2. E Het getal is 38: 24 = 3 x 8. Tel je de cijfers op, dan krijg je 3 + 8 = 11.

Vergelijkbare documenten
wizbrain maart 2013 Veel succes en vooral veel plezier.!! je hebt 75 minuten de tijd rekenmachine is niet toegestaan

5. C De routes langs A en C zijn even lang, dus is de route langs C ook 215 meter langer.

wizprof maart 2013 Veel succes en vooral veel plezier.!! je hebt 75 minuten de tijd rekenmachine is niet toegestaan

FAYA LOBI WEDSTRIJD 2014

1. C De derde zijde moet meer dan 5-2=3 zijn en minder dan 5+2=7 (anders heb je geen driehoek).

Drie Gelijkbenige driehoeken De gelijkbenige driehoek hieronder is verdeeld in twee gelijkbenige driehoeken. Hoe groot is de tophoek van de driehoek?

Rekentijger - Groep 7 Tips bij werkboekje A

In de 4som-puzzel kun je de gegeven sommen variëren. Nog zo eentje.

1. A De derde donderdag is veertien dagen na de eerste., dus de derde donderdag is op zijn vroegst op 15 maart.

wizkid maart 2013 Veel succes en vooral veel plezier.!! je hebt 50 minuten de tijd rekenmachine is niet toegestaan

START WISKUNDE-ESTAFETTE RU 2007 Je hebt 60 minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 600.

WISKUNDE-ESTAFETTE Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 500

SMART-finale 2017 Ronde 1: 5-keuzevragen

Leest hij eerst de eerste kolom van boven naar beneden, dan de tweede enzovoorts, dan hoor je

wizprof Veel succes en vooral veel plezier.!! je hebt 75 minuten de tijd rekenmachine is niet toegestaan

1. Het getal = 1800 is even. De andere antwoorden zijn oneven: 2009, = 11, = 191, = 209.

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : tweede ronde

wizprof 2016 Veel succes en vooral veel plezier.!! je hebt 75 minuten de tijd rekenmachine is niet toegestaan

Toelichting op de werkwijzer

wizprof Veel succes en vooral veel plezier.!! rekenmachine is niet toegestaan je hebt 75 minuten de tijd

Willem van Ravenstein

wizsmart 2015 Veel succes en vooral veel plezier.!! je hebt 50 minuten de tijd rekenmachine is niet toegestaan

=

5.5 Gemengde opgaven. Gemengde opgaven 159

1 Coördinaten in het vlak

Opgaven Kangoeroe vrijdag 17 maart 2000

A. B. C. D. Opgave 3. In een groot vierkant is een kleiner vierkant getekend. Wat is de oppervlakte van het kleine vierkant? A. B. C. D.

7 a patroonnummer a patroonnummer a h = z

SMART-finale 2016 Ronde 1: 5-keuzevragen

2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen ( 15 x 3 = 45

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste Ronde.

1. B De rode ballonnen worden geraakt, de groene niet:

SMART-finale Ronde 1: 5-keuzevragen

1 Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde

Uitwerkingen wizprof D = = B 6 ronden duren 6 minuten en 66 seconden, dus 7 minuten en 6 seconden.

Opgaven Kangoeroe vrijdag 17 maart 2000

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Tweede Ronde.

16 a. b a. b 6a. de Wageningse Methode Antwoorden H21 OPPERVLAKTE HAVO 1

11 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

= = (3 + 2) = 5 11

15 a De rechthoeken zijn 1 bij 6 lucifers, of 2 bij 5 lucifers, of 3 bij 4 lucifers. Zie figuur: Hoofdstuk 21 OPPERVLAKTE HAVO 21.

Estafette. 26 e Wiskundetoernooi

werkschrift driehoeken

7 2, 3, 5, 7, 11, 13, 17, 19, 29, 31,

Opvouwbare kubus (180 o )

wizbrain Veel succes en vooral veel plezier.!! WERELDWIJDE W4KANGOEROE WISKUNDE WEDSTRIJD DONDERDAG 16 MAART

Vraagstukken van de tweede graad

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : eerste ronde

Noordhoff Uitgevers bv

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste Ronde.

