Geschikt wonen in Alblasserwaard- Vijfheerenlanden

Vergelijkbare documenten
Geschikt wonen in de Drechtsteden

Geschikt wonen in Haaglanden

Geschikt wonen in Midden-Holland

Woonzorgopgave Goeree-Overflakkee

Woonzorgopgave Midden-Holland

Woonzorgopgave Albasserwaard-Vijfheerenlanden

Wonen met Zorg in de anticipeerregio s

Gevolgen scheiden van wonen en zorg Goeree-Overflakkee

januari A.M. van Essen, M.G.A. Ligtvoet-Janssen Tympaan Instituut

De grijze golf. Demografische ontwikkeling Drechtsteden tot Figuur 1 Bevolking Drechtsteden , totaal

Langer thuis wonen in Engelen Verpleging en Verzorging. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch

Langer thuis wonen in De Groote Wielen Verpleging en Verzorging. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch

INVESTEREN IN WONEN, WELZIJN EN ZORG. PAUL REIJN & AUKE VLONK

Analyse van de markt voor (bestaande) huurwoningen in de Gemeente Steenwijkerland

Kernenfoto s West Betuwe. West Betuwe beraad Janneke Rutgers & Sjors de Vries 24 september 2018

Ouderen in Venray Ontwikkeling en woonvoorkeuren

Langer thuis wonen in Rosmalen Noord Verpleging en Verzorging. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch

Kernprofiel Zuiddorpe

december M.G.A. Ligtvoet-Janssen Tympaan Instituut Wijkscan inclusieve wijken Teylingen - Tympaan Instituut -

Langer thuis wonen in Empel Verpleging en Verzorging. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch

WONEN EN ZORG REGIO LEKSTROOM

Langer thuis wonen in Binnenstad Verpleging en Verzorging. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch

Kernprofiel Zuiddorpe

Bijlage 5. Wonen met zorg, Ouderenhuisvesting

Factsheet wonen Harderwijk

Kernprofiel Zuiddorpe

CIZ-indicaties als basis voor de prognose

Langer thuis wonen in Graafsepoort Verpleging en Verzorging. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch

Demografische gegevens ouderen

Fortuna 2011 P r o g n o s e W o n e n m e t Z o r g

Lichte toename jaar en kinderen 0-14

Langer thuis wonen in Maaspoort Verpleging en Verzorging. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch

Factsheet Wonen met Zorg. Regio Zaanstreek

De huishoudens in Groningen worden steeds kleiner

Bijlage Visie Oost : Cijfers & trends bevolking en woningvoorraad Hilversum

ZO Brabant (Kempen) WMO-subregio: Rapportage Zorg op de kaart per WMO-subregio Inclusief scenario s. Datum 3 november 2014

Gooi- en Vechtstreek. WMO-subregio: Rapportage Zorg op de kaart per WMO-subregio Inclusief scenario s. Datum 3 november 2014

Seniorenwoningen in Alphen aan den Rijn

Waardering van leefbaarheid en woonomgeving

Verhuisplannen en woonvoorkeuren

Het Piramidemodel. Dronten - rapport vraagzijde Door ABF Research. Piramidemodel. De vraag naar toegankelijke woningen in Dronten

CONCEPT GEBIEDSANALYSE PRINCEHAGE/HEUVEL, 2008

FACTSHEET OUDEREN EN WONEN PURMEREND APRIL 2015

Extra huurruimte door boven-inflatoire- en inkomensafhankelijke huurverhoging in de commerciële huursector

Stefan Teeling Leeuwarden, november 2015 FACTSHEET METSLAWIER

WONINGBEHOEFTEONDERZOEK WIERINGEN

Langer thuis wonen in Noord Verpleging en Verzorging. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch

Woningmarktanalyse Gooise Meren

Doelgroepen TREND A variant

Op 19 mei 2014 stelde u ons college schriftelijke vragen over de verkoop van huurwoningen door Vestia.

Langer thuis wonen in West Verpleging en Verzorging. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch

Inhoudsopgave. Waarom het Piramidemodel? Aanpak Voorbeeld Dronten Op de kaart zetten Tot slot

Aantal cliënten per stelsel nu en. Straks Figuur 1 - Aantal cliënten (18-) naar huidig en toekomstig stelsel

Figuur 1: Veronderstellingen per onderdeel uit de Nationale CBS-Prognoses 2008 en 2012

Kernprofiel Koewacht

Gebiedsbeschrijving Haagse Beemden Zuid Oost woongebied 3

Kernprofiel Axel mei 2018

Aantal personen in instituties per 1 januari

Prognose wonen met zorg

Westerkoog. bevolking woonkwaliteit woningmarkt nieuwbouw wonen en zorg KANSENVERKENNER WONEN

Kernprofiel Sas van Gent

Onderzoeksrapport DSO/Programmamanagement, Strategie en Onderzoek

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Kernprofiel Zaamslag

Ontwikkeling van het gemiddeld gestandaardiseerd besteedbaar inkomen in 1,000,00 in de periode in Zuid-Holland en Nederland

Onderzoek kleine kernen

Leegstand, herbestemming en verzorgingshuizen: een verkenning door de oogharen heen

Inhoudsopgave. 1. Kerncijfers over wonen. 2. Betaalbaarheid. 3. Bewegingen op de woningmarkt. 4. Kwaliteit van de woning. 5.

