Rookbeleid in verzorg- en verpleeghuizen. Werkboek met adviezen voor de ontwikkeling en implementatie van rookbeleid



Vergelijkbare documenten
Rookbeleid in de gehandicaptenzorg. Werkboek met adviezen voor de ontwikkeling en implementatie van rookbeleid

Rookbeleid in de GGZ en verslavingszorg. Werkboek met adviezen voor de ontwikkeling en implementatie van rookbeleid

ROOKBELEID De Lichtenvoorde. Lichtenvoorde, februari P.R. Stroeve, adviseur personeelszaken

18 Tabakswet Vragen en praktijkvoorbeelden Wat u moet weten 18.2 Vragen en praktijkvoorbeelden 18.3 Extra informatie

Op weg naar een rookvrij Scoutingterrein

rokenendewet Informatie over de Tabakswet Wat staat er precies in de Tabakswet? Wat houdt het reclameverbod in? Waar moet je op letten als winkelier?

Stappenplan voor een rookvrije speeltuin

Monitor naleving rookvrije werkplek 2006

Beleidsplan Leerlingenraad o.b.s. de Schuthoek

STAPPENPLAN VOOR EEN ROOKVRIJE SPEELTUIN

KNLTB Stappenplan. beleidsplan tennisvereniging X

Stappenplan voor een rookvrij schoolterrein

Stappenplan voor een rookvrije kinderopvang

De Tabakswet. Rapport. Onderzoek naar hinder en schadelijkheid van passief roken, houding t.a.v. en steun voor rookverboden Cyrille Koolhaas

Samen werken aan betere zorg. Handreiking voor begeleiding van cliëntenraden betrokken bij verbetertrajecten

Stappenplan voor een rookvrije speelplek

6Het voorbereidingsdraaiboek

Het Functioneringsgesprek

Definitiefase fase 2

Deze cirkel bestaat uit vijf stappen die u kunt doorlopen om uw wervingscampagne systematisch op te zetten. Waar wil je vrijwilligers voor werven?

belang van de ondernemingsraad. Om die reden geeft de kantonrechter voor dit deelbesluit wel vervangende toestemming.

Hoofdstuk 2. Contact maken, inlichtingen verstrekken en onderhandelen

ABN AMRO Risicoverzekering

toolkit persoons gerichte zorg Bouwen aan eerstelijns zorg op maat voor mensen met een chronische ziekte

Als u klachten heeft...

Als u klachten heeft...

Rookverbod in de horeca dringt meeroken flink terug

Voorbeeldprogramma werksessie communicatiekalender

FotografieTamara Reijers. Het is tijd. voor een. rookvrij. schoolterrein

Beleid en implementatie aanpak ouderenmishandeling.

Formulier A. Inventarisatie takenpakket

reglement Leerlingenraad Daltonschool De Dorendal

ONDERZOEK & ONTWIKKELING

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties

Voorwoord: status model RI&E SW

Ik heb een klacht, wat nu? Landelijk Meldpunt

Goede zorg & ondersteuning

Samen werken aan het behandelplan Werkboekje behandelplan

Klachtenregeling. Verpleging en Verzorging en Hulp bij het Huishouden

Promens Care. Triadekaart. Triade. ouders/ naastbetrokkene

Acteren in het krachtenveld

Ik heb een gesprek met de arts of de arbeidsdeskundige

Porfolio. Politie Vormingscentrum

Gastouderbureau SharedCare. Informatiebrochure

Overzicht aandachtspunten voor de organisatie van evenementen

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID

Handleiding. Adviseren bij benoeming. Afdelingshoofd

Handreiking voor vaststellen van verantwoord 1-op-1 vrijwilligerswerk

Arbeidsongeschikt. En dan? Klantbrochure

Nieuwsflits. Evaluatieonderzoek naar de Regeling palliatieve terminale zorg

Bent u niet tevreden? Laat het ons weten!

Meeste mensen blij met rookverbod

Stichting openbaar voortgezet onderwijs Hoogeveen. Rookvrij schoolbeleid. voorlopig vastgesteld directeur-bestuurder

BPV werkboek. Technicus elektrotechnische industriële installaties en systemen niveau 4 BBL Crebonummer: BPV-werkboek 25262/versie sept.

Onderwerpen. Achterban

Medischwetenschappelijk. onderzoek. Algemene informatie voor de proefpersoon

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN

Organisatie Verbeter Cyclus

6.1 SERVICECODE, GEDRAGSREGELS, HUISREGELS

Reglement voor de cliëntenraden van Stichting Philadelphia Zorg

Omgaan met klachten volgens de BOOS-formule

Fotografie: Tamara Reijers. Stappenplan voortgezet onderwijs. Het is tijd. voor een. rookvrij. schoolterrein

Reactie op advies Mantelzorgondersteuning en waardering

Rookbeleid in de GGZ. Verkenning van beleid en praktijk. Dr. Matthijs Blankers Renate Buisman MSc Dr. Margriet van Laar.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

Checklist MTO voor OR-en

Project Management. Hfst 1: Het project:

Stappenplan Veilig Ondernemen winkelgebieden in Zoetermeer

Vragenlijst. Evaluatie-vragenlijst Functioneringsgesprek. Beste medewerker,

Docentenhandleiding. CP15 het functioneringsgesprek. dh15-v2.0. daar gaan we werk van maken! 2007 ITpreneurs Nederland BV. All Rights Reserved

Vergaderen, een agenda opstellen en notulen maken

Profielwerkstuk: stappenplan, tips en ideeën

Startnotitie Visie winkelcentra Heemstede (eerste fase)

Handleiding. Adviseren rond Wonen en Verhuizen

Voorschriften, procedures en protocollen

MEDEWERKERS VRAGENLIJST BRANCHE-RIE TECHNISCHE GROOTHANDEL

Evaluatie Tabakswet. Recht op een rookvrije werkplek en overlast door tabaksrook tussen 2003 en 2005

32 Kwaliteitsbevordering

Spelregels voor het voeren van een zorgvuldige dialoog

Gebruikerstest voor de arbocatalogus

Memo. FAQ n.a.v. Inventarisatie gebruik nieuwe OOK. Auteur: Henk-Jan van Ginkel Versie: 1.1 Datum: 27 maart Inleiding

Samen werken aan goede zorg

Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden. Uitspraaknr. : Datum : 12 september 2011

De wettelijke regeling van de pvt

Werkboek. In 7 stappen aan de slag met maatschappelijke stage. Maatschappelijke stage in en rond de kerk. In 7 stappen

Koopsom Garantie Polis

Communicatieplan. Samen werken aan de Strategische Agenda voor de gemeente Nederweert

Portfolio. voor pedagogisch medewerkers. om het eigen leerproces vorm te geven en te volgen

Kwaliteitszorg. Test jezelf.

Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner. 1. Verkennen van het probleem

Bedrijfsgegevens. Bedrijf of organisatie. Adres. Gemeente en postcode. Land. Contactpersoon. Functie. . Telefoon.

Voortraject... 2 Wat kan ik bij de aanmelding verwachten?... 3 Wat kan ik bij de intake verwachten?... 4 Behandeling... 7 Afsluiting en nazorg

Wat kan de orthopedagoog of psycholoog voor jou doen?

Plan van aanpak voor een tussentijdse evaluatie beleidsplan Sociaal Domein

De Veranderplanner. Vilans 2011 Michiel Rutjes, Carolien Gooiker, Marjolein van Vliet. Veranderplanner (Versie )

Hebt u een klacht? Waar kunt u terecht als u niet tevreden bent?

Visie en eindtermen voor jobcoachopleidingen

Coöperatief Vergaderen

HET PROJECTPLAN. a) Wat is een projectplan?

U heeft gekozen voor de revalidatie van Meriant, dè geriatrische revalidatiezorg in en om Heerenveen en Wolvega. Wij heten u van harte welkom!

