Horizontaal en verticaal overleg

Transcriptie

1 Horizontaal en verticaal overleg Leraar : Peters Karine / Anja Plees/ Leen Laenen / Marc Volders / Guido Steurs / Bernard Royaert Uren + Vak : 1u 2u Beeld&Opmaak u en Ontwerp 8u Prepress 8u Leerplannummer : D/2006/0279/05 Schooljaar : Graad : 2de graad Studierichting : Grafische Media (TSO) Klas : GM - GM Handboek/cursus : Eigen cursus Uitgeverij/Auteur : Blad nr. : 1 JAARPLANNING - 1 Instructies ivm veiligheid, gezondheid en milieu - 2 Overleggen, bewaken als individu en in groep de kwaliteit van de werkzaamheden en het product Taalvaardigheid: Nederlands (e) Engels en Frans (taalwissels) - Gebruik van gedr. en elektron. informatiebronnen 5 Interpretatie van het concept, documentatie en voorbereding ontwerp Soort drukwerk, doelgroep, formaat, kleurgebruik druktechnieken, papiersoorten gevraagde grafische elementen: door klant geleverd of zelf ontwikkelen: bv. sierelelementen, logo - Aanleveren van tekstmateriaal, digitaal, analoog,... - Gebruik v. inspiratie- en documentatiemateriaal Met analoge hulpmiddelen, geometrische elementen en letter(delen) eenvoudige logo's, grafische stileringen en sierelementen maken 7 Verhoudingen en krachtlijnen Rekening houden met optisch midden en meetkundig midden tijdens ontwerp + problematiek Verhoudingen op bsis van grondtal 12 bestuderen en integreren in ontwerp Krachtlijnen bestuderen en integreren tijdens ontwerp 8 Vormcontrasten: groot/klein, veel/weinig,... 9 Letteronderdelen en optische verschijnselen TE Z - T C - T - T 2. - L - L - Z - R 2. - B - S - R - Z - A - Z

2 10 Kiezen en hanteren van analoge teken- en collagetechnieken en materialen bij ontwerp... - Materialen: witte dragers, inkt en plakkaatverf, lijm - - technieken: ontwerpschetsen, teken- en schildertechnieken voor lijnwerk (zwarte inkt, plakkaatverf,...) gereedschappen: potloden, penselen, stiften, meetgereedschappen, snijmes en snijmat 11 Kleurenleer 11 Esthetische kl.-cirkel met primaire, secundaire en tert. kleuren 12 Kleuren mengen, prim., sec., tert. kleuren situreren en benoemen binnen kleurencirkel 1 Herkennen en benoemen van kleurcontrasten en toepassen Kleuren en tinten ervan bepalen en integreren op basis van productkarakteristieken (geboorte, bestaande huiskleur,...) en productafspraken Ontwerp bijsturen en nettekeningen maken voor verdere verwerking via scanner Digitaal ontwerpen van grafische elementen Tekenen met vrije hand: ideeschetsen en voorstudies maken in relatie met productkarakteristieken en productievereisten Menustructuur vh besturingssysteem, aanwezige randapparatuur en opslagmedia, standaardinstellingen 18 Illustrator starten, standaardvoorkeuren, nieuwe bestanden Werkruimte hanteren 20 begrip vectorieel werkgebied toelichten en hanteren menustructuur en snelmenu verkennend gebruiken gereedschappen selecteren en op verkennende wijze gebruiken functie vd gereedschappen toelichten weergavenopties instellen verkennend omgaan met paletten, paletmenu toelichten help-functie gebruiken Linialen, hulplijnen en rasters als hulpmiddel gebruiken tijdens ontwerp