Oriënterende bijeenkomst wonen

De gemeente heeft GroenWest gevraagd om een volkshuisvestelijke onderbouwing van het programma.

Gouda ligt centraal in de Randstad en is gelet op het inwonertal de 46e gemeente van Nederland. De Atlas voor

De Nederlandse woningmarkt Léon Groenemeijer, Kenneth Gopal (ABF Research)

Kernprofiel Biervliet

Inleiding. Vervolgens worden uitgangspunten geformuleerd die van belang zijn voor de regionale woonvisie.

Inhoudsopgave. 1. Kerncijfers over wonen. 2. Betaalbaarheid. 3. Bewegingen op de woningmarkt. 4. Kwaliteit van de woning. 5.

vraaggericht woningmarkt onderzoek Maastricht

Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten

Bijlage 1: Woningbouwprogramma Dommelkwartier en relatie Lage Heide Segment Nieuwbouw Sloop Verkoop Totaal

WoON-themarapport. Woningbouwplanningen van kwantiteit naar kwaliteit

Inhoudsopgave. 1. Kerncijfers over wonen. 2. Betaalbaarheid. 3. Bewegingen op de woningmarkt. 4. Kwaliteit van de woning. 5.

Kernprofiel Sas van Gent

De bevolkings- en woningbehoefteprognoses Noord-Brabant actualisering 2011: een samenvatting

Gebiedsbeschrijving Haagse Beemden Noord West woongebied 2

Betty Boerman en Inge Huiskers, Regio Gooi en Vechtstreek. Sjoerd Zeelenberg en Elien Smeulders, RIGO Research en Advies

Inhoudsopgave. 1. Kerncijfers over wonen. 2. Betaalbaarheid. 3. Bewegingen op de woningmarkt. 4. Kwaliteit van de woning. 5.

Herziening Monitor Investeren. voor de Toekomst

Woningmarktonderzoek IJsselstein. 24 november 2015 Johan van Iersel en Marlies van der Vlugt

Woonmonitor Limburg 2015 en Bevolkings- en huishoudensprognose Progneff 2016

B i j l a g e 1 : T o e l i c h t i n g n u t e n n o o d - z a a k v a n e e n k l e i n s c h a l i g w o o n - z o r g c o m p l e x


Inhoudsopgave. 1. Kerncijfers over wonen. 2. Betaalbaarheid. 3. Bewegingen op de woningmarkt. 4. Kwaliteit van de woning. 5.

ZUID HOLLAND =OMEN 1 3 OKT provincie. Memo. Leden Statencommissie Ruimte & Wonen. Rapportage "Sociale woningvoorraad en doelgroep in beeld"

absoluut % van totaal % van 55+ < % - Huishoudens

Onderwerp Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011

Mantelzorg. Figuur 1. Mantelzorg per GGD regio. 2 van 6 Rapport Mantelzorg. Bron: Zorgatlas RIVM

Raming van de omvang van de kernvoorraad in 2015

PROVINCIE GELDERLAND Provincie Gelderland. Henk Nouws, Claasje Reijers. Ruimte voor zorg bv

Omvang doelgroep en omvang kernvoorraad in 2008

Kwetsbaar alleen. De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030

fluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe Aantal senioren sterk gestegen Aantal 65-plussers in Fryslân, /2012

Transcriptie:

