Algemeen bestuur Advies Pagina 1/5 Steller Leiden L. van Kesteren / R. Naaktgeboren 27 september 2018 Onderwerp - 7-maandsrapportage 2018 Samenvatting Voor u ligt de 7-maandsrapportage 2018. De 7-maandsrapportage gaat in op de volgende onderwerpen: Analyse van het financiële resultaat: In dit onderdeel wordt inzicht gegeven in de realisatie van de eerste zeven maanden 2018 ten opzichte van de op 29 maart 2018 vastgestelde jaarbegroting 2018 inclusief wijzigingen. De uitputting van de begroting 2018 is voor de eerste zeven maanden uitgekomen op 54%. Dit percentage ligt in lijn met de verwachtingen. Van de geraamde baten is per 31 juli 2018 59% gerealiseerd. Algemene ontwikkelingen: In het onderdeel algemene ontwikkelingen van de rapportage wordt ingegaan op het te hanteren normenkader. Tevens zijn de verantwoordelijkheden met betrekking tot de 7-maandsrapportage per belanghebbende uiteengezet. Het hoofdstuk geeft verder een uiteenzetting van de strategie en de actuele ontwikkelingen binnen de BSGR. Een toelichting per programma: In de toelichting worden per programma de 3 W-vragen beantwoord: wat willen we bereiken, wat gaan we daarvoor doen en wat gaat dat kosten. Dit hoofdstuk geeft daarmee een nadere analyse van de realisatie ten opzichte van de begroting op programmaniveau. Tevens worden in dit hoofdstuk de volgende onderwerpen nader uitgewerkt: de productie over de eerste 7 maanden van 2018, de ontwikkelingen in de bezwaarschriften en de kwijtscheldingen en de status van de WOZ beschikkingen. De totale bruto oplegging in de eerste zeven maanden van 2018 is 418,7 miljoen ten opzichte van 417,7 miljoen in de eerste zeven maanden van 2017. Het geringe verschil komt doordat de tarieven overall nauwelijks zijn gestegen. Eind juli 2018 zijn er over 2018 in totaal 3197 bezwaren geregistreerd. Hiervan staan er nog 598 open. Ter vergelijk met vorig jaar respectievelijk 4227 en 537. Ook dit jaar hebben de leveringen van de bestanden vanuit de LV WOZ pas laat plaats gevonden. De eigenarenaanslagen van het waterschap gingen hierdoor, evenals vorig jaar, pas in april/mei op aanslag in plaats van in maart. Gezien de gewijzigde werkwijze die door de LV WOZ wordt afgedwongen zal dit ook voor de komende jaren het geval zijn. Vanaf 2016 wordt structureel de leegstand in de woningen aangeschreven. Vanaf dit jaar zal dit een vervolg krijgen in het toevoegen van de leegstaande bedrijven. Ondanks verwoede pogingen de leegstand beter onder controle te krijgen door terugmeldingen aan de Kamer van Koophandel levert dit onvoldoende resultaat op. Er is een tendens om belastingheffing op grotere schaal dan voorheen afhankelijk te maken van informatie van derden. Deze informatie moet door de BSGR veelal bewerkt worden waardoor de tijdigheid van aanslagoplegging van deze heffingen in het combikohier van februari onder druk kan komen te staan. Het februari kohier kan niet verschoven worden aangezien de WOZ beschikkingen