Noordhoff Uitgevers bv

Onthoudboekje rekenen

1 Wiskunde, zeker. 1, 2, 3, 5, 6, 7. 8, 10, 11, 12 en 13 eurocent. duimstok Timmerman Hoe lang iets is.

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : eerste ronde

Uitgeverij Schoolsupport

WISKUNDE-ESTAFETTE Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 500

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Tweede Ronde.

wizsmart maart 2014 Veel succes en vooral veel plezier.!! je hebt 50 minuten de tijd rekenmachine is niet toegestaan

x = 12 of x = -12 x = 5 of x = -5 x = 5 of x = -7 x = 7 of x = x = 2 15 a x(x + 10) = 600 b x = 20 meter 16 x(x + 5) = 24, dus x = 3

1 Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde

1. C In elk van de wolken A, B, D en E staat het oneven getal 3. In wolk C staan de getallen 2, 10, 34 en 58 die allemaal even zijn.

Rekentijger - Groep 6 Tips bij werkboekje A

Hoofdstuk 4: Meetkunde

Estafette. 36 < b < 121. Omdat b een kwadraat is, is b een van de getallen 49, 64, 81 en 100. Aangezien a ook een kwadraat is, en

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : tweede ronde

werkschrift passen en meten

Vrijdagavondquiz NWD 2010

WISKUNDE-ESTAFETTE KUN Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 500

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

Noordhoff Uitgevers bv

1 Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde

Oefeningen in verband met tweedegraadsvergelijkingen

SMART-finale Ronde 1: 5-keuzevragen

jaar Wiskundetoernooi Estafette n = 2016

EUROPESE KANGOEROE WISKUNDE WEDSTRIJD. BASISSCHOOL GROEP 7 en GROEP 8

1 Cartesische coördinaten

Extra oefeningen hoofdstuk 12: Omtrek - Oppervlakte - Inhoud

WISKUNDE-ESTAFETTE RU Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 500

1 Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde

Aan alle Wallabies, en aan hun leerkrachten, veel succes en, nog belangrijker, veel plezier!

De eerste ronde van de Nederlandse Wiskunde Olympiade

Waarom probleemoplossend denken? Heuristiek. Hoe realiseren in de klas? Nieuw leerplan VVKSO. Meer dimensionale kijk

Wiskunde - MBO Niveau 4. Eerste- en tweedegraads verbanden

BRUGPAKKET 8: VLAKKE FIGUREN

WISKUNDE-ESTAFETTE RU 2007 Uitwerkingen

10 Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde

6 A: = 26 m 2 B: = 20 m 2 C:

Blok 6B - Vaardigheden

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste Ronde.

2015 Voorronde Vragenbundel voor het 5 leerjaar

Basisvaardigheden algebra. Willem van Ravenstein Den Haag

Wat is de som van de getallen binnen een cirkel? Geef alle mogelijke sommen!

IMO-selectietoets I donderdag 7 juni 2018

de Wageningse Methode Antwoorden H17 PYTHAGORAS VWO 1

Vl. M. Nadruk verboden 1

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Tweede Ronde.

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

WISKUNDE: HERHALINGSOEFENINGEN EINDE ZESDE LEERJAAR

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste Ronde.

Transcriptie:

Uitwerkingen wizbrain 2013 1. E 2. E Het getal is 38: 24 = 3 x 8. Tel je de cijfers op, dan krijg je 3 + 8 = 11. 3. C De vetgedrukte kaarsen in de volgende tabel branden na 55 minuten: begin 0 10 20 30 40 50 60 eind 40 50 60 70 80 90 100 4. C 2x5 =10, 2x7 = 14, 5x7 = 35 en 2+5+7 = 14 5. D Door diagonalen te tekenen in de ruiten, wordt de grote driehoek opgedeeld in negen gelijke driehoeken, allemaal met oppervlakte 1. 6. C Als je vijf ballen pakt, dan kun je vijf verschillende kleuren pakken. Pak je daarna een zesde bal, dan moet dat er wel een zijn van eenzelfde kleur als je al gepakt hebt. 7. A 7 kg zout en 193 kg water geeft samen 200 kg zeewater. 1000 kg zeewater is 5 keer zoveel en bevat dus 5x7 = 35 kg zout. 8. E 0,2 kinderen gemiddeld per gezin betekent dat vijf gezinnen samen 0,2x5=1 kind hebben; 1,2x5=6; 2,2x5=11; 2,4x5=12 en 2,5x5=12,5. Maar vijf gezinnen met in totaal 12,5 kinderen kan niet. 9. E Zie hiernaast: verticaal zijn er 3x2 = 6 mogelijkheden (hier zijn er 2 getekend), horizontaal zijn er 2 mogelijkheden. 10. D