Geschikt wonen in Alblasserwaard- Vijfheerenlanden Inleiding De belangrijkste opgave in het provinciale woningbouwbeleid is om voldoende geschikte huisvesting mogelijk te maken voor de veranderende bevolking. De vraag naar woningen verandert als gevolg van demografische ontwikkelingen, zoals vergrijzing, diversiteit en individualisering. Daarnaast spelen ook beleidsmatige ontwikkelingen een rol. Door de komst van de Wet langdurige zorg (Wlz) ter vervanging van de AWBZ, verandert de vraag naar wonen met zorg. Er zal minder vraag komen naar verpleeg- en verzorgingshuiszorg en meer vraag naar toegankelijke woningen waar zorg thuis mogelijk is. Dit leidt tot een woonzorgopgave. Dat wil zeggen, dat het noodzakelijk is om delen van de bestaande woningvoorraad aan te passen aan de grotere zorg (provincie Zuid-Holland 214). Medio 215 heeft het Tympaan Instituut met behulp van het Ramingsmodel Wonen met Zorg (RWZ) de behoefte aan wonen met zorg in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden in kaart gebracht. Onderdeel hiervan is het aantal personen dat behoefte heeft aan een geschikte woning op grond van een zorgvraag of lichamelijke beperking. Om de opgave geschikt wonen goed in beeld te kunnen brengen is daarnaast inzicht nodig in de voorraad geschikte woningen. In deze factsheet worden de gegevens over behoefte en aanbod aan geschikte woningen met elkaar vergeleken om te kunnen bepalen in hoeverre er sprake is van een (mis)match. Onderstaand komt aan de orde: een korte samenvatting van de gegevens over de behoefte aan geschikt wonen: o demografische ontwikkeling; o woonsituatie van 65-plussers; o behoefte aan geschikt wonen. De woningvoorraad: aantal nultredenwoningen in de (sociale) huursector en het aantal geschikte eengezinswoningen. (Mis)match tussen vraag naar en aanbod aan geschikte woningen. Samenvatting behoefte wonen met zorg in Alblasserwaard- Vijfheerenlanden Demografie 1 en woonsituatie Alblasserwaard-Vijfheerenlanden telt op 1 januari 215 13.882 inwoners (CBS 215). Dit aantal zal in 23 naar verwachting ongeveer 134.6 zijn, een toename van zo n 3%. Het aantal 65-plussers in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden neemt in de periode 215-23 toe 1 Er is in deze notitie gekozen voor gebruik van de Primos-prognoses 213 van ABF Research in plaats van de provinciale bevolkingsprognose. Reden hiervoor is dat in de Primos-prognoses gegevens op kern-/wijkniveau beschikbaar zijn, wat voor een aantal regio s (waaronder Goeree-Overflakkee) relevant is. De afwijkingen van de Primos-prognoses ten opzichte van de provinciale prognose zijn minimaal. Postbus 931 Anna van Saksenlaan 51 www.tympaan.nl 259 AA Den Haag 2593 HW Den Haag info@tympaan.nl 7 3371 @tympaan_inst

met ongeveer 33%. Met name het aantal 75-plussers zal sterk stijgen. In 215 zijn dat er ongeveer 9.65 en in 23 15.65 (figuur 1). Dit is de leeftijdsgroep met de grootste zorgvraag. Figuur 1 Ontwikkeling aantal ouderen in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 215-23 16. 14. 12. 1. 8. 6. 4. 2. 215 22 225 23 65-74 75+ bron: ABF Research 213 Het aantal 75-plussers neemt met 63% toe, wat sterker is dan de gemiddelde groei in heel Zuid-Holland (59%). Het aantal mensen jonger dan 65 jaar daalt in de periode 215-23 met 4% tot circa 13.5 inwoners, terwijl het aandeel 65-minners in Zuid-Holland vrijwel gelijk blijft. Het aandeel alleenstaande 65-plussers blijft redelijk stabiel. In Alblasserwaard-Vijfheerenlanden woont 42% van de ouderen alleen. Dat aandeel blijft in de periode tot 23 gelijk. Het percentage meerpersoonshuishoudens in Alblasserwaard-Vijfheerenlandenis is gelijk aan dat van heel Zuid-Holland, namelijk 48%. 65-plussers zijn in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden vaker getrouwd dan gemiddeld in Zuid- Holland. Van de vrouwen is de helft getrouwd en van de mannen bijna 8%. In vergelijking met Zuid-Holland zijn ouderen in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden vaker alleenstaand doordat hun partner is overleden, dan doordat ze ongehuwd zijn gebleven of gescheiden zijn. Alleenstaande ouderen zijn vaker vrouwen dan mannen. 65-plussers wonen vaak in een huurwoning. Van de 65-plushuishoudens in Zuid-Holland woont in 212 62% in een (sociale) huurwoning. In COROP-regio Zuidoost Zuid-Holland is dat 59%. Gemiddeld woont 48% van de huishoudens van Zuid-Holland en 42% van de COR- OP-regio Zuidoost-Zuid-Holland in een (sociale) huurwoning (CBS 215). Van de 65- plushuishoudens 2 woont in Zuid-Holland in 212 zo n 45% (in COROP-regio Zuidoost Zuid- Holland 56%) in een eengezinswoning (CBS 213). Woonzorgbehoefte zelfstandig wonen Een gedeelte van de 65-plussers heeft als gevolg van gezondheidsklachten of beperkingen behoefte aan wonen met zorg. Hoe ouder mensen zijn, hoe groter het aandeel dat behoefte heeft aan wonen met zorg. Met andere woorden: van de 75-plussers heeft een groter 2 Dit betreft hoofdbewoners. 2