Pagina 2/5 7-maandsrapportage 2018 in de maand februari dienen te worden verzonden. Worst case zou de resultante kunnen zijn dat dergelijke gemeentelijke heffingen veelvuldiger over meerdere kohieren verspreid worden en daarmee op meerdere aanslagbiljetten. Iets wat kostenverhogend zal werken voor de betreffende deelnemers conform het kostprijscalculatiemodel. In de eerste zeven maanden van 2018 is 63,3% van de kwijtscheldingsverzoeken automatisch toegekend. Dit is hoger dan het percentage in 2017 (53,6%). Van de in de eerste zeven maanden van 2018 ontvangen verzoeken betreft het in ongeveer 7,4% van de gevallen een eerste kwijtscheldingsverzoek. Dit is minder dan de 8,5% in 2017. In de eerste zeven maanden van 2018 is er ruim 8.300 keer gebruik van gemaakt van de mogelijkheid om digitaal een kwijtscheldingsverzoek in te dienen. Dit is ongeveer gelijk aan dezelfde periode in 2017. Met name studenten maken van deze mogelijkheid gebruik. Het totale toegekende bedrag aan kwijtscheldingen over de eerste zeven maanden van 2018 bedraagt 10,5 miljoen en is daarmee hoger ten opzichte van dezelfde periode van 2017 ( 9,1 miljoen). Dit wordt met name verklaard doordat in de eerste 7 maanden van 2018 meer kwijtscheldingsverzoeken zijn afgehandeld (46.117 stuks) dan in dezelfde periode in 2017 (40.921 stuks). Ondanks het economisch herstel neemt het aantal aanmaningen en dwangbevelen weer iets toe. Hierbij dient te worden opgemerkt dat burgers jaarlijks meerdere malen aanmaningen kunnen ontvangen, en dat aanmaningen betrekking kunnen hebben op meerdere belastingjaren. Ditzelfde geldt voor het aantal dwangbevelen. In de eerste zeven maanden van 2018 zijn er minder loon- of uitkeringsbeslagen gelegd dan over de vergelijkbare periode 2017. Er zijn 8.936 vooraankondigingen loonvordering verstuurd naar werkgevers of uitkeringsinstanties, waarvan er in 4.050 gevallen daadwerkelijk beslag op loon of uitkering is gelegd. In 2017 waren dit respectievelijk 9.485 vooraankondigingen en 4.422 beslagen. In de overige gevallen is na correspondentie gebleken dat er geen beslag gelegd kan worden vanwege het overschrijden van de beslagnorm die wettelijk wordt vastgesteld of dat een werknemer inmiddels uit dienst is bij de werkgever die is aangeschreven. In 2018 hebben de deurwaarders in samenwerking met Belastingsamenwerking West Brabant tot nu toe drie keer gebruik gemaakt van een scanbus.. Belangrijk aspect daarbij is tevens de signaalfunctie die naar de buitenwereld wordt afgegeven dat het niet alleen bij dreigen blijft, maar dat er concreet actie wordt ondernomen. De resultaten zijn goed, en zullen in de komende maanden in 2018 nog een aantal keer worden herhaald. In de eerste zeven maanden van 2018 zijn er ruim 82.600 aangenomen gesprekken door medewerkers afgehandeld, in tegenstelling tot 81.250 binnenkomende gesprekken in 2017 (incl. door burgers beëindigde gesprekken voordat ze een medewerker aan de lijn kregen). Door een verruiming in telefonische bereikbaarheid en doordat veel burgers kiezen voor de optie om direct een medewerker aan de lijn te krijgen, komt de stijging van ruim 20 procent in aangenomen gesprekken bijna volledig voor rekening van de afdeling I&I.
