Routeplanner beschermde natuur binnen de WABOprocedure

Transcriptie

1 Routeplanner bescherde natuur binnen de WABOprocedure

2 Introductie Waar gaat deze routeplanner over? In deze routeplanner worden de verschillende procedurele stappen beschreven die oeten worden gezet als de natuurtoets op grond van de Flora- en faunawet en de Natuurbescheringswet 1998 deel uitaakt van de procedure van het verkrijgen van een ogevingsvergunning. De Wet algeene bepalingen ogevingsrecht (WABO) aakt dit ogelijk. Het aanhaken kan enkel plaatsvinden indien er voor de voorgenoen activiteit zowel een ogevingsvergunning als een vergunning op grond van de Natuurbescheringswet 1998 of een ontheffing op grond van de Flora- en faunawet vereist is. Het aanhaken gebeurt door het onderdeel Handelingen et effecten voor bescherde planten- en diersoorten of bescherde natuurgebieden aan te vinken bij de aanvraag van een ogevingsvergunning. Voor wie is deze routeplanner bedoeld? Deze routeplanner is bedoeld voor de aanvrager van een ogevingsvergunning waar een natuurtoets aan de orde is en voor degenen die betrokken zijn bij de behandeling van een aanvraag voor een dergelijke ogevingsvergunning. De routeplanner helpt de aanvragers en behandelaars bij vragen als Hoe weet ik of een natuurtoets aan de orde is?, In welke fase oeten welke ecologische gegevens beschikbaar zijn? en Hoe lang duren deze procedurele stappen?. Deze routeplanner geeft alle stappen vanaf het oent vanaf het allereerste idee tot aan de realisatie ervan en gaat uit van de procedure bij de aanvraag voor een ogevingsvergunning. Bij elke stap is (in kleur) onderscheid geaakt of het een activiteit is van de initiatiefneer of van het bevoegd gezag (vergunningverlener). Bij elke stap is in hoofdlijnen beschreven, wie er betrokken is en wat, wanneer en hoe dit oet gebeuren. Waar is deze routeplanner wel en niet voor te gebruiken? Deze routeplanner is bedoeld als hulpiddel en geeft een indicatie van de te volgen procedure. De aanvraag van een ogevingsvergunning en de inhoud daarvan zijn de verantwoordelijkheid van de aanvrager zelf. Het is voorts de verantwoordelijkheid van het bevoegde gezag voor de verlening van een ogevingsvergunning (eestal de geeente) o de procedure vor te geven van de aanvraag en de behandeling van de ogevingsvergunning. Deze routeplanner geeft een beschrijving van de procedure ingeval de natuurtoets onderdeel uitaakt van een ogevingsvergunning. Deze routeplanner ziet niet op de procedure die geldt als de initiatiefneer apart een vergunning op grond van de Natuurbescheringswet 1998 of een ontheffing op grond van de Flora- en faunawet aanvraagt. Dit is het geval als er voor de activiteit geen ogevingsvergunning aangevraagd hoeft te worden. Ook biedt de huidige wetgeving de ogelijkheid o een aparte vergunning of ontheffing aan te vragen, voorafgaand aan de aanvraag van een ogevingsvergunning. Deze routeplanner ziet enkel op de natuurtoets op grond van de Natuurbescheringswet 1998 de beschering van Natura 2000-gebieden en bescherde natuuronuenten - en de Flora- en faunawet de beschering van aangewezen inheese dieren en planten. Deze routeplanner gaat niet over bescheringsregies voor natuur op grond van andere wettelijke kaders, zoals de beschering van de Ecologische Hoofdstructuur op grond van de Wet ruitelijke ordening. Tot slot, deze routeplanner gaat uit van de huidige situatie (najaar 2013), zoals die geldt op grond van de Natuurbescheringswet 1998, de Flora- en faunawet en de Wet algeene bepalingen ogevingsrecht. Indien dit wettelijke kader wijzigt, bijvoorbeeld bij de inwerkingtreding van de Wet natuurbeschering, dan zal de routeplanner hierop aangepast worden. 02 Routeplanner bescherde natuur Ministerie van Econoische Zaken