aandeel behoefte aan een vorm van wonen met zorg dan van de 65-75-jarigen. Voor de behoefte aan geschikt wonen is relevant: het aantal 65-plussers dat als gevolg van een zorgvraag behoefte heeft verzorgd wonen (wonen in een geschikte woning met zorg aan huis); het aantal 65-plussers dat (nog) geen zorgvraag heeft maar als gevolg van lichamelijke beperkingen wel behoefte heeft aan een geschikte woning (doelgroep geschikt wonen). Beschermd wonen blijft dus buiten beschouwing, omdat dit wonen in een instelling voor 24-uursverblijf betreft. Personen die behoefte hebben aan beschermd wonen zullen daarom in de meeste gevallen 3 geen beroep doen op een zelfstandige geschikte woning. Op de toekomstige woonzorgbehoefte zijn twee ontwikkelingen van invloed: De demografische ontwikkeling. Scheiden van wonen en zorg, dat wil zeggen dat minder mensen in aanmerking komen voor verblijf in een instelling en dus zelfstandig (blijven) wonen. Onderstaande cijfers houden hiermee rekening. In totaal hebben in 215 zo n 1.8 personen behoefte aan verzorgd wonen, in 23 ongeveer 3., een toename van circa 66% 4. Met name onder 75-plussers neemt de behoefte aan verzorgd wonen sterk toe vanwege somatische aandoeningen (figuur 2). 3.5 3. 2.5 2. 1.5 1. 5 Figuur 2 Behoefte van verzorgd wonen in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden naar leeftijd en aandoening 215-23 215 22 225 23 som -65 som 65-74 som 75+ pg 65+ lg (-1) bron: ABF Research 213, CIZ 214; bewerking Tympaan Instituut 215 De behoefte aan geschikt wonen neemt toe van ongeveer 7.3 in 215 tot circa 8.5 in 23 (exclusief verzorgd wonen). Dit is een toename van ongeveer 17% die voor rekening komt van de behoefte aan geschikt wonen onder 65-plussers (figuur 3). 3 Mensen met een indicatie voor verblijf kunnen wel gebruikmaken van een zogenaamd volledig pakket thuis. In dat geval is een geschikte woning wel wenselijk. 4 Dit is in vergelijking met het huidige aantal indicaties mogelijk een lichte onderschatting. 3

1. 8. 6. 4. 2. Figuur 3 Behoefte aan geschikt wonen in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden naar leeftijd 215-23 215 22 225 23 geschikt wonen 18-64 geschikt wonen 65+ bron: ABF Research 213, BZK/CBS, WoON 212, DANS, CIZ; bewerking Tympaan Instituut 215 In totaal hebben in 215 dus ongeveer 9.1 personen op grond van een zorgbehoefte (verzorgd wonen) of lichamelijke beperking (geschikt wonen) behoefte aan een geschikte woning. In 23 is dit aantal opgelopen tot circa 11.55, een toename van 27%. Zie de bijlage voor een toelichting op de berekeningswijze van de woonzorgbehoefte. Geschikte woningen in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden Woningvoorraad Alblasserwaard-Vijfheerenlanden telt op 31 december 214 53.878 woningen. Driekwart van de woningen betreft een eengezinswoning (CBS 215). Ongeveer 18.8 woningen zijn in het bezit van woningcorporaties ((35%) (VROM/DGW en CFV 214). Het aanbod aan geschikte woningen kan berekend worden op basis van de volgende gegevens 5 : Nultredenwoningen woningcorporaties. Uit gegevens van het Centraal Fonds Volkshuisvesting blijkt dat circa 3% van het corporatiebezit in de Alblasserwaard- Vijfheerenlanden een nultredenwoning betreft, zo n 5.65 woningen (VROM/DGW en CFV 214). Eengezinswoningen (koopwoningen, woningen in bezit van woningcorporaties en woningen in bezit van overige verhuurders). Van eengezinswoningen kan met behulp van de Doorzonscan (Laagland advies 27) worden berekend hoeveel woningen potentieel geschikt zijn voor ouderen. Dat wil zeggen dat deze kunnen worden opgeplust voor iemand met een beperking. Hierbij wordt rekening gehouden met de inhoud van de woning en het bouwjaar. Van de ruim 4. eengezinswoningen (CBS 213) in Alblasserwaard- Vijfheerenlanden zijn er naar schatting zo n 49% potentieel geschikt. Dit betreft ongeveer 3.65 huurwoningen en 15.8 koopwoningen (figuur 4) (CBS 213, Laagland advies 27). 5 Van ongeveer 4.5 woningen kan niet worden bepaald of ze een geschikte woning zijn en voor welke doelgroep deze beschikbaar zijn. Dit betreft de meergezinswoningen in de koop- en particuliere huursector, circa 9% van de totale woningvoorraad in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. 4

