Rekenkameronderzoek Prestatieafspraken gemeente-corporaties 2005 t/m 2011

Vergelijkbare documenten
Soort nota bespreekstuk In DT Nee. Dienst Stadsontwikkeling In college Telefoonnummer Voorstel in raad VROM

Aan de gemeenteraad. Arnhem, 6 februari 2013

Grondbeleid en grondprijsbeleid Gemeente Weert

Onderzoek Invoering nieuwe WMO per 2015

Onderzoeksopzet ( ) Prestaties van Goed Wonen

Evenwichtig woningaanbod

De kaderstellende rol van de raad bij complexe projecten

Kennis- en experimentenprogramma Langer Thuis

Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid

Onderzoeksopzet De Poort van Limburg gemeente Weert

Woonbeleid Vergelijking resultaten Kempengemeenten

RAADSINFORMATIEBRIEF 19R.00044

Rotterdam. Stook je rijk Monitoring Energiebesparing Huursector

KWALITEIT DIENSTVERLENING Gemeente Oirschot Onderzoeksaanpak

Onderzoek naar de werking van het coalitieprogramma

Woningbouwbeleid Meierijstad: Staat als een huis!?

Startnotitie Actualisatie Woonvisie

Grip op wonen. Arnhem

1. Onderwerp Schuldhulpverlening

onderzoeksopzet handhaving

Grip op wonen. Onderzoeksrapport. Rekenkameronderzoek naar prestatieafspraken tussen gemeente en corporaties in periode 2005 t/m 2011

Raadsstuk. Onderwerp: vaststellen woonvisie 'Haarlem: duurzame, ongedeelde woonstad' Reg.nummer: 2012/220951

CONCEPT ONDERZOEKSPLAN SUBSIDIEBELEID. Verantwoord vertrouwen

Gemeenteblad. Voorstel De gemeenteraad wordt gevraagd haar mening te geven over de concept Woonvisie Terschelling.

onderzoeksopzet aanbesteding zorg en welzijn - deel 1

Totaalbeeld rekenkameronderzoek naar de positie van de raad bij kaderstelling, sturing en controle van grote projecten Overkoepelende rapportage

opzet onderzoek aanbestedingen

Rapport bij de jaarstukken 2007 provincies Noord-Brabant en Limburg

CURRICULUM VITAE VAN WIM VOS WERKERVARING

Onderzoeksplan. Onderbesteding in de provincies Gelderland en Overijssel

Reactie college op aanvullend bod corporaties

Woonruimtebemiddeling: samen leven met minder regels

Deze centrale vraag leidt tot de volgende deelvragen, die in het onderzoek beantwoord zullen worden.

Plan van aanpak Rekenkameronderzoek naar (be)sturing van Gemeenschappelijke Regelingen

VISITATIE VAN WONINGCORPORATIES. Verantwoorden en leren

Artikel 3 - Benoeming 1. De (her)benoeming van een Bestuurder geschiedt onverlet diens arbeidsrechtelijke positie voor een periode van vier jaar.

Hervormingen in het lokaal re-integratiebeleid. Plan van aanpak quick scan

Naar een woonvisie voor Waterland

RKC Medemblik Opmeer. Notitie onderzoeksopzet

In hoeverre is het ICT-beleid bij de gemeenten Bergen op Zoom, Drimmelen, Halderberge en Moerdijk als doeltreffend en doelmatig aan te merken?

Rekenkamercommissie Onderzoeksaanpak

Onderzoeksprotocol Rekenkamer West-Brabant

opvolgingsonderzoek re-integratie en voortijdig schoolverlaten

Wonen in Haarlem en de regio de sociale woningmarkt. Raadsmarkt 15 januari 2015 Philomeen Hillege (beleidsadviseur Wonen)

Integrale Handhaving. Opzet Quick Scan. Inhoudsopgave. 1. Achtergrond en aanleiding

Aanbevelingen Rekenkamer Breda in relatie tot nota Verbonden Partijen

PRESTATIECONTRACT WONEN

gemeente Bergen op Zoom.

Onderwerp: Woonvisie Brielle en het onderzoek ontwikkeling woningvoorraad Brielle

Zelfevaluatie Rekenkamer Súdwest-Fryslân

De kaders in de kadernota Een onderzoek naar de kadernota van de gemeente Súdwest-Fryslân

Onderzoek Inkoop en aanbestedingen Onderzoeksopzet. Rekenkamercommissie De Wolden September 2016 Status: definitief Versie: 1.0

Een introductie. Arnhem

Rotterdam, 1 maart 2016.

Onderbesteding in de provincie Noord-Brabant; deelonderzoek bij de jaarstukken 2008

Beantwoording art 33 vragen bereikbare en betaalbare voorraad sociale huurwoningen

Sociale wijkzorgteams Den Haag

Onderzoeksopzet wijkplatforms gemeente Barneveld

Eindhoven: geen verordening maar prestatieafspraken. Joep Berghuis Studiedag Huisvestingswet juni 2014

RKC Opsterland. Onderzoeksplan Integratie Statushouders in de gemeente Opsterland

Maatschappelijke visitatie De Woonmensen/SJA: Een ondernemende en maatschappelijk gedreven corporatie die ruim voldoende tot goed presteert

Rekenkamer Nijmegen De Rekenkamer neemt een onafhankelijke positie in binnen de gemeente Nijmegen OPLEGNOTITIE. Grip krijgen op Veilig Thuis

VNG woensdag 2 april :39 Stadhuis Lbr.14/024 - Wijzigingen Woningwet: "Novelle" uw kenmerk. ons kenmerk ECFD/U Lbr.