3 + Initiatiefneer wil iets gaan doen 1 dag tot 1 week 9 Inforatie verzaelen Geeente verstrekt inforatie Geen effect verwacht of werken volgens vrijstelling Aanpassing initiatief Ecologisch onderzoek nodig Enkele weken tot 1 jaar Na ontvangst aanvraag zo spoedig ogelijk 8 tot 14 weken na ontvangst aanvraag Totaal 26 of 32 weken na ontvangst aanvraag Ecologisch onderzoek uitvoeren ogevingsvergunning Aanpassing initiatief aparte ontheffing Ffw 1 (bij DR 2 ) aparte vergunning Nbw (vaak bij provincie) Geen schadelijk effect, vrijstelling of aparte vergunning of ontheffing Geeente toetst volledigheid Natuurtoets provincie/dr 2 Afgifte VVGB onvolledig volledig VVGB nodig Geen VVGB Zonder voorwaarden natuur Geeente verleent vergunning Met voorwaarden natuur Geen vergunning Enkele dagen tot jaren Maatregelen uitvoeren M Geeente controleert Realisatie initiatief Miniaal: 3 aanden Maxiaal: 3 jaar Maxiaal bij bezwaar en beroep: 5 jaar 1 Flora- en faunawet 2 Dienst Regelingen 3 Natuurbescheringswet 1998 Ministerie van Econoische Zaken Routeplanner bescherde natuur 03

4 + Initiatiefneer wil iets gaan doen Initiatiefneer wil iets gaan doen Een initiatiefneer is van plan o activiteiten of werkzaaheden te onderneen die ogelijk schadelijke effecten hebben op krachtens de Flora- en faunawet bescherde planten- en diersoorten of op krachtens de Natuurbescheringswet 1998 bescherde natuurgebieden. Zodra de initiatiefneer weet welke activiteiten of werkzaaheden hij wil gaan doen, en waar en hoe deze worden uitgevoerd, start deze routeplanner. 9 Inforatie verzaelen Inforatie verzaelen O er achter te koen of de geplande activiteiten schadelijke effecten kunnen hebben of kunnen hebben voor bescherde planten- en diersoorten of voor bescherde natuurgebieden, oet een initiatiefneer inforatie verzaelen. Een initiatiefneer heeft inforatie nodig over: 1. Welke bescherde planten- en diersoorten voorkoen op of in de buurt van de plek waar de activiteit wordt uitgevoerd of daar hun leefgebied hebben. 2. Welk bescheringsregie van toepassing is op deze soorten. 3. Of die soorten ook schadelijke effecten kunnen ondervinden van de activiteit. 4. Of de plaats waar de activiteit gelegen is in of nabij een Natura 2000-gebied of een bescherd natuuronuent. 5. Welk bescheringsregie van toepassing is op dit gebied. 6. Of de activiteit negatieve gevolgen heeft voor dat gebied. Hulpiddelen Er zijn teninste 6 hulpiddelen of bronnen bij het verzaelen van inforatie: Natura2000 en Rijksoverheid Inforatieve sites et veel inforatie over Natura gebieden, van de regiegroep natura 2000 en van de Rijksoverheid. DRloket Een inforatieve site et veel inforatie over de bescherde soorten Effectenindicator soorten Een hulpiddel et inforatie of activiteiten een schadelijk effect kunnen hebben op bescherde soorten in uw geeente. Maatregelenindicator soorten Een hulpiddel et inforatie over welke aatregelen genoen kunnen worden o de schadelijke effecten op bescherde soorten te voorkoen. Effectenindicator Natura2000-gebieden Een hulpiddel et inforatie of de activiteiten een schadelijk effect kunnen hebben op de bescherde natuurgebieden (Natura 2000-gebieden). 04 Routeplanner bescherde natuur Ministerie van Econoische Zaken

