uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 5

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 5"

Transcriptie

1 uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 5 Vlaamse Vereniging voor Geestelijke Gezondheid Stefaan Baert De zoektocht naar geschikte meetinstrumenten voor het ontwikkelen van uitkomstenkompassen

2 Dit is een uitgave van de Vlaamse Vereniging voor Geestelijke Gezondheid Tenderstraat Gent tel. 09/ fax 09/ Wettelijk depot: D/2008/2566/3 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Het gebruik van cijfers en/of tekst als toelichting of ondersteuning bij artikelen, boeken en scripties is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld als volgt: Baert, S. (2008). De zoektocht naar geschikte meetinstrumenten voor het ontwikkelen van uitkomstenkompassen. Deel 5. In de VVGG-reeks: Uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in Vlaanderen. Gent, VVGG. 2 Uitkomstenmanagement deel 5

3 Inhoudstafel Algemene inleiding op de reeks Dankbetuiging Voorwoord Hoofdstuk I: Doelstelling en methodiek 1.1. Doelstelling 1.2. Methodiek Hoofdstuk II: Concept map van goede psychiatrische zorg 2.1. Eerste selectiecriterium: mate van belangrijkheid 2.2. Uitbreiding met categorale groepen p. 4 p. 5 p. 6 p. 7 p. 7 p. 7 p. 7 p. 9 p. 9 p. 11 Hoofdstuk III: Long list p. 1 Hoofdstuk IV: Doorlichting 4.1. Tweede selectiecriterium: praktische bruikbaarheid 4.2. Derde selectiecriterium: wetenschappelijke evidentie 4.3. Compromis p. 15 p. 15 p. 17 p. 25 Hoofdstuk V: Set van meetinstrumenten 5.1. Klinisch Depressie Psychose Angst Forensische psychiatrie Verslaafdenzorg Kinderen en jongeren Ouderen Generiek 5.2. Kwaliteit van leven 5.3. Klinisch en functioneel 5.4. Cliëntwaardering en waardering van betrokkenen p. 26 p. 26 p. 26 p. 26 p. 27 p. 27 p. 27 p. 28 p. 28 p. 28 p. 28 p. 29 p. 29 Hoofdstuk VI: De ontwikkeling van uitkomstenkompassen 6.1. Meerwaarde voor de behandeling 6.2. Kansen voor integrale kwaliteitszorg p. 31 p. 31 p. 32 Hoofdstuk VII: Conclusies p. 34 Literatuur Bijlage Long list p. 36 p. 43 p. 43 Uitkomstenmanagement deel 5 3

4 Algemene inleiding op de reeks 1 Een randomised controlled trail (RCT) is een gerandomiseerd onderzoek waarin patiëntengroep(en) vergeleken worden met een controlegroep. Bij een RCT zijn vier kenmerken van belang. Ten eerste, personen worden at random of bij toeval toegewezen aan een experimentele of een controlegroep; ten tweede weten de personen niet of ze tot de experimentele of de controlegroep behoren; ten derde het uitvoeren van een gestandaardiseerde voormeting en nameting en ten vierde het vaststellen van een eenduidige relatie tussen interventie en resultaat. In een dergelijk onderzoeksopzet wordt nagegaan of een bepaalde behandeling of interventie werkzaam of zinvol is. 2 Een meta-analyse is een kwantitatieve methode om de resultaten van verschillende, onafhankelijk van elkaar verrichte onderzoekingen naar het effect van een zorginterventie te combineren tot één effectschatting. Het meten van uitkomsten duikt meer en meer op in de gezondheidszorg, inclusief de geestelijke gezondheidszorg. Getuigen daarvan zijn het toenemende aantal internationale publicaties en een groeiende interesse vanuit de sector en de overheid om zicht te krijgen op de resultaten van de behandeling van personen met een psychische stoornis. Onderzoek naar behandeluitkomsten heeft in de psychiatrie een lange geschiedenis achter de rug. Wat aanvankelijk beperkt bleef tot het onderzoeken van veranderingen van klachten tijdens een behandeling, evolueerde naar randomised controlled trails 1. Samenvattingen van deze internationale studies zijn te vinden in meta-analyses 2 voor specifieke patiëntengroepen of behandelingen. Dat de Vlaamse overheid verantwoording vraagt aan de geestelijke gezondheidszorg over het bieden van de beste kwaliteit voor de ter beschikking gestelde financiële middelen is volkomen terecht. Tien jaar geleden keurde het Vlaamse Parlement het Kwaliteitsdecreet goed. Hiermee volgde Vlaanderen een internationale tendens, die o.a. vanuit Nederland en Engeland naar ons kwam overgewaaid. Deze tendens kadert binnen het kwaliteitsdenken wereldwijd en evolueerde van personeels- en middelenmanagement, beleid en strategie (input); over de intake, behandeling en nazorg (kernprocessen) naar patiëntentevredenheid, maatschappelijke waardering en uitkomsten van de behandeling (output). Om de verandering van ernst van een stoornis en de effectiviteit van de behandeling na te gaan zijn de laatste decennia heel wat meetinstrumenten ontwikkeld, ook in Vlaanderen en Nederland. Uit internationale literatuur blijkt echter dat weinig meetinstrumenten aan de gestelde eisen voldoen. De kunst is een evenwicht te vinden tussen de praktische bruikbaarheid en de wetenschappelijke evidentie. De opdracht over de wetenschappelijke ondersteuning inzake het meten van behandelingsresultaten werd toevertrouwd aan de Vlaamse Vereniging voor Geestelijke Gezondheid (VVGG). Deze opdracht vindt zijn neerslag in de beheersovereenkomst tussen de VVGG en de Vlaamse overheid die in 2006 van start is gegaan. De VVGG kan daarin een belangrijke, tweeledige bijdrage leveren: enerzijds als onafhankelijke intermediair tussen de academische onderzoeker en het werkveld en anderzijds als communicatiekanaal voor onderzoeksresultaten naar specifieke doelgroepen en het brede publiek. De uitvoering van de beheersovereenkomst resulteert in de reeks Uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in Vlaanderen. De rode draad wordt gevormd door drie kernvragen: 1. Wat zijn de uitkomsten van een behandeling in de geestelijke gezondheidszorg? ; 2. Hoe kunnen die uitkomsten gemeten worden? en 3. Hoe wordt die informatie aangewend door de verschillende actoren? 4 Uitkomstenmanagement deel 5

5 Dankbetuiging De auteur dankt Paul Arteel en Rik Van Nuffel. Zij stonden in voor het nalezen van de ontwerptekst. Dit geldt ook voor Joris Casselman, voorzitter van de VVGG, en de leden van de Adviesgroep wetenschappelijke ondersteuning. Daarnaast gaat onze dank uit naar alle geraadpleegde deskundigen: Sara Keymolen (CGG Vagga Antwerpen), prof. Peter Adriaenssens (Dienst Kinderpsychiatrie KULeuven), prof. em. Franz Baro (KULeuven), Roel Verellen (UFC Universiteit Antwerpen), Raf Vermeiren (UPC Sint-Kamillus Bierbeek), prof. Gerard Schippers (ARI Amsterdam) en Dr. Richard Cayenberghs (UPC Sint-Kamillus Bierbeek). Uitkomstenmanagement deel 5 5

6 Voorwoord Measure what matters Chris Heginbotham, eerste internationaal symposium (Van Nuffel, 2007) 3 Een uitkomstenkompas is een verzameling van relevante meetinstrumenten die door een zorginstelling gebruikt kunnen worden om de resultaten van de behandeling in kaart te brengen. 4 Meer informatie over de concept map methode is te vinden in Baert, 2008 (hoofdstuk I, pp. 7-12). In deze publicatie wordt nagegaan welke meetinstrumenten beschikbaar zijn voor belangrijke aspecten van psychiatrische zorg. Verder bouwend op de inventaris (Baert, 2007), de literatuurstudie (Keymolen & Casselman, 2007) en de bevraging van de betrokkenen (Baert, 2008) wordt in deze studie een selectie voorgesteld van meetinstrumenten, met het oog op het ontwikkelen van uitkomstenkompassen 3. Zoals reeds gesteld in de algemene inleiding van de reeks zijn er weliswaar heel wat meetinstrumenten op de markt, een minderheid voldoet echter aan de eisen van praktische bruikbaarheid en wetenschappelijkheid. Internationaal onderzoek, onder andere van het Trimbosinstituut in Nederland, bevestigt dit. Van Wijngaarden et al (2003) concludeerden dat slechts 17 op 168 meetinstrument aan bovenstaande voorwaarden voldeden. Over 31 meetinstrumenten bestond twijfel, meestal op vlak van wetenschappelijke evidentie. Anders dan het Nederlandse onderzoek is de VVGG bij het samenstellen van een long list van meetinstrumenten uitgegaan van zowel de praktijk (a.d.h.v. de inventaris) als van de literatuur. Een derde criterium, mate van belangrijkheid, werd door Chris Heginbotham aangereikt op het eerste internationale symposium (Van Nuffel, 2007). In een eerste hoofdstuk worden de doelstelling en methodiek beschreven. In een tweede hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste resultaten van de bevraging van de betrokkenen (Baert, 2008). De concept map 4 vormt een eerste selectiecriterium. In een derde hoofdstuk wordt aan de hand van de inventaris (Baert, 2007) en de literatuurstudie (Keymolen & Casselman, 2007) een long list samengesteld. In een vierde hoofdstuk worden een aantal meetinstrumenten doorgelicht op vlak van praktische bruikbaarheid en wetenschappelijke evidentie, respectievelijk een tweede en derde selectiecriteria. In een vijfde hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de set van meetinstrumenten. In een zesde hoofdstuk wordt aan de hand van het begrip uitkomstenkompas een korte aanzet gegeven tot implementatie van deze meetinstrumenten in de klinische praktijk. Tenslotte worden in het laatste hoofdstuk conclusies geformuleerd. Gent, augustus Uitkomstenmanagement deel 5

7 Hoofdstuk I: Doelstelling en methodiek 1.1. Doelstelling In deze publicatie wordt, op basis van voorgaand onderzoek, nagegaan welke meetinstrumenten geschikt zijn voor het meten van resultaten van een psychiatrische behandeling in Vlaanderen (Baert, 2007 & 2008; Keymolen & Casselman, 2007; Van Nuffel, 2007) Methodiek Het selecteren van meetinstrumenten gebeurde in vier fasen (figuur 1). In een eerste fase werd nagegaan welke aspecten van psychiatrische zorg belangrijk zijn, gezien we ons willen behoeden voor het risico dat vooral meetinstrumenten worden geselecteerd op basis van gebruik in de Vlaamse praktijk of beschikbaarheid op de markt (Baert, 2008). Rekening houdend met het feit dat in onze concept map alleen volwassen patiënten werden betrokken, werden bijkomend meetinstrumenten gezocht voor volgende categorale groepen: (1) kinderen en jongeren; (2) forensische patiënten, (3) verslaafden, (4) ouderen, en (5) verstandelijk gehandicapten met een psychische stoornis (hoofdstuk II). In een tweede fase werd, op basis van de inventaris van meetinstrumenten die in Vlaanderen worden gebruikt (Baert, 2007) en een literatuuronderzoek (Keymolen & Casselman, 2007), een long list samengesteld van potentieel geschikte meetinstrumenten. Daarnaast konden zorginstellingen meetinstrumenten suggereren (hoofdstuk III). In een derde fase werden meetinstrumenten beoordeeld op praktische bruikbaarheid en wetenschappelijkheid (hoofdstuk IV). Dit resulteerde, in een vierde fase, in een set van meetinstrumenten (hoofdstuk V). Met deze meetinstrumenten kunnen uitkomstenkompassen worden samengesteld (hoofdstuk VI). Figuur 1: stappenplan Concept map van goede psychiatrische zorg Long list (inventaris & literatuurstudie) Doorlichting Set van meetinstrumenten Uitkomstenkompas De inbreng van binnenlandse en buitenlandse experts werd gerealiseerd via de adviesgroep wetenschappelijke ondersteuning en twee internationale symposia (1 december 2006 & 6 december 2007). Uitkomstenmanagement deel 5 7

