Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Samenwerkingsovereenkomst bestuurlijke afspraken inzake Knooppunt Joure

Vergelijkbare documenten
Bestuursovereenkomst N59 Energy Highway

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Bestuursovereenkomst Zuidelijke Ringweg Groningen, Fase 2

BESTUURSOVEREENKOMST ZUIDELIJKE RINGWEG GRONINGEN, FASE 2

Bestuurlijke Overeenkomst A15 Papendrecht Sliedrecht (A15 PaS)

Gezamenlijk hierna te noemen: Partijen

Bestuursovereenkomst. Verdubbeling. N33 Zuidbroek Appingedam

Ondergetekenden: Rijkswaterstaat, Dienst Zuid-Holland ProRail BV De Provincie Zuid-Holland De Gemeente Moordrecht

Partijen 1 tot en met 3 gezamenlijk hierna te noemen: Partijen. Partijen 2 tot en 3 gezamenlijk hierna te noemen: de decentrale overheden.

RNI Convenant Dienstverlening Gemeenten

Raad. Raad Disnummer: Onderwerp: Zuidelijke spooraansluiting Chemelot. Meegestuurde stukken: Convenant bereikbaarheidsimpuls Limburg

Concept Bestuursovereenkomst Blankenburgverbinding

Overeenkomst. tussen Rijkswaterstaat Noord-Nederland en Gemeente Vlieland. Zaaknummer Trim-nurnmer: RWS-3017/ 31360

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Samenwerkingsovereenkomst. kunststof. verpakkingsafval

Overeenkomst nummer met 1 overzichtstekening. De ondergetekenden,

Nadere Samenwerkingsovereenkomst Vernieuwen Wilhelminasluis

CONVENANT MET BETREKKING TOT DE SCHEIDING VAN RISICO S VERBONDEN AAN DE UITVOERING VAN DE ACTIVITEITEN VAN DE BLOEDVOORZIENINGSORGANISATIE

Samenwerkingsovereenkomst voor de uitvoering van het programma De Kop Werkt!

BESTUURSOVEREENKOMST. ter afronding van de Verkenningsfase en start van de Planstudiefase voor N35 ZWOLLE - WIJTHMEN

Bestuursovereenkomst betreffende de operationalïteït voor civiel medegebruïk van de militaire radar bij Soesterberg

S A M E N W E R K I N G S O V E R E E N K O M S T

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST LOCATIE SMITSWEG DORDRECHT. Tussen:

hierna te noemen QWHOVNO (Quick-Wins Hoogwaardig Openbaar Vervoer Noordoost-Brabant)

Wijzigingsovereenkomst A15 Papendrecht - Sliedrecht (A15 PaS)

Overeenkomst Fonds Bereikbaarheidsoffensief Regio Utrecht

Convenant gemeente Delfzijl en woningcorporatie Acantus Batch juni Collegebesluit: 25 juni 2019

Overeenkomst Voorfinanciering Randstadspoor tussen provincie Utrecht, gemeente Utrecht en Bestuur Regio Utrecht

OVEREENKOMST N31 TRAVERSE HARLINGEN. Partijen: Het Rijk De Provincie Fryslân De Gemeente Harlingen. Plaats, XX 2012.

Convenant. Ter bevordering van de productie van de Nederlandse film en Nederlandse publieksfilms in het bijzonder en het bioscoopbezoek in Nederland

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar

a. De Zaan een belangrijke vaarweg in het Basisnet voor de Beroepsvaart in Noord-Holland van de Provincie is;

Bestuursovereenkomst "Groningen Bereikbaar"

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Bestuursovereenkomst Michiel Adriaanszoon de Ruyterkazerne

Met deze brief informeren wij u over een nauwere samenwerking met Rijkswaterstaat.