Transcriptie:

Rookbeleid in verzorg- en verpleeghuizen Werkboek met adviezen voor de ontwikkeling en implementatie van rookbeleid

Rookbeleid in verzorg- en verpleeghuizen Werkboek met adviezen voor de ontwikkeling en implementatie van rookbeleid

2 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Inhoudsopgave Fase A Opdracht vastleggen 5 Algemeen 6 Over de opdracht ontwikkelen rookbeleid 6 Organisatie 8 Financiën 9 Fase B Voorstel maken voor rookbeleid 10 Inventariseren huidige situatie 10 Opstellen rookbeleid 12 Beleidsdocument rookbeleid 13 Aanbieden beleidsplan 15 Fase C Invoering rookbeleid 16 Opdracht vastleggen 16 Organisatie en Financiën 16 Aandachtspunten 16 Afsluiting project 17 Bijlage 1: Plan van Aanpak Ontwikkelen Rookbeleid 18 Bijlage 2: Checklist Tabakswet 22 Bijlage 3: Krachtenveldanalyse 25 Bijlage 4: Voorbeeld enquête en brief 26 Bijlage 5: Werkwijze enquête 31 Bijlage 6: Document Invoering Rookbeleid 32 Bijlage 7: Informatie over meeroken 36 Bijlage 8: Tips voor rookruimtes 38 Bijlage 9: Ondersteuning bij het stoppen met roken 40 Bijlage 10: Materialen 43 Bijlage 11: Informatie en advies 46 Colofon 3 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Voorwoord Dit werkboek is bestemd voor managers, leidinggevenden of projectleiders in verzorg- en verpleeghuizen die verantwoordelijk zijn voor het ontwikkelen of aanpassen van het rookbeleid in hun organisatie. De afgelopen jaren zijn steeds meer instellingen aan de slag gegaan om een rookbeleid te ontwikkelen; de invoering van de (gewijzigde) Tabakswet op 1 januari 2004 vormt dikwijls een belangrijke reden om het onderwerp weer eens op de agenda te zetten. Discussies over rookbeleid in een verpleeg- en verzorgingshuis roepen niet zelden de reactie op: Dat lukt nooit. Er lijken zoveel onoplosbare situaties. Wellicht herkent u de volgende uitspraken. Een bejaarde bewoner die al zijn hele leven rookt, mag je zijn sigaret niet afpakken. In onze instelling is absoluut geen mogelijkheid om rookruimtes te maken. Bij ons rookt 80% van de bewoners, dan kunnen we toch niet anders dan dat toestaan? Iedereen in de instelling is tegen een rookbeleid. Als familie hier niet meer mag roken, zal er niemand meer op bezoek komen. Niet roken in ons Grand Café is gewoon ondenkbaar! Veelal blijken deze uitspraken gebaseerd op veronderstellingen of een onjuiste weergave van de feiten. Bijvoorbeeld: wordt een bewoner zijn sigaret echt ontnomen of verandert alleen de plek waar hij mag roken? En: weet u wel zeker dat 80% van de bewoners rookt? Uit de praktijk blijkt dat het goed mogelijk is om ook in de zorgsector een rookbeleid te ontwikkelen dat niet alleen rekening houdt met niet-rokers én rokers, maar ook aan de Tabakswet voldoet. Met opzet is hier al een paar keer het woord ontwikkelen gebruikt. Hiermee wordt aangegeven dat het maken van een rookbeleid niet iets is wat je 1-2-3 even regelt. Ontwikkelen wil zeggen dat er een proces doorlopen moet worden. In de praktijk gebeurt het nog regelmatig, dat de persoon die de opdracht krijgt een rookbeleid te maken, direct begint bij de oplossing dan richten we daar een rookruimte in... Geen aandacht schenken aan het proces heeft vaak tot gevolg dat niemand zich aan de regels houdt, dat de mensen die het rookbeleid moeten handhaven niet meer weten waar te beginnen en dat afspraken in korte tijd verwateren. Het invoeren van een rookbeleid betekent namelijk een cultuurverandering in de instelling, waarbij zorgvuldig te werk gegaan moet worden. Maar laat u niet afschrikken. Dit werkboek wil u in staat stellen om het rookbeleid stap voor stap en in de juiste volgorde te ontwikkelen. Met deze methodiek, kunt u - en de directie - het hele proces met succes doorlopen. Het afgelopen jaar heeft een vijftal instellingen deelgenomen aan een pilot, een initiatief van Arcares en STIVORO. Deze instellingen zijn onder begeleiding aan de slag gegaan met het ontwikkelen van een rookbeleid. Zonder hen was deze methodiek niet tot stand gekomen. Hun ervaringen hebben geleid tot dit werkboek. Op die wijze is dit werkboek een heel praktische uitwerking geworden van een methodiek die in het verleden haar bruikbaarheid heeft bewezen bij het ontwikkelen van rookbeleid. Deze zogenaamde 7-stappen-methodiek is jaren geleden ontwikkeld door STIVORO en wordt, bijvoorbeeld in het bedrijfsleven, nog veel toegepast. De 7 stappen zijn in dit werkboek verwerkt tot 3 fases die u na elkaar doorloopt. Bij elke fase in het werkboek vindt u voorbeelden, oefeningen of wordt u op een andere manier op weg geholpen. In 2000 kreeg STIVORO een legaat van Eric Christiaan Goldbach. Hij was een cystic fibroses patiënt en toen hij werd opgenomen in een psychiatrische inrichting was er voor hem geen mogelijkheid om in een rookvrije omgeving te verblijven. Met zijn legaat heeft STIVORO het Handboek rookbeleid in de GGZ ontwikkeld. De methodiek beschreven in dit werkboek is een vervolg op het handboek. STIVORO wenst u veel succes bij het ontwikkelen van het rookbeleid! 4 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Fase A Opdracht vastleggen Na fase A heeft u: een Plan van Aanpak; inzicht in hoeverre het huidige rookbeleid voldoet aan de Tabakswet; inzicht in met welke spelers u rekening moet houden; draagvlak voor het aanpassen van het rookbeleid bij sleutelfiguren als directie, OR, Cliëntenraad, etc.; een werkgroep Rookbeleid samengesteld (of bewust gekozen om het rookbeleid alleen te ontwikkelen; u kent de voor- en nadelen van het alleen werken); goedkeuring van de directie; een afspraak met de werkgroep voor de eerste bijeenkomst. Het goed omschrijven en vastleggen van de projectopdracht is misschien wel de belangrijkste stap op weg naar een goed functionerend rookbeleid. Voordat u inhoudelijk aan de slag kunt met het rookbeleid, is het van belang dat de randvoorwaarden optimaal zijn. Hiermee bedoelen we dat het voor u duidelijk moet zijn wat er van u verwacht wordt en dat degene die eindverantwoordelijk is voor het rookbeleid (in de meeste gevallen zal dat de directie zijn) op de hoogte is van uw werkwijze en deze werkwijze ook goedkeurt. Plan van aanpak Om de randvoorwaarden duidelijk te krijgen is het aan te raden om een (beknopt) Plan van Aanpak Ontwikkelen Rookbeleid te maken en dit te laten ondertekenen door de directie. In Bijlage 1 vindt u een formulier Plan van Aanpak Ontwikkelen Rookbeleid dat u kunt gebruiken in uw situatie. Hieronder wordt toegelicht wat er in het plan thuishoort. Algemeen 1. Aan wie wordt de opdracht gegeven? (Projectleider, u) 2. Wie is uiteindelijk verantwoordelijk? (Opdrachtgever, veelal de directie) Over de opdracht Ontwikkelen Rookbeleid 3. Waarom wordt het rookbeleid aangepast en wat zijn de uitgangspunten? (Aanleiding) 4. In hoeverre voldoet het huidige rookbeleid aan de Tabakswet? (Analyse uitgangssituatie) 5. Wat dient u te bereiken? (Uitgangspunten en doelstelling van het project) 6. Welke concrete resultaten heeft u aan het eind? (Projectresultaat) 7. Wat gaat de werkgroep níet doen? (Projectafbakening) Organisatie 8. Wie doet wat in de werkgroep? (Samenstelling en taakverdeling werkgroep) 9. Op welke wijze gaat u te werk? (Methode, tijdplanning) 10. Hoe vindt afstemming plaats met de directie en de instelling? (Tussen- en eindrapportage) Financiën 11. Hoeveel tijd en geld gaat de opdracht kosten? (Schatting benodigde uren, overige kosten) 5 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Algemeen (1 en 2) Door te benoemen wie de opdrachtgever/ eindverantwoordelijke is, zorgt u ervoor dat duidelijk is wie probleemeigenaar is. Dat voorkomt dat u als persoon teveel vereenzelvigd wordt met het (naleven van het) rookbeleid. Over de opdracht ontwikkelen rookbeleid Aanleiding (3) Uw instelling valt sinds 1990 onder de Tabakswet en heeft hoogstwaarschijnlijk al een rookbeleid. De Tabakswet schrijft immers sindsdien voor dat gangen, trappen en andere gemeenschappelijke en publiekstoegankelijke ruimtes rookvrij dienen te zijn. Waarom het rookbeleid nu aanpassen? Wil de directie aan de gewijzigde Tabakswet voldoen? Wil de directie volledig aan de Tabakswet voldoen en zo boetes voorkomen? Of zijn er klachten van bewoners of medewerkers? Op het formulier Plan van Aanpak Ontwikkelen Rookbeleid (Bijlage 1) kunt u deze uitgangspunten noteren bij kopje 3 Aanleiding. Uitgangssituatie (4) Om de opdracht goed te kunnen omschrijven is het voor u van belang om een beeld te hebben van de huidige situatie. In hoeverre voldoet het huidige rookbeleid aan de Tabakswet? Op verschillende manieren kunt u aan deze informatie komen. Zoek het huidige rookbeleid op papier op. Is er een dossier Rookbeleid? Kunt u achterhalen hoe het huidige rookbeleid tot stand is gekomen? Wie was verantwoordelijk voor de ontwikkeling ervan? Verzamel informatie over de Tabakswet. Aangezien wetgeving van tijd tot tijd verandert, kunt u voor de meest recente informatie kijken op verschillende websites: www.rokenendewet.nl, www.rokenendewerkplek.nl U kunt ook bellen naar de gratis infolijn van STIVORO: 0800 0600. Is op alle plekken even duidelijk waar wel en niet niet gerookt mag worden? Houden mensen zich aan de regels? Wat valt u nog meer op? Oefening 1 Vergelijking met de Tabakswet Vul de checklist uit Bijlage 2 in. U heeft dan in beeld in hoeverre het huidige rookbeleid voldoet aan de Tabakswet. Bespreking De kans is groot dat uw instelling een rookbeleid heeft dat op delen aan de wet voldoet en dat in een aantal situaties uitgaat van onderlinge afspraken. Vermoedelijk wordt op een aantal plaatsen gerookt terwijl dat volgens de wet niet zou mogen. Belangrijk: Probeer u te beperken tot het beschrijven van de situatie. Inventariseer alleen. Het bedenken van oplossingen voor eventuele knelpunten is van later zorg. Op het formulier Plan van Aanpak Ontwikkelen Rookbeleid (Bijlage 1) noteert u deze informatie bij kopje 4 Uitgangssituatie. Uitgangspunten en doelstelling (5) Wat wil de directie? Voordat u verder werkt aan de opdracht om het rookbeleid te ontwikkelen, moet u weten welke opvattingen en uitgangspunten de directie hanteert. Door te formuleren waaraan het rookbeleid moet voldoen kunt u richting geven aan het rookbeleid. Voorbeelden van dergelijke uitgangspunten kunnen zijn: elke werknemer moet zijn werk kunnen doen zonder hinder van tabaksrook; geen medewerker, bewoner of bezoeker wordt ongewenst blootgesteld aan tabaksrook; medewerkers roken niet waar bewoners bij zijn, aangezien zij een voorbeeldfunctie hebben; oplossingen mogen niet afhangen van onderlinge afspraken; 6 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