Pagina 3/5 7-maandsrapportage 2018 Voor belastingjaar 2018 is niet geheel voldaan aan de normering van de Waarderingskamer om 99,9% van de objecten einde mei op aanslag te laten gaan. Waar vorig jaar eind juli nog 0,5% van de objecten gewaardeerd moesten worden, is dit nu opgelopen naar circa 0,85%. Reden is onder andere de beperkte capaciteit die vanuit de flexibele schil kan worden aangeboden. De achterstand wordt nu echter langzamerhand ingelopen. Het beeld van de afgelopen jaren laat structureel zien dat een versnelling in het eerste deel van het jaar op zijn plaats is. Reden waarom wordt ingezet op het omzetten van inhuurbudget naar structurele vaste medewerkers. Het vinden van gekwalificeerd en direct inzetbare krachten blijft echter, zeker gezien de enorme druk op de arbeidsmarkt voor vastgoed gerelateerde functies, geen eenvoudige opgave. De effort is erop gericht de achterstand medio 4 e kwartaal (grotendeels) ingelopen te hebben; met name op het onderdeel niet-woningen zal dit nog een behoorlijke uitdaging worden. De enorme waardestijging op de woningmarkt, welke momenteel op landelijk niveau waarneembaar is, is ook bij de deelnemende gemeenten zichtbaar. Voor een aantal deelnemers is de stijging naar volgend prijspeil zelfs (veel) hoger dan het landelijke beeld dat door de Waarderingskamer wordt geschetst (tussen +7,5% en +9,5%). Het feit dat de BSGR met Randstad-gemeenten te maken heeft, speelt hierin een rol. Voor de niet-woningen sluit het landelijke beeld (opgave Waarderingskamer tussen +0,5% en 2,5%) meer aan bij de waardeontwikkeling van onze deelnemende gemeenten (gemiddeld circa +1,3%). Ondanks het feit dat er veel meer WOZ-bezwaren zijn binnengekomen voor belastingjaar 2018, is het toch gelukt om eind juli bijna 70% van de WOZ-bezwaren afgerond te hebben (eind juli 2017 circa 74%). De tijdslijn van de Waarderingskamer geeft een afhandelingsnorm van 40% eind juli aan. Een mooie prestatie die voordelen oplevert in de herwaardering die reeds is aangevangen; er hoeft (achteraf) geen/minder dubbel werk gedaan te worden. De afhandeling van de bezwaarschriften is geprioriteerd boven het afronden van de tussentijdse evaluatie van de bezwaarschriften. In november/december 2018 zal de definitieve analyse en evaluatie beschikbaar zijn. Voor de BSGR specifiek heeft, zoals in de 3 maands-rapportage aangegeven, de onjuiste verwerking van een aantal WOZ-waarden geleid tot extra (informele) bezwaren. Daarnaast zijn de aanzienlijke waardeontwikkeling op de woningen, de openbaarheid van WOZ waarden maar zeker ook de exponentiele toename van de door gemachtigden (o.a. NoCure-NoPay bureaus) ingediende bezwaarschriften verklaringen voor de toename van het aantal bezwaarschriften. Als reactie op de ongewenste grote toename van het aantal bezwaarschriften ingediend door NCNP bureaus en de daarmee gepaard gaande stijging van de kosten, heeft de Waarderingskamer aandacht gevraagd voor deze problematiek in een brief (d.d. 26 juni 2018) aan de staatssecretaris van Financiën. Einde eerste kwartaal is de pilot van het project over naar gebruiksoppervlakte (project GO) voor de gemeenten Gouda en Leiden afgerond. Er zijn een aantal afstemmingsbijeenkomsten geweest waarbij goede toekomstgerichte afspraken zijn gemaakt (en tussendoor worden geëvalueerd) over uniforme werkwijzen, samenwerking en elkaar versterken. De samenwerking wordt zowel door de gemeente Gouda als de gemeente Leiden als zeer positief ervaren. Op 17 september zal een kickoff bijeenkomst voor de overige deelnemende gemeenten worden georganiseerd waarvoor regiefunctionarissen en spilfunctionarissen zijn uitgenodigd. Medewerkers van de gemeenten Gouda en Leiden zullen de opgedane ervaringen van de afgelopen maanden delen. Het blijkt echt een enorme win-win-situatie waarin kansen liggen om zowel kwaliteits- als efficiencyslagen te gaan realiseren. Samen met 7 andere belastingkantoren die allemaal gemeenten en tenminste 1 waterschap als deelnemer hebben, wordt in een directeurenoverleg overleg gepleegd over de aan te houden koers als het gaat om ICT ontwikkelingen. Hierbij worden ze geadviseerd door de leden van het kernteam. Dit zijn vanuit 7 belastingkantoren medewerkers die of verantwoordelijk zijn voor de ICT en/of beleid dan wel afdelingshoofd zijn.
