PRESTUDY TASKS: DOING WHAT IS GOOD FOR YOU

Vergelijkbare documenten
Interpretatieve onderzoeksmethoden les 1

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97

Seminarie kwalitatieve onderzoeksmethoden

Take-home toets: Kwalitatief onderzoek

Inleiding tot het wetenschappelijk werk

Onderzoek Module 10.3 Het empirisch onderzoek ontwerpen. Master Innovation & Leadership in Education

Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1

Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten

Aan de slag met vakdidactisch onderzoek: methodologische aspecten

Taxanomie van Bloom en de kunst van het vragen stellen. Anouk Mulder verschil in talent

Inleiding 15 Waarom deze methode? 15 Voor de student 16 Legenda gebruikte icoontjes 18 Personages: wie is wie? 18. In de startblokken 19

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel

Dinsdag. Observingday

Ontdek jouw persoonlijke top-3 interessante studies met deze 5-stappen oefening.

Palliatieve Zorg. Onderdeel: Kwalitatief onderzoek. Naam: Sanne Terpstra Studentennummer: Klas: 2B2

Overzicht van tabellen 13. Overzicht van figuren 15. Voorwoord 17. Inleiding 19

De Taxonomie van Bloom Toelichting

INHOUDS- OPGAVE. Voorwoord 19. Voorwoord bij de nieuwe druk 20. Inleiding 23

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - -

Workshop. Dataverzameling. Van onderzoeksvraag naar data

Rijke Lessen. zetten je aan het denken. Handleiding(etje) Minka Dumont 26 november 2009 SLO - Landelijke Plusklasnetwerkdag

Voorwoord... iii Verantwoording... v

The role of interpersonal conflict between top and middle managers in top-down and bottom-up initiatives. Rein Denekamp

Rol van de leerkracht in exploratie- en redeneerproces van kinderen

E-book: over het selecteren van winnende ideeën

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek.

Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 6 Feedbackformulier voor onderzoeksplan. A. De inleiding. Van: Voor:

ONDERZOEK DOEN HOE DOE IK DAT? WORKSHOP PLUSWEEK KLAS 1, 2, 3

Kwalitatief te werk! Landelijke Bijeenkomst Meten Maatschappelijke Opbrengst 17 dec 2018 Mandy Goes & Roxanne de Vrede Panteia

1. Waarom wetenschapsleer... 2

Pre-Academisch Onderwijs. Ontwikkelingslijnen en leerdoelen

Voorwoord van Hester van Herk... iii Voorwoord van Foeke van der Zee... iv Verantwoording... vi

Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek

Bijlage 1 Uitwerking opdrachten 103. Bijlage 2 Vaktijdschriften Social Work 119. Literatuur 123. Begrippenlijst 125. Trefwoordenregister 131

Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 8 Feedbackformulier bij het onderzoeksinstrument

Samenvatting (in Dutch)

talentstimuleren.nl CREATIEF DENKEN Ik kom met originele oplossingen en bedenk vernieuwende ideeën

Methodologie & Profielwerkstukken

Eindbeoordeling Stage 1 Code: ST1

Strengthening medical teachers professional identity. Understanding identity development and the role of teacher communities and teaching courses

1 Problematische (jeugd)groepen in woonwijken

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Uitwerkingen hoofdstuk 5

Generaliseerbaarheid van kwalitatieve onderzoeksresultaten (korte versie)

Succesvolle toepassing van 360 graden feedback: De keuze van het 360 instrument en de voorbereiding op het 360 traject

Hoe zou je dit vertellen aan iemand die er vandaag niet bij is? Leerlingen helpen om wiskunde te begrijpen: Vragen die: Ben je het er mee eens?

Kwaliteit van praktijkgericht onderzoek; de spanning tussen praktische relevantie en methodische grondigheid

ONDERZOEK DOEN. HENK LINDEMAN Naam Datum

Methodologie. NWO promotiebeurs leraren. dr Frits van Engeldorp Gastelaars docent Hora est! Promoveren kun je leren (Erasmus Academie)

NU DE MENSEN NOG MEEKRIJGEN VERANDERAANPAK IN BEELD. bedoeling. Mensen ondersteunen dát wat ze zelf hebben helpen bouwen

Eindbeoordeling Stage 1 Code: ST1

Hoe voer ik een onderzoek uit? Een stappenplan om te helpen een onderzoek uit te voeren.