Checklist. Informatievoorziening. Grote Projecten

BELEIDSEFFECTMETING - HANDLEIDING VOOR STATENCOMMISSIES

Zicht op doorwerking

Inhuur in de Kempen. Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden. Onderzoeksaanpak

Monitoring prestatieafspraken woningcorporaties 2014

Onderzoeksprogramma 2016

Rapportage. Effectmeting naar onderzoek Weten waarom uit Alphen-Chaam. Rekenkamercommissie Alphen-Chaam / Baarle-Nassau.

Onderzoeksprogramma April 2005

Beleidsnota verbonden partijen

Prestatieafspraken gemeente Kaag en Braassem Duurzaam verbonden met de dorpen Jaarafspraken 2019

Vaststellen plan van aanpak herijking Regionale Structuurvisie Wonen Noord-Limburg

Wat willen we gaan doen? Onderzoeksprogramma

Rekenkamercommissie. Onderzoeksplan proces- kwaliteit majeure projecten. gemeente Best

PS2011RGW : Statenvoorstel rapport Randstedelijke Rekenkamer Vitaal Platteland Provincie Utrecht. Ontwerp-besluit pag. 5

Aandachtspunten (wijziging) programmabegroting 2008 provincie Limburg

Rekenkamercommissie Wijdemeren

De rekenkamercommissie heeft voor het onderzoek offertes gevraagd aan 3 adviesbureaus en heeft de opdracht gegund aan Partners+Pröpper.

Voorstel van de Rekenkamer

Woonagenda Uitvoeringsplan Woonvisie Delft

RKC Medemblik Opmeer

Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 4 juli 2018 / 38/2018. Onderwerp Regionaal rekenkameronderzoek Grip krijgen op Veilig Thuis

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, (t.a.v. J. van der Meer)

Rekenkamercommissie. Onderzoeksplan subsidiebeleid

onderzoeksopzet verbonden partijen

THEMABIJEENKOMST WONEN. 29 juni 2015

* in te vullen door organisatie Inleiding:

Onderzoeksopzet Muskusrattenbestrijding

Recente ontwikkelingen op het gebied van de volkshuisvesting. Raadscommisie Ruimte en Vastgoed 24 maart 2015 Gabrielle van Asseldonk

Presentatie evaluatie RAP

Onderzoeksopzet Communicatie

Woonvisie Gemeenteraad Boxtel

Quick scan programmabegroting. Bestuurlijk rapport. Rekenkamercommissie Alphen aan den Rijn

Conform deze nieuwe nota zijn er richtlijnen voor de ontwerpbegroting 2017 opgesteld die ter vaststelling aan de raad worden voorgelegd.

Startnotitie onderzoek Dienstverlening Venlo Belevingsonderzoek naar de Herindeling. dd. Januari 2016

Stand van zaken uitvoering aanbevelingen en toezeggingen Rekenkameronderzoek financiële ondersteuning sportverenigingen door de gemeente

Onderwerp Zienswijze scheidingsvoorstel DAEB en niet-daeb van woningcorporaties Stek en Vooruitgang - Besluitvormend

Stand van zaken gemeentelijke woonvisies

Transcriptie:

Rekenkameronderzoek Prestatieafspraken gemeente-corporaties 2005 t/m 2011 Onderzoeksvoorstel Voorbereiding: Jesper Verheij en Ronald Hoekstra (projectleider) Datum: 19 april 2012 Zaaknummer: 2012-04-01984 Kenmerk: 2012.0.049.527 1

2

Inhoudsopgave 1 Inleiding...5 1.1 Aanleiding Rekenkameronderzoek...5 1.1.1 Wonen en de strategische thema s uit het onderzoeksprogramma...5 1.1.2 Woonbeleid en prestatieafspraken corporaties...5 1.2 Aanleiding voor onderzoek naar prestatieafspraken...7 2 Hoofdvraag en onderzoeksvragen... 11 2.1 Hoofdvraag... 11 2.2 Onderzoeksvragen... 11 2.3 Toelichting op de onderzoeksvragen... 12 2.3.1 Visie & beleid op prestatieafspraken en draagvlak... 12 2.3.2 Voorbereiding op prestatieafspraken... 12 2.3.3 Prestaties partnership en verklaringen... 12 2.3.4 Regierol... 12 2.3.5 Rol Raad... 13 2.3.6 Sterke en zwakke kanten van samenwerking... 13 3 Normenkader... 15 3.1 Bronnen voor het normenkader... 15 3.2 Normenkader voor het onderzoek... 15 4 Onderzoeksaanpak en planning... 17 4.1 Onderzoeksaanpak... 17 4.2 Planning... 17 4.3 Onderzoeksbevoegdheid Rekenkamer... 18 Bijlage I... 19 Bijlage II... 21 3