bewoners moeten kunnen roken in de instelling; landelijke wet- en regelgeving wordt nageleefd. Wat dient u te bereiken? Met de directie kunt u afstemmen wat het precieze doel van de opdracht is. Dit lijkt een schot voor open doel (u zult zeggen: het doel is het maken van een rookbeleid), maar toch is het belangrijk dit goed te overleggen. Hiermee wordt namelijk duidelijk wat er allemaal bij de opdracht hoort. Is het doel een beleidsvoorstel te ontwikkelen? In dat geval bent u niet verantwoordelijk voor de invoering van het rookbeleid of voor de communicatie daarover. Is het doel echter om een rookbeleid in te voeren, dan hoort de praktische uitwerking en de communicatie wel tot uw taak. Verder wordt tijdens het overleg met de directie duidelijk wat u nodig heeft om de opdracht te vervullen. Is het doel dat er over een half jaar een rookbeleid van kracht is, dan heeft u bijvoorbeeld mandaat van de directie nodig om beslissingen te nemen. In deze instelling zijn drie zaken misgegaan: de directie heeft de schriftelijke informatie niet doorgenomen; de directie en de werkgroep hebben elkaar onvoldoende geïnformeerd over nieuwe ontwikkelingen; de werkgroep heeft onvoldoende mandaat om de regels te stellen. Op het formulier Plan van Aanpak Ontwikkelen Rookbeleid (Bijlage 1) kunt u Uitgangspunten en doelstelling' vermelden bij kopje 5. Projectresultaat (6) Op grond van de doelstelling die u heeft afgesproken met de directie, geeft u aan wat u concreet oplevert als u klaar bent. Bijvoorbeeld: Doelstelling Ontwikkelen voorstel tot een rookbeleid Resultaat Document met voorstellen waarover de directie beslist Praktijkvoorbeeld Bij een instelling in het oosten van het land is het doel om per 1 januari een rookbeleid te hebben dat volledig voldoet aan de Tabakswet. De werkgroep gaat voortvarend aan de slag, verzamelt op verschillende manieren informatie uit de instelling en informeert de directie op gezette tijden door middel van verslagen en documenten. Op 1 januari gaat het rookbeleid in: er mag in de instelling nergens meer gerookt worden, behalve in de privé-ruimtes (slaapkamers) van de bewoners. Medewerkers worden geacht niet meer te roken in de instelling. Vijf dagen lang gaat dit heel voorspoedig, er zijn eigenlijk weinig problemen. Tot de nieuwjaarsreceptie op 5 januari. Daar kondigt de directeur (zelf een roker) aan, dat er door bewoners in de huiskamers gewoon mag worden gerookt tot er rookfaciliteiten zijn gerealiseerd. Invoering rookbeleid Rookreglement voor bewoners, personeel en bezoekers, signaalmateriaal en voldoende rookruimtes Noteer het projectresultaat op het formulier in Bijlage 1 onder kopje 6. Projectafbakening (7) Afbakening, grenzen stellen aan de opdracht, is heel belangrijk. Zo voorkomt u dat er telkens nieuwe aspecten aan de opdracht worden toegevoegd en dat deze uitgroeit tot een onbeheersbaar meerjarentraject. 7 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Voorbeeld Wanneer het doel van uw opdracht is ontwikkelen van een beleidsvoorstel Rookbeleid dan hoort de implementatie van het rookbeleid niet tot uw taak. Wanneer de implementatie aan de orde is, zal er een nieuwe opdracht moeten komen. Die kan aan u gegeven worden, maar het kan ook zijn dat iemand anders wordt verzocht zorg te dragen voor de implementatie van het rookbeleid. In dat geval zal er ook een nieuw Plan van Aanpak Implementatie Rookbeleid worden opgesteld. In het Plan van Aanpak kunt u de afbakening opschrijven bij kopje 7. Organisatie Samenstelling en taakverdeling werkgroep (8) Rookbeleid is een veelomvattend thema, waar iedereen (medewerkers, bewoners, familie, vrijwilligers) een mening over heeft. Wij raden u aan om een paar collega s te vragen om samen met u te werken aan (het ontwikkelen van) rookbeleid. Om helder in beeld te krijgen wie u het beste daarvoor kunt vragen, is onderstaande oefening (oefening 2) geschikt. Oefening 2 Krachtenveldanalyse Neem een blad voor u en teken in het midden een cirkel. Schrijf in het midden Rookbeleid. Ga al brainstormend na wie allemaal te maken hebben met het rookbeleid. Trek telkens een lijn vanaf het midden en schrijf de persoon/groep erbij. Zie onderstaand voorbeeld. In bijlage 3 vindt u een uitgewerkt voorbeeld. Wanneer u bovenstaande oefening heeft uitgevoerd, ziet u dat veel mensen partij zijn in het rookbeleid, elk met een eigen belang. Het rookbeleid staat in een behoorlijk spanningsveld! Om enige orde in de hoeveelheid spelers te brengen, maakt u nu eerst categorieën. Vervolgens geeft u het belang van elk aan. Bijvoorbeeld: categorie directie zeer belangrijk, categorie bezoek minder belangrijk. In overleg met de directie kunt u nu een aantal mensen uitnodigen om in de werkgroep plaats te nemen. Het is aan te raden zowel rokers als niet-rokers uit te nodigen. De namen van de werkgroepleden, plus hun functie of deskundigheden, noteert u in het Plan van Aanpak bij kopje 8. Is uw instelling niet gewend om projectmatig te werken, en voert u de opdracht liever alleen uit, Oefening 2 8 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

