AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Transcriptie

1 Raad' vanstate /1 /V2. Datum uitspraak: 13 augustus 2010 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: appellant, (hierna: de vreemdeling), tegen de uitspraak van de rechtbank 's-gravenhage van 14 april 2010 in zaak nr. 09/46315 in het geding tussen: en de vreemdeling de minister van Justitie.

2 /1/V augustus Procesverloop Bij besluit van 21 september 2009 heeft de staatssecretaris van Justitie, voor zover thans van belang, een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd te verlenen afgewezen. Bij besluit van 10 december 2009 heeft de staatssecretaris het daartegen door de vreemdeling gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Dit besluit is aangehecht. Bij uitspraak van 14 april 2010, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep gegrond verklaard, dat besluit vernietigd, het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard en bepaald dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit. Deze uitspraak is aangehecht. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling bij brief, bij de Raad van State binnengekomen op 1 2 mei 2010, hoger beroep ingesteld. Deze brief is aangehecht. De minister heeft een verweerschrift ingediend. Vervolgens is het onderzoek gesloten. 2. Overwegingen 2.1. Hetgeen in het hoger-beroepschrift is aangevoerd en aan artikel 85, eerste en tweede lid, van de Vreemdelingenwet 2000 voldoet, kan niet tot vernietiging van de aangevallen uitspraak leiden. Omdat het aldus aangevoerde geen vragen opwerpt die in het belang van de rechtseenheid, de rechtsontwikkeling of de rechtsbescherming in algemene zin beantwoording behoeven, wordt, gelet op artikel 91, tweede lid, van deze wet, met dat oordeel volstaan Het hoger beroep is kennelijk ongegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

3 /1/V augustus Beslissing De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State Recht doende in naam der Koningin: bevestigt de aangevallen uitspraak. Aldus vastgesteld door mr. P.A. Offers, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. M.L.M. van Loo, ambtenaar van Staat. w.g. Offers lid van de enkelvoudige kamer w.g. Van Loo ambtenaar van Staat Uitgesproken in het openbaar op 13 augustus Verzonden: 13 augustus 2010 Voor eensluidend afschrift, de secretaris van de Raad van State, mr. H.H.C. Visser

4 tie Ministerie van Justitie Immigratie- en Naturalisatiedienst (MD) Postadres Postbus HA Zwolle Pontius advocaten T.a.v.: mevrouw mr. CR Kolthof Postbus GD AMSTERDAM Bezoekadres Zuiderzeetaan JV Zwolla Infolijn {EUR 0,10 pjn.) (werkdagen van SM tot 170)0 uur] Fax 0)38] Internet wwwjnd.nl Unit Zwolle Regulier Sociaal 3R2 Datum 10 december 2009 Dossiernummer V-nummer Uw kenmerk Betreft ck/ geboren op nationaliteit: Turkse VERZONDEN 1 0 DEC Geachte mevrouw Kolthof, Het bezwaarschrift van 21 oktober 2009 is ongegrond. Verder wijs ik uw verzoek om proceskostenvergoeding af. Toelichting De inhoud van het dossier is bij de besluitvorming betrokken. Hetgeen in het bezwaarschrift is aangevoerd wordt hierbij als herhaald en ingelast beschouwd. In de bestreden beschikking, waarvan de inhoud hier als herhaald en ingelast kan worden beschouwd, is gemotiveerd op alle van belang zijnde aspecten van de zaak ingegaan. Naar aanleiding van de gronden die namens uw cliënt worden aangevoerd in het bezwaarschrift, wordt het volgende overwogen. U stelt dat uw cliënt een WWB-uitkering heeft, maar dat dit hem niet mag worden tegengeworpen vanwege zijn specifieke situatie waarin een aantal klemmende omstandigheden spelen die reden zouden moeten vormen om op grond van de inherente afwijkingsbevoegdheid voorbij te gaan aan het beleid. U bevestigt dat betrokkene aanspraak maakt op de openbare kas. Uw beroept zich op de inherente afwijkingsbevoegdheid, maar u onderbouwt dit beroep op geen enkele wijze, een algemene verwijzing naar de specifieke situatie van betrokkene is daartoe onvoldoende. Ik zie geen aanleiding het bezwaar alsnog gegrond te verklaren en een verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd te verlenen in afwijking van het beleid. Ik heb afgezien van horen, omdat het bezwaarschrift kennelijk ongegrond is. Het verzoek om proceskostenvergoeding wijs ik af, omdat de bestreden beslissing niet wordt herroepen wegens aan het bestuursorgaan te wijten onrechtmatigheid. Niet eens met mijn beslissing? Als uw cliënt het niet eens is met mijn beslissing, kan hiertegen beroep worden ingesteld bij de rechtbank.