Figuur 4 Aandeel (potentieel) geschikte woningen in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 3. 25. 2. 15. 1. 5. eengezins eengezins nultreden corporatiesector koop huur geschikt ongeschikt bron: CBS 213, VROM/DGW en CFV 214, Laagland advies 27; bewerking Tympaan Instituut 215 Saldo behoefte en aanbod geschikte woningen De figuren 5 en 6 schetsen een beeld hoe vraag en aanbod zich tot elkaar verhouden. Wanneer wordt uitgegaan van de totale woningvoorraad en een optimale woningtoewijzing (dat wil zeggen: elke geschikte woning is beschikbaar voor de doelgroep die er behoefte aan heeft) is er een overschot aan huur- en koopwoningen. Figuur 5 Saldo behoefte en aanbod aan (potentieel) geschikte woningen in 215, 22 en 23 in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden (alle woningen, alle doelgroepen) 12. 1. 8. 6. 4. 2. huur (nultreden corporatiesector en eengezins) alle woningen 215 22 23 koop (eengezins) bron: BAG, VROM/DGW en CFV 214, BZK/CBS, WoON 212, DANS, CBS 213, Laagland advies 27; bewerking Tympaan Instituut 215 Wanneer alleen naar de doelgroep 65+ wordt gekeken, ontstaat een ander beeld (figuur 6). Niet alle (potentieel) geschikte woningen zijn immers beschikbaar voor deze doelgroep. Op basis van kengetallen op COROP-niveau is de vraag naar koop- en huurwoningen voor 65- plussers en beschikbaarheid van huur- en koopwoningen voor 65-plussers ingeschat (zie voor uitgebreide berekeningswijze de bijlage). Als we hiervan uitgaan is er in 22 nog een overschot aan geschikte huurwoningen, maar ontstaat in 23 een tekort. In de koopsector 5

lijkt er in 215 sprake van een beperkt tekort aan geschikte woningen, dat in de periode tot 22 en 23 verder zal oplopen. 1.5 1. 5-5 -1. -1.5 Figuur 6 Saldo behoefte en aabod aan (potentieel) geschikte woningen in 215, 22 en 23 in Alblasserwaard-Vijfheerenlanden (behoefte en beschikbaar 65-plussers huur (nultreden corporatiesector en eengezins) beschikbaar 65+ koop (eengezins) 215 22 23 bron: BAG, VROM/DGW en CFV 214, BZK/CBS, WoON 212, DANS, CBS 213, Laagland advies 27; bewerking Tympaan Instituut 215 Bij de gepresenteerde tekorten in figuur 6 moet een aantal belangrijke kanttekeningen worden gemaakt: Het gaat hierbij niet om harde cijfers, maar om het zichtbaar maken van een ontwikkeling in de hele regio Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. Dit gepresenteerde beeld is een startpunt waarbij ook gekeken zou moeten worden naar de aansluiting van vraag en aanbod op wijkniveau, gegeven de geringe verhuisgeneigdheid van ouderen. Het is belangrijk om lokale kennis hierover te benutten. Niet alle nultredenwoningen in de corporatiesector zijn geschikt voor mensen met een zorgvraag, omdat ze bijvoorbeeld te klein zijn of een onhandige indeling hebben. Hierdoor is het tekort in de corporatiesector waarschijnlijk groter. Verder zijn, zoals hiervoor is aangegeven, in deze berekening geen gegevens meegenomen over het aantal nultredenwoningen in de koop- en particuliere sector. Deze zouden moeten worden opgeteld bij de potentieel geschikte woningen. Hierdoor ligt het tekort aan woningen in de koopen particuliere huursector lager. De berekeningen gaan uit van het aantal personen dat behoefte heeft aan een geschikte woning. Er wordt geen rekening gehouden met huishoudens waarin beide partners een beperking hebben. De cijfers gaan uit van de huidige woningvoorraad. Er wordt geen rekening gehouden met onttrekkingen en toevoegingen aan de woningvoorraad. Conclusies en aanbevelingen Geschikte woningen zijn nodig voor mensen die thuis verzorging nodig hebben (verzorgd wonen) en personen (18-64 jaar en 65 jaar en ouder) die beperkingen hebben, maar (nog) geen verzorging (geschikt wonen). De grootste groep die behoefte heeft aan een geschikte woning zijn 75-plussers. Er is sprake van een sterke toename van het aantal 75-plussers. Als gevolg hiervan zal ook de behoefte aan een geschikte woning onder ouderen sterk toenemen. 6