dan kan dat natuurlijk ook. Zorgt u er dan wel voor dat u voldoende rugdekking heeft. Het is belangrijk dat u mandaat heeft of dat u nauw communiceert met de directie. Ook belangrijk in dat geval: zorg voor een duidelijk eindpunt, zodat uw persoon niet jaren geassocieerd blijft met het rookbeleid. Zet op schrift wanneer uw opdracht is afgerond en door de instelling wordt overgenomen (bijvoorbeeld na het opstellen van het beleidsplan). Methode (9a), tijdplanning (9b) Hier kunt u allereerst uw werkwijze beschrijven. Wanneer u dit werkboek als leidraad neemt, kunt u op deze plaats noteren dat u gebruik maakt van de methodiek Rookbeleid in verzorg- en verpleeghuizen die door STIVORO is ontwikkeld. Deze methodiek gaat uit van 3 fases ( Opdracht vastleggen, Voorstel maken voor rookbeleid en Invoering rookbeleid ) waarbij in elke fase een aantal stappen worden genomen. Maak ook een tijdplanning, waarbij u ervan uit kunt gaan dat het ontwikkelen van een rookbeleid een maand of drie in beslag zal nemen. Tussenrapportage (10a), Eindrapportage (10b) U moet de directie op verschillende momenten informeren over de voortgang. Bespreek wanneer dat dient te gebeuren: daarmee voorkomt u dat de directie stappen mist en de werkgroep niet meer kan volgen. Ook wanneer een directielid in de werkgroep zit en de lijnen kort zijn, is het goed om (bij kopje 10a en 10b) op te schrijven wanneer er een officiële informatiemomenten zijn. Bijvoorbeeld wanneer de resultaten van een enquête worden gepresenteerd. Praktijkvoorbeeld Bij een instelling verandert de projectleider Rookbeleid tijdens het project van baan. Aangezien de werkgroep al een eind gevorderd is, neemt zijn manager de opdracht over. Deze manager had zich al eens afgevraagd waarom dat rookbeleid zoveel tijd moest kosten. Eenmaal zelf projectleider en direct betrokken bij het onderwerp merkt hij hoeveel tijd het ontwikkelen van een rookbeleid in beslag neemt. Pas nu heeft hij begrip voor de activiteiten van zijn (oud)-medewerker. Door in het Plan van Aanpak inzichtelijk te maken hoeveel tijd er nodig is voor welke stap, kunt u onbegrip van de directie en leidinggevenden voorkomen. En nu Aan het werk... Wanneer u het Plan van Aanpak hebt voorgelegd aan de opdrachtgever (de directie) en deze heeft het plan goedgekeurd, is het tijd om de leden van de werkgroep uit te nodigen voor de eerste bijeenkomst. Allereerst om de inhoud van het Plan van Aanpak goed met elkaar door te nemen. En vervolgens om te bespreken op welke manier de werkgroep inzicht kan krijgen in de wensen en behoeften van medewerkers en bewoners aangaande roken in de instelling. Een en ander moet uitmonden in een voorstel voor rookbeleid. Financiën (11) Maak een inschatting van het aantal uren (11a) dat werkgroepleden gaan besteden aan de ontwikkeling van het rookbeleid. Daarnaast is het belangrijk om een inschatting te maken van de overige kosten (11b). Wanneer de werkgroep bijvoorbeeld besluit om de enquête extern te laten verwerken, kost dat geld. 9 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Fase B Voorstel maken voor rookbeleid situatie in uw instelling, is het afnemen van een schriftelijke enquête onder medewerkers en bewoners. Afhankelijk van de aandacht die er tevoren aan de enquête is gegeven, blijkt de respons vaak goed te zijn. Het is immers een onderwerp dat iedereen aangaat. Na fase B heeft u: informatie verzameld over roken in de instelling; inzicht gekregen in de rooksituatie (zoals aantal rokers, mate van hinder van tabaksrook); een voorstel tot rookbeleid op papier gezet; een advies aan de directie gegeven over: naleving, sancties, communicatie, evaluatie. Inventariseren huidige situatie Bij het ontwikkelen van een rookbeleid is het van belang goed inzicht te hebben in de wensen en behoeften van de medewerkers, bewoners en bezoekers. Zoals we in de inleiding al aangaven, bestaat er dikwijls een vertekend beeld over het roken in de instelling. Uitspraken als bij ons rookt 80% van de medewerkers en niet-rokende bewoners hebben geen last van de rook, want ze zitten altijd samen koffie te drinken blijken vaak niet te kloppen met de werkelijkheid. Zo wordt het aantal rokers geregeld te hoog ingeschat. Bovendien wordt het beeld over roken meestal bepaald door degene die het hardst roept en niet door de zwijgende meerderheid. Het verzamelen van feitelijke gegevens over roken in de eigen instelling is belangrijk omdat u dan weet waar u het over heeft. Rookt nu 30 of 60% van de medewerkers? En om hoeveel rokende bewoners gaat het daadwerkelijk? Op welke afdelingen wordt het meest gerookt? Hebben niet-rokers last van tabaksrook? Hoeveel steun is er eigenlijk voor een rookbeleid? Wanneer u antwoord hebt gekregen op deze vragen, helpt u dat bij het nemen van beslissingen. Een effectieve manier om inzicht te krijgen in de Praktijkvorbeeld Bij een instelling in de randstad bestaat veel weerstand tegen het aanpassen van het rookbeleid. Vooral medewerkers vinden dat een strenger rookbeleid niet haalbaar is: Je kan al die bewoners die hun hele leven roken, hun sigaret toch niet afnemen! De instelling heeft een grand café, dat ook dienst doet als buurtcafé. In eenderde deel mag gerookt worden. Het grand café wordt goed bezocht. Zowel bewoners, familie en medewerkers komen hier voor koffie en een sigaret. De weerstand onder medewerkers tegen de toepassing van de Tabakswet in dit grand café is enorm. Eigenlijk is het onderwerp roken hier onbespreekbaar. De enquête geeft verrassende uitkomsten. Het percentage rokers onder de medewerkers (40%) blijkt hoger dan het landelijk gemiddelde en het aantal rokende bewoners blijkt lager dan verwacht (23%). De vraag rijst dan ook: is het terecht dat medewerkers zo fel tegen een rookbeleid zijn omwille van 23% van de bewoners? En: In hoeverre verschuilen medewerkers zich achter de bewoners? Verder blijkt dat het grand café van alle ruimtes in de instelling de meeste hinder op het gebied van roken veroorzaakt. Het aantal niet-rokende medewerkers en bewoners dat last heeft van tabaksrook in het grand café is zo groot, dat de werkgroep niet anders kan dat het roken hier te verbieden. De werkgroep heeft nu echter wel een positief argument: de overlast die het roken op deze plek veroorzaakt! De resultaten van de enquête geven u inzicht in wat er binnen uw instelling nodig is om het 10 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

