Vereniging gepensioneerden Koninklijke Cosun

Transcriptie

1 Vereniging gepensioneerden Koninklijke Cosun Notulen 3e ledenvergadering vereniging gepensioneerden Koninklijke Cosun Dinteloord, Roosendaal, van Gilse en Centrale organisatie Cosun, Sas van Gent, Puttershoek en Groningen. Aanwezig: 75 leden (30 Di + 7 SvG + 17 Pu + 21 Gr) 1. Opening Voorzitter heet allen hartelijk welkom op de deze 3 e ledenvergadering. Na het voorstellen van de aanwezige bestuursleden, stelt hij het bestuurslid van het pensioenfonds voor. De heer van Dienst zal bij de rondvraag een toelichting geven over de ontwikkeling van het pensioenfonds, de indexatie en de ontwikkelingen op het pensioengebied. Hartelijk dank aan de heer van Dienst voor zijn inbreng. 1 In zijn inleiding staat hij stil bij de ontwikkeling van de vereniging in het afgelopen jaar. Dankzij de ledenwerving is het ledenaantal gestegen tot ca. 700 gepensioneerden, of wel 45% van de doelgroep. Voor 2013 is wederom een wervingsactie gepland. Waarbij we hopen dat deze even succesvol mag zijn als in de voorgaande jaren. De omvang en de ontwikkeling van ons ledenbestand heeft er toe geleid dat wij door het bestuur van het pensioenfonds erkend worden als de vertegenwoordigers van de gepensioneerden. Wat er wederom toe geleid heeft dat voor de benoemingen van de personen in de diverse organen wij een voordracht konden doen aan het bestuur pensioenfonds. Voor het bestuur is voorgedragen en benoemd de heer van Dienst. Als kandidaat voor de deelnemersraad zijn voorgedragen en benoemd mevrouw van Os-Mulders, de heren van der Eijk, van Laar, van Nes en Uitdehaag. Tevens is de heer Dijkstra voorgedragen en benoemd in het verantwoordingsorgaan. Eind 2012 heeft er, met het bestuur van de vereniging en de leden benoemd in de diverse organen van het pensioenfonds, een bijeenkomst plaatsgevonden om gedachten uit te wisselen en op elkaar af te stemmen. Gezien de positieve ervaring zijn we dan ook van plan om dit jaarlijks te continueren. Gezien de ontwikkeling in de pensioenwereld heeft het bestuur besloten om een jaar lang het aspirant lidmaatschap van de overkoepelende organisatie van gepensioneerden, de NVOG aan te gaan. Ondanks dat Cosun, t.o.v. andere pensioenfondsen, een witte raaf onder de pensioenfondsen is, heeft het bestuur gemeend, na uitgebreide toelichting door het bestuur pensioenfonds over de uitgangspunten van de werkgever Cosun welke ingebracht zijn in de onderhandelingen met de bonden, een brief te sturen naar de sociale partners om gehoord te worden om ook onze mening kenbaar te kunnen maken.