In 22 zullen bijna 82 65-plussers meer behoefte hebben aan een geschikte woning dan in 215, oftewel een stijging van ongeveer 15% als gevolg van het beleid scheiden wonen en zorg en de demografische ontwikkelingen. In 23 zal dit aantal zijn opgelopen tot ruim 2.55, een stijging van 48% ten opzichte van 215. Uitgaande van de beschikbaarheid van geschikte woningen voor 65-plussers zal er in 22 een overschot zijn van ongeveer 1.2 geschikte huurwoningen, maar zal in 23 een tekort zijn ontstaan van circa 2 woningen. In 22 lijkt er in 215 een klein tekort aan koopwoningen en is er in 23 sprake van een tekort van ruim 1.25 woningen. Belangrijke kanttekening is dat de gegevens een regionale trend zichtbaar maken en dat deze tekorten niet als absolute grootheden moeten worden gezien. Niet alle nultredenwoningen in de corporatiesector zullen geschikt zijn en de gegevens over nultredenwoningen in de koop- en particuliere huursector ontbreken. Daarnaast hebben in 215 circa 3.74 personen uit overige doelgroepen behoefte aan een geschikte woning. In de jaren daarna daalt dit licht tot circa 3.64 in 23. De totale behoefte aan woningen in de regio Alblasserwaard-Vijfheerenlanden groeit volgens gegevens van de provincie Zuid-Holland met circa 5. woningen. Het dient aanbeveling per gemeente na te gaan hoeveel van deze nieuw te bouwen woningen geschikt moeten worden gebouwd om te voldoen aan de toenemende vraag naar geschikte woningen. Hiervoor is het ook nodig om het aantal geschikte woningen in de bestaande woningvoorraad op ideaal niveau in beeld te hebben. Indien er nieuwbouw plaatsvindt van geschikte woningen is het van belang deze woningen te realiseren op plekken met voldoende voorzieningen voor ouderen of mensen met een beperking. Bij maatregelen om in deze tekorten te voorzien is het van belang om er rekening mee te houden dat de verhuisgeneigdheid onder senioren gering is (Lijzenga, Van der Waals 214, De Groot et al 213). De voornaamste opgave door de vergrijzing is daarom eerder een aanpassingsopgave dan een nieuwbouwopgave. Veel ouderen willen immers in hun woning blijven wonen, óók wanneer zij minder mobiel en vitaal worden. Gezien het toenemende eigenwoningbezit onder ouderen verschuift deze aanpassingsopgave in toenemende mate van de woningcorporaties naar de oudere huiseigenaren zelf (De Groot et al 213). Een andere belangrijke aanbeveling bij maatregelen om in deze tekorten te voorzien is gebruik te maken van lokale kennis over aansluiting van vraag en aanbod op gemeente- en wijkniveau en andere relevante omstandigheden, zoals de inkomenssituatie van ouderen. Ouderen met een laag inkomen hebben vaker behoefte aan een huur- dan aan een koopwoning. Verder kunnen de volgende aanbevelingen worden gedaan: Stimuleer ouderen tot het doen van woningaanpassingen. Het is van belang dat gemeenten eigenaar-bewoners stimuleren tot het (tijdig) doen van woningaanpassingen. Investeer in aansluitmogelijkheden voor domotica. Naast aanpassingen in de woning kunnen deze domotica de mogelijkheden om zelfstandig in de eigen woning te blijven wonen vergroten. Hierbij kan het gaan om ondersteunende domotica (zoals automatische verlichting) alsook om toezichthoudende domotica (bijvoorbeeld valsensoren). Zorg voor overige randvoorwaarden voor zelfstandig wonen: inrichting van de publieke ruimte, toegankelijkheid van de woonomgeving voor rollators, scootmobiels en minder validen, zoals loop-/rollatorrouten en voldoende ruimten voor formele en informele ontmoetingsplekken (tuintjes, groen, bushalten), vooral ook nabij diverse breng- en haalfuncties (supermarkt, school, buurthuis, zorgcentrum). 7

