Leskaarten Jongste Jeugd Serie 2

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Leskaarten Jongste Jeugd Serie 2"

Transcriptie

1 Leskaarten Jongste Jeugd Serie 2 Vanaf september 2014 speelt de jongste jeugd met een vernieuwde spel- en wedstrijdstructuur. De aanpassingen en verbeteringen zullen ervoor zorgen dat kinderen met nog meer plezier komen én blijven handballen. De belangrijkste drijfveer om tot een nieuwe opzet voor het jeugdhandbal te komen, is dat we optimaal willen aansluiten bij de belevingswereld van de jongste jeugd. Zodra kinderen bijvoorbeeld hun bewegingsdrang beter in onze sport kwijt kunnen, wordt het handbal vanzelf leuker en uitdagender. Handbal bij de jongste jeugd mag geen kopie zijn van het prestatiegerichte handbal bij volwassenen. Plezier hebben en succes beleven in wat je doet staat steeds centraal. Wanneer kinderen zo lang mogelijk brede motorische bewegingservaring kunnen opdoen, verwachten wij dat zij zich langer door ontwikkelen (ook op latere leeftijd) en langer blijven handballen. Om jou als trainer te helpen deze spel- en wedstrijdstructuur te implementeren, hebben wij voorbeeld leskaarten gemaakt. Hierbij de tweede serie van 8 weken. In de leskaarten zit een opbouw voor een heel seizoen; van gemakkelijk naar steeds meer uitdagend en worden alle bewegings- en vaardigheidsgebieden via spelvormen gepresenteerd. Belangrijk hierbij is om naar de vaardigheden per speler te kijken. Bij elke leskaart staat aangegeven hoe de oefening makkelijker of moeilijker gemaakt kan worden. Bij elke leskaart staat bij arrangement aangegeven welk materiaal nodig is. Kijk voor meer informatie over het aanschaffen van materialen op: Ander spelmateriaal (Pedalo, gatendoek b.v.) is te leen bij het NHV (via servicedesk). De kaarten zijn ook goed te gebruiken voor carrouseltrainingen, waar bij één training meerdere (hulp) trainers de 4 thema s behandelen en de kinderen na een bepaalde tijd van thema en trainer wisselen. Vragen of leuke ervaringen? Stel of deel ze via: Weken Thema 1 Thema 2 Thema 3 Thema 4 Week 9 Tikspel Coördinatie Vangen en werpen Gooi en Ren Week 10 Kleurenloop Ballen verzamelen Eilandenbal Punten gooien Week 11 Eilandenspel Rijden en glijden Balbehendigheid Pionbal Week 12 Rups tikspel Balans Bal onderscheppen Tippen met schot Week 13 Diamantenroof Duwen en trekken Parcours afleggen Doelpuntenwedstrijd Week 14 Samenwerk tikspel Vallen/rollen Tip/werp estafette Mikken i.c.m. tippen Week 15 Ballonnen Rijden op pedalo Mikken in open kast Stuitbal Week 16 Tikspel: Springen/landen Stoeien Mikfestijn Mini handbal

2 Station 1: Tikspel Week 9 Veld van 6 bij 6 meter De tikker heeft een lint of hesje in de broek De spelers proberen, zonder getikt te worden, het lint van de tikker af te pakken De tikker probeert zoveel mogelijk spelers te tikken, zonder dat zijn lint afgepakt wordt Als je getikt bent ga je als een standbeeld stil staan, als de tikker langs komt mag je proberen lint af te pakken Degene die het lint afpakt wordt de nieuwe tikker. Niet afgepakt? Na minuut andere speler als tikker aanwijzen. Houdt goed overzicht Probeer je lichaam tussen je staart en de spelers te houden Snel draaien en bewegen om het de spelers zo moeilijk mogelijk te maken

3 Station 2: Coördinatie Week 9 Een ladder, voorste twee spelers met zachte bal Pion, zware bal o.i.d. op 6 meter afstand om als mikpunt te fungeren Bal in hand, arm hoog houden, om de beurt door de ladder heen lopen Aan het eind van de ladder doorlopen en proberen mikpunt te raken Pas starten als speler voor je op de helft is Na gooien bal ophalen, bal aan eerstvolgende in rij geven en achteraan rij aansluiten Lichtvoetigheid Bewegen op de bal van de voet Bovenlichaam in balans

4 Station 3: Vangen en werpen Week 10 Tweetallen staan tegenover elkaar Met tape verschillende afstand streepjes maken Of pionnen gebruiken Probeer vijf keer achter elkaar over te spelen. De bal mag een keer stuiten, dan moet hij gevangen worden Wanneer het vijf keer achter elkaar lukt, ga je een streepje of pion verder staan De bal moet vijf keer achter elkaar gevangen worden, anders begin je weer bij het begin Rechtshandige heeft linker been voor, linkshandige heeft rechterbeen voor Elleboog op schouderhoogte Bal mag twee keer stuiten voordat deze gevangen wordt Bal drie keer vangen voordat je verder mag De bal moet in een keer gevangen worden

5 Station 4: Gooi en Ren Week 9 Twee teams A en B maken Team A is het gooiteam, team B is het veldteam Veld van 10 bij 12 meter Elke speler van het veldteam staat naast een hoepel Korf of mand met pittenzakjes, lege korf of mand Zachte bal die kan stuiten Gooi de bal het veld in en breng zoveel mogelijk pittenzakken naar de korf, zolang het veldteam de bal brandt in iedere hoepel. Welk team heeft de meeste pittenzakjes overgebracht? Gooiteam: - Zodra de bal gebrand is in alle hoepels stop je met lopen en is de volgende speler aan de beurt Veldteam: - Een speler haalt zo snel mogelijk de bal en brengt deze bij speler bij de eerste hoepel, deze brand (stuit in de hoepel) de bal en speelt naar speler 2. Als iedere speler van het gooiteam geweest is, worden de pittenzakjes geteld en vervolgens gewisseld van plek Rechtshandige heeft linker been voor, linkshandige heeft rechter been voor Elleboog op schouder hoogte Duimen achter de bal bij het vangen Afstand verkleinen Afstand vergroten

6 Station 1: Kleurenloop Week 10 Veld van 10 bij 12 meter Gekleurde stippen of hoepels Alle spelers naast elkaar achter startlijn Trainer geeft allerlei loopvormen en een kleur aan. Spelers lopen, rennen, huppelen, hinken, springen, lopen als een kikker, lopen als een olifant etc. naar de stip met de kleur die trainer aangegeven heeft. Raken deze met hand aan en gaan op dezelfde wijze weer terug naar startlijn Kijk uit voor elkaar, zorg dat je niet botst Heel leuk om de spelers zelf te laten verzinnen op welke manier zij kunnen lopen Moeilijker te maken door: Spelers meer opdrachten tegelijkertijd te laten geven: b.v. Loop als een kikker, raak de groene en dan de blauwe stip met je voet aan Met bal en spelers laten tippen

7 Station 2: Ballen verzamelen Week 10 2 elastieken 3 eierdozen o.i.d. Gekleurde balletjes Pak 1 balletje tegelijk uit de emmer en leg deze in je lege eierdoos De middelste eierdoos is het voorbeeld Wie kan deze het eerst namaken? 1 balletje tegelijk meenemen Als je het balletje verliest of niet goed in het doosje terecht komt moet je terug naar de emmer om een nieuw balletje te pakken Wie als eerst klaar is, heeft gewonnen en zijn de volgende 2 aan de beurt Kleine pasjes vooruit maken Houdt het elastiek onder spanning In plaats van eierdozen en kleine balletjes kun je ook pionnen en grotere ballen gebruiken. Pionnen klem je dan omgekeerd tussen muur en bank Minder spanning aanbrengen bij het elastiek Meer spanning aanbrengen bij het elastiek In spiegelbeeld het voorbeeld na maken