11. E Kijk naar een halve diagonaal van hoekpunt naar middelpunt: deze gaat 3 vierkantjes omlaag en 5 opzij. De halve diagonaal snijdt als eerste het vierkantje linksboven in tweeën. De halve diagonaal snijdt 4 verticale roosterlijnen en 2 horizontale. Elke keer als hij een roosterlijn snijdt, wordt er één vierkantje meer gesneden. Dat geeft in totaal 1 + 4 + 2 = 7 gesneden vierkantjes. Twee hele diagonalen snijden dus 4x7 = 28 vierkantjes, en dus 60 28 = 32 vierkantjes niet. 12. C Bedenk dat de rechterkant (de kolom 2-2-1-2) voor Karel links is: hij ziet dus van links naar rechts stapeltjes van 2, 3, 3 en 4 hoog. 13. E Teken een rechthoek om de vierhoek heen (zie hiernaast), deze heeft een oppervlakte van 5x7=35 hokjes. Buiten de vierhoek zie je een gestreept hokje en vier grijze rechthoekige driehoeken. Deze hebben samen oppervlakte 1+ ½x4x1+ ½x3x1+ ½x3x4+ ½x7x1=14 hokjes. De vierhoek heeft een oppervlakte van 35 14=21 hokjes, dus 21x4=84 cm 2. 14. C Probeer de figuurtjes maar eens te vouwen, dan zie je het alleen met C niet lukt om een kubus te krijgen. Je kunt het ook beredeneren. Bouwplaat C kun je net zo goed zó tekenen (met het rechter stuk naar links verplaatst). En dan is duidelijk dat de driehoekige stukjes elkaar in de weg zitten. 15. B In 2,3,4,5,6 is 40% oneven In 2,3,4,5,6,7,8,9,10,11,12,13,14,15,16,17,18,19,20,21,22,23,24,25,26 is 48% oneven In 2,3,4,5 is 50% oneven In 3,4,5,6,7 is 60% oneven Alleen 45% lukt niet. [Om 45% oneven te krijgen, moeten het eerste en laatste getal even zijn. Als er 2n+1 getallen zijn, is het gedeelte oneven getallen. Deze breuk moet gelijk zijn aan, wat betekent dat n = 4,5.] 16. A De uitkomst van de berekening is het kleinst als de verbindingslijn van het punt met de oorsprong het sterkst daalt. Van de oorsprong naar A ga je het steilst naar beneden.

17. C De grootste verschillen krijg je bij het overgaan naar een volgend duizendtal, dus bij 1320 2013 (verschil 693) en bij 2310 3012 (verschil 702). 18. B Daniëlle is geboren op 12-03-2000, Pjotr op 20-03-2001, Eva op 23-04- 2001, Fred op 12-04-2000 en Karel op 20-02-2001. Eva is het laatst geboren, dus de jongste. 19. D Als pannenkoekje 6 wordt gegeten, dan zijn alle pannenkoekjes gebakken, dus kunnen de pannenkoekjes daarna alleen nog maar gegeten worden van hoog naar laag. 20. A Als Fred 4 rondjes heeft gelopen, dan heeft Karel er 4,5 gelopen; precies een half rondje meer. Karel haalt Fred dan dus voor het eerst in. 21. B Je kunt de getallen bijvoorbeeld plaatsen zoals hiernaast. Je kunt het getal bij CD ook beredeneren. Als volgt. 1 + 2 + 3 + 4 + 5 + 6 + 7 + 8 + 9 + 11 = 56 Het getal dat bij bijvoorbeeld hoekpunt A staat, komt vier keer in deze som voor, namelijk in het getal bij AD, in het getal bij AC, in het getal bij AD en bij A zelf. Dus is de som van de getallen bij A, B, C en D gelijk aan 56 : 4 = 14. Omdat de getallen bij A en B samen 9 zijn, zijn de getallen bij C en D samen 14 9 = 5. Bij CD staat dus 5. 22. B Als Nazali bijvoorbeeld 6 kinderen heeft, hebben die allemaal 5 kinderen en heeft Nazeli dus 6 5 kleinkinderen. Kinderen plus kleinkinderen zijn er samen 6 6 = 36. We zoeken dus een kwadraat dat tussen 60 en 75 ligt. Dat is 64. Nazeli is dus 64 jaar. 23. B De omtrek van ABC is AB+BC+AC = AD+DB+BE+EC+CF+FA = AD+FA+DB+BE+EC+CF = (omtrek AFD FD) + (omtrek DBE DE) + (omtrek CFE FE) = omtrek AFD + omtrek DBE + omtrek CFE omtrek FED = 24 + 24 + 12 19 = 41 24. E Aanzicht A zie je van voren, B vanaf rechts, C van onderen, D van boven, E is geen aanzicht: de top ligt op een ribbe.