De beschikbaarheid van haaldiensten (winkels, openbaar vervoer, mogelijkheden voor ontmoeting). Zo hebben winkels een ontmoetings- of netwerkfunctie (Singelenberg et al 212). Aanwezigheid van zorg- en welzijnsdiensten: mogelijkheden voor zorg en ondersteuning (op afspraak, op afroep of in voortdurende nabijheid), beschikbaarheid van mantelzorg en mogelijkheden voor ontmoeting. Literatuur Groot C de, Dam F van, Daalhuizen F. Vergrijzing en woningmarkt. Den Haag: Planbureau voor de Leefomgeving, 213. Laagland advies. Eindrapport Doorzonscan Vught. Houten: Laagland advies, 27. Lijzenga J, Waals Th van der. Woonvoorkeuren specifieke woonvormen voor ouderen: een verhaal met veel gezichten. Arnhem: Companen, 214. Ministerie van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Kamerbrief Transitieagenda Langer zelfstandig wonen 4 juni 214. Den Haag: Ministerie van BZK, 214. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Notitie Hervorming langdurige ondersteuning. Den Haag: Ministerie van VWS, 213. Provincie Zuid-Holland. Visie Ruimte en mobiliteit. Den Haag: provincie Zuid-Holland, 214. Rossem F van, Leidelmeijer K, Wever Th, Ham M van den. Randvoorwaarden voor extramuraal wonen bij ZZP s VV 1 t/m 4. Amsterdam: RIGO Research en Advies BV, 214. Schiller, FC, Essen AM van, Ligtvoet-Janssen MGA. Woonzorgopgave Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. Den Haag: Tympaan Instituut, 215. Singelenberg J, Triest N van, Xanten H van. Woonservicegebieden: klaar voor de volgende ronde. SEV-advies. Rotterdam: SEV, 212. Websites cbs.nl ciz.nl kcwz.nl platform31.nl spectrum-gelderland.nl wijkenatlas woonmorgenzonderzorgen.nl vois.datawonen.nl Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum Indicatiestelling Zorg Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg Platform 31, Kennis van stad en regio Spectrum, CMO Gelderland Tympaan Instituut Woon Morgen Zonder Zorgen, Oud worden in eigen huis VROM/DGW en Centraal Fonds Volkshuisvesting 8

Bijlage Toelichting ramingen In deze toelichting wordt uiteengezet op welke wijze de berekeningen zijn uitgevoerd. Raming van de behoefte aan wonen met zorg op basis van het Ramingsmodel Wonen met Zorg Uitgangspunt voor de berekening van de kengetallen is het aantal cliënten in Zuid-Holland Kengetal verzorgd wonen Verzorgd wonen is berekend voor mensen met een indicatie voor (extramurale) persoonlijke verzorging op basis van grondslag LG, PG of SOM. Gezien het gemiddelde aantal uren verstrekte persoonlijke verzorging per cliënt is ervan uitgegaan dat dit grotendeels onplanbare zorg is of dit op termijn zal worden (voor ouderen). Mensen met alleen (extramurale) verpleging (zonder persoonlijke verzorging) zijn buiten beschouwing gelaten, omdat dit vaker planbare en kortdurende zorg is. Cliënten die langdurige verpleging krijgen, hebben zeer waarschijnlijk ook een indicatie voor persoonlijke verzorging. Bij verzorgd wonen is gecorrigeerd voor het aantal mensen in de doelgroep V&V, dat in de huidige situatie al gebruikmaakt van een zogenaamd volledig pakket thuis voor ZZP 1 en ZZP 2. Dit betreft 25% van de mensen met ZZP 1 en ZZP 2 (Actiz). Mensen die als gevolg van scheiden van wonen en zorg niet meer voor verblijf in een instelling in aanmerking komen, zijn gerekend tot de doelgroep verzorgd wonen. Hierbij is uitgegaan van dezelfde in- en uitstroompercentages als bij beschermd wonen. Aangenomen wordt dat cliënten verzorgd wonen een geschikte woning nodig hebben. Bij de uitsplitsing naar leeftijd en grondslag is de extramuralisatie verdeeld. Er kan geen rekening gehouden worden met de zorgzwaarte binnen deze categorieën. Kengetal geschikt wonen Basis hiervoor is het WoON 212. Uitgangspunt in het RWZ is dat mensen met matige of ernstige ADL-/mobiliteitsbeperkingen 1 behoefte hebben aan een geschikte woning. Een gedeelte van deze mensen ontvangt persoonlijke verzorging en verpleging en valt in het RWZ onder de categorie verzorgd wonen. Er zijn echter ook mensen met een beperking die alleen huishoudelijke verzorging krijgen of geen thuiszorg (bijvoorbeeld omdat ze een gezonde partner hebben). Omdat is uitgegaan van percentages, vormen de respondenten in de steekproef van het WoON 212 vanwege het grote aantal respondenten een goede afspiegeling van Zuid-Holland. Respondenten die zelf geen beperkingen hebben maar aangeven dat hun partner matig of ernstig beperkt is, zijn daarom buiten beschouwing gelaten bij de berekening van het kengetal. Op basis van het WoON 212 is in Zuid-Holland het aantal respondenten (18-64 jaar, 65 jaar en ouder) met beperkingen die geen thuiszorg krijgen berekend. Daarnaast is op basis van het CBS bepaald hoeveel mensen (uitgesplitst in 18-64 jaar en 65 jaar en ouder) alleen huishoudelijke hulp ontvangen in Zuid-Holland. Deze twee groepen vormen het kengetal geschikt wonen. 1 Zoals beperkingen bij lopen, staan of zitten, waardoor hulp bij verplaatsen, wassen, aan- en uitkleden en toiletgang nodig is.