Intentieovereenkomst tussen Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) Hollands Noorden en gemeente Heerhugowaard

de Provincie zo spoedig mogelijk een subsidieaanvraag voor de RijnlandRoute zal indienen;

Anterieure exploitatieovereenkomst zoals bedoeld in artikel 6.24 Wet ruimtelijke ordening

de ondergetekenden, hierna tezamen genoemd partijen

Overeenkomst kwaliteitsverbetering landelijk gebied Limburg. Partijen:

OVEREENKOMST. CONCEPT tekst van Henk Strubbe en Peter den Otter. Contractanten: Provincie Utrecht Gemeente Montfoort

H U U R O V E R E E N K O M S T S P O R T C O M P L E X D E S W A N E B U R G

Overeenkomst nummer

[Geef tekst op] [Geef tekst op] bijlage B

Samenwerkingsovereenkomst VLIEGBASIS SOESTERBERG. Bijlage 7 vergadering BP

Overeenkomst tussen de Provincie Utrecht en ProRail BV tot voorfinanciering van het programma VleuGel/Randstadspoor (RSS)

BESTUURSCONVENANT PROVINCIE OVERIJSSEL GEMEENTE STEENWIJKERLAND TER UITVOERING VAN HET PROVINCIAAL MEERJARENPROGRAMMA LANDELIJK GEBIED OVERIJSSEL

Bestuursovereenkomst Doortrekking A15 Ressen naar A12 Oudbroeken

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST MODELCASUS

Samenwerkingsovereenkomst uitvoering regionaal contract- en leveranciersmanagement voor het Sociaal Domein Jeugd en Wmo, gemeenten regio Achterhoek

Overeenkomst betreffende het aanbieden en (laten) verwerken van huishoudelijk restafval en soortgelijk afval van de gemeente Diemen

Oan Provinsjale Steaten

Samenwerkingsovereenkomst Structuurvisie Eemsmond - Delfzijl

Intentieverklaring Herontwikkeling Locatie Betonson. Arkel

Huurovereenkomst Sporthal de Drostenhal

Dienstverleningsovereenkomst 2017 ter uitvoering van de basistaken en verzoektaken binnen de Regionale Uitvoeringsdienst Limburg Noord

Convenant betreffende een financiële impuls ten behoeve van de Kwaliteitssprong Rotterdam Zuid ( ).

RAAMOVEREENKOMST EDUCATIE Samenwerkingsverband Hoogeveen en R.O.C. Alfa College

BESPREEKNOTITIE VOOR DE GEMEENTERAAD

Intentieverklaring Gemeente Asten Sleutelorganen idop Ommel betreffende de samenwerking bij de realisatie van een multifunctionele accommodatie (MFA)

OVEREENKOMST INZAKE DE LOCATIES TNO YPENBURG EN TNO WAALSDORPERWEG

Samenwerkingsverband Hoogeveen/De Wolden en ROC Drenthe College

Microsoft Office 365 licentie gebruiksrechten

BESTUURSOVEREENKOMST Uitvoeringsregeling POP-3 subsidies Zuid-Holland

Samenwerkingsovereenkomst Regionale Ondersteuning Verkeersveiligheid in Zuid-Holland

UITVOERINGSOVEREENKOMST ZUID-HOLLAND HOV-CORRIDOR NOORDWIJK- SCHIPHOL

2. Dat partijen het gewenst achten dat er ondersteuning wordt geboden aan initiatieven die bijdragen aan de onder 1 genoemde doelstelling;

Model Bestuursconvenant September 2009

De Staat der Nederlanden. De Provincie Overijssel. De Gemeente Enschede. Bestuursovereenkomst Gebiedsontwikkeling Vliegveld Twente

Bestuursovereenkomst Mobiliteitsaanpak Korte Termijn Weg Stadsregio Arnhem Nijmegen

CONVENANT VOOR VERGOEDING VAN KOSTEN OF SCHADE DOOR GRONDWATERBESCHERMING IN GELDERLAND

Ondergetekenden onder 1 en 2 hierna gezamenlijk aan te duiden als: Partijen.