5 Soortendatabase Een hulpiddel o te weten welk bescheringsregie exact op een soort van toepassing is. Naast deze hulpiddelen of bronnen kunnen nog andere bronnen worden geraadpleegd. Geeente verstrekt inforatie Geeente verstrekt inforatie De geeente kan na eventueel overleg et het bevoegde gezag - een initiatiefneer helpen aan inforatie die gebruikt kan worden bij de aanvraag van een ogevingsvergunning. Deze inforatie kan de geeente beschikbaar stellen via internet of via een gesprek et de initiatiefneer. Zo kan de geeente de initiatiefneer wijzen op ogelijk schadelijke effecten van bepaalde activiteiten, inforatie verstrekken over het voorkoen van bescherde soorten of de doelen van bescherde natuurgebieden en de genoede hulpiddelen aanreiken. De geeente kan daarbij ook aangeven of de activiteit is vrijgesteld van de vergunningsof ontheffingsplicht of dat de activiteit past onder een eerder verleende vergunning of ontheffing. 9 Inforatie verzaelen Geen effect verwacht of werken volgens vrijstelling Aanpassing initiatief Ecologisch onderzoek nodig Geen effect verwacht, of werken volgens vrijstelling Soige activiteiten zullen vrijwel zeker niet leiden tot schadelijke effecten voor de natuur. Dan hoeft er geen natuurtoets plaats te vinden in het kader van de beoordeling van de aanvraag van een ogevingsvergunning. Wanneer de geplande activiteiten naar verwachting geen schadelijke effecten hebben voor bescherde plant- en diersoorten of voor bescherde natuurgebieden, kan de initiatiefneer een aanvraag voor de ogevingsvergunning indienen zonder dat er handelingen et effecten voor bescherde planten- en diersoorten of bescherde natuurgebieden worden ingevuld. In andere gevallen hoeft en bij de vergunningaanvraag ook niet altijd handelingen et effecten voor bescherde planten- en diersoorten of bescherde natuurgebieden in te vullen, als er een vrijstelling van de vergunning- of ontheffingplicht geldt op grond van respectievelijk de Natuurbescheringswet 1998 of de Flora- en faunawet. Dit is voor de Floraen faunawet bijvoorbeeld het geval als de activiteit valt onder de werking van een goedgekeurde gedragscode. Een overzicht van de goedgekeurde gedragscodes vindt u op het DRloket. Ook kan de activiteit zijn vrijgesteld als de activiteit is opgenoen in een beheerplan voor een Natura 2000-gebied of een bescherd natuuronuent en in dat kader is getoetst. Bij de uitvoering van de activiteit dient de initiatiefneer aantoonbaar te handelen overeenkostig de voorwaarden van de vrijstelling. Ministerie van Econoische Zaken Routeplanner bescherde natuur 05

6 9 Inforatie verzaelen Geen effect verwacht of werken volgens vrijstelling Aanpassing initiatief Ecologisch onderzoek nodig Aanpassing initiatief Wanneer uit de verzaelde inforatie blijkt dat schadelijke effecten te verwachten zijn op bescherde plant- en diersoorten of bescherde natuurgebieden, dan is het zaak dat een initiatiefneer zijn initiatief zodanig aanpast dat er geen sprake eer is van een schadelijk effect, indien dat ogelijk is. De activiteiten kunnen bijvoorbeeld op een ander oent of op een andere locatie wel zonder schadelijke effecten worden uitgevoerd. Wanneer er na aanpassing van het initiatief geen schadelijke effecten zijn, kan de initiatiefneer een aanvraag voor de ogevingsvergunning indienen, zonder dat er handelingen voor bescherde plant- en diersoorten of bescherde natuurgebieden worden ingevuld. 9 Inforatie verzaelen Geen effect verwacht of werken volgens vrijstelling Aanpassing initiatief Ecologisch onderzoek nodig Ecologisch onderzoek nodig Wanneer uit de verzaelde inforatie blijkt dat niet uitgesloten kan worden dat er schadelijke effecten te verwachten zijn op bescherde planten diersoorten of bescherde natuurgebieden, dan is nader ecologisch onderzoek nodig. Ecologisch onderzoek uitvoeren Ecologisch onderzoek uitvoeren Dit ecologisch onderzoek betreft aatwerk waarbij de initiatiefneer inforatie (laat) verzaelt(en) over de te verwachten effecten van de specifieke activiteit. Ook het onderzoek naar de ogelijkheid van itigerende (verzachtende) en/of copenserende (vervangende) aatregelen kot hierin aan bod. Maatwerk is ogelijk op twee (sos opeenvolgende) niveaus. Een oriënterend onderzoek (voor bescherde dier- en plantensoorten eestal quick-scan genoed, voor bescherde natuurgebieden voortoets genoed) en een eventueel verdiepend onderzoek. Het oriënterend onderzoek is eestal voldoende o vast te stellen wat de schadelijke effecten van de activiteit op de bescherde planten- en diersoorten zijn en welke aatregelen ogelijk en nodig zijn o die effecten te voorkoen. Afhankelijk van de coplexiteit het project of van het vaststellen van de te verwachten effecten, zal een verdiepend ecologisch onderzoek oeten volgen. Ecologisch onderzoek uitvoeren Aanpassing initiatief Aanpassing initiatief De initiatiefneer kan besluiten o naar aanleiding van het ecologische onderzoek zijn initiatief zo aan te passen dat er geen sprake eer is van een schadelijk effect, indien dat ogelijk is. De activiteiten kunnen bijvoorbeeld op een ander oent of op een andere locatie wel zonder schadelijke effecten worden uitgevoerd. Wanneer er na aanpassing van het initiatief geen schadelijke effecten zijn, kan de initiatiefneer een aanvraag voor de ogevingsvergunning indienen, zonder dat er handelingen voor bescherde plant- en diersoorten of bescherde natuurgebieden worden ingevuld. 06 Routeplanner bescherde natuur Ministerie van Econoische Zaken