Pagina 4/5 7-maandsrapportage 2018 Door het kernteam wordt ook de ontwikkelagenda van Centric en Bakerware (onze portal leverancier en inmiddels ook onderdeel van Centric) besproken met de betrokken partijen. Hierdoor is een ICT samenwerking ontstaan tussen de genoemde kantoren aan de ene kant en de softwareontwikkelaars aan de andere kant. Deze samenwerking leidt ertoe dat krachten gebundeld worden en kosten gedeeld. Landelijk gezien is de bestaande koepelvrijstelling voor de BTW in april in het nieuws gekomen. Vanuit de wandelgangen en vanuit de belangenvertegenwoordigers voor gemeenten en waterschappen (VNG en UvW) werd vernomen dat er plannen zijn om de bestaande koepelvrijstelling op te heffen. In juni is besloten door de Staatssecretaris om de aanpassing van de koepelvrijstelling voorlopig op te schorten en e.e.a. aanhangig te maken in Europees verband. Door Nederland zijn ook in Europees verband voorstellen gedaan tot reparatie van de regelgeving inzake de koepelvrijstelling. De bovengenoemde problematiek doet niet af aan de eerdere intrekking van een specifieke goedkeuring per 1 januari 2018. Door de intrekking van deze goedkeuring is de koepelvrijstelling sinds januari dit jaar niet meer van toepassing als de diensten door de leden (mede) worden gebruikt voor belaste prestaties (bijvoorbeeld inning belasting t.b.v. bedrijfsafval, inning haven/kade gelden). Over laatstgenoemde intrekking is er contact gelegd met de belastinginspecteur hoe hier mee om te gaan. Per 1 april 2016 zijn er wijzigingen in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) doorgevoerd. Met ingang van het begrotingsjaar 2018 treden deze wijzigingen van het BBV voor gemeenschappelijke regelingen in werking. De wijzigingen zijn voor een groot deel in de (meerjaren)begroting 2018 reeds doorgevoerd. Enkele aanpassingen op het gebied van de taakvelden zullen door middel van een aparte wijziging in september nog aan het bestuur worden voorgelegd. Hierin is niet meegenomen de structurele verplichting vanuit het BBV om een voorziening te vormen voor vervangingsinvesteringen, zijnde een bedrag van circa 160K per jaar. Bezien zal worden per ultimo 2018 hoeveel ruimte er is om alsnog aan deze BBV verplichting te voldoen. Verder zal deze extra kostenpost naar het volgende jaar in de begrotingswijziging 2019 e.v. worden meegenomen. Bij de interne beoordeling van de bestemmingsreserve positie per ultimo juli is gebleken dat bij de jaarrekening 2017 abusievelijk niet alleen de gerealiseerde onderuitputting 2017 van de reserve flankerend beleid is herbestemd maar ook nog eens in de bestemming van het resultaat is meegenomen. Daardoor stijgt de bestemmingsreserve nog eens ten onrechte met 101K. De uitkering aan de deelnemers had bij de bestemming van het resultaat 2017 101K hoger moeten zijn. Ons voorstel is om deze omissie te herstellen en alsnog de uitkering aan de deelnemers te doen, conform de verdeelsleutel 2017. Overeenkomstig het besluit van het Algemeen Bestuur van 21 september 2017 gaan de invorderingsopbrengsten met ingang van 2018 rechtstreeks naar de deelnemers. Omdat per ultimo juli 2018 inmiddels het oorspronkelijk geraamde jaarbedrag 1,1 mln. aan invorderingsopbrengsten is ontvangen is de verwachting dat de deelnemers bovenop de inmiddels gerealiseerde raming nog een extra bedrag gaan ontvangen van circa 0,7 mln.
Pagina 5/5 7-maandsrapportage 2018 Advies Het Algemeen bestuur wordt gevraagd: Kennis te nemen van de laatste 7-maands-rapportage 2018, omdat besloten is om per 2019 een 8-maands-rapportage op te maken, en deze vast te stellen. Te besluiten tot een correctie van de bestemming van het resultaat 2017 waardoor er een uitkering aan de deelnemers plaatsvindt, conform de verdeelsleutel 2017 ter grootte van 101K. Besluit