8 5 Chris Heginbotham (Mental Health Policy and Management, Engeland), Jacques Gasser (hoogleraar universiteit Lausanne, Zwitserland), Eta Mulder (GGZ Nederland), John Wennink (Trimbosinstituut, Nederland) en Bob Van Wijngaarden (Trimbosinstituut, Nederland). Het hierboven beschreven selectieproces gebeurde in nauw overleg met de Adviesgroep wetenschappelijke ondersteuning. De leden van de adviesgroep becommentarieerden de ontwerpteksten van deze reeks en gaven waar nodig bijsturing aan het proces. Op twee internationale symposia gaven buitenlandse sprekers 5 commentaar op de werkwijze en resultaten, elk vanuit hun eigen achtergrond. Op het eerste internationaal symposium wees Heginbotham erop dat niet alles wat meetbaar is belangrijk is en niet alles wat belangrijk is meetbaar is. Hij concludeerde: Measure what matters (Van Nuffel, 2007). Dit vormde de aanzet voor de concept map over goede psychiatrische zorg. Op het tweede internationaal symposium suggereerde Wennink om de verschillende aspecten van goede zorg en de verschillende perspectieven onder te brengen in een uitkomstenkompas. Over dit symposium wordt gerapporteerd in deel 6 van deze reeks. 8 Uitkomstenmanagement deel 5

9 Hoofdstuk II: Concept map van goede psychiatrische zorg Psychiatrische zorg is een buitengewoon complex begrip dat vanuit verschillende perspectieven kan worden bekeken. In het vierde deel van deze reeks werd via de concept map methode onderzocht welke aspecten van psychiatrische zorg als belangrijk werden ervaren door verschillende betrokkenen. Via hiërarchische clusteranalyse werden diverse aspecten van psychiatrische zorg geclusterd op basis van inhoudelijke overeenkomst. Figuur 2 geeft een overzicht van de clusters en de belangrijke aspecten van psychiatrische zorg. De clusters in de eerste kolom zijn weergegeven in volgorde van belangrijkheid. Bij elke cluster worden belangrijke, meetbare aspecten van psychiatrische zorg vermeld in een tweede kolom. Ook deze aspecten zijn weergegeven in volgorde van belangrijkheid (Baert, 2008) Eerste selectiecriterium: mate van belangrijkheid Voor de belangrijke aspecten van psychiatrische zorg werden uit de long list 6 meetinstrumenten geselecteerd. Hierbij twee opmerkingen. Ten eerste, niet voor alle belangrijke aspecten van zorg is een meetinstrument gevonden. Vooral voor hulpverlener en maatschappelijke aspecten was dit het geval (figuur 2). Deze aspecten proberen we bij de implementatie in rekening te brengen. Ten tweede, niet alle meetinstrumenten uit de long list werden aan de gestelde criteria getoetst. De aspecten van psychiatrische zorg die als belangrijk werden beschouwd door de betrokkenen, werden als uitgangspunt genomen. 6 Zie hoofdstuk III p.14 Uitkomstenmanagement deel 5 9

10 Figuur 2: concept map en meetinstrumenten Clusters Aspecten van zorg Meetinstrumenten Respectvolle relatie tussen hulpverlener en patiënt Doel van de behandeling Maatschappelijke aspecten Deskundige hulpverlener Organisatie van de passende zorg Cliënt betrekken (inspraak) Goede bejegening Informatie over de behandeling Levenskwaliteit Context/omgeving/ gezin/familie Symptoomreductie Kosten voor patiënt Nazorg en re-integratie Behandeling evalueren/bijsturen Wetenschappelijke onderbouw Diagnostiek/indicatiestelling Behandelplan Continuïteit van de zorg Waardering Visie op zorg (patiënt en hulpverlener) Waardering Trimbosthermometer OOB Kwaliteit van leven WHOQOL MANSA ACSA Klinisch en functioneren HoNOS (3 versies) OQ-45 (2 versies) Waardering betrokkenen BES Visie op zorg (familie) Generiek SCL-90-R of BSI Depressie HDRS BDI-II-NL Psychose BPRS (3 versies) Angst IOA ACSA BDI-II-NL BES BPRS BSI HoNOS HRSD IOA MANSA OOB OQ-45 SCL-90-R WHOQOL Anamnestic Comparative Self Assessment Beck Depression Inventory Betrokkenen Evaluatie Schaal Brief Psychiatric Rating Scale Brief Symptom Inventory Health of the Nation Outcome Scales Hamilton Rating Scale of Depression Inventarisatielijst Omgaan met Anderen Manchester Short Assessment of quality of life Oordeel over de Ontvangen Behandeling Outcome Questionnaire Symptom Check List World Health Organisation Quality of Life bref 10 Uitkomstenmanagement deel 5

11 Er werden drie meetinstrumenten geselecteerd die levenskwaliteit in het kader van geestelijke gezondheid meten: Anamnestic Comparative Self Assessment (ACSA; Bernheim, 1999), Manchester Short Assessment of quality of life (MANSA; Van Nieuwenhuizen et al, 2001) en de World Health Organisation Quality of Life-bref (WHOQOL-bref; De Vries et al, 1996). Bij meetinstrumenten die symptoomreductie meten werd in de literatuurstudie een onderscheid gemaakt tussen generieke en ziektebeeldspecifieke klinische meetinstrumenten (Keymolen & Casselman, 2007). Als generiek klinisch meetinstrument wordt de Symptom Check List (SCL-90-R; Arrindell et al, 2003) naar voren geschoven. De Brief Symptom Inventory (BSI) is hiervan een verkorte versie (de Beurs et al, 2006). Daarnaast werden twee meetinstrumenten geselecteerd die naast klinische effecten ook het functioneren van de patiënt meten: Outcome Questionnaire (OQ-45; de Beurs et al, 2005a) en Health of the Na tion Outcome Scales (HoNOS; Mulder et al, 2001 & 2004a; Staring et al, 2003a & 2003b). Van de HoNOS bestaan drie versies: één voor volwassen patiënten, één voor jongeren en één voor ouderen. Ook van de OQ bestaat een versie voor de jeugd (Y-OQ). Vier ziektebeeldspecifieke meetinstrumenten werden geselecteerd: Beck Depression Inventory (BDI-II-NL; van der Does, 2002) en Hamilton Depressie Schaal (HDRS; D haenen et al, 1989) voor depressie, Brief Psychiatric Rating Scale (BPRS; Dingemans et al, 1995a) voor psychose en Inventarisatielijst Omgaan met Anderen voor angst (IOA; van Dam et al, 2000). Van de BPRS bestaat een kindversie (BPRS-C; Lachar et al, 2001). Tenslotte werden vier meetinstrumenten geselecteerd die waardering in kaart brengen, zowel waardering van de patiënt als van familieleden. De Trimbosthermometer (Kok et al, 2005) meet zowel waardering van de patiënt als van de familieleden. Van dit meetinstrument bestaan vijf versies; één voor de patiënt, één voor de familie, één voor de jongere en twee voor de ouders. De Oordeel over de Ontvangen Behandeling (OOB; van Wijngaarden et al, 1995) meet enkel cliëntwaardering. Beide meetinstrumenten gaan de mate van tevredenheid na over inspraak, bejegening en informatie. De visie op zorg daarentegen brengt de symptomatologie en levenskwaliteit in kaart en dit vanuit drie perspectieven: cliënt, familielid en hulpverlener (Van Audenhove et al, 1999a, 1999b & 1999c). De Betrokkenen Evaluatie Schaal (BES; Schene et al, 2003) tenslotte meet enkel de waardering van de betrok kenen Uitbreiding met categorale groepen Niettegenstaande in de literatuurstudie (Keymolen & Casselman, 2007) reeds rekening werd gehouden met de specificiteit van stoornissen, kwam vanuit de sector en de adviesgroep wetenschappelijke ondersteuning de opmerking dat bepaalde categorieën niet of nauwelijks aan bod waren gekomen. Voor vijf categorale groepen zijn Vlaamse deskundigen aangesproken. Voor drie van de vijf categorale groepen werden zeven bijkomende meetinstrumenten geselecteerd. Voor de doelgroep kinderen en jongeren 7 werd contact opgenomen met Sara Keymolen (CGG Vagga Antwerpen) en prof. Peter Adriaenssens (Dienst Kinderpsychiatrie KULeuven). Voor deze groep werden reeds drie meetinstrumenten geselecteerd: twee Trimbosvragenlijsten (Kok et al, 2005) en de Health of the Nation Outcome Scales for Children and Adolescents (HoNOSCA; Staring et al, 2003a). Deze meetinstrumenten beslaan echter maar een gedeelte van het spectrum waarin we geïnteresseerd zijn. Op suggestie van een zorginstelling selecteerden we twee bijkomende klinische meetinstrumenten: Strengths and Difficulties Questionnaire (SDQ; Markant congressen, 2006) en Korte Indicatieve Vragenlijst voor Psychosociale Problematiek bij Adolescenten (KIVPA; van Ede et al, 2004). 7 Sinds 1 januari 2008 is de Vakgroep Orthopedagogiek van de Universiteit Gent gestart met een haalbaarheidsonderzoek over het intersectoraal meten van effectiviteit en efficiëntie in de integrale jeugdhulp. Er werd informatie uitgewisseld met de vakgroep. Uitkomstenmanagement deel 5 11

12 8 Op 26 november 2007 organiseerde de Vereniging voor Alcohol- en andere Drugproblemen (VAD) een studiedag, waarbij het project uitkomstenmanagement werd voorgesteld aan de sector verslaafdenzorg. In deze voorstelling, alsook in discussie achteraf, kwamen meetinstrumenten ter sprake. Voor de doelgroep verslaafdenzorg werd contact opgenomen met prof. Gerard Schippers (ARI Amsterdam). De European Addiction Severity Index (EuropASI; Raes et al, 2005) en de Measurement in the Addictions for Triage and Evaluation (MATE; Schippers et al, 2007) werden als mogelijke meetinstrumenten voorgesteld op de studiedag van de Vereniging voor Alcohol- en andere Drugproblemen (VAD) 8. De EuropASI wordt in Vlaanderen reeds gebruikt. De MATE werd aangeraden door prof. Gerard Schippers. Beide meetinstrumenten meten zowel klinische als functionele uitkomsten. Voor de doelgroep forensische psychiatrie werd contact opgenomen met Roel Verellen (UFC Universiteit Antwerpen) en Raf Vermeiren (UPC Sint-Kamillus Bierbeek). Voor deze doelgroep werden de Historical Clinical Risk Assessment (HCR-20; Philipse et al, 1999), de Sexual Violence Risk-20 (SVR-20; Hildebrand et al, 2001) en de Structured Assessment of Protective Factors for Violence Risk (SAPROF; de Vogel et al, 2007) weerhouden. Voor de doelgroep ouderen werd contact opgenomen met prof. em. Franz Baro (KULeuven). Voor deze doelgroep werd reeds de ouderenversie van de Health of the Nation Outcome Scales (HoNOS65+; Staring et al, 2003b) geselecteerd. Omdat geen enkel meetinstrument voldeed aan de eisen van praktische bruikbaarheid en wetenschappelijkheid werden geen bijkomende meetinstrumenten geselecteerd. Voor de doelgroep verstandelijk gehandicapten met psychische problemen werd contact opgenomen met Dr. Richard Cayenberghs (UPC Sint-Kamillus Bierbeek). Ook voor deze doelgroep werden om dezelfde reden geen bijkomende meetinstrumenten geselecteerd. Tabel 1 geeft een overzicht van de 21 geselecteerde meetinstrumenten (35 versies). Voor sommige meetinstrumenten zijn verschillende versies geselecteerd, voor andere slechts één versie. Tabel 1: instrumentarium Meetinstrument Doelgroep Beoordelaar Klinisch Depressie Beck Depression Inventory (BDI-II-NL) volwassenen patiënt Hamilton Rating Scale of Depression (HRSD) volwassenen hulpverlener Psychose Brief Psychiatric Rating Scale (BPRS; 3 versies) volwassenen hulpverlener kinderen adolescenten Angst Inventarisatielijst Omgaan met Anderen (IOA) volwassenen patiënt Forensische psychiatrie Historical Clinical Risk Assessment (HCR-20) volwassenen hulpverlener Sexual Violence Risk-20 (SVR-20) volwassenen hulpverlener Structured Assessment of Protective Factors for Violence Risk (SAPROF) volwassenen hulpverlener 12 Uitkomstenmanagement deel 5