4

1 Inleiding In dit onderzoeksvoorstel wordt de inhoud en planning beschreven van het Rekenkameronderzoek op het gebied van wonen, zoals aangekondigd in het onderzoeksprogramma 2012-2013. In bijlage I staat een overzicht van de geraadpleegde bronnen. De Rekenkamer houdt de vrijheid om als daar aanleiding toe is- gedurende het onderzoek aanpassingen te doen. Mocht dat het geval zijn, dan wordt dat in het definitieve onderzoeksrapport toegelicht. 1.1 Aanleiding Rekenkameronderzoek 1.1.1 Wonen en de strategische thema s uit het onderzoeksprogramma De leden van de Rekenkamer Arnhem hebben in voorbereiding op het Onderzoeksprogramma 2012-2013, overleg gehad met de fracties van de Arnhemse gemeenteraad. Het thema tweedeling in de stad bleek een maatschappelijk vraagstuk te zijn dat de Arnhemse politiek zorgen baart. De Rekenkamer heeft de zorgen van de raad over de tweedeling verwerkt in haar onderzoeksprogramma, door vier beleidsterreinen te selecteren waar tweedeling een rol speelt. Het gaat om de terreinen Wonen, Zorg, Veiligheid en Onderwijs. De regierol van de gemeente is het tweede strategische thema van de Rekenkamer naast het thema tweedeling. Mede als gevolg van een voortgaande privatisering en decentralisering, zijn er steeds meer beleidsterreinen waarop de gemeente een regierol toebedeeld krijgt. Het is niet altijd even duidelijk hoe die regierol in de praktijk invulling krijgt en wat de resultaten ervan zijn. Om valide en betrouwbaar onderzoek te kunnen doen is het noodzakelijk om het thema Wonen nader af te bakenen. In dit onderzoeksvoorstel licht de Rekenkamer haar keuze toe om een onderzoek te doen naar de prestatieafspraken tussen gemeente en woningcorporaties en de invulling van de regierol van de gemeente daarbij. 1.1.2 Woonbeleid en prestatieafspraken corporaties WOONVISIE GEMEENTE ARNHEM De algemene uitgangspunten van het huidige woonbeleid zijn vastgelegd in een gemeentelijke beleidsvisie. In het voorwoord van de Arnhemse Woonvisie 2005-2015 Arnhem Aantrekkelijke Woonstad wordt gesteld: Het koesteren en verder uitbouwen van de kracht van Arnhem als woonstad en het stevig en doelgericht aanpakken van de zwakke punten. Dat hebben we voor ogen met de woonvisie die nu voor u ligt. 5

Die zwakke punten waarop gedoeld wordt zijn dat de doorstroming stagneert, de opbouw van de woningvoorraad erg eenzijdig is, er kwantitatieve woningnood bestaat voor starters en er een kwalitatieve woonschaarste is voor degenen die een (andere) woningen zoeken. De Woonvisie 2015 vormt de basis voor verschillende gerichte activiteiten om Arnhem als aantrekkelijke woonstad te behouden en te stimuleren. In het afdelingsplan 2011 van de afdeling Wonen is een schema opgenomen dat een algemeen overzicht biedt van de opbouw van het huidige beleid: Figuur 2.1 Schema woonbeleid 2.2 schema Monitoring woningmarkt Woonvisie (2004) Monitoring woningmarkt Onderwerp Afdelingsplan Wonen 2011 GGU Actieprogramma s Meerjarenwoningbouwkompas Woonwensen consument Doelgroepennota Woonagenda 2010-2015 5 Partnership woningcorporaties Bron: Afdelingsplan Wonen 2011 Begin 2012 heeft de Rekenkamer een vooronderzoek gedaan en verschillende aspecten van het woonbeleid bestudeerd om na te gaan waar het Rekenkameronderzoek zich op zou richten. Uit het vooronderzoek bleek dat de vijf wooncorporaties in Arnhem samen een aanzienlijk deel van de woningvoorraad in Arnhem in bezit hebben. Zij spelen daarom een belangrijke rol op de Arnhemse woningmarkt en in de uitvoering van het Arnhemse woonbeleid (vooral op het gebied van de volkshuisvesting). 6

