Handleiding boekverslag
|
|
- Jonathan Devos
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Handleiding boekverslag 0. Inleiding Er zijn vele manieren om een boekverslag te maken, maar voor je eigen gemak is het van belang dat je een vaste volgorde aanhoudt. Bij de voorbereiding van je toetsen en je schoolexamen is een overzichtelijk dossier een vereiste. Hieronder volgt een handleiding voor het maken van een boekverslag. Dit is een van de meest gehanteerde vormen. In de lessen en de dossieropdrachten zul je je in een bepaald aspect van de te lezen romans gaan verdiepen. Dit betekent dat je in zogenaamde secundaire literatuur moet opzoeken wat professionele lezers over het aspect hebben geschreven. In bijgaande theorie staan steeds verwijzingen bij welk boek welk onderdeel verdieping verplicht is. Dit staat eveneens bij de keuzelijsten aangegeven. De volgende onderdelen moeten altijd in je boekverslag staan 1. titel 2. auteur 3. literatuurgeschiedenis 4. genre 5. inhoud - samenvatting - personages (verdieping bij boek 2) - tijd/tijdsvolgorde (verdieping bij boek 2) - plaats/ruimte (verdieping bij boek 6) 6. achtergronden - thematiek (verdieping bij boek 6) - motto - taalgebruik - opdracht - vertelperspectief (verdieping bij boek 4) - structuur (verdieping bij boek 1, 4) 7. eigen mening
2 1. Over de titel. In het eerste gedeelte van het verslag geef je de naam van de auteur, de titel en de eventuele ondertitel. Vergeet niet de uitgeverij te vermelden en het jaar van de eerste uitgave. Je kunt ook aangeven welke druk je zelf hebt gelezen. Geef een verklaring voor de titel en de ondertitel. Vaak wordt hier in het boek naar verwezen door een bepaalde uitspraak of een symbolische vergelijking met de gebeurtenissen. 2. Over de auteur. In dit gedeelte vermeld je enkele feiten over de auteur. Daarbij kun je denken aan zijn/haar geboortedatum en -plaats. In een loopbaanbeschrijving vertel je iets over andere werkzaamheden van de auteur en zijn/haar oeuvre. Als een bepaalde gebeurtenis of ervaring in het leven van de auteur zijn weerslag vindt in het oeuvre, dan geef je hier ook een beschrijving van. De informatie over de auteur wordt bij voorkeur geschreven in de tegenwoordige tijd. 3. Over de literatuurgeschiedenis. De meeste boeken kunnen ondergebracht worden bij een literaire stroming en een bepaald genre. Het jaar van de eerste uitgave is vaak van belang voor de stijl waarin het boek geschreven is. Havo-leerlingen hoeven dit onderdeel niet op te nemen in hun boekverslag. 4. Over het genre. We onderscheiden drie hoofdgenres: epiek, lyriek en dramatiek. Ieder hoofdgenre wordt weer opgesplitst in een aantal subgenres Epiek. Het hoofdgenre epiek is een verzamelnaam voor alle verhalende literatuur. Het kan onderscheiden worden in drie subgenres: prozagenre, poëziegenre, episch-didactisch genre Prozagenre. Alle prozateksten zijn te herkennen aan hun regellengte. De regellengte is afhankelijk van het formaat papier. De onderstaande genres worden bij deze categorie ingedeeld: Sprookje: Een sprookje is een kort verhaal waarin het goede altijd wint in de strijd tegen het kwade. Vaak beginnen sprookjes met de tekstregel: Er was eens.. Sage: Een historische gebeurtenis of een belangrijke persoon wordt op een fantasievolle manier weergegeven. Vaak bevat de sage een kern van waarheid. Mythe: In een mythe probeert men onbegrijpelijke en bovennatuurlijke verschijnselen te verklaren. Vaak komen in mythen goden en godinnen voor. Legende: In de legende wordt op didactische wijze beschreven hoe God ingrijpt in het menselijke leven.
3 Roman: Een roman is een verhaalvorm waarbij de belevenissen van doorgaans fictieve personen beschreven worden. De roman kan vervolgens weer opgesplitst worden in de volgende soorten romans: - Avonturenroman: In de avonturenroman (ook wel barokroman genoemd) ligt de nadruk op de belevenissen van de verhaalfiguren. De personages zelf zijn minder belangrijk. We kennen o.a. de ridderroman (verhalen over ridders), het reisverhaal, de toekomstroman (ook wel sciencefiction genoemd) en de detectiveroman. - Moderne roman: In de moderne roman draait het allemaal om het personage. De gebeurtenissen zijn slechts een middel om de personages te beschrijven. Voorbeelden zijn de herdersroman (geïnspireerd op het landleven), de psychologische roman (diepgaande beschrijving van personage), de ontwikkelingsroman (geestelijke rijping van personage), de sociale roman (beschrijving van maatschappelijke groep personen) en de sleutelroman (de verhaalfiguren zijn herkenbaar doordat ze op bestaande personen lijken). - Historische roman: In de historische roman worden gebeurtenissen uit het verleden aangehaald waarin de schrijver zich zoveel mogelijk verdiept heeft. Deze gebeurtenissen worden wel enigszins geromantiseerd. - Themaroman: Een themaroman is gebaseerd op het thema dat de boventoon voert in de roman. Daarbij kan gedacht worden aan de oorlogsroman, liefdesroman, misdaadroman, spionageroman en toekomstroman. - Experimentele roman: In de experimentele roman wordt geëxperimenteerd met collages, afwisseling van perspectief, etc. Hieronder vallen o.a. de dubbelroman (roman met twee thema s), caleidoscopische roman (wisselend perspectief) en prismatische roman (dezelfde gebeurtenis wordt door een andere persoon verteld die dezelfde gebeurtenis heeft meegemaakt). Essay: In het essay geeft de auteur zijn eigen persoonlijke mening over een bepaald onderwerp. Column: De schrijver geeft een weinig serieuze mening, naar aanleiding van een bepaalde gebeurtenis. Veel auteurs schrijven columns in tijdschriften en dagbladen. Cursiefje: Een cursiefje is een korte anekdote, waarbij de auteur allerlei taalgrapjes uithaalt. Novelle: Een novelle is een kort verhaal, waarin de gebeurtenissen centraal staan.
4 Poëziegenre. Poëzie is herkenbaar aan de regellengte die, in tegenstelling tot proza, niet afhankelijk is van het gebruikte papierformaat. Dit hoeft niet altijd per se rijm te zijn. De onderstaande genres worden bij deze categorie ingedeeld: Lied: Een lied is een strofisch gedicht. Vaak bevat het een eenvoudige inhoud, bedoeld om gezongen te worden. Een voorbeeld van een lied is de middeleeuwse ballade. Ballade: Een ballade is een gezongen gedicht met een eenvoudig, vaak tragisch, verhaal. De beschrijvingen worden vaak herhaald en afgewisseld met dialogen. Epos: Een epos (ook wel heldendicht genoemd) is een verhalend gedicht over een heldhaftige persoon. Zijn/haar belevenissen worden op een statige en plechtige manier beschreven, waardoor het vaak moeilijk te lezen is Episch-didactisch genre. Dit subgenre van de epiek kent een didactische achtergrond. De volgende genres kunnen hier onderverdeeld worden: Fabel: In de fabel wordt verwezen naar het gedrag van de mens, door een dier als hoofdpersoon op te laten treden. De moraal is altijd aan het slot van het verhaal vermeld. Let op. Elders in deze syllabus wordt een onderscheid gemaakt tussen fabel en sujet. Hier wordt het verschil tussen logisch-chronologische volgorde van gebeurtenissen (=fabel).en vertelvolgorde van gebeurtenissen (=sujet) bedoeld. Zie verdiepingsopdracht boek 2. Satire: Een satire hekelt gebeurtenissen op humoristische wijze. De diepere betekenis wordt echter nooit vermeld. Parodie: Een parodie is een vorm van satire waarbij in een nieuwe tekst een bestaande tekst bespot wordt. De vorm en stijl van de oorspronkelijke tekst worden daarbij zoveel mogelijk behouden. Allegorie: Een allegorie is een verhaal met een diepere betekenis, waarbij de begrippen als personen worden voorgesteld. Hierdoor hebben zij zowel een figuurlijke als een letterlijke betekenis. Parabel: In de parabel wordt een diepere levenswijsheid verkondigd, die meestal in een plechtige stijl geschreven wordt. De wijsheid heeft altijd betrekking op de mens Lyriek. Onder lyriek worden teksten verstaan, waarin gevoelens rechtstreeks worden uitgedrukt. De volgende subgenres worden gerekend tot de lyrische teksten: Elegie: Deze vorm van lyriek wordt ook wel klaagzang genoemd. Vaste onderwerpen in de elegie zijn de dood van een geliefd persoon en wanhoopsgevoelens.