13 Meetinstrument Doelgroep Beoordelaar Verslaafdenzorg European Addiction Severity Index (EuropASI) volwassenen hulpverlener Measurement in the Addictions for Triage and Evaluation (MATE) Kinderen en jongeren volwassenen hulpverlener Strengths and Difficulties Questionnaire (SDQ, 3 versies) kinderen leerkracht ouder kind Korte Indicatieve Vragenlijst voor Psychosociale Problematiek bij Adolescenten (KIVPA) Generiek Symptom Check List (SCL-90-R) Brief Symptom Inventory (BSI) Kwaliteit van leven adolescenten volwassenen adolescent patiënt Anamnestic Comparative Self Assessment (ACSA) volwassenen patiënt Manchester Short Assessment of quality of life (MANSA) volwassenen patiënt World Health Organisation Quality of Life bref (WHOQOL-bref) volwassenen patiënt Klinisch en functioneel Health of the Nation Outcome Scales (HoNOS, 3 versies) Outcome Questionnaire (OQ-45, 2 versies) Cliëntwaardering en waardering betrokkenen Trimbos Thermometer (5 versies) volwassenen kinderen/adolescenten Ouderen volwassenen kinderen/adolescenten volwassenen jongeren hulpverlener patiënt patiënt familielid jongere ouders Betrokkenen Evaluatie Schaal (BES) volwassenen familielid Oordeel over de Ontvangen Behandeling (OOB) volwassenen patiënt Visie op zorg (3 versies) volwassenen patiënt familielid hulpverlener Uitkomstenmanagement deel 5 13

14 Hoofdstuk III: Long list In het tweede deel van deze reeks over uitkomstenmanagement werd gerapporteerd over de rondvraag naar het gebruik van meetinstrumenten in de Vlaamse geestelijke gezondheidszorg. We merkten in de geestelijke gezondheidszorg een meer dan gewone belangstelling voor het meten van behandeluitkomsten. Instrumenten worden in de meeste zorginstellingen gebruikt als diagnostisch instrument, hoewel we zien dat sommige psychologen bij een aantal patiënten instrumenten gebruiken om het effect van hun behandeling na te gaan. Elke voorziening voert hieromtrent een eigen kwaliteitsbeleid dat afhankelijk is van de kennis en ervaring van de betrokken hulpverleners en beleidsverantwoordelijken (Baert, 2007). In het derde deel van deze reeks werd nagegaan welke meetinstrumenten op de markt zijn. In deze literatuurstudie werd een eerste poging ondernomen om orde aan te brengen in de veelheid van meetinstrumenten (Keymolen & Casselman, 2007). De long list is samengesteld uit de 163 instrumenten van de inventaris en de 56 meetinstrumenten uit de literatuurstudie, aangevuld met vier meetinstrumenten die door hulpverleners, experten en leden van de adviesgroep wetenschappelijke ondersteuning werden gesuggereerd. Na het schrappen van dubbele meetinstrumenten en het ontdubbelen van verschillende versies (bijvoorbeeld voor volwassenen en kinderen), bleven er nog 218 instrumenten over. De volledige lijst is opgenomen in bijlage. 14 Uitkomstenmanagement deel 5

15 Hoofdstuk IV: Doorlichting De geselecteerde meetinstrumenten werden, conform de beheersovereenkomst, doorgelicht op vlak van praktische bruikbaarheid en wetenschappelijke status Tweede selectiecriterium: praktische bruikbaarheid Een eerste selectie gebeurde op basis van twee praktische criteria: 1. Het meetinstrument is verkrijgbaar in het Nederlands, oorspronkelijk of vertaald. 2. Het meetinstrument kan met beperkte inspanning toegepast worden: a. beperkt aantal items (niet meer dan 30), b. korte afnameduur (niet langer dan 30 minuten), c. minimale opleidingsvereisten, en d. gemakkelijk af te nemen en te scoren. Hiervoor werden de instructies voor de afname en de berekening van de scores onderzocht. Tabel 2 geeft een overzicht van het aantal items en de afnameduur per meetinstrument. De meeste meetinstrumenten beantwoorden aan de gestelde criteria. Er zijn echter een aantal uitzonderingen. De Inventarisatielijst omgaan met anderen (IOA; van Dam et al, 2000), de Symptom CheckList (SCL-90-R; Arrindell et al, 2003), de Outcome Questionnaire (OQ-45; de Beurs et al, 2005a), de Oordeel over de Ontvangen Behandeling (OOB; van Wijngaarden et al, 1995) en de Betrokkenen Evaluatie Schaal (BES; Schene et al, 2003) hebben meer dan 30 items, maar worden door de patiënt of een familielid ingevuld. De afnameduur is in principe minder dan een half uur. De European Addiction Severity Index (EuropASI; Raes et al, 2005) en de Measurement in the Addictions for Triage and Evaluation (MATE; Schippers et al, 2007) daarentegen worden door de hulpverlener ingevuld, maar zijn modulair opgebouwd. Slechts enkele modules (weergegeven met pijltjes) komen in aanmerking voor het meten van effect van de behandeling. Alle meetinstrumenten zijn gebruiksvriendelijk en geven weinig of geen problemen bij afname, hoewel enige vertrouwdheid met het meetinstrument belangrijk is. Voor sommige meetinstrumenten is een training noodzakelijk, zoals voor de European Addiction Severity Index (EuropASI; Raes et al, 2005) en de Measurement in the Addictions for Triage and Evaluation (MATE; Schippers et al, 2007), en eventueel de Health of the Nation Outcome Scales (HoNOS; Mulder et al, 2004a; Staring et al, 2003a & 2003b). De Structured Assessment of Protective Factors for Violence Risk (SAPROF; de Vogel et al, 2007) dient steeds in combinatie te worden afgenomen met de Historical Clinical Risk Assessment (HCR-20; Philipse et al, 1999) of de Sexual Violence Risk-20 (SVR-20; Hildebrand et al, 2001). De meeste meetinstrumenten kunnen op een eenvoudige wijze worden gescoord. Een geautomatiseerde verwerking van de ruwe testuitslagen door een testmanager 9 kan evenwel een bijkomende tijdswinst opleveren. 9 De zorginstellingen die momenteel deelnemen aan het project experimenteren met een proefversie waarin enkel free source meetinstrumenten zijn opgenomen. Uitkomstenmanagement deel 5 15

16 Tabel 2: praktische bruikbaarheid Meetinstrument Aantal items Afname-duur Klinisch Depressie Beck Depression Inventory (BDI-II-NL) Hamilton Rating Scale of Depression (HRSD) Psychose Brief Psychiatric Rating Scale (BPRS) Brief Psychiatric Rating Scale (BPRS-E) 24 Brief Psychiatric Rating Scale (BPRS-C) 21 Angst Inventarisatielijst Omgaan met Anderen (IOA) 2 x Forensische psychiatrie Historical Clinical Risk Assessment (HCR-20) Sexual Violence Risk-20 (SVR-20) Structured Assessment of Protective Factors for Violence Risk (SAPROF) Verslaafdenzorg European Addiction Severity Index (EuropASI) k alcohol en druggebruik k psychische, emotionele klachten onbekend 10 IFC: International Classification of Functioning, Disability and Health. Measurement in the Addictions for Triage and Evaluation (MATE) k middelen: gebruik k indicaties psychiatrisch/medisch consult k lichamelijke klachten k MATE/IKZ: ICF-kernset 10 & zorgbehoefte k depressie, angst en stress Kinderen en jongeren onbekend Korte Indicatieve Vragenlijst voor Psychosociale Problematiek bij Adolescenten (KIVPA) Strengths and Difficulties Questionnaire (SDQ, 3 versies voor kind, ouder en leerkracht) Generiek Symptom Check List (SCL-90-R) Brief Symptom Inventory (BSI) Uitkomstenmanagement deel 5

17 Meetinstrument Aantal items Afname-duur Kwaliteit van leven Anamnestic Comparative Self Assessment (ACSA) 1 5 Manchester Short Assessment of quality of life (MANSA) World Health Organisation Quality of Life bref (WHOQOL) Klinisch en functioneel Health of the Nation Outcome Scales versie volwassenen: HoNOS versie kinderen en jongeren: HoNOSCA versie ouderen: HoNOS Outcome Questionnaire (OQ-45) Youth Outcome Questionnaire (Y-OQ) 30/64 Cliëntwaardering en waardering van betrokkenen Trimbos Thermometer (5 versies, voor volwassenen, familieleden, jongeren, ouders over kindbegeleding en ouderbegeleding) Betrokkenen Evaluatie Schaal (BES) k kernmodule (item 16 tot 29) Oordeel over de Ontvangen Behandeling (OOB) Visie op zorg (3 versies, voor patient, hulpverlener en familielid) 28 onbekend k module 4.2. Derde selectiecriterium: wetenschappelijke evidentie Naast twee praktische criteria werd ook rekening gehouden met twee wetenschappelijke criteria: 3. Het instrument meet verandering van ernst van een stoornis en/of effectiviteit van de behandeling. Zoals aangehaald in de literatuurstudie komen louter diagnostische instrumenten niet in aanmerking (Keymolen & Casselman, 2007). 4. Er moet onderzoek gebeurd zijn naar (1) veranderingsgevoeligheid 11, (2) betrouwbaarheid 12, en/of (3) validiteit 13 van het instrument, bij voorkeur in Vlaanderen en/of Nederland (tabel 3). Daarnaast werden ook het theoretisch construct 14, de normen 15 en de factorstructuur 16 (of subschalen) onderzocht Veranderingsgevoeligheid: mate waarin een meetinstrument in staat is om veranderingen over de tijd te meten. Volgende aspecten zijn hierin van belang: unidimensionaliteit van de schaal, puntenschaal bestaande uit meer dan twee antwoordmogelijkheden en kort tijdsbestek (Vermeersch et al, 2000). 12 Betrouwbaarheid: interne consistentie, interbeoordelaars- en test-hertestbetrouwbaarheid (tabel 3). 13 Validiteit: construct, convergente, divergente en discriminerende validiteit (tabel 3). 14 Theoretisch construct: waarmee werd tijdens de testconstructie rekening gehouden; hoe meten de testconstructeurs het (de) begrip(pen); sluit het meetinstrument aan bij een bestaande theorie of heeft de auteur zelf een theoretisch onderbouw voor het meetinstrument voorzien. Het theoretisch construct houdt ook verband met de meetpretentie van het meetinstrument. 15 Normen: zijn er normgroepen beschreven? Indien er geen cut off scores zijn weergegeven, kan men zich baseren op gemiddelde testscores +/- 2 standaarddeviatie of een empirische norm. 16 Factorstructuur: wordt de factorstructuur zoals beschreven in de handleiding bevestigd in wetenschappelijke literatuur of werd een alternatieve factorstructuur gevonden? Uitkomstenmanagement deel 5 17

