NOTULEN VERGADERING GEMEENTERAAD UTRECHT

Transcriptie

1 NOTULEN VERGADERING GEMEENTERAAD UTRECHT 1e vergadering 9 februari 2017 Openbare vergadering van de gemeenteraad, gehouden op donderdag 9 februari 2017 te uur. Voorzitter: de heer mr. J.H.C. van Zanen, burgemeester; de heer A. van Schie, plaatsvervangend voorzitter, gedurende enige momenten in de vergadering. Aanwezig zijn de leden: Baş, De Boer, Bollen, Bos, Bouazani, Brussaard, Van Corler, Dibi, Eggermont, Van Esch, Van Eijndhoven, Ferket, Freytag, Gilissen, Işik, Haage, Kleuver, Knip, Koelmans, Koning, Meijer, Metaal-Froon, Van Ooijen, Oost, Paardekooper, Podt, Post, Rajkowski, De Regt, Roodenburg, Te Ronde, Scally, Van Schie, Schilderman, Schipper, Scholten, Sienot, Tielen, Uringa, De Vries, Verschuure, Van Waveren, Weistra en Zwanenberg. Tevens zijn aanwezig de wethouders: Diepeveen, Everhardt, Geldof, Van Hooijdonk, Jansen en Kreijkamp. Griffier: mevrouw mr. M. van Hall, griffier. Opening van de vergadering door de voorzitter. De VOORZITTER: Dames en heren! Ik open de vergadering van de gemeenteraad van Utrecht op donderdag 9 februari 2017 om uur. In memoriam oud raadslid de heer ing. P.J.J. van Assem (KVP). Nadat de aanwezigen op zijn verzoek zijn gaan staan, spreekt de VOORZITTER als volgt: Dames en heren, leden van de raad en leden van het college! Ons bereikte het bericht dat op 27 januari jl. op 82-jarige leeftijd de heer Paul van Assem is overleden. Hij was tussen 1970 en 1973 lid van de gemeenteraad voor de KVP. De heer Van Assem was van beroep bouwkundig ingenieur. Van die kennis en ervaring heeft ook de raad geprofiteerd. Zijn vuurdoop in de raad gebeurde al enkele weken na zijn aantreden en betrof de voorbereidingen voor de bouw van Hoog Catharijne. Aan de orde was de keuze tussen de plannen van twee architecten. De heer Van Assem wees er terecht op dat de keuze die zou worden gemaakt iets anders was dan de bouw van een gemiddeld bedrijfsgebouw en dat de stad er tientallen jaren mee moest doen. Dat hebben wij geweten. Openbare werken en volkshuisvesting bleven zijn specialiteit, ook in de betreffende raadscommissie. In zekere zin ook toen hij wegens verhuizing uit Utrecht in 1973 voortijdig uit de raad stapte. Burgemeester Van Tuyll complimenteerde hem als een prettig en kritisch raadslid. Zelf roemde hij bij zijn afscheid de sfeer van vriendschap en menselijke verhoudingen in de raad die bijdroeg tot de oplossing van politieke meningsverschillen. Na zijn vertrek uit de raad heeft de heer Van Assem zich met succes geconcentreerd op zijn werk als bouwkundig ingenieur bij het bureau Op ten Noort Blijdenstein waar hij al in 1959 in dienst was getreden. Vanaf 1983 tot zijn pensioen in 1994 was hij één van de directeuren van het bedrijf. Zijn specialismen waren bedrijfsverplaatsingen, bijvoorbeeld die van een groot textielbedrijf in het oosten van het land die vaak in of nabij de binnensteden stonden. Uit betrouwbare bron hoorden wij dat de heer Van Assem in zijn werk een echte regelaar en een gedreven rekenaar was met commercieel instinct. De ceremonie van zijn crematie afgelopen zaterdag was door hemzelf geregisseerd nadat hij tot de conclusie was gekomen dat hij met zijn ernstige ziekte niet verder wilde leven. Wij herinneren ons in hem een kortstondig maar waardevol en deskundig raadslidmaatschap. Ter nagedachtenis aan Paul van Assem verzoek ik u om een moment van stilte.

2 Avondvergadering van 9 februari (Hierna nemen de aanwezigen staande enige ogenbikken van stilte in acht.) De VOORZITTER: Dames en heren! De familie heeft het zeer gewaardeerd dat wij aandacht hebben besteed aan het overlijden van onze oud-collega, maar kon er vanavond zelf niet bij zijn. Ik stel voor om meteen met de vergadering door te gaan. Agenda vaststellen en inventarisatie. De VOORZITTER: Dames en heren! Welkom allemaal. Wij heten speciaal welkom de gasten van de raad. Het is altijd mooi als er belangstelling is voor het werk van de gemeenteraad. Ook de mensen die thuis meekijken en meeluisteren, heet ik van harte welkom. Mevrouw Van Gemert is vanavond afwezig. Mevrouw Van Esch komt iets later. Tot leden van het stembureau benoem ik de heer Van Schie, mevrouw De Regt en de heer Roodenburg. Mevrouw Podt zal mede namens mevrouw Van Esch een motie indienen over de kinderburgemeester. Het is echter nog niet zeker of dat gebeurt. De PvdD-fractie stelt voor om de B-status van het voorstel tot vaststelling van het bestemmingsplan De Gaard e.o., Tuindorp Oost (Jaargang 2017, nr. 04) te wijzigen in een A-status. Ik constateer echter dat de raad daarmee niet instemt. Het voorstel zal derhalve worden besproken. De agenda wordt hierna z.h.o. vastgesteld, met inachtneming van de daarin aangebrachte wijziging. Bekrachtiging geheimhouding. De VOORZITTER: Dames en heren! Ik verzoek u om op grond van artikel 25, derde lid van de Gemeentewet, de geheimhouding te bekrachtigen van: - de geheime bijlagen bij de raadsbrief van d.d. 24 januari 2017 over Culturele voorziening Leidsche Rijn Centrum; - een geheime raadsbrief uit de portefeuille van wethouder Geldof met het kenmerk ; - een geheime raadsbrief uit de portefeuille Leidsche Rijn met het kenmerk ; - de nagekomen geheime raadsbrief uit de portefeuille van wethouder Geldof met het kenmerk ; - de nagekomen geheime raadsbrief uit de portefeuille van wethouder Geldof met het kenmerk De heer GILISSEN (VVD): Voorzitter! De VVD-fractie wil een opmerking maken over brief Wij willen graag meer informatie krijgen over de duur van de geheimhouding. Dat kan gebeuren per brief of per memo. Wij kunnen instemmen met het opleggen van de geheimhouding. De VOORZITTER: Dames en heren! De toelichting komt zo snel mogelijk. Z.h.o. wordt overeenkomstig het verzoek van de voorzitter besloten. Vaststellen notulen van de openbare vergaderingen 8 en 22 december Deze notulen worden z.h.o. ongewijzigd vastgesteld. Vaststellen van de notulen van het Vragenuur van 15 en 22 december 2016 en 12, 19 en 26 januari Deze notulen worden z.h.o. ongewijzigd vastgesteld. Ingekomen stukken. Lijst van ingekomen stukken raadsvergadering van 2 februari Een ingekomen brief d.d. 4 januari 2017, van de Stichting Behoud Lepelenburg en Stichting