8 Station 3: Eilandenbal Week 10 In de zaal liggen hoepels verspreid (de eilanden ). In elke hoepel een speler Ca. 2 of 3 zachte ballen Tussen de hoepels door lopen 3 à 4 kinderen Spelers: Probeer de bal zo naar elkaar over te gooien, dat de bal niet gepakt kan worden door de onderschepper. Onderscheppers: Probeer de ballen te onderscheppen Spelers: - Blijf in je hoepel Onderscheppers: - Heb je een bal onderschept, dan wissel je met degene die de bal gegooid heeft Spelers: - Gooi de bal pas als je medespeler naar je kijkt Onderscheppers: - Kies een goede plek, zodat je de ballen goed kunt zien aankomen Ballen rollen i.p.v. gooien Hoepels verder uit elkaar leggen

9 Station 4: Punten gooien Week Maak met krijt of tape vierkanten op de muur of op een dikke mat 2 2 Voor elke speler een bal 4 pionnen om de afstanden aan te geven. Op 4, 5, 6 en 7 meter van de muur Probeer in 10 keer gooien zoveel mogelijk punten te verzamelen Of: Wie heeft als eerste 25 punten bij elkaar gegooid? Iedereen begint achter de eerste pion op 4 meter van de muur Je mag om de beurt gooien Elke keer als je het vierkant met het hoogste puntenaantal raakt, schuif je een pion naar achteren Als je raak gooit vanaf de vierde pion dan blijf je op die plek staan Tel zelf het aantal punten dat je bij elkaar hebt gegooid Einde spel: Na 10 keer gooien: Wie heeft de meeste punten? Of als iemand 25 punten heeft gehaald. Iedereen begint weer bij nul en bij de eerste pion. Het spel begint opnieuw. Linkshandige heeft rechter been voor, rechtshandige heeft linker been voor Elleboog minimaal op schouderhoogte Alle pionnen 1 meter naar voren plaatsen Alle pionnen 1 meter naar achter plaatsen Vanuit beweging (voorbereiden 3-pas) gooien Met je andere hand gooien

10 Station 1: Eilandenspel Week 11 Veld van 10 x 12 meter Net zoveel hoepels als aantal kinderen Alle spelers naast elkaar achter een startlijn De hoepels zijn eilandjes in de zee en om de eilandjes zwemt een monster. Als de trainer fluit komt het monster tevoorschijn. Ga dan zo snel mogelijk in een hoepel staan (verschillende opdrachten geven, b.v. rennen, huppelen, hinken etc.) Trainer haalt elke keer een hoepel weg Help elkaar en zorg dat iedereen veilig in een hoepel kan staan (er mogen meerdere spelers in een hoepel staan) Kijk uit voor elkaar, zorg dat je geen botsingen maakt Heel leuk om de spelers zelf te laten verzinnen op welke manier zij kunnen lopen

11 Station 2: Rijden en glijden Week 11 2 rollerboards of meubelrollers 10 pionnen Neem een aanloopje, ga op het rollerboard liggen en probeer zoveel mogelijk pionnen omver te rijden Afzetten vanaf de lijn Onderweg mag je niet afzetten met je handen via de grond Aanloop nemen en laatste pas flink afzetten vanaf de grond en daarna als een plank op de rollerboard gaan liggen Iemand anders geeft een zet, terwijl je al op het board ligt Vanuit stilstand proberen krachtig af te zetten en zover mogelijk te glijden

12 Station 3: Balbehendigheid Week 11 Arrangement Er zijn verschillende ballen aanwezig (b.v. zachte ballen, handballen, tennisballen) De spelers staan een stukje uit elkaar, zodat iedereen genoeg ruimte om zich heen heeft Opdracht De trainer doet een oefening voor en de spelers doen dit na, gebruik hierbij verschillende ballen, zodat ze verschil kunnen ervaren. Aan het eind krijgt iedere speler een paar minuutjes om een trucje te oefenen. Zij mogen dit presenteren aan de groep. De groep probeert dit trucje na te doen. 1. Staand bal omhoog gooien, laten stuiten en vangen 2. Staand bal omhoog gooien en vangen 3. Staand bal omhoog gooien en bal vlak bij de grond vangen 4. Staand bal omhoog gooien en bal zo hoog mogelijk vangen 5. Staand bal omhoog gooien, rechtsom rond draaien en bal vangen (daarna linksom draaien) 6. Staand bal omhoog gooien, op de grond gaan zitten/liggen en bal vangen 7. Zelf trucje verzinnen Aandachtspunten Probeer bal niet te hoog te gooien Handen in een kommetje houden met vangen, duimen goed achter de bal Probeer losjes te staan, knieën een beetje gebogen

13 Station 4: Pionbal Week 11 2 teams van 2 spelers 1 kameleon, hoort altijd bij aanvallende partij (3 tegen 2) 2 kasten met daarop 2 pionnen Met je team ga je samenspelen en probeer je de pion van de kast af te mikken van de tegenpartij Er wordt met handbalregels gespeeld Als de pion van de kast is afgemikt, zet je hem weer op de kast en de bal gaat naar de andere partij Probeer de ruimte op te zoeken, niet te dicht op elkaar gaan spelen Kijk wie er vrij staat en probeer diegene aan te spelen Meerdere pionnen op de kast te plaatsen 1 verdediger en 3 aanvallers 1 pion op de kast te plaatsen 3 aanvallers tegen 3 verdedigers

14 Station 1: Rups tikkertje Week 12 Allemaal in een rij achter elkaar staan Hou elkaar bij je middel vast De tikker staat voor de rij kinderen (de rups) De tikker probeert de achterste in de rij te tikken Als de tikker de achterste kan tikken, sluit hij of zij achteraan De voorste wordt de tikker De rups moet heel blijven, dus houd elkaar heel goed vast Voorste speler van rups mag tikker niet vasthouden, wel een beetje tegenhouden Probeer als tikker afstand te houden en probeer elke keer van richting te veranderen (maak schijnbewegingen) Twee korte rupsen te maken Een lange rups te maken

15 Station 2: Balans Week 12 Er staan 1 of 2 pedalo s klaar Er liggen balansonderdelen klaar Probeer op de pedalo s en over de balans onderdelen te lopen. Heen en terug op de pedalo, dan gaat de volgende. Bij de balansonderdelen wachten tot speler voor je klaar is. Probeer je lichaam in balans te houden Je bovenlichaam blijft stabiel Makkelijker te maken door: Laat iemand met je meelopen en je hand vast houden Moeilijker te maken door: Onder het lopen op de pedalo een ballon hoog proberen te houden met een piepschuim stick of opgerolde krant Bij de balansonderdelen bal om je middel draaien

16 Station 3: Bal onderscheppen Week 12 Een vierkant van 5 bij 5 meter 1 bal 4 Spelers ( in elke hoek van het vierkant 1) en 2 onderscheppers Spelers: Probeer de bal zo vaak mogelijk over te spelen Onderscheppers: Probeer de bal te onderscheppen Spelers: - Je moet op je plek blijven staan - Je mag de bal maximaal 3 seconden vasthouden Onderscheppers: - Als je de bal onderschept, dan wordt diegene die gooide de lummel Einde spel: De trainer geeft aan wanneer het spel is afgelopen, regelmatig wisselen van taak Elleboog minimaal op schouderhoogte Duimen goed achter de bal bij het vangen Onderschepper beweegt op de voorvoeten, zodat hij of zij zich snel kan verplaatsen om een bal te onderscheppen Kijk waar de bal heen kan gaan en ga niet alleen voor de balbezitter staan Makkelijker maken: Voor spelers: 1 onderschepper in plaats van 2 Voor onderscheppers: Afstand kleiner maken Moeilijker maken: Voor spelers: 3 onderscheppers Voor onderscheppers: Afstand vergroten

17 Station 4: Tippen met schot Week 12 Spelers met bal Twee rijen op 12 meter van het doel (handbaldoel, mat of pion) Rij pionnen voor slalom, 4 pionnen om rijen aan te geven Mat of pionnen als doel Om en om tippend naar het doel, bal oppakken en vanuit beweging (voorbereiding 3 passen) op doel schieten De terugweg tippend slalommen om de pionnen heen Je mag starten als diegene voor je op de helft is van het tippen Losse pols beweging bij het tippen Vingers verspreid en licht gebogen Tippen op heuphoogte Schuin naast je tippen Maar 1 keer tippen, verder lopen en vanuit beweging op doel schieten Na het tippen 3-pas maken en op doel schieten Zowel met rechts als links tippen om de pionnen heen