18 Tabel 3: soorten betrouwbaarheid en validiteit Betrouwbaarheid Interne consistentie Interbeoordelaars (enkel bij beoordelingslijsten) Test-hertest mate van samenhang tussen verschillende items, uitgedrukt in Cronbach s α. Het aantal items van een schaal kan de interne consistentie beïnvloeden: een groter aantal items heeft een positieve invloed op de interne consistentie. Daarentegen kan het schrappen van items met een lage alpha waarde ook een gunstige invloed hebben op de interne consistentie. mate waarin twee of meer beoordelaars tot dezelfde score komen. Hiervoor kunnen verschillende maten worden gebruikt: o.a. Intraclass Correlatie Coëfficiënt (ICC) of Cohens Kappa. Opmerking: de keuze van de statistische maat kan het resultaat beïnvloeden. mate waarin men tot hetzelfde resultaat komt bij een herhaalde afname. Ook hiervoor kunnen verschillende maten worden gebruikt: o.a. Pearsons correlatie, Intraclass Correlatie Coëfficiënt (ICC) of Cohens Kappa. Opmerking: de keuze van de statistische maat kan het resultaat beïnvloeden. Validiteit Construct Convergente Divergente Discriminerende mate waarin het meetinstrument overeenkomt met het achterliggende begrip. mate van samenhang met parallelle schalen. Men beoogt een hoge samenhang. mate van samenhang met andersoortige schalen. Men beoogt een lage samenhang. mate waarin een instrument normale en klinische populaties van elkaar kan onderscheiden. Het nagaan van de wetenschappelijke criteria gebeurde op twee manieren. Ten eerste werd de COTAN-gids geconsulteerd. De COTAN-gids beoordeelt testen voor gebruik in Nederland. Hoewel we over hetzelfde taalgebied spreken, moeten deze instrumenten in principe opnieuw worden beoordeeld voor hun toepassing in Vlaanderen, omdat sommige testen cultuurgevoelig blijken te zijn. Zo zijn de verschillen qua normering tussen Vlamingen en Nederlanders op cognitieve tests verwaarloosbaar, maar het tegendeel is waar voor gedragsvragenlijsten (Stinissen, 2002). Verder wensen we te onderstrepen dat het oordeel onvoldoende vooral een functie heeft van waarschuwingssignaal (Evers et al, 2000). Ten tweede werd via elektronische databanken wetenschappelijke literatuur geraadpleegd. In PubMed en PsycLit werden de meetinstrumenten (en hun acroniem) gecombineerd met de trefwoorden reliability, validity, psychometric properties, Flemish en Dutch. Zeven meetinstrumenten kregen vrij recent een COTAN-beoordeling (tabel 4). Het aantal waarschuwingssignalen per meetinstrument varieert van 0 (Inventarisatielijst Omgaan met Anderen, IOA & Symptom Check List, SCL-90-R) tot 6 (Korte Indicatieve Vragenlijst voor Psychosociale Problematiek bij Adolescenten, KIVPA). De meeste waarschuwingssignalen werden 18 Uitkomstenmanagement deel 5

19 gegeven voor kwaliteit van de handleiding (4), normen (5) en criteriumvaliditeit (5). De redenen voor het geven van een onvoldoende waren: (1) handleiding ontbreekt of er is te weinig informatie in terug te vinden; (2) normen zijn niet representatief of de representativiteit is niet te beoordelen en (3) criteriumvaliditeit is onvoldoende onderzocht (Evers et al, 2000). Voor een aantal meetinstrumenten zijn sinds de publicatie van deze resultaten nieuwe onderzoeksresultaten bekend. Tabel 4: beoordeling COTAN Constructie Materiaal Handleiding Normen BDI-II-NL goed goed goed onvoldoende (1) HRSD voldoende onvoldoende onvoldoende onvoldoende IOA goed goed goed voldoende KIVPA onvoldoende (6) voldoende onvoldoende (6) onvoldoende (1) SCL-90-R goed goed goed voldoende SDQ voldoende goed onvoldoende (6) onvoldoende (1) WHOQOL goed voldoende onvoldoende (3) onvoldoende (4) Betrouwbaarheid Begripsvaliditeit Criteriumvaliditeit Jaartal BDI-II-NL goed voldoende onvoldoende (2) 2005 HRSD voldoende voldoende onvoldoende 2000 IOA voldoende voldoende goed 2004 KIVPA onvoldoende (4) onvoldoende (2) onvoldoende (2) 2005 SCL-90-R goed goed goed 2005 SDQ voldoende voldoende onvoldoende (2) 2006 WHOQOL voldoende onvoldoende (5) onvoldoende (2) 2000 BDI-II-NL HRSD IOA KIVPA SCL-90-R SDQ WHOQOL Beck Depression Inventory Hamilton Rating Scale of Depression Inventarisatielijst Omgaan met Anderen Korte Indicatieve Vragenlijst voor Psychosociale Problematiek bij Adolescenten Symptom Check List Strengths and Difficulties Questionnaire World Health Organisation Quality of Life bref (1) normen niet representatief en/of representativiteit niet te beoordelen (2) te weinig of geen onderzoek (3) geen handleiding (4) geen normen voor individueel gebruik (5) te weinig ondersteuning voor begripsvaliditeit (6) te weinig informatie Uitkomstenmanagement deel 5 19

20 Tabel 5 geeft een summier overzicht van de veranderingsgevoeligheid, betrouwbaarheid, validiteit, theoretisch concept, normen en factorstructuur per meetinstrument. Voor meer gedetailleerde informatie verwijzen we naar hoofdstuk V. Tabel 5: wetenschappelijke evidentie Klinisch Depressie Beck Depression Inventory (BDI-II-NL) Hamilton Rating Scale of Depression (HRSD) Psychose Brief Psychiatric Rating Scale (BPRS, 3 versies) Veranderingsgevoeligheid unidim. schaal, 4-puntenschaal, één week (zeer goed) Betrouwbaarheid interne consistentie en test hertest goed Validiteit construct voldoende Veranderingsgevoeligheid undim. schaal, 3- of 5-puntenschaal, laatste 3 dagen (zeer goed) Betrouwbaarheid semi-gestructureerd interview vergroot interbeoordelaars Veranderingsgevoeligheid undim. schaal, 7-puntenschaal, 2 weken (zeer goed) Betrouwbaarheid goede interne consistentie en interbeoordelaars (mits training) Theoretisch concept gebaseerd op beschrijvingen van cliënten Normen 4 groepen Factorstructuur 1. affectieve, 2. somatische, en 3. cognitieve dimensie Theoretisch concept vooral somatische items Normen cut off scores geven globale indicatie Factorstructuur 3 of 4 factoren, consensus over ernst van symptomen en agitatie versus retardatie Factorstructuur 1. positieve psychotische symptomen, 2. depressie, 3. negatieve symptomen, 4. manie, en 5. desoriëntatie 20 Uitkomstenmanagement deel 5

21 Angst Inventarisatielijst Omgaan met Anderen (IOA) Veranderingsgevoeligheid unidim. schaal, 5-puntenschaal (goed) Betrouwbaarheid goede interne consistentie en test hertest Validiteit goede construct, convergente, divergente en discriminerende Theoretisch concept gebaseerd op bestaande vragenlijsten Normen 4 groepen Factorstructuur spanningsschaal en frequentieschaal, bestaande uit resp. 4 en 6 factoren Forensische psychiatrie Historical Clinical Risk Assessment (HCR-20) Sexual Violence Risk-20 (SVR-20) Structured Assessment of Protective Factors for Violance Risk (SAPROF) Veranderingsgevoeligheid unidim. schaal, 3-puntenschaal (goed) Betrouwbaarheid voldoende interbeoordelaars (mits training) Validiteit voldoende convergente Veranderingsgevoeligheid unidim. schaal, 3-puntenschaal (goed) Veranderingsgevoeligheid unidim. schaal, 3-puntenschaal (goed) Betrouwbaarheid goede interbeoordelaars (met consensusmethode) Validiteit aanwijzingen voor convergente Theoretisch concept gebaseerd op literatuur Factorstructuur 1. historische, 2. klinische, en 3. risicohanteringsitems Theoretisch concept gebaseerd op literatuur Factorstructuur 1. sociale aanpassing, 2. seksuele delicten, en 3. toekomstplannen Theoretisch concept gebaseerd op literatuur en klinische ervaring Factorstructuur 1. interne, 2. motivationele, en 3. externe items Uitkomstenmanagement deel 5 21

22 Verslaafdenzorg European Addiction Severity Index (EuropASI) Measurement in the Addictions for Triage and Evaluation (MATE) Betrouwbaarheid goede interne consistentie Validiteit goede divergente Betrouwbaarheid goede interbeoordelaars Factorstructuur 6 factoren, enkel alcohol- en druggebruik en psychische, emotionele klachten meten behandeleffecten Factorstructuur enkel middelengebruik, indicaties psychiatrisch/medisch consult, lichamelijk klachten, MATE/IKZ: ICFkernset & zorgbehoefte en depressie, angst en stress meten behandeleffecten Kinderen en jongeren Korte Indicatieve Vragenlijst voor Psychosociale Problematiek bij Adolescen ten (KIVPA) Strengths and Difficulties Questionnaire (SDQ, 3 versies) Veranderingsgevoeligheid unidim. schaal, 2-3- of 4-puntenschaal (goed) Betrouwbaarheid goede interne consistentie Validiteit goede convergente Veranderingsgevoeligheid unidim. schaal, 3-puntenschaal, één maand (zeer goed) Betrouwbaarheid goede interne consistentie, voldoende test hertest Validiteit goede discriminerende en convergente Factorstructuur 1 construct (psychosociaal) Theoretisch concept gebaseerd op DSM Normen cut off scores (sensitiviteit en specificiteit wordt aangegeven) Factorstructuur 1. hyperactiviteit, 2. emotionele problemen, 3. problemen met leeftijdsgenoten, 4. gedragsproblemen, en 5. pro-sociaal gedrag. Daarnaast werd ook een 3 factorenoplossing gevonden: 1. internaliserend, 2. externaliserend, en 3. prosociaal gedrag 22 Uitkomstenmanagement deel 5

23 Generiek Symptom Check List (SCL-90) Brief Symptom Inventory (BSI) Veranderingsgevoeligheid 5-puntenschaal, één week (goed) Betrouwbaarheid goede interne consistentie (SCL- 90-R), goede test hertest (BSI) Validiteit goede convergente en discriminerende Theoretisch concept selectie uit SCL-90-R items (BSI) Normen 6 groepen (SCL-90-R), 2 groepen (BSI) Factorstructuur factorstructuur werd na vertaling niet terug gevonden (SCL-90-R) Kwaliteit van leven Anamnestic Comparative Self Assessment (ACSA) Manchester Short Assessment of quality of life (MANSA) World Health Organisation Quality of Life bref (WHOQOL) Veranderingsgevoeligheid unidim. schaal, 11-puntenschaal, nu (zeer goed) Betrouwbaarheid goed? Validiteit aanwijzingen voor discriminerende Veranderingsgevoeligheid 7-puntenschaal, nu (goed) Betrouwbaarheid goede interne consistentie Validiteit goede convergente, discriminerende en divergente Veranderingsgevoeligheid unidim. schaal, 5-puntenschaal, twee weken (zeer goed) Betrouwbaarheid goede interne consistentie en test hertest Validiteit goede convergente en divergente validiteit Theoretisch concept meest positieve en negatieve levenservaring Normen bepaald door patiënt Factorstructuur 1. lichamelijk 2. psychologisch, 3. relationeel en 4. omgeving Uitkomstenmanagement deel 5 23

24 Klinisch en functioneel Health of the Nation Outcome Scales (HoNOS, 3 versies) Outcome Questionnaire (OQ-45) 2 versies Veranderingsgevoeligheid 5-puntenschaal, 2 weken (goed) Betrouwbaarheid voldoende interne consistentie (HoNOS), goede test hertest (HoNOS & HoNOSCA) en voldoende interbeoordelaars (3 versies) Validiteit voldoende construct (HoNOS & HoNOSCA), goede convergente, divergente en discriminerende (HoNOS) Veranderingsgevoeligheid 5-puntenschaal, één week (goed) Betrouwbaarheid goede interne consistentie en test hertest Validiteit voldoende convergente, divergente en discriminerende Normen normen voor verschillende groepen (HoNOS), gemiddelde scores (HoNOSCA), geen normen (HoNOS65+) Factorstructuur 4-factoren worden niet altijd gevonden, er wordt een neurotische en psychotische factor gesuggereerd Normen 2 groepen Factorstructuur 1. symptomen, 2. sociale relaties en 3. disfunctioneren op werk/opleiding Cliëntwaardering en waardering van betrokkenen Trimbosthermometer (5 versies) Betrokkenen Evaluatie Schaal (BES, kernmodule) Betrouwbaarheid voldoende interne consistentie Veranderingsgevoeligheid 5-puntenschaal, 4 weken (goed) Betrouwbaarheid voldoende interne consistentie en test hertest Validiteit aanwijzingen voor convergente en divergente Factorstructuur 1. informatie, 2. inspraak, 3. hulpverlener en 4. resultaat Theoretisch concept gebaseerd op literatuur Factorstructuur 1. spanning 2. toezicht 3. zorgen maken, en 4. aansporen 24 Uitkomstenmanagement deel 5