SPOORBOEKJE. Introductie Rondleiden is een vak! Workshop gebruiken van instrumenten Ervaringen met instrumenten Vragen

Syllabus Deel 1. Kwalitatieve data-analyse

Bloom. Taxonomie van. in de praktijk

Nederlandse Samenvatting

Stijn Hoppenbrouwers en Tom Heskes. Onderzoeksmethoden (vervolg)

LES 3: ZELFRAPPORTAGE VRAGENLIJSTEN

RKC Medemblik Opmeer

Onderzoeksvraag Uitkomst

Behorende bij het proefschrift How Politics Becomes News and News Becomes Politics geschreven

Karen van der Pauw

Hoofdstuk 1 Het soort onderzoek waar dit boek op gericht is 15

Woord vooraf 13. Dankwoord 17. Algemene inleiding Inleiding Probleemdefinitie VUB-context Literatuurstudie 26

EERSTE HULP BIJ HET OPSTELLEN VAN EEN EVALUATIERAPPORT

AOS docentonderzoek. Rapporteren en presenteren

Manual: handleiding opstarten Skills Lab

Methodologie voor onderzoek in zorg, welzijn en hulpverlening. Foeke van der Zee

Onderzoek uitvoeren. van vraag naar antwoord logica en observaties

Je kunt deze presentatie na afloop van de les downloaden.

Taxonomie van Bloom. (taxonomie = wetenschap van het indelen) 6. Creëren. Nieuwe ideeën, producten of gezichtspunten genereren

20/04/2013: Kwalitatief vs. Kwantitatief

1. Een ondernemingsplan ontwikkelen

Theorie en Empirisch Onderzoek. Werkcollege 4.1 Kwalitatief onderzoek: Yazilitas et al.

Het tellen van mensen docentenhandleiding

2. In functie van implementatie van onderzoekscompetenties in de lerarenopleiding

Eindbeoordeling Stage 1. Code: ST1

(Hoe) kan onze communicatie beter?

Praktijkonderzoek als effectieve innovatiestrategie. Anje Ros Lector leren en innoveren, Fontys HKE

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

KWALON Conferentie 13 december Methodenleer aan de universiteit: ontwerpen, uitvoeren en reflecteren. Inge Bleijenbergh

Methodologie voor sociaalwetenschappelijk onderzoek. Foeke van der Zee

Kader voor ontwikkeling - Denkvaardigheden

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die

Methodologie voor onderzoek in marketing en management. Foeke van der Zee

DIRECTE INSTRUCTIE. Versie Tentamen. Proeve (RU) Competentie(s)

Onderzoekswegen voor pedagogisch onderzoek

Q1000 Richtlijnen voor verantwoord testgebruik

Beoordeling Stage 1 Code: ST1

Handleiding Onderzoek J2.1 (boks 4)

Informal Interpreting in Dutch General Practice. R. Zendedel

Workshop. Dataverzameling. Van onderzoeksvraag naar data

16/06/2014 CRITERIUMGERICHT INTERVIEW HET GEBRUIK VAN CRITERIUMGERICHT INTERVIEW IN EEN EVC-PROCEDURE

Samenvatting. Leraren die het verschil maken: een onderzoek naar leraren als change agents in het primair onderwijs

Context. Instroom. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 2 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 3 Een herkenbare, wisselende leef- en werkomgeving.

Gaan stemmen of niet gaan stemmen? (Uit: Kompas)

Methodiek Actieonderzoek

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF

Welkom bij de training LEF!

