A. Business model canvas. B. Marketing en acquisitieplan. C. Actiepunten. BOUWSTENEN VOOR een operationeel AQUISITIE plan

Transcriptie

1 BOUWSTENEN VOOR een operationeel AQUISITIE plan A. Business model canvas Je vult het business model canvas in en komt tot een duidelijke beschrijving van de waarde propositie en het beoogde klant segment dat je wil bereiken. Een en ander zal in praktijk vaak samenhangen met je kennis over een bestaand netwerk en mogelijke samenwerking met bijvoorbeeld- een ondernemersvereniging (winkeliers, bedrijventerrein, branche organisatie enz). Zie B. Marketing en acquisitieplan De omvang van het klantsegment kan worden bepaald op basis van beschikbare kengetallen (ledenbestand, KvK, CBS, eigen database enz.). Marketing en acquisitie kan plaatsvinden plaats via verschillende kanalen. Aan de hand van een (beknopt) marketingcommunicatieplan kan de exploitant zijn dagelijkse/ wekelijkse marketing en acquisitie acties vastleggen in een logboek. C. Actiepunten De onderstaande actiepunten zijn in willekeurige volgorde geplaatst. Het zijn denkbare bouwstenen voor marketing en acquisitie voor een lokaal georiënteerde community. Onderstaande actiepunten staan in willekeurige volgorde. 1. Inventariseren en benaderen van adverteerders op lokale/regionale RTV. Zij beschikken over kwalitatieve commercials. Op de lokale community kunnen die hun commercials 365 dagen per jaar en 24/7 uitzenden (longtail) Bedrijven/ organisaties die niet ingaan op bovenstaand verzoek aanbieden om basis deelnemer te worden (enkel vermelding met logo, korte bedrijfsbeschrijving en N.A.W. gegevens + interne netwerkmogelijkheden). Daarmee ontvangen ze automatisch ook de ledenbrief en raken ze meer vertrouwd met de lokale community. 1

2 Deze bedrijven/ organisaties na een vastgestelde periode van bijvoorbeeld 4 maanden nog eens informeel benaderen. 2. Inventariseren en bijhouden of bedrijven/ organisaties uit de beoogde doelgroep reeds adverteren via internet (google adwords, bannering, Youtube, facebook enz.) Iedere werkdag een X- aantal bedrijven gaan liken, volgen, uitnodigen op Linkedin, re-tweeten, enzovoorts. Vervolgens na 4 weken uitnodigen voor actieve deelname aan de lokale community en daarbij afstemming van de lokale community op de Lokale publieksgroep benadrukken. 3. Inventariseren en bijhouden of bedrijven/ organisaties uit de beoogde doelgroep actief zijn op social media. Iedere werkdag een X- aantal bedrijven gaan volgen, uitnodigen op Linkedin, re-tweeten, liken enzovoorts. Vervolgens na 4 weken uitnodigen voor actieve deelname aan de lokale community en daarbij afstemming van de lokale community op de Lokale publieksgroep benadrukken. 4. Bijhouden welke bedrijven/ organisaties in het nieuws zijn (zowel via internet, print als RTV) en iedere week een X aantal benaderen voor deelname. Benadrukken dat de lokale community zich specifiek richt op oriënterende lokale bezoekers. 5. Inventariseren en bijhouden welke bedrijven/ organisaties adverteren in de geprinte media die zich richten op Lokale en regio. Iedere week een X aantal benaderen voor deelname. Benadrukken wat de lokale community prijs/ kwalitatief biedt; inclusief multimediale mogelijkheden. 6. Bijhouden welke bedrijven/ organisaties starten in de regio en iedere werkdag tenminste een X aantal benaderen voor deelname. Benadrukken dat ze op de lokale community zoveel informatie kunnen publiceren dat ze daarmee feitelijk een soort website hebben met direct ook een groot publieksbereik. 7. Bijhouden welke bedrijven/ organisaties personeelsadvertenties uitzetten en iedere werkdag tenminste een X aantal benaderen voor deelname. Onder de aandacht brengen dat ze op de lokale community hun vacatures kunnen publiceren en tegelijkertijd aan bezoekers een levendige indruk kunnen geven van hun organisatie/ bedrijf. De combinatie geeft een ander bereik aan de vacature dan via regulier vacaturesites 2