18 Station 1: Diamantenroof Week 13 Veld van 10x12 meter In het midden vierkant van judomatten met daarop pittenzakjes of blokken 2 of 3 tikkers (de bewakers), spelers zijn de dieven Voor elke dief een huis (hoepel) buiten rand van het speelveld Probeer zonder dat je getikt wordt een diamant te roven en naar je huis te brengen Dieven mogen 1 diamant per keer proberen te pakken Dieven zijn vrij als zij over buitenrand van speelveld zijn Als je getikt wordt, diamant afgeven (gaat terug naar de mat) en eerst weer terug in je huis voordat je opnieuw kan beginnen Spel eindigt als alle diamanten geroofd zijn of na bepaalde tijd Veiligheid: tikkers voorzichtig voor elkaar, zodat getikte speler niet valt Voor dieven: Minder tikkers Meer tikkers, Veld groter maken

19 Station 2: Duwen en trekken Week 13 Tweetallen van gelijke grootte/sterkte tegenover elkaar (lijn ertussen) Tweetallen naast elkaar werken, zorg voor voldoende tussenruimte 1 touw per tweetal. Eventueel 1 lang touw De trainer doet elke keer oefening bij tweetal voor en de spelers doen dit na 1. Tweetallen zijwaarts staan, elkaar met rechterhand vast houden, voeten tegen elkaar. Proberen elkaar uit evenwicht te trekken. Hierna met linkerhand vasthouden 2. Tweetallen staan, gezicht naar elkaar, zetten handen op schouders, proberen elkaar over de lijn te duwen 3. Tweetallen ruggelings zitten op grond, voeten op de vloer, armen inhaken, proberen elkaar zijwaarts op de grond te duwen 4. Tweetallen zijwaarts staan en schouders tegen elkaar, proberen elkaar over lijn te duwen. Hierna met andere schouder tegen elkaar 5. Tweetal houden beiden touw vast, proberen elkaar over lijn te trekken 6. Evt. extra oefening: twee groepen maken en touwtrekken met lange touw Zorgen voor veiligheid, stoppen als je medespeler dat vraagt Elke keer als het gelukt is of balans verstoord is weer opnieuw beginnen Contact durven maken

20 Station 3: Parcours afleggen Week 13 4 pionnen 1 bank 1 Tchouk Mat, pion o.i.d. als doel 6 dunne matjes Eerst tippen om de pionnen heen 1. Bal klemmen tussen hakken en billen en op je buik liggend jezelf omhoog trekken op de bank 2. Bal klemmen tussen buik en benen en op je rug liggend jezelf omhoog trekken Van de bank af springen Mikken op de Tchouk en proberen je eigen bal te vangen Via de matjes terug springen, na de laatste mat op doel gooien Start niet te snel achter elkaar Als diegene voor je klaar is met tippen om de pionnen mag je starten Tippen op heuphoogte en schuin voor je tippen Met rechter en met linkerhand op Tchouk gooien Bal hoog houden (lange arm maken) tijdens het springen van matje naar matje Tegen de muur werpen in plaats van in de Tchouk Je mag maar 2 passen op elk matje maken Daarna 2 keer linker been op een matje springen (hinkelen) volgende matje 2 keer rechter been etc.

21 Station 4: 1: Doelpuntenwedstrijd Samenwerk tikspel Week Week Elke speler 2 pionnen als doel Tweetallen tegenover elkaar met 1 bal Lijn of touw als middellijn Probeer doelpunt te maken bij elkaar Scoren niet hoger dan schouderhoogte tegenstander Ieder blijft aan eigen kant middenlijn Spelers houden zelf stand bij, wie scoort meeste doelpunten? Afstand verkleinen Afstand vergroten 2 tegen 2 spelen

22 Station 2: Vallen/Rollen Week 14 Veld van 6 bij 8 meter 6 matten 2 hesjes of lintjes voor de tikkers Lopers: Probeer ongetikt in het tikveld te blijven Tikker: Probeer de lopers te tikken Lopers: Niet op de mat lopen of over de matten springen Matten dichter bij elkaar Matten verder uit elkaar

23 Station 3: Tip en werp estafette Week 14 Veld van 10 bij 12 meter Spelers verspreid over veld Hangar maken door 4 pionnen in rechthoek in het veld te zetten Spelers bewegen zich als vliegtuig (lopen met zijwaarts gestrekte armen), maken ook geluid als een vliegtuig 1. Op teken trainer landen de vliegtuigen tegelijkertijd op de grond 2. Op afroep van je naam land je in de hangar 3. Alle spelers naast elkaar op startlijn. Op teken trainer tegelijk aanloop nemen, op de grond landen en doorglijden. Wie glijdt het verste? Vliegtuigen in de lucht proberen ook langs elkaar heen te vliegen en te landen. Veiligheid voor elkaar: niet botsen (3.) Aanloop nemen en afzetten bij de van te voren afgesproken lijn. Benen lang maken (strek je knieën) Probeer eerst op je handen te landen, daarna doorglijden Met sommige shirts met opdruk kun je niet glijden. Even shirt binnenste buiten aandoen

24 Station 4: Mikken i.c.m. tippen Week 14 2 banken Een startlijn aan het begin van elke bank Een werplijn op 3 meter van de muur 2 handballen 2 teams van 3 a 4 spelers Ren, tippend met de bal, richting de muur, gooi vanaf de werplijn de bal tegen de muur, vang de bal, ren (al tippend) terug om de bank heen en geef de bal aan de volgende speler van je team De eerste loper mag bij de startlijn klaar gaan staan De trainer geeft een startsignaal met klaar voor de start: af Je mag pas tegen de muur aangooien als je bij de werplijn bent Als je niet aan de beurt bent, zit je op de bank De volgende loper mag al klaar gaan staan, als de andere loper nog aan het lopen is Je mag pas gaan lopen als je de bal hebt gekregen Einde spel: Het team waarbij alle lopers 1 keer gerend hebben en als eerste weer op de bank zit heeft gewonnen Tippen op heuphoogte Vingers licht gebogen Losse polsbeweging Werpen met elleboog minimaal op schouderhoogte Linkshandige heeft rechterbeen voor, rechtshandige heeft linker been voor Je mag tijdens het rennen de bal ook vasthouden Met je andere hand tippen Afstand lijnen vergroten

25 Er liggen 4 matjes achter elkaar (ongeveer een meter tussenruimte) Op het tweede matje staat een pion Naast de matjes staat een bank met daarop 5 pionnen 4 meter voor de bank staat een pion of een lijn Alle spelers hebben een bal Een wedstrijdje tussen de tippers en de werpers De tippers moeten eerst een rondje om het eerste matje maken, vervolgens om de tweede, dan om de derde en tot slot om het vierde matje Als diegene voor je bij de pion is (staat bij het tweede matje) mag de volgende starten De werpers proberen om de beurt vanaf de pion of lijn die 4 meter voor de bank staat, een pion van de bank af te mikken Zelf de bal ophalen en weer achteraan sluiten Zijn de tippers eerder klaar of kunnen de werpers de pionnen sneller van de bank af mikken? Oefening 2 keer herhalen dan wisselen, werpers gaan tippen en tippers gaan werpen Niet te vroeg starten met tippen of werpen Bij balverlies bij het tippen, weer beginnen waar je de bal verloren heb Bal op heuphoogte tippen en schuin voor je tippen Probeer voor je te kijken en niet naar de bal en de grond Soepele pols beweging en vingers licht gebogen Rechtshandigen hebben linker been voor, linkshandigen hebben rechter been voor Elleboog minimaal op schouderhoogte

26 Station 1: Ballonnen Week 11 Veld van 10 x 12 meter Per speler 1 ballon en paar reserve ballonnen 8 pionnen Trainer laat elke keer andere oefening voordoen en de spelers doen dit na 1. Ballon hoog houden met handen, linkervoet-/rechtervoet, hoofd, buik, billen, neus, schouder etc. 2. Ballon hoog houden en rondje linksom draaien, daarna rechtsom draaien 3. Ballon hoog houden, gaan zitten, weer gaan staan. Tweetallen 1 ballon: Probeer een parcours af te leggen met z n tweeën met de ballon tussen beiden in 1. Met de buiken tegen elkaar met de ballon ertussen 2. Ruggelings tegen elkaar met de ballon ertussen 3. Met de hoofden tegen elkaar met de ballon ertussen 4. Etc. Je mag je handen niet gebruiken om de ballon vast te houden Wisselen van tweetallen Niet te snel vooruit gaan Houdt spanning tegen de ballon Niet slalommen om de pionnen, maar in een rechte streep naar voren en terug lopen Je mag er niet meer bij praten