Graduation Document. General Information. Master of Science Architecture, Urbanism & Building Sciences. Student Number

Transcriptie:

PRESTUDY TASKS: DOING WHAT IS GOOD FOR YOU Aan het voorstel werken helpt om na te denken over onderzoeksvragen en de focus van de studie. Onderzoeker maken verschillende beslissingen voor ze aan het veldwerk beginnen. Dit wordt meestal vormgegeven in het onderzoeksvoorstel. Beslissingen die je tijdens dit onderzoeksvoorstel maakt zullen gelinkt zijn met het soort kwalitatief onderzoek dat je doet. Het kan nuttig zijn om een onderzoeksdagboek bij te houden, zo kan je terugblikken op gedachten en ideeën. Het helpt tijdens het meer formele schrijven. Het onderzoeksonderwerp De eerste beslissing die je moet nemen, is beslissen wat je wil bestuderen. Zoek uit welke zaken, onzekerheden, dilemma s of paradoxen je bezighouden. Het onderwerp mag niet te persoonlijk zijn, anders is het van weinig nut voor anderen. Je mag ook niet teveel emotioneel verbonden zijn met het onderwerp. Die emotionele verbondenheid kan zich op veel manieren manifesteren, onder andere in angst voor het interviewen van deelnemers. Door na te gaan hoe het onderwerp verbonden is met je levensgeschiedenis en door te kijken of je iets wil bewijzen waarvan jij gelooft dat het waar is helpt om te testen of je niet te emotioneel verbonden bent met de uitkomsten. Kwalitatief onderzoek is een proces die altijd een zekere angst veroorzaakt, het is dus belangrijk om extra angst te vermijden. Dit kan onder andere door het onderzoek een andere vorm te geven. Er moet ook nagedacht worden over praktische zaken. Zo mag de range van je onderzoek niet te smal en niet te breed zijn. Maar een onderzoeker weet op voorhand niet altijd op voorhand hoe ver zijn dataverzameling moet gaan. Literatuurstudie Kennis uit geassocieerde literatuur zal helpen om te bepalen of jouw studie verder gaat dan het bestaande materiaal en of het dus bijdraagt aan jouw studiegebied. Literatuur moet doorheen het volledige onderzoeksproces gelezen worden, ook voor de dataverzameling. Hierdoor erkennen we dat je als onderzoeken nooit zonder kennis aan onderzoek begint. De onderzoeker heeft namelijk al theorieën en assumpties bij zich. Om andere studies te lezen op een manier die bijdraagt aan jouw studie moet je het met een bepaald idee lezen. 1. Verzamel, doorblader en lees literatuur om na te gaan of je een goed onderwerp gekozen hebt. 2. Gebruik relevante literatuur om de focus van je onderwerp te vinden. Bekijk bij deze stap ook de referenties bij de literatuur om verdere informatie te vinden. 3. Literatuur kan helpen om je design en de interviewvragen te bepalen. Leer van succes en falen van ondere onderzoekers. 4. Literatuurstudie is een steeds durende stap. Zo kan je eventueel voordeel halen uit materialen waar je eerder over gelezen hebt of je kan informatie lezen die je eerst als niet nuttig had gezien. 5. Specifeer de zoektocht naar literatuur niet te veel, zoek in een breed veld. Na het verzamelen van de literatuur zal je een literatuurstudie of een conceptuele context van je voorstel moeten schrijven. Theoretische context Verschillende definities: Denzin (1989): theorie verwijst naar een reeks voorstellen die onderling verwant zijn en waarbij sommige kunnen afgeleid worden uit anderen. Zo kan er een uitleg worden ontwikkeld voor bepaalde bestudeerde fenomenen. Glaser en Strauss (1967): focus op de verificatie van theoretische ontwikkeling. Zij denken hierbij aan een inductieve strategie waarbij de onderzoeker concepten en hypothesen ontdekken door een vergelijkende ana-