Berekening (potentieel) geschikte eengezinswoningen Voor de Doorzonscan is het noodzakelijk om een bestand te hebben waarin per gemeente bekend is hoeveel woningen er zijn, uitgesplitst naar bouwjaar, inhoud en eigendomsvorm. Helaas bleek zo n bestand niet voorhanden: Het CBS levert een bestand met oppervlakte (in klassen), bouwjaar (in klassen) en eigendomsvorm van Zuid-Holland. Geen enkel bestand heeft gegevens over de inhoud van woningen. Daarom zijn de oppervlakten van de woningen omgerekend naar inhoud. Dit is gedaan op basis van het BAG-verdiepingsdocument oppervlakte. Doordat niet bekend is van welk type (tussenwoning, vrijstaand et cetera) de eengezinswoningen zijn, is gebruikgemaakt van een gemiddelde vermenigvuldigingsfactor. Tabel 1 Vermenigvuldigingsfactor oppervlakte inhoud voor 1945 1945-197 1971-199 na 199 3,9 3,16 3,14 3,19 bron: BAG; bewerking Tympaan Instituut 214 De afkappingspunten in de inhoud (25m 3, 3m 3, 35m 3 ) liggen middenin de oppervlakteklassen die het CBS levert (7-9m 2 en 9-12m 2 ). Uit een eerder project hebben we een bestand met alle woningen in de stadsregio Rotterdam ontvangen met exacte oppervlakten en bouwjaren. Op basis van deze gegevens is een tabel gemaakt met een schatting van de verdeling van de woningen binnen de oppervlakteklassen rond de afkappingspunten in Zuid-Holland. Tabel 2 Schatting verdeling woningen binnen oppervlakteklassen 7-9m 2 9-12m 2 < 25m 3 < 3m 3 < 3m 3 < 35m 3 > 35m 3 voor 1945 < 8m 2 81-89m 2 9-97m 2 98-114m 2 > 115m 2 aandeel woningen 55% 45% 33% 55% 12% 1945-197 < 79m 2 8-89m 2 9-94m 2 95-112m 2 > 113m 2 aandeel woningen 48% 53% 18% 62% 21% 1971-199 < 79m 2 8-89m 2 9-95m 2 96-116m 2 > 117m 2 aandeel woningen 37% 63% 12% 77% 11% > 1991 < 78m 2 79-89m 2 9-94m 2 95-115m 2 > 116m 2 aandeel woningen 33% 67% 14% 72% 14% bron: BAG, CBS; bewerking Tympaan Instituut 215 Vervolgens zijn de gegevens toegepast op de kengetallen van de Doorzonscan van Laagland advies. Tabel 3 Potentiële geschiktheid eengezinshuurwoningen, in percentages tot 25m 3 25-3m 3 3m 3 tot 1965 5 5 1965-198 15 25 25 198 en later 4 4 75 bron: Laagland advies 27 2

Tabel 4 Potentiële geschiktheid eengezinskoopwoningen, in percentages tot 3m 3 3-35m 3 35m 3 tot 1965 15 2 3 1965-198 15 6 9 198 en later 7 7 9 bron: Laagland advies 27 Berekening beschikbare woningvoorraad 65-plussers De vraag naar geschikte woningen is berekend op basis van het aantal personen dat behoefte heeft aan verzorgd of geschikt wonen. Er is niet gecorrigeerd voor huishoudens waarin beide partners op grond van een zorgbehoefte of lichamelijke beperkingen behoefte hebben aan een geschikte woning. Aan de hand van het WoON is op basis van de huidige woonsituatie op COROP-niveau bepaald wat het percentage bewoners is dat behoefte heeft aan een koopwoning en welk percentage aan een huurwoning (voor 65-plussers en voor alle leeftijdscategorieën). Op basis van het WoON is op COROP-niveau bepaald welk percentage van de woningen, uitgesplitst naar eigendomsvorm en type (meer- en eengezins), wordt bewoond door hoofdbewoners van 65 jaar en ouder en 65 jaar en jonger. Dit percentage is een schatting van het aantal beschikbare woningen voor deze doelgroepen. Colofon december 215 - M.G.A. Ligtvoet-Janssen, A.M. van Essen Tympaan Instituut Dit is een gratis uitgave van het Tympaan Instituut en is onder vermelding van 747 te bestellen bij het Tympaan Instituut. 3