3 Avondvergadering van 9 februari Bewonersbelang Castellum Hoge Woerd, alhier, over het Zwartboek Buitenevenementen Utrecht (brf) (zaaknr: ). Besloten wordt deze brief in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders, ter afdoening. 2. Een ingekomen, brief d.d. 6 januari 2017, van J.E., alhier, over stoppen vaste thuiszorghulp na contract van 2 jaar (brf). Besloten wordt deze brief in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders, ter afdoening. 3. Een ingekomen brief d.d. 22 december 2016, van Utrecht 10 (U-10), alhier, over de Ruimtelijkeeconomische koers. Besloten wordt deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 4. Een ingekomen brief d.d. 19 januari 2017, van de Rekenkamer Utrecht, alhier, over: meten is weten, Informatievoorziening sociaal domein ( ). Besloten wordt deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 5. Een ingekomen brief d.d. 19 januari 2017, van FNV Zorg & Welzijn, over de WMO-checklist ( ). Besloten wordt deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 6. Een ingekomen brief d.d. 18 januari 2017, van het Recreatieschap Stichtse Groenlanden, alhier, over de kadernota Recreatieschap Stichtse Groenlanden 2018 (brf) ( ). Besloten wordt deze brief in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders, ter afdoening. Lijst van ingekomen stukken raadsvergadering van 9 februari Een ingekomen brief d.d. 30 januari 2017 van de griffier van de gemeente Houten, over zienswijze van de gemeenteraad Houten op de kadernota 2018 van de RUD (Zknr: ). Besloten wordt deze brief voor kennisgeving aan te nemen. 2. Een ingekomen brief d.d. 30 januari 2017, van de Stichting Monton, te Amersfoort, over een verzoek om een tweede Montessorischool op te richten In Utrecht (17/Brf4). Besloten wordt deze brief in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders ter afdoening en om de raad te informeren. 3. Een ingekomen brief d.d. 1 februari 2017, van de heer M.B., alhier over de verkeersveiligheid Oog in Al (17/Brf5). Besloten wordt deze brief in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders ter afdoening en om de raad te informeren. 4. Een ingekomen brief d.d. 3 februari 2017, van T.E. en A.J. M.H. over Bezwaren Marktverordening Utrecht (17/Brf6). Besloten wordt deze brief in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders ter afdoening, om de raad te informeren en om de inhoud te betrekken bij agendapunt 11 van de raadsvergadering van 9 februari Een ingekomen brief d.d. 13 januari 2017, van de Provincie Utrecht, over Verkenning fusie recreatieschappen.

4 Avondvergadering van 9 februari Besloten wordt deze (proces)brief vooralsnog voor kennisgeving aannemen. 6. Een ingekomen brief d.d. januari 2017 van de U10, over Aanbieding Evaluatie U met aanbiedingsbrief. Besloten wordt deze brief voor kennisgeving aan te nemen. Brieven aan de raad. Met betrekking tot de brieven aan de raad (raadsvergaderingen 2 februari en 9 februari 2017) wordt z.h.o. besloten overeenkomstig hetgeen daaromtrent is voorgesteld. 1. Voorstel inzake een aanpassing in de nota inkoop : "Waar(-de) voor ons geld" (Jaargang 2017, nr. 01). Z.h.o. wordt overeenkomstig dit voorstel besloten. 2. Voorstel inzake zienswijze 2de wijziging programmabegroting 1016 VRU (Jaargang 2017, nr. 02). Z.h.o. wordt overeenkomstig dit voorstel besloten. 3. Voorstel inzake zienswijze op de Kadernota VRU 2018 (Jaargang 2017, nr. 03). Z.h.o. wordt overeenkomstig dit voorstel besloten. 4. Voorstel inzake de zienswijzemogelijkheid Kadernota RUD Utrecht 2018 (Jaargang 2017, nr. 07). De VOORZITTER: Dames en heren! De SP-fractie stelt voor om de B-status van dit voorstel te vervangen door een A-status. Ik constateer dat de raad daarmee instemt. Hierna wordt z.h.o. overeenkomstig het voorstel besloten. Actuele motie. Mevrouw PODT (D66): Voorzitter! Utrecht profileert zich als kinderrechtenstad en heeft speciale aandacht voor de participatie van kinderen en jongeren. De gemeente en de gemeenteraad doen hun best om kinderen en jongeren zoveel mogelijk bij de plannen te betrekken. Kinderen praatten mee tijdens de kinderrechtenconferentie eind Wij hebben zeer actieve kinderraden. De raad organiseert dialogen met jongeren op scholen en op het stadhuis. Verschillende Nederlandse gemeenten hebben een kinderburgemeester die als ambassadeur voor de kinderen in de gemeente functioneert. Zij of hij wordt gekozen uit kinderen in de gemeente en kan met de burgemeester mee naar en spreken tijdens bijeenkomsten zoals de intocht van Sinterklaas en de Dodenherdenking. Daarnaast kan een kinderburgemeester een jaar lang een eigen agenda uitvoeren, namens en samen met de kinderen uit de gemeente. De fracties van D66 en PvdD zien de kinderburgemeester als een mooie brug tussen kinderen in Utrecht en de politiek. Wij willen graag bekijken of ook bij ons een kinderburgemeester kan komen. Daarom dienen wij de volgende motie in. "Motie 1 Kinderburgemeester De gemeenteraad van Utrecht, bijeen op 9 februari 2017, Constaterende dat: - Utrecht zich sinds 2016 profileert als kinderrechtenstad, waarbij specifiek de participatie van kinderen en jongeren veel aandacht krijgt; - Tussen de Nederlandse gemeenten een kinderburgemeester hebben, die als ambassadeur voor de kinderen in hun gemeente functioneert; - Een kinderburgemeester wordt gekozen uit kinderen in een gemeente en dat deze in haar/zijn rol als ambassadeur met de burgemeester mee kan naar (en eventueel kan spreken tijdens) bijzondere bijeenkomsten en bezoeken, zoals de intocht van Sinterklaas en de

