college van burgemeester en schepenen Zitting van 9 november 2012

Transcriptie

1 beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 9 november 2012 Besluit GOEDGEKEURD A-punten stadsontwikkeling Samenstelling De heer Patrick Janssens, burgemeester De heer Robert Voorhamme, schepen; de heer Philip Heylen, schepen; de heer Ludo Van Campenhout, schepen; de heer Marc Van Peel, schepen; de heer Luc Bungeneers, schepen; de heer Guy Lauwers, schepen; mevrouw Güler Turan, schepen; mevrouw Leen Verbist, schepen De heer Roel Verhaert, stadssecretaris Iedereen aanwezig _CBS_11549 Omgevingsvergunning. Conceptnota's - Collegiale brief aan VVSG. Herinnering - Goedkeuring Motivering Gekoppelde besluiten 2011_CBS_ Omgevingsvergunning - Collegiale brief gericht aan VVSG - Goedkeuring 2012_CBS_ Omgevingsvergunning. Conceptnota's - Collegiale brief aan VVSG - Goedkeuring Aanleiding en context Op 22 juli 2011 keurde de Vlaamse regering een startnota goed over het integreren van de milieuvergunning en de stedenbouwkundige vergunning tot een omgevingsvergunning. Deze startnota zou verder uitgewerkt worden in een conceptnota. De Vlaamse regering vroeg onder meer aan de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) om hierover een formeel advies te formuleren tegen 30 november De conceptnota was echter niet tijdig beschikbaar. Op 18 november 2011 nam het college kennis van de startnota omgevingsvergunning en de specifieke vragen die de VVSG hierover ten aanzien van de lokale besturen stelde. Op 25 november 2011 (jaarnummer 72) keurde het college een collegiale brief gericht aan de VVSG goed waarin een standpunt vanuit de stad Antwerpen werd geformuleerd. Op 23 december 2011 keurde de Vlaamse regering twee conceptnota s over de omgevingsvergunning goed. In de conceptnota over de invoering van de omgevingsvergunning geeft de Vlaamse regering het uitgewerkt kader aan waarbinnen ze deze omgevingsvergunning zal realiseren. In de conceptnota wordt bepaald hoe de omgevingsvergunning in de praktijk vorm krijgt en worden duidelijke en concrete krachtlijnen vastgelegd voor de regelgeving. De krachtlijnen hebben betrekking op het toepassingsgebied van de omgevingsvergunning, de bevoegdheden, de procedure en de adviesverlening. 1 / 5

2 In de conceptnota over de invoering van een permanente milieu-/omgevingsvergunning gaat de Vlaamse regering er in beginsel van uit dat de omgevingsvergunning voor onbepaalde termijn zal worden verleend. De conceptnota's werden voorgelegd aan de VVSG, de Vereniging van Vlaamse Provincies (VVP), de Minaraad, de Strategische Adviesraad Ruimtelijke Ordening (SARO) en de Sociaal Economische Raad van Vlaanderen (SERV), die tegen 29 februari 2012 hun advies moesten verlenen. Daarna dient de Vlaamse minister voor het leefmilieu en de Vlaamse minister bevoegd voor ruimtelijke ordening de (op basis van de adviezen) bijgestelde conceptnota ter bespreking voor te leggen, een voorontwerp van kaderdecreet omgevingsvergunning en een besluit met een gesloten lijst van Vlaamse projecten op te stellen rekening houdend met de goedgekeurde principes van de conceptnota. Op 17 februari 2012 nam het college (jaarnummer 1479) kennis van de conceptnota's omgevingsvergunning en keurde een collegiale brief goed die in nauw overleg met de stad Gent werd opgesteld. Als bijlage bij deze brief werd een apart advies met meer achtergrond bij ieder element gegeven. Dit advies werd omwille van de verschillende organisatorische structuur in de steden Gent en Antwerpen apart opgesteld maar was inhoudelijk gelijklopend. Juridische grond De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en zijn uitvoeringsbesluiten. Het milieuvergunningsdecreet van 28 juni 1985, meermaals gewijzigd en uitvoeringsbesluiten Vlarem I en II. Argumentatie Naar aanleiding van het besluit van 17 februari 2012 (1479) werd er een collegiale brief gericht aan de VVSG verstuurd en in kopie bezorgd aan minister-president van de Vlaamse regering Kris Peeters, viceminister-president Ingrid Lieten, viceminister-president Geert Bourgois, minister voor ruimtelijke ordening Philippe Muyters en de minister voor Leefmilieu Joke Schauvliege. Tot op heden ontving de stad Antwerpen nog geen reactie op de verstuurde brief. Evenmin vallen er in de voorstellen, die in de werkgroep van de VVSG ter tafel liggen, wijzigingen op die doen vermoeden dat met onze voorstellen rekening wordt gehouden. Het college beslist daarom om bij wijze van herinnering een nieuwe collegiale brief te versturen aan VVSG, waarin de standpunten en adviezen van de stad Antwerpen nogmaals worden toegelicht. Ook deze brief wordt in kopie bezorgd aan brief aan minister-president van de Vlaamse regering Kris Peeters, vice-minister-president Ingrid Lieten, viceminister-president Geert Bourgois, minister voor ruimtelijke ordening Philippe Muyters, minister voor leefmilieu Joke Schauvliege en het kenniscentrum Vlaamse steden. Financiële gevolgen Nee Strategisch kader Dit besluit past in de realisatie van: Doelstellingen: SD - SDSW05 - De opmaak en toepassing van reglementering op vlak van stedenbouw en milieuvergunningen voldoet aan kwaliteitscriteria en is op elkaar afgestemd zodat de procedures 2 / 5