rookbeleid op een goede manier invulling te geven. Doordat iedereen de kans krijgt zijn of haar mening te geven, voelt men zich serieus genomen. Uit ervaring weten we dat dit gevoel het draagvlak voor een rookbeleid vergroot. Door het afnemen van een enquête komt tevens het gesprek over roken op gang; in de praktijk blijkt er alleen al door deze aandacht een positief effect te ontstaan op het rookgedrag van medewerkers en bewoners. Een bijkomend voordeel van zo'n schriftelijke vragenlijst is dat de resultaten ervan ook gebruikt kunnen worden om na verloop van tijd de effecten van het rookbeleid vast te stellen. Een nadeel van een enquête kan zijn dat de verspreiding onder de bewoners van de instelling moeilijk te realiseren is, of dat veel bewoners zelf niet in staat zijn de enquête in te vullen. U zou kunnen overwegen de vragenlijst alleen onder personeel en zorgvertegenwoordigers te verspreiden. Of om de familie van de bewoner te vragen de enquête in te vullen. U kunt er ook voor kiezen om per afdeling één leidinggevende te vragen een inventarisatie te maken: van het aantal rokers en niet-rokers, hoe vaak niet-rokers in een ruimte zitten waar gerookt wordt en of niet-rokers daar hinder van ondervinden. Hieronder vindt u de voordelen en nadelen van een enquête nog eens op een rij: Voordelen enquête Feitelijke gegevens Iedereen heeft de kans gehad zijn mening te geven Gegevens uit alle groepen belanghebbenden Men voelt zich serieus genomen Vergroting draagvlak Brengt het gesprek op gang Levert bruikbare informatie voor invoering op Kan dienst doen als informatie voor de evaluatie Nadelen enquête Moeilijk/niet in tevullen door pg-bewoners Kennis niet in huis om enquête te verwerken Kosten (geld) Neemt tijd in beslag Een enquête kan de volgende informatie opleveren: a. Rookgedrag Hoeveel bewoners roken? Hoeveel medewerkers roken? Hoeveel rookt men gemiddeld per dag? Willen rokers stoppen? b. Blootstelling Hoe vaak worden bewoners blootgesteld aan tabaksrook? Hoe vaak worden medewerkers blootgesteld aan tabaksrook? Waar worden bewoners blootgesteld aan tabaksrook? Waar worden medewerkers blootgesteld aan tabaksrook? c. Hinder Hoe vaak hebben bewoners hinder van tabaksrook van anderen? Hoe vaak hebben medewerkers hinder van tabaksrook van anderen? In welke gebouwen/ruimtes ervaart men hinder? d. Steun voor beleid Is er draagvlak voor een (aangescherpt) rookbeleid? e. Eventueel: Toekomstige activiteiten Willen rokers geholpen worden bij het stoppen met roken? In Bijlage 4 vindt u een voorbeeld van een enquête en een voorbeeldbrief die u kunt gebruiken. In Bijlage 5 wordt beschreven hoe het uitzetten van een enquête in zijn werk gaat en hoe u de gegevens kunt verwerken. Wanneer u het uitzetten van een enquête en de verwerking liever wil uitbesteden aan een extern bureau, dan leest u in Bijlage 5 hoe u met een dergelijk bureau in contact kunt komen. 11 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Opstellen rookbeleid Wanneer u de stappen in dit werkboek gevolgd heeft, heeft op dit moment: inzicht in het aantal rokers en niet-rokers in de instelling. U heeft een beeld van het aantal mensen dat hinder ondervindt van tabaksrook en van de plaatsen waar die hinder het grootst is. Ook heeft u een idee van het draagvlak voor een (aangepast) rookbeleid (fase B); kennis van de eisen van de Tabakswet aan de instelling. U weet in hoeverre het huidige rookbeleid aan de Tabakswet voldoet (fase A); kennis over de uitgangspunten die de directie voor een rookbeleid hanteert (fase A). Met deze drie ingrediënten is het mogelijk om een rookbeleid te formuleren en er in praktische zin naar te kijken. Wat betekenen de regels op de afdeling? Moeten er faciliteiten komen en zo ja, waar? De praktijk heeft uitgewezen dat het goed is om voor medewerkers en bewoners een apart rookbeleid te maken. Beide groepen hebben immers hun eigen belangen bij zo'n beleid. Ook verschilt hun situatie sterk: medewerkers gaan na hun dienst weer naar huis, terwijl de bewoners in de instelling wonen. Verder is het belangrijk om een rookbeleid zo helder mogelijk te houden. Hoe meer uitzonderingen er worden gemaakt, des te groter is de kans dat het rookbeleid zal verwateren. Benoem duidelijk in welke ruimtes een algeheel rookverbod geldt. Ruimtes die door derden worden gehuurd (zoals een kapsalon) vallen eveneens onder de Tabakswet. Bedenk met de werkgroep voorts welke regels er gelden tijdens feesten en evenementen. Praktijkvoorbeeld Bij een instelling in het westen geldt sinds 1 januari 2004 een algeheel rookverbod. Medewerkers en bezoekers roken alleen in speciale rookruimtes. In het voorjaar van 2004 vinden de jaarfeesten plaats. Elk jaar wordt er een feesttent op het terrein gezet en is er drie dagen feest. In het rookbeleid van de instelling staat niets over dergelijke evenementen. Tijdens de feestelijkheden wordt er dan ook in de feesttent uitbundig gerookt, zowel door medewerkers, bewoners en bezoekers. Uiteraard niet tot ieders tevredenheid! Later wordt de discussie gevoerd of een feesttent op het terrein wel of niet tot de instelling behoort. Door in het rookbeleid een duidelijke aantekening te maken over het roken in dergelijke situaties voorkomt u dat er achteraf discussie ontstaat. Om te voorkomen dat het rookbeleid na verloop van tijd verwatert, is het belangrijk om ervoor te zorgen dat het wordt verankerd in de organisatie. Het rookbeleid moet op de agenda blijven. Er zijn verschillende manieren om dat te doen. Zo kan het rookbeleid worden opgenomen in het huisreglement, in het Arbo-jaarplan of op het intranet bij andere beleidsafspraken; het kan een hoofdstuk zijn in het sociaal jaarverslag. Ook moet het rookbeleid worden opgenomen in de algemene informatie voor nieuwe medewerkers, cliënten en hun familieleden. Verder zou het rookbeleid een vast onderwerp moeten zijn bij intakegesprekken met cliënten en hun familie. Uiteraard is het essentieel dat nieuwe medewerkers, cliënten en tijdelijke medewerkers goed op de hoogte zijn van de regels rondom roken. De werkgroep brengt hierover een advies uit aan de directie. Het rookbeleid noteert u in een beleidsdocument. Wanneer u interesse heeft in een beleidsdocument van een verpleeg- en verzorgingshuis, kijkt u dan op de website van Arcares, www.arcares.nl. Daar treft u recente voorbeelden aan en kunt u met collega-instellingen ervaringen en documenten uitwisselen. Hieronder wordt beschreven hoe u een beleidsdocument Rookbeleid kunt opbouwen. 