7 9 ogevingsvergunning ogevingsvergunning De initiatiefneer kan een ogevingsvergunning aanvragen, et gebruikaking van de uitkosten van het ecologische onderzoek. De aanvraag indienen kan digitaal via het ogevingsloket of analoog via het printen van een aanvraag vanuit het ogevingsloket en het versturen aan het bevoegde gezag. 9 aparte ontheffing Ffw (bij DR) aparte ontheffing Flora- en faunawet (bij Dienst Regelingen) De initiatiefneer kan besluiten o een aparte vergunning op grond van de Flora- en faunawet aan te vragen, voorafgaand aan de aanvraag van een ogevingsvergunning. De verlening van een dergelijke ontheffing is een eigenstandig traject et eigen procedurele stappen. Bevoegd gezag voor het verlenen van een ontheffing op grond van de Flora- en faunawet is de Minister van EZ, de uitvoerende dienst is Dienst Regelingen (DR). Zie inforatie op DRloket. 9 aparte vergunning Nbw 1998 (vaak bij provincie) aparte vergunning Natuurbescheringswet 1998 (vaak bij provincie) De initiatiefneer kan besluiten o een aparte vergunning op grond van de Natuurbescheringswet 1998 aan te vragen, voorafgaand aan de aanvraag van een ogevingsvergunning. De verlening van een dergelijke vergunning is een eigenstandig traject et eigen procedurele stappen. Bevoegd gezag voor het verlenen van een vergunning op grond van de Natuurbescheringswet 1998 zijn gedeputeerde staten van provincies en in uitzonderingsgevallen de Minister van EZ. Zie inforatie op Rijksoverheid.nl en bij de betreffende provincie. Geeente toetst volledigheid onvolledig volledig Geeente toetst volledigheid De geeente toetst de aangevraagde ogevingsvergunning op volledigheid en ontvankelijkheid en stelt de aanvrager zo nodig in de gelegenheid o zijn aanvraag aan te vullen. Indien het onderdeel Handelingen et effecten voor bescherde planten- en diersoorten of bescherde natuurgebieden niet is aangevinkt, dan beoordeelt zij of dat terecht is. Wanneer de geeente vaststelt dat er sprake is van (andere) schadelijke effecten anders dan aangegeven door de initiatiefneer, dan kan zij o (aanvullend) ecologisch onderzoek vragen. Bijvoorbeeld over de aanwezigheid van bescherde soorten of over details van de lokatie of uitvoerende werkzaaheden o effecten beter te kunnen inschatten. Geeft de initiatiefneer uiteindelijk onvoldoende inforatie, dan neet de geeente de aanvraag niet in behandeling. Bij deze toets op volledigheid kan de geeente advies vragen bij het bevoegd gezag voor de natuurtoets (provincie of het Ministerie van EZ). Ministerie van Econoische Zaken Routeplanner bescherde natuur 07