5 Avondvergadering van 9 februari Dodenherdenking; - Een kinderburgemeester daarnaast een jaar lang een eigen agenda uitvoert, namens en samen met de kinderen uit de gemeente. Overwegende dat: - Een kinderburgemeester een brug kan vormen tussen kinderen in de gemeente en de politiek; Kinderen door middel van (de verkiezing van) een kinderburgemeester meer kunnen leren over democratie, participatie, politiek, de gemeente en hun eigen rechten; - De gemeenteraad en het college door de plannen en activiteiten van de kinderburgemeester meer kunnen leren over hoe kinderen de stad zien en wat zij belangrijk vinden; In veel gemeenten de activiteiten of de verkiezing van de kinderburgemeester worden gekoppeld aan activiteiten van de kinderraad; - Op verschillende plaatsen ook kinderbesturen een bijdrage leveren aan maatschappelijke activiteiten in hun gemeente; Kinderen de toekomstige bewoners en gebruikers van Utrecht zijn. draagt het college op: - Samen met scholen, kinderraden, sociaal makelaars en andere relevante maatschappelijke organisaties te verkennen of de kinderburgemeester in Utrecht een plek kan krijgen; - Bij draagvlak voor een Utrechtse kinderburgemeester met diezelfde organisaties te bekijken hoe dit vorm kan krijgen; hiervoor een plan (inclusief kosten) voor te leggen aan de raad nog vóór de voorjaarsnota 2017 en hierbij te kijken naar: - De mogelijkheden voor samenhang met de activiteiten rond de Utrechtse kinderraden; - Hoe activiteiten van een kinderburgemeester breed kunnen worden gecommuniceerd om zo ook andere maatschappelijke instellingen te inspireren werk te maken van participatie van kinderen en jongeren. En gaat over tot de orde van de dag." Motie 1 is ondertekend door mevrouw Podt. Mevrouw DIBI (PvdA): Voorzitter! Wat is eigenlijk de meerwaarde van een kinderburgemeester? De kinderraad doet eigenlijk al wat mevrouw Podt voorstelt. Wij zien de meerwaarde van een kinderburgemeester totaal niet in. Mevrouw PODT (D66): Voorzitter! Dank voor de vraag. Die geeft mij de kans om het fenomeen nog wat beter uit te leggen. Er zijn veel gemeenten waar de kinderraad en de kinderburgemeester als een tandem opereren. Een kinderburgemeester is vaak een meer zichtbare variant van de kinderraden. Het is bijvoorbeeld iemand die het gehele jaar actief kan zijn. De kinderburgemeester kan tussen de kinderraden door nog van alles doen. Ik denk dat omdat iemand samen met de burgemeester naar bijeenkomsten gaat om daar iets te zeggen iemand echt in the picture is. Dat is iets anders. De heer VAN OOIJEN (ChristenUnie): Voorzitter! Weet mevrouw Podt hoeveel een kinderburgemeester kost? Mevrouw PODT (D66): Voorzitter! Ik heb hierover met een aantal gemeenten contact gehad. Ik heb echter geen direct kostenplaatje beschikbaar. Dat komt vooral omdat de wijze waarop gemeenten met de kinderburgemeester omgaan heel verschillend is. Er zijn gemeente die dat heel bescheiden doen, maar bijvoorbeeld Amstelveen pakt groot uit en maakt er een flink feestje van. Afhankelijk van hoe groot of hoe klein men de kinderburgemeester maakt, nemen de kosten toe of af. Mevrouw METAAL-FROON (CDA): Voorzitter! Welk doel staat mevrouw Podt met een kinderburgemeester voor ogen? Mevrouw PODT (D66): Voorzitter! Een kinderburgemeester werkt twee kanten op. Hij of zij draagt bij aan wat kinderen graag willen en hoe die de stad willen zien. Kinderen zijn de toekomstige gebruikers van de stad. Zij gebruiken de stad vaak anders dan wij. Ik denk dat ook de raad en het college daar veel aan kunnen hebben. Het biedt kinderen de kans om meer te leren over democratie, politiek, participatie en de gemeente. Ik denk dat een kinderburgemeester heel leerzaam kan zijn. Mevrouw KOELMANS (SP): Voorzitter! Ik had graag meer informatie over de kosten van een

6 Avondvergadering van 9 februari kinderburgemeester willen zien. Mevrouw Podt gaf aan dat men het met een kinderburgemeester zo gek kan maken als men wil. Wat is de bandbreedte daarvan? Als het plan minder actueel zou zijn, had dat nog kunnen worden uitgezocht. Dan hadden wij daarvan misschien iets kunnen vinden. Mevrouw PODT (D66): Voorzitter! Ik hoor geen directe vraag. Volgens mij staat letterlijk in de motie dat wij het college vragen om dat te doen. Wij moeten het college dat lekker laten doen om er dan verder over te praten. De heer BOS (Stadsbelang Utrecht): Voorzitter! Wat is er zo actueel aan deze vraag? Had mevrouw Podt die niet schriftelijk kunnen afhandelen? Mevrouw PODT (D66): Voorzitter! Ik dank de heer Bos voor zijn vraag. Nee, ik denk dat het zo niet gaat. Wij voeren hierover regelmatig gesprekken met de griffie. Het lijkt alsof een actuele motie heel actueel moet zijn, maar dat is niet de opzet van het verschijnsel actuele motie. Het idee achter actuele moties is dat men daarmee iets aan de kaak kan stellen. Mevrouw TIELEN (VVD): Voorzitter! Nog even iets over de kosten. Wij kunnen het college vragen om een voorstel te doen. Dat is echter vrij richtingloos. Mevrouw Podt heeft allerlei ideeën over wat een kinderburgemeester moet opleveren en wat de inzet kan zijn. Hoeveel mag van mevrouw Podt een kinderburgemeester kosten? Mevrouw PODT (D66): Voorzitter! Daarover doe ik echt geen uitspraak. Een van de dingen die wij met de motie aangeven, is dat wij willen dat het college met verschillende partijen in gesprek gaat. Dat zijn de partijen die aangeven hoe zij een kinderburgemeester zien. Daarom kan ik geen uitspraak doen over de kosten. De heer VAN CORLER (GroenLinks): Voorzitter! Ik ben benieuwd of mevrouw Podt het met mij eens is dat als wij spreken over de participatie van kinderen - zojuist werden kinderraden genoemd - het logisch is om de vraag óf wij een kinderburgemeester moeten krijgen aan de kinderraden moeten voorleggen. Mevrouw PODT (D66): Voorzitter! Volgens mij staat de wens daartoe letterlijk in de motie. De heer EVERHARDT (wethouder): Voorzitter! Wij zijn dagelijks bezig met het fenomeen Utrecht kinderrechtenstad. Wij willen met kinderen in gesprek zijn, net als met de organisaties die in de motie worden vermeld. De wens voor een kinderburgemeester bij kinderen te toetsen - bij de kinderraad en in andere verbanden - lijkt mij een goed idee. Dat kunnen wij zeker doen. Wij moeten bekijken welke kosten daarmee zijn gemoeid. Een gekozen burgemeester is interessant. Het college zal ten opzichte van de kinderen een open houding aannemen. Misschien spreken de kinderen de wens uit voor een gekozen wethouder. Over de kosten kan ik op dit moment niets zeggen. Die moeten inzichtelijk worden gemaakt. Ik wil het aan de raad overlaten om mij deze boodschap te geven. Mevrouw DIBI (PvdA): Voorzitter! Ik beluister in de woorden van de wethouder de neiging om de motie over te nemen. Hij staat er positief tegenover. Een tijd geleden heeft de raad drie keer achtereen een motie over een kinderombudsman ingediend. Die wilde de wethouder niet. Dat is een functie en die kost geld. Waarom vindt hij het nodig om deze functie dan wél in te stellen? Een kinderombudsman kan veel problemen van kinderen oplossen. De heer EVERHARDT (wethouder): Voorzitter! Ik heb niet gezegd dat ik de motie wil overnemen. Ik wil het aannemen van de motie overlaten aan de raad. Ik begrijp het initiatief. Ik vind het interessant om daarover met kinderen te spreken. Als zij een kinderburgemeester van meerwaarde vinden, kom ik erop terug. De heer BOS (Stadsbelang Utrecht): Voorzitter! Het kan zijn dat dit initiatief een financieel beslag krijgt. Ik veronderstel dat het een amendement is. Is het niet beter om er een motie van te maken? De VOORZITTER: Het is een motie.