2 De werkgever (Cosun) heeft ons laten weten dat wij geen onderhandelingspartij zijn, echter er is wel toegezegd dat wij als bestuur op de hoogte worden gehouden van de ontwikkelingen. In het gesprek met de bonden, aanspreekpunt FNV Vakgenoten, werd ons duidelijk dat het overleg over de pensioenvoorwaarden vooralsnog traag verloopt. Materie is ingewikkeld en er zijn nog onzekerheden als gevolg van de nieuwe pensioenwet. Wij hebben aangegeven dat solidariteit ons uitgangspunt is. Waarbij wij ervan uitgaan dat onze huidige positie geen nadeel ondervindt van toekomstige afspraken. Één van de waarborgen hiervoor is een kostendekkende premie om de pensioenopbouw voor werkenden te waarborgen. 2 Tot slot kan gesteld worden dat wij tevreden zijn met ons pensioenfonds, er vindt nog steeds een deel indexatie plaats en de dekkingsgraad ligt op een niveau, wat vergeleken met andere fondsen, waardig is te noemen. Als gepensioneerde zijn we tot op heden meer getroffen door overheidsmaatregelen, welke door ons niet beïnvloedbaar zijn. 2. Notulen vorige ledenvergadering Vraag naar bestuurlijke invloed van de vereniging in SVF. Als vereniging zijn we nog niet vertegenwoordigd in het bestuur SVF, echter in de deelnemersraad heeft wel een van onze leden, de heer van de Bergh, zitting. We blijven wel van mening dat invloed van de gepensioneerden in het SVF gerealiseerd en versterkt dient te worden. Gepensioneerden zijn duidelijk de grootste groep deelnemers in dit geheel. 3. Mededelingen Bericht van afwezigheid ontvangen van de dames van Os-Mulders(nabestaanden), de Nie (CO) en de heren van der Eijk (CO), Uitdehaag (CO), Vlam (CO) en Hanssen (CO). 4. Jaarverslag secretaris Inhoudelijk geen op of aanmerkingen. Vraag hoe het bestuur de versterking van de bestuurlijke invloeden in het pensioenfonds als in het SVF denkt te realiseren. Binnen het pensioenfonds is deze invloed reeds geformaliseerd, zowel statutair als in persoon. Binnen het SVF echter hebben wij nog geen bestuurlijke invloed, wij zijn echter wel van menig dat een zo grote groep deelnemers ook zijn inbreng op dit niveau dient te krijgen. In 2013 zullen we dit wederom voorleggen aan de bestuurders van het SVF. 5. Jaarverslag penningmeester Korte toelichting op de verschillen tussen begroting 2012 en werkelijkheid M.n. reis en verblijfkosten voor vergaderingen en ledenvergaderingen. Het door ons in 2011 gehanteerde kilometertarief van 0,19 is met ingang van aangepast naar het door het pensioenfonds gehanteerde tarief van 0, Verslag kascommissie De heren Schriemer en Fassaert hebben bij controle van de jaarstukken geen onregelmatigheden vastgesteld en stellen voor het bestuur/penningmeester decharge te verlenen. Vergadering is akkoord. 7. Benoemen/herbenoemen kascommissie De heer Schriemer is aftredend en wordt niet herbenoemd, in zijn plaats wordt voorgedragen en benoemd de heer L. Bakker. De heer Fassaert wordt voor 2013 herbenoemd. 8. Begroting 2013

3 Evenals voorgaand jaar een verwacht positief resultaat. Enerzijds is dit noodzakelijk om een buffer te hebben bij eventuele procedures. Daarnaast zijn we in 2013 aspirant lid geworden van de NVOG, contributie hiervoor bedraagt ca Euro, of wel 50% van het begrote resultaat. De verwachte meerwaarde van het NVOG bevindt zich in de ondersteuning bij eventuele procedures en lobbywerk in de politiek. Begroting akkoord. 9. Vaststellen contributie Contributie wordt gehandhaafd op 1 Euro per maand. 10. Verkiezen bestuursleden. Voor de regio Puttershoek is de heer J.J. Wisse aftredend en herkiesbaar. Vergadering gaat akkoord met zijn herverkiezing. Voor de regio Dinteloord is de heer S.M. Bierkens aftredend, in zijn plaats wordt de heer J.C.M. van Crugten benoemd. Voorzitter bedankt de heer Bierkens voor zijn inzet en inzicht in de opzet en uitbouw van de vereniging Rondvraag De heer van Dienst geeft een toelichting op de ontwikkelingen op pensioengebied zowel binnen het pensioenfonds als de nieuwe ontwikkelingen op pensioengebied. Als uitgangspunt voor zijn toelichting heeft hij gekozen voor: De consument vertrouwt zijn pensioen niet meer Met name wordt ingegaan op het vertrouwen wat men dient te hebben naar zijn pensioenbestuurder, de indexering en de toekomst. In het kader van de vertrouwensrelatie wordt aangegeven dat de overheid (DNB en AFM) steeds zwaardere eisen gaan stellen aan de vertegenwoordigers in de pensioenorganen. Nieuwe leden in het bestuur dienen dan ook een kwaliteitstoets af te leggen. Meer en meer wordt het van belang dat er een goed opleidingsbeleid is voor nieuwe bestuurders, maar ook bijscholing is belangrijk. Was het vroeger zo dat men met 4 tot 5 keer vergaderen per jaar kon volstaan, tegenwoordig in deze problematische tijd is de vergaderfrequentie verdubbeld en niet alleen in aantal, maar ook in tijdsduur van de vergadering. Behalve strenger toezicht (DNB, AFM) is er ook, olv van externen, een zelfevaluatie van het bestuur, welke beschikbaar is voor de toezichthouders. Er is een visitatiecommissie die deels bestaat uit externen en Cosun mensen, dit ter toetsing van het vermogensbeheer. Beleggingsbeleid wordt geëvalueerd, o.a. in welke zaken wil men beleggen,. Maatschappelijk verantwoord beleggen. In 2012 is een crisisplan opgesteld. Bij het vermogensbeheer zijn een aantal structurele zaken aangepakt, tevens wordt een evaluatie gedaan naar een wisseling van deskundigen voor het vermogensbeheer, dit ter verkrijging van een betere kwaliteit en kennis, maar ook vermindering werkdruk pensioenbureau. Indexatie.