3 21 Ontwerpen o.b.v. onderliggende structuur Verhoudingen en krachtlijnen: rekening houden met optisch midden en meetkudig midden tijdens ontwerp (+ problematiek) Verhoudingen o.b.v. grondtal 12 bestuderen en integreren Krachtlijnen bestuderen en integreren tijdens ontwerp: horizontaal, verticaal, diagonaal en schuin Letteronderdelen en optische verschijnselen: benoemen, toelichten en integreren 22 Tekening opbouwen via de lagenstructuur 2 Elementaire vormgereedschappen maken tijdens ontwerp 2 Vormkarakt. herkennen, benoemen en hanteren tijdens ontwerp 25 Pengereedschap: rechte lijnen, vloeiende lijnen, gebogen lijnen en curven. Paden splitsen op verkennende wijze. 26 Wijzigen, kopieren en groeperen van objecten en delen ervan 27 Schalen en roteren van objecten 28 Maakt de nodige kleuren aan via het stalenpalet en wijst volvlakkleuren, -tinten en lijnkleuren toe in relatie met product- en productafspraken 29 Gebruikte kleuren noteren 0 Print een samengestelde en een kleurgescheiden proef + ontwerp bijwerken 1 Eindresultaat bewaren in het formaat van de applicatie en voor import in de opmaakapplicatie + 2 Ruwe doc.structuur bepalen a.h.v. voorstudies en doc.materiaal Tekenen met vrije hand: ideeschetsen en voorstudies maken Elementen van schikking en compositie hanteren: - relatie met formaat en oriëntatie - verhoudingen o.b.v. grondtal 12, harmonische ongelijkheden en contrastverhoudingen - aslijnen: hor., vert., diagonaal en schuin - afdrukkende en niet-afdrukkende waarde - symm. en asymmetrie en vrije schikking - lettervormen - optisch en metrisch midden + Vormcontrasten herkennen, benoemen en integreren op creatieve wijze in de lay-out

4 - Kiezen en hanteren van analoge teken- en collagetechnieken en materialen bij maken van lay-out Creatieve grafische tekenvaardigheden ontwikkelen met aandacht voor de juiste maat en de verdere uitvoering. Tekst- en illustratiemateriaal schetsmatig weergeven: - materialen: witte dragers, inkt en plakkaatverf, lijm - technieken: lay-outschetsen, teken- en schildertechnieken voor lijnwerk (zwarte inkt, plakkaatverf,...) snijden en kleven - gereedschappen: potloden, penselen, stiften, meetgereedschappen (lat, passer, driehoek), snijmes en snijmat - 5 Integreren van kleur op een bewuste keuze tijdens de lay-out 6 Situeren van primaire, secundaire en tertiaire kleuren binnen de kleurencirkel 7 Herkennen en benoemen van enkele kleurcontrasten en toepassen (e) (e) - 8 Kennis nemen van en kleur bepalen o.b.v. productkarakteristieken en productievereisten, keuze motiveren 9 Letterkeuze en verantwoording o.b.v. productkarakteristieken: schreefloze gelijkledige (soepele en geometrische), Mediaevaltype, Egyptienne en fantasieletter 9 De letterkenmerken voorstellen en toelichten o.b.v. stok en schreef 9 Grondbeginselen van lettermenging hanteren: eenvoud en contrast 0 Letteronderdelen en optische verschijnselen: benoemen, toelichten en integreren 1 Uitlijning kiezen en keuze toelichten - 2 Eenvoudige tabelstructuur integreren: analyseren en ontwerpen (zeer eenvoudige: voor e jaars) - Tekst en illustratie samenvoegen tot een evenwichtig geheel - verfijnen met correcte instructie voor de verdere uitvoering (instructie noteren:) Tekstwaardering (titel, ondertitel, broodtekst) en plaatsaanduiding bepalen en noteren Kennen, kiezen en noteren van lettercontrasten: corpscontrast, oogcontrast, kleurconrast, gradatiecontrast regelval bepalen en noteren plaatsing en grootte van eenvoudige tabel bepalen en noteren plaatsing en grootte van illi. en sierelementen bepalen en noteren conventies bij maataanduiding: hor. maten: groen, vert. maten: rood 5 maken voor een eenvoudige taalwissel

5 VAN LAY-OUT TOT PRINT Hanteren van het picastelsel en de typografische meetgereedschappen: - correct meten en rekenen met picamaten - omrekenen van metrische maten naar picamaten en omgekeerd - meten van zetspiegel, corps, regelafstanden en insprongen Menustructuur OS kunnen bedienen Standaardinstellingen kunnen herstellen Bestandsbeheer in LAN-omgeving Openen en aanmaken van bestanden: dialoogvenster "nieuw bestand" instellen en kunnen toelichten Standaardvoorkeuren kunnen herstellen - 9 Werkruimte hanteren vd computerapplicatie voor paginaopmaak Principe v QXP/Indesign toelichten als container voor tekst, illustratie en beeldmateriaal Werkgebied toelichten + hanteren: documentzone, kladzone, gereeschapspalet en zwevende paletten Menustructuur en snelmenu op verkennende wijze gebruiken Gereedschappen selecteren en op verkennende wijze gebruiken: principe via aanwijzer en toetsencombinatie Functie vd verschillende gereedschappen uit het gereedschapspalet toelichten Weergavenopties instellen Verkennend omgaan met paletten en de principes van weergeven, verbergen, op voorgrond, positioneren, paletmenu toelichten Help gebruiken 50 Blind typen met de juiste vingerzetting (gn snelheid/aansl. per min.) 51 Paginastructuur bepalen o.b.v. lay-out: kennis nemen en bepalen van de zetspiegel, de plaats van illu. elementen en tekst 52 Corpsbalk schematisch voorstellen, zones aanduiden en benoemen - 5 vertalen naar opmaakparameters en tekstgroepen vertalen naar alineastijlen Tekstgroepen: kop, onderkop, broodtekst, tabel Lettersoort: schreefloze gelijkledige (soepele en geometrische), Mediaevaltype, Egyptiene en fantasieletter Lettergrootte volgens indeling in corpsgroepen Kast: kapitaal, onderkast, kleinkapitaal