Samenwerkingsconvenant Blauwe Verbinding juli 2009

OVEREENKOMST PARTIJEN OVERWEGENDE,

Samenwerkingsovereenkomst realisatie duiker en stuw Molenweg

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST INZAKE VMBO AMERSFOORT

Belastingdienst. Inspectie Leefomgeving en Transport. Convenant tussen de Belastingdienst en. Autoriteit woningcorporaties. Datum 15 juni 2019

Bijlage 2. Voorbeeld samenwerkingsovereenkomst

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST. tussen. De Gemeente Haarlemmermeer. het consortium van huisartsen. ten behoeve van de realisering van een

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Convenant uitwerking amendement cofinanciering opruiming drugsafvaldumpingen

Convenant De Blauwe As. Samenwerkende overheden Zuidelijke Randmeren

Bestuursovereenkomst overdracht bevoegdheden inzake realisatie windopgave gemeente Brielle

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Overeenkomst tussen Gemeente Venlo en Holland Casino

4 4 w ~ Regionale Bestuursovereenkomst Blankenburgverbinding METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG DELFLAND. Gemeente Rotterdam

Bestuursovereenkomst provincie Zuid-Holland gemeente Gouda vanwege het HOV-NET Zuid-Holland Noord

BIJLAGE NR l ^59 9 f

Concept Convenant Voorraadbeheersing en Afstemming Werklocaties Flevoland. 1. Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Almere,

BEREIKBAARHEIDSAKKOORD N391 EN N862 EMMEN OP HOOFDLIJNEN

afwijkingen hierop, waarmee partijen voldoende bekend zijn, opgenomen in annex A bij de

Voorbeeld overeenkomst van opdracht. Partijen:

AANSLUITINGSOVEREENKOMST

CONCEPT UITSLUITEND VOOR DISCUSSIEDOELEINDEN SERVICEOVEREENKOMST

CONCEPT Bestuursovereenkomst inzet DAW provincie Groningen en waterschappen Hunze en Aa s en Noorderzijlvest

OVEREENKOMST VOORWAARDEN AANLEG BOERENLANDVARIANT N201

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Uitvoeringsovereenkomst Eerste Fase Marker Wadden

Bestuursovereenkomst overdracht bevoegdheden inzake realisatie windopgave gemeente Krimpen aan den IJssel

KOOPOVEREENKOMST INZAKE OVERNAME VAN ACTIVITEITEN VAN

Transcriptie:

STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9263 25 juni 2010 Samenwerkingsovereenkomst bestuurlijke afspraken inzake Knooppunt Joure De ondergetekenden: 1. De Minister van Verkeer en Waterstaat, de heer C.M.P.S. Eurlings, handelende als bestuursorgaan (hierna te noemen: de minister ) en als vertegenwoordiger van de Staat der Nederlanden, hierna te noemen: het Rijk ; 2. De Provincie Fryslân, gevestigd te Leeuwarden, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door gedeputeerde de heer P. Adema daartoe gemachtigd door de Commissaris der Koningin de heer J. Jorritsma, handelende ter uitvoering van een besluit van Gedeputeerde Staten d.d. 26 mei 2010, hierna te noemen: de provincie, 3. De gemeente Skarsterlân, gevestigd te Joure, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door wethouder, de heer B. de Winter, handelende ter uitvoering van een besluit van Burgemeester en Wethouders, d.d. 26 mei 2010, hierna te noemen: de gemeente, Partijen 2 en 3, hierna te noemen: de Regio, Partijen 1 tot en met 3, hierna te noemen: Partijen. Overwegende: dat Partijen op 8 februari 2006 een Intentieovereenkomst hebben ondertekend over de realisatie en financiering van een aantal korte en middellange termijnmaatregelen om de bereikbaarheid en doorstroming in samenhang met de verkeersveiligheid en de leefbaarheid op en rond het knooppunt Joure te verbeteren; dat het Rijk en regionale Partijen het Convenant van 23 juni 2008 betreffende het Regio Specifieke Pakket (RSP) Zuiderzeelijn hebben ondertekend; dat Partijen gezamenlijk een verkenning hebben opgesteld onder de benaming Voorkeursalternatief Knooppunt Joure, een richtinggevende verkenning ; dat uit genoemde verkenning een zogenaamd Bestuurlijk Voorkeursalternatief als meest wenselijke oplossing naar voren komt; dat Partijen in het bestuurlijk overleg MIRT Noord-Nederland d.d. op 18 mei 2009 naar aanleiding van de verkenning over het project o.a. hebben afgesproken: dat de minister van VenW onder voorbehoud instemt met het bestuurlijk gedragen voorkeursalternatief inclusief het taakstellend budget en dat het voorbehoud in verband staat met de nog uit te voeren onderzoeken; dat het project wordt opgenomen in de planstudietabel (begroting Infrastructuurfonds). dat de planstudie plaats vindt onder verantwoordelijkheid van RWS Noord Nederland en dat in de planstudiefase de scope nader zal worden bepaald; dat de A6/A7 knooppunt Joure onderdeel uitmaakt van het Hoofdwegennet, dat de Tracéwet van toepassing is voor het project en dat het rijk daarbij het Bevoegd Gezag is; dat het project wordt gerealiseerd door de Minister en dat in overleg tussen de Minister en de provincie deze afspraken (mede in lijn met het convenant RSP) nog nader worden uitgewerkt; dat de Gemeente op 27 mei 2009 heeft besloten de voor het tijdelijke maatregelenpakket beschikbaar gestelde middelen in te zetten voor de definitieve oplossing, nader af te wegen bij de kadernota. De behandeling van de kadernota heeft plaatsgevonden in de raad van 24 juni 2009 en is goedgekeurd; dat bij besluit van de Provinciale Staten op 10 en 16 juni 2009 en 10 februari 2010 vanuit het mobiliteitsfonds van het Regio Specifieke Pakket (RSP) middelen beschikbaar zijn gesteld ten behoeve van het realiseren van een definitieve oplossing van het Knooppunt Joure; dat de regio bereid is in de ombouw van knooppunt Joure te investeren vanwege het belang hiervan voor de Friese economie en de leefbaarheid en verkeersveiligheid in Joure en omgeving; dat de minister op 31 augustus 2009 een Aanvangsbeslissing (gepubliceerd in de Staatscourant van 8 september 2009, nr. 13266) heeft genomen; dat het project knooppunt Joure is opgenomen in de projectenlijst van Bijlage II van de Crisis- en Herstelwet; Komen het volgende overeen: 1 Staatscourant 2010 nr. 9263 25 juni 2010

