provincie:: Utrecht Afdeling Vergunningverlening Aan: de heer J.H. Dorrestijn Wildenburglaan 1 3744 MK BAARN Pythagoraslaan 10 I Postbus 80300 3508 TH Utrccht Tcl. 030-2583306 Fax 030-2582990 http://www.provincic-utrecht.nl Datum Nummer Uw brief van Uw nummer Bij lage 20091NT253941 Team Referentie Doorkiesnummer Faxnummer E-mailadres Onderwerp Bodem en Water AJ.Obermeijer 030258 3825 0302582990 bodemloket@provincie-utrecht.nl Beschikking vaststellen ernst & spoed en instemming saneringsplan Wildenburglaan I te Baarn, code UT0308/00063 Geachte heer Dorrestijn, 1 Inleiding Bij beschikking van 26 april 2005, nr. 2005WEMOO 1515i, hadden wij ten aanzien van de bodemverontreiniging ter plaatse van de onderstaande kadastrale percelen vastgesteld dat sprake is van een geval van ernstige verontreiniging, waarvan de sanering op grond van artikel 37 Wet bodembescherming (Wbb) (pro forma) als urgent was aangemerkt. Met de sanering diende binnen vier jaar na de inwerkingtreding van die beschikking een begin te worden gemaakt. Tevens hebben wij in die beschikking ingestemd met het saneringsplan. Op 6 mei 2009 hebben wij uw verzoek ontvangen om wijziging van de hierboven bedoelde (pro forma) urgentiebeschikking 2005. Tevens heeft u een nieuw saneringsplan ter instemming bij ons ingediend. Hieruit blijkt dat u voornemens bent het geval van ernstige bodemverontreiniging ter plaatse van de locatie gelegen aan de Wildenburglaan 1 in Baarn te saneren dan wel handelingen te verrichten als gevolg waarvan de verontreiniging van de bodem wordt verminderd of verplaatst. Na beoordeling van het nieuwe saneringsplan is besloten de melding om de volgende redenen voor te schorsen: De bepaling van de spoedeisendheid waren niet in de rapportage opgenomen. In het saneringsplan wordt voor het aanbrengen van de leeflaag uitgegaan van bodemgebruikswaarde I (BGW I). Dit wordt in het nieuwe beleid niet meer toegepast. Het saneringsplan moet worden gebaseerd op het Besluit bodemkwaliteit. Op 19 juni 2009 is er een schorsbrief uit gegaan (kenmerk 2009INT244550) waarin wij de procedure voor 16 weken opschorten. Op 8 oktober 2009 hebben wij het herziene saneringsplan ter beoordeling ontvangen.
provincie:: Utrecht 2 Bij deze melding is een nieuw herzien saneringsplan 2009 bijgevoegd. In dit saneringsplan is aan de hand van het huidige risico-beoordelingssysteem Sanscrit een herbeoordeling uitgevoerd van de saneringsspoed en het saneringstijdstip. Dit rapporten en andere relevante rapporten zijn opgesomd in paragraaf 4.1 van deze beschikking. Omdat het saneringsplan een groter gebied dan de daadwerkelijke saneringslocatie betreft willen wij u hierbij informeren over het verbod dat voortvloeit uit artikel 5 van de Verordening bescherming natuur en landschap (VNL). Dit artikel luidt als volgt: "Het is verboden op een onroerende zaak te storten, te bergen of op te slaan". Aangezien u werkzaamheden wilt gaan verrichten die voor een gedeelte onder het verbod dat voortvloeit uit artikel 5 van de VNL vallen, dient u hiervoor op grond van artikel 8 van de VNL, hoofdstuk 2 een ontheffing aan te vragen. Voor meer informatie over de Verordening bescherming natuur en landschap en de ontheffingsmogelijkheid kunt u contact opnemen met mevrouw B. el Kallati (030-2582855) of de heer H.S. Heite (030-2583233). De kadastrale percelen waarvan de bodem is onderzocht en waar verontreiniging is aangetoond, zijn: Kadastrale gemeente Sectie Nummer Baarn C 78 Baarn C 536 Baarn C 1264 De saneringslocatie is aangegeven op de kadastrale kaart in hoofdstuk 9. De melding betreft een voonnalige stortplaats die in het kader van het project 'Nazorg voormalige stortplaatsen'(na VOS) onderzocht is. De voorliggende beschikking heeft uitsluitend betrekking op het opnieuw vaststellen van de saneringsspoed en onze instemming met het nieuwe saneringsplan 2009. 