6 - 5 vertalen naar opmaakparameters en tekstgroepen vertalen naar alineastijlen Dikte: mager, normaal, halfvet, vet, etra vet Zetbreedte in relatie met corps Regelafstand en etra wit: gelijkmatig interliniëren, in verhouding interliniëren, contrastinterliniëring Regelval: vrije regelval (links, rechts, gecentreerd) / blokregelval Tekstinsprongen over meerdere tekstregels Alineainsprongen: alineabegin en alineaeinde in relatie met z.b. Volvlakkleuren, tinten en lijkleuren toewijzen via stalenpalet (verkennende wijze) Gebruikte kleursamenstelling noteren Parameters vertalen naar alineastijlen, uittesten en bijsturen 5 Tekstgedeelte opmaken in gewenste vormgeving: rechtstreeks via applicatie of via teksteditor - 55 Illu.mater. + sierelementen voorbereiden en in doc. plaatsen Analoog lijnwerk: - scannen in relatie met opgegeven printerresolutie en grootte - bewaren in opgegev. ft. en plaatsen in opmaakpakket Vectorieel materiaal: (eigen ontwerp + ontwerp v. derden) - plaatsen in opmaakpakket en op juiste grootte brengen Op verkennende wijze sierelementen maken met opmaakpakket 56 Tabelopmaak integreren in een document - 57 Opmaak verfijnen en bijsturen Gelijkstellen en spatiëren: beslissen, uitvoeren en begrippen Correcte witverdeling binnen de regel volgens typogr. conventies: - variabele spatie, vaste spatie en fijntje - vierkant en halfvierkant Wit aan de leestekens volgens de typogr. normen 58 Samengestelde en kleurgescheiden proef printen + bijwerken 59 Definitieve kleurenprint en afdrukken maken voor verdere verwerking tot eindfilm - 60 Verwijderen onnodige data en opslaan in opgegev. ft. 61 Opmaak verzogen van een eenvoudige taalwissel

7 VAN PRINT TOT DRUKVORM Originelen beoordelen op kwaliteit en volledigheid voor verdere verwerking in relatie met de productievereisten. Herkennen van daglichtfilm, snijfilm en montagefolie. Toelichten van etikettering, toepassingsgebied en samenstelling materiaal (opbouw - gevoelige laag en leesbaarheid - snijlaag) + 6 Lijnwerk in 1 kleur en 2 kleuren verwerken via contactapparaat tot eindfilms voor offsettechniek en een keuze uit hoogdruk en zeefdruk (in daglichtomgeving) Originelen verwerken in functie vd druktechnieken (leesbaar/onleesbaar en positief/negatief) en verwerking toelichten ahv schematische voorstellingen. Inbelichting maken, perforatiesysteem gebruiken en de werkwijze toelichten ahv schematische voorstellingen. Maskeren via snijmasker en het principe toelichten. Inlegrasters inbelichten en het principe toelichten. Paskruisen en snijlijnen aanbrengen. Film retoucheren + + Bediening, werking en onderhoud vh contactapparaat: - materiaal correct aanbrengen, juiste voorgeprogrammeerde belichtingstijd kiezen en het correct verwerken; + onderhouden - bouw, werking schematisch voorstellen + verwoorden Bediening, werking en onderhoud vd ontwikkelautomaat: - producten o.b.v. etikettering aanmaken en automaat vullen; - materiaal correct inbrengen, juiste ontwikkelprogramma kiezen en het correct verwerken; + onderhouden - bouw, werking schematisch voorstellen + verwoorden + 65 Indelingsschema maken voor samendrukken van verschillende drukwerkjes op één vel () () + Doel vh indelingsschema + Aanbrengen van hulptekens, rekening houdend met normen: - snijlijnen: rood / vouwlijnen: groen / andere: zwart + 66 Eindfilms verwerken tot drukvormen voor offset en keuze uit hoog- of zeefdruk. - Originelen beoordelen en beslissen of deze kunnen verwerkt worden. - Kunststofcliché herkennen, belichten, uitwassen en drogen. Het procédé toelichten. - Soorten gebruikte offsetplaten herkennen, belichten en bewaren: / soorten: pos.-neg. / bediening van het kopieerraam / ontwikkelen via ontwikkeltafel of -machine / offsetplaten voor bewaring behandelen. - Het te drukken beeld op een zeefdrukvorm aanbrengen + procédé.