5 Justitie Het beroep moet worden ingesteld binnen vier weken na toezending van de beslissing. Voor de behandeling van het beroepschrift moet griffierecht worden betaald. Het beroepschrift kunt u sturen naar Centraal Inschrijfbureau Vreemdelingenzaken (CIV) Postbus BR HAARLEM Fax. (023) Voor het indienen van het beroepschrift kunt u bijgaand informatieblad voor de rechtbank gebruiken. Zodra het CIV een procedure aan een rechtbank heeft toegewezen, ontvangt u van die rechtbank een ontvangstbevestiging. De stukken moet u pas daarna bij die rechtbank indienen! Ik vertrouw erop dat ik u hiermee voldoende heb geïnformeerd. Hoogachtend, de Staatssecretaris van Justitie, namens deze, het hoofd vajide'inmûgvatie- en Naturalisatiedienst (IND), namens CE Wienesen (medewerker)

6 12/ WOB 16:46 FAX 0006/012 uitspraak RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE Sector bestuursrecht Afdeling 3. enkelvoudige kamer Regnr.: AWB 09/46315 BEPTDN UITSPRAAK ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in ha geding tussen, eiser, V-nummer, woonplaats kiezende ten kantore van zijn gemachtigde, mr. CE. Kolthof, advocaat te Amsterdam, en de minister van Justitie, voorheen de staatssecretaris van Justitie, verweerder. I PROCESVERLOOP Eiser, geboren op en van Turkse nationaliteit, verblijft als vreemdeling in Nederland. Bij schrijven van 25 augustus 2009 heeft hij een aanvraag ingediend to! verlening van een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd als bedoeld in artikel 20 van de Vreemdelingenwet (Vw) 2000 met de aantekening 'EG-Iangdurig ingezetene'. Op deze aanvraag is,door verweerder bij besluit van 21 september 2009, verzonden op 22 september 2009, afwijzend beslist. Eiser heeft tegen dit besluit bij brief van 21 oktober 2009 bezwaar gemaakt. Bij besluit van 10 december 2009 heeft verweerder het bezwaar ongegrond verklaard. Bij schrijven van 11 december 2009 heeft eiser tegen dit besluit beroep ingesteld bij de rechtbank. Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken ingezonden en een verweerschrift ingediend. De openbare behandeling van het beroep heeft plaatsgevonden op 22 maart Eiser en zijn gemachtigde zijn met bericht niet verschenen. Verweerder heeft zich doen vertegenwoordigen door zijn gemachtigde mr. J.S.M. Rietveld. II OVERWEGINGEN I Ingevolge artikel 6:7 Algemene wet bestuursrecht (Awb) bedraagt de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift zes weken. In afwijking van dit voorschrift is in artikel 69, eerste lid, Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000) de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift tegen een besluit in de zin van die wet bepaald op vier weken. Op grond van artikel 6:8, eerste lid, Awb vangt de termijn aan op de dag na die waarop het besluit op de voorgeschreven wijze is bekendgemaakt Artikel 3:41, eerste lid, Awb schrijft voor dat de bekendmaking van besluiten geschiedt door toezending of uitreiking aan de belanghebbende.