25 Oordeel over de Ontvangen Behandeling (OOB) Visie op zorg (3 versies) Veranderingsgevoeligheid 7-puntenschaal Betrouwbaarheid goede interne consistentie Validiteit aanwijzingen voor convergente Veranderingsgevoeligheid 6-puntenschaal Betrouwbaarheid goede interne consistentie Theoretisch concept gebaseerd op uitspraken van patiënten en hulpverleners Factorstructuur (1) kliniek, (2) sfeer, (3) behandelprogramma, (4) zelfstandigheid, (5) contact behandelaars, en (6) resultaat Theoretisch concept gebaseerd op literatuur Factorstructuur (1) sociale relaties/praktische hulp, (2) behandeling/opvolging ziekteverloop, (3) informatie en inzicht, en (4) zorgcoördinatie en continuïteit 4.3. Compromis Sommige auteurs nemen aan dat korte meetinstrumenten een lagere betrouwbaarheid hebben dan langere meetinstrumenten. Ze redeneren dat men met relatief weinig items moeilijker een concept kan meten (Sijtsma et al, 2007). Het combineren van bovenstaande criteria van wetenschappelijkheid en praktische bruikbaarheid lijkt diametraal tegenover elkaar te staan: korte meetinstrumenten winnen aan praktische bruikbaarheid, maar kunnen inboeten aan wetenschappelijkheid (betrouwbaarheid). Echter, langere meetinstrumenten bevatten vooral items die minder goed het beoogde concept meten. Een langere test kan dus worden ingekort door alleen die items te gebruiken die voldoende het concept dekken. Zo werd de SCL-90-R ingekort met de BSI als resultaat. Bij de itemselectie werden enkel items weerhouden met een hoge interne consistentie. Er zal soms, zoals uit tabellen 2, 4 en 5 blijkt, een compromis moeten gevonden worden tussen praktische bruikbaarheid en wetenschappelijkheid. Gezien de praktische bruikbaarheid van essentieel belang is, zullen we bij korte meetinstrumenten de interne consistentie moeten bewaken. Deze was voor de meerderheid van de meetinstrumenten goed of voldoende. Uitkomstenmanagement deel 5 25

26 Hoofdstuk V: Set van meetinstrumenten In dit samenvattend deel worden de kwantitatieve meetinstrumenten voorgesteld. Eerst beschrijven we de meetpretentie, daarna volgen de psychometrische kwaliteiten. Hoewel er voor sommige meetinstrumenten zowel een invul- als semi-gestructureerd interviewversie bestaat, werden geen kwalitatieve technieken geselecteerd Klinisch Depressie Voor depressie werden twee meetinstrumenten geselecteerd: Beck Depression Inventory (BDI-II-NL) en Hamilton Rating Scale of Depression (HRSD), respectievelijk ingevuld door de patiënt en hulpverlener. De BDI-II-NL is een veelgebruikte zelfrapportagevragenlijst voor het meten van de ernst van een depressie. De vragenlijst bestaat uit uitspraken van klachten waaruit de patiënt de uitspraak moet kiezen die het beste beschrijft hoe hij/zij zich de afgelopen week voelde (van der Does, 2002). Van de HRSD zijn verschillende versies in omloop. Een van de best onderzochte versies is die van Bech & Rafaelsen, bestaande uit 17 items (Nolen et al, 2004). Beide meetinstrumenten hebben een beperkt aantal items en zijn beperkt in afnameduur. Bovendien zijn beiden zeer gevoelig voor verandering en worden ze in Vlaanderen veel gebruikt (Baert, 2007). De HRSD meet vooral somatische aspecten van depressie, terwijl de BDI-II-NL ook cognitieve aspecten meet. De betrouwbaarheid en validiteit is voor beide meetinstrumenten voldoende. Het toepassen van het semi-gestructureerde interview heeft een positieve invloed op de interbeoordelaarsbetrouwbaarheid van de HRSD. De BDI-II-NL en de HRSD krijgen respectievelijk 2 en 4 keer een waarschuwingssignaal in de COTAN-gids (Evers et al, 2000). Ondanks het feit dat er weinig onderzoek gebeurd is naar de betrouwbaarheid en de validiteit van de Nederlandstalige HRSD, wordt het gebruik toch aangeraden omdat de items uitgebreid geoperationaliseerd zijn. Bovendien sluit het instrument goed aan bij versies die internationaal het meest gebruikt worden (Demyttenaere et al, 2003; Dorrepaal et al, 1998; Kupka et al, 1996; Shafer et al, 2006; Van Schaik et al, 2000) Psychose De Brief Psychiatric Rating Scale (BPRS) is oorspronkelijk ontwikkeld voor effectonderzoek van de behandeling van mensen met schizofrenie. Er bestaan verschillende versies van dit instrument, met een verschillend aantal items. Tegenwoordig maakt men vooral gebruik van een gevalideerde 24-itemversie (BPRS-E), waarin ook vragen over angst en depressie zijn opgenomen (Dingemans, 1995a). De korte versie met 18 items is meer op psychotische problematieken gericht. Voor de BPRS-C werden te weinig gegevens gevonden (Lachar et al, 2001). De BPRS, ingevuld door de hulpverlener, heeft een beperkt aantal items en is beperkt in afnameduur. Het instrument is zeer gevoelig voor verandering, toont een goede interne consistentie en interbeoordelaarsbetrouwbaarheid. Training van de beoordelaars is echter aangewezen. Hoewel er relatief weinig onderzoek is gebeurd naar de psychometrische kwaliteiten van dit meetinstrument, wordt het internationaal veel gebruikt (Dingemans et al, 1995a & 1995b; Hofkenscheid et al, 1991, 2000a & 2000b; Knegtering et al, 2004; Lachar et al, 2001; Mogge et al, 2002; Mortimer et al, 2007; Ruggeri et al, 2005; Thomas et al, 2004). 26 Uitkomstenmanagement deel 5

27 Angst De Inventarisatielijst Omgaan met Anderen (IOA) is een zelfbeoordelingslijst voor het meten van sociale angst en sociale vaardigheden. Er zijn twee schalen. Op een vijfpuntenschaal geeft men eerst aan hoe gespannen men zich voelt (spanningsschaal) en daarna hoe vaak men het gedrag uitvoert (frequentieschaal) (van Dam et al, 2000). Dit meetinstrument krijgt in de COTAN-gids op geen enkel criteria een waarschuwingssignaal (Evers et al, 2000). De betrouwbaarheid en validiteit zijn voldoende onderzocht. De IOA is ook gevoelig voor verandering en wordt in Vlaanderen veel gebruikt (Baert, 2007) Forensische psychiatrie Voor de forensische psychiatrie werden drie meetinstrumenten geselecteerd: Historical Clinical Risk Assessment (HCR-20), Sexual Violence Risk-20 (SVR-20) en Structured Assessment of Protective Factors for Violence Risk (SAPROF). De HCR-20, een risicotaxatie-instrument, bestaat uit 20 items, verdeeld over 3 domeinen: historisch, klinisch en risicohantering (Philipse et al, 2000). De SVR-20, ook een risicotaxatie instrument, bestaat eveneens uit 20 items verdeeld over 3 domeinen: psychosociale aanpassing, seksuele delicten en toekomstplannen (Hildebrand et al, 2002). De SAPROF daarentegen is een checklist voor het beoordelen van beschermende factoren voor gewelddadig gedrag. Dit instrument is een aanvulling op de HCR-20 of de SVR-20. De SAPROF kan waardevol zijn bij het opstellen van behandeldoeleinden en evalueren van vooruitgang in de behandeling (de Vogel et al, 2007). Deze drie instrumenten, ingevuld door de hulpverlener, hebben een beperkt aantal items en kunnen, mits voldoende dossier- en wetenschappelijke kennis, vlot worden gescoord. De veranderingsgevoeligheid is goed. De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid van de HCR-20 en SAPROF is goed. Toch wordt aangeraden om deze instrumenten door twee beoordelaars te laten invullen en vervolgens een consensusgesprek te laten plaatsvinden om tot overeenstemming in de scores en het klinisch eindoordeel te komen. Deze procedure neemt meer tijd in beslag, maar is nodig om tot een betrouwbaar oordeel te komen. Internationaal zijn de HCR-20 en de SVR-20 goed onderzocht. Ook voor de Nederlandstalige versies van de HCR-20 en SVR-20 zijn aanwijzingen voor voldoende betrouwbaarheid en validiteit te vinden. De psychometrische kwaliteiten van de SAPROF worden verder onderzocht (Lammens, 2007; Van Hoorn et al, 2005) Verslaafdenzorg Voor de verslaafdenzorg werden twee instrumenten geselecteerd: de European Addiction Severity Index (EuropASI) en de Measurement in the Addiction for Triage and Evaluation (MATE). De EuropASI, een vertaling en bewerking van een Amerikaans instrument, brengt het effect van middelengebruik (én de behandeling ervan) in kaart. Dit semi-gestructureerd interview biedt een goede probleeminventarisatie van zeven potentiële probleemgebieden: medisch, professioneel, middelengebruik, juridisch, familiaal, sociaal, psychiatrisch (Raes et al, 2005). De MATE is een instrument geschikt voor het meten van patiëntenkenmerken in de verslaafdenzorg en de evaluatie van de verleende zorg (Schippers et al, 2007). Beide meetinstrumenten zijn modulair opgebouwd en worden ingevuld door de hulpverlener. Hoewel er indicaties zijn voor een goede betrouwbaarheid en validiteit, worden de psychometrische kwaliteiten van de EuropASI op bepaalde domeinen in vraag gesteld. De MATE werd ontwikkeld in Nederland en is in veel opzichten vergelijkbaar met de EuropASI. Een goede interbeoordelaarsbetrouwbaarheid werd reeds vastgesteld. Andere psychometrische kwaliteiten worden verder onderzocht. Nadelen zijn de rela- Uitkomstenmanagement deel 5 27

Hoe resultaten van behandeling meten in de klinische praktijk? Oproep tot deelname

Hoe resultaten van behandeling meten in de klinische praktijk? Oproep tot deelname Stefaan Baert Hoe resultaten van behandeling meten in de klinische praktijk? Oproep tot deelname Het meten van uitkomsten van behandeling krijgt met mondjesmaat een plaats in de Vlaamse geestelijke gezondheidszorg.

Nadere informatie

ROM vanuit cliëntperspectief. Beoordeling ROM-instrumentarium vanuit cliënten-/familieperspectief

ROM vanuit cliëntperspectief. Beoordeling ROM-instrumentarium vanuit cliënten-/familieperspectief ROM vanuit cliëntperspectief Beoordeling ROM-instrumentarium vanuit cliënten-/familieperspectief Lotte Kits Steven Makkink Expertgroep ROM vanuit cliëntperspectief LPGGz december 2011 Inhoudsopgave 1.