7 Avondvergadering van 9 februari De heer BOS (Stadsbelang Utrecht): Excuus. Hoeveel mag een kinderburgemeester kosten? De heer EVERHARDT (wethouder): Voorzitter! Ik zal dat voor de raad inzichtelijk maken. Als ik de D66-fractie goed heb begrepen, zijn daar verschillende modellen voor. Ik kan de raad daarover inlichten. Vervolgens kan de raad besluiten hoeveel geld men daarvoor wil neerleggen. Mevrouw TIELEN (VVD): Voorzitter! Het is vervelend dat wij steeds over de kosten praten. Ten laste van welk budget moet de kinderburgemeester gaan? Wat zullen wij niet doen als er een kinderburgemeester komt? De heer EVERHARDT (wethouder): Voorzitter! Ook dat zal ik inzichtelijk maken. In de begroting zijn geen budgetten voor kinderrechten opgenomen. Daar kan het geld niet vandaan komen. De raad zal een voorstel moeten worden gedaan. De heer VAN OOIJEN (ChristenUnie): Voorzitter! Waarom is een kinderburgemeester nodig, maar geen burgemeester voor allerlei andere belangrijke doelgroepen? Of is er sprake van een herintroductie van het doelgroepenbeleid van het college? De heer EVERHARDT (wethouder): Voorzitter! Dit initiatief is een invulling van onze ambitie om kinderrechtenstad te zijn. In andere steden zien wij hetzelfde best goed functioneren. Wij willen bekijken of dat ook in Utrecht kan. De heer BOS (Stadsbelang Utrecht): Voorzitter! Ik zie dat een van de mede-indieners van de motie niet aanwezig is. Hoe gaan wij met de motie om? Is het misschien verstandig om er hoofdelijk over te stemmen? De VOORZITTER: Dames en heren! De motie is ondertekend. Die maakt deel uit van de beraadslagingen. De heer BOS (Stadsbelang Utrecht): Voorzitter! Ik vind het toch interessant om een hoofdelijke stemming aan te vragen. De VOORZITTER: Dames en heren! Ik kan dat verzoek alleen maar honoreren. Ik zal een nummer trekken. De heer VAN CORLER (GroenLinks): Voorzitter! Hoe staat het met de stemverklaringen? De VOORZITTER: Dames en heren! Stemverklaringen kan men ook individueel afleggen. Mevrouw Dibi zal als eerste stemmen. De heer VAN CORLER (GroenLinks): Voorzitter! Dit onderwerp heeft in de GroenLinks-fractie een flinke discussie opgeleverd. Zeker als nu hoofdelijk wordt gestemd, weet ik nog niet helemaal zeker wat er zal gebeuren. Wij staan positief tegenover het idee van de kinderburgemeester, maar wij willen vooral dat de kinderraden de uitspraak doen of een kinderburgemeester al dan niet is gewenst. Ook komt de vraag aan de orde hoe de kinderburgemeester wordt gekozen. Daarna bekijken wij het probleem van de kosten. In elk geval moeten eerst de kinderraden aan het woord komen. Mevrouw TIELEN (VVD): Voorzitter! Ondanks het feit dat wij de overwegingen begrijpen, vragen wij ons af of wij een nieuw instituut moeten inrichten, zeker als dat vooralsnog vrijblijvend is. De VVD-fractie heeft zeven kandidaat-kinderburgemeesters in de aanbieding, maar toch adviseer ik de fractie om tegen te stemmen. Mevrouw KOELMANS (SP): Voorzitter! Volgens mij is onze burgemeester een goede burgemeester voor alle Utrechters, dus ook voor de kinderen in Utrecht. Mevrouw FREYTAG: (Student & Starter): Voorzitter! Een kinderburgemeester lijkt mij een

8 Avondvergadering van 9 februari waardevolle toevoeging te zijn aan de participatie van kinderen. Ik zal voorstemmen. Mevrouw METAAL-FROON (CDA): Voorzitter! De CDA-fractie ziet voordelen, maar plaatst er kanttekeningen bij. Wij zullen meestemmen om het onderzoek te laten uitvoeren. Wij wachten dat af. Mevrouw DIBI (PvdA): Voorzitter! Wij willen vooral dat de problemen van de kinderen worden opgelost. Daarom is het jammer dat de motie ten behoeve van de kinderombudsman niet wordt gesteund. In feite wordt een overbodige motie ingediend. Wij stemmen tegen. De heer VAN OOIJEN (ChristenUnie): Voorzitter! Het is een interessante discussie. Wij willen best bekijken of de kinderburgemeester een goed idee is. Als wij met de motie instemmen, zal dat worden uitgelegd dat wij vinden dat er een kinderburgemeester moet komen, maar zover zijn wij nog niet. Daarom stemmen wij tegen. Mevrouw VAN ESCH (PvdD): Voorzitter! Ik ben voor. Ik hoop dat de motie wordt aangenomen. De heer BOS (Stadsbelang Utrecht): Voorzitter! Het kan zijn dat in onze partij een schisma ontstaat. Ik kan mij volledig aansluiten bij de stemverklaring van de heer Van Ooijen. De VOORZITTER: Uw fractiegenoot wil daaraan niets toevoegen? Hierna wordt de motie in stemming gebracht en aangenomen met 26 tegen 17 stemmen. Voor de motie stemmen de leden Van Esch, Scholten, Verschuure, Sienot, Podt, Te Ronde, Koning, Knip, Weistra, Ferket, Meijer, Kleuver, Bollen, De Vries, Van Corler, Roodenburg, Brussaard, Freytag, Metaal-Froon, Schilderman, De Regt, Baş, Van Waveren, De Boer, Zwanenberg en Scally. Tegen de motie stemmen de leden Dibi, Işik, Van Schie, Gilissen, Van Eijndhoven, Eggermont, Schipper, Post, Van Ooijen, Rajkovski, Haage, Bos, Oost, Uringa, Tielen, Koelmans en Bouazani, zodat de motie is aangenomen. De heer BOS (Stadsbelang Utrecht): Voorzitter! Volgens mij is bij de stemming één persoon vergeten, mevrouw Paardekooper. Die komt net binnen. De VOORZITTER: Dames en heren! Zij was er niet. Zo gaan de dingen soms. 5. Voorstel tot vaststelling van het bestemmingsplan De Gaard e. o., Tuindorp Oost (Jaargang 2017, nr. 04). De heer IŞIK (PvdA): Voorzitter! Bezoekers en ondernemers verdienen een gemoderniseerd winkelcentrum in De Gaard. Daarom zei de PvdA-fractie in commissie- en raadsvergaderingen voorstander te zijn van het moderniseren ervan. Een aantrekkelijk winkelcentrum draagt bij aan een levendige woonomgeving. Wij vinden echter nog steeds dat het aantal vierkante meters van De Gaard te groot is. Daarom heeft de PvdA-fractie tegen het Stedenbouwkundig Plan van Eisen (SPvE) gestemd. Het college heeft gekozen voor commerciële belangen en niet voor de belangen van de burgers. In de meest recente commissievergadering heeft de PvdA-fractie enkele zaken aan de orde gesteld. Ik zal de commissievergadering niet opnieuw doen, maar wil de punten even noemen. Wij vinden dat onvoldoende is gecommuniceerd, los van het feit dat over een plan altijd verschillen van mening kunnen bestaan. Echter, volledige informatie, die tijdig wordt gegeven, is cruciaal. De toename van het verkeer baart de PvdA-fractie zorgen. Ik heb dat in de commissievergadering aan de orde gesteld. Ik heb de wethouder gevraagd of hij bereid is om nadat het project is uitgevoerd te bekijken hoe de situatie van het verkeer is en of hij dat wil monitoren. Als de wethouder dat toezegt en daarover bij de raad terugkomt, is er niets aan de hand. Als hij dat niet doet, heb ik een motie klaar die ik in de tweede termijn indien. Mevrouw SCHILDERMAN (D66): Voorzitter! Winkelcentrum De Gaard is toe aan vernieuwing en uitbreiding. Wij zijn blij dat dit gebeurt. Wij hebben het Stedenbouwkundig Plan van Eisen (SPvE) uitgebreid besproken. Het bestemmingsplan is daarvan een mooie uitwerking. Ook het amendement om de omvang van het nieuwe winkelcentrum te verkleinen, is goed doorgevoerd. Bovendien worden extra woningen gebouwd. Die zijn hard nodig. Dit gebeurt allemaal na jaren van planvorming. Wij zijn blij dat de wethouder heeft toegezegd zich ervoor hard te maken dat dit soort trajecten voortaan niet zo lang