12 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Beleidsdocument rookbeleid Er zijn vele manieren om het rookbeleid te beschrijven. Misschien beschikt uw instelling wel over een standaard voor beleidsplannen als het rookbeleid. Om u een idee te geven wat een beleidsplan zou kunnen inhouden, geven we hieronder aan de hand van een inhoudsopgave tips en ideeën. Inhoudsopgave Inleiding Wetgeving Resultaten enquête Algemeen over rookbeleid Rookbeleid ten aanzien van medewerkers en vrijwilligers Rookbeleid ten aanzien van bewoners, familie en bezoekers Voorwaarden en handhaving Voorziene knelpunten Communicatie Onder de kopjes Wetgeving en Resultaten enquête kunt u de informatie samenvatten die u in fase A en B heeft verzameld. Algemeen over rookbeleid Wat kan er in zijn algemeenheid worden gezegd over het rookbeleid? Welke regel geldt voor iedereen? Rookbeleid ten aanzien van medewerkers en vrijwilligers In de Tabakswet staat dat iedereen in Nederland recht heeft op een rookvrije werkplek. Dat betekent dat alle medewerkers hun werk zouden moeten kunnen doen zonder daarbij ongewild blootgesteld te worden aan tabaksrook van anderen. (rekening houdend met de uitzonderingen op de rookvrije werkplek) Praktijkvoorbeeld Uit de pilot bleek dat het rookbeleid voor medewerkers en vrijwilligers in alle gevallen heel soepel kon worden ingevoerd. Men liep slechts tegen enkele knelpunten aan: werkplekken die niet verlaten kunnen worden voor een bezoek aan de rookruimte zoals de receptiebalie en de teampost in de nachtdienst. In het laatste geval is vervolgens gezocht naar een oplossing door een nieuwe rookplek te creëren, zodat de verpleegkundige niet van de afdeling af hoeft. Rookbeleid ten aanzien van bewoners, familie en bezoekers Een van de ruimtes die door de wet uitgezonderd wordt van het recht op een rookvrije werkplek, is de privé-ruimte van de bewoner. In de verpleegen verzorgingssector levert deze uitzondering extra discussies op: bij veel bewoners is het uit veiligheidsoverwegingen niet toelaatbaar dat ze op de eigen (slaap)kamer roken. Sommige bewoners kunnen in zo'n geval vragen om begeleiding bij het roken op de privé-kamer. Er kan ook een rookruimte voor hen worden ingericht waar ze onder begeleiding mogen roken. Wanneer twee of meer bewoners een (slaap)kamer delen, mag er in ieder geval niet gerookt op die kamer.. Het is aan de werkgroep om hier een standpunt in te bepalen. Bij het inrichten van rookruimtes dient ook rekening gehouden te worden met de specifieke situatie van bewoners. Een rolstoelgebruiker kan bijvoorbeeld niet zomaar een deur van een rookruimte openen, wanneer daar een dranger op zit, terwijl drangers geadviseerd worden om buiten de rookruimtes de overlast van tabaksrook te beperken. Knelpunten die naar voren komen bij het opstellen van een rookbeleid voor bewoners, leiden vaak naar de vraag waar ligt de scheiding tussen privé of openbaar? Zo mag er volgens de wet gerookt worden op privé-kamers maar niet in huiskamers waar meerdere bewoners gebruik van maken. 13 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Instellingen met een voorziening als een grand café waar ook buurtbewoners komen, dienen in het rookbeleid ook rekening te houden met deze bezoekers. Zij komen namelijk niet specifiek op bezoek bij een bepaalde bewoner, maar bezoeken het grand café. Echter ook voor deze bezoekers geldt dat zij alleen in de aangewezen rookruimtes mogen roken (zie ook Bijlage 2, Checklist Tabakswet). Voorwaarden en Handhaving Om het rookbeleid te kunnen uitvoeren zal er meestal aan enkele voorwaarden voldaan moeten worden. Zo zal bij elke ingang van de instelling een bordje dienen te komen met de mededeling dat er binnen de instelling alleen gerookt wordt in speciale rookruimtes. Dergelijke ruimtes zullen moeten worden aangewezen en ingericht (zie ook Bijlage 8, tips voor rookruimtes). Bij STIVORO kunt u stickers bestellen waarmee u het rookbeleid van de instelling inzichtelijk kunt maken. Voor actuele informatie over controle, boetes en handhaving kijkt u op www.rokenendewet.nl of in de brochure Roken en de werkplek die u bij STIVORO kunt bestellen (Bijlage 10). In deze paragraaf in de beleidsnotitie Rookbeleid kunt u dergelijke randvoorwaarden beschrijven. De Voedsel en Waren Autoriteit (VWA, voorheen de Keuringsdienst van Waren) is belast met de controle op het rookbeleid. De VWA is bevoegd om bestuurlijke boetes uit te delen aan instellingen die niet voldoen aan de Tabakswet *. Er zijn instellingen die overwegen om in het huisreglement vast te leggen dat deze boetes worden doorberekend aan degene die de regels overtreedt: de roker die ergens rookt waar het niet is toegestaan. In de praktijk blijken hier nogal wat juridische haken en ogen aan te zitten. Beter is het om overtredingen van het rookbeleid op dezelfde manier te benaderen als alle andere regels die de instelling kent. Als werkgroep kunt u een advies geven over de verantwoordelijkheid voor handhaving. Bent u van mening dat die bij de direct leidinggevende ligt of bijvoorbeeld bij de directie? Let er op dat die verantwoordelijkheid niet bij u of de werkgroep komt te liggen. De personen belast met de handhaving moeten hierover geïnformeerd worden en er moet voor worden gezorgd dat ze ook weten hoe ze deze taak uit moeten voeren. Praktijkvoorbeeld De voorzitter van de werkgroep Rookbeleid heeft al vaker gecommuniceerd over het rookbeleid dat de werkgroep bezig is te ontwikkelen. De instelling weet dan ook dat hij de projectleider is. Nadat het rookbeleid is ingegaan (door medewerkers mag er helemaal niet meer gerookt worden binnen de instelling) krijgt hij steeds vaker mailtjes van medewerkers die bij hem klagen over collega s die toch binnen bij de bewoners een sigaret roken en hem verzoeken daar wat aan te doen. Blijkbaar vinden medewerkers het niet vanzelfsprekend om met een dergelijke klacht naar de eigen leidinggevende te gaan, maar blijven ze de projectleider hierover benaderen. Beter is het om goed te communiceren wie vanaf het moment dat het rookbeleid ingaat, verantwoordelijk is voor de handhaving. Voorziene knelpunten Hier beschrijft u welke knelpunten de werkgroep verwacht bij het invoeren van het voorgestelde rookbeleid. U kunt dan samen met de directie bekijken welke oplossingen er mogelijk zijn. Soms is het verstandig om het rookbeleid eerst in te voeren en na een paar maanden nog eens te bekijken welke knelpunten er nog bestaan. Wellicht zijn er knelpunten die zich in de praktijk * Deze boetes bedragen 300 bij een eerste overtreding tot 2.400 bij herhaling. De minister van VWS heeft besloten dat de VWA in 2004 geen boetes uitschrijft aan woon-zorginstellingen die niet voldoen aan de Tabakswet. Voorwaarde is wel dat de betreffende instelling serieus bezig is om het rookbeleid vorm te geven en dat er sprake is van een instelling waar cliënten langdurig verblijven. Dit betekent dat in bijvoorbeeld locaties waar dagopvang plaatsvindt wél voldaan moet worden aan de Tabakswet en de VWA wél een bestuurlijke boete kan uitschrijven. Zie voor informatie www.rokenendewet.nl. 14 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