Nadere informatie

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Samenvatting The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Als werknemers door ziekte hun werk niet meer kunnen doen betaalt de werkgever

Nadere informatie

uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 6

uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 6 uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 6 Vlaamse Vereniging voor Geestelijke Gezondheid Stefaan Baert Meetinstrumenten bij de behandeling in de geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

Periodieke monitoring binnen behandelplangericht werken

Periodieke monitoring binnen behandelplangericht werken CGG AHASVERUS Periodieke monitoring binnen behandelplangericht werken Behandelplangericht werken en monitoring Doelstellingen 1. Betere afstemming realiseren tussen cliënt en hulpverlener wat betreft focus

Nadere informatie

ROM in de ouderenpsychiatrie

ROM in de ouderenpsychiatrie Improving Mental Health by Sharing Knowledge ROM in de ouderenpsychiatrie Marjolein Veerbeek Richard Oude Voshaar, Anne Margriet Pot Financier: Ministerie van VWS 2 Routine Outcome Monitoring Definitie

Nadere informatie

The Disability Assessment Structured Interview

The Disability Assessment Structured Interview RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN The Disability Assessment Structured Interview Its reliability and validity in work disability assessment Proefschrift ter verkrijging van het doctoraat in de Medische Wetenschappen

Nadere informatie

SAMENVATTING. Samenvatting

SAMENVATTING. Samenvatting Samenvatting SAMENVATTING PSYCHOMETRISCHE EIGENSCHAPPEN VAN ADL- EN WERK- GERELATEERDE MEETINSTRUMENTEN VOOR HET METEN VAN BEPERKINGEN BIJ PATIËNTEN MET CHRONISCHE LAGE RUGPIJN. Chronische lage rugpijn

Nadere informatie

Wetenschappelijk onderzoek bij lage rugpijn: wat en hoe moeten we meten?

Wetenschappelijk onderzoek bij lage rugpijn: wat en hoe moeten we meten? Samenvatting 403 Wetenschappelijk onderzoek bij lage rugpijn: wat en hoe moeten we meten? Lage rugpijn (LRP) is wereldwijd de meest voorkomende oorzaak van beperkingen. Dit blijkt uit studies naar ziektelast

Nadere informatie

Zimmerman, Sheeran, & Young. Beoordelen van de aanwezigheid van depressie

Zimmerman, Sheeran, & Young. Beoordelen van de aanwezigheid van depressie DIAGNOSTIC INVENTORY FOR DEPRESSION (DID) Zimmerman, M., Sheeran, T., & Young, D. (2004). The Diagnostic Inventory for Depression: A self-report scale to diagnose DSM-IV Major Depressive Disorder. Journal

Nadere informatie

Ontwikkeling van de vragenlijst Betrouwbaarheid en validiteit

Ontwikkeling van de vragenlijst Betrouwbaarheid en validiteit 109 Samenvatting 110 Inleiding Dit proefschrift beschrijft de ontwikkeling van een vragenlijst die door patiënten zelf in te vullen is om zowel gewenste (effectiviteit) als ongewenst effecten (bijwerkingen/tolerabiliteit)

Nadere informatie

Workshop HoNOS en MANSA

Workshop HoNOS en MANSA Workshop HoNOS en MANSA Voor het ROM Doorbraakproject Deel 1 2015 Annet Nugter en Petra Tamis GGZ Noord-Holland-Noord Inhoud workshop Kennismaking Introductie HoNOS en MANSA: Wat zijn dit voor instrumenten

Nadere informatie

Onderzoek met de SAPROF

Onderzoek met de SAPROF Onderzoek met de SAPROF De Vries Robbé & De Vogel SAPROF 2 e Editie handleiding, 2012 Betrouwbaarheid en validiteit Retrospectief dossieronderzoek In verschillende internationale instellingen wordt momenteel

Nadere informatie

ROM Light in Vlaanderen: de Tool voor Uitkomstenmeting

ROM Light in Vlaanderen: de Tool voor Uitkomstenmeting ROM Light in Vlaanderen: de Tool voor Uitkomstenmeting Stefaan Baert Vlaamse Vereniging voor Geestelijke Gezondheid stef@vvgg.be 10 november 2011 Congres Routine Outcome Monitoring in de ggz Overzicht

Nadere informatie

Kennissessie Meetinstrumenten Kennissessie meetinstrumenten. Overstappen van meetinstrument, naar welk en hoe?

Kennissessie Meetinstrumenten Kennissessie meetinstrumenten. Overstappen van meetinstrument, naar welk en hoe? Kennissessie Meetinstrumenten 09-05-2016 Kennissessie meetinstrumenten Overstappen van meetinstrument, naar welk en hoe? Besluit SBG Communicatie 29/12/2015 Per 1 juli 2016 wordt het aantal meetinstrumenten

Nadere informatie

SMART4U: een app om sociale contacten uit te breiden voor mensen met ernstige psychische aandoeningen. Dr. Willeke Manders Léon van Woerden MScN

SMART4U: een app om sociale contacten uit te breiden voor mensen met ernstige psychische aandoeningen. Dr. Willeke Manders Léon van Woerden MScN SMART4U: een app om sociale contacten uit te breiden voor mensen met ernstige psychische aandoeningen Dr. Willeke Manders Léon van Woerden MScN Inhoud presentatie Wat is Smart4U Doel van het onderzoek

Nadere informatie

Handycard Zorgmonitor 1 SDQ en KIDSCREEN-27

Handycard Zorgmonitor 1 SDQ en KIDSCREEN-27 Handycard Zorgmonitor 1 SDQ en KIDSCREEN-27 SDQ (Strenghts and Difficulties Questionnaire) Meet de psychosociale aanpassing van de jeugdige. De SDQ wordt ingevuld door jeugdigen zelf (11-17 jaar) en ouders

Nadere informatie

Onderzoek naar de effectiviteit van de residentieel geïntegreerde behandeling voor patiënten met een dubbeldiagnose

Onderzoek naar de effectiviteit van de residentieel geïntegreerde behandeling voor patiënten met een dubbeldiagnose Onderzoek naar de effectiviteit van de residentieel geïntegreerde behandeling voor patiënten met een dubbeldiagnose Prof. Sabbe (CAPRI UA) Malone Maureen (CAPRI UA) Overzicht Definities Onderzoeksvragen

Nadere informatie

De ziektelastmeter COPD: de betrouwbaarheid en de ervaringen van huisartsen tot nu toe. Onno van Schayck. Cahag Conferentie 15-1-2015.

De ziektelastmeter COPD: de betrouwbaarheid en de ervaringen van huisartsen tot nu toe. Onno van Schayck. Cahag Conferentie 15-1-2015. De ziektelastmeter COPD: de betrouwbaarheid en de ervaringen van huisartsen tot nu toe Onno van Schayck Cahag Conferentie 15-1-2015 Disclosure belangen spreker (Potentiële) belangenverstrengeling Voor

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Het in kaart brengen en bespreken van de kwaliteit van leven van adolescenten met type 1 diabetes in de reguliere zorg

Nederlandse samenvatting. Het in kaart brengen en bespreken van de kwaliteit van leven van adolescenten met type 1 diabetes in de reguliere zorg Nederlandse samenvatting Het in kaart brengen en bespreken van de kwaliteit van leven van adolescenten met type 1 diabetes in de reguliere zorg Dit proefschrift richt zich op adolescenten met type 1 diabetes

Nadere informatie

Gebruik van de OQ-45 in de behandeling, ook U? Katinka Franken Neuropsycholoog

Gebruik van de OQ-45 in de behandeling, ook U? Katinka Franken Neuropsycholoog Gebruik van de OQ-45 in de behandeling, ook U? Katinka Franken Neuropsycholoog zondag 19 februari 2012 Doelen ROM (routine outcome monitoring) Secundair 1. gegevensverzameling voor beleid 2. gegevensverzameling

Nadere informatie

Screening en behandeling van psychische problemen via internet. Viola Spek Universiteit van Tilburg

Screening en behandeling van psychische problemen via internet. Viola Spek Universiteit van Tilburg Screening en behandeling van psychische problemen via internet Viola Spek Universiteit van Tilburg Screening en behandeling van psychische problemen via internet Online screening Online behandeling - Effectiviteit

Nadere informatie

Auteur Bech, Rasmussen, Olsen, Noerholm, & Abildgaard. Meten van de ernst van depressie

Auteur Bech, Rasmussen, Olsen, Noerholm, & Abildgaard. Meten van de ernst van depressie MAJOR DEPRESSION INVENTORY (MDI) Bech, P., Rasmussen, N.A., Olsen, R., Noerholm, V., & Abildgaard, W. (2001). The sensitivity and specificity of the Major Depression Inventory, using the Present State

Nadere informatie

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Hoofd / hals Overige, ongespecificeerd

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Hoofd / hals Overige, ongespecificeerd Uitgebreide toelichting van het meetinstrument ComVoor Voorlopers in communicatie 31 oktober 2011 Review M. Jungen Invoer: E. van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende

Nadere informatie

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de

Nadere informatie

gegeven met informatie over risico, complexiteit, duur, ernst en een doorverwijzingsadvies.

gegeven met informatie over risico, complexiteit, duur, ernst en een doorverwijzingsadvies. Geachte, Pearson start een onderzoek naar Innerview. Innerview is een beslissingsondersteunend instrument (BOI) voor doorverwijzing in de geestelijke gezondheidszorg en is uniek in zijn soort als het gaat

Nadere informatie

JGZ-richtlijn Autismespectrumstoornissen Januari 2015

JGZ-richtlijn Autismespectrumstoornissen Januari 2015 JGZrichtlijn Autismespectrumstoornissen Bijlage Kenmerken van ASS specifieke instrumenten CBCL Gedrags Vragenlijst voor Kinderen / Child Behavior Checklist. Nieuwste versie 2003 De CBCL biedt geen diagnose,

Nadere informatie

Meten van lichaamsbeleving

Meten van lichaamsbeleving Meten van lichaamsbeleving ALV NVPMT 31 maart 2016 Mia Scheffers wjscheffers@gmail.com 1 Twee delen Deel 1 Waarom belangrijk; resultaten tot nu toe Deel 2 Obstakels en valkuilen, aandachtspunten 2 Waarom?

Nadere informatie

Dit proefschrift behandelt de signalering door de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van kinderen met psychosociale problemen en gaat daarbij met name in de

Dit proefschrift behandelt de signalering door de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van kinderen met psychosociale problemen en gaat daarbij met name in de 11 Samenvatting 149 Dit proefschrift behandelt de signalering door de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van kinderen met psychosociale problemen en gaat daarbij met name in de op de vraag of korte vragenlijsten

Nadere informatie

FDGG-werknamiddag Uitkomstenmanagement

FDGG-werknamiddag Uitkomstenmanagement We zijn er bijna, we zijn er bijna maar nog niet helemaal Of toch? VANDAAG 13u45: Inleiding 14u15: 3 verdiepende workshops 15u15: Pauze 15u30: Terugkoppeling & bespreking INLEIDING Visietekst Korte voorstelling

Nadere informatie

Toegankelijkheid en effectiviteit van de geestelijke gezondheidszorg voor ouderen. Samenvatting

Toegankelijkheid en effectiviteit van de geestelijke gezondheidszorg voor ouderen. Samenvatting Toegankelijkheid en effectiviteit van de geestelijke gezondheidszorg voor ouderen Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Psychische stoornissen komen geregeld voor bij ouderen (65-plus).

Nadere informatie

De intramurale behandeling van forensische patienten met een persoonlijkheidsstoornis

De intramurale behandeling van forensische patienten met een persoonlijkheidsstoornis De intramurale behandeling van forensische patienten met een persoonlijkheidsstoornis Een empirische studie Treatment outcome in personality disordered forensic patients An empirical study ( with a summary

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15

Nadere informatie

Gebruik van PROMs individueel versus groepsniveau. Riekie de Vet

Gebruik van PROMs individueel versus groepsniveau. Riekie de Vet Gebruik van PROMs individueel versus groepsniveau Riekie de Vet Klinimetrie: meten in de geneeskunde Het meten van symptomen, diagnostiek, uitkomsten van behandelingen, gezondheidsstatus en bijvoorbeeld

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2

Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 179 In dit proefschrift werden de resultaten beschreven van studies die zijn verricht bij volwassen vrouwen met symptomen van bekkenbodem dysfunctie. Deze symptomen komen frequent voor en kunnen de kwaliteit

Nadere informatie

recidiverende en aanhoudende dwanggedachten (obsessies) die duidelijke angst

recidiverende en aanhoudende dwanggedachten (obsessies) die duidelijke angst Nederlandse samenvatting Patiënten met een obsessieve-compulsieve stoornis (OCS) hebben last van recidiverende en aanhoudende dwanggedachten (obsessies) die duidelijke angst veroorzaken. Om deze angst

Nadere informatie

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Overige, ongespecificeerd

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Overige, ongespecificeerd Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Utrechtse Coping Lijst (UCL) November 2012 Review: 1. A. Lueb 2. M. Jungen Invoer: E. van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking

Nadere informatie

uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 9

uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 9 uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 9 Vlaamse Vereniging voor Geestelijke Gezondheid Stefaan Baert, Wouter Vanderplasschen & Joris Casselman De toepassing van meetinstrumenten:

Nadere informatie

Beschrijving zorgclustermodel ggz. Voor deelnemers aan pilotfase 2

Beschrijving zorgclustermodel ggz. Voor deelnemers aan pilotfase 2 Beschrijving zorgclustermodel ggz Voor deelnemers aan pilotfase 2 Inhoud In document treft u de volgende informatie aan: 1. De beslisboom met de indeling van de zorgclusters; 2. De beschrijving van de

Nadere informatie

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening.