2 Beschikking Wij hebben de in hoofdstuk 4 bedoelde bodemonderzoeksrapporten en het saneringsplan op volledigheid en op inhoud beoordeeld. Aan de hand van deze gegevens besluiten wij het volgende. "~-~ Beschikkingnummer: 20091NT253941 Wildenburglaan 1 te Baam, code ljt030800063 ~--- 14 deccmber 2009
provincie:: Utrecht \~ Ter plaatse van de hierboven genoemde percelen is sprake van een geval van ernstige verontreiniging als bedoeld in artikel 29 lid 1, van de Wbb. 3 Gelet op het huidige of het toekomstige gebruik van deze ernstige verontreinigde bodem is er geen sprake van zodanige risico's voor mens, ecosysteem en/ofverspreiding van de verontreiniging dat spoedige sanering als bedoeld in artikel 37 van de Wbb, noodzakelijk is. Hoewel geen sprake is van onaanvaardbare risico's stellen wij vast dat in het belang van de bescherming van de bodem, met toepassing van artikel 37 lid 4 van de Wbb, de navolgende maatregelen en beperkingen dienen in acht genomen te worden:.. De op de stort aanwezige deklaag dient zoveel mogelijk in stand te worden gehouden;.. Het is niet toegestaan om materiaal uit de stortlaag met de bovenliggende deklaag te vermengen;.. Na sanering is het op hierboven genoemde percelen niet toegestaan om zonder voorafgaande toestemming van ons college, dan wel het bestuursorgaan dat na inwerkingtreding van de Waterwet daartoe bevoegd wordt grondwater aan de bodem te onttrekken;.. Indien het bodemgebruik in de toekomst wijzigt, dient dit gemeld te worden aan het bevoegd gezag. Op grond van artikel 39 lid 2 van de Wbb stemmen wij in met het nieuwe saneringplan. Met toepassing van dit artikellid hebben wij in hoofdstuk 5 van deze beschikking (aanvullende) voorschriften aan onze instemming verbonden. 3 Inspraak Met betrekking tot deze melding is de procedure gevolgd van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. De ontwerpbeschikking, de bijbehorende rapporten en de daarop betrekking hebbende stukken zijn gedurende een periode van zes weken ter inzage gelegd. Belanghebbenden hebben gedurende deze periode hun zienswijze over de ontwerpbeschikking naar voren kunnen brengen. Er zijn geen schrifteluke of mondelinge zienswijzen ingebracht. Overeenkomstig artikel 28 lid 5 van de Wbb hebben wij burgemeester en wethouders van de gemeente Baarn van de melding op de hoogte gesteld. Het definitieve besluit wordt kenbaar gemaakt in een plaatselijk huis-aan-huisblad. 4 Overwegingen die ten grondslag liggen aan deze beschikking 4. I Rapporten De volgende rapporten liggen ten grondslag aan deze beschikking: "Verkennend bodemonderzoek aan de Wildenburglaan 1 te Baarn", door Milieutechniek Zonneveld & VerhoefBV, referentie: B05058/WM/AS, ] mei 1995; Beschikkingnummer: 20091NT25394! Wildenburglaan 1 te Baarn. code UT030800063
