Samenvatting en aanbevelingen n.a.v. visitatiegesprekken scholen van