3 8. Thematisch benaderen van groepen bedrijven die al met elkaar zijn verbonden. Denk online aan bijvoorbeeld relevante linked-in groepen waar via mededelingen kan worden gestimuleerd tot deelname. Denk fysiek aan groepen winkels in de verschillende Lokale wijken, aan bedrijven op bedrijventerreinen enz. Daarbij vooral ook benadrukken dat zij zich op de lokale community ook als groep (met een eigen groepssite) kunnen presenteren naar hun achterliggende lokale bezoekers 9. Direct mail. Inventariseren welke (categorieën) bedrijven/ organisaties meerwaarde kunnen halen uit deelname aan de lokale community. Kijken of hier mailinglijsten kunnen worden samengesteld en benaderen via telefonische acquisitie en/of direct mail. 10. Online en off line netwerken. Wie een Twitter, Facebook, Linkedin en Youtube account voor de lokale community heeft aangemaakt, kan deze social media structureel steeds actueel inzetten om online te netwerken (en potentiële deelnemers te verleiden tot deelname). Door netwerkbijeenkomsten te bezoeken, kan ook fysiek worden ge- netwerkt. 11. Affiliate marketing (zie De community software voorziet in een mogelijkheid waarbij bestaande community deelnemers, nog niet deelnemende bedrijven aanmoedigen en uitnodigen om dat wel te doen. Dit kan via de interne ledenbrief worden gepromoot en worden beloond. Beloning kan op meerdere manieren: betaling, korting, gratis invullen/ optimaliseren van een deelnemersprofiel bij het aanbrengen van bijvoorbeeld- 2 nieuwe leden enz. 12. Kortingen. Met de wetenschap dat abonnementen vaak stilzwijgend worden verlengd, kan zeker bij het opstarten van een community gewerkt worden met kortingen. Bijvoorbeeld voor deelname jaar een+ korting voor groepen D. Aanbeveling. Het dient aanbeveling om sales/ acquisitie acties bij te houden in bijvoorbeeld een Content Management Systeem (denk aan het veelgebruikte CMS systeem SalesForce). Daarmee ontstaat tevens een goede administratie van ondernomen en nog te ondernemen sales acties. Feitelijk is daarmee op ieder gewenst moment inzichtelijk of de overeengekomen sales activiteit ook daadwerkelijk wordt uitgevoerd en met welk resultaat. 3

4 E. Community stimulering Een lokale community is vergelijkbaar met een winkelstraat. Hier profiteren winkels van hun groepskracht, trekken ze over en weer bezoeker en benutten ze hun collectieve bekendheid en vindbaarheid. Voorwaarde voor dit groepseffect is wel dat iedere deelnemer een attractief community profiel heeft. Advies is om deze groepskracht direct vanaf het begin krachtig te stimuleren en te bewaken. Dat kan door full service te bieden of door deelname aan de lokale community te koppelen aan een deelnemerscommittent. Met dit commitment onderschrijft een deelnemer dat hij zijn community site levendig en actueel invult en onderhoudt of dit uitbesteed. Commitment moet niet vrijblijvend zijn en bevat (nader te formuleren) richtlijnen. Richtlijn kan bijvoorbeeld zijn dat een community site tenminste een duidelijke bedrijfsbeschrijving moet bevatten en een promotioneel filmpje. Een andere richtlijn voor het commitment zou kunnen zijn: iedere deelnemer dient minimaal eens per half jaar een nieuw videobericht te publiceren. Met het juiste committent ontstaat er een levendige en inspirerende community. Die is aantrekkelijk voor bezoekers en ondersteunt de community doelstelling. Commitment combineert en versterkt ook het individuele belang en het groepsbelang van deelnemers die gebaat zijn bij veel bezoek op een levendige en actuele community die aantrekkelijk is voor bezoekers. De verantwoordelijke voor community stimulering, ziet toe op naleving van het commitment. Heeft een deelnemer bij het invullen of actueel bijhouden van zijn community site behoefte aan assistentie? Dan is de beschikbaarheid van een marketing & communicatie ondersteuning een waardevolle service (en potentiële bron van aanvullende inkomsten). 4

5 Deelnemers kunnen hun content vanaf hun community site eenvoudig verder verspreiden. Dat kan via globale social media platformen als Youtube, Facebook, Twitter enz. Natuurlijk kunnen deelnemers hun content op de community (bijvoorbeeld hun aldaar gemaakte videoberichten) ook op hun eigen website publiceren of de link naar hun filmpjes via verder verspreiden. De community exploitant kan daarin een pro actieve, stimulerende rol vervullen. Tot de denkbare taken van community stimulering valt ook: het aanmaken en beheren van een Twitter, Facebook en Linkedin account voor de lokale community. Daartoe kun een eenvoudig werkplan met actiepunten worden gemaakt. Zo kan de beheerder bijvoorbeeld nieuwe videoberichten van community deelnemers ook via Twitter verspreiden (en deelnemers stimuleren dit zelf ook te doen). Onderdeel van het werkplan kan ook zijn dat de beheerder deelnemers aanbiedt om hun videoberichten (tegen bescheiden vergoeding) ook op Youtube te publiceren. Community stimulering is een vitale steun bij acquisitie van nieuwe deelnemers (in het bijzonder waar het social media marketing betreft). Het biedt daarbij een opening om achterliggende marketing & communicatieservice aan te bieden. 5