27 Station 2: Rijden op pedalo Week 15 2 pedalo s 4 pionnen Van de ene pion naar de andere pion rijden op de pedalo Aan de overkant neemt de ander de pedalo over en sluit je achteraan Met licht gebogen knieën je voortbewegen op de pedalo s Houd je bovenlichaam zoveel mogelijk stil om zo je balans zo goed mogelijk te bewaren Iemand loopt naast je en houd je hand vast Onder het lopen op de pedalo houd je een ballon hoog met een schuimstick of opgerolde krant Bal aan laten spelen en weer terugspelen terwijl je aan het rijden bent op pedalo

28 Station 3: Mikken in kast Week 15 1 of 2 kasten op 1 meter van de muur. Bovenste deel van de kasten afhalen 3 a 4 spelers per kast Bovenste kastdeel omgekeerd met verschillende soorten ballen Pion op afstand van 8 meter en lijn of pion op afstand van 5 meter van kast Pak een bal en probeer vanuit beweging (voorbereiding 3-pas) vanaf de pion de bal in de kast te mikken Na schot bal pakken, ruilen met andere bal uit ballenbak en weer achteraan aansluiten Veiligheid: Even wachten tot speler voor je klaar is Arm hoog houden met schieten Linkshandigen met rechterbeen voor en rechtshandigen met linkerbeen voor Afstand verkleinen tot kast Afstand vergroten tot kast Probeer de bal via de muur in de kast te gooien

29 Station 4: Stuitbal Week 15 Veld van 6 bij 12 meter 1 handbal 2 teams van 3 spelers Balbezitters: Probeer de bal zo te gooien dat deze eerst in je eigen veld stuit, over de banken gaat en in het veld van de tegenpartij de grond raakt Verdedigers: Probeer de bal te vangen voordat die in jouw veld de grond raakt Voordat de bal over de banken gaat moet de bal eerst in je eigen veld een stuit hebben gemaakt Als de bal in het veld van de tegenpartij de grond raakt heeft jouw team een punt Je mag niet lopen met de bal Je mag de bal overgooien naar een teamgenoot Einde spel: Als een team 5 punten heeft Of: Als de trainer het eindsignaal geeft. Welk team heeft op dat moment de meest punten? De bal mag een keer stuiten voordat je de bal moet vangen 1 bank (zonder een andere bank er boven op) Veld groter maken Extra bal

30 Station 3: Springen en landen Week 11 Speelveld van 8 bij 8 meter 1 tikker 6 lopers Als je getikt bent, ga je bok staan Kan iemand over je heen springen ben je weer vrij Waar je getikt ben, moet je gaan staan als bok Iedereen blijft binnen het speelveld, anders ben je ook af Zorg ervoor dat je je hooft goed naar binnen houdt ter bescherming Op je hurken een bok maken, zodat ze makkelijker over je heen kunnen springen

31 Station 2: Stoeien Week 16 Twee spelers gaan op 1 turnmatje zitten De matjes liggen verspreid uit elkaar Probeer de ander van het matje af te krijgen 1. Beiden op knieën zitten 2. Een zit op handen en knieën 3. Een ligt op buik 4. Spelers hebben beiden een bal met twee handen vast, probeer de bal uit elkaars handen te trekken Na een paar minuten moet iedereen een ander maatje zoeken Veiligheid: Je houdt rekening met elkaar en doet elkaar geen pijn. Als de een stop zegt, moet je meteen stoppen Doorzettingsvermogen Contact durven maken Makkelijker te maken door: 2 matjes tegen elkaar aan schuiven zodat het oppervlak groter wordt en je er minder snel vanaf wordt geduwd Moeilijker te maken door: Een pittenzakje of tennisbal in de hand vast houden, zodat je maar 1 hand kunt gebruiken bij het stoeien

32 Station 3: Mikfestijn Week 16 Spelers met bal verdelen over 4 rijen 4 doelen maken (hoepel in doel, bank of kast met pion, korfbalpaal, zware bal etc.) Evt. materiaal neerzetten als opdracht voordat ze op doel gooien (b.v. ladder, pionnen voor slalom, pionnen met rietje om overheen te springen etc.) Probeer vanaf de pion op het doel te schieten 1. Vanuit beweging (voorbereiding 3-pas) schieten 2. Vanuit beweging, springen en schieten 3. Vanuit beweging, vallen en schieten Na schot bal pakken en aansluiten in volgende rij Veiligheid: Even wachten tot speler voor je klaar is Arm hoog houden met schieten Linkshandigen met rechterbeen voor en rechtshandigen met linkerbeen

33 Station 4: Minihandbal Week 16 Veld van 10 bij 12 meter Turnkast met matje er voor als goal 1 zachte handbal Een lijn op 4 meter afstand van het doel 1 keeper, 1 verdediger en 3 aanvallers Aanvallers: Probeer een doelpunt te maken Verdediger: Probeer de bal te onderscheppen Aanvallers: - Als je een doelpunt hebt gemaakt mag je opnieuw aanvallen (beginnen op 10 meter van het doel) - Verder normale mini handbalregels toepassen Verdediger: - Als je de bal onderschept wordt iemand anders verdediger (doordraaisysteem) - Iedereen is een keer keeper Einde spel: Als de trainer het eindsignaal geeft Zorg er voor dat je vrij staat en de bal kunt ontvangen als aanvaller Naar wie kan de aanvaller de bal spelen en probeer op het juiste moment de bal te onderscheppen Twee matjes voor de kast zetten, maakt het doel groter Speelveld iets breder maken ( meer ruimte voor de aanvallers) Twee verdedigers in plaats van een Veld smaller maken (minder ruimte voor de aanvallers)

Leskaarten Jongste Jeugd Serie 1

Leskaarten Jongste Jeugd Serie 1 Leskaarten Jongste Jeugd Serie 1 Met ingang van september 2014 introduceert het NHV een vernieuwde spel- en wedstrijdstructuur voor de jongste jeugd. De aanpassingen en verbeteringen zullen ervoor zorgen

Nadere informatie

Warming up. Shuttle tikkertje. Hoe lang? Doel van het spel Wat heb ik nodig? Organisatie. Start. Speelregels Hoe maak ik het makkelijker?

Warming up. Shuttle tikkertje. Hoe lang? Doel van het spel Wat heb ik nodig? Organisatie. Start. Speelregels Hoe maak ik het makkelijker? Warming up Shuttle tikkertje warming up met shuttle 1 shuttle en evt. lint(en) voor de tikker(s) Alle kinderen lopen in de zaal, een tikker wordt aangewezen. Deze tikker heeft een shuttle in de hand waarmee

Nadere informatie

LES 41. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Doelspelen

LES 41. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Doelspelen LES 41. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN Groep 3/4: Mikken met touwzwaaien. - De leerling kan al zwaaiend, met de voeten een pittenzakje in een hoepel leggen. Vies en lekkertje. - De loper rent als hij niet

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL DOELSTELLINGEN:

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL DOELSTELLINGEN: LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerling gooit de bal niet op het moment dat er een verdediger in de afspeellijn staat. De leerling maakt soms de keuze om de bal over te spelen in

Nadere informatie

Leskaart les 5, ronde 3

Leskaart les 5, ronde 3 Leskaart les 5, ronde 3 (De tweede les na schooltijd) B. Ronde 3. Spelen in kleine groepen: Station 1: Spel 2 2 + keeper Station 2: Spel 3 2 + keeper Organisatie: Kinderen verdelen over 2 stations Station

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL DOELSTELLINGEN: LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Eilandbal: - De leerlingen kennen de regels en spelen het spel zelfstandig. Vangen: - De leerling vangt een goed aangegooide bal bijna altijd. Groep 5/6:

Nadere informatie

LES 38 GROEP: 3 t/m 8 Handstand, mikken, over de kop gaan

LES 38 GROEP: 3 t/m 8 Handstand, mikken, over de kop gaan LES 38 GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Handstand - De leerling kan als een spinnetje tegen de muur op lopen. Mikken - De leerling kan de bovenhandse strekworp gericht uitvoeren. Rollen: - De leerling

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Dribbelen: O De leerling stuit minder dan 15 keer met de voorkeurshand V De leerling stuit 15 keer met de voorkeurshand G De leerling stuit 15 keer met

Nadere informatie

SPEL 1. Kangoeroe buidel-dief. Doel: Uitleg: Te moeilijk? Te makkelijk?