hebben opgelost. Het is ook denkbaar dat er ondanks alle inspanningen bepaalde knelpunten blijven bestaan. Wanneer u daar tegen aanloopt is het goed om deze te melden aan Arcares. U kunt ook terecht bij het adviescentrum van STIVORO (0800-0600, gratis telefoonnummer). Communicatie Communiceren over het rookbeleid is van essentieel belang. Communicatie kan op verschillende manieren en op verschillende momenten plaatsvinden. In het beleidsdocument Rookbeleid kunt u volstaan met aan te geven dat het rookbeleid gecommuniceerd moet worden naar medewerkers, bewoners en bezoekers. U kunt wel al een tijdsspanne vermelden. Een uitgebreid communicatieplan hoort thuis in het Invoeringsplan, dat in het volgende hoofdstuk wordt beschreven. Aanbieden beleidsplan De werkgroep heeft hard gewerkt aan het beleidsplan Ontwikkelen Rookbeleid, dat nu gereed is. Een belangrijke en omvangrijke klus is geklaard. Dit is een goed moment om het beleidsplan feestelijk aan te bieden aan de directie, die nu aan zet is om het rookbeleid formeel goed te keuren en het voor te leggen aan de OR en de cliëntenraad. In de wet is geregeld dat de OR instemmingsrecht en de CR adviesrecht heeft. Waarschijnlijk waren deze al betrokken bij de ontwikkeling van het rookbeleid. 15 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Fase c Invoering rookbeleid Na fase C heeft u: een door de directie goedgekeurd document Invoering Rookbeleid ; een rookbeleid dat is ingevoerd in de instelling; het rookbeleid dat is verankerd in de instelling; een planning van de evaluatie van het rookbeleid. Wanneer u fase A en B hebt doorlopen, dan heeft uw instelling op dit moment een papieren rookbeleid dat, als het goed is, door de directie is goedgekeurd. De volgende stap is de invoering van het rookbeleid. Het kan zijn dat de directie de opdracht om het rookbeleid in te voeren aan de persoon geeft die het heeft ontwikkeld, maar het is ook mogelijk dat iemand anders de aangewezen persoon is. Verder is het niet noodzakelijk dat dezelfde werkgroep zich over de invoering buigt. Misschien zijn andere functionarissen nodig om de invoering van het rookbeleid te bewerkstelligen. Opdracht vastleggen Invullen onder 1 t/m 7 in Bijlage 6 Document Invoering rookbeleid De invoering van het rookbeleid kan gezien worden als een nieuwe opdracht. Dit betekent dat het ook nu van wezenlijk belang is om eerst met de directie om de tafel te gaan zitten en de opdracht te verduidelijken, af te bakenen en de randvoorwaarden te bespreken. Het is aan te bevelen om ook ditmaal een document Invoering Rookbeleid te maken, zodat de opdracht duidelijk is. U kunt hiervoor het al eerder besproken format (zie fase A) gebruiken. In bijlage 6 vindt u een formulier dat u kunt invullen. Ook nu is het van belang om dit document door uw opdrachtgever te laten goedkeuren voordat u aan de slag gaat. Organisatie en financiën Punt 8 t/m 10 in Bijlage 6 Ook in deze fase van de ontwikkeling van het rookbeleid is het belangrijk om de klus niet alleen te klaren, maar een paar collega s erbij te betrekken. Wie er in de werkgroep Invoering Rookbeleid plaatsneemt, is afhankelijk van de situatie in uw instelling (hoe ziet het rookbeleid er uit, grootte van de instelling). In het algemeen zijn de volgende functionarissen of afdelingen van belang. Facilitaire dienst Arbo-coördinator P&O-functionaris Communicatiemedewerker Zorgmanager Voordat het rookbeleid daadwerkelijk van kracht wordt, moeten er tal van zaken worden geregeld: een definitieve datum prikken, inventariseren hoeveel rookruimtes er moeten komen en waar die zouden moeten komen, rookruimtes inrichten, stukjes schrijven in het instellingsblad etc. Soms zal de werkgroep dit zelf organiseren, soms is het uw taak ervoor te zorgen dat anderen in de instelling zaken uitvoeren. De werkgroep draagt echter de eindverantwoordelijkheid dat iedereen zijn of haar taken naar afspraak uitvoert. U beschrijft onder 9 de methode die u gaat gebruiken en maakt een tijdplanning. Verder legt u de terugkoppelmomenten vast (10) en maakt een inschatting van de kosten (11). Als u deze opzet op papier heeft gezet, bespreekt u dit met de directie en ondertekent u beiden het document. Deze afspraken vormen de basis om aan de slag te gaan met het ontwikkelen van de aanpak voor de invoering van het rookbeleid. Aandachtspunten Termijn bepalen Wat is de datum dat het rookbeleid moet zijn ingevoerd? Geldt voor de gehele instelling dezelfde datum of kiest u ervoor om een of twee locaties voor te laten gaan? 16 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Communicatie Met goede communicatie staat of valt het rookbeleid. Iedereen dient op de hoogte zijn van de regels, de achtergronden en van de gevolgen van het rookbeleid. Het is aan te bevelen gebruik te maken van de normale communicatiekanalen in de instelling, zoals een nieuwsbrief, intranet, posters of een persoonlijke brief. Onder communicatie valt ook het aanbrengen van signaalmateriaal (zie voorbeelden in bijlage 10), zodat iedereen weet waar er wel en niet gerookt mag worden. Iedereen moet straks de rookruimtes kunnen vinden, het ophangen van bewegwijzering is dan ook onmisbaar. Randvoorwaarden scheppen Voordat het rookbeleid ingaat moeten alle rookruimtes ook klaar zijn voor gebruik. Dit vergt de nodige voorbereiding: waar moeten rookruimtes komen, wie gaat die inrichten (meubilair, afsluitbare asbakken, ventilatie, luchtzuivering)? Wanneer roken toegestaan is op de privé-kamer van de bewoner, moet waarschijnlijk de rookmelder worden aangepast. Uitvoering handhavingsbeleid In het beleidsdocument Rookbeleid staat beschreven bij wie de verantwoordelijkheid voor de handhaving van het rookbeleid ligt. Het is belangrijk om na te gaan wat diegene nodig heeft om het rookbeleid te handhaven. Wanneer gekozen is om de verantwoording voor de handhaving bij een lijnfunctionaris te leggen, moeten leidinggevenden worden voorbereid op deze taak. Wat hebben zij hiervoor nodig? Denkt u hierbij aan: precieze regels (waar mag er wel en waar niet gerookt worden); achtergronden (waarom dit beleid, waar komt het vandaan); training: hoe om te gaan met weerstand? welke sancties kunnen zij opleggen? Eerste dag nieuwe Rookbeleid Op de dag dat het nieuwe rookbeleid ingaat, is het goed om op een positieve manier aandacht te besteden aan het roken. Aardige ideeën zijn: bloemen of lekkernijen in de rookruimtes neerzetten; interview houden met een roker in de rookruimte en dat vervolgens publiceren in het instellingsblad; uitdelen van iets gezonds (appel, zoethout) met het nieuwe rookbeleid op papier; de ruimtes die voor het eerst rookvrij zijn, versieren met een bloemetje op tafel. Evaluatie Een half jaar na invoering van het rookbeleid is een goed moment om het rookbeleid te evalueren. Zijn de gestelde doelen gehaald? Houdt men zich aan het rookbeleid? Wat zijn de knelpunten die na een half jaar nog niet zijn opgelost? Een dergelijke evaluatie kunt u uitvoeren door de enquête nogmaals af te nemen, aangevuld met enkele vragen naar de tevredenheid met het rookbeleid en mogelijk knelpunten. Denk hierbij ook aan het verankeren van het rookbeleid in huisregels en jaarverslagen. Afsluiting project Nadat het rookbeleid is ingevoerd, is het tijd om het project af te sluiten. De opdracht is voltooid, de werkgroep heeft een flinke klus geklaard. Het is belangrijk dat u het project ook officieel afsluit, zodat duidelijk is dat vanaf nu de directie verantwoordelijk is voor het rookbeleid. Afsluiten kunt u doen door bijvoorbeeld een laatste vergadering te beleggen waarin u met elkaar bespreekt hoe het project gegaan is. Het is ook een idee om iets leuks te gaan doen met de werkgroep (lunch, borrel). Een artikel in het instellingsblad zorgt ervoor dat alle medewerkers en cliënten ervan op de hoogte zijn dat het rookbeleid is ingevoerd en de werkgroep is opgeheven. 17 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Bijlage 1 Plan van Aanpak Ontwikkelen Rookbeleid Algemeen Datum 1. Auteur 2. Eindverantwoordelijke Over de opdracht Ontwikkelen Rookbeleid 3. Aanleiding Waarom wordt het huidige rookbeleid aangepast? 4. Uitgangssituatie In hoeverre voldoet het huidige rookbeleid aan de Tabakswet? 5. Uitgangspunten en doelstelling Wat zijn de uitgangspunten van de directie? Wat dient u te bereiken? 18 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