Artikel 1. Begripsbepalingen In deze overeenkomst wordt verstaan onder: 1. Project: de realisering van het Knooppunt A6/A7 Joure en bijkomende werken zoals voortvloeiend uit de Bestuurlijke Voorkeursvariant uit de Verkenning Voorkeursalternatief Knooppunt Joure van april 2009, genoegzaam bekend tussen Partijen. 2. Tracéwet: de wet op basis waarvan ten behoeve van de realisatie van het Project tracébesluiten genomen zullen worden. 3. Tracébesluiten: de ten behoeve van de realisatie van het Project door de Minister van Verkeer en Waterstaat in overeenstemming met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer te nemen besluiten, gebaseerd op de Tracéwet. 4. RSP: Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn, een convenant tussen rijk en regio d.d. 23 juni 2008. 5. BLD: Baten Lasten Dienst. De BLD is een percentage dat berekend wordt over de bouwkosten, vermeerderd met overige bijkomende kosten, risico s en onvoorzien. Onder de BLD vallen de planstudiekosten, de kosten van voorbereiding, contractering en contractbeheer, de engineering en de hiermee gemoeide personeelslasten. Voor dit project wordt overeenkomstig de ProRail benadering het BLD percentage berekend. Artikel 2 Doel van de samenwerkingsovereenkomst Het doel van deze overeenkomst is het vastleggen van tussen Partijen gemaakte en te maken afspraken over het Project. Artikel 3 Het project Knooppunt Joure 1. Het project omvat alle noodzakelijke werkzaaamheden om de voorkeursvariant te realiseren. 2. De volgende punten maken onderdeel uit van het Project: i Het realiseren van het knooppunt op het hoofdwegennet van de A6 met de A7. ii De aanpassing van de onderliggende wegenstructuur en de inpassing van het gebied rondom de Hollandiastraat en; iii De ontsluitingsstructuur voor fietsverkeer, landbouwverkeer en (vracht)-autoverkeer ter hoogte van de Geert Knol weg en de Haskerveldweg. Bij het Project zal naar afstemming en synergie worden gezocht met de door de Regio op te pakken gebiedsontwikkeling (o.a. minibusstation, bedrijventerrein Joure-Zuid). De Minister is opdrachtgever en initiatiefnemer voor het Project. Artikel 4 Algemene afspraken en Mirt Algemeen 1. Alle bedragen in deze overeenkomst zijn inclusief BTW, tenzij anders wordt aangegeven. 2. Alle bedragen zoals genoemd in deze overeenkomst gaan uit van prijspeil 2009, tenzij anders wordt aangegeven. Genoemde bedragen worden jaarlijks geïndexeerd met het toegekende percentage van de Index Bruto Overheidsinvesteringen (IBOI) conform de afspraken in het convenant RSP en afspraken tussen de regionale partijen in de Regeling Regionaal Mobiliteitsfonds RPS (d.d. 27 oktober 2009). 3. De kosten van medewerkers die direct deel uit maken van de projectorganisatie komen ten laste van het budget van het project. 4. Partijen komen overeen een gezamenlijke adequate administratieve organisatie (AO) en financiële projectadministratie ten behoeve van het project in te richten bij de Provincie teneinde de afspraken in deze overeenkomst te effectueren. Daarbij gaat het onder andere om BTWcompensatie en tijdige betaling van bijdragen aan het project ter beperking van voorfinanciering door Partijen. De projectadministratie is zodanig ingericht dat deze inzicht biedt in de eventueel af te dragen c.q. te verrekenen BTW. 5. Rijkswaterstaat Dienst Noord-Nederland, in de rol van opdrachtgever van de planstudie aan externe Partijen, declareert alle door hem voor de planstudie/planuitwerking gemaakte in- en externe kosten bij de Provincie. 2 Staatscourant 2010 nr. 9263 25 juni 2010