SPEL 1. Kangoeroe buidel-dief. Doel: Uitleg: Te moeilijk? Te makkelijk? SPEL 1 Kangoeroe buidel-dief Alle kangoeroe s (kinderen) hebben wat lekkers in hun buidel, op 1 kangoeroe na. Die kangoeroe probeert het lekkers van de andere kangoeroe s af te pakken totdat die alles

Nadere informatie

LES 26. GROEP: 3 t/m 8 Sportspelen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN:

LES 26. GROEP: 3 t/m 8 Sportspelen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: LES 26. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Mattendribbelspel: - De leerling dribbelt voorzichtig langs de afpakkers heen. Mikken: - De leerling kan de bal overrollen naar de andere leerling over

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Beoordelen Vangen O De leerling kan een goed aangegooide bal niet vangen. V De leerling vangt een goed aangegooide bal bijna altijd. G De leerling vangt

Nadere informatie

LES 34. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, tikspelen, Stoeien. DOELSTELLINGEN:

LES 34. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, tikspelen, Stoeien. DOELSTELLINGEN: LES 34. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Steile wand klimmen - De leerling klimt vlot met behulp van het touw tot bovenaan de berg. Stoeicircuit: - De leerling speelt zonder conflicten het spel

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: - De leerling durft als keeper een zachte bal tegen te houden wanneer een leerling van hetzelfde niveau gooit. - De leerling vangt een goed aangegooide

Nadere informatie

LES 39 GROEP: 3 t/m 8 Springen, Hardlopen, Doelspelen DOELSTELLINGEN:

LES 39 GROEP: 3 t/m 8 Springen, Hardlopen, Doelspelen DOELSTELLINGEN: LES 39 GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Handstand: - De leerling doet een rol op een verhoogd vlak waarbij de afzet op de trampoline is. Doelspelen: - De leerling speelt in een groep van maximaal

Nadere informatie

15 min. Stick Skills - Dominante hand hoog (3/4 de van de stick) - Andere hand helemaal bij het uiteinde van de stick

15 min. Stick Skills - Dominante hand hoog (3/4 de van de stick) - Andere hand helemaal bij het uiteinde van de stick Tijd Bewegingsactiviteiten Organisatie Aandachtspunten Stick Skills De leerlingen lopen kriskras door het veld met allemaal een eigen stick en eigen bal. Op teken van de docent (1 x fluiten) gooien de

Nadere informatie

Deze warming up is geschikt voor alle groepen. De warming up bestaat uit verschillende baloefeningen die hieronder worden beschreven:

Deze warming up is geschikt voor alle groepen. De warming up bestaat uit verschillende baloefeningen die hieronder worden beschreven: Deze warming up is geschikt voor alle groepen. De warming up bestaat uit verschillende baloefeningen die hieronder worden beschreven: Bal op het hoofd Bal op de neus Bal om het hoofd heen Bal op de heupen

Nadere informatie

LES 42. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, springen, doelspelen

LES 42. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, springen, doelspelen LES 42. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLING: Groep 3/4 Touwzwaaien met bewegend touw: - De leerling kan in een zwaaiend touw springen. Hoogspringen: - De leerling kan met 1 voet afzetten en landen op zijn voeten.

Nadere informatie

14.5. Impressie / Plattegrond

14.5. Impressie / Plattegrond Alle groepen Materiaal: - 7 hoepels - Bank - 2 kasten - 5 5cm matten - 2 losse grote touwen - 2 springtouwen - Ringen - Wandrek - 20 pionnen - Korf - 2 meterstokken Impressie / Plattegrond Opdracht - De

Nadere informatie

Oranje slingers. Stofzuigen bij Maxima & Willem-Alexander. Speluitleg: Speluitleg:

Oranje slingers. Stofzuigen bij Maxima & Willem-Alexander. Speluitleg: Speluitleg: Stofzuigen bij Maxima & Willem-Alexander Dit spel kan het best in een afgeschermde ruimte gespeeld worden. Verspreid alle ballen door de hele ruimte. Eén speler gaat op de buik op het skateboard liggen

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen kunnen onderhands opslaan met een shuttle. - Ze houden het racket vast bij het handvat met de shake-hand greep. Groep 5/6 - Leerlingen spelen

Nadere informatie

LES 3. GROEP 3 t/m 8 HANDBAL. DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP 3 t/m 8 HANDBAL. DOELSTELLINGEN: LES 3. GROEP 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerling vangt een goed aangegooide bal in een balspel. - De leerlingen kan de bal gericht naar een medespeler gooien. Tips: - Maak deze les groepen

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Dribbelen: - De leerling stuitert 15 keer met de voorkeurshand en met de niet voorkeurshand. Overspelen: - De leerling vangt een bal die door een medeleerling

Nadere informatie

LES 2 GROEP: 3 t/m 8 ATLETIEK DOELSTELLINGEN:

LES 2 GROEP: 3 t/m 8 ATLETIEK DOELSTELLINGEN: LES 2 GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Hardlopen: - De leerling is snel weg vanuit een zelfgekozen startpositie. Kogelstoten: - De leerling stoot de bal met twee handen vanaf de borst. Vortexen:

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen kennen de regels van trefbal en passen deze ook toe. - De leerling kan de bal ontwijken door achter in het vak te gaan staan. - De leerling

Nadere informatie

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 7 8

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 7 8 Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 7 8 Inleiding Schaduwlopen Kinderen staan in tweetallen verspreid over de zaal. Nummer 2 volgt zo dicht mogelijk nummer 1, zonder botsingen. Na 20 seconden wisselen

Nadere informatie

Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal.

Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal. Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal. Alle leerlingen staan aan één helft van de gymzaal verspreid met allemaal een bal. De trainer staat

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS. LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen letten heel de tijd goed op de bal/ blijven kijken naar de bal - De leerlingen kunnen de bal op het racket balanceren - De oog-hand coördinatie

Nadere informatie

Leskaart les 4, inleiding en ronde 1

Leskaart les 4, inleiding en ronde 1 Leskaart les 4, inleiding en ronde 1 (De eerste les na schooltijd) A. Inleiding: tippen Kinderen verdelen over hele zaal Arrangement Tippen: Kinderen hebben allemaal een goed stuitende bal Opdrachten Tippen:

Nadere informatie

Het spellenboek. De plaatjes laten zien wat je bij elk spelletje nodig hebt. Hieronder zie je wat elk plaatje betekent:

Het spellenboek. De plaatjes laten zien wat je bij elk spelletje nodig hebt. Hieronder zie je wat elk plaatje betekent: Het spellenboek De plaatjes laten zien wat je bij elk spelletje nodig hebt. Hieronder zie je wat elk plaatje betekent: Mandje vullen Voor dit spel zijn minimaal twee kinderen nodig. Stap 1: Verdeel de

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Springen, tikspelen, jongleren. DOELSTELLINGEN:

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Springen, tikspelen, jongleren. DOELSTELLINGEN: LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Trampolinespringen: - De leerling kan met korte verhoogde aanloop in de trampoline springen. 1 voet afzetten voor de trampoline, 2 voeten in de trampoline,

Nadere informatie

- De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien.

- De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien. LES 40. GROEP: 3/8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Klokkenluiden: - De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien. Airhockey: - De leerling kan de bal met een blokje naar de overkant schuiven.

Nadere informatie

LES 7. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, tikspelen, springen.