provincie:: Utrecht "Verkennend onderzoek voormalige stortplaats Wildenburglaan I te Baarn", door Provincie Utrecht, referentie: 96-15, 17 april 1996; "Monitoringsronde 1999, volgnr 189", door Oranjewoud, referentie: 189, I november 1999; "Saneringsplan Wildenburgbaan I Baarn", door Dragon Milieuadvies, 20 december 2004; "Planning/budget en nazorg van het saneringsplan Wildenburglaan I te Baarn", door Dragon Milieuadvies, 31 januari 2005; "Saneringsplan Wildenburglaan I", door Dragon Milieuadvies, 12 maart 2008. 4 4.2 Toetsingskader geval van ernstige bodemverontreiniging Van een geval van verontreiniging is sprake indien de verontreiniging van de bodem betrekking heeft op grondgebieden die vanwege die verontreiniging, de oorzaak of de gevolgen daarvan in technische, organisatorische en ruimtelijke zin met elkaar samenhangen (zie artikel I van de Wbb). Van een geval van ernstige bodemverontreiniging is sprake indien in minimaal 25 m3 bodemvolume in het geval van grond- of sedimentverontreiniging of in 100 m3 bodemvolume in het geval van grondwaterverontreiniging voor tenminste één stof de gemiddelde gemeten concentratie hoger is dan de interventiewaarde (zie Circulaire bodemsanering 2009, Stcrt. 2009, 67). 4.3 Verontreinigingen grond en grondwater Uit de hierboven aangehaalde bodemonderzoeksrapporten blijkt dat: - de voormalige stortplaats ontstaan is in 1966. Het zogenaamde rietgat is toen gedempt met tapijtafval, zeilproducten, puin, boomstronken en plastic en vervolgens afgedekt met een laag grond. Eind jaren '80 is een deel van de oude stort door de huidige eigenaar opgegraven en opnieuw gestort op een ernaast gelegen plek en afgedekt met grond; - de stort verdeeld kan worden in een oude stort en een nieuwe stort; - de oude stort van de voormalige stortplaats heeft een oppervlakte van circa 3.000 m2 en de nieuwe stort heeft een omvang van 1.050 m2, zoals aangegeven op de kadastrale kaart in hoofdstuk 9. In totaal heeft de totale stortplaats een oppervlakte van totaal 4.050 m2 ; - de deklaag van zowel het oude als de nieuwe stort voor maximaal 20% uit bodemvreemd materiaal bestaat en wel wordt gezien als onderdeel van de bodem. De deklaag heeft een gemiddelde dikte van 0,35 m, varieert van 0,2 m tot 0,8 m beneden maaiveld (-mv). In de deklaag zijn licht verhoogde gehalten (boven streefwaarde) chroom, nikkel, koper, zink en PAK (polycyclische aromatische koolwaterstoffen) aangetroffen; - de stortlaag van zowel de oude stort als het nieuwe gedeelte voor meer dan 50% uit bodemvreemd materiaal bestaat en niet wordt gezien als onderdeel van de bodem. De stortlaag heeft een maximale dikte van 2 meter en een gemiddelde dikte van 1,0 meter. De totale omvang wordt geschat op ongeveer 4.050 m3 ; - in het grondwater in de stortlaag van de nieuwe stort (deze wordt wel gezien als onderdeel van de bodem) een gehalte barium is aangetroffen in een gemiddelde concentratie die hoger is dan de vastgestelde interventiewaarde; - het grondwater in de stortlaag van de oude stort (deze wordt wel gezien als onderdeel van de bodem) is slechts licht verontreinigd met barium; "~_._._--_..--- Beschikkingnummer: 20091NT25394I Wildenhurglaan I te Baarn, code ljt030800063
~~~ provincie:: Utrecht -- de omvang van de verontreiniging in het grondwater in de stortlaag van de nieuwe stort wordt geschat op 1.050 m3 en is op basis van de interventiewaardecontour van de sterke bariumverontreiniging aangegeven op de kadastrale kaart in hoofdstuk 9. In het grondwater in de stortlaag van de oude stort wordt een matig verhoogd gehalte barium aangetroffen; de aangetroffen verontreinigingen in het grondwater in de stortlaag in technische, organisatorische en ruimtelijke zin met elkaar samenhangen; in het grondwater onder de stortlaag van zowel het nieuwe gedeelte als het oude gedeelte en buiten de stort een licht verhoogd gehalte barium aangetroffen is. 5 Conclusie Omdat de gemiddelde concentratie barium gemeten in het grondwater in de stortlaag van het nieuwe gedeelte in minimaal 100 m3 hoger is dan de interventiewaarde voor deze stof is er sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging. 4.4 Risicoheoordeling, spoedeisendheid en saneringstijdstip Het huidige toetsingskader voor de risicobeoordeling is vastgelegd in de Circulaire bodemsanering 2009, Stcrt. 