PRESTATIEAFSPRAKEN MET CORPORATIES De gemeente Arnhem heeft in 2004 prestatieafspraken gemaakt met de vijf in Arnhem actieve wooncorporaties 1 over hun bijdrage aan de realisatie van de Arnhemse Woonvisie 2015. Deze prestatieafspraken zijn vastgelegd in het document Partnership gemeente corporaties 2005 t/m 2009. Begin april 2012 is het nieuwe Partnership Samen voor de stad gepresenteerd waarin de gemeente en de corporaties vernieuwde prestatieafspraken hebben gemaakt om uitvoering te geven aan de Woonvisie. De beleidsperiode voor de nieuwe afspraken is 1 januari 2011 tot en met 31 december 2015. Het nieuwe Partnership is opgebouwd aan de hand van dezelfde thema s als het vorige Partnership. Het gaat om vijf thema s 2 : Bouwen en beheren Variatie en keuze Wonen, welzijn en zorg Sociaal investeren Duurzaam wonen Het onderwerp duurzaam wonen werd in de loop van het eerste Partnership aan de prestatieafspraken toegevoegd. De prestatieafspraken met de corporaties zijn niet een doel op zich. Uiteindelijk werken de prestatieafspraken en het gemeentelijke woonbeleid door op de aard en omvang van de woningmarkt, en daarmee op het woongenot van de Arnhemse burgers. 1.2 Aanleiding voor onderzoek naar prestatieafspraken De keuze om Rekenkameronderzoek te doen naar de prestatieafspraken met de corporaties en de (regie) rol van de gemeente, is gebaseerd op een combinatie van de volgende overwegingen: a. er zijn aanwijzingen dat de resultaten van het Partnership 2005 2009 achter zijn gebleven bij de gestelde doelen of onbekend zijn; b. er bestaat een meer algemene kennisvraag bij de raad over welke sturingsmogelijkheden de gemeentelijke overheid heeft op de woningmarkt; c. onderzoek naar regievoering en prestatieafspraken kan zinvolle inzichten bieden voor de regievoering en uitvoering van het nieuwe Partnership 2011 tot en met 2015. TOELICHTING OP PUNT A : AANWIJZING DAT RESULTATEN ACHTERBLIJVEN OF ONBEKEND ZIJN De gemeente Arnhem heeft in het Partnership 2005 tot en met 2009, prestatieafspraken op het gebied van de volkshuisvesting met de vijf Arnhemse corporaties vastgelegd. Er waren aanvankelijk afspraken gemaakt over vier hoofdthema s: nieuwbouw, variatie in de 1 We spreken in dit onderzoek van de vijf corporaties omdat in het Partnership deze terminologie wordt gehanteerd. Juridisch gezien is de verhuurder De Drie Gasthuizen niet een toegelaten instelling (ook niet opgenomen in het register van het Centraal Fonds Volkshuisvesting). 2 We nemen hier de thema s over zoals ze verwoord zijn in het Partnership 2011 t/m 2015. Die wijkt iets af van de gekozen bewoordingen in het Partnership 2005 t/m 2009. 7

woningvoorraad, combinatie wonen-zorg-welzijn, en sociaal investeren door de corporaties. In 2008 is het thema duurzaam wonen daaraan toegevoegd. Op basis van de door ons uitgevoerde verkenning constateren we dat een aanzienlijk deel van de prestaties in de periode 2005 tot en met 2009, niet zijn gehaald en/of dat inzicht in bereikte resultaten ontbreekt. In bijlage 1 zijn de resultaten van de analyse weergegeven. Recente cijfers over 2010 en 2011 en verklarende informatie waarom bepaalde prestaties wel of niet gerealiseerd zijn, blijken niet uit de bestudeerde documenten. Die verklarende informatie is nodig om onderbouwde besluiten te nemen voor toekomstig beleid. Inzicht in de uitvoering van de prestatieafspraken biedt de raad handvatten om de uitvoering van het nieuwe Partnership 2011 t/m 2015 te controleren en waar nodig bij te sturen (= kaders stellen). TOELICHTING OP PUNT B : KENNISVRAAG BIJ GEMEENTERAAD Op de politieke maandagavond van 23 januari 2012 werd tijdens een raadsactiviteit de stand van zaken op de Arnhemse woningmarkt besproken. De rekenkamer was daar als toehoorder aanwezig. Een belangrijk discussiepunt van die avond, was de vraag welke mogelijkheden de gemeente heeft om de woningmarkt te beïnvloeden. De prestatieafspraken met de corporaties zijn voor de gemeente een belangrijk sturingsinstrument om haar invloed te laten gelden op de woningmarkt. Zeker gezien het grote huizenbezit van de Arnhemse corporaties. In de onderstaande figuur is te zien dat de corporaties in 2010 ongeveer 39% van de Arnhemse woningvoorraad in bezit hadden. Op basis van een totale woningvoorraad van 68.000 woningen in 2010 kan er worden gesteld dat corporaties in Arnhem over ongeveer 26.520 woningen beschikken. 3 Grafiek 2.1 Woningen naar eigendom in Arnhem (Stadsmonitor 2010) 3 In een bijlage van de Arnhemse Woonagenda wordt gesteld dat de corporaties per 1-1-2010 in totaal 25.190 huurwoningen bezitten en dat betekent een percentage van ongeveer 37,4% op het totale aantal woningen van 67.396. Deze data komt dus redelijk overeen met de data uit de Stadsmonitor. 8

Op de achtergrond van de vraag over de gemeentelijke sturingsmogelijkheden speelt mee dat op het gebied van de volkshuisvesting zich de afgelopen jaren grote veranderingen hebben voltrokken. Een belangrijke verandering voor het gemeentelijke woonbeleid was dat de wooncorporaties werden verzelfstandigd. Een direct gevolg daarvan is dat de relatie tussen gemeente en corporaties ook veranderd is. De gemeente kan niet meer rechtstreeks ingrijpen op het beleid van de corporaties (directe of hiërarchische sturing) maar maakt met hen prestatieafspraken; de gemeente stuurt op afstand (indirecte, horizontale of netwerksturing) en neemt de rol op zich van regisseur. Inzicht in de invulling en resultaten van de gemeentelijke regierol is nodig om te weten welke aanpak effectief is, en welke niet. Rekenkameronderzoek kan helpen dat inzicht te krijgen en daarmee de raad te ondersteunen in zijn kaderstellende en controlerende rol. Voor de context van het onderzoek is het goed nog te vermelden dat er een procedure gaande is in de Tweede Kamer tot wijziging van de Woningwet. Deze wijziging zal waarschijnlijk op termijn gevolgen hebben voor het functioneren van de corporaties en hun relatie met de gemeente. TOELICHTING PUNT C : NIEUWE PARTNERSHIP 2011 TOT EN MET 2015 Op 1 april 2012 is het nieuwe Partnership Samen voor de stad 2011 tot en met 2015 openbaar gemaakt. Daarmee is een nieuwe cyclus gestart van prestatieafspraken en dus ook van regievoering door de gemeente en uitvoering door de corporaties. Rekenkameronderzoek kan de goede en zwakke kanten van het gevoerde beleid van de afgelopen jaren in beeld brengen en daarmee handvatten bieden voor toekomstige uitvoering en regievoering. 9