7 12/ WOE 16: 46 FAX 0007/012 Regnr: AWB 09/46315 BEPTDN 2 Ingevolge artikel 6:9 Awb is een bezwaarschrift tijdig ingediend indien het voor het einde van de termijn is ontvangen. Volgens het tweede lid van dit artikel is in geval van verzending per post een bezwaarschrift tijdig ingediend indien het voor het einde van de termijn per post is bezorgd, mits het niel later dan een week naafloop van de termijn is ontvangen. Ingevolge artikel 6:11 Awb blijft ten aanzien van een na afloop van de termijn ingediend bezwaarschrift niet-ontvankelijkverklaring op grond daarvan achterwege indien redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de indiener in verzuim is geweest. 2 De rechtbank is van oordeel dat het bezwaarschrift van eiser niet-ontvankelijk is. Daartoe wordt overwogen dat de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift, gericht tegen verweerders besluit van 21 september 2009, gelet op de datum van de brief van 22 september 2009 waarmee dat besluit is verzonden, op 23 september 2009 is aangevangen en op 20 oktober 2009 is geëindigd. Het bezwaarschrift is echter gedateerd 21 oktober 2009 en is blijkens het stempel op het bezwaarschrift ook op 21 oktober 2009 bij verweerder ingekomen. In het onderhavige geval is de rechtbank niet gebleken van omstandigheden die genoemde termijnoverschrijding rechtvaardigen. 3 De rechtbank is gezien het vorenstaande van oordeel dat het bezwaarschrift van 21 oktober 2009 te laat is ingediend. Verweerder had het bezwaar niet-ontvankelijk moeten verklaren. Het beroep is derhalve gegrond. 4 De rechtbank ziet aanleiding om met toepassing van artikel 8:72, vierde lid, van de Awb zelf in de zaak te voorzien. De rechtbank zal het bestreden besluit daartoe vernietigen en bepalen dat het bezwaar van eiser niet-ontvankelijk wordt verklaard. 5 De rechtbank ziet voorts aanleiding verweerder te veroordelen in de kosten die eiser in verband met de behandeling van het beroep redelijkerwijs heeft moeten maken. Deze kosten zijn op de voet van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vastgesteld op 437,- ( 1 punt voor het indienen van het beroepschrift met een waarde per punt van 437,- en een wegingsfactor 1).

8 12/ WOE 16:47 PAX 21008/012 Regnr.: AWB 09/46315 BEPTDN 3 III BESLISSING De rechtbank 's-gravenhage, RECHTDOENDE: 1 verklaart het beroep gegrond; 2 vernietigt het bestreden besluit van 21 september 2009; 3 verklaart het bezwaarschrift van 21 oktober 2009 niet-ontvankelijk; 4 bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit; 5 veroordeelt verweerder in de proceskosten ad 6 437,-, die deze kosten aan eiser dient te vergoeden; 6 gelast dat verweerder het door eiser betaalde griffierecht ad 150,- vergoedt; Aldus vastgesteld door mr. J.W.H.B. Sentrop, in tegenwoordigheid van de griffier R.A.A. Strietman. Uitgesproken in het openbaar op 14 april / * RECHTSMIDDEL Partijen kunnen tegen deze uitspraak hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt vier weken na de verzending van de uitspraak door de griffier. Bij het beroepschrift dient een kopie van deze uitspraak te worden overgelegd. Het beroepschrift dient een of meer grieven tegen de uitspraak van de rechtbank te bevatten en moet worden geadresseerd aan de Raad van State, Afdeling bestuursrechtspraak. Hoger beroep vreemdelingenzaken, Postbus 16113,2500 BC Den Haag. (Nadere informatie Afschrift verzonden op: t 4 APR. 20W

9 12/ WOE 16: 42 PAX 0001/01 PONTIUS ;KADVOCATEN Raad van State Afdeling Bestuursrechtspraak IJ 1 * 1 Hoger beroep vreemdelingenzakèv Postbus BCS-GRAVENHAGE RAAD VAN STATE INGEKOMEN 1 l MEI 2010? AAN: : V \/ o. I BEHANDELD DD: Wt Bezoekadres: W»nbroederhof HD Amsterdam Pûsiadres: Postbus 11)84 '001 GD Amsierdoin T F E inf«2jpontiiis.n! Slichting Dcrdcageldcn Pontius Advocaten F. van Lansebol Bankiers Rekeningnummer Ons kenmerk: ej/ck/ hoger beroepschrift Uw kenmerk: n.v.t Ook per fax: In2ake: Betreft hoger beroepschrift L h &T ber ep ( VerIen & n g verblijfsvergunning) HOGER BEROEPSCHRIFT Amsterdam, 12 mei 2010 Hoogedelachtbare Afdeling, Namens cliënt, de heer m J hûaâing S d T S ^ ä r "" 0ngegr0nd ' «*<«««** had moe^ verklar«, Client «het n, e t ""^trxrc^äää--