Afspraken Bestuurlijk Overleg MIRT 2009 6. De gemaakte afspraken van het Bestuurlijk Overleg MIRT Noord-Nederland van 2009 blijven onverkort van toepassing. 7. Voorzover de afspraken zoals gemaakt in het Bestuurlijk Overleg MIRT van 17 mei 2010 afwijken van die uit 2009 gelden die van 17 mei 2010. Afspraken BO MIRT 17 mei 2010 8. Het taakstellend budget voor het project bedraagt 70 miljoen (inclusief BTW en BLD), 9. Het Project wordt als volgt gefinancierd: uit het Regionaal Mobiliteitsfonds RSP: 50,5 miljoen; uit het restant van de niet uit te voeren maatregelen als genoemd in de Intentieovereenkomst Joure van februari 2006: een rijksbijdrage van 9 miljoen en een regiobijdrage van 6 miljoen; door de regio die garant staat voor de resterende bijdrage van 4,5 miljoen en die ernaar streeft om deze te realiseren door besparingen; 10. Rijk en regio zijn het met elkaar eens dat de ProRail benadering uit het RSP op het project van toepassing is, waarmee bedoeld wordt dat alle projectkosten (inclusief Planstudiekosten) binnen het taakstellend budget vallen. 11. Bij de projectramingen worden geen VAT-kosten opgenomen. In plaats daarvan wordt 13% BLD afgesproken. 12. Partijen spreken af bij de marktbenadering uit te gaan van het taakstellende budget. 13. Mocht het project niet binnen het taakstellend budget kunnen worden gerealiseerd dan liggen de risico s daarvan bij de provincie. 14. Het rijk is verantwoordelijke voor de realisatie van het Project. Dit gebeurt in samenwerking met de regio, waardoor de provincie haar rol als budgetverantwoordelijke kan waarmaken. Artikel 5 Planstudie en projectrealisatie Het Rijk (rijkswaterstaat) voert de planstudie uit in nauwe samenwerking met de Regio. Het project wordt na de planstudie gerealiseerd door Rijkswaterstaat conform de RWS-werkwijze: (VenW/RWS interne procedures, kaders, regels en normen). De nauwe samenwerking met de regio wordt in de realisatiefase voortgezet in samenhang met de gebiedsontwikkeling van Joure. Als dit past binnen de werkwijze van RWS en de voorstellen gedurende de planstudie en realisatie met slimmere of goedkopere maatregelen kunnen worden gerealiseerd is dat mogelijk en kunnen hierover afspraken worden gemaakt. Artikel 6 Planning Voor het Project wordt tussen Partijen in principe onderstaande planning aangehouden: Start planstudiefase (aanvangsbeslissing) augustus 2009 Besluitvorming plandetaillering en onderliggende structuren eind 2010 Ontwerp Tracébesluit ter visie 3e kwartaal 2011 Tracébesluit vastgesteld 1 e kwartaal 2012 Start uitvoering 2012 Uitvoering gereed 2014 Artikel 7 Organisatie en besluitvorming 1. Voor de afstemming op gebiedsontwikkeling zal een Stuurgroep onder leiding van de verantwoordelijke gedeputeerde van de Provincie worden ingesteld. De Stuurgroep bewaakt de context van het Project. De uitvoering van de Planstudie vindt plaats door RWS. In deze stuurgroep hebben, naast de gedeputeerde van de Provincie, zitting de Hoofdingenieur-Directeur dan wel de directeur Wegen en Verkeer van Rijkswaterstaat Noord-Nederland en de wethouders Verkeer en Vervoer en ruimtelijke ordening van de Gemeente (dan wel hun vervangers). Het secretariaat van de stuurgroep wordt verzorgd door de Provincie. 2. De stuurgroep vergadert in de planstudiefase/planuitwerkingsfase minimaal 1 keer per half jaar. 3 Staatscourant 2010 nr. 9263 25 juni 2010