10

2 Hoofdvraag en onderzoeksvragen 2.1 Hoofdvraag In dit Rekenkameronderzoek ligt de focus op de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur inzake de gemeentelijke regievoering en de uitvoering van de prestatieafspraken. De centrale onderzoeksvraag of hoofdvraag luidt als volgt: In hoeverre zijn de afgesproken prestaties binnen het Partnership tussen corporaties en de Dgemeente Arnhem over de periode 2005 tot en met 2011 gerealiseerd, welke verklaringen zijn e er voor positieve of negatieve afwijkingen ten opzichte van de gemaakte afspraken en in e welke mate is sprake van een doeltreffende gemeentelijke regievoering gedurende de l onderzoeksperiode? 2.2 Onderzoeksvragen In het onderzoek staan de volgende zes onderzoeksvragen (opgedeeld in deelvragen) centraal: 1. Welke visie en beleid heeft de gemeente Arnhem op de rol van de corporaties in het Arnhemse woonbeleid, is de visie en/of beleid veranderd gedurende de periode 2005 t/m 2011 (zo ja, hoe en waarom) en is er voldoende draagvlak voor die gemeentelijke visie en beleid bij de corporaties? 2. Hoe is het voorbereidingsproces op de prestatieafspraken in beide Partnerships 4 verlopen, welke afspraken zijn uiteindelijk vastgelegd en waarom, en hoe zijn de afspraken in de praktijk ingevuld? 3. Welke prestaties zijn in de onderzoeksperiode gerealiseerd en welke verklaringen zijn te geven voor eventuele afwijkingen tussen afgesproken en gerealiseerde prestaties? 4. Hoe vult de gemeente haar regierol in ten opzichte van de corporaties, en in welke mate is sprake van effectieve regievoering door de gemeente Arnhem? 5. Welke sturingsmogelijkheden heeft de gemeenteraad binnen het gemeentelijke woonbeleid, en welke daarvan zijn ingezet in relatie tot de prestatieafspraken met de corporaties? 6. Welke sterke en zwakke kanten heeft de huidige vorm van samenwerking tussen gemeente en corporaties? 4 Het gaat om de prestatieafspraken 2005 tm 2009 en 2011 tm 2015. Het is voor de rekenkamer nog niet duidelijk hoe het tussenjaar 2010 beoordeeld moet worden. 11

2.3 Toelichting op de onderzoeksvragen 2.3.1 Visie & beleid op prestatieafspraken en draagvlak De eerste deelvraag focust op de gemeentelijke visie op de rol van de corporaties in het woonbeleid in het algemeen en op de methodiek van prestatieafspraken in het bijzonder. We gaan na of die visie is vastgelegd, wat de inhoud ervan is, op welke wijze de visie of delen ervan terugkomen in beleidsdocumenten. Bovendien gaan we na of die visie in de loop der tijd veranderd is, en waarom,of daar contact over is geweest met de corporaties en of er draagvlak is bij de corporaties voor de gemeentelijke visie en beleidsmatige invulling. We analyseren draagvlak, omdat tussen draagvlak en doeltreffendheid van beleid in de bestuurskundige literatuur een wederkerige relatie verondersteld wordt (zie o.a. Elands & Turnhout, 2009, p.6). Voor een doeltreffend beleid is draagvlak nodig bij de uitvoerders en doelgroepen van beleid. En andersom geldt dat beleid dat zijn doelen haalt (doeltreffend is) kan rekenen op meer draagvlak (instemming, steun, acceptatie) dan beleid dat niet de gestelde doelen haalt. Onder draagvlak verstaan we hier de mate waarin een corporatie instemt met de visie en beleidsmatige invulling van de gemeente op de rol van de corporaties in het woonbeleid. 2.3.2 Voorbereiding op prestatieafspraken De tweede deelvraag focust op de voorbereidingsfase van de prestatieafspraken. Hoe is die verlopen, welk onderling contact is er geweest, is de benodigde informatie gedeeld en op basis van welke argumenten is tot besluitvorming overgegaan? We willen inzicht krijgen in waarom, welke afspraken zijn gemaakt (bijv. waarom 4.000 nieuwe woningen bouwen en niet meer of minder?). Bovendien gaan we na of de formulering van de prestatieafspraken voldoende mogelijkheden biedt om te kunnen monitoren en verantwoording af te leggen (via een SMARTanalyse). 2.3.3 Prestaties partnership en verklaringen Voor de derde deelvraag controleren we de prestatiegegevens die we al hebben en vullen zo veel mogelijk ontbrekende gegevens aan. We interviewen betrokken ambtenaren en corporaties, en gaan op zoek naar aanvullende documentatie. In de interviews zal expliciete aandacht zijn voor verklaringen waarom prestaties wel, niet of deels zijn gehaald. Deze oorzakelijke (contextuele) informatie is nodig om zorgvuldig te kunnen evalueren als Rekenkamer en zinvolle aanbevelingen te kunnen doen. 2.3.4 Regierol De vierde vraag focust op de invulling van de gemeentelijke regierol. We willen zicht krijgen op bestuurlijk en ambtelijk overleg, rapportagemomenten, vormen van toezicht, feitelijke invulling daarvan e.d. We toetsen op basis van een vooraf opgesteld normenkader of aan de normen voor een effectieve regievoering wordt voldaan. 12