LES 7. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, tikspelen, springen. LES 7. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Touwzwaaien: - De leerling zwaait heen en weer en landt op de bank. Brandweerspel: - Als brandweer handelt de leerling snel als zijn of haar brand geblust

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL. LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: - De leerlingen kiest een afspeellijn die niet verdedigd wordt. - De leerling doet bij iemand is hem, niemand is hem, pogingen om de bal te pakken. - De leerling staat

Nadere informatie

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 5 6

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 5 6 Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 5 6 Inleiding Schaduwlopen Kinderen staan in tweetallen verspreid over de zaal. Nummer 2 volgt zo dicht mogelijk nummer 1, zonder botsingen. Na 20 seconden wisselen

Nadere informatie

Uitwerking vrije lessen

Uitwerking vrije lessen Uitwerking vrije lessen Slakobabal - Verdeel de klas in twee teams, 1 veldpartij en 1 slagpartij. - De slagpartij zit op de bank en de veldpartij verdeeld zich over het veld. - De eerste leerling van de

Nadere informatie

Standaard jaarplanning E pupillen en D jeugd (8-11 jaar)

Standaard jaarplanning E pupillen en D jeugd (8-11 jaar) Floorball training Standaard jaarplanning E pupillen en D jeugd (8-11 jaar) Deze standaard jaarplanning is een hulpmiddel voor alle jeugdtrainers. Met deze planning kan je het hele seizoen vullen met leuke

Nadere informatie

POULEINDELING GROEP 5 & 6

POULEINDELING GROEP 5 & 6 2017 POULEINDELING GROEP 5 & 6 POULEINDELING GROEP 7 & 8 PLATTEGROND VERZAMELPUNTEN SCHOLEN WEDSTRIJDSCHEMA GROEP 5/6 POULE ROZE WEDSTRIJDSCHEMA GROEP 5/6 POULE GROEN WEDSTRIJDSCHEMA GROEP 5/6 POULE BLAUW

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS. LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen letten heel de tijd goed op de bal/ blijven kijken naar de bal - De leerlingen kunnen de bal op het racket balanceren - De oog-hand coördinatie

Nadere informatie

Bal in de hoepel gooien

Bal in de hoepel gooien Bal in de hoepel gooien Ga achter de lijn staan met een bal in je handen. Gooi de bal in de eerste hoepel vervolgens in de tweede dan de derde enz, enz. De bal mag de rand van de hoepel niet raken. Je

Nadere informatie

LES 37. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, springen, mikken. DOELSTELLINGEN:

LES 37. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, springen, mikken. DOELSTELLINGEN: LES 37. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Wandrek klimmen - De leerling klimt vlot in het wandrek naar boven en omlaag. Hurksprong: - De leerling zet af met 2 voeten op de plank en landt op zijn

Nadere informatie

Inleiding. Kern. Groep 3 en 4 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

Inleiding. Kern. Groep 3 en 4 Les 1 Klassikale les. Kerndoel Les 1 Klassikale les Inleiding Kern Materiaal als werpen, vangen, voortbewegen met een bal. De leerlingen kunnen een opstuitende bal vangen. 10 minuten - Lucht-/tennisbal - Zachte bal - Bank Materiaal

Nadere informatie

LES 4. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, tikspelen, stoeispelen.

LES 4. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, tikspelen, stoeispelen. LES 4. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Glijden: - De leerling glijdt met billen en voeten op het matje van een dubbele bank. Tikstrijd: - Tikker: Richt zich op alle lopers. - Loper: Loopt op het

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 VOETBAL. DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 VOETBAL. DOELSTELLINGEN: LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen hebben doormiddel van de 3 verschillende opdrachten kennis gemaakt met het dribbelen en mikken met een bal. - De leerlingen hebben hun eigen

Nadere informatie

LES 21. GROEP: 3 t/m 8 Springen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: Groep 3/4. Freerunning:

LES 21. GROEP: 3 t/m 8 Springen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: Groep 3/4. Freerunning: LES 21. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Free running: - De leerling kan op eigen niveau verschillende hindernissen passeren. Tikstrijd: - De tikker richt zich op alle lopers. - De leerling houdt

Nadere informatie

Trainingsprogramma 2 e jaars F-pupillen

Trainingsprogramma 2 e jaars F-pupillen Trainingsprogramma 2 e jaars F-pupillen Inhoudsopgave Training Nummer 1... 3 Training Nummer 2... 5 Training Nummer 3... 7 Training Nummer 4... 9 Training Nummer 5... 11 Training Nummer 6... 13 Training

Nadere informatie

Aankleding: ballonnen, slingers, rode neuzen, jongleerspullen,

Aankleding: ballonnen, slingers, rode neuzen, jongleerspullen, Event Circus Het event vindt plaats tijdens het lesuur. Ouders zijn uitgenodigd om te komen kijken en mogen ook assisteren op de baan. Van te voren wordt kort aan de kids uitgelegd dat er deze les 5 oefeningen

Nadere informatie

Teamleden: Teamleden: punten totaal. punten totaal

Teamleden: Teamleden: punten totaal. punten totaal Teamleden: Teamleden: Spel Score Spel Score punten totaal punten totaal Hoe ver vliegt Willem Alexander? 2 tjoeks 2 ballen (met afbeelding van Willem Alexander?) tape / lint / pionnen of meetlint om de

Nadere informatie

POULEINDELING GROEP 5 & 6

POULEINDELING GROEP 5 & 6 2016 POULEINDELING GROEP 5 & 6 POULEINDELING GROEP 7 & 8 PLATTEGROND VERZAMELPUNTEN SCHOLEN WEDSTRIJDSCHEMA GROEP 5/6 POULE ROZE WEDSTRIJDSCHEMA GROEP 5/6 POULE GROEN WEDSTRIJDSCHEMA GROEP 5/6 POULE BLAUW

Nadere informatie

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken Lesonderdeel: Vak 1: Mikken Vak 2: Klimmen en rollen Vak 3: Touwtje/hoepel Springen Springen over zelf rondgedraaid touw Gooien, klimmen Bewegingsthema: Springen Klimmen Mikken Groep: 7 8 Lesweek 6 Les

Nadere informatie

2. Basketbal 2: lummelen Nodig: 2 basketballen 3 (5 banken) 2 lintjes voor de lummels

2. Basketbal 2: lummelen Nodig: 2 basketballen 3 (5 banken) 2 lintjes voor de lummels 1. Basketbal 1: dribbelen en doelen 1 basket 2 korfbalpalen met korf 6 pilonnen 6 paaltjes 3 touwen (tussen paaltjes vastmaken) Voor ieder kind 1 basketbal Beschrijving: We maken een rondje door het vak:

Nadere informatie

Blok 4 les 2 Groep 7,8

Blok 4 les 2 Groep 7,8 Blok 4 les 2 Groep 7,8 3 2 7 1 2 3 1 4 4 5 6 Wachter 1 2 13 4 Basketbalparcours 3 (jongleren)! Vier kinderen doen tegelijkertijd het dribble parcours. De anderen wachten op de bank. 1. Pak een bal uit

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal DOELSTELLINGEN: LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen kennen de regels van trefbal en passen deze ook toe. - De leerling kan de bal ontwijken door achter in het vak te gaan staan. - De leerling

Nadere informatie

LES 9. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, klimmen, mikken DOELSTELLINGEN:

LES 9. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, klimmen, mikken DOELSTELLINGEN: LES 9. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Beoordelen Trampolinespringen. O De leerling heeft geen goede sprong in de trampoline ( 1 been voor de trampoline, 2 benen in de trampoline) en geen balans

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON DOELSTELLINGEN: LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: - De leerlingen weten hoe ze hun racket vast moeten houden; de shake-hand greep. Deze greep passen ze ook de hele les toe. - De leerling kan een ballon

Nadere informatie

Circus les 6. Doelen:

Circus les 6. Doelen: Circus les 6 Doelen: - De speler heeft snelle voeten - De speler kan jongleren - meerdere ballonnen in de lucht houden - De speler oefent oog-hand coördinatie - De speler kan hardop de telling bijhouden

Nadere informatie

OEFENSTOF CIRCULATIE-MINIVOLLEYBAL

OEFENSTOF CIRCULATIE-MINIVOLLEYBAL OEFENSTOF CIRCULATIE-MINIVOLLEYBAL NIVEAU 1 VANGEN, GOOIEN EN BEWEGEN ACCENTEN: VEELZIJDIG ONTWIKKELEN. BASISVAARDIGHEDEN VOOR IEDERE BALSPORT. BALVAARDIGHEID EN COÖRDINATIE. OOG - HAND, BALBAAN HERKENNING

Nadere informatie

Les 6 - Gymlessen (middenbouw) Zomerspelen

Les 6 - Gymlessen (middenbouw) Zomerspelen Les 6 - Gymlessen (middenbouw) Zomerspelen Les 1: vier zomersporten Inleiding: Warming-up Kern: Vier zomersporten Afsluiting: Olympische ringen werpen 5 minuten 30 minuten Olympische waarden: Tijdens de

Nadere informatie

LES 36. GROEP: 3/4 Over de kop gaan, Klauteren, Tikspelen.