Indien één van Partijen dit gelet op de ontwikkelingen rond het Project gewenst acht kan deze partij ook tussentijds een vergadering van de stuurgroep bijeenroepen. 3. Voor de dagelijkse begeleiding van het Project zal door RWS een projectgroep worden ingesteld onder leiding van de projectmanager van het RWS. In de projectgroep hebben in elk geval zitting de ambtelijk verantwoordelijken van RWS, provincie en gemeente voor de activiteiten in de betreffende fase. 4. Het Rijk levert de projectmanager. De Projectmanager is verantwoordelijk voor de realisatie van de projectopdracht binnen de gestelde randvoorwaarden. Hij/zij stuurt het projectteam aan, managet de onderlinge raakvlakken en zorgt voor het samenbindend leiderschap. Hij/zij wordt hierop aangesproken door de interne opdrachtgever binnen RWS. De projectmanager draagt zorg voor de rapportages aan de Stuurgroep met betrekking tot de voortgang van het Project, de ontwikkeling van de kosten en de kwaliteit van de uit te voeren maatregelen. 5. Partijen zien gezamenlijk toe op de uitvoering van de afspraken van de onderhavige bestuursovereenkomst. Hiertoe zal het halfjaarlijks bestuurlijk overleg het Bestuurlijk Overleg MIRT Noord- Nederland dienen als bestuurlijk gremium. Artikel 8 Communicatie 1. Door Partijen wordt een communicatieplan ten behoeve van de planstudiefase/ planuitwerkingsfase opgesteld. Het communicatieplan planstudiefase/planuitwerkingsfase wordt vastgesteld door de stuurgroep. In het communicatieplan worden regelingen getroffen voor de interne communicatie tussen (de organisaties van) Partijen en de externe communicatie met omwonenden en belanghebbenden. Uitgangspunt is dat de communicatie voor het Project door Partijen gezamenlijk plaats vindt. De verantwoordelijkheid voor de communicatie met betrekking tot de eigen infrastructuur loopt via de gebruikelijke communicatielijnen binnen de betreffende partij. Ieder van de Partijen zal vanuit zijn rol en verantwoordelijkheid een bijdrage leveren in de communicatie. 2. Vanaf start planuitwerkingsfase zal er onder verantwoordelijkheid van het project een gezamenlijk bezoekerscentrum zijn waar ook de projectorganisatie kantoor houdt. Dit bezoekerscentrum zal gehuisvest zijn in De Merk 2 te Joure. 3. De communicatie is een open planproces met nauwe betrokkenheid van alle betrokken Partijen (o.a. omgeving en belangen organisaties). Artikel 9 Grondverwerving 1. Al in de planstudiefase/ planuitwerkingsfase zal getracht worden de voor het project benodigde gronden te verwerven. De Provincie voert hierover de regie en werkt samen met het Rijk en de Gemeente. Verwerving zal in de planuitwerkingsfase gebeuren volgens de bij de Provincie gangbare procedures en regels en op basis van overeenstemming met het Rijk en de Gemeente. De onteigeningsprocedures zullen lopen via de procedures en regels van Rijkswaterstaat. 2. De Provincie zal ten behoeve van de aankoop en overdracht aan Partijen van vastgoed een exploitatie opzetten. Deze Grondexploitatie vormt de basis voor de minnelijke grondverwerving tijdens de planstudiefase en wordt vastgesteld in de stuurgroep. Op basis van de exploitatie zal de Provincie de middelen beschikbaar stellen ten behoeve van grondaankoop. Besluitvorming hierover is voorbehouden aan Provinciale Staten. Artikel 10 Wijziging van de samenwerkingsovereenkomst 1. Elke partij kan de andere partijen schriftelijk verzoeken het convenant te wijzigen. De wijziging behoeft de schriftelijke instemming van alle Partijen. 2. Partijen treden met elkaar in overleg binnen 4 weken nadat een Partij de wens daartoe aan de andere Partijen schriftelijk heeft meegedeeld. 3. De wijziging(en) en de verklaring(en) tot instemming wordt/worden in afschrift aan het convenant gehecht. 4. Het Rijk draagt zorg voor publicatie van de zakelijke inhoud van de wijziging in de Staatscourant. 4 Staatscourant 2010 nr. 9263 25 juni 2010