4 Op 26 maart 2013 is tot indexatie besloten en deze is op 4 april goedgekeurd door de deelnemersraad. Graag had men de info voor de 1 e ledenvergadering aan de gepensioneerden kenbaar gemaakt, echter ontvangst info en 1 e vergadering vielen samen. In het bestuur is een pittige discussie gevoerd over hoogte en effect van de indexatie. Gebaseerd op de vastgelegde staffel, (deels) indexeren bij een dekkingsgraad tussen 110 en 120 en hoger dan %, bleek dat de indexatie bij een dekkingsgraad van 119% uit zou komen op 2,65%. Aangezien de actieven geen loonaanpassing hebben ontvangen in het kader van prijsindexatie, was er de discussie of het terecht was enkel de niet actieven te indexeren. Gekozen is voor continuering van het gevoerde beleid. Ontwikkeling van de dekkingsgraad wordt deels beïnvloed doordat er agv van overheidsmaatregelen, waarbij met name de nieuwe, wederom gewijzigde, rentemethodiek bepalend is. 4 Toekomst Gedurende een tweetal jaren is bij de sociale partners aangegeven dat de huidige regeling niet te handhaven is. Echter sociale partners zij nu reeds 1 ½ jaar in gesprek, en nog geen enkele uitkomst. Wil men echter op de nieuwe regeling invoeren, dan dient ruim voor dit tijdstip duidelijkheid te zijn over de vorm en inhoud van de nieuwe regeling. Enerzijds om de toets door de voeren of regeling uitgevoerd kan worden en anderzijds om de administratieve systemen in te richten naar de regeling. En niet te vergeten de communicatie naar alle deelnemers aan het pensioenfonds (actieven, niet actieven en slapers). In die zin een brief gestuurd naar de sociale partners. Voor toekomstige ontwikkelingen op pensioengebied is het goed te weten dat sociale partners (werkgever en bonden) de pensioenovereenkomst bepalen. En dat het pensioenfonds slechts een uitvoerende rol heeft. Waarbij het pensioenfonds wel de toets legt of de voorgestelde regeling voor hun uitvoerbaar is. Ten aanzien van de premieontwikkeling is het duidelijk dat, bij handhaving van de huidige regeling, dit zal leiden tot onevenwichtige uitgaven. Vrij vertaald zou het op langere termijn betekenen dat men 2 dagen in de week werkt voor zijn pensioen en 1 dag voor de AOW. Derhalve is wijziging noodzakelijk, daarom ook het overleg tussen sociale partners over een nieuwe pensioenregeling. Vragen naar aanleiding van de presentatie: V. Bestaat er de mogelijkheid dat pensioenfonds wordt ondergebracht bij verzekeraar. A. Uitbesteding is geen verbetering, in eigen beheer leidt tot een beter inzicht/performance. Daarnaast nemen toezicht en verantwoording afleggen steeds meer toe.