5 Ode: In de ode (ook wel lofdicht genoemd) spelen gevoelens van bewondering een grote rol. Hymne: Een hymne is een vorm van een ode. Het is een, in strofen opgedeelde, lofzang voor God. Dithyrambe: Een dithyrambe is een vorm van een ode, speciaal ter ere van de Griekse god Dionysus. Epigram: Het epigram (ook wel puntdicht genoemd) is een kort gedicht van slechts twee of vier regels. Het bevat een grappige inhoud en diverse woordspelingen. Lied: Zie Sonnet: Een sonnet is een lyrisch gedicht dat uit twee strofen kwatrijn (=vier regels) en twee strofen terzetten (=drie regels) bestaat. Het rijmschema is daarbij abba abba cdc dcd Dramatiek. Het hoofdgenre dramatiek bevat alle toneelstukken. Er zijn zes soorten toneelstukken te noemen: Mysterie- en mirakelspelen: Deze spelen zijn gedramatiseerde verhalen, waarbij j het onderwerp van het mirakelspel een legende is. Tragedie: De tragedie (ook wel treurspel genoemd) is een ernstig toneelstuk met een uniforme opbouw, waarbij de held altijd tragisch ten onder gaat. De tragedie bestaat uit een voorrede, een koor en drie tot vijf hoofdakten. Komedie: Een komedie (=blijspel) is, in tegenstelling tot de tragedie, een vrolijk toneelstuk. De komedie speelt zich af onder de bevolking en kent altijd een goed einde. Klucht: Een klucht is een kort toneelstuk met weinig verfijnde humor over het dagelijkse leven van de gewone mens. Tragikomedie: Een tragikomedie biedt een combinatie van tragische en komische gebeurtenissen, die elkaar regelmatig afwisselen. Melodrama: Deze vorm van toneel staat bol van de romantiek en het sentiment. Moraliteit: In de moraliteit staat de moraal centraal. 5. Over de inhoud van het boek Samenvatting. Geef een samenvatting van de inhoud. Wees niet te gedetailleerd, maar sla niet al te gemakkelijk passages over.
6 BELANGRIJK: Als je niet zelf een samenvatting maakt, maar gebruik maakt van een bestaande samenvatting, controleer dan wel de volledigheid en juistheid van de gegevens. Tip: Noteer per hoofdstuk, in steekwoorden, de belangrijkste gebeurtenissen en de betrokken verhaalfiguren. Zet de samenvatting bij voorkeur in de tegenwoordige tijd en in chronologische volgorde Personages (verdieping: boek 2) Karakterbeschrijving en ontwikkeling. Geef een beschrijving van de karakters van de belangrijkste verhaalfiguren en de manier waarop zij zich in het verhaal ontwikkelen. Er worden drie soorten karakters onderscheiden: Rond karakter: Een rond karakter (round character) wordt uitvoerig beschreven en de lezer heeft hierdoor een goede indruk van het karakter van deze persoon. Vlak karakter: Een vlak karakter is een karakter waarvan weinig bekend is. Meestal gaat het hierbij om een bij-figuur. Type: Een type wordt beschreven aan de hand van één bepaalde karaktertrek. Soms worden ook de karaktertrekken tot een karikatuur gemaakt Onderlinge relaties. Maak een overzicht van hun onderlinge relaties. Dit kan door middel van een relatieschema of een duidelijke beschrijving van de relaties. Tip: Maak tijdens het lezen alvast een klein schema van de belangrijkste figuren, hun karakters en hun onderlinge relaties Tijd en tijdvolgorde. (verdieping: boek 2) Vertel iets over de tijd waarin het verhaal zich afspeelt. Als dit niet duidelijk wordt uit de tekst, dan kun je dat waarschijnlijk uit de historische achtergrond (bijv. WO II) afleiden. Deze tijd wordt ook wel de vertelde tijd genoemd. Als binnen een aantal tekstregels een sprong vooruit wordt gemaakt in de tijd, dan spreken we van tijdversnelling. Wordt een gebeurtenis uitvoeriger beschreven dan voorgaande gebeurtenissen, dan spreekt men van tijdvertraging. De verteltijd is de tijd die nodig is om het verhaal te lezen. Deze is doorgaans korter dan de vertelde tijd. Geef aan hoe lang je er over hebt gedaan om het verhaal te lezen. Geef aan of er gebruik wordt gemaakt van chronologie en of er flashbacks of flashforwards zijn Plaats/ruimte. (verdieping: boek 6) Vermeld in welke plaats en/of in welke ruimte het verhaal zich afspeelt. 6. Over de achtergronden van het boek Thematiek (verdieping: boek 6) In de thematiek ga je in op de vraag: Waar gaat het verhaal over?. Hierin komen alle belangrijke kwesties uit het verhaal aan de orde. Vat in één of enkele zinnen de inhoud van het boek samen. Het kan ook zijn dat er geen hoofdthema is, maar dat er meerdere overkoepelende thema s zijn. Om een duidelijke beschrijving van de thematiek te geven, kun je kijken naar de belangrijkste verhaalelementen, naar het motto en de titel. Tip: Als je een boek leent bij de bibliotheek wordt vaak in de kaft van het boek het thema genoemd.
7 6.2. Motto. Het motto wordt door de auteur vaak in een gedicht of een spreuk verwoord. Zo vind je in Bezonken Rood van J. Brouwers zelfs twee spreuken Taalgebruik. Geef aan wat je van het taalgebruik vindt. Is het formeel of wordt er veel gebruikgemaakt van spreektaal? Wat is de invloed van het taalgebruik op het leesgemak? 6.4. Opdracht. Aan wie is het boek opgedragen? 6.5. Vertelsituatie en perspectief. (verdieping: boek 4) De vertelsituatie geeft aan door wiens ogen wij als lezer het verhaal beleven/waarnemen. Er zijn meerdere mogelijkheden: 1. Auctoriale verteller: Er is een alwetende ik, die verslag doet van alle gebeurtenissen, maar er zelf buiten staat. De auctoriale verteller maakt vaak gebruik van woorden als ik, wij, mijn en ons. Daarnaast weet hij hoe het verhaal afloopt, kent hij de gevoelens en emoties van de verhaalfiguren en geeft hij vaak commentaar op de situatie. Een voorbeeldzin kan zijn: Omdat we per slot almachtig zijn..laten we de tijd even pas op de plaats maken.. (R. Campert - Liefdes schijnbewegingen) 2. Auctoriale vertelinstantie: De auctoriale vertelinstantie is te vergelijken met de auctoriale verteller. Het grootste verschil is dat de auctoriale vertelinstantie geen gebruik maakt van ik en wij. De auctoriale vertelinstantie is te herkennen aan het commentaar dat níet door één van de verhaalfiguren zelf gegeven wordt en aan het hijperspectief. Een voorbeeldzin kan zijn: Aan toeval durfde ze nog steeds niet te geloven en evenmin dat mevrouw Pauchard daar geheel toevallig was geweest. Of dat ze voor een zaak kwam, die met Paulina niets te maken had. En dat ze dus ook niet aan notaris Corde verteld had haar vroegere au pair in de wachtkamer te hebben gezien. Dit sprak welhaast vanzelf..(w.f. Hermans - Au Pair) 3. Ik-vertelsituatie: Het verhaal wordt verteld door de ik die zelf een rol speelt in het verhaal. Een voorbeeldzin kan zijn: Ja, Jacob, ik zei graag, want je weet: ik was nu eenmaal een doodgewone verklikker en moest hier wel op af.jij zegt me dat het niet helemaal zo was, maar toen al een beetje anders. Het is mogelijk, ik hoop het maar..(j. Presser - De nacht der Girondijnen) 4. Personale vertelsituatie: Bij deze vertelsituatie is de verteller niet nadrukkelijk aanwezig. De auteur laat het verhaal vertellen door de verhaalfiguren waarbij de vertelvorm in de derde persoon (=hij-perspectief) plaatsvindt. Daarbij zijn er twee mogelijkheden: Perspectief bij één van de verhaalfiguren (=personaal medium) Perspectief wisselend bij verschillende verhaalfiguren 6.6. Verhaalopbouw. (verdieping: boek 1 en 4) Geef aan hoe het verhaal is opgebouwd. Is er een duidelijke hoofdstukindeling, zijn de hoofdstukken genummerd, is er een epiloog (=nawoord waarin wordt verteld hoe het met de verhaalfiguren verder
8 gaat) of proloog (=inleidend hoofdstuk waarin een situatieschets gegeven wordt of /en verteld wordt wat er aan het eigenlijke verhaal voorafgaat)? 7. Eigen mening over het boek Als je je eigen mening over het boek geeft, dan kun je de volgende aandachtspunten hanteren: Zijn de verwachtingen over het boek uitgekomen? Heeft het boek je ergens over aan het denken gezet? Hoe komen de beschreven personen op je over? Wat vind je van de opbouw van het verhaal? Hoe beoordeel je het taalgebruik? Je eigen mening over het boek is erg belangrijk. Besteed dan ook zoveel mogelijk aandacht aan een goede motivering van je mening. Verdieping: vragen bij boekenrepetitie en de aspecten ter verdieping Naast algemene vragen die je bij een boekverslag altijd beantwoordt, moet je bij toetsen en het schoolexamen de volgende verdiepingsvragen kunnen beantwoorden. De antwoorden vind je door secundaire literatuur te raadplegen. Boeken 4e klas Boek 1 (open plekken) 1.1 Wat zijn de belangrijkste (!) open plekken (a), worden zij ingevuld (b) en op welke manier gebeurt dat (c)? 1.2 Welke open plekken blijven, als je het boek uit hebt? Motiveer. 1.3 Beschrijf de belangrijkste spanningsbo(o)g(en) in het verhaal. Motiveer. 1.4 Welke manipulatietechnieken gebruikt de schrijver om de spanning te verhogen? Motiveer. 1.5 Heeft de tekst een gesloten of een open einde? Motiveer. 1.6 Is dit boek fictie (a), is het proza (b) en is het literatuur (c)? Motiveer. Boek 2 (tijd en personages) 2.1 Beschrijf het verschil tussen fabel en sujet. Wat is de functie van dit verschil? 2.2 Is de volgorde van gebeurtenissen chronologisch of niet-chronologisch? Motiveer. 2.3 Wordt het verhaal continu of niet-continu verteld? Motiveer. 2.4 Wat zijn de belangrijkste flashbacks, terugverwijzingen en vooruitwijzingen? Motiveer. 2.5 Hoe is de verhouding verteltijd/ vertelde tijd? 2.6 In welke historische tijd speelt het verhaal zich af? 2.7 Geef een karakterisering van de belangrijkste personages. 2.8 Beschrijf de relaties tussen de belangrijkste personages (a) en hun rollen(b). Bereiken zij hun doel(c)? 2.9 Zijn de belangrijkste personages karakters of typen? Motiveer Wat is het wereldbeeld van de belangrijkste personages? Boek 4 (structuur en vertelsituatie) 4.1 Hoe is het boek opgebouwd: geleding, samenhang, verhaallijnen, begin, cyclische bouw? 4.2 Welke vertelsituatie heeft het boek? In hoeverre is deze betrouwbaar? Motiveer. 4.3 Welke serieuze, betrouwbare secundaire literatuur heb je bestudeerd (geef een correcte titelbeschrijving) (a)? Welk aspect heb je bekeken (b), Wat waren de bevindingen van die bron (c)? Vergelijk die bevindingen met je eigen bevindingen (d).
9 Aspecten ter verdieping Hieronder volgt een overzicht van de aspecten die dit jaar uitgebreid aan de orde komen. Er zal geoefend worden in de klas met behulp van korte literaire teksten en/of fragmenten voordat je zelf aan de slag gaat. Je moet daarbij gebruik maken van secundaire literatuur. Secundaire literatuur Primaire literatuur: de literaire boeken die je leest (gedichten, verhalen en romans) Secundaire literatuur: bronnen over literaire teksten, schrijvers, stromingen en perioden Vindplaatsen van secundaire literatuur - bibliotheek - Internet - literom Soorten secundaire literatuur - recensies - letterkundige handboeken - uittrekselboeken: samenvattingen van de inhoud van literaire teksten - uitgebreide analyse: de nadruk ligt op de beschrijving van structuur, de tijd, de ruimte, personages, thematiek en de stijl - interview met schrijver - oeuvre schrijverschap: thematiek en of visie van de auteur op literatuur - boeken over oude Nederlandstalige literatuur Vraag je steeds af of de secundaire literatuur bruikbaar, betrouwbaar of correct is. Op bladzijde 59 en 60 staan 3 opdrachten die je moet maken bij boek 1 tot en met 4 Boek 1 (verdiepingsaspect: structuur (open plekken en spanning) Open plekken Een van de middelen die een schrijver gebruikt om zijn lezer te boeien is het creëren van open plekken. Door bepaalde informatie weg te laten, wordt de lezer nieuwsgierig gemaakt. Een boek bevat meer open plekken en niet alle open plekken worden ingevuld. Een detectiveverhaal bevat altijd één grote open plek, bijvoorbeeld: wie heeft het gedaan? (In het Engels wordt dit genre daarom ook wel Whodunit genoemd). De schrijver speelt daarbij met het verwachtingspatroon van de lezer. De spanning wordt des te groter als het verhaal wendingen heeft die de lezer niet verwacht. Bij een sprookje als Roodkapje zitten meer open plekken (en dus meer spanningsbogen). De kleine kinderen vragen zich af of Roodkapje naar haar moeder luistert of niet. Als Roodkapje vervolgens door het bos wandelt, is deze open plek ingevuld. Dan ontstaat de volgende open plek: komt zij de wolf tegen voor wie haar moeder haar juist waarschuwde? Enz. Dit sprookje heeft altijd een gesloten einde: ze leefden nog lang en gelukkig. Literaire werken hebben niet zelden juist een einde waarbij je als lezer zelf moet nadenken hoe het nu verder zal gaan met de hoofdperso(o)n(en). Dit heet een open einde. Open plekken ontstaan niet alleen maar wanneer relevante informatie niet wordt medegedeeld. Ze ontstaan op verschillende manieren. Hieronder volgen schematisch enkele voorbeelden: o tegenstrijdige informatie: de lezer wil de betrouwbaarheid van deze informatie vast stellen. o verwijzing: als een woord of woordgroep geen duidelijke verwijzing heeft, bijv. de naam van een onbekend persoon in het verhaal. o titel: het verband van de titel met de tekst kan ook een open plek zijn o o handelen van personages: als de lezer geen informatie krijgt over motieven van personages witregels: de lezer moet reconstrueren hoe de strofes of verhaal- of romanfragmenten op elkaar aansluiten
10 Spanning In de literaire theorie wordt het woord spanning niet per se in de betekenis van thrillling gebruikt. Als de lezer verder wil doorlezen om vragen in het verhaal te beantwoorden, spreek je al van spanning. De tijd tussen het ontstaan van vragen en het antwoord daarop noemt men spanningsboog. Een verhaal kan meerdere spanningsbogen hebben. Soms is die boog te lang en is er niet veel spanning Schrijvers manipuleren met spanning op de volgende manieren: - informatie achterhouden - vooruitwijzen - een handeling vertragen - verhaal een andere wending geven - schakelen over op een andere verhaallijn Als er aan het slot nog open plekken zijn en als er na het lezen nog vragen met beterekking tot het thema zijn spreek je van een open einde. Men spreek t van een gesloten einde als alle vragen beantwoord zijn en er geen vragen meer resteren Boek 2 (verdiepingsaspecten: personages en tijd) Personages Personages zijn de verhaalfiguren die in een tekst voorkomen. Als je een boek oppervlakkig leest en dus niet nader nadenkt over de handel- en denkwijze van de personages, kan het boek nog goed te volgen zijn. Je volgt de gebeurtenissen, maar je dringt niet door tot de diepere laag van het boek. Moderne literaire romans ontlenen vaak vooral hun kracht door de prachtige karakterisering van de hoofdpersoon. De schoonheid van een dergelijk boek is dat je de gedachten kunt lezen van een persoon en je eigen denkwijze kunt toetsen aan die van de romanpersonages. (Dit is een wezenlijk verschil met de meeste films, want daar leer je de personages meestal slechts oppervlakkig kennen). Dit aspect vergt niet alleen raadpleging van secundaire literatuur, maar je zult je (anders dan je bij eerste lezing doet) nader verdiepen in het waarom van de handelingen van de personages, je oordeel over zijn/haar handelswijze, etc. Karakter van de hoofdpersoon Een personage wordt een karakter genoemd als ze veel verschillende karaktereigenschappen hebben die je als lezer langzaam leert kennen. Kenmerken van een personage met een karakter - geestelijke groei - gedrag is niet voorspelbaar - veel aandacht aan psychologische ontwikkeling - je komt veel over de gevoelens en gedachten van de hoofdpersoon te weten. Als een personage slechts één of een enkele eigenschap bezit, dan noemen we dat een flat character Relaties tussen personages In een verhaal is er altijd een hoofdpersoon, die persoon heeft altijd een doel. De hoofdpersoon bereikt dat doel niet zomaar. Er zijn moeilijkheden, gevaren of barrières. Dat zijn de tegenstanders, dit zijn niet alleen maar personen maar het kunnen ook omstandigheden en eigenschappen zijn.in een verhaal heb je ook meestal een helper, dat zijn personages of omstandigheden die de hoofdpersoon helpen. Identificatie met de personages Identificatie met de hoofdpersoon betekent dat je je kunt voorstellen wat de hoofdpersoon meemaakt. Ieder mens beleeft dat op zijn eigen manier.
11 Tijd Met tijd wordt niet alleen de historische tijd, waarin het verhaal zich afspeelt, bedoeld.tijd speelt in fictie ook een andere rol. Behalve dat je de personages niet 24 uur per dag meemaakt, worden er meer trucs met tijd uitgehaald. Zo maken we onderscheid tussen de volgorde van de gebeurtenissen en de vertelvolgorde. Vooral de moderne auteurs manipuleren de tijd in hun verhaal om de spanning te vergroten. Fabel en sujet (story en plot) Fabel (=story): logisch-chronologische volgorde van gebeurtenissen in een verhaal. Sujet (plot): vertelvolgorde van gebeurtenissen Chronologisch en niet-chronologisch Chronologisch: dat is het verhaal vertellen in de volgorde waarin het zich heeft afgespeeld, dus zonder flashbacks en vooruitwijzingen. Niet-chronologisch: dat is als de gebeurtenissen in een andere volgorde worden verteld dan ze zich hebben afgespeeld. Continu en niet-continu We noemen een tekst continu als alle gebeurtenissen zonder onderbrekingen verteld worden. Als er stukken tijd niet worden verteld of worden overgeslagen noemen we het verhaal niet-continu. Tijdmanipulaties Tijdmanipulaties creëren vaak spanning. Veel gebruikte tijdmanipulaties zijn: - Vooruitwijzingen - Terugverwijzingen (korte verwijzing naar iets wat al gebeurd is) - Flashbacks (langer dan een terugverwijzing, het verhaal wordt echt onderbroken, als er flashbacks zijn, is het verhaal niet-chronologisch) Verteltijd en vertelde tijd Verteltijd: is de tijd die je nodig hebt om de tekst te lezen. Dit is meestal aangegeven in het aantal bladzijdes. Vertelde tijd: is de tijd die zich in het verhaal afspeelt. Historische tijd Dat is de tijd waarin het verhaal zich afspeelt. Enkele voorbeelden zijn: - Middeleeuwen - Toekomst - Tweede Wereldoorlog - Nu Historiciteit van literatuur Verder speelt het aspect tijd een rol als je kijkt naar de samenhang van het verhaal met politieke, sociaaleconomische en culturele achtergronden van de periode waarin ze geschreven zijn. Dit aspect is vooral van belang voor vwo-leerlingen bij het lezen van literatuur (ver) voor de Tweede Wereldoorlog. Boek 4 (verdiepingsaspecten: vertelperspectief en structuur) Vertelperspectief Bij het vierde boek verdiepen we ons in het aspect vertelperspectief. We kijken naar de functie en het effect van perspectief. De lezer moet zich steeds afvragen hoe betrouwbaar het perspectief is. Ook moet de lezer zich afvragen wat de functie en het effect van het perspectief zijn. Daarnaast zijn de werken op een speciale manier opgebouwd. De structuur heeft hier een speciale functie
12 en beoogt een bepaald effect. Wat sommige literaire werken interessant maakt, is dat je je af kunt vragen of de verteller wel betrouwbaar is. Auteur en verteller Verteller: degene die het verhaal vertelt en door wie de lezer de verhaalgebeurtenissen, ruimtebeschrijvingen en personagebeschrijvingen gepresenteerd krijgt. Perspectief: het standpunt van waaruit de verteller de gebeurtenissen aan de lezer presenteert. Vertelsituaties (zie ook blz,51, paragraaf 6.5) Er zijn verschillende vertelsituaties, te weten: De alwetende vertelsituatie - de verteller weet wat de personages denken en voelen - wordt verteld in de hij- of zijvorm - de verteller overziet alles in ruimte en tijd - weet alles van gebeurtenissen van het verleden, heden of de toekomst - maakt een objectieve indruk; soms manipuleert de verteller door informatie achter te houden De ik-vertelsituatie De verteller is een ik-figuur uit het verhaal - lezer komt veel te weten over gedachten en gevoelens van de ikfiguur - lezer leert innerlijk goed kennen - de visie subjectief en daardoor geen betrouwbaar beeld van gedachten en gevoelens van anderen - het perspectief kan onbetrouwbaar zijn (bijvoorbeeld van een geesteszieke) De personale vertelsituatie - hij- of zijvorm - lezer neemt gebeurtenissen en andere beschrijvingen waar door de ogen van een personage in het verhaal - verteller is op zo n manier aanwezig, dat je niet merkt dat er een verteller is - perspectief is subjectief - lezer komt alleen innerlijk van personage te weten die het verhaal presenteert - kan onbetrouwbaar zijn Meervoudige vertelsituatie Meer vertellers en soms ook meer vertelsituaties. Belangrijk is te weten welk effect dit heeft. Je kunt bijvoorbeeld als lezer doorhebben dat er een misverstand bestaat tussen de personages en er daardooronnodig veel mis gaat Structuur Een literaire tekst is op een bepaalde manier opgebouwd Men spreekt in de secundaire literatuur ook wel van geleding. Geleding van literaire tekst is de manier waarop een verhaal in delen in opgebouwd. Witregels zijn hier ook van belang want die verdelen een verhaal of gedicht in kleinere samenhangende delen. Bij de analyse van een werk let je op de samenhang en de verhaallijn. Soms zijn er zelfs meer verhaallijnen. Verhaallijn is een samenhangende gebeurtenissenreeks Als de verhaallijnen even belangrijk zijn, worden ze gelijkwaardig genoemd. Als een verhaallijn minder belangrijk is, wordt hij ondergeschikt genoemd.
13 Een literaire roman kan op verschillende manieren starten Het gewoonste begin van een verhaal is een begin zoals in kinderboeken. Het verhaal begint bij het begin (dus bij de eerste gebeurtenis) en loopt verder chronologisch af. Dat noemt men met een technische term: ab ovo (letterlijk: bij het ei). Een verhaal begint in medias res: als het verhaal midden in de gebeurtenis start. Er hebben al gebeurtenissen plaatsgevonden, en de lezer moet al lezende deze gebeurtenissen zien te achterhalen. Als je door te lezen erachter moet komen wat er voor die gebeurtenis plaats heeft gevonden, dus als de eerst gepresenteerde gebeurtenis de afloop is, spreken we van een Post Rem begin. Je zou dus kunnen zeggen dat post rem bij het einde van een verhaal begint. Men spreekt van cyclische opbouw als het begin en het einde vrijwel identiek zijn aan elkaar, als ze naar elkaar verwijzen.
14 IV. Lesopdrachten Literaire werken Presentaties literatuurgeschiedenis 4v In 4vwo wordt de literatuurgeschiedenis van de Middeleeuwen behandeld en getoetst. Elke leerling zal een onderwerp moeten bestuderen en dat presenteren aan de overige leerlingen. Het is de bedoeling dat er een bronnenonderzoek wordt gedaan. In ieder geval zal de stof moeten worden bestudeerd in Laagland*, maar daarnaast zullen ook andere bronnen moeten worden bestudeerd. Bij de presentatie bespreekt de leerling zijn/haar onderwerp. Hierbij levert hij/zij een hand-out aan voor de overige leerlingen, waarop genoeg informatie staat voor de overige leerlingen, opdat zij het verhaal kunnen volgen. Hierbij is te denken aan steekwoorden, moeilijke woorden, namen, definities, schema s enz. Daarnaast moeten de gebruikte bronnen op de hand-out worden vermeld, waarbij gedacht moet worden aan een correcte titelbeschrijving. Ook moet er een stukje (primaire) literatuur worden gegeven; dat mag niet een willekeurig stukje tekst zijn: het moet iets toevoegen aan de presentatie. Afhankelijk van de mogelijkheden kan er ook geprobeerd worden ander materiaal te gebruiken (hierbij kun je bijvoorbeeld denken aan een stukje video). De rest van de leerlingen maakt tijdens de presentaties aantekeningen en vergaart al doende de stof voor de toets(en). Wanneer de aangereikte stof niet volledig is, zal de docent deze aanvullen. Deze presentatie wordt becijferd en telt als een voortgangstoets. Bij de beoordeling zal gelet worden op de inhoud, op de wijze van presenteren en op de inhoud en vorm van de hand-out. Bij de inhoud wordt gelet op de mate van volledigheid. Bij de wijze van presenteren wordt gelet op zaken als oogcontact met het publiek, op, verstaanbaarheid; bij de hand-out wordt gekeken of de bronnen (correct) vermeld zijn, of er een zinvol stukje tekst is gekozen en of de hand-out bruikbaar is (kan het publiek daarmee de presentatie goed volgen en is het een goede basis om aantekeningen bij de presentatie te kunnen maken). Voor deze presentaties geldt hetzelfde als voor de presentaties voor Nederlands. (Zie verder bij: Cijferbepaling: de presentatie.) * R. Kraaijenveld en G. van der Meulen, Laagland, vwo informatieboek, Utrecht/Zutphen, 1998 Opdracht bij boek 1 Probeer bij het eerste boek de volgende vragen te beantwoorden: Welke verwachtingen werden er gewekt en op welke manier? Heeft dit je oordeel beïnvloed? Bevat het verhaal veel of weinig open plekken? Geef de belangrijkste. Welke vragen worden er opgeroepen door die open plekken? Hoe werden de open plekken ingevuld? Zijn er open plekken die de lezer moet invullen? Geef de belangrijkste spanningsbo(o)g(en). Welke manipulatietechnieken zijn er gebruikt? Geef voorbeelden! Hoe was het einde (open of gesloten)? Opdracht bij boek 2 Bespreek van dit boek de hoofdpersonages en hun onderlinge relaties; denk daarbij aan: innerlijke en uiterlijke eigenschappen - doel hoofdpersonage - invloed van karakter op zijn handelen - zijn belangrijkste beslissingen en de gevolgen daarvan; welke beslissingen zou jij (niet) genomen hebben? - verandert het hoofdpersonage? In welk opzicht? Waardoor? - vind je het hoofdpersonage sympathiek? Leg uit! - kon je je in het hoofdpersonage verplaatsen? - welke personages komen in het verhaal voor? Typeer ze. Welke rol spelen deze personages? - wat vind je van de kijk op de wereld van de personages? Ben je het ermee eens? - welke personages zijn karakters en welke types? Waarom (niet)?
15 Opdracht bij boek 3 (alleen 4 havo!) Bij boek 3 moeten jullie een (heel) recent werk kiezen, een boek dat dus nog niet zo lang geleden is uitgekomen. Bij de opdracht bij dit derde boek is het de bedoeling dat De opdracht: - zoek twee recensies over het door jou gelezen boek. - geef een correcte titelbeschrijving van deze twee artikelen. - geef van elke recensie aan wat het (eind)oordeel is van de recensent én op grond van welke argumenten hij daartoe is gekomen. - geef aan wat de verschillen zijn tussen de twee recensies. - ben je het eens met het oordeel van (één van) de recensent(en)? Waarom wel/niet? Opdracht bij boek 4 Bespreek van dit boek de structuur: - welke geleding kun je aanwijzen? Wat is de samenhang tussen de delen? - hoeveel verhaallijnen zijn er en wat is de relatie ertussen? - hoe begint het verhaal? - is de bouw cyclisch? - wat is de functie van de gekozen structuur? Bespreek van dit boek vertelsituatie - welke vertelsituatie heeft het boek Is de vertelsituatie betrouwbaar? - wat is de functie van de vertelsituatie Welk effect heeft de gekozen vertelsituatie op de lezer? Bespreking van secundaire literatuur over structuur of perspectief - welke keuze heb je gemaakt en waarom? - geef een samenvatting van de secundaire literatuur - vergelijk de secundaire literatuur met eigen bevindingen - vind je de secundaire literatuur overtuigend? Waarom?
De volgende onderdelen moeten altijd in je boekverslag staan
Handleiding boekverslag Er zijn vele manieren om een boekverslag te maken, maar voor je eigen gemak is het van belang dat je een vaste volgorde aanhoudt. Bij de voorbereiding van je toetsen en je schoolexamen
Nadere informatieFictie samengevat voor vwo+ ~ SKO
Fictie samengevat voor vwo+ ~ SKO Inhoud Hoofdgenres:... 2 Tijd en opbouw... 3 Perspectief en vertelsituaties... 5 Spanning... 6 Personages... 7 Ruimte... 8 SKO vwo+ 1 Hoofdgenres: Proza epiek Poëzie lyriek
Nadere informatieSamenvatting Dautzenberg H8
Samenvatting Dautzenberg H8 Paragraaf 56 Elk boek kun je in drieën verdelen: voorwerk, eigenlijke tekst, nawerk. Onder voorwerk verstaan we alles wat voorafgaat aan het eerste hoofdstuk: omslag, titel,
Nadere informatie6,2. Samenvatting door een scholier 1487 woorden 8 maart keer beoordeeld. Nederlands
Samenvatting door een scholier 1487 woorden 8 maart 2006 6,2 4 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Laagland Hoofdstuk 4 Open Plekken Plekken in het verhaal die vragen oproepen, het zijn nog niet ingevulde
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Module 1 t/m 3
Samenvatting Nederlands Module 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1502 woorden 16 december 2010 6 8 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Laagland Module 1 Motivaties Verschillende motivaties waardoor
Nadere informatie4 havo. 1
4 havo 1 chronologisch= de in tijd op elkaar volgende momenten of gebeurtenissen Als lezer leg je verbanden: je moet je zelf de juiste chronologische volgorde van de gebeurtenissen vaststellen. hoofdpersoon
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Cursus 1,2 en 3
Samenvatting Nederlands Cursus 1,2 en 3 Samenvatting door J. 1308 woorden 6 december 2012 6,2 13 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Laagland Zakelijke teksten > eenduidige teksten met als doel informatie
Nadere informatieSamenvatting Anders laagland hoofdstuk 1 t/m 6
Samenvatting Anders laagland hoofdstuk 1 t/m Samenvatting door S. 1847 woorden 22 maart 2013 5,5 5 keer beoordeeld Vak Anders H. 1 1 Persoonlijke smaak Je ontwikkeld je persoonlijke smaak met behulp ban
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Verhaalanalyse hoofdstuk 2 t/m 7
Samenvatting Nederlands Verhaalanalyse hoofdstuk 2 t/m 7 Samenvatting door een scholier 2055 woorden 23 januari 2010 7,6 13 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Laagland H2 Open plekken:je krijgt niet
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Literaire begrippen
Samenvatting Nederlands Literaire begrippen Samenvatting door een scholier 1711 woorden 5 maart 2006 6,6 123 keer beoordeeld Vak Nederlands Samenvatting van de literaire begrippen: Hoofdpersoon: De hoofdpersoon
Nadere informatieNaam:. Klas:. Schooljaar:..
Handleiding Lezen voor je literatuurlijst Nederlands Havo bovenbouw Naam:. Klas:. Schooljaar:.. Inhoudsopgave Lezen voor de lijst 3 Bepalen van je leesniveau 4 Overzicht van de leesniveaus 5 Literatuurlijsten
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 12
Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 12 Samenvatting door een scholier 1984 woorden 11 maart 2006 6,3 11 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Laagland Samenvatting Laagland H1: Het leesdossier bestaat
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 & 2
Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 & 2 Samenvatting door een scholier 1434 woorden 13 januari 2004 6,5 58 keer beoordeeld Vak Nederlands Uittreksel Nederlands Manipulatie technieken: 1 een vooruitwijzing
Nadere informatieDe volgende onderdelen moeten in het verslag worden verwerkt:
Het maken van een leesverslag in klas 3 en 4 VMBO Basis Voor het examenonderdeel fictie moet je een aantal boeken lezen. Gebruik bij het maken van het leesverslag het schema hieronder. Werk het schema
Nadere informatieVerslag Nederlands Cursus 1 en 2
Verslag Nederlands Cursus 1 en 2 Verslag door Nora 2633 woorden 14 februari 2018 0 keer beoordeeld Vak Nederlands Nora Bouwman, 4D 5B Nederlands Samenvatting Laagland cursus 1 & 2 PWW4 klas 4 (april 2017)
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 11
Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 11 Samenvatting door een scholier 10 woorden 6 april 2001 6,6 190 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Laagland HOOFDSTUK 1. PERSOONLIJKE SMAAKONTWIKKELING Leesdossier:
Nadere informatieLever je verslag in een snelhechter in. Zorg dat je een mooi titelblad hebt, waar de naam van je boek, je eigen naam, klas en inleverdatum op staat.
Boekverslag Van het boek dat je gelezen hebt moet je een verslag maken. In het verslag moeten al onderstaande punten aan de orde komen. Sommige antwoorden weet je meteen. Soms kunnen er ook vragen zijn,
Nadere informatieBoekverslag Nederlands Ik en mijn speelman door Aart van der Leeuw
Boekverslag Nederlands Ik en mijn speelman door Aart van der Leeuw Boekverslag door een scholier 1705 woorden 29 juli 2006 6,2 13 keer beoordeeld Auteur Genre Aart van der Leeuw Liefdesroman Eerste uitgave
Nadere informatieUitleg boekverslag en boekbespreking
Uitleg boekverslag en boekbespreking groep 7 schooljaar 2014-2015 Inhoudsopgave: Blz. 3 Blz. 3 Blz. 3 Blz. 4 Blz. 6 Blz. 7 Blz. 7 Stap 1: Het lezen van je boek Stap 2: Titelpagina Stap 3: Inhoudsopgave
Nadere informatieWanneer Sylvia en Laura naar een toneelstuk gaan. Ontmoet Silvia Alfred en het klikt gelijk tussen hun.
Boekverslag door een scholier 1916 woorden 14 februari 2003 5,5 21 keer beoordeeld Auteur Genre Harry Mulisch Psychologische roman Eerste uitgave 1975 Vak Nederlands Samenvatting: Laura is al een paar
Nadere informatieFICTIEDOSSIER NEDERLANDS LEERJAAR 3 EN 4 BK
FICTIEDOSSIER NEDERLANDS LEERJAAR 3 EN 4 BK Pagina 0 WOORD VOORAF Je zit nu in 3 VMBO en het eindexamen lijkt nog ver weg... Maar niets is minder waar. Dit jaar start je namelijk al volop met de voorbereidingen
Nadere informatieUitleg boekverslag en boekreclame
Uitleg boekverslag en boekreclame groep 7 schooljaar 2015-2016 Inhoudsopgave: Blz. 3 Blz. 3 Blz. 3 Blz. 4 Blz. 6 Stap 1: Het lezen van je boek Stap 2: Titelpagina Stap 3: Inhoudsopgave Stap 4: Inhoud boekverslag
Nadere informatieBoekverslag & presentatie
Boekverslag & presentatie groep 8 schooljaar 2015-2016 Inhoudsopgave: Blz. 1 Blz. 2 Blz. 3 Blz. 3 Blz. 3 Blz. 4 + 5 Blz. 6 Voorbeeld kaft Inhoudsopgave Stap 1: Het lezen van je boek Stap 2: Titelpagina
Nadere informatie4.3. Boekverslag door een scholier 2022 woorden 11 april keer beoordeeld. Middeleeuws verhaal Eerste uitgave 1250 Nederlands
Boekverslag door een scholier 2022 woorden 11 april 2010 4.3 6 keer beoordeeld Auteur Genre Onbekend Middeleeuws verhaal Eerste uitgave 1250 Vak Nederlands Titel: Karel ende Elegast Ondertitel: Geen ondertitel
Nadere informatieBoekvergelijking. lessenserie
Boekvergelijking lessenserie Les 1 - introductie Uitleg periode C met handelingsdelen Niveau bepalen Boek uitzoeken Uitleg periode C Twee boeken lezen Boeken met elkaar vergelijken op een onderdeel uit
Nadere informatieWorkshop BLIKSEM - Leesbegrippen in de BLIKSEM Oefenteksten en Toetsen
Leesbegrippen Groep 5 1. alinea (7)* 2. anekdote (2) 3. bedoeling van de schrijver (3) 4. boodschap overbrengen (1) 5. bronvermelding (2) 6. conclusie (1) 7. de bedoeling van de schrijver (2) 8. de clou
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Literatuur cursus 1 t/m 4 samenvatting
Samenvatting Nederlands Literatuur cursus 1 t/m 4 samenvatting Samenvatting door D. 1401 woorden 25 mei 2017 4,7 7 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Nederlands literatuur samenvatting
Nadere informatieSamenvatting Literatuurkunde Cursus 1 Literatuur en lezer
Samenvatting Literatuurkunde Cursus 1 Literatuur en lezer Samenvatting door M. 1143 woorden 24 januari 2016 9 21 keer beoordeeld Vak Methode Literatuurkunde Laagland Nederlands literatuur cursus 1 1 Lezers
Nadere informatieVertel eens - aanpak van Aidan Chambers
Vertel eens - aanpak van Aidan Chambers bijlage 6 2 Theorie Aidan Chambers wil met de Vertel eens-aanpak kinderen helpen goed te praten over wat zij hebben gelezen en goed naar elkaar te leren luisteren.
Nadere informatieHanneke van Herk. 1. Beschrijvingsopdracht: Uitgewerkt persoonlijke reactie:
1. Beschrijvingsopdracht: Motivatie: Ik heb dit boek gelezen, omdat ik een deel van de film had gezien en nieuwsgierig was naar de rest van het verhaal. Ik was eerst begonnen aan het boek Karakter van
Nadere informatiec. Wat is de vertelde tijd? Een jaar. Het verhaal begint als Robinson aan het verhuizen is en eindigt als het schooljaar is afgelopen.
Boekverslag door een scholier 1368 woorden 2 januari 2002 5,4 45 keer beoordeeld Auteur Genre Doeschka Meijsing Psychologische roman, Coming of age Eerste uitgave 1976 Vak Nederlands Primaire Gegevens
Nadere informatieHanneke van Herk. Beschrijvingsopdracht: Uitgewerkte persoonlijke reactie: Robinson Doeschka Meijsing Eerste druk 1976.
Titel Auteur Robinson Doeschka Meijsing Eerste druk 1976 Beschrijvingsopdracht: Motivatie boekkeuze: Voor deze opdracht moesten we weer een boek lezen van na de Tweede Wereldoorlog. Ik heb daarom achterin
Nadere informatieVerhaalanalyse. Hieronder volgen een korte uitleg van de genoemde elementen en de aandachtspunten bij bestudering ervan:
Verhaalanalyse Verhaal- of romananalyse wordt ook wel narratologie genoemd (van het Latijnse 'narrare', vertellen). Bij de behandeling van de narratologie gaan we uit van de volgende definitie van een
Nadere informatie2 Jouw mening. Het probleem van de hoofdpersoon. De andere personen; kort beschrijven. Vooral in hun relatie tot de hoofdpersoon.
Formulier leesverslag Nederlands. Jouw naam Datum Klas Leraar/ lerares paraaf beoordeling A Het boek Titel van het boek Naam schrijver/ schrijfster Naam van de uitgever en jaar van verschijnen. Gebruikte
Nadere informatietechnisch verslag literatuur
technisch verslag literatuur naam klas naam auteur pseudoniem? biografische gegevens boek geschreven in welk jaar? eerste uitgave: uitgever, jaar deze publicatie: uitgever, jaar aantal pagina's Heeft het
Nadere informatieBoekverslag Nederlands Ik mail je door Yvonne Kroonenberg
Boekverslag Nederlands Ik mail je door Yvonne Kroonenberg Boekverslag door een scholier 1665 woorden 24 april 2006 6,4 82 keer beoordeeld Auteur Genre Yvonne Kroonenberg Jeugdboek Eerste uitgave 2004 Vak
Nadere informatieBoekverslag Nederlands Turks fruit door Jan Wolkers
Boekverslag Nederlands Turks fruit door Jan Wolkers Boekverslag door Harry 1911 woorden 18 januari 2016 6,6 4 keer beoordeeld Auteur Genre Jan Wolkers Liefdesroman, Roman Eerste uitgave 1969 Vak Methode
Nadere informatieIk heb dit boek gekozen, omdat ik hem kreeg bij de Grote Lijsters vorig jaar. Toen ik de achterkant had gelezen, wilde ik weten hoe het zou aflopen.
Boekverslag door een scholier 1942 woorden 16 juni 2007 7 13 keer beoordeeld Auteur Genre Tim Krabbé Psychologische roman Eerste uitgave 2002 Vak Nederlands I Beschrijvingsopdracht. 1. Motivatie van mijn
Nadere informatieZin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift -
Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift - I Oefenen met observeren 1. Het woordenschilderij A Kijk 60 seconden heel goed
Nadere informatieBoekverslag Nederlands De passievrucht door Karel Glastra van Loon
Boekverslag Nederlands De passievrucht door Karel Glastra van Loon Boekverslag door F. 1442 woorden 25 mei 2016 2,5 6 keer beoordeeld Auteur Genre Karel Glastra van Loon Psychologische roman Eerste uitgave
Nadere informatieCONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo
Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten Subdomein A 1.1: Woordenschat 1.1 h/v de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context; 1.2 h/v de betekenis
Nadere informatieHet leesspel Voorbereiding: Doel van het spel: Het spel:
Het leesspel Dit spel is gebaseerd op vragen over boeken zoals weergegeven in het boekje Vertel eens van Aiden Chambers en op vragen over boeken uit het boek Open Boek van Jos Walta. Voorbereiding: Kopieer
Nadere informatieSamenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 11
Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 11 Samenvatting door een scholier 2700 woorden 20 december 2006 7,4 33 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Laagland HOOFDSTUK 1. Leesdossier Uitkomsten van de
Nadere informatieBoekverslag Nederlands De held door Jessica Durlacher
Boekverslag Nederlands De held door Jessica Durlacher Boekverslag door T. 1011 woorden 18 januari 2017 5,5 8 keer beoordeeld Auteur Genre Jessica Durlacher Psychologische roman, Eerste uitgave 2010 Oorlogsroman
Nadere informatie4,8. Boekverslag door een scholier 1748 woorden. 6 keer beoordeeld 11 november Jeugdboek, Coming of age Eerste uitgave Nederlands
4,8 Boekverslag door een scholier 1748 woorden 6 keer beoordeeld 11 november 2011 Auteur Theo Thijssen Genre Jeugdboek, Coming of age Eerste uitgave 1923 Vak Nederlands Algemene gegevens: 1) De titel van
Nadere informatieBoekverslag Nederlands De scheltopusik door Maarten 't Hart
Boekverslag Nederlands De scheltopusik door Maarten 't Hart Boekverslag door een scholier 1651 woorden 14 maart 2004 5,5 22 keer beoordeeld Auteur Genre Maarten 't Hart Novelle Eerste uitgave 2003 Vak
Nadere informatie6,2. Boekverslag door een scholier 1782 woorden 18 april keer beoordeeld
Boekverslag door een scholier 1782 woorden 18 april 2004 6,2 299 keer beoordeeld Auteur Genre Erik Hazelhoff Roelfzema Biografie, Oorlogsroman Eerste uitgave 1970 Vak Nederlands 3. Verantwoording keuze
Nadere informatieBeoordeling power-point groep 5
Beoordeling power-point groep 5 Leerkracht: Leerling: Onderdeel 2 4 6 8 10 Opmerkingen Titeldia: Duidelijke titel met onderwerp/naam/groep Inhoudsopgave: Puntsgewijs wat ga je behandelen. Plaatjes: Functioneel
Nadere informatie6,9. Boekverslag door Een scholier 1690 woorden 10 december keer beoordeeld. Charles Dickens Novelle, Fantasy & SF Eerste uitgave 1843
Boekverslag door Een scholier 1690 woorden 10 december 2002 6,9 340 keer beoordeeld Auteur Genre Charles Dickens Novelle, Fantasy & SF Eerste uitgave 1843 Vak Engels Algemeen: Titel: A Christmas Carol
Nadere informatieBoekverslag Nederlands Mijn tante Coleta door R.J. Peskens
Boekverslag Nederlands Mijn tante Coleta door R.J. Peskens Boekverslag door een scholier 1975 woorden 2 juli 2011 9,5 3 keer beoordeeld Auteur Genre R.J. Peskens Psychologische roman Eerste uitgave 1976
Nadere informatie2 keer beoordeeld 12 februari 2015
9,7 Samenvatting door C. 2055 woorden 2 keer beoordeeld 12 februari 2015 Vak Nederlands Methode Dautzenberg Hoofdstuk 2 1: Vorm en inhoud; de hoofdgenres De vorm van een tekst: de manier waarop de inhoud
Nadere informatieVragen literatuur 6-VWO Deze vragenlijst is grotendeels gebaseerd op de Coach van Noordhoff. Literaire begrippen
Vragen literatuur 6-VWO Deze vragenlijst is grotendeels gebaseerd op de Coach van Noordhoff. A Literaire begrippen 1. Wat is het verschil tussen een Vergleich (vergelijking) en een Metapher (metafoor)?
Nadere informatieWat mag/moet je lezen?
Om te voldoen aan de exameneisen moet je dit jaar voor literatuur nog zes prozateksten en het een en ander aan poëzie verwerken. Wat mag/moet je lezen? ROMANS In totaal moeten er negen werken gelezen zijn.
Nadere informatieHanneke van Herk. Beschrijvingsopdracht: Uitgewerkte persoonlijke reactie: De elementen Auteur. Titel. Harry Mulisch Eerste druk: 1988
Titel De elementen Auteur Harry Mulisch Eerste druk: 1988 Beschrijvingsopdracht: Motivatie boekkeuze: Ik heb voor dit boek gekozen, omdat ik graag nog een keer een boek van Harry Mulisch wilde lezen. De
Nadere informatieBoekverslag Nederlands De naam van mijn vader
Boekverslag Nederlands De naam van mijn vader door Sabine van den Berg Boekverslag door een scholier 2196 woorden 19 september 2007 9,5 2 keer beoordeeld Auteur Genre Sabine van den Berg Jeugdboek Eerste
Nadere informatieMondeling se4. Lise Visschedijk 4G2
Mondeling se4 Lise Visschedijk 4G2 15 februari 2019 Underdog Elfie Tromp Het achterhuis Anne Frank In transit Margaretha van Andel De liefdesbrieven van Abelard & Lily Laura Creedle Love, Simon- Becky
Nadere informatieBoekverslag Nederlands Lieve leugens door Brigitte van Aken
Boekverslag Nederlands Lieve leugens door Brigitte van Aken Boekverslag door een scholier 2103 woorden 26 maart 2008 6 152 keer beoordeeld Auteur Genre Brigitte van Aken Jeugdboek Eerste uitgave 2007 Vak
Nadere informatieHet meisje in mijn hoofd. Naam: Emma Oude Weernink Klas: 3T2 Docent: Mevrouw Scholten
Het meisje in mijn hoofd. Naam: Emma Oude Weernink Klas: 3T2 Docent: Mevrouw Scholten Inhoudsopgave: Zakelijke gegevens Samenvatting van het boek Over de auteur Over het boek Leeservaringen Onderwerp Gebeurtenissen
Nadere informatieVerslag Nederlands Leesverslag
Verslag Nederlands Leesverslag Verslag door S. 870 woorden 5 november 2016 0 keer beoordeeld Vak Nederlands Klas 1 Hoe maak ik een leesverslag? Een paar opmerkingen vooraf: 1. Je typt je leesverslag in
Nadere informatieHanneke van Herk. Beschrijvingsopdracht:
Beschrijvingsopdracht: Motivatie: Ik heb voor dit boek gekozen, omdat dit boek in het werkboek van Laagland werd aangeraden bij deze opdracht. Ik heb ook voor dit boek gekozen, omdat ik het er wel leuk
Nadere informatieBoekverslag Nederlands H. van Brakel, Ing. B.O.W. door P.A. Daum
Boekverslag Nederlands H. van Brakel, Ing. B.O.W. door P.A. Daum Boekverslag door een scholier 2304 woorden 31 mei 2004 7,3 9 keer beoordeeld Auteur Genre P.A. Daum Roman Eerste uitgave 1889 Vak Nederlands
Nadere informatieDruk de A, B en C vragen op hetzelfde kleur papier af (v.b. op geel papier) Druk de P-vragen op een afwijkende kleur papier af en de D vragen ook.
Praten over boeken Kaartjes van iden hambers Handleiding bij onderstaande kaartjes: llereerst treft u een aantal pagina s aan met kaartjes met vragen. Deze zijn per categorie ingedeeld. -vragen: Eerste
Nadere informatieLeerstofoverzicht Lezen in beeld
Vaardigheden die bij één passen, worden in Lezen in beeld steeds bij elkaar, in één blok aangeboden. Voor Lezen in beeld a geldt het linker. Voor Lezen in beeld b t/m e geldt het rechter. In jaargroep
Nadere informatie5,5. Boekverslag door I woorden 20 juni keer beoordeeld. Psychologische roman Eerste uitgave 1975 Nederlands.
Boekverslag door I. 1450 woorden 20 juni 2013 5,5 4 keer beoordeeld Auteur Harry Mulisch Genre Psychologische roman Eerste uitgave 1975 Vak Nederlands Methode Nieuw Nederlands Inleiding Ik heb voor het
Nadere informatieOntdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek
Ontdek de Bibliotheek Ontdek de Bibliotheek Ontdek de Bibliotheek Welkom in de bibliotheek. Je gaat op ontdekking in de bibliotheek. Hierbij doe je een onderzoek naar verschillende soorten media; zoals
Nadere informatieDocument vertellen en presenteren voor de groepen 1, 2, 3 en 4. Doelen van vertellen en presenteren in groep 1 en 2:
Document vertellen en presenteren voor de groepen 1, 2, 3 en 4 Doelen van vertellen en presenteren in groep 1 en 2: Leerlingen raken vertrouwd met het presenteren voor een groep Leerlingen raken vertrouwd
Nadere informatieVerhalen die je niet loslaten. Opdrachten bij de verhalen
Verhalen die je niet loslaten Opdrachten bij de verhalen 2 3 Inhoudsopgave 1. Open plekken A. Vragend lezen (klassikaal) 5 B. Vragend lezen (in groepjes) 6 C. Vragend lezen (individueel) 7 2. Sleutelfragmenten
Nadere informatieHuiswerk Spreekbeurten Werkstukken
Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.
Nadere informatieIn groep 8 gaan we een aantal dingen door het jaar heen doen, namelijk het maken van een:
Beste groep 8-er, In groep 8 gaan we een aantal dingen door het jaar heen doen, namelijk het maken van een: een boekbespreking een werkstuk een boekverslag een spreekbeurt Je krijgt nu in één keer de instructie
Nadere informatieLiteratuur - Boekverslag 1 vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/76949
Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 23 augustus 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/76949 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieBepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag
Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag De probleemstelling is eigenlijk het centrum waar het werkstuk om draait. Het is een precieze formulering van het onderwerp dat je onderzoekt. Omdat de probleemstelling
Nadere informatieRandvoorwaarden In les 2 hebben leerlingen individueel een computer met internet nodig. Alternatief: leerling voert les 2 thuis uit.
Brief over Annie M.G. Schmidt Schrijf een overtuigende brief aan een basisschool Korte lesomschrijving De lessen Advies over Annie M.G. Schmidt gaan over Nederlands bekendste kinderboekenschrijfster. Leerlingen
Nadere informatieBoekverslag door C woorden 27 mei keer beoordeeld. Psychologische roman Eerste uitgave 1975 Nederlands. Boek: Twee Vrouwen
Boekverslag door C. 1393 woorden 27 mei 2016 0 keer beoordeeld Auteur Harry Mulisch Genre Psychologische roman Eerste uitgave 1975 Vak Nederlands 2. structuurvragen Titelbeschrijving: Boek: Twee Vrouwen
Nadere informatieBoekverslag Nederlands Het Achterhuis door Anne Frank
Boekverslag Nederlands Het Achterhuis door Anne Frank Boekverslag door een scholier 1178 woorden 11 oktober 2016 3,9 9 keer beoordeeld Auteur Genre Anne Frank Geschiedenis, Dagboek, Eerste uitgave 1947
Nadere informatieDe bedoeling van een recensie is om anderen een indruk te geven van het boek dat je gelezen hebt.
Het recensieboekje. De bedoeling van een recensie is om anderen een indruk te geven van het boek dat je gelezen hebt. Door het lezen van een recensie kan een ander kind besluiten het boek ook te gaan lezen.
Nadere informatie2.1 FaVoriete leestips
Verhalend 2.1 FaVoriete leestips Van klasgenoten heb ik de volgende tips gekregen van boeken/tijdschriften die mij leuk lijken: 1.... 2.... 3.... Van de leraar heb ik de volgende tips gekregen van boeken/tijdschriften
Nadere informatieBoekverslag Nederlands Zondagskind door Joris Moens
Boekverslag Nederlands Zondagskind door Joris Moens Boekverslag door een scholier 1959 woorden 3 maart 2001 7,1 11 keer beoordeeld Auteur Genre Joris Moens Roman Eerste uitgave 1995 Vak Nederlands Primaire
Nadere informatieDatum: Jaar van verschijnen: Duur van de film:
NAAM: Kijk / luisterformulier Speelfilm Naam: Datum: Titel van de film: Regisseur: Jaar van verschijnen: Duur van de film: Lees de vragen op dit formulier voor het kijken en luisteren door. Je weet dan
Nadere informatie8,4. 1. Motivatie boekkeuze: 2. Weergave inhoud: Boekverslag door een scholier 1909 woorden 22 januari keer beoordeeld
Boekverslag door een scholier 1909 woorden 22 januari 2005 8,4 15 keer beoordeeld Auteur Genre R.J. Peskens Psychologische roman Eerste uitgave 1976 Vak Nederlands A. Complete titelbeschrijving: Naam van
Nadere informatieBoekverslag Sense and Sensibility (Jane Austen)
Primaire gegevens van het gelezen werk Auteur: Jane Austen Titel: Sense and Sensibility Ondertitel: - Verschenen in: 1811 Aantal blz.: 322 Leestijd: 23 uur Uitgelezen op: 27 december 2001 Verantwoording
Nadere informatieNarrative Authority: From Epic to Drama. S. Willigers
Narrative Authority: From Epic to Drama. S. Willigers Samenvatting Narratieve Autoriteit: van Epos tot Drama Hoe is de Griekse tragedie ontstaan? Al sinds Aristoteles proberen geleerden antwoord op deze
Nadere informatieTitel Wat is de titel van het boek? Geeft de titel aan waar het verhaal over gaat? Kun je uitleggen waarom er voor die titel is gekozen?
Het maken van een boekbespreking in Powerpoint De voorbereiding: het kiezen van een boek Bedenk eerst heel goed over welk boek je een boekbespreking wilt gaan houden. Je kunt het beste een boek uitkiezen
Nadere informatieINSTRUCTIEMAP LITERATUUR HAVO
INSTRUCTIEMAP LITERATUUR HAVO NEDERLANDS Alfa-college 2009-2011 Naam: Inhoudsopgave 1. Introductie... 2 2. Werkwijze... 3 3. Boekenkeuze... 4 4. Leesautobiografie... 5 5. Literaire begrippen bij drie verhalen
Nadere informatieLeen een jeugdroman in de bibliotheek in je woonplaats of in de mediatheek op school. Maak een verslag door middel van het beantwoorden van de vragen.
Naam: Klas: TL/KBL Leen een jeugdroman in de bibliotheek in je woonplaats of in de mediatheek op school. Maak een verslag door middel van het beantwoorden van de vragen. In dit stencil vind je de eisen
Nadere informatieverwoording inhoud + vorm + functie 3 CA: verwoording eigen mening 3 Datum: verwerking recensie 1 Paraaf docent Titel voorstelling:
CKV THEATER CKV Verslag Culturele Activiteit Theater / Cabaret Naam:. Klas:. Toegangsbewijs: geldig / ongeldig (ln te vullen door je CKV-docent) verwoording inhoud + vorm + functie 3 CA: verwoording eigen
Nadere informatieCONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo
Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten Subdomein A 1.1: Woordenschat 1.1 vmbo de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context; 1.2 vmbo de betekenis
Nadere informatieFilmverslag Frans Un Long Dimanche d'un Fiancailles
Filmverslag Frans Un Long Dimanche d'un Fianca Filmverslag door E. 1877 woorden 4 mei 2014 6 6 keer beoordeeld Vak Frans A Algemeen Regisseur: Titel: Jean-Pierre Jeunet Un long Dimanche de Fianca Premiere:
Nadere informatieBoekverslag: 3/4 BBL 2010-2011
Boekverslag: 3/4 BBL 2010-2011 Leen een jeugdroman in de bibliotheek in je woonplaats of in de mediatheek op school. Maak een verslag door middel van het beantwoorden van de vragen. Vul dit boekje in.
Nadere informatieTed van Lieshout Floor van de Ven, H3G, Uitgeveri Plaats Jaar uitgave en druk Aantal bladzijdes Genre Inhoudsopgave Samenvatting
Boekverslag door F. 1662 woorden 8 juni 2016 7 7 keer beoordeeld Auteur Ted van Lieshout Genre Psychologische roman, Jeugdboek Eerste uitgave 1996 Vak Nederlands Gebr. Ted van Lieshout Floor van de Ven,
Nadere informatieBIJLAGE JURYHANDLEIDING DE INKTAAP
INLEIDING Na het lezen van de vier boeken kun je een juryrapport schrijven samen met andere juryleden van jouw school. Om hier een handje bij te helpen hebben we een aantal vragen op een rijtje gezet.
Nadere informatieProgramma van Inhoud en Toetsing
Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp werkwoordelijk gezegde
Nadere informatieNaam: Silke Bouwman Klas: 3T2 Lerares: Mevr. Scholten
Naam: Silke Bouwman Klas: 3T2 Lerares: Mevr. Scholten Inhoudsopgave 1. Zakelijke gegevens 2. Samenvatting van het boek 3. Over de auteur 4. Over het boek 5. Leeservaringen 6. Recensie en eigen mening 1.
Nadere informatieBoekverslag Nederlands Het leven is vurrukkulluk
Boekverslag Nederlands Het leven is vurrukkulluk door Remco Campert Boekverslag door een scholier 1848 woorden 12 januari 2012 5,3 3 keer beoordeeld Auteur Genre Remco Campert Psychologische roman Eerste
Nadere informatieBEGRIJPEND LEZEN 1 NEDERLANDS TEKSTSOORTEN EN TEKSTDOELEN
BEGRIJPEND LEZEN 1 NEDERLANDS TEKSTSOORTEN EN TEKSTDOELEN 0 AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: - Kun je het onderwerp uit een zin bepalen. - Kun je het onderwerp van een tekst bepalen. - Kun je een soort tekst
Nadere informatieMelissa Even 4T4 Mevr. Scholten
Zakelijke gegevens. De titel van het boek is De engel Yannick. De naam van de auteur is Do van Ranst. De naam van de uitgever is Do Van Ranst en Davidsfonds uitgeverij nv. Het jaar dat het is verschenen
Nadere informatieStappenplan voor een onderzoek
Stappenplan voor een onderzoek Stap 1: Onderwerp * A) Kies een onderwerp Denk bij het kiezen van een onderwerp aan de volgende punten: - vind ik het onderwerp interessant - zijn er genoeg bronnen over
Nadere informatieIk geloof, geloof ik. Levensbeschouwelijk dossier Griftland college Bovenbouw. Mijn naam en klas:
Ik geloof, geloof ik Levensbeschouwelijk dossier Griftland college Bovenbouw Mijn naam en klas: Bezinningsmomenten In de godsdienstlessen stonden de afgelopen jaren verhalen centraal en de verschillende
Nadere informatieLITERATUURDOSSIER FRANS LEESVERSLAG van een Franstalige roman
LITERATUURDOSSIER FRANS LEESVERSLAG van een Franstalige roman Lees dit eerst! Wat doe je thuis en wat op school? Het leesverslag dient op school in het bijzijn van je docent te worden geschreven. Je mag
Nadere informatieSyntheseproef kerst 2013 Theoretische richtingen
Syntheseproef kerst 2013 Theoretische richtingen Vooraf De syntheseproef bestaat uit een aantal onderdelen. 1. Schriftelijke taalvaardigheid Het verslag dat je maakte van de aidsgetuigenis van Kristof
Nadere informatieFICTIE - LEERJAAR 1. Leerlijn Fictie havo en vwo
FICTIE - LEERJAAR 1 Fictie 1 - boek: De regels van drie (Marjolein Hof) - personages en relaties tussen personen - emotionele verschuivingen tussen personages - verschil in leesbeleving - situaties en
Nadere informatie