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening. amenvatting Elk jaar krijgen in Nederland zo n 45.000 mensen een beroerte, ook wel CVA (Cerebro Vasculair Accident) genoemd. Ongeveer 60% van hen keert na opname in het ziekenhuis of revalidatiecentrum

Nadere informatie

Actuarieel Risicotaxatie Instrument voor Jeugdbescherming (ARIJ)

Actuarieel Risicotaxatie Instrument voor Jeugdbescherming (ARIJ) Actuarieel Risicotaxatie Instrument voor Jeugdbescherming (ARIJ) Mirte Forrer, Jeugdbescherming Regio Amsterdam Claudia van der Put, Universiteit van Amsterdam Jeugdbescherming Ieder kind veilig GGW FFPS

Nadere informatie

Helpt het hulpmiddel?

Helpt het hulpmiddel? Helpt het hulpmiddel? Het belang van meten Zuyd, Lectoraat Autonomie en Participatie Faculteit Gezondheidszorg Dr. Ruth Dalemans, Prof. Sandra Beurskens 08-10-13 Doelstellingen van deze presentatie Inzicht

Nadere informatie

DOORBRAAKPROJECT ROM. Het begin van het einde. Williams,

DOORBRAAKPROJECT ROM. Het begin van het einde. Williams, DOORBRAAKPROJECT ROM Het begin van het einde Williams, 151124 Doorbraakproject ROM Project Trimbos-instituut in opdracht van het Landelijk Platform GGZ, de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie, het

Nadere informatie

The black-box ontmanteld: outcome als input voor continue kwaliteitsverbetering binnen de geestelijke gezondheidszorg

The black-box ontmanteld: outcome als input voor continue kwaliteitsverbetering binnen de geestelijke gezondheidszorg The black-box ontmanteld: outcome als input voor continue kwaliteitsverbetering binnen de geestelijke gezondheidszorg O. Peene (PhD) P. Cokelaere (MSc, MBA) V. Meesseman (MSc) Onze kernopdracht De gezondheid,

Nadere informatie

UITKOMSTENMANAGEMENT IN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG IN VLAANDEREN DEEL 4

UITKOMSTENMANAGEMENT IN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG IN VLAANDEREN DEEL 4 UITKOMSTENMANAGEMENT IN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG IN VLAANDEREN DEEL 4 Vlaamse Vereniging voor Geestelijke Gezondheid Stefaan Baert CONCEPT MAP VAN GOEDE PSYCHIATRISCHE BEHANDELING STAKEHOLDERSBEVRAGING

Nadere informatie

Confusion State Evaluation (CSE)

Confusion State Evaluation (CSE) Confusion State Evaluation (CSE) Robertsson B, Karlsson I, Styrud E, Gottfries CG. (1997) Confusional State Evaluation (CSE): an instrument for measuring severity of delirium in the elderly. Meetinstrument

Nadere informatie

Algemene meetinstrumenten in de psychiatrische praktijk

Algemene meetinstrumenten in de psychiatrische praktijk Algemene meetinstrumenten in de psychiatrische praktijk j. m. h a v e n a a r, j. v a n o s, d. w i e r s m a samenvatting Het gebruik van meetinstrumenten om verschillende aspecten van de toestand van

Nadere informatie

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen

Nadere informatie

Eerste contactpersoon Dr. Jos van Loon Manager Arduin / onderzoeker en prof. aan de Vakgroep Orthopedagogiek Gent

Eerste contactpersoon Dr. Jos van Loon Manager Arduin / onderzoeker en prof. aan de Vakgroep Orthopedagogiek Gent Checklist Contactgegevens Onderstaand vult u de contactgegevens in van de eerste én tweede contactpersoon voor wanneer er vragen zijn over het instrument(en), de aangeleverde documentatie of anderszins.

Nadere informatie

Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken)

Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken) Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken) 101 102 Hoofdstuk 1. Algemene introductie Het belangrijkste doel van dit proefschrift was het ontwikkelen van de Interactieve Tekentest (IDT), een nieuwe test

Nadere informatie

Dit proefschrift presenteert de resultaten van het ALASCA onderzoek wat staat voor Activity and Life After Survival of a Cardiac Arrest.

Dit proefschrift presenteert de resultaten van het ALASCA onderzoek wat staat voor Activity and Life After Survival of a Cardiac Arrest. Samenvatting 152 Samenvatting Ieder jaar krijgen in Nederland 16.000 mensen een hartstilstand. Hoofdstuk 1 beschrijft de achtergrond van dit proefschrift. De kans om een hartstilstand te overleven is met

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument.

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 3. Toelichting bij de criteria voor

Nadere informatie

Development of the diabetes problem solving measure for adolescents. Diabetes Educ 27:865 874, 2001

Development of the diabetes problem solving measure for adolescents. Diabetes Educ 27:865 874, 2001 Diabete Problem Solving Measure for Adolescents (DPSMA) Cook S, Alkens JE, Berry CA, McNabb WL (2001) Development of the diabetes problem solving measure for adolescents. Diabetes Educ 27:865 874, 2001

Nadere informatie

Training Routine Outcome Monitoring en het bespreken van feedback

Training Routine Outcome Monitoring en het bespreken van feedback Training Routine Outcome Monitoring en het bespreken van feedback door van Programma 1. Wat is ROM en waarom? 2. Welke vragenlijsten worden ingevuld? 3. Hoe zien de rapportages er uit? 4. Hoe kun je de

Nadere informatie

PROMIS. De nieuwe gouden standaard voor PROMs. Kenniscentrum Meetinstrumenten Afdeling Epidemiologie en Biostatistiek VU Medisch Centrum

PROMIS. De nieuwe gouden standaard voor PROMs. Kenniscentrum Meetinstrumenten Afdeling Epidemiologie en Biostatistiek VU Medisch Centrum PROMIS De nieuwe gouden standaard voor PROMs Dr. Caroline Terwee Dutch-Flemish PROMIS group Kenniscentrum Meetinstrumenten Afdeling Epidemiologie en Biostatistiek VU Medisch Centrum Dr. Dolf de Boer Vraaggestuurde

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een interventieonderzoek (bij voorkeur een RCT)

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een interventieonderzoek (bij voorkeur een RCT) Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een interventieonderzoek (bij voorkeur een RCT) Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 4 1 Toelichting bij de criteria voor

Nadere informatie

BURNOUT ASSESSMENT TOOL

BURNOUT ASSESSMENT TOOL BURNOUT ASSESSMENT TOOL Wat is de BAT? De eigenschappen en sterktes van de nieuwe meting Woensdag 20 maart 2019 Inhoud 1- Hoe betrouwbaar & valide is de BAT? 2- Hoe gebruik je de BAT? 3- Hoeveel werkenden

Nadere informatie

Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG)

Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG) Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG) Bowman, L. (2006) "Validation of a New Symptom Impact Questionnaire for Mild to Moderate Cognitive Impairment." Meetinstrument Patient-reported

Nadere informatie

Overzicht Klinische lessen. Dominique Selviyan

Overzicht Klinische lessen. Dominique Selviyan Overzicht Klinische lessen Dominique Selviyan Voorwoord Geachte lezer, Dit is het overzicht van de studiestof voor Klinische Lessen. Het betreft een overzicht van de literatuur gegeven bij de hoorcolleges.

Nadere informatie

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Algemeen, Overig, ongespecificeerd

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Algemeen, Overig, ongespecificeerd Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Beck Depression Inventory (BDI) 10 januari 2012 review: E Swinkels-Meewisse invoer: E van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking

Nadere informatie

uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 7

uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 7 uitkomstenmanagement in de geestelijke gezondheidszorg in vlaanderen deel 7 Vlaamse Vereniging voor Geestelijke Gezondheid Stefaan Baert, Filip Desmit, Eric Herman, Lorentz Verbeerst, Kirsten Adriaenssens,

Nadere informatie

17-1-2013. De ontwikkeling van de ziektelastmeter Behandelalgoritme / computer programma Het onderzoek

17-1-2013. De ontwikkeling van de ziektelastmeter Behandelalgoritme / computer programma Het onderzoek Patiënt-empowerment; het individueel zorgplan en de ziektelastmeter bij COPD Onno van Schayck CAHAG 7e conferentie Utrecht, 24 januari 2013 Inhoud De ontwikkeling van de ziektelastmeter Behandelalgoritme

Nadere informatie

ROM met de OQ-45. Kim la Croix, sheets: Kim de Jong. Discover the world at Leiden University

ROM met de OQ-45. Kim la Croix, sheets: Kim de Jong. Discover the world at Leiden University ROM met de OQ-45 Kim la Croix, sheets: Kim de Jong Vraag Gebruikt u op dit moment de OQ-45? a. Nee, maar ik overweeg deze te gaan gebruiken b. Ja, maar ik gebruik hem nog beperkt c. Ja, ik gebruik hem

Nadere informatie

BIJLAGE 8: QUALIDEM. Inleiding. Het instrument heeft een eerste toetsing bij 240 mensen met lichte tot zeer ernstige dementie ondergaan.

BIJLAGE 8: QUALIDEM. Inleiding. Het instrument heeft een eerste toetsing bij 240 mensen met lichte tot zeer ernstige dementie ondergaan. IJLGE 8: QULIDEM Inleiding et instrument heeft een eerste toetsing bij 4 mensen met lichte tot zeer ernstige dementie ondergaan. Daarmee is een eerste versie van een bruikbaar instrument ontwikkeld. et

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting Op grond van klinische ervaring en wetenschappelijk onderzoek, is bekend dat het gezamenlijk voorkomen van een pervasieve ontwikkelingsstoornis en een verstandelijke beperking tot veel bijkomende

Nadere informatie

PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WETENSCHAPSBELEID. ONDERZOEK NAAR DE EFFECTIVITEIT VAN

PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WETENSCHAPSBELEID. ONDERZOEK NAAR DE EFFECTIVITEIT VAN PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WETENSCHAPSBELEID. ONDERZOEK NAAR DE EFFECTIVITEIT VAN BEHANDELINGSPROGRAMMA'S, SPECIFIEK VOOR PATIËNTEN MET EN DUBBELE DIAGNOSE. Promotor: Prof. Dr. B. Sabbe

Nadere informatie

CALM: MANAGING CANCER AND LIVING MEANINGFULLY FROUKJE DE VRIES EMMA HAFKAMP

CALM: MANAGING CANCER AND LIVING MEANINGFULLY FROUKJE DE VRIES EMMA HAFKAMP CALM: MANAGING CANCER AND LIVING MEANINGFULLY FROUKJE DE VRIES EMMA HAFKAMP WAAROM CALM? Ongeveer 25% van de oncologische patiënten in de palliatieve fase ontwikkelt een depressie of aanpassingsstoornis.