5 In het vervolg op deze vraag wordt aangegeven dat er, om de kwaliteit binnen het bestuur te handhaven, er in de toekomst een aantal modellen qua bestuur mogelijk zijn: a. Paritaire samenstelling b. Professioneel bestuur c. Mix van beiden V. Vraag naar de effecten rentestijging/daling A. Op dit moment wordt rente effect afgedekt, bestuur is alert op de ontwikkeling om een zo optimaal mogelijke renteopbrengst te realiseren. 5 V. Wie stelt de indexatiegrenzen vast. A. Indexatiegrenzen worden vastgesteld door het pensioenfonds op basis uitkomst van de ALM studie. Tevens is deze studie de basis voor premie en beleggingsbeleid. ALM studie en continuïteit beleid dienen te worden voorgelegd aan DNB. V. Hoe is de is de verhouding in de solidariteitsgedachte tussen actief/niet actief. A. Belangen actieve deelnemers liggen op een hoger niveau dan niet actieven. V. In Nu en Later is een forse premiestijging per actieve deelnemer gepresenteerd. A. Allereerst zijn in de berekening alleen de actieven opgenomen. Daarnaast is er de ontwikkeling dat er een duidelijk hoger salarispeil is dan in het verleden. Ook speelt de langere campagne (toeslag) een rol. V. Welke overlevingstabel wordt gehandhaafd. A. Niet exact bekend, doch elke twee jaar wordt overlevingstabel aangepast, inclusief de ontwikkelingen zoals deze, zich specifiek, in de populatie van Cosun voordoen. V. Naar aanleiding van een gerucht de vraag of Pensioenfonds ook in goud belegd heeft. A. Binnen ons pensioenfonds geen belegging in goud. Wel elders. V. Naast de hoogte van de salarissen, speelt dan dat er minder actieven zijn. A. Duidelijk is de invloed van minder actieven aanwezig, evenals de gestegen gemiddelde leeftijd. Gelukkig is Suiker Unie nu weer actief in de markt om jongere personeelsleden aan te trekken. V. Komen nieuwe mensen in de eindloon of middelloonregeling. A. Uitgangspunt is alle nieuwe personeelsleden in de middelloonregeling komen. V. Bij de vertrekregeling is toegezegd dat men tot en met 65 jaar opbouw pensioen ontvangt. Nu is gerucht dat dit slechts tot 62 jaar 3 maanden is. Personeelszaken geeft ook niet echt duidelijke info. A. Veelal is bij alle regelingen afspraak gemaakt dat 100% opbouw tot aan pensioendatum betaalt wordt. Duidelijk een actiepunt voor het pensioenfonds, zal deze vraag meenemen naar het bestuur. V. Wat is de verwachting bij de nieuwe afspraken rondom pensioen, een eindloon of een middelloonregeling. A. Verwachting is middelloonregeling. Wat niet wil zeggen dat deze slechter is dan de eindloonregeling. Een en ander geeft te maken met de effecten van opbouwpercentages gekoppeld aan loopbaanontwikkeling.

6 V. Vermindering van het aantal pensioenfondsen, zal dit effect geven naar ons pensioenfonds c.q. in het algemeen. A. Toezichthouders DNB en AFM wil een duidelijke vermindering van het aantal fondsen en een verdergaande professionalisering van de bestuurders. Bestuur pensioenfonds vindt dit een slechte ontwikkeling, met name in het licht gezien van de prestaties van de grote pensioenfondsen zoals ABP, metaal en Zorg en Welzijn. Reactie bestuur van de vereniging dat er een brief geschreven wordt naar de sociale partners(werkgever en bonden) dat we problemen hebben met een niet evenwichtig akkoord voor actieven en niet actieven. En dat een eenzijdig besluit niet acceptabel is. Reguliere rondvraag V. Naar aanleiding van moeilijke ingang bij vakbonden, of wij na kunnen gaan hoeveel leden er lid zijn van de vakbond. A. De ingang was niet zo moeilijk echter de reactie van de bonden was vrij traag. 6 V. In het verleden heeft afroming (premiekorting) plaatsgevonden, hoe moeten we dit nu zien in de huidige situatie. A. Premiekorting is ontstaan ten tijde van de rijk gevulde fondsen en de tekorten bij de overheid. Waarbij overheid dreigde een greep te doen in de kas. Ten aanzien van de huidige situatie is niet de verwachting dat het omgekeerde spontaan zal plaatsvinden. Dus verleden maar vergeten. V. Vraag over hoogte kilometervergoeding van 0,35 in plan. Geldt deze ook voor externen. A. Uitgangspunt is dat wij werken met een kostendekkende reisvergoeding. 12. Sluiting.