2009, 67. De locatiespecifieke risicobeoordeling betreft de vraag of de aangetroffen ernstige verontreiniging al dan niet onaanvaardbare risico's oplevert voor de mens, het ecosysteem of van verspreiding, gelet op de huidige gebruiksfunctie van de onderhavige percelen. Uit de locatiespecifieke risicobeoordeling blijkt dat: de deklaag dunner is dan 0,5 meter en licht verontreinigd is met cadmium, kwik, lood, zink en PCB's. De deklaag voldoet daarom niet aan de eisen die eraan in de Nota uitvoeringsbeleid bodem (Provincie Utrecht, 2009) worden gesteld; het grondwater onder en rondom de stort licht verontreinigd is met barium. In het grondwater buiten de stort zijn in de monitoringsperiode van de afgelopen 10 jaar geen sterk verhoogde concentraties minerale olie of barium (meer) aangetroffen, er heeft dus geen verspreiding plaatsgevonden. Het totale volume sterk verontreinigd grondwater wordt geschat op 1.050 m3, waardoor er geen sprake is van een bodemvolume meer dan 6.000 m3 dat ingesloten wordt door de interventiewaarde-contour in het grondwater; er daarom geen sprake is van risico's voor mens, ecosysteem dan wel risico van verspreiding van de verontreiniging. 5 Saneringsdoelstelling 5.1 Algemeen De saneringsdoelstelling dient er volgens artikel 38 van de Wbb primair op gericht te zijn: de verontreinigde bodem in ieder geval geschikt te maken voor de gebruiksfunctie; het risico van verspreiding van de verontreiniging zoveel mogelijk te beperken; de nazorg en gebruiksbeperkingen, bedoeld in artikel 39d van de Wbb zoveel mogelijk te beperken. Beschikkingnummer: 20091NT253941 Wildenburglaan 1 te Baarn. code UT030800063 ---- -- ------._-- 14 deeember 2009
provincie: Utrecht In artikel 39 van de Wbb en artikel 6.3 van de Provinciale Milieuverordening Utrecht (PMV) is voorgeschreven waaraan een saneringsplan moet voldoen. 6 5.2 Immobiele verontreiniging en terugsaneerwaarde De toekomstige gebruiksfunctie van de onderhavige saneringslocatie is: 'recreatie'. Uit de onderliggende rapportages blijkt dat de locatie kosteneffectiefkan worden gesaneerd door middel van het aanbrengen van een leeflaag van bodemgebruikswaarde wonen met een dikte van minimaal I meter. Om de verontreinigingen geheel te verwijderen moet een groot deel van de stort/grond worden ontgraven en afgevoerd, hetgeen niet kosteneffectief zou zijn. Nadat de sanering is uitgevoerd zal de locatie in milieuhygiënische zin voldoen aan de bodemgebruiksvorm "wonen en intensief gebruikt groen". 5.3 Saneringsplan Er wordt uitgegaan van het aanbrengen van een leeflaag van 1 m - mv met bodemkwaliteitsklasse 'wonen'. De te gebruiken afdekgrond zal bestaan uit grond die bij werken elders vrijkomt. Hierdoor is de planning van het werk afhankelijk van het tijdstip dat grondoverschotten ontstaan. Het totaal afte dekken oppervlak is circa 4.050 m2. De grond zal echter over een groter gedeelte worden aangebracht, onder meer om er zeker van te zijn dat al het stortmateriaal wordt afgedekt. De aanwezige greppels worden in stand gehouden. Er dient rekening gehouden te worden met de afwatering van het terrein. De grond (leeflaag) zal op een oppervlakte van circa 22.500 m2 worden aangebracht, verdeeld over twee fases (fase 1 7.400 m2 en fase 2 15.000 m2). Omdat de grond duidelijk van het onderliggende materiaal is te onderscheiden wordt geen