Nadere informatie

Innovatie in gestructureerde risicotaxatievan geweld: De HCR:V3 en SAPROF. Donderdag 6 december 2012 Kevin Douglas, Michiel de Vries Robbé

Innovatie in gestructureerde risicotaxatievan geweld: De HCR:V3 en SAPROF. Donderdag 6 december 2012 Kevin Douglas, Michiel de Vries Robbé Innovatie in gestructureerde risicotaxatievan geweld: De HCR:V3 en SAPROF Donderdag 6 december 2012 Kevin Douglas, Michiel de Vries Robbé Programma 13.00-13.15 Opening 13.15-14.30 HCR:V3, part I 14.30-15.00

Nadere informatie

Vermaatschappelijking van de zorg: artikel 107 in cijfers

Vermaatschappelijking van de zorg: artikel 107 in cijfers Vermaatschappelijking van de zorg: artikel 107 in cijfers Overzicht Situering onderzoek Voorstelling vragenlijsten Resultaten Samenstelling doelgroep: leeftijd en geslacht Frequentie symptomatologie Evolutie

Nadere informatie

SBG zorgdomeinen, meetdomeinen, meetinstrumenten 20140101

SBG zorgdomeinen, meetdomeinen, meetinstrumenten 20140101 Versie 20140101 SBG zorgdomeinen, meetdomeinen, meetinstrumenten 20140101 Addendum bij Minimale Dataset Versiebeheer 20110204 Eerste publieke versie. 20110211 Tekstuele aanpassingen. 20110429 - Dit overzicht

Nadere informatie

De Nederlandse doelgroep van mensen met een LVB 14-12-2011. Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB)

De Nederlandse doelgroep van mensen met een LVB 14-12-2011. Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB) Zwakzinnigheid (DSM-IV-TR) Code Omschrijving IQ-range Van Basisvragenlijst LVB naar LVB-screeningsinstrument (screener LVB) Xavier Moonen Orthopedagoog/GZ-Psycholoog Onderzoeker Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

SaMenvatting (SUMMARy IN DUTCH)

SaMenvatting (SUMMARy IN DUTCH) Samenvatting (summary in Dutch) Samenvatting In hoofdstuk 1 wordt de algemene introductie van dit proefschrift beschreven. De nadruk in dit proefschrift lag op patiënten met hoofd-halskanker (HHK) en

Nadere informatie

Prestatie-indicatoren forensische psychiatrie

Prestatie-indicatoren forensische psychiatrie Prestatie-indicatoren forensische psychiatrie Eindrapportage Verslagjaar 2016 versie 1.1 (defintief) INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 3 1.1 Doelstelling... 3 1.2 Eindrapportage... 3 1.3 Aanlevering data verslagjaar

Nadere informatie

Computer Adaptief Testen in de GGZ

Computer Adaptief Testen in de GGZ Computer Adaptief Testen in de GGZ 20 april 2016 Gerard Flens Edwin de Beurs Philip Spinhoven Niels Smits Caroline Terwee Meetinstrumenten worden steeds vaker gebruikt binnen de behandeling - Routine Outcome

Nadere informatie

Projectplan overzicht (deel 1)

Projectplan overzicht (deel 1) Projectplan overzicht (deel 1) Naam umc Projectleider + email Titel activiteit Programmathema Werkplaats Draagt bij aan de volgende deliverables -zie programma- Algemeen VUmc Koen Neijenhuijs; k.i.neijenhuijs@vu.nl

Nadere informatie

BELEIDSREGEL CV-6300-4.0.1.-2

BELEIDSREGEL CV-6300-4.0.1.-2 BELEIDSREGEL Tarief en prestatiebeschrijvingen voor eerstelijns psychologische zorg 1. Algemeen a. Deze beleidsregel is van toepassing op zorgaanbieders die eerstelijns psychologische zorg leveren, welke

Nadere informatie

Geschikte uitkomstmaten voor routinematige registratie door eerstelijnspsychologen

Geschikte uitkomstmaten voor routinematige registratie door eerstelijnspsychologen Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Geschikte uitkomstmaten voor routinematige registratie door eerstelijnspsychologen I.M.J. van Beljouw P.F.M.

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) In dit proefschrift worden een aantal psychometrische methoden beschreven waarmee de accuratesse en efficientie van psychodiagnostiek in de klinische praktijk verbeterd kan worden. Psychodiagnostiek wordt

Nadere informatie

Diagnosestelling en de vernieuwde IADL-vragenlijst

Diagnosestelling en de vernieuwde IADL-vragenlijst Diagnosestelling en de vernieuwde IADL-vragenlijst Congres Moderne Dementiezorg Sessie Vroegsignalering en diagnosestelling 28 november 2011 Prof. dr. Philip Scheltens Dr. Sietske Sikkes VU Medisch Centrum

Nadere informatie

Sturen op resultaten. Zijn gestandaardiseerde vragenlijsten bruikbaar?

Sturen op resultaten. Zijn gestandaardiseerde vragenlijsten bruikbaar? Sturen op resultaten Zijn gestandaardiseerde vragenlijsten bruikbaar? Anna van Spanje (Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie) Jan Willem Veerman (Radboud Universiteit, NJi / SEJN) Congres Transformeren

Nadere informatie

Uitkomstenmanagement CGG. Voorbij het klantmodel

Uitkomstenmanagement CGG. Voorbij het klantmodel Uitkomstenmanagement CGG Largo Voorbij het klantmodel Voorbij de karikatuur We want the Messiah Soms werkt psycho-therapie niet (1/3 achteruitgang) Cijfers rond effectiviteit variëren enorm (super shrinks

Nadere informatie

Overige (Overig, ongespecificeerd)

Overige (Overig, ongespecificeerd) Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Voice Related Quality of Life Measure (V-RQOL) 21 oktober 2011 Review 1: T. Dassen, K. v Nes, N. v Wersch Review 2: M. Jungen Invoer: E. Van Engelen 1 Algemene

Nadere informatie

Zelfredzaamheid-Matrix. Volledige en telbare beoordeling van cliënten

Zelfredzaamheid-Matrix. Volledige en telbare beoordeling van cliënten Zelfredzaamheid-Matrix Volledige en telbare beoordeling van cliënten Wat is de Zelfredzaamheid-Matrix? Zelfredzaamheid Zelfredzaamheid is: Het zelf realiseren van een acceptabel niveau op belangrijke domeinen

Nadere informatie

samenvatting Opzet van het onderzoek

samenvatting Opzet van het onderzoek 167 Angst en depressie komen vaak voor bij kinderen. Angst en depressie beïnvloeden niet alleen het huidige welbevinden van kinderen, maar kunnen ook een negatieve invloed hebben op hun verdere leven.

Nadere informatie

Prestatie-indicatoren forensische psychiatrie verslagjaar 2013

Prestatie-indicatoren forensische psychiatrie verslagjaar 2013 Prestatie-indicatoren forensische psychiatrie verslagjaar 2013 Versie 1.0 Status: Vastgesteld Pagina 1 van 18 Colofon Afzendgegevens Directie Forensische Zorg Turfmarkt 147 2511 DP Postbus 30132 Den Haag

Nadere informatie

Preffi 2.0: Preventie Effectmanagement Instrument. Ontwikkeling,validiteit, betrouwbaarheid en bruikbaarheid

Preffi 2.0: Preventie Effectmanagement Instrument. Ontwikkeling,validiteit, betrouwbaarheid en bruikbaarheid Preffi 2.0: Preventie Effectmanagement Instrument Ontwikkeling,validiteit, betrouwbaarheid en bruikbaarheid De gebruikers 1200 gezondheidsbevorderaars, voorlichters en preventiewerkers, werkzaam bij: GGD

Nadere informatie

De begeleider cliënt relatie vragenlijst

De begeleider cliënt relatie vragenlijst De begeleider cliënt relatie vragenlijst De relatie begeleider cliënt meten John Roeden, Anno Velema, Baalderborg Groep Introductie Positieve relatie tussen cliënt en begeleider belangrijk Levert een bijdrage

Nadere informatie

Zorg Verbeteren in Eigen Huis. Achtergrond van de methode

Zorg Verbeteren in Eigen Huis. Achtergrond van de methode Zorg Verbeteren in Eigen Huis Achtergrond van de methode Dr. W.H.E. Buntinx Buntinx Training & Consultancy www.buntinx.org Symposium De Driestroom 15 oktober 2009 Elst 1 Achtergrond van de methode voor

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19052 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Manti, Eirini Title: From Categories to dimensions to evaluations : assessment

Nadere informatie

Psychosocial Problems in Cancer Genetic Counseling: Detecting and Facilitating Communication W. Eijzenga

Psychosocial Problems in Cancer Genetic Counseling: Detecting and Facilitating Communication W. Eijzenga Psychosocial Problems in Cancer Genetic Counseling: Detecting and Facilitating Communication W. Eijzenga Nederlandse samenvatting INLEIDING Mensen met een mogelijk verhoogde kans op kanker kunnen zich

Nadere informatie

GEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD

GEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD RESULTATEN ANALYSE 2014 GEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD De Rughuis Methode heeft aangetoond dat de gezondheidstoestand en kwaliteit van leven bij patiënten met chronische rugklachten enorm kan toenemen.

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Een goede hand functie is van belang voor interactie met onze omgeving. Vanaf het moment dat we opstaan, tot we s avonds weer naar bed gaan,

Nadere informatie

Inhoud VOORWOORD 11 INLEIDING 13 DEEL 1 HANDLEIDING 15 1 OPBOUW HANDLEIDING 17

Inhoud VOORWOORD 11 INLEIDING 13 DEEL 1 HANDLEIDING 15 1 OPBOUW HANDLEIDING 17 5 Inhoud VOORWOORD 11 INLEIDING 13 DEEL 1 HANDLEIDING 15 1 OPBOUW HANDLEIDING 17 2 MEETPRETENTIE 18 2.1 Herkomst opvoedingsinzet 18 2.2 Herkomst opvoedingsbeleving 20 2.3 Herkomst attributies van opvoedingsmoeilijkheden

Nadere informatie

Centrum voor ouderenpsychiatrie Regio Apeldoorn 2009. HONOS 65+ Maart 2009 Gerda Rötert

Centrum voor ouderenpsychiatrie Regio Apeldoorn 2009. HONOS 65+ Maart 2009 Gerda Rötert Centrum voor ouderenpsychiatrie Regio Apeldoorn 2009 HONOS 65+ Maart 2009 Gerda Rötert Doelstelling: Het doel is het evalueren van het effect van de behandeling of begeleiding zowel op individueel- als

Nadere informatie

Onderzoek naar zorgvragen en behoeften van patiënten met een verslaving en ADHD of Autisme

Onderzoek naar zorgvragen en behoeften van patiënten met een verslaving en ADHD of Autisme Onderzoek naar zorgvragen en behoeften van patiënten met een verslaving en ADHD of Autisme dr. L.M. Kronenberg Prof. dr. van Achterberg Prof. dr. W. van den Brink Prof. dr. P. Goossens K. Slager-Visscher,

Nadere informatie

Roland Disability Questionnaire

Roland Disability Questionnaire Roland 1983 Nederlandse vertaling G.J. van der Heijden 1991 Naampatiënt...Datum:. Uw rugklachten kunnen u belemmeren bij uw normale dagelijkse bezigheden. Deze vragenlijst bevat een aantal zinnen waarmee

Nadere informatie

artnership Depressiepreventie

artnership Depressiepreventie artnership Depressiepreventie Screeningsinstrumenten depressiepreventie Een overzicht naar leeftijdsgroepen versie 1.0 Screeningsinstrumenten depressiepreventie Een overzicht naar leeftijdsgroepen versie

Nadere informatie

but no statistically significant differences

but no statistically significant differences but no statistically significant differences Astma is een chronische aandoening, die niet te genezen is. Met de passende zorg kunnen symptomen tot een minimum worden gereduceerd en zou een astma patiënt

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

Welke vragenlijst voor mijn onderzoek?

Welke vragenlijst voor mijn onderzoek? Welke vragenlijst voor mijn onderzoek? NHG wetenschapsdag 2010 Caroline Terwee Kenniscentrum Meetinstrumenten VUmc Afdeling Epidemiologie en Biostatistiek VU medisch centrum Inhoud 1. Presentatie 2. Kritisch

Nadere informatie