Artikel 11 Publiekrechtelijke medewerking 1. Partijen spannen zich in om voor de uitvoering van deze overeenkomst benodigde publiekrechtelijke besluiten zodanig vast te stellen respectievelijk te nemen, dat de uitvoering van deze overeenkomst publiekrechtelijk is toegestaan. 2. Partijen zullen daarbij zoveel mogelijk, doch met inachtneming van wettelijke procedures en te betrachten zorgvuldigheid jegens derden, bevorderen dat de procedures tot verlening van (bestemmings- en uitwerkings)plannen, (bouw)vergunningen, ontheffingen en vrijstellingen met voortvarendheid worden doorlopen, e.e.a. voor zover van toepassing in de planuitwerkingsfase. 3. De in het kader van deze overeenkomst door Partijen te verlenen publiekrechtelijke medewerking laat de publiekrechtelijke positie en bevoegdheden van Partijen onverlet. 4. Partijen zullen steeds zorg dragen voor onderlinge afstemming van de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke besluitvorming ten aanzien van het Project. 5. Partijen spreken de voorkeur uit voor het realiseren van het Project zoals omschreven in artikel 3. 6. De in lid 5 genoemde voorkeur laat onverlet dat Partijen afhankelijk zijn van door de wet gegeven procedures, die ter voorbereiding van de aanvang van het Project, moeten worden doorlopen. 7. De in lid 6 bedoelde procedures kunnen ertoe leiden dat het Project niet of anders moet worden uitgevoerd dan Partijen bij ondertekening ervan voor ogen hebben. Indien dit het geval is, bezien Partijen of deze overeenkomst wijziging ofwel (gedeeltelijke) beëindiging behoeft. Partijen treden daartoe in overleg. Dit overleg vindt plaats binnen vier weken nadat een partij daartoe een mededeling heeft gedaan aan een andere partij. Bij beëindiging zullen Partijen in goed overleg inventariseren welke reeds ter zake van deze overeenkomst in redelijkheid gemaakte kosten voor vergoeding in aanmerking kunnen komen. Artikel 13 lid c is van overeenkomstige toepassing. Artikel 12 Onvoorziene omstandigheden 1. Partijen treden met elkaar in overleg conform de procedure in artikel 11 lid 7 indien zich onvoorziene omstandigheden voordoen welke van dien aard zijn dat naar de maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van deze overeenkomst niet mag worden verwacht. 2. Partijen merken als onvoorziene omstandigheid in elk geval aan de situatie dat formele regelingen of besluiten leiden tot de niet of slechts gedeeltelijke goedkeuring, de schorsing of de vernietiging van besluiten die uit deze overeenkomst voortvloeien, één en ander met inbegrip van wijzigingen van wet- en regelgeving of onherroepelijke beslissingen van een rechterlijke instantie. Artikel 13 Tussentijdse beeindiging 1. De Samenwerkingsovereenkomst kan tussentijds worden beëindigd indien Partijen dat met elkaar overeenkomen. Een beëindigingsovereenkomst kan uitsluitend schriftelijk worden aangegaan en kan een regeling bevatten omtrent de verdeling van nog te maken kosten en te vergoeden schade als gevolg van de tussentijdse beëindiging. 2. Voorts kan ieder van de Partijen (zijn betrokkenheid bij) de overeenkomst beëindigen op grond van zwaarwegende redenen, op grond waarvan de betreffende partij constateert dat zij deze overeenkomst redelijkerwijs niet kan voortzetten. Beëindiging op deze wijze geschiedt bij aangetekende brief, met redenen omkleed, gestuurd naar alle andere Partijen. Zo mogelijk wordt de beëindigingsdatum in onderling overleg vastgesteld. Het is vervolgens aan de andere Partijen om te beslissen of de samenwerking zonder de uitgetreden partij wordt voortgezet. 3. De partij die de overeenkomst op grond van het bepaalde in lid 2 wijzigt of beëindigt, is gehouden de door de andere partijen gemaakte kosten en nog te maken kosten ter uitvoering van deze overeenkomst naar redelijkheid te vergoeden. 4. Indien een bepaling van deze Samenwerkingsovereenkomst in enige mate nietig, vernietigbaar, ongeldig, onwettig of anderszins als niet-bindend moet worden beschouwd, zal die bepaling, voor zover nodig, uit deze Samenwerkingsovereenkomst worden verwijderd en worden vervangen door een bepaling die wél bindend en rechtsgeldig is en die de inhoud van de niet-geldige bepaling zoveel als mogelijk benadert. Het overige deel van de Samenwerkingsovereenkomst blijft in een dergelijke situatie ongewijzigd. 5 Staatscourant 2010 nr. 9263 25 juni 2010