9 Avondvergadering van 9 februari meer duren. Dat komt de participatie ten goede. Wij zijn blij met de toezeggingen dat de hoeveelheid groen op peil blijft en dat wordt gestreefd naar het behoud van de bomen. Ook zullen nieuwe bomen echte bomen zijn, geen sprietjes. Nauwgezet zal worden bekeken hoe de verkeersinrichting van het gebied er komt uit te zien. De D66-fractie is voorstander van veilige fietsroutes waarop men goed kan doorfietsen. In dit plan zijn 433 fietsparkeerplekken opgenomen, maar er zullen 10% meer nodig zijn. Als het aan de D66-fractie ligt, komt iedereen op de fiets naar het nieuwe winkelcentrum toe. Daar moet echter wel plek voor zijn. Wij vragen ons af of de 10% extra stallingen meteen worden gerealiseerd. Als dat niet zo is, vragen wij of daarvoor ruimte en geld wordt gereserveerd. Graag kregen wij hierop een reactie van de wethouder. Samen met de fracties van ChristenUnie en GroenLinks hebben wij hiertoe een motie achter hand. Op naar een mooier en moderner winkelcentrum. De heer ZWANENBERG (GroenLinks): Voorzitter! De GroenLinks-fractie was en is voorstander van het moderniseren en uitbreiden van het winkelcentrum De Gaard. Wij waren bij de behandeling van het Stedenbouwkundig Plan van Eisen (SPvE) zeer kritisch. Wij hebben in de zomer van 2015 tegengestemd. Onze mening is niet veranderd. Wij hebben echter in de commissievergadering nog wél een aantal vragen gesteld. Wij danken het college voor de antwoorden die wij daarop hebben gekregen. Wij kregen een brief over de bomen die worden gekapt en wat daarvoor in de plaats komt. Moeraseik, Noorse esdoorn en sierappel worden bijvoorbeeld gekapt, maar er stond ook "overig" bij. Wij zijn benieuwd welk vuilnisbakkenras dat is. Een aantal bomen wordt verplaatst. Het is niet duidelijk of daarvoor een locatie kan worden gevonden. Is het een goed idee dat buurtbewoners bomen adopteren door ze in hun tuin te zetten? De GroenLinks-fractie is altijd erg kritisch geweest op het gesloten karakter van de nieuwbouw. Er is sprake van een blinde gevel. Wij zijn daarmee te laat. Wij hadden dit in de commissievergadering moeten aankaarten. Wij moesten denken aan het kunstwerk van de gesloopte Prinsenhof. Dat staat op een grasveld te wachten. Het is een mooi reliëf van steen. Vindt men het geen goed idee om dat reliëf aan te brengen op een gevel van De Gaard? De afdeling Erfgoed is hierover enthousiast. Ik denk dat het mooi is als dat reliëf op het gebouw een plek krijgt. De heer VAN EIJNDHOVEN (VVD): Voorzitter! De VVD-fractie is tevreden over het feit dat het bestemmingsplan er is. De ruimte die het creëert is goed voor het ondernemersklimaat van De Gaard. Dat staat nu sterk onder druk. In de aanvullende informatie over verkeersveiligheid en de extra audit overtuigt de VVD-fractie ervan dat ook op het gebied van verkeersveiligheid goede keuzen zijn gemaakt. Het voorstel voor de gevel van de GroenLinks-fractie vind ik goed. Ik ben benieuwd of dat kan. Mevrouw VAN ESCH (PvdD): Voorzitter! De PvdD-fractie ziet de noodzaak van het renoveren van winkelcentrum De Gaard in. Echter, renovatie is iets anders dan uitbreiding. Wij willen dat het een buurtwinkelcentrum blijft. Het winkelcentrum moet geen regionale functie krijgen. Wij danken de wethouder voor de brief over de bomen. Echter, voor deze uitbreiding moeten 53 bomen worden gekapt. De hoeveelheid groen in het gebied neemt met bijna 10% af. Voor de PvdD-fractie weegt dat verlies op geen enkele manier op tegen de uitbreiding van het winkelcentrum. Om alles nog erger te maken, stijgt het aantal parkeerplaatsen met bijna 50%, met alle gevolgen voor de doorstroming van het verkeer en de luchtkwaliteit van dien. De PvdD-fractie vindt het niet wenselijk om de ontwikkeling op deze manier voort te zetten als dit daarvan de consequentie is. Daarom zullen wij tegen het voorstel stemmen. De heer BRUSSAARD (CDA): Voorzitter! Het winkelcentrum De Gaard is verouderd en is toe aan een flinke opknapbeurt. Het mag ook best uitbreiden. Toch heeft de CDA-fractie in 2015 tegen het Stedenbouwkundig Plan van Eisen (SPvE) gestemd. Wij vonden het plan niet goed uitgewerkt. Er was onvoldoende nagedacht over de ruimtelijke inpassing en de verkeersafwikkeling. De grootte van de uitbreiding is niet passend voor Tuindorp Oost en past niet in de visie Eykmanlaan. Wij vrezen voor toenemende leegstand in de omliggende winkelcentra, zoals in Overvecht. Ook zijn er klachten over de participatie van omwonenden. Het bestemmingsplan is keurig uitgewerkt volgens het kader dat het merendeel van de raad het college heeft meegegeven. Wij zien in het bestemmingsplan dezelfde leemten als in het SPvE. Wij zullen daarom tegen het plan stemmen. De participatie en communicatie door de gemeente en de projectontwikkelaar, prijs gewonnen of