LES 36. GROEP: 3/4 Over de kop gaan, Klauteren, Tikspelen. DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Klauteren en glijden: - De leerling kan zelfstandig omhoog klimmen in het wandrek. Duikelen: - De leerling kan steunen op de brug en maakt daarna een koprol voorover. Boer mag

Nadere informatie

Les 3. GROEP: 3 t/m 8 Doelspelen, springen, balanceren

Les 3. GROEP: 3 t/m 8 Doelspelen, springen, balanceren Les 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Beoordelen Balanceren: O De leerling kan alleen met voortdurende steun omhooglopen over een omgekeerde bank. V De leerling loopt zelfstandig (zonder hulp)

Nadere informatie

Groente en fruit in de speelzaal

Groente en fruit in de speelzaal Groente en fruit in de speelzaal Inleiding Niet alleen in de klas, maar ook in de gymles kan er aandacht worden besteed aan het thema groenten en fruit. Dit doen wij door middel van pittenzakjes waarop

Nadere informatie

Circus les 1. Doelen:

Circus les 1. Doelen: Circus les 1 Doelen: - De speler kan meerdere keren de bal stuiten, waarbij niet te hard op de bal geslagen wordt - De speler kan onderhands en bovenhands een bal geplaatst gooien met een aangepaste bewegingsuitslag

Nadere informatie

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken Lesonderdeel: Vak 1: Mikken Vak 2: Klimmen en rollen Vak 3: Touwtje/hoepel Springen Springen over zelf rondgedraaid touw Gooien, klimmen Bewegingsthema: Springen Klimmen Mikken Groep: 5 6 Lesweek 6 Les

Nadere informatie

Inleiding. Kern. Groep 5 en 6 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

Inleiding. Kern. Groep 5 en 6 Les 1 Klassikale les. Kerndoel Les 1 Klassikale les Inleiding Kern De leerlingen beheersen vaardigheden zoals werpen, vangen en voortbewegen met een bal. De leerlingen kunnen de volgende spelvormen uitvoeren: tik en afgooispelen. De

Nadere informatie

OEFENINGEN HOCKEYPLAN SEIZOEN DEEL 2

OEFENINGEN HOCKEYPLAN SEIZOEN DEEL 2 OEFENINGEN HOCKEYPLAN SEIZOEN 2015-2016 DEEL 2 Onderstaand deel 2 met oefeningen welke speciaal door het Hockeyplan zijn geselecteerd. Deze oefeningen dienen als basis voor diverse technische/taktische

Nadere informatie

LES 6. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, springen, tikspelen.

LES 6. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, springen, tikspelen. LES 6. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Glijden: - De leerling glijdt met billen en voeten op een matje/handdoek op de dubbele bank. Touwtjespringen: - De leerling draait het springtouw zelf en

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, jongleren, doelspelen. DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, jongleren, doelspelen. DOELSTELLINGEN: LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Balanceren: - De leerling loopt zelfstandig (zonder hulp) in regelmatig tempo over een omgekeerde bank. Badminton: - De leerling slaat een shuttle onderhands

Nadere informatie

LES 32. GROEP: 3 t/m 8 Over de kop gaan, Tikspelen, Balanceren.

LES 32. GROEP: 3 t/m 8 Over de kop gaan, Tikspelen, Balanceren. LES 32. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Beoordelen Koprol O De leerling komt niet zelfstandig rond op een dun turnmatje. V De leerling maakt zelfstandig een koprol op het dunne turnmatje. G De

Nadere informatie

Circus les 5. Doelen:

Circus les 5. Doelen: Circus les 5 Doelen: - De speler heeft snelle voeten - De speler kan jongleren - meerdere ballonnen in de lucht houden - De speler oefent oog-hand coördinatie - De speler oefent concentratie/focus door

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerling vangt een moeilijke hoge bal die door een medeleerling wordt aangegooid in een spelsituatie. - De leerlingen kennen de regels van lijnbal en

Nadere informatie

Vormen voor Warming up

Vormen voor Warming up Vormen voor Warming up Warming-up; panna-tikkertje 1. Maak een vak waarin alle spelers dribbelen met een bal. 2. Eén speler wordt als tikker aangewezen. 3. De tikker probeert zonder bal zoveel mogelijk

Nadere informatie

Let s Smash! StreetSmash Spellenboek Voor Sportleiders. Superhandig. boekje

Let s Smash! StreetSmash Spellenboek Voor Sportleiders. Superhandig. boekje Let s Smash! StreetSmash Spellenboek Voor Sportleiders Superhandig boekje 1 Inleiding SMASH! SMASH! is het nieuwe volleybalprogramma voor kinderen en jongeren tot en met 18 jaar. Met SMASH! brengen we

Nadere informatie

Gymrooster groep 3 Opgesteld voor 20 weken, dus twee keer in het jaar uitvoeren Elske Schudde CZ 09/10

Gymrooster groep 3 Opgesteld voor 20 weken, dus twee keer in het jaar uitvoeren Elske Schudde CZ 09/10 Gymrooster groep 3 Opgesteld voor 20 weken, dus twee keer in het jaar uitvoeren Elske Schudde CZ 09/10 Week 1 - Leerlijn: balanceren, bew thema: balanceren Balanceren op een bank, op een bank in het wandrek

Nadere informatie

Introductiebasis Duokorfbal ACTIVITEIT ARRANGEMENT REGELS Éénderde van het veld bij ong. 8 kinderen,

Introductiebasis Duokorfbal ACTIVITEIT ARRANGEMENT REGELS Éénderde van het veld bij ong. 8 kinderen, Introductiebasis Duokorfbal ACTIVITEIT ARRANGEMENT REGELS Éénderde van het veld bij ong. 8 kinderen, functieregels: teams proberen in tweetallen bij de andere partij te scoren. Je mag niet lopen met de

Nadere informatie

doelschietspel met keeper

doelschietspel met keeper Voorfase 2.1Warming-up doelschietspel met keeper Inhoud - Bedoeling van deze vorm Karakteristiek: scoren door te schieten op een groot doel met keeper (binnenkant of met de wreef) Verdedigen verwerken

Nadere informatie

We gaan er vanuit dat de B en C junioren een uur training krijgen en op grootveld met keeper spelen. Je training ziet er dan zo uit:

We gaan er vanuit dat de B en C junioren een uur training krijgen en op grootveld met keeper spelen. Je training ziet er dan zo uit: Floorball training Standaard jaarplanning B en C junioren (12-15 jaar) Deze standaard jaarplanning is een hulpmiddel voor alle jeugdtrainers. Met deze planning kan je het hele seizoen vullen met leuke

Nadere informatie

Met medewerking van Tonio van Rhee, Renate Schubert, Carmel Handbal Talent Centrum en Nijha BV is dit spelcircuit tot stand gekomen.

Met medewerking van Tonio van Rhee, Renate Schubert, Carmel Handbal Talent Centrum en Nijha BV is dit spelcircuit tot stand gekomen. Handbal is een dynamisch, snel en attractief spel. Het goed kunnen bewegen, lopen, coördinatie, balans en stabiliteit is de basis om het handbalspel goed te kunnen leren c.q. aanleren. Basisvormen zijn

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL. LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: - De leerling vangt een moeilijke hoge bal die door een medeleerling wordt aangegooid in een spelsituatie. - De leerling gooit de bal op het moment dat de kans klein

Nadere informatie

Circus les 8. Doelen:

Circus les 8. Doelen: Circus les 8 Doelen: - De speler beweegt snel met de voeten en houdt balans bij de ladder oefeningen - De speler kan een aankomende bal in stilstand vangen met 2 handen na 1 of meerdere stuiten - De speler

Nadere informatie

Inleiding. Kern A B A B A B A B A B A B A B. Groep 7 en 8 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

Inleiding. Kern A B A B A B A B A B A B A B. Groep 7 en 8 Les 1 Klassikale les. Kerndoel Les 1 Klassikale les Inleiding Kern zoals werpen vangen en voortbewegen met de bal. De leerlingen kunnen in looppas een bal gooien en vangen. 10 minuten - Kleine bal/stressbal - Bank zoals werpen en vangen.