2.3.5 Rol Raad Deze vraag focust op de rol van de gemeenteraad. Deze vraag is een verkennende en beschrijvende vraag. We haken daarmee aan bij een kennisbehoefte die bij de raad daarover aanwezig is (zie Politieke Maandag van 23 januari 2012). 2.3.6 Sterke en zwakke kanten van samenwerking De laatste vraag heeft een verkennend en beschrijvend karakter. De bevindingen die verkregen zijn op basis van de eerdere vragen, worden gebruikt om te reflecteren op de prestatieafspraken en de regierol van de gemeente. We vragen betrokken personen expliciet naar hun ervaringen tot nu toe met de huidige vorm van samenwerken en mogelijkheden tot verbetering. 13

14

3 Normenkader 3.1 Bronnen voor het normenkader Het normenkader biedt de criteria die gebruikt gaan worden om het gevoerde beleid te beoordelen. In dit Rekenkameronderzoek gebruiken we de volgende bronnen voor het normenkader: Wet- en regelgeving: vooral de Woningwet, de Huisvestingswet, Besluit Beheer Sociale Huursector, Regionale Huisvestingsverordening (2010) van de Stadsregio Arnhem- Nijmegen; Gemeentelijke beleidsdocumenten: vooral de Arnhemse Woonvisie 2015 (2004), Uitvoering Woonvisie (2005), Woonagenda 2011-2015 (2011); Gemaakte prestatieafspraken: vooral het Partnership 2005 t/m 2009 en eventueel aanvullende afspraken die in het kader van het Partnership zijn gemaakt, en het Partnership Samen voor de stad 2011 t/m 2015 (2011); VNG Handreiking Van Woonvisie tot prestatieafspraken (2007); en het onderzoek Prestatieafspraken gemeenten en woningcorporaties (2010) van de Rekenkamer West-Brabant. 3.2 Normenkader voor het onderzoek Het normenkader voor dit onderzoek heeft betrekking op de eerste vier onderzoeksvragen. Per onderzoeksvraag zijn er twee of meer normen geformuleerd. Het normenkader bestaat uit een combinatie van toetsende en beschrijvende normen. Tabel 4.1 Normenkader Onderzoeksvraag 1. Visie & beleid 2. Voorbereiding Normen 1.1 De gemeente heeft een expliciete en consistente visie op de rol van de corporaties in het gemeentelijke woonbeleid; 1.2 Indien die visie verandert worden de corporaties daarover vooraf gehoord; 1.3 De gemeentelijke visie op strategisch niveau werkt door op concreet beleidsniveau; 1.4 bij de corporaties is draagvlak voor de gemeentelijke visie en beleid. 2.1 De gemeente heeft inzicht in de aard, omvang, ontwikkeling en knelpunten op de Arnhemse woningmarkt en deelt deze informatie met de corporaties; 2.2 De corporaties hebben inzicht in de aard, omvang, ontwikkeling en knelpunten binnen de woongebieden waar zij actief zijn, en deelt deze informatie met de gemeente; 15

Onderzoeksvraag Normen 2.3 Partijen zijn tevreden over elkaars inbreng gedurende de voorbereiding 2.4 De inhoud van de prestatieafspraken is van een onderbouwing voorzien en afspraken zijn waar mogelijk SMART geformuleerd, en waar dat niet mogelijk is wordt dat aangegeven; 2.5 De gemeente heeft eventuele financiële en juridische risico s van de prestatieafspraken vooraf in beeld gebracht en waar mogelijk afgedekt. 3. Uitvoering prestatieafspraken 4. Regievoering 5 Sturing raad 6. Samenwerking 3.1 De afgesproken prestaties worden binnen de gestelde voorwaarden gerealiseerd; 3.2 Er worden onderbouwde verklaringen gegeven indien de gerealiseerde prestaties afwijken van de gemaakte afspraken. 4.1 De gemeente heeft een expliciete en onderbouwde visie op de invulling van haar regierol ten opzichte van de corporaties; 4.2 Er is samenhang (consistentie) tussen de algemene visie van de gemeente op de rol van de corporaties en de invulling daarvan in de beleidspraktijk; 4.3 De gemeente heeft een systeem van periodieke monitoring en evaluatie en maakt aantoonbaar gebruik van verzamelde verantwoordingsinformatie om bestuurlijk toezicht te houden; 4.4 De gemeente heeft een actueel en volledig overzicht van haar sturingsmogelijkheden en maakt daarvan gebruik als daar aanleiding toe is; 4.5 Er is periodiek overleg tussen partijen en de gemeente over de voortgang van het Partnership; 4.6 Er zijn afspraken gemaakt over hoe om te gaan met geschillen (kan via een geschillenregeling, ombudsfunctie, mediation o.i.d.). Verkennende en beschrijvende vraag, dus geen norm toegevoegd. Verkennende en beschrijvende vraag, dus geen norm toegevoegd. 16