8 Geen schadelijk effect, vrijstelling of aparte vergunning of ontheffing Geeente toetst volledigheid volledig Geen schadelijk effect, vrijstelling of aparte vergunning of ontheffing Bij de behandeling van de ogevingsvergunning is geen natuurtoets aan de orde als er geen schadelijk effect is (zie ook eerdere stappen in deze routeplanner), als er sprake is van een vrijstelling of als er voor de activiteit al een ontheffing op grond van de Flora- en faunawet of een vergunning op grond van de Natuurbescheringswet 1998 is verleend, of een aparte aanvraag daartoe is gedaan (zie aanvraag aparte ontheffing of vergunning). In die gevallen kan de geeente de ogevingsvergunning verlenen zonder de aanvraag voor te leggen aan het bevoegde gezag voor de natuurtoets voor het verkrijgen van een Verklaring van geen bedenkingen. Geeente toetst volledigheid volledig VVGB nodig Verklaring van geen bedenkingen (VVGB) nodig Indien het onderdeel Handelingen et effecten voor bescherde plantenen diersoorten of bescherde natuurgebieden is aangevinkt en de vergunningsaanvraag is volledig, dan legt de geeente de aanvraag voor aan het bevoegd gezag voor de natuurtoets (provincie of het Ministerie van EZ). Het is aan het bevoegd gezag o de natuurtoets uit te voeren en naar aanleiding daarvan al dan niet een Verklaring van geen bedenkingen (Vvgb) af te geven. Natuurtoets provincie/dr 2 Afgifte VVGB Geen VVGB Natuurtoets Provincie/Dienst Regelingen De provincie of de Minister van EZ toetsen de aanvraag voor een ogevingsvergunning aan de toepasselijke bepalingen van de Natuurbescheringswet 1998 of de Flora- en faunawet. Voor de behandeling van een ogevingsvergunning waarbij een Verklaring van geen bedenkingen aan de orde is, past het bevoegde gezag de uitgebreide voorbereidingsprocedure toe. Dit betekent dat belanghebbenden in de gelegenheid worden gesteld o zienswijzen in te dienen. De uitkost van deze natuurtoets is dat de provincie of de Minister van EZ: 1. een Verklaring van geen bedenkingen aan de geeente afgeeft, waarin veelal voorwaarden voor natuur staan opgetekend, of 2. een Verklaring van geen bedenkingen weigert af te geven, waarna de geeente de aanvraag voor een ogevingsvergunning oet afwijzen. Zonder voorwaarden natuur Geeente verleent vergunning Met voorwaarden natuur Geen vergunning Geeente verleent vergunning De geeente neet de voorwaarden uit de Verklaring van geen Bedenkingen (Vvgb) op in de ogevingsvergunning. Deze voorwaarden kunnen 08 Routeplanner bescherde natuur Ministerie van Econoische Zaken

9 onder andere bestaan uit het neen van aatregelen o de schadelijke effecten te voorkoen of te copenseren. De geeente stet de verschillende voorwaarden in de ogevingsvergunning op elkaar af. Als een Verklaring van geen bedenkingen wordt geweigerd, dan oet de geeente de aanvraag voor een ogevingsvergunning afwijzen. Maatregelen uitvoeren Realisatie initiatief Maatregelen uitvoeren De initiatiefneer is gehouden o de voorwaarden uit de ogevingsvergunning uit te voeren. Voor voorwaarden die voortvloeien uit de natuurtoets geldt dat deze vaak oeten zijn uitgevoerd voordat de initiatiefneer de activiteit kan uitvoeren waarvoor de ogevingsvergunning is verleend. Denk hier bijvoorbeeld aan het aanleggen van nieuw leefgebied. Het nieuwe leefgebied oet eestal geschikt zijn voordat het oude leefgebied wordt aangetast door de activiteiten van de initiatiefneer. M Geeente controleert Realisatie initiatief De initiatiefneer kan nu zijn geplande activiteiten uitvoeren confor de voorwaarden uit de ogevingsvergunning. Bij onverwachte ontwikkelingen waardoor er oet worden afgeweken van de voorwaarden, dient initiatiefneer contact op te neen et de geeente. Geeente controleert De geeente controleert of de aatregelen en de activiteiten confor de voorwaarden uit de afgegeven ogevingsvergunning worden uitgevoerd of zijn uitgevoerd. Bij overtreding van die voorwaarden dient de geeente handhavend op te treden. Zo kan de geeente de activiteiten stil leggen tot dat de initiatiefneer voldoet aan de voorwaarden. Ministerie van Econoische Zaken Routeplanner bescherde natuur 09

