesnelweg. Tips voor veilig ICT-gebruik op school. Met deze publicatie werden informatie, concrete tips en richtlijnen verstrekt over veilig ICT-gebruik op school. Ze biedt onder meer antwoord op de volgende vragen. Over welke basisbeveiliging dienen de computers en het netwerk in een school te beschikken? Wat mag gepubliceerd worden op het internet en wat niet? Hoe kunnen scholen hun leerlingen leren omgaan met mogelijke schadelijke inhouden en contacten via het internet? Hoe kunnen leerkrachten omgaan met cyberpesterij? Wat is een goede houding aan de computer? enz. Daarnaast werd ook samengewerkt met een aantal andere partners : childfocus, de federale politie en het ministerie van Justitie. Er werden affiches met surfsafe-tips verspreid en met de politie werden en worden infosessies gehouden in scholen. Een campagnewebsite ondersteunt het geheel. www.clicksafe.be 2.5. Een educatieve portaalsite Via een samenwerking met Klascement werd een eerste bescheiden aanzet gegeven tot het ondersteunen van een educatieve portaalsite. Klascement ontwikkelt in opdracht van het Departement Onderwijs specifieke ICT-dossiers en ontsluit de resultaten van overheidsprojecten voor een ruimer onderwijspubliek. www.klascement.net 2.6. Sensibiliseringscampagnes Het Departement Onderwijs ondersteunt financieel een aantal sensibiliseringsinitiatieven zoals de onderwijsbeurs CST (computers en multimedia op school en thuis) en digikids. www.cst.be www.digikids.be Bovendien werden de voorbij jaren diverse eigen campagnes gelanceerd : ICT.onderwijs@ Vlaanderen (november 2000) ICT. Paswoord tot de kennismaatschappij (november 2001) Klikvast (december 2002) ICT op het menu (maart 2004) Info : www.ond.vlaanderen.be/ict ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING & AFL. 9, JUNI 2005, 113

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 20 3. Vorming via REN Vlaanderen Om het educatieve gebruik van ICT aan te moedigen wordt sinds 2000 jaarlijks op de onderwijsbegroting 1,8 miljoen euro voorzien om de nodige nascholing te kunnen aanbieden. Met dit geld werden in eerste instantie vijf Regionale Expertisenetwerken uitgebouwd. De kerntaak bestaat in het aanbieden van nascholing. Daarnaast wordt van de netwerken ook verwacht dat zij hun expertise aanwenden voor technische en organisatorische ondersteuning. De ontwikkeling van dergelijke netwerken bevordert de samenwerking en bundelt en optimaliseert de expertise die aanwezig is op het vlak van ICT. Op die wijze kan de deskundigheid op een optimale manier worden ingezet voor zowel een doordachte integratie van ICT in de lerarenopleiding als de ondersteuning van scholen bij de integratie van nieuwe media. Leerkrachten, directeurs, lerarenopleiders, maar ook pedagogische begeleiders zullen bij deze centra terechtkunnen om praktische informatie in te winnen, praktijkervaring op te doen en/of zich na te scholen. Vanaf 2004 zijn de vijf regionale expertisenetwerken geïntegreerd in één enkel competentiecentrum : REN Vlaanderen. REN Vlaanderen biedt zowel aanbod- als vraaggestuurde nascholing aan. www.renvlaanderen.be 4. Internationalisering 4.1. European Schoolnet European Schoolnet wil regionale/nationale educatieve netwerken samenbrengen in een overkoepelend Europees netwerk. Dit netwerk van netwerken wil een paraplu-organisatie zijn waarbinnen scholen uit de deelnemende landen kunnen communiceren, educatieve tools en diensten uittesten en multilateraal ICT-projecten uitwerken. Het EUN biedt dus een structuur aan voor multilaterale samenwerking op het vlak van educatief ICT-gebruik. Behalve op het vlak van netwerkvorming speelt European Schoolnet nog op andere vlakken een belangrijke rol. Zo wordt er op Europees vlak denkwerk verricht om soortgelijke problemen in verschillende landen aan te pakken. Een voorbeeld hiervan is standaardisering. Vlaanderen participeert in diverse deelprojecten : ENIS, Virtual School en Spring Day in Europe. http ://www.eun.org http ://www.eun.org/vs AFL. 9, JUNI 2005, 114 & ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING

VLAAMSE OVERHEID & ICT IN HET ONDERWIJS: HET VLAAMS & 21 4.2. etwinning Scholen moeten de kans krijgen samen met en van elkaar te leren, ideeën uit te wisselen en vrienden de maken. Daarom lanceert de Europese Commissie de etwinning-actie. Deze actie promoot het meertalige en multiculturele karakter van het Europese maatschappijmodel. Een etwinning is een partnerschap tussen ten minste twee scholen uit ten minste twee verschillende Europese landen waarbij ICT gebruikt wordt om samen te werken aan een pedagogisch verantwoorde activiteit. Deze samenwerking kan op verschillende niveaus gebeuren : tussen twee leerkrachten, twee leerkrachten- of vakgroepen, twee bibliothecarissen of twee schoolhoofden. De etwinningactie streeft naar educatieve partnerschappen waarbij leerkrachten, schoolhoofden en ondersteunend personeel meewerken aan activiteiten op verschillende niveaus. Het is de bedoeling dat het personeel van twee verschillende scholen voor een langere periode samenwerkt. Er horen verschillende disciplines, schoolvakken of zelfs mogelijkheden tot bijscholing van het personeel tijdens de samenwerking aan bod te komen. In Vlaanderen staat het Klascement-team met steun van het Departement Onderwijs klaar om scholen hierbij te begeleiden. Ze helpen bij het vinden van geschikte partner(s), geven tips bij de voorbereiding en ondersteunen gedurende het project. Vlaamse etwinning site : www.etwinning.be Internationale etwinning site : www.etwinning.net 5. Onderzoek en evaluatie 5.1. Monitoring van ICT-infrastructuur Sinds 1999 gebeurt jaarlijks een monitoring van de besteding van de PC/KDgelden en van de aanwezige ICT-infrastructuur in de scholen. Deze bevraging wordt uitgevoerd door het Centrum voor Instructiepsychologie en - technologie van de KULeuven. Vanaf 2005 wordt de monitor vervangen door een tweejaarlijkse studie die zowel de infrastructuur als het gebruik ervan in kaart brengt. 5.2. Ander onderzoek In 2003 werd een prospectie uitgevoerd naar de ICT-nascholingsbehoeften op schoolniveau. Eveneens in 2003 voerde de administratie een evaluatie uit van het ICT-beleid op basis van beschikbaar onderzoek. In 2004 voert de inspectie BO en SO een onderzoek naar ICT-gebruik in scholen. Momenteel is een onderzoek lopende naar de sociale impact van ICT in het onderwijs. ICT EN ONDERWIJSVERNIEUWING & AFL. 9, JUNI 2005, 115