lyse. Dit resulteert uiteindelijk in een grounded theory. Het uiteindelijke doel van theorie is verklaren en voorspellen. Geertz (1973) theorie is gebaseerd op een interpretatie, een zoektocht naar het zin geven van sociale interacties. Hiervoor moet er aan thick description gedaan worden. Dit betekent dat er een beschrijving moet gebeuren die meer is dan het rapporteren van daden, het moet ook doelen, intenties, motieven, betekenis, context, situaties en omstandigheden van de actie weergeven. Het doel van onderzoek is een begrip van echt geleefde ervaringen weer te geven. Gebruik theorie zowel impliciet als expliciet: Expliciete theorie: die theorieën waar je over schrijft in je voorstel en in je onderzoeksrapport. Dit kan verschillende abstracties aannemen: o Empirische generalisatie: lage generalisatie, verwijst naar uitkomsten van verwante studies. o Formele theorie of algemene theorie: framework voor het stellen van vragen en het bespreken van je bevindingen. Impliciete theorie: je persoonlijke theoretische perspectieven en waarden. Richtinggevende theorieën helpen op verschillende manieren om je onderzoek vorm te geven. Het helpt hierbij om verschillende theorieën te gebruiken als gids voor je onderzoek. Onderzoeksdoeleinden Hierbij wordt rekening gehouden met je praktische en intellectuele doelen. Onderzoeksdoeleinden opstellen kan je op verschillende manieren helpen: Helpt om het onderzoek te verantwoorden, Helpt om te bepalen welk soort onderzoek je nodig hebt om je doelen te bereiken, Intellectuele doelen helpen om gericht onderzoeksvragen op te stellen Kan helpen om gedurende het onderzoek de focus niet te verliezen. Maxwell (2005) stelt voor om persoonlijke en intellectuele doelen te onderscheiden: Persoonlijke doelen: dat wat je motiveert om het onderzoek te doen. Verwijst ook naar persoonlijke ervaringen Intellectuele doelen: lenen zichzelf om je onderzoeksvragen te definiëren. Om deze te bepalen moet je nadenken over wat je wil beschrijven, interpreteren en/of uitleggen. Onderzoeksvragen en onderzoeksuitleg Helpen je onderzoek te focussen, het zijn een aantal vragen die je probeert te beantwoorden. Je moet een conceptueel probleem hebben als basis voor je onderzoek. Vaak zijn kwalitatieve onderzoekers bezorgd over sociale structuren, individuele ervaringen en de relatie tussen de twee. Een onderzoeksvraag start meestal met hoe of wat zodat er kan beschreven worden wat wer gebeurt. Je onderzoeksuitleg zal de algemene bedoeling van je onderzoek uitleggen en hoe open of gesloten je onderzoek zal zijn. Probeer duidelijk te beschrijven wat het is dat je wil onderzoeken. Na de onderzoeksuitleg beschreven te hebben kijk je naar alle vragen die reeds bij je opkwamen en bepaal je welke bij dit onderzoek passen en welke je in een volgend onderzoek gaat aanpakken. Selectie van locatie Hierbij bepaal je waar je het onderzoek zal uitvoeren, wie de deelnemers zullen zijn, welke technieken voor dataverzameling je zal gebruiken en hoelang de studie zal duren. Waar onderzoek uitvoeren Backyard onderzoek: Gemakkelijke toegang

Bruikbaar voor persoonlijk en professioneel leven Beperkte tijd en geldbehoefte. Je hebt reeds een bepaalde rol, soms moeilijk om de rol van onderzoeker toe te voegen Kan ethische en politieke dilemma s veroorzaken Je krijgt soms gevaarlijke kennis onder ogen Je verlaat zelden je eigen backyard, bijgevolg moeilijk om onderzoek af te sluiten Als je geen lokaal onderzoek voert dan moet je bepalen waar je het onderzoek zal uitvoeren. Selectie is ingebouwd in de onderzoeksvraag, Geen specifieke locatie vereist, het moet wel binnen een bepaalde geografische setting, Onderzoeker moet een rationale ontwerpen om een locatie te selecteren Selectie van deelnemers typische elementen Extreme elementen Homogene groep Maximale variatie Theoretische verzameling Sneeuwbaleffect Gemakhalve Geven aan wat het typische, het normale is. Selecteert participanten die het extreme, het ongewone of het speciale weergeven. Verzamelt alle gelijke participanten om zo een bepaalde subgroep te kunnen bestuderen. Verzamelt personen in een hele brede setting. De bedoeling hierbij is om patronen binnen een grote variatie te vinden Selecteert personen via veranderende theoretische concepten. Nieuwe deelnemers worden aangebracht door deelnemers die reeds betrokken zijn bij het onderzoek Selecteert op basis van het gemak Selecteer enkel die criteria die vanuit de literatuur en je eigen ervaringen belangrijk zijn. Vaak zal de selectiecriteria bijgestuurd worden gedurende het verzamelen van informatie. Voor een diepgaande kennis ga je verschillende keren een lange tijd met minder personen spreken. Voor een bredere setting ga je eenmalige interviews uitvoeren met meer personen. Selectie van onderzoekstechnieken Vaak worden er aan triangulatie gedaan. Dit betekent dat er een variatie aan onderzoeksmethoden gebruikt worden. Dit kan ook gaan over verschillende bronnen, verschillende onderzoekers en verschillende theoretische perspectieven. Door dit te doen ga je beperkingen of tegenstrijdigheden in je interpretatie blootleggen. Het is de bedoeling om nieuwe dimensies van de sociale realiteit te vinden. Drie dataverzamelingstechnieken: Interview Observatie documentatieverzameling kies technieken die: informatie aan het licht brengen die het fenomeen in kwestie kan helpen uitleggen die verschillende perspectieven bijdragen aan het probleem die zo effectief mogelijk gebruik maken van de tijd. Betrouwbaarheid Creswell (1998) formuleert manieren om de betrouwbaarheid te verhogen meer tijd en aanhoudende observaties triangulatie peer evaluatie