10 Avondvergadering van 9 februari niet, kan en moet beter worden. Na de behandeling van het SPvE heeft de CDA-fractie de wethouder verscheidene keren gevraagd waarom de communicatie en de participatie onvoldoende zijn verlopen. Wij willen benadrukken dat dit echt beter moet worden. De zorgen van de omwonenden over de verkeersafwikkeling rondom het winkelcentrum zijn groot. Daarom steunen wij de oproep van de PvdA-fractie. Die is al toegezegd, maar wij willen graag hetzelfde van de wethouder nog een keer horen. De heer BOS (Stadsbelang Utrecht): Voorzitter! Ik kan mij voor een groot deel aansluiten bij wat de heer Brussaard heeft gezegd. Wij zullen derhalve tegen het voorstel stemmen. Mevrouw URINGA (ChristenUnie): Voorzitter! Wij sluiten ons aan bij de woorden van mevrouw Schilderman over het tekort aan fietsenstallingen. Wij hebben daarover onze bedenkingen. Wij wachten de reactie van de wethouder af. Wat ons betreft, komt er 10% fietsenstalling bij. De heer JANSEN (wethouder): Voorzitter! Ik dank de woordvoerders voor hun inbreng. De heer Brussaard memoreerde het feit dat het bestemmingsplan wordt geacht binnen het Stedenbouwkundig Plan van Eisen (SPvE) te blijven. Dat is gelukt, begrijp ik van de heer Brussaard. Dat is mooi. Dat betekent dat de fracties die destijds tegen het SPvE waren, dat nog steeds zijn op het niveau van het bestemmingsplan en omgekeerd. Waar doen wij het allemaal voor? Het is uiteraard belangrijk dat het winkelcentrum wordt gemoderniseerd. Raadsbreed is daar steun voor. Het college is van mening dat ook uitbreiding noodzakelijk is. Lang geleden is daar op drie niveaus onderzoek naar gedaan. De grootste cirkel was de wijk. De op één na grootste cirkel was de buurt. De op twee na grootste cirkel was de subbuurt. In de wijk was voor het plan veel steun, 85% á 90%. De steun in de directe omgeving werd kleiner. Op wijkniveau was grote behoefte aan het winkelcentrum. Dat komt omdat er in het gebied mensen zijn bijgekomen. In eerste instantie is Voordorp gebouwd en vervolgens het Veemarktgebied. Daar wordt nog steeds gebouwd. Ook een aantal inbreidingsprojecten zorgt voor meer bewoners. Dat is in de ogen van een aantal raadsleden klaarblijkelijk geen voldoende motivatie voor deze uitbreiding. Dit is een herhaling van de discussie die wij vorig jaar hebben gevoerd. De heer Işik heeft gevraagd of ik bereid ben om te monitoren. In de commissievergadering heb ik gezegd dat wij bij projecten altijd achteraf bekijken of wat wij wilden is waargemaakt. Het begrip monitoren is nogal breed te interpreteren. De ontwikkeling van verkeersdichtheid wordt periodiek voor de gehele stad gemonitord. Wij proberen de bureaucratie in te perken. De heer Işik kan achteraf zien of de doelstellingen zijn gerealiseerd. Wij doen dat bij alle projecten. Wij bekijken zeker hoe de situatie van het verkeer is en monitoren die. Wij doen dat voor de hele stad. Mevrouw Schilderman heeft gepleit voor 10% extra plekken voor het stallen van fietsen. Het is bekend dat 10% extra fietsplekken nodig zijn. Daarvoor is geld gereserveerd. Wij hebben die plekken nog niet benoemd, omdat wij in overleg met de begeleidingsgroep willen bekijken waar die komen. Het geld is er. Ook wij vinden dat de extra fietsplekken nodig zijn. Als men dat bij motie wil bevestigen, vind ik dat prima. Mevrouw URINGA (ChristenUnie): Voorzitter! Begrijp ik het goed dat de wethouder zegt dat de extra fietsenstallingen er komen? Wij vragen ons af waar. De heer JANSEN (wethouder): Voorzitter! Wij nemen de omwonenden heel serieus. In een commissievergadering hebben wij gezegd dat dit iets is dat wij in overleg met de omwonenden bespreken. Behalve dat mensen vinden dat meer fietsklemmen nodig zijn, wil men ook graag een gezellig ontmoetingsplein zien. Die zaken moet men in hun samenhang bekijken. De extra fietsenstandplaatsen komen er. Het geld is er. De uitwerking gebeurt in overleg met de bewoners. De heer Zwanenberg heeft waardering voor het detailniveau van de bomen. Het verbaast ook mij dat de detaillering zo ver gaat. Ik moet echter het antwoord schuldig blijven over de bomen die in de categorie "overige" thuishoren. Ik heb met wethouder Geldof overlegd welke bomen niet kunnen worden verplaatst. Voor zover wij kunnen overzien, zijn dat bomen met veel wortels. Als men de omwonenden vraagt die te komen ophalen, wordt dat vrij ingewikkeld. Ik zal dat natrekken en via de begeleidingsgroep laten terugkomen. Mocht het zo zijn dat de bomen geschikt zijn om door bewoners te worden overgenomen, zijn wij daartoe bereid. Ik stel voor om de suggestie over het kunstwerk van de Prinsenhof in de begeleidingsgroep aan de

11 Avondvergadering van 9 februari orde te stellen. Dat is een zeer sympathieke gedachte. Volgens mij hebben wij daarover in de fase van het SPvE al gesproken. Ik vind het fijn dat de bewoners dat zelf ook willen. De heer ZWANENBERG (GroenLinks): Voorzitter! Ik vind het prettig om te horen dat de wethouder het een goed idee vindt. Ik stel het op prijs om daarover op de hoogte te worden gehouden. De heer JANSEN (wethouder): Voorzitter! Dat zal ik doen. De woordvoerders van de fracties van de VVD, CDA, PvdD en ChristenUnie-fractie hebben mij aangegeven hoe zij zullen stemmen. De heer IŞIK (PvdA): Voorzitter! Ik dank de wethouder voor de beantwoording. De wethouder zegt dat wij zullen bekijken hoe het beleid heeft uitgepakt. Dat neem ik graag van hem aan. Kan de wethouder toezeggen dat hij nadat hij dat heeft bekeken de raad erover informeert? De heer JANSEN (wethouder): Voorzitter! Dan neem het risico dat dit bij elk project moet gebeuren. Men kan zeggen: geen nieuws is goed nieuws. De heer Işik is zelf als volksvertegenwoordiger ter plekke gaan kijken. Ik zeg toe dat wij naderhand, over ongeveer een jaar, bij brief op de stand van zaken terugkomen. De heer SCHIPPER (SP): Voorzitter! Het bestemmingsplan is een goede uitwerking van het SPvE. Wij zullen onder één voorwaarde met het voorstel instemmen: laat het nooit meer 14 jaar duren. Hierna wordt het voorstel bij handopsteken aangenomen, waarbij de voorzitter constateert dat de aanwezige leden van de fracties van Student & Starter, ChristenUnie, VVD, SP en D66 ervoor stemmen en de leden van de fracties van PvdD, CDA, PvdA, GroenLinks en Stadsbelang Utrecht ertegen. 6. Voorstel tot vaststelling van de Marktverordening 2017 (Jaargang 2017, nr. 06). De heer WEISTRA (GroenLinks): Voorzitter! Tijdens de commissievergadering in het afgelopen najaar was de GroenLinks-fractie net als veel andere fracties behoorlijk kritisch over de Marktverordening. Vanwege het uitstel van de raadsbehandeling was het voor mij mogelijk om nogmaals met de marktondernemers, de marktmeester en de ambtenaren te spreken. Wij hebben het stuk nogmaals doorgesproken. Ik dank de wethouder voor de brief met aanvullende informatie. Die was gedeeltelijk verhelderend. Mijn fractie wil nog een aantal vragen stellen en heeft nog enkele toezeggingen van de wethouder nodig om met de verordening te kunnen instemmen. Ik wil graag ingaan op de drie grotere wijzigingen in de Marktverordening: het selectiestelsel, de persoonlijke verantwoordelijkheid en het overdragen van een vergunning. Het college stelt voor om in bepaalde gevallen voor het uitgeven van vergunningen te werken op basis van een selectiestelsel. De GroenLinks-fractie vindt het goed dat ondernemers daarmee een extra verantwoordelijkheid dragen ten behoeve van de uitstraling van de markt. Wij zien echter dat daaraan ook risico's zijn verbonden. Het college zelf schrijft in het voorstel dat niet alle ondernemers zitten te springen om een selectiestelsel. Alleen op de Vredenburgmarkt is daarvoor draagvlak. Daarom vindt de GroenLinks-fractie het goed om daar met een pilot te beginnen. Voor een pilot moeten wij vooraf vastleggen wanneer die succesvol is. Dan kan men achteraf meten of de pilot is geslaagd. De GroenLinksfractie ziet daarom graag vooraf een aantal aspecten uitgewerkt. Ten eerste de uitwerking van de selectiecriteria. De criteria en de verordening bieden ruimte voor subjectieve afwegingen: uitstraling, wenselijke toevoeging aan het assortiment en de indruk die een ondernemer maakt. Een wat harder criterium is de mate waarin de ondernemer maatschappelijk verantwoord onderneemt. Door deze subjectieve criteria ziet de GroenLinks-fractie het risico dat de marktcommissie kan selecteren op andere gronden, niet de maatschappelijk wenselijke gronden. Men kan bijvoorbeeld laten meewegen dat een nieuwe kaasboer toevallig niet concurreert met de kaasboer die er al staat, of dat een ondernemer niet wordt toegelaten vanwege een persoonlijk conflict. (De heer Van Zanen draagt het voorzitterschap van de vergadering over aan de heer Van Schie.) Mevrouw FERKET (D66): Voorzitter! De D66-fractie vindt het belangrijk dat wij de beweging naar de nieuwe Marktverordening toch veel meer bij de ondernemers laten. Ik begrijp van de GroenLinksfractie dat de gemeente in de Marktverordening waarborgen moet aanbrengen, maar in de commissie