25. C Nummer de bomen 1 t/m 20, dan zouden de nummers 1 t/m 4, 9 t/m 12 en 17 t/m 20 eiken mogen zijn. Dat zijn er 12 stuks. Meer kan ook niet: van de nummers 1, 5, 9, 13 en 17 mogen geen twee opeenvolgende een eik zijn (dan zouden er wel precies drie bomen tussen twee eiken staan), dus kunnen hiervan er maximaal 3 eik zijn. Van deze 5 bomen zijn er dus minstens 2 geen eik. Hetzelfde geldt voor 2, 6, 10 en 18, voor 3, 7, 11 en 19 en voor 4, 8, 12 en 20. Dus minstens 4 2 = 8 bomen zijn geen eik. 26. B Vóór Fred eindigden 20 lopers; dus na Karel eindigden 1,5 20 = 30 lopers. 30 F Als er bijvoorbeeld 6 lopers tussen Fred en Karel finishen,eindigen er 13 vóór Karel en 23 na Fred. 23 is niet het dubbele van 13. K 20 30 20 23 F 6 K 13 Als er bijvoorbeeld 7 lopers tussen Fred en Karel finishen,eindigen er 12 vóór Karel en 22 na Fred. 22 is niet het dubbele van 12. Als je zo door gaat, vind je de oplossing: als er 9 lopers tussen Fred en Karel finishen,eindigen er 10 vóór Karel en 20 na Fred. 20 is het dubbele van 10. Er deden dus 20 + 1 + 9 + 1 + 10 = 41 lopers mee. 27. A In de volgende tabel staan alle mogelijkheden. mogelijkheid op A op B op C op D 1 af B af A af D af C 2 af B af C af D af A 3 af B af D af A af C 4 af C af A af D af B 5 af C af D af A af B 6 af C af D af B af A 7 af D af A af B af C 8 af D af C af A af B 9 af D af C af B af A 28. B De rij begint als volgt: 1, -1, -1, 1, -1, -1, 1, -1, -1, 1, -1, -1,... Per drie getallen is er één 1 en twee -1 en, dus een som -1. Als Eva 2013 getallen optelt, dan krijgt ze 2013/3 = 671 keer -1. 29. D Als Daniëlle niet het laatste cijfer wegstreept, dan moet het antwoord van de optelling even zijn. Dus heeft ze het laatste cijfer weggestreept. Je krijgt dan als antwoord van de optelling 11 x het getal van vier cijfers plus het laatste cijfer (voorbeeld: 54321+5432 = 54320+1+5432=10x5432+1+5432=

11x5432+1). Als je 52713 door 11 deelt, dan krijg je 4792 met rest 1. Het getal van vijf cijfers is dus 47921 geweest. 30. C De grootste delers van zijn (als ze geheel zijn),,, enz. Als geen deler is, dan is de som van de grootste drie hooguit, wat zeker minder is dan. Als geen deler is, dan is de som van de grootste drie hooguit, wat minder is dan. Dus moeten en er zeker bij zijn, maar dan is deelbaar door 6. kan 30 zijn: de drie grootste delers zijn 15, 10 en 6 en 15+10+6=31. Aan dit voorbeeld zie je dat de alternatieven A, B, D en E onjuist zijn.