4 Onderzoeksaanpak en planning 4.1 Onderzoeksaanpak In dit Rekenkameronderzoek gaan we na in hoeverre de vooraf afgesproken prestaties zijn behaald en zoeken naar verklaringen voor positieve of negatieve afwijkingen. De nadruk ligt op onderzoek naar de prestaties, waar mogelijk nemen we de gerealiseerde maatschappelijke effecten mee in het onderzoek. We kiezen voor deze afbakening omdat we verwachten dat de rekenkamer met de beschikbare tijd en middelen wel alle prestaties kan onderzoeken, maar niet persé alle effecten van beleid in beeld kan brengen. Daarnaast gaan we na in hoeverre de gehanteerde wijze van regievoering door de gemeente als doeltreffend beoordeeld kan worden. Dit deel van het onderzoek heeft ook een verkennend element omdat in tegenstelling tot de prestatieafspraken, het minder concreet is vastgelegd wat die regievoering nu precies betekent en welke doelen ermee worden nagestreefd. 5 Binnen het onderzoek maken we gebruik van een combinatie van onderzoeksmethoden: Documentanalyse van relevante gemeentelijke beleidsdocumenten; Documentanalyse van relevante documenten bij corporaties; Documentanalyse van de prestatieafspraken zoals vastgelegd in beide Partnerships, inclusief eventueel aanwezige achtergronddocumentatie; Literatuuronderzoek naar prestatieafspraken in het openbaar bestuur, en meer specifiek naar prestatieafspraken tussen corporaties en gemeenten; Interviews met betrokken bestuurder(s) en ambtenaren van de gemeente Arnhem; Interviews met meest betrokken bestuurders en medewerkers van de corporaties; Indien er aanleiding toe is nog gesprekken met deskundigen op het gebied van volkshuisvesting en/of prestatieafspraken; Indien er aanleiding toe is een groepsgesprek met een delegatie vanuit de Raad. 4.2 Planning In tabel 5.1 staat de planning van het onderzoek in hoofdlijnen weergegeven. 5 Dit is een voorlopige bevinding van de rekenkamer en niet een conclusie of normatieve uitspraak van de rekenkamer. 17

Tabel 5.1 Planning onderzoek Periode februari - maart april april - mei juni juli augustus september - oktober Fase Vooronderzoek Opstellen onderzoeksvoorstel Data- verzamelen (documenten en interviews) Data- analyse Rapportage fase: nota van bevindingen Rapportage fase: bestuurlijke nota Publicatie 4.3 Onderzoeksbevoegdheid Rekenkamer Voor de uitvoering van het onderzoek is het van belang dat betrokken partijen meewerken, vooral om de benodigde informatie te leveren die de Rekenkamer nodig acht voor haar onderzoek. In tegenstelling tot de gemeente Arnhem, heeft de Rekenkamer geen onderzoeksbevoegdheden bij de corporaties en is die medewerking dus op basis van vrijwilligheid. 18

Bijlage I Geraadpleegde bronnen Documenten Aedes & VNG (2002). Samen meer presteren. Een handreiking bij het afsluiten van prestatieovereenkomsten tussen gemeenten en woningcorporaties Aedes (2011). Governancecode Woningcorporaties (vernieuwde code van juli 2011) Algemene Rekenkamer (2005). Handleiding DDO, herziene versie. Algemene Rekenkamer (2008). Goed bestuur in uitvoering. De praktijk van onderwijsinstellingen, woningcorporaties, zorgorganisaties en samenwerkingsverbanden. Verkenning. Atlas voor gemeenten: Marlet & Van Woerkens (2007). Leefbaarheid doorgrond Elands, B.H.M. en E. Turnhout (red.) (2009) Burgers, beleid en natuur: tussen draagvlak en betrokkenheid. WOt-studie 9, Wageningen Universiteit. Gemeente Arnhem & corporaties (2004). Partnership Gemeente-Corporaties 2005-2009 Gemeente Arnhem & corporaties (2012?). Partnership Gemeente-Corporaties 2011-2015 Gemeente Arnhem (2005). Woonvisie 2015 Gemeente Arnhem (2008). Tussenstand Arnhemse Woonvisie 2015 Gemeente Arnhem (2010). Gebiedsgerichte Uitwerking Arnhemse Woonvisie 2015. Gemeente Arnhem (2010). Woonagenda 2011-2015. Gemeente Arnhem (2011) Meerjarenprogrammabegroting 2012-2015 Gemeente Arnhem (2011). Jaarverslag 2010 Gemeente Arnhem (2011). Interne notitie: Afdelingsplan Wonen 2011 Nicis Institute: Van Dijken & Hafkamp (2009). Trends en ontwikkelingen Arnhem Rekenkamer West Brabant (2010). Onderzoek prestatieafspraken corporaties en gemeenten VNG (2007). Handreiking: Van Woonvisie tot prestatieafspraken. Personen Twee verkennende gesprekken op ambtelijk niveau Bijeenkomst Politieke Maandag, raadsactiviteit over ontwikkelingen op Arnhemse woonmarkt, 23 januari 2012. Websites www.samenvoordestad.nl website over de voortgang van het Partnership www.aedes.nl website van koepelvereniging van corporaties www.arnhem.nl website van de gemeente Arnhem 19