signaallaag aangebracht. Het aanbrengen van de leeflaag dient onder milieukundige begeleiding te worden uitgevoerd. In verband met het in fasen aanbrengen van de leeflaag (werkzaamheden worden bepaald door het tijdstip waarop grondstromen vrijkomen) verdient de afstemming met onze afdeling Handhaving betreffende de controle van de werkzaamheden extra aandacht. Elke nieuwe grondstroom moet worden gemeld met kwaliteitsgegevens van de grond. Zoals in de aanvulling op het saneringsplan is weergegeven zullen de werkzaamheden binnen 4 jaar na de start van de werkzaamheden gereed zijn. 5.4 Aanvullende voorschriften - De huidige peilbuizen op de locatie voor de monitoring van het grondwater dienen te worden gehandhaafd, of nieuw door de melder/saneerder te worden geplaatst indien deze door de werkzaamheden worden beschadigd of buiten gebruik worden gesteld. - Elk toekomstig voornemen tot saneren, verminderen of verplaatsen van de achtergebleven. restverontreiniging onder de aangebrachte leeflaag dient op grond van artikel 28 van de Wbb aan ons gemeld te worden. - De saneerder van de percelen is verantwoordelijk voor het onderhoud en instandhouding van de aan gebrachte leeflaag. Beschikkingnummer: 20091NT253941 Wildenhurglaan 1 te Baarn. code lit030800063 ------..----------.---- -------------.---_..---
~ '-~,._""--'.._--- provincie:: Utrecht 7 Conclusie Het saneringsplan voldoet aan de eisen die bij of krachtens de Wbb zijn gesteld. 6 Saneringsuitvoering De sanering wordt, indien van toepassing, uitgevoerd overeenkomstig: de Beoordelingsrichtlijn uitvoering bodemsanering: BRL SIKB 7000 van de Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer (SIKB); het SIKB protocol 7001: Uitvoering van landbodemsanering met conventionele methoden; het SIKB protocol 7002: Uitvoering van landbodemsanering met in-situ methoden. De onderzoeken, de uitvoering van de sanering en de milieukundige begeleiding als bedoeld in deze beschikking moeten worden uitgevoerd door een persoon of instelling die op grond van het Besluit bodemkwaliteit (Kwalibo) beschikt over een erkenning voor het uitvoeren van de betrokken werkzaamheden. 7 Melding start en wijzigingen saneringswerkzaamheden en melding nieuwe grondstroom In verband met een mogelijk controlebezoek van één van onze medewerkers dient het tijdstip van de feitelijke aanvang van de bodemsanering ten minste I week voor dat tijdstip bij ons college te worden gemeld. Ook dient bij elke grondstroom een melding gedaan te worden, waarbij de kwaliteitgegevens van de grond worden ingediend. Dat kan: schriftelijk: Gedeputeerde Staten van Utrecht, f\fdeling Handhaving, Postbus 80300, 3508 TH Utrecht, of per fax: via de fax van de Afdeling Handhaving, 030-258 2121 of per e-mail: handhavingbodem@provincie-utrecht.nl. Tevens dient u bij deze melding de volgende gegevens aan te leveren: geplande einddatum van de sanering; de naam van de aannemer die de saneringswerkzaamheden gaat uitvoeren; de naam van het bureau en de persoon die de saneringswerkzaamheden milieukundig begeleiden. Indien u vooraf of tijdens de werkzaamheden wilt of moet afwijken van het saneringsplan, dan moet u ons hiervan direct op de hoogte stellen. Ook dit dient u te doen bij de Afdeling Handhaving, via één van bovengenoemde mogelijkheden. Daarnaast attenderen wij u erop, dat bij onvoorziene omstandigheden tijdens de uitvoering van de sanering, met ons overlegd moet worden. 8 Milieukundige begeleiding De werkzaamheden worden milieukundig begeleid. De milieukundige begeleiding wordt, indien van toepassing, uitgevoerd overeenkomstig: de beoordelingsrichtlijn milieukundige begeleiding: BRL SIKB 6000 van de SI KB; het YKB-protocol 6001: Milieukundige begeleiding en evaluatie landbodemsanering met conventionele methoden van de SIKB; Beschikkingnummer 20091NT25394! Wildenburglaan 1 te Baarn. code ljt030800063 ~--------