negatieve gevallen onderzoeken verduidelijking van de vooroordelen van de onderzoeker deelnemers laten nakijken rijke, thick description externe audit niet noodzakelijk om in één studie alle punten te gebruiken. Tijdsschema Op voorhand kan je niet zeker zijn hoe lang je onderzoek duurt, vaak zal je het onderschatten. Institutionele structuren zullen de planning ook veranderen, het zal ook de tijd bepalen die respondenten hebben om deel te nemen. Houd hierbij rekening dat instellingen soms cyclussen hebben. Ondanks deze elementen is het toch goed om een tijdsschema op te stellen omdat het helpt om de vooropgestelde elementen van het onderzoek te beoordelen en te anticiperen op wat dat vereist. Moet altijd flexibel blijven. Onderzoekssamenvatting Dient om voor te leggen aan de deelnemers. Houdt meestal het volgende in: 1. wie je bent 2. wat je doet en waarom 3. wat je zal doen met je resultaten 4. hoe de locatie en de deelnemers geselecteerd zijn 5. eventuele voordelen en risico s voor deelnemers 6. vertrouwelijkheid en anonimiteit van gegevens (indien van toepassing) 7. hoe vaak je wil observeren of samenkomen 8. hoe lang elke sessie ongeveer zal duren 9. vragen of er mag opgenomen, geregistreerd mag worden. Probeer zo duidelijk en eerlijk mogelijk te zijn. Pilootstudie Belangrijk om aspecten van je onderzoek uit te testen, helpt om te bepalen of het concept interessant is voor jou of voor de deelnemers. De beste plaats om onderzoeksmethoden uit te proberen. Belangrijk om zo realistisch mogelijk uit te voeren. To do: verduidelijk je pilootintenties aan de deelnemers gebruik de pilootstudie om de taal en samenstelling van de vragen te beoordelen. Hier ook tijd om te kijken of het onderzoek niet te lang duurt gebruik het om je observatiemethoden ui te proberen helpt om je verder te informeren over het onderwerp Toegang verkrijgen Is een proces! Als je studie binnen een organisatie plaats vindt moet je eerst contact opnemen met de gatekeeper. Hierbij start je best bovenaan de hiërarchie. Als je contact met hen opneem moet je duidelijk maken dat de informatie die je verzamelt van jou is, vermeld wat je hen wel geeft en geef weer wat de mogelijkheden van kwalitatief onderzoek is. Als je een losstaand individu wil gebruiken voor je onderzoek is het best om rechtstreeks contact op te nemen.

Soms is het goed om eerst logging time door te brengen. Dit betekent dat je gaat deelnemen aan activiteiten en informeel met deelnemers gaat praten, zo leren ze je kennen. Rollen van de onderzoeker onderzoeker als onderzoeker onderzoeker als lerende