6. Projectresultaat Welke concrete resultaten heeft u aan het eind? 7. Projectafbakening Wat gaat u niet doen? Wanneer is uw opdracht klaar? Richt zich op alle locaties of niet? Organisatie 8. Samenstelling en taakverdeling werkgroep Wie gaan er met u meewerken? Welke taak hebben de werkgroepleden? 19 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

9a. Methode Welke methodiek volgt u? 9b. Tijdplanning Kunt u een grove tijdplanning maken van de stappen die genomen worden? 10a. Tussenrapportage Wanneer en op welke manier informeert u de directie over de voortgang? 10b. Eindrapportage Wanneer en op welke manier levert u het eindproduct af? 20 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Financiën 11a. Schatting benodigde uren Kunt u inschatten hoeveel tijd u en de werkgroepleden gaan besteden? 11b. Overige kosten Kunt u inschatten hoeveel budget er gereserveerd moet worden voor overige kosten (enquête bijvoorbeeld)? Akkoord, Datum Uw handtekening Handtekening eindverantwoordelijke Deze bijlage kunt u vinden op www.rokenendewerkplek.nl onder invoeren rookbeleid voor verzorg- en verpleeghuizen. 21 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Bijlage 2 Checklist Tabakswet De Tabakswet voor zorginstellingen in vogelvlucht In de gebouwen en instellingen van de overheid mag niet worden gerookt op plekken die bedoeld zijn voor gemeenschappelijk gebruik of die voor het publiek toegankelijk zijn. Het gaat om bijvoorbeeld wachtruimten, hallen, gangen, leslokalen, vergaderzalen en kantines. Sinds 1999 mogen niet meer delen van wachtruimtes, kantines, recreatieve ruimtes of soortgelijke ruimtes voor roken bestemd worden (de zogenaamde 1/3e 2/3e regeling ), en volstaan uitsluitend nog aparte afsluitbare ruimten als rookruimtes. Een uitzondering kan worden gemaakt voor gebouwen met twee of meer wachtruimtes, kantines of recreatieruimtes. In dat geval mag in de kleinste ruimte worden gerookt. Dit geldt alleen als hierdoor geen hinder of overlast wordt veroorzaakt en als niet-rokers in deze ruimtes niet hoeven te komen voor activiteiten e.d. Het is overigens niet verplicht om een rookruimte te creëren. Op 1 januari 2004 is het recht op een rookvrije werkplek in werking getreden. Werkgevers zijn nu verplicht om ervoor te zorgen dat werknemers kunnen werken zonder hinder of overlast te ondervinden van tabaksrook. Het maakt daarbij geen verschil of de werknemer bij de overheid of in het bedrijfsleven werkt. De Tabakswet voorziet in de mogelijkheid om door middel van nadere regelgeving uitzonderingen te maken op de rookvrije werkplek. Het Besluit Uitzonderingen Rookvrije Werkplek zondert een aantal ruimten van de rookvrije werkplek uit. Voor de verpleeg- en verzorgsector zijn dat: als privé aan te merken ruimten; speciale afgesloten rookruimten; de open lucht. Het Besluit Uitzonderingen Rookvrije Werkplek zondert ook de publieksruimtes van horecagelegenheden die aangesloten zijn bij het Bedrijfschap Horeca en Catering uit. In horeca-achtige ruimtes in instellingen, zoals een café of een restaurant, geldt echter een rookverbod, omdat de instellingen onder het Beperkingenbesluit vallen en daar deze uitzondering niet voor geldt Voor actuele informatie over de Tabakswet: Internet: www.rokenendewet.nl Gratis Infolijn STIVORO: 0800-0600 Invulwijzer Op de volgende pagina vindt u een schema. In de eerste kolom staat kort beschreven wat de Tabakswet zegt. In de tweede kolom kunt u aangeven of u hier al voldoet aan de Tabakswet. In de derde kolom kunt u een toelichting schrijven wat er aan de hand is of wat er zou moeten gebeuren. Onder het schema vindt u een controle-vraag. Wanneer er naast deze 4 ruimtes nog ergens anders wordt gerookt in de instelling, voldoet het rookbeleid in uw instelling (nog) niet aan de Tabakswet. Het is overigens niet nodig dat u alle mogelijkheden kunt aankruisen. 22 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Tabakswet Sinds 1990 geldt de Tabakswet in Nederland, waarin geregeld is dat in plekken voor gemeenschappelijk gebruik of voor het publiek toegankelijk van openbare instellingen zoals verzorgen verpleeghuizen een rookverbod geldt. Rookvrij zijn ja nee Gangen Hallen Liften Trappen Ruimtes met loketten Wachtruimtes Vergaderzalen Leslokalen Toiletten Kantines Recreatie en soortgelijke ruimtes Publiekstoegankelijke ruimtes Toelichting Voor deze ruimtes geldt wanneer er in hetzelfde gebouw twee ruimtes met dezelfde functie zijn, dan mag er in de kleinste daarvan worden gerookt. Zijn er meerdere, dan mag tot de helft uitgezonderd worden van het rookverbod. De niet-roker moet echter wel van alle voorzieningen gebruik kunnen maken. ja nee Wachtruimtes Kantines Recreatie en soortgelijke ruimtes, zoals Grand Café Huiskamers Ontspanningsruimtes Verkoopverbod Verkoop van tabakswaar is toegestaan in verzorg- en verpleeghuizen. Verkoop via ja nee Handverkoop Automaten Toelichting Rookruimtes Een rookruimte moet een afgesloten ruimte zijn en mag geen hinder of overlast veroorzaken. (zie ook bijlage Tips voor rookruimtes) Rookruimtes voldoen aan ja nee Afgesloten ruimte Luchtzuivering Deurdranger Geen rookoverlast vanuit rookruimte Bewegbewijzering Toelichting 23 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Naleving Worden de huidige afspraken nageleefd? Rookbeleid wordt nageleefd door de meerderheid van de ja nee Directie Medewerkers Vrijwilligers Bewoners Bezoek en familie Nog aandacht behoeft Om te controleren dat het rookbeleid aan de Tabakswet voldoet, kunt u de volgende controlevraag stellen: Klopt het dat in uw instelling ALLEEN nog wordt gerookt in één of meer van de volgende ruimtes: ja nee afgesloten rookruimtes, waar buiten geen tabaksrook is waar te nemen privé-kamer van de bewoner buiten, maar niet bij de ingang, in het fietsenhok of parkeergarage in recreatieruimtes,* mits er in hetzelfde gebouw meerdere aanwezig zijn * wachtruimte, kantine, restaurant, ontmoetingsruimte, ontspanningsruimte, huiskamer. 24 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Bijlage 3 Krachtenveldanalyse 25 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen

Bijlage 4 Voorbeeld enquête en brief Vragenlijst Roken in de instelling Aanwijzingen voor het invullen van de vragenlijst Deze vragenlijst bestaat uit 17 vragen. Bij de meeste vragen is slechts één antwoord mogelijk. U kunt dan het hokje aankruisen van het antwoord dat het meest op u van toepassing is. Soms vragen wij u zelf een antwoord te formuleren, u kunt dat dan doen op de aangebrachte stippellijn. Bij één vraag staat bij een bepaald antwoord een pijl en een aanwijzing ( door naar vraag...). Volgt u dan deze aanwijzing. Als iets uit de vragenlijst niet duidelijk is, dan kunt u zich wenden tot [naam]. Als u de vragenlijst heeft ingevuld, wilt u hem dan inleveren bij [naam, locatie]. De vragenlijst moet vóór [datum] ingeleverd zijn. Alvast bedankt voor uw medewerking! Trivent 2003 26 Werkboek rookbeleid verzorg- en verpleeghuizen