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 VOETBAL.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 VOETBAL. LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: - De leerlingen hebben geoefend met dribbelen in de vrije ruimte. - De leerlingen kunnen tijdens de les elkaar positief coachen, de zwakkere leerlingen helpen en elkaar

Nadere informatie

9. De Lessen: Gymnastiek

9. De Lessen: Gymnastiek 32 9. De Lessen: Gymnastiek De lessenreeks gymnastiek bestaat uit zes complete lessen, afgestemd op de doelgroep. Deze lessen worden telkens ingedeeld in vier delen, namelijk deel A, B, C en D. Deel A

Nadere informatie

vv Woudenberg 26 oktober 2011

vv Woudenberg 26 oktober 2011 Agenda Samenvatting vorige bijeenkomst Aandachtspunten E-pupillen De behandelde oefeningen met een vervolg Looptraining Film Feyenoord Stabiliteitsoefeningen De meeste blessures op deze leeftijd zijn aan

Nadere informatie

Datum: Maandag 12 maart 2012 Onderwerp: Coachcursus Fielding (fielden) Door: Percy Isenia en hr. S. Isenia Aantekeningen door: Michel ten Broeke

Datum: Maandag 12 maart 2012 Onderwerp: Coachcursus Fielding (fielden) Door: Percy Isenia en hr. S. Isenia Aantekeningen door: Michel ten Broeke 1 Datum: Maandag 12 maart 2012 Onderwerp: Coachcursus Fielding (fielden) Door: Percy Isenia en hr. S. Isenia Aantekeningen door: Michel ten Broeke Algemene opmerkingen: - Zie o.a. ook coachcursus Hitting

Nadere informatie

CMV 6-7. Inhoudsopgave

CMV 6-7. Inhoudsopgave CMV 6-7 Inhoudsopgave 10-bal niveau 2 2 Mooie balletjes opzetten (B) 3 Gooien en vangen level 1 4 Estafette 6 Rollen en mikken 7 Stuiteren 8 Balparcours 10 Bovenhands mikken 11 Gooien en vangen level 2

Nadere informatie

Bungelende emmer. Benodigdheden: emmertje, touw, kleine ballen Aantal spelers: 3+ Voorbereiding : geen Leeftijd: 4+ Soort: spel

Bungelende emmer. Benodigdheden: emmertje, touw, kleine ballen Aantal spelers: 3+ Voorbereiding : geen Leeftijd: 4+ Soort: spel Bungelende emmer Benodigdheden: emmertje, touw, kleine ballen Hang een emmertje met een touw aan een tak van een boom. Alle kinderen moeten nu vanaf een vast punt (zo n drie meter van de bungelende emmer

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL. DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL. DOELSTELLINGEN: LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerling vangt een makkelijke hoge bal die door een medeleerling wordt aangegooid. - De leerling kan een bal wegspelen met behulp van een bouncer. Groep

Nadere informatie

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 3 4

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 3 4 Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 3 4 Inleiding Schaduwlopen Kinderen staan in tweetallen verspreid over de zaal. Nummer 2 volgt zo dicht mogelijk nummer 1, zonder botsingen. Na 20 seconden wisselen

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal, de basis.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal, de basis. LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - Leerlingen kennen de regels van trefbal en passen deze ook toe. - Ze spelen veel en vaak naar elkaar over, durven andere kinderen af te gooien en schuilen

Nadere informatie

1 e Periode: Herhalen van dribbelen en passen van de Mini s. 2 e Periode: Passen en aannemen. 3 e Periode: Ruimteverkenning (op het veld)

1 e Periode: Herhalen van dribbelen en passen van de Mini s. 2 e Periode: Passen en aannemen. 3 e Periode: Ruimteverkenning (op het veld) 1 e Periode: Herhalen van dribbelen en passen van de Mini s. 2 e Periode: Passen en aannemen. 3 e Periode: Ruimteverkenning (op het veld) 1 e Periode: Herhalen van dribbelen en passen van de Mini s. Training

Nadere informatie

Lesbrief 5 VEILIG LEREN VALLEN VOOR LEERLINGEN IN HET BASISONDERWIJS

Lesbrief 5 VEILIG LEREN VALLEN VOOR LEERLINGEN IN HET BASISONDERWIJS Lesbrief 5 VLLEN IS OOK EEN SPORT VEILIG LEREN VLLEN VOOR LEERLINGEN IN HET SISONDERWIJS In deze lesbrief: Een korte uitleg Naam onderdeel Pagina Onderdeel 1: Oefenen valtechnieken 3 Lesdoel: aanleren

Nadere informatie

groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva

groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva 0 20 30 40 WU 3.1 1 tegen 1 lijnvoetbal 0 0 20 30 40 WU 3.4 dribbeltikspel 20 beide spelers kunnen scoren door over de doellijn van

Nadere informatie

Aan alle trainers van SV Venray afdeling F - E jeugd

Aan alle trainers van SV Venray afdeling F - E jeugd Aan alle trainers van SV Venray afdeling F - E jeugd Bij deze de trainingen voor de periode 4 september t/m 18 september. VELD 11 VELD 12 JO9-3 JO9-4 Mini F Mini F Oef. 1 Oef. 2 Oef. 1 Oef. 2 JO9-5 Mini

Nadere informatie

Tik me dan als je kan!

Tik me dan als je kan! Tik me dan als je kan! Tikspelen lijken ingebakken in het spelgedrag van kinderen. Jonge kinderen vinden het plezierig om weg te lopen van mama of papa die achter hen aankomt en dat zet zich verder als

Nadere informatie

LES 31. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, Hardlopen, Mikken. DOELSTELLINGEN:

LES 31. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, Hardlopen, Mikken. DOELSTELLINGEN: LES 31. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Blokjesestafette: - De leerling start op tijd en rent zo snel mogelijk naar de overkant om een blokje te halen. Midgetgolf - De leerling kan de bal rollend

Nadere informatie

Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen!

Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen! Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen! Astrid Witte zomer 2014 Even vooraf: - Deze oefeningen zijn bedoeld voor gezonde volwassenen - Heb je klachten, overleg dan

Nadere informatie

Circus les 2. Doelen:

Circus les 2. Doelen: Circus les 2 Doelen: - De speler beweegt snel met de voeten - De speler kan meerdere ballonnen in de lucht houden - De speler kan het racket aan het einde vasthouden alsof het een handje geeft - De speler

Nadere informatie

Les 1 Panna/Freestyle

Les 1 Panna/Freestyle Les 1 Panna/Freestyle Doelstelling: Deze eerste training dient als kennismaking voor wat Pannavoetbal inhoudt. 1 Intro: Jezelf voorstellen en uitleggen wat SSD is 2 Warming-up: Voorkomen van blessures

Nadere informatie

Training Week nummer Datum Trainingskern Oefening

Training Week nummer Datum Trainingskern Oefening : Bewegingsvaardigheden : S1-3-1 11.13.26 Uitleg De speler start op de linkervoet in vak 1, en springt op de linkervoet naar vak 3 en weer terug naar vak 1 Dit patroon herhaalt zich voor een van tevoren

Nadere informatie

De 11+ Een compleet warming-up programma

De 11+ Een compleet warming-up programma De 11+ Een compleet warming-up programma Deel 1 & 3 A A }6m Deel 2 B A: Hardlopen B: Jog terug B! ORGANISATIE A: Running OP HET exercise VELD B: Jog back Het parcours bestaat uit 6 paren evenwijdig geplaatste

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 HOCKEY.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 HOCKEY. LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: - De leerling speelt als verdediger of als aanvaller. - De leerling kent de (veiligheids)regels van hockey en past deze ook toe. Groep 5/6 - De leerling kan een hockeybal

Nadere informatie