~ provincie:" Utrecht het YKB-protocol 6002: Milieukundige begeleiding en evaluatie landbodemsanering met in situ methoden. 8 De milieukundig toezichthouder dient, in uw opdracht, na afloop van de sanering een evaluatierapport op te stellen dat voldoet aan de eisen van de provincie Utrecht. U dient het evaluatierapport in ieder geval binnen 3 maanden na afloop van de bodemsanering bij ons college aan te leveren, in drievoud. Het verslag kan worden gezonden aan de provincie Utrecht, afdeling Yergunningverlening, Postbus 80300, 3508 TH Utrecht. 9 Kadastrale inschrijving Omdat de sterke verontreiniging zich beperkt tot het grondwater en het geen grond betreft, zal ons college krachtens het bepaalde in artikel 55 Wbb een afschrift van dit besluit ter inschrijving aanbieden aan de Rijksdienst van het Kadaster team Wkpb. De reeds ingeschreven beschikking, met kenmerk 2005WEM001515i en gedateerd 26 mei 2005 en ingeschreven onder deel/nummer 56651/35 en gedateerd op 14 mei 2009, komt derhalve te vervallen. Ondanks het feit dat de bovenbeschreven verontreinigingssituatie alleen grondwater en geen grond betreft dienen de onder paragraaf 5.4 benoemde nazorgverplichtingen in acht genomen te worden. Deze contour is weergegeven op bijgevoegde kadastrale tekening. Het kadastrale perceel, waarvan het grondwater sterk verontreinigd is, is: Kadastrale Baarn gemeente Sectie c 78 Nummer Oppervlakte 1050 in nl Nieuwe stort Wildenburglaan f''''"' 11II I PerceelsgedeeIte waarvan het grondwater sterk verontreinigd is Perceelgedeelte waar een leeflaag aangebracht zal worden (saneringslocatie ) n_ Hesehikkingnummer: 20091NT253941 Wildenburglaan 1 te Baarn, code UT030800063
~ provincie:~ Utrecht 9 10 Beroep Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na de bekendmaking tegen dit besluit beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20900, 2500 EA, Den Haag. Daarvoor is een griffierecht verschuldigd (zie www.rechtspraak.nl voor de hoogte van het griffierecht). Indien beroep is ingesteld, kan ook om een verzoek om een voorlopige voorziening worden gevraagd als er tijdelijke maatregelen nodig zijn waarmee niet tot de uitspraak op het beroepschrift kan worden gewacht. Het verzoek moet worden gedaan bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Daarbij is hetzelfde griffierecht opnieuw verschuldigd. Onder vermelding van de code UT0308/00063 kan over deze beschikking nadere informatie worden gevraagd bij de Afdeling Vergunningverlening van onze provincie, telefonisch bereikbaar: 030-2583306. Hoogachtend, Gedeputeerde namens hen, Staten van Utrecht, Mevrouw drs. S. van Gooi Teamleider Bodem en Water Een kopie van deze brief is verzonden naar: - Gemeente Baarn, Afdeling VROM, t.a.v. de heer W.G. Stolp, Postbus 1003,3740 BA Baarn - Milieudienst Zuidoost Utrecht, t.a.v. de heer R. Kockelkoren, Postbus 461,3700 AL Zeist - Dragon Milieu Advies, t.a.v. de heer A. Alblas, Van Berenvliet 19,2992 WG Barendrecht - Waterschap Vallei en Eem, t.a.v. mevrouw M. van der Harst, Postbus 330,3830 Al Leusden - Kadaster, team WKPB, Postbus 9015,6800 OT Arnhem - Dorrestijn Baarn Beheer B.V., t.a.v. de heer LH. Dorrestijn, Hermesweg 12,3741 GP Baarn Bcschikkingnummcr: 20091NT253941 Wildcnburglaan I tc Baarn, codc LJT030800063-14 dcccmbcr 2009