12 Avondvergadering van 9 februari hebben ondernemers zitting. Die zijn gekozen. Andere ondernemers kunnen ze daarop aanspreken. De vergaderingen zijn openbaar. Ook hebben omliggende ondernemers daar zitting in. Dat is allemaal om ervoor te zorgen dat meer publiek naar de markt toe komt. Waarom moet de gemeente alles dichtregelen? Kunnen de ondernemers dat niet zelf doen? De heer VAN EIJNDHOVEN (VVD): Voorzitter! De twijfel ligt kennelijk bij de objectiviteit van de criteria. Ik neem aan dat de GroenLinks-fractie heeft nagedacht over de vraag wat goede criteria zijn. De heer WEISTRA (GroenLinks): Voorzitter! Dank voor de vragen. Ik ben begonnen met te stellen dat het een heel mooie manier is om bij de ondernemers zelf meer verantwoordelijkheid voor de uitstraling neer te leggen. Er is sprake van een brede afweging. Ik kan mij voorstellen dat ondernemers een groot deel zelf afwegen, maar er kunnen andere afwegingen zijn. Voor een deel kunnen de afwegingen worden geborgd doordat er ambtenaren bij zijn, maar voor een deel is het handig om de zaken in regelgeving vast te leggen. Daar pleit ik voor. Dat is mijn antwoord op de vraag van de heer Van Eijndhoven. Ik wil graag van de wethouder een nadere uitwerking zien van de selectiecriteria en de transparantie waarop vooraf moet worden getoetst. Daarmee kan men ook evalueren. De heer VAN EIJNDHOVEN (VVD): Voorzitter! Mag ik de heer Weistra erop wijzen dat wij vanavond proberen om de Marktverordening vast te stellen? Wordt deze nadere regelgeving voor de gebruikers niet erg ingewikkeld en weinig transparant? Die weten met het alleen googelen van de Marktverordening niet waar zij aan toe zijn. De heer WEISTRA (GroenLinks): Voorzitter! Het is zeker niet mijn bedoeling om de zaak heel ingewikkeld te maken. Er is sprake van een pilot. Ik vind het logisch dat als wij achteraf een pilot evalueren wij vooraf vastleggen waarop wordt geselecteerd, welke criteria worden gehanteerd en hoe dat kan worden geobjectiveerd. Ik vraag de wethouder om dat vooraf te regelen. De heer EGGERMONT (SP): Voorzitter! Is de heer Weistra het met de SP-fractie eens dat ongeacht hoe het in de verordening staat het college verantwoordelijk is voor het toekennen van het aantal punten? Het moet niet blind afgaan op het advies van de marktcommissie, maar daadwerkelijk gebruikmaken van de eigen verantwoordelijkheid. De heer WEISTRA (GroenLinks): Voorzitter! Ik begrijp dat de heer Eggermont mijn spreektijd gebruikt om de wethouder iets te verzoeken. Dat is prima. Ik ga er niet vanuit dat de wethouder daar blindelings vanuit gaat, maar ik ga er wél vanuit dat als een advies wordt gegeven dat op deze criteria is gebaseerd vooraf moet worden ingeschat wat de criteria precies inhouden. Indruk maken en toegevoegde waarden van het assortiment zijn subjectieve criteria. Ik kan mij niet voorstellen hoe het een met het ander wordt vergeleken. Mevrouw BOUAZANI (PvdA): Voorzitter! Het debat is interessant. De heer Weistra pleit voor criteria. Ik ben benieuwd of de heer Weistra zelf over criteria beschikt die hij vandaag aan de raad voorlegt. Wij willen vandaag de Marktverordening vaststellen. Zal hij die presenteren of vraagt hij straks om het vaststellen van het voorstel uit te stellen? De heer WEISTRA (GroenLinks): Voorzitter! Volgens mij stelt mevrouw Bouazani een vraag die ik zojuist al heb beantwoord. Wat mij betreft, hoeven er geen criteria te worden toegevoegd. Ik kan mij de criteria die in de voorgestelde verordening staan voorstellen. Ik vraag mij echter af op welke wijze wij objectiveren wanneer de ene ondernemer meer indruk maakt dan de andere, wanneer het assortiment van meer toegevoegde waarde is en welke criteria worden gehanteerd bij maatschappelijk verantwoord ondernemen. Volgens mij hoort daar een beleidsregel bij of een andere vorm van uitwerking zodat wij zaken met elkaar kunnen vergelijken. Daarom wil ik graag in de advisering een nadere uitwerking en transparantie zien, zowel vooraf als bij de evaluatie. Volgens mij heb ik de wethouder al gevraagd om dat te objectiveren. Ten tweede vraag ik mij af of het belangrijk is of de adviezen goed worden onderbouwd en of ze transparant publiek worden gemaakt. Ook de situaties waarin het college besluit om af te wijken van het advies van de marktcommissie moeten zichtbaar zijn. Wij willen ook zicht krijgen op eventuele bezwaren van ondernemers die worden afgewezen. Die kunnen bij de evaluatie worden betrokken om te zien hoe de adviezen in de praktijk werken. Daarop krijg ik graag een toezegging van de wethouder.