8 De basis druktechnieken Principe vd beeldoverdracht bij de basisdruktechnieken: - Schematische voorstelling en verwoorden + opsommen van enkele mogelijke drukdragers van: diepdruk, hoogdruk, vlakdruk en zeefdruk - Basiskenmerken vd drukvorm bij de druktechnieken toelichten Onderscheid maken tussen het principe van vellen- en rotatiedruk: - specifieke invoer / relatie met de oplage / enkele specifieke producten opsommen Bouw en werking vd éénkleurenpers toelichten ahv schema: inktwerk - vochtwerk - invoermechanisme - drukkend element - uitvoer Principes toelichten van enkele karakteristieken van vlakdrukhoogdruk- en zeefdrukpers m.b.v. schematische voorstelling: - inlegprincipe: universeel + staffel - inleg en uitleg: hoogstapel en laagstapel - handdruktafel en halfautomaat (zeefdruk) Voorbereiden van eigen werk o.b.v.d. opdracht (offset en keuze uit hoog- of zeefdruk) Kennis nemen, analyseren vd productkenmerken, bespreken en plannen vd opdracht: (bepalen vd uitvoeringstechniek: middelen; voortgangsplanning) Instellen vd éénkleurenpers voor het maken ve afdruk (offset en keuze uit hoog- of zeefdruk) + 72 Pers inschakelen + bediening toelichten + 7 Papier op correcte wijze behandelen + 7 Instellen vh papiertransport, in functie van formaat en gramgewicht van papier en toelichten, samen met een aantal papiereigenschappen Kennisnemen en bepalen van papiereigenschappen: coated en uncoated / papierstructuur / looprichting / gramgewicht / formaten: DIN Functie vd elementen op het bedieningspaneel Functie v grijpers en dubbelvellencontrole 75 Instellen vd drukspanning en gevolgen van onjuiste drukspanning 76 Inkt indelen, herkennen en voorbereiden (delen / functie vd inktbak) 77 Inktbak vullen en afregelen 78 Vochtwater aanmaken, vochthoeveelheid regelen + toelichten + 79 Drukvorm drukklaar maken en in de pers plaatsen 79 HOOGDRUK - Drukvorm invormen en correct aanbrengen; - Samenstelling vd legger en gebruik toelichten. 79 OFFSET

9 79 OFFSET - Hulptekens herkennen en betekenis toelichten (zijaanleg- en vooraanlegtekens); - Offsetplaat opsannen an afnemen; - Retouche op een opgespannen drukplaat uitvoeren; - Plaat bewaren voor herdruk. Maken vd afdruk en drukken ve kleine oplage + 80 Proefdruk maken, beoordelen in relatie met de opdracht en pers bijstellen Op kleur komen via visuele controle Kleine oplage drukken () theorie: drukproblemen: drooglopen; aanlegproblemen; overzetten; smetten. + 8 Machine stilleggen volgens precedure. + 8 Noodstop uitvoeren Papier snijden met de snijmachine zonder programma-instelling Pers wassen volgens procedure Pers smeren volgens smeerschema en algemeen toelichten van de smering met vet en olie. Eenvoudige elektronische publicatie met RGB-media ontwerpen en assembleren via codetaal met een teksteditor. 88 Doel vd browser kennen en deze kunnen bedienen voor het raadplegen van offline documenten. 89 Structuur geven aan de informatie en document voorbereiden. - Tekstmateriaal voorbereiden - Beeldmateriaal voorbereiden - Beeldmateriaal bewerken Vertalen van de content naar een documentstructuur. Basisbegrippen en -vaardigheden: juiste etensie / documentopbouw 90 Pagina's indelen en op verkennende wijze en m.b.v. codehandleiding een aantal opmaakparameters via codetaal bepalen. 91 Leerinhouden bij doelstellingen 88, 89,90 integreren in een tabelstructuur.