3 eenvoudig, transparant en uniform zijn voor medewerkers en klanten Besluit Artikel 1 Het college beslist de collegiale brief, samen met de reeds verstuurde brieven als bijlage, gericht aan de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw goed te keuren en in kopie te bezorgen aan minister-president van de Vlaamse Regering Kris Peeters, viceminister-president Ingrid Lieten, viceminister-president Geert Bourgois, minister voor ruimtelijke ordening Philippe Muyters en de minister voor Leefmilieu Joke Schauvliege. Artikel 2 Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen voor de stad of het OCMW. Bijlagen 1. Bijlage bij dit besluit: collbrief_herinnering_brief_omgverg_ [1].pdf 3 / 5

4 collbrief_herinnering_brief_omgverg_ [1].pdf SW/SD Alle briefwisseling te richten aan het college van burgemeester en schepenen, Grote Markt 1, 2000 Antwerpen 1. Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw t.a.v. het directiecomité Paviljoenstraat Brussel uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk datum SW/SD 9 november 2012 vragen naar telefoon fax GSM Christel Bogaerts 03/ Christel.bogaerts@stad.antwerpen.be Betreft : permanente vergunning en omgevingsvergunning Geachte mevrouw Geachte heer Met onze brieven van 25 november 2011 en 17 februari 2012 aan de VVSG deelden wij ons standpunt mee in verband met de concepnota s invoering permanente milieu/omgevingsvergunning en invoering omgevingsvergunning. U vindt deze brieven nogmaals in bijlage. Tot op heden ontvingen wij nog geen reactie van u. Evenmin bespeuren wij in de voorstellen, die in de werkgroep van de VVSG ter tafel liggen, wijzigingen die doen vermoeden dat met onze voorstellen rekening wordt gehouden. Zoals gezegd zijn wij principieel groot voorstander van het invoeren van een unieke omgevingsvergunning, en niet alleen omwille van de administratieve vereenvoudiging en de grotere rechtszekerheid voor de aanvrager. De omgevingsvergunning maakt het voor gemeentebesturen ook mogelijk om, met een globaal zicht op infrastructuur en activiteiten, tegelijk te beslissen over zowel de stedenbouwkundige aspecten als de milieuaspecten van een aanvraag. We beklemtonen echter nogmaals dat het voor de stad Antwerpen essentieel is dat tegemoet gekomen wordt aan volgende wensen : - De vergunningverlening blijft maximaal op het lokaal bestuursniveau georganiseerd (dus maximale deklassering van klasse 1-dossiers; geen of zeer beperkte gesloten provinciale lijst). - Verschuiving van taken naar de lokale overheid betekent ook verschuiving van mensen en middelen om die taken uit te oefenen. - Behoud en decretale verankering van de koppeling tussen stedenbouwkundige en milieuvergunning. - De stad Antwerpen moet bij de beslissing over het stedenbouwkundige luik van de klasse 1-bedrijven betrokken worden als zwaarwichtige adviesverlenende instantie (met deelname aan de provinciale omgevingsvergunningscommissie (OVC), en met beroepsmogelijkheden). De stad Antwerpen heeft inspraak bij de concrete invulling van de gesloten lijst van Vlaamse projecten die wat vergunningsaspecten betreft op Vlaams niveau wordt beslist. 4 / 5 Grote Markt Antwerpen college@stad.antwerpen.be

5 - Bij de beslissing over de Vlaamse projecten wordt de stad Antwerpen betrokken als adviesverlenende instantie en heeft zij de mogelijkheid om deel te nemen aan de gewestelijke OVC. - De stad Antwerpen krijgt de nodige ruimte om toezicht maximaal uit te bouwen vooraleer vergunningen permanent worden gemaakt. - Het moet mogelijk zijn om in bepaalde specifieke gevallen vergunningen te beperken in de tijd. - De invoering van de omgevingsvergunning start ten vroegste op 1 januari Wij vragen inderdaad dat rekening wordt gehouden het specifieke karakter van een grootstad als Antwerpen, en dat desgevallend een andere reglementering wordt uitgewerkt die daarbij aansluit. Sinds haar ontvoogding op 1 september 2008 heeft de stad Antwerpen alle stedenbouwkundige vergunningsaanvragen op een kwalitatieve manier binnen de wettelijke termijn behandeld. Als grote stad met bestuurskracht en draagkracht willen wij dan ook vooruit in de autonomie. Zoals eerder gemeld is er een grote bereidheid bij de stad Antwerpen om hierover met u of andere instanties van gedachten te wisselen. Met vriendelijke groeten Namens het college van burgemeester en schepenen De stadssecretaris de burgemeester Roel Verhaert Patrick Janssens Wij bezorgen kopie van deze brief aan minister-president van de Vlaamse Regering Kris Peeters, viceminister-president Ingrid Lieten, viceminister-president Geert Bourgois, minister voor ruimtelijke ordening Philippe Muyters, minister voor leefmilieu Joke Schauvliege en het kenniscentrum Vlaamse steden. 5 / 5 Grote Markt Antwerpen college@stad.antwerpen.be