10 12/ WOE 16:43 PAX 0002/012 CUtntis belanghebbende De uitspraak gaat cliënt rechtstreeks aan. In de uitspraak wordt het bezwaarschrift, dat is gericht tegen het onderliggende besluit, niet-ontvankelijk verklaard. Cliënt is daarom direct belanghebbende. Het hoger beroepschrifl van chent is ontvankelijk Cliënt heeft tijdig hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak. De uitspraak is gedateerd op 14 april 2010 en is op diezelfde dag aan cliënt verzonden. Het onderhavige hoger beroepschrift dateert van 12 mei Het hoger beroepschrift van cliënt is derhalve ontvankelijk. Gronden beroep 1. Cliënt handhaaft zijn in het beroepschrift aangevoerde standpunten. Het beroepschrift dient als hier herhaald en integraal ingelast te worden beschouwd. 2. Cliënt stelt zich op het standpunt dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat het bezwaarschrift niet-ontvankelijk is. 3. Cliënt is van mening dat sprake is van een verschoonbare overschrijding van de termijn. Bij de IND noch bij de rechtbank is cliënt in de gelegenheid gesteld te reageren en uitleg te geven met betrekking tot het overschrijden van de termijn. Derhalve is er sprake van een onzorgvuldige voorbereiding van het besluit en de uitspraak en dient deze vernietigd te worden. 4. Daarnaast wenst cliënt het volgende op te merken. In het onderliggende besluit staat vermeld dat een bezwaarschrift binnen vier weken na verzending van het besluit moet worden ingediend. Op 22 september 2009 is het besluit aan cliënt verzonden. Op 21 oktober 2009 heeft cliënt bezwaar gemaakt Hoewel het bezwaarschrift strikt genomen te laat is ingediend is het bezwaar desalniettemin door de IND in behandeling genomen. Het bestuursorgaan heeft cliënt nimmer in kennis gesteld van het feit dat de termijn is overschreden. 5. Het bestuursorgaan heeft door het in behandeling nemen van het bezwaarschrift en het daarnaast nimmer noemen van het overschrijden van determijnbij cliënt het vertrouwen gewekt dat hij binnen de termijn heeft gehandeld, of in ieder geval verschoonbaar de termijn heeft overschreden. Bij besluit (beslissing op bezwaar) op 10 december 2010 is de IND uitgebreid ingegaan op de in het bezwaarschrift aangevoerde punten. Nimmer wordt gesproken van het overschrijden van de termijn. Door het handelen van het bestuursorgaan is bij cliënt het vertrouwen gewekt dat de bezwaren op tijd zijn ingediend en dientengevolge zijn behandeld. Door het gewekte vertrouwen van het bestuursorgaan dient geconcludeerd te worden dat sprake is van een verschoonbare overschrijding van de termijn.

11 2010 WOE 16i 44 FAX /Ulü 6. Op grond van het voorgaande stelt cliënt zich op het standpunt dat de uitspraak moet worden vernietigd. Voorbehoud aanvulling gronden en indiening stukken Cliënt behoudt zich hiermee voorts het hem toekomende recht voor om de gronden van dit hoger beroepschrift te verbeteren en/of aan te vullen en om, ter ondersteuning van zijn stellingen, nadere stukken in geding te brengen. Conclusie \. Gezien het voorgaande verzoekt cliënt u, hoogedelachtbare Afdeling, de uitspraak op de kortst mogelijke termijn te vernietigen en de rechtsgevolgen daarvan op te schorten en uitspraak te doen over bovengenoemde door cliënt aangevoerde gronden. 2. Voorts verzoekt cliënt u, hoogedelachtbare Afdeling, om cliënt een vergoeding toe te kennen voor de kosten die hij heeft moeten maken in het kader van deze hoger beroepsprocedure, rechtstreeks over te maken op ABN AMR.O rekeningnummer ten name van Pontius Advocaten te Amsterdam. Vriendelijk verzoek ik u mij op de hoogte te houden van het verloop van deze procedure. Graag hoor ik van u. Hoogachtend, CE. Kolthof Producties