10 1 dag tot 1 week Enkele weken tot 1 jaar Na ontvangst aanvraag zo spoedig ogelijk 8 tot 14 weken na ontvangst aanvraag Totaal 26 of 32 weken na ontvangst aanvraag Enkele dagen tot jaren Blok 1: 1 dag tot een week (indicatie) Het verzaelen van inforatie nodig voor het indienen van een ogevingsvergunning kan 1 tot een aantal dagen in beslag neen, zo is de inschatting. Veel van de benodigde inforatie is te vinden op internet (zie ook DR loket, OLO-loket of bij het loket van de betreffende geeente of provincie. Blok 2: Enkele weken tot 1 jaar (indicatie) Het ecologisch onderzoek is specifiek gericht op de activiteiten van de initiatiefneer, de locatie van de activiteiten en de aanwezigheid van bescherde soorten of natuurgebieden ter plekke. Sos zijn eerdere veldbezoeken door een deskundige over een langere periode nodig o vast te stellen of een bescherde soort wel of niet aanwezig is. De duur van het onderzoek kan daaro uiteenlopen van enkele dagen tot een jaar en is afhankelijk van het tijdstip waarop geschikte veldinventarisaties kunnen plaatsvinden. In een aantal gevallen is de onderzoeksethode in een protocol vastgelegd. Deze tijdspanne is een inschatting, daar zij sterk afhankelijk is van de lokale situatie. Blok 3: Na ontvangst aanvraag zo spoedig ogelijk De initiatiefneer vult een aanvraagforulier voor een ogevingsvergunning in en voegt de benodigde bescheiden toe, zoals de rapportage van het ecologisch onderzoek. Waarna de geeente zo spoedig ogelijk de volledigheid toetst. Blok 4: 8 tot 14 weken na ontvangst aanvraag Voor de behandeling van de aanvraag van een ogevingsvergunning waar geen natuurtoets aan de orde is, geldt doorgaans een wettelijke terijn van 8 weken, eenalig te verlengen et 6 weken. De behandeltijd wordt opgeschort als de initiatiefneer aanvullende inforatie oet geven over zijn aanvraag. Deze terijn start na ontvangst van de aanvraag. Blok 5: Totaal 26 of 32 weken na ontvangst aanvraag Voor de behandeling van de aanvraag van een ogevingsvergunning waar wel een natuurtoets aan de orde is en er dus een Verklaring van geen bedenkingen afgegeven dient te worden, geldt een totaal terijn van 26 weken, eenalig te verlengen et 6 weken. De terijn van 8 tot 14 weken, zoals in de tijdbalk hierboven getoond, is dan niet van toepassing. De behandeltijd wordt opgeschort als de initiatiefneer in de gelegenheid wordt gesteld o aanvullende inforatie te geven odat zijn aanvraag onvolledig is. Blok 6: Enkele dagen tot jaren (indicatie) De voorwaarden in de ogevingsvergunning ten aanzien van natuur kunnen per vergunning verschillen. Indien de voorwaarden ten aanzien van natuur vereisen dat de initiatiefneer aatregelen uitvoert, dan hangt het van de voorgeschreven aatregel af hoeveel tijd et de uitvoering van de aatregel is geoeid. Dit kan variëren van enkele dagen tot langere periodes. Daarbij is het voor de voortgang van de activiteit van belang of de aatregelen uitgevoerd oeten zijn voordat et de activiteit wordt aangevangen. 10 Routeplanner bescherde natuur Ministerie van Econoische Zaken

11 Dit is een uitgave van Ministerie van Econoische Zaken Dienst Landelijk Gebied Foto oslag Johan Wieland Ontwerp Taco Zwaanswijk (interactive affairs bv) versie 1.0 oktober 2013