Artikel 14 Looptijd van de samenwerkingsovereenkomst De samenwerkingsovereenkomst treedt in werking op de dag dat de samenwerkingsovereenkomst door alle Partijen is getekend en eindigt op het moment dat de planstudie is afgerond en het Tracébesluit onherroepelijk is. Het hier bepaalde laat onverlet dat één of meer bepaling(en) van de overeenkomst ook na beëindiging daarvan nawerking kunnen of zullen hebben, indien dat uit de aard van de bepaling(en) voortvloeit. Voor de daarop volgende realisatiefase zal een aparte overeenkomst worden opgesteld. Artikel 15 Geschillenregeling 1. Partijen komen ten aanzien van alle geschillen, welke mochten ontstaan naar aanleiding van deze overeenkomst, overeen dat deze eerst worden voorgelegd aan het bestuurlijk overleg, teneinde te trachten via minnelijk overleg tot overeenstemming te komen. 2. Er is sprake van een geschil indien Partijen dit gezamenlijk vaststellen dan wel indien één van de Partijen dit stelt en daarvan de andere Partijen schriftelijk op de hoogte heeft gesteld. 3. Indien Partijen niet langs minnelijke weg tot een oplossing voor het gerezen geschil kunnen komen neemt het bestuurlijk overleg een besluit over de wijze waarop het geschil tussen Partijen zal worden beslecht. Artikel 16 Slotbepalingen 1. Rechtsgevolgen welke voortvloeien uit deze bestuursovereenkomst en die naar hun aard geacht worden door te werken of eventueel ontstaan na beëindiging van deze bestuursovereenkomst, worden afgehandeld conform het bepaalde in deze bestuursovereenkomst. 2. Binnen dertig werkdagen na ondertekening van deze bestuursovereenkomst wordt de zakelijke inhoud daarvan door het Rijk gepubliceerd in de Staatscourant. Aldus in drievoud opgemaakt en ondertekend, Goïngaryp, d.d. 29 mei 2009 De Minister van Verkeer en Waterstaat, C.M.P.S. Eurlings. De Gedeputeerde van de Provincie Fryslân, P. Adema. De Wethouder van Verkeer en Vervoer van de gemeente Skarsterlân, B. de Winter. 6 Staatscourant 2010 nr. 9263 25 juni 2010