20

Bijlage II Overzicht prestaties partnership 2005 t/m 2009 Onderstaande tabel geeft een overzicht van de prestatieafspraken en de resultaten voor zover daarover informatie is gepubliceerd via de website samenvoordestad.nl (website over de voortgang van het Partnership). Tabel Overzicht behaalde prestaties Partnership 2005 t/m 2009 Thema Prestatieafspraken 2005-2009 Behaalde prestaties 2005-2009 Nieuwbouw 4.000 woningen bouwen 2.492 woningen en 346 onzelfstandige eenheden, totaal 2.838 woningen. Percentage gerealiseerd: 71% 40 % in de sociale sector Er zijn totaal 1749 6 huizen in het sociale segment gebouwd, dit is 43% van 4.000 woningen. Prestatie gehaald 2.000 woningen moeten worden gesloopt 1.616 woningen. Percentage gerealiseerd: 81% Variatie en keuze Aandacht voor druk op de woonruimteverdeling Opstarten van gezamenlijke denktank versnelling woningbouw Arnhem Vergroten individuele keuzemogelijkheden in nieuwbouw en de bestaande voorraad Gerealiseerde prestaties onbekend Gerealiseerde prestaties onbekend Gerealiseerde prestaties onbekend 22.000 betaalbare woningen Eind 2009 waren er 24.202 betaalbare woningen. Prestatie gehaald (110%) 8.000 huurwoningen worden te koop aangeboden Voor zorg geschikte woningen: 1.500 nieuwe woningen en 1.000 in bestaande voorraad Er moeten 250 woningen/ wooneenheden voor specifieke doelgroepen bijkomen Er moeten 230 studenteneenheden bijkomen 1.391 woningen. Percentage gerealiseerd: 17% Gerealiseerde prestaties onbekend 102 woningen. Percentage gerealiseerd: 41% 189 woningen. Percentage gerealiseerd: 82% 6 Jaarverslagen gemeente Arnhem: in 2005 (190), 2006 (175), 2007 (237), 2008 (432), 2009 (715) 21

Thema Prestatieafspraken 2005-2009 Behaalde prestaties 2005-2009 Wonen, welzijn en zorg Sociaal investeren corporaties 8 Duurzaam wonen (sinds Stadsconferentie 2008) Gemeente ontwikkelt een revolving fund 7 Het toegankelijk maken van woongebouwen voor mensen met een fysieke beperking; waardoor circa 1.000 woningen beter worden ontsloten 1.500 woningen met verschillende zorgarrangementen in woon-zorg-zones uit de Masterplannen Arnhem Noord en Zuid Realisatie vastgoedvoorzieningen: 7 steunpunten in Arnhem Noord, 6 in Arnhem Zuid en 2 gezondheidscentra Jaarlijks wordt 1 mln geïnvesteerd in de leefomgeving Bijdrage aan de Sociale Bouwstenen Investeren in vastgoed van maatschappelijke voorzieningen betrokkenheid bewoners in herstructurering vastleggen in sociale plannen De corporaties lanceren het plan om in 11.000 corporatiewoningen 3.000 per woning te investeren (totale investering 34 miljoen) ten behoeve van het terugdringen van het energieverbruik Gerealiseerde prestaties onbekend 865 woningen. Percentage gerealiseerd: 87% 500 woningen. Percentage gerealiseerd: 33% Het bouwen van woon/zorg-voorzieningen is alleen nog in Arnhem-Zuid van de grond gekomen; hier zijn vier van de zes geplande locaties gerealiseerd. In de overige regio s zijn de steunpunten nog in ontwikkeling. De gezondheidscentra zijn wel beide gerealiseerd. Deels gehaald. Binnen twee jaar was de 5 mljn euro besteed. Prestatie gehaald Gerealiseerde prestaties onbekend Gerealiseerde prestaties onbekend Gerealiseerde prestaties onbekend Citaat: We hebben niet gemeten hoe het staat met de uitvoering van dit bod. Gezien het thema van de Stadsconferentie 2010 (Duurzaam wonen) gaan we ervan uit dat over dit onderwerp geactualiseerde afspraken worden gemaakt voor de periode 2010 t/m 2014 en dat we daarbij ook afspreken hoe de voortgang wordt gemeten (samenvoordestad.nl). Bronnen: Partnership 2005 t/m 2009 (2004); website samenvoordestad.nl (geraadpleegd maart 2012) 7 Revolving fund: een fonds bedoeld voor mensen die onderhoud aan hun woning niet kunnen financieren en daarom een beroep kunnen doen op een laagrentende lening. Het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting is de organisatie die geld inbrengt. 8 Op dit thema was het lastig monitoren in de vorm van SMART geformuleerde aantallen of euro's. Daarnaast was er veel discussie over het begrip sociaal investeren waardoor het onduidelijk is hoe er op dit punt is gepresteerd (citaat www.samenvoordestad.nl) 22

23