13 Avondvergadering van 9 februari Het punt van de persoonlijke verantwoordelijkheid. De toevoeging dat de marktondernemer persoonlijk verantwoordelijk is voor het innemen van een standplaats vindt de GroenLinks-fractie een verbetering ten opzichte van de situatie dat er iemand naast moet staan. Ik lees de toevoeging zodanig dat de ondernemer in beginsel aanwezig moet zijn, maar dat de regels om afwezig te mogen zijn minder knellend zijn dan in de vorige verordening. Hij moet immers voor afwezigheid en voor vervanging altijd een verzoek indienen. Graag kreeg ik hierop van de wethouder een bevestiging. Ik begrijp dat de marktmeester het verzoek van de ondernemer om zich te laten vervangen beoordeelt. Kan de wethouder toelichten wat de marktmeester dan als goede redenen accepteert en welke redenen niet acceptabel zijn? Hoe komt de ondernemer erachter welke redenen al dan niet valide zijn? Mevrouw FERKET (D66): Voorzitter! Ik ben benieuwd wat de GroenLinks-fractie echt vindt van de persoonlijke aanwezigheid. Ze zegt dat de nieuwe verordening wat dat betreft een verbetering is ten opzichte van de huidige situatie. De D66-fractie vindt het eigenlijk niet meer van deze tijd dat een marktkoopman de hele dag bij zijn kraam moet staan. Wij vragen dat ook niet aan een winkel. De vergunninghouder van de winkel hoeft niet per se zelf aanwezig te zijn. Van de D66-fractie mag de vergunninghouder er zijn wanneer hij of zij dat wil. Wat vindt de GroenLinks-fractie daarvan? De heer WEISTRA (GroenLinks): Voorzitter! Ik vind het de charme van de markt dat de eigenaar vaak bij de kraam is. Ik ben samen met mevrouw Ferket de markt op geweest. Wij raden de ondernemers aan om bij de kraam aanwezig te zijn. Wij staan er in beginsel zelf. De wethouder maakt het minder knellend om bij de kraam aanwezig te zijn. Men kan zich gemakkelijk laten vervangen. Ik kan mij bij die toevoeging iets voorstellen. Als mevrouw Ferket de verordening op dit punt wil wijzigen, moet zij daartoe zelf een voorstel doen. Mevrouw FERKET (D66): Voorzitter! Ik heb begrepen dat de ondernemer er helemaal niet hoeft te zijn. De wethouder kan daarin duidelijkheid scheppen. Het is aan de vergunninghouder of hij of zij er is. Aanwezig zijn heeft voordelen. De heer Weistra en ik hebben dat heel goed gehoord. Echter, het hoeft niet. Het zou fijn zijn als dat het uitgangspunt is. De heer WEISTRA (GroenLinks): Voorzitter! Ik heb de verordening goed gelezen. Ik zie dat de marktkoopman of -vrouw voor vervanging of afwezigheid toestemming moet vragen. Daarmee lees ik dat het in beginsel zo is dat hij of zij aanwezig moet zijn. Ik vraag de wethouder of hij dat kan bevestigen. Volgens mij interrumperen mevrouw Ferket en ik elkaar om hetzelfde punt te maken. In de brief van 15 maart 2015 schreef de wethouder over persoonlijke verantwoordelijkheid: "Om te voorkomen dat kramen worden onderverhuurd, zijn nadere eisen nodig. Ook in dat geval blijft het moeilijk om zicht te houden op wie de vergunninghouder is met als mogelijk gevolg ongewenste onderverhuur." Kan de wethouder expliciet aangeven hoe hij denkt dat te voorkomen? Het overdragen van de vergunning. Het college stelt voor om het overdragen van de vergunning gemakkelijker te maken. Het stelt voor om de termijn waarop de medewerker of de mede-eigenaar zichtbaar moet hebben samengewerkt met de vergunninghouder in te korten van twee jaar naar zes maanden. Uit de consultatie van marktondernemers blijkt dat dit als knellend wordt ervaren. Ik heb echter met de wethouder, marktondernemers, de marktmeester en de ambtelijke ondersteuning gevraagd wanneer deze termijn van twee jaar in de praktijk problemen heeft opgeleverd. Ik heb daarop tot nog toe geen overtuigend antwoord gekregen. Dat een substantiële periode moet zijn samengewerkt, voorafgaand aan de overname, is ooit met een reden ingevoerd. Dat draagt bij aan het succes van de voortzetting van de onderneming. Bovendien is het een belemmering om eventuele vergunningen te verhandelen. De heer VAN EIJNDHOVEN (VVD): Voorzitter! Dat men ooit iets niet heeft gezien, is voor mij geen voldoende argument. Ik zie hier een kans voor deregulering en het gemakkelijk overdragen naar een volgende generatie. Twee jaar is lang. Om te zeggen dat het altijd zo heeft gewerkt De GroenLinksfractie is op andere terreinen meer vernieuwend dan wat ik nu hoor. Kom op, laat eens wat meer spirit zien. De heer WEISTRA (GroenLinks): Voorzitter! Bedankt voor deze aanmoediging van de heer Van Eijndhoven. Ik ken de VVD-fractie ook als een zeer conservatieve partij. Ik hoop dat hij deze aanmoediging ook in zijn eigen partij laat horen. Volgens mij zijn wij heel progressief. Dit soort regels is ooit met een goede reden ingevoerd. Ik heb die zojuist genoemd. Men wil niet dat wordt gehandeld in

14 Avondvergadering van 9 februari vergunningen. Een ondernemer die een tijd lang met een medewerker heeft samengewerkt, wil dat de onderneming succesvol wordt voortgezet. Volgens mij is het goed om de regels iets te versoepelen, maar niet met te grote stappen. is. Mevrouw BOUAZANI (PvdA): Voorzitter! Ik ben benieuwd wat het voorstel van de GroenLinks-fractie De heer WEISTRA (GroenLinks): Voorzitter! Het college heeft aangegeven geen bezwaar te hebben tegen de termijn van één jaar. Ik heb de raad gepolst. Hetzelfde blijkt ook in de raad draagvlak te hebben. Ik wil graag mede namens de fracties van D66, SP en Student & Starter een amendement indienen om de periode te verlengen tot 12 maanden. Dat is zowel een substantiële periode als een substantiële inkorting van de huidige als knellend ervaren termijn. "Amendement 1 Marktverordening De gemeenteraad van Utrecht, bijeen op 9 februari 2017, ter bespreking van de Marktverordening 2017; constaterende dat: - Het college voorstelt om het overdragen van een marktvergunning aan een medewerker gemakkelijker te maken - Het college hiertoe voorstelt de termijn waarin deze medewerker of mede-eigenaar zichtbaar moet hebben samengewerkt met de vergunninghouder in te korten van twee jaar naar zes maanden; - Het college aanvoert dat marktondernemers aangeven de termijn van twee jaar als knellend ervaren; - Er echter maar weinig situaties bekend zijn waar in de periode van twee jaar in de praktijk knelpunten heeft opgeleverd voor het overdragen van een vergunning; overwegende dat: - de eis dat voorafgaand aan de overname een substantiële periode moet zijn samengewerkt, bijdraagt aan het succes van de voortzetting van de onderneming en de handel in vergunningen tegengaat; - elke gekozen periode in zekere zin arbitrair is, maar een periode van 12 maanden zowel substantieel is, als een substantiële inkorting van de huidige, als knellend ervaren termijn; besluit: - Aan beslispunt 1 toe te voegen, met dien verstande dat in artikel 7, lid 2 van de verordening de zin "Voorwaarde is dat deze persoon ten minste 6 maanden direct voorafgaand aan het moment van het verzoek onafgebroken op de betreffende standplaats in loondienst heeft gewerkt bij de vergunninghouder of heeft gefunctioneerd als mede-eigenaar op de betreffende standplaats," wordt gewijzigd in - "Voorwaarde is dat deze persoon ten minste 12 maanden direct voorafgaand aan het moment van het verzoek onafgebroken op de betreffende standplaats in loondienst heeft gewerkt bij de vergunninghouder of heeft gefunctioneerd als mede-eigenaar op de betreffende standplaats." Amendement 1 is ondertekend door mevrouw Ferket, de heer Eggermont, mevrouw Freytag en mijzelf. De heer VAN EIJNDHOVEN (VVD): Voorzitter! Het is prima om een willekeurige andere termijn in te voeren, maar ik kan mij ook voorstellen dat een goede beantwoording over de wijze waarop wordt gehandhaafd, amendement 1 overbodig maakt. De heer WEISTRA (GroenLinks): Voorzitter! Nee, dat vind ik niet. Een termijn is altijd arbitrair. Wij vinden een inkorting van zes maanden behoorlijk kort. Ik kan mij ook voorstellen dat dit twee jaar is. De wethouder schrijft in de brief geen bezwaar te hebben tegen een periode van twaalf maanden. Ik proef tevens dat voor amendement 1 in de raad draagvlak is. Het is een substantiële termijn en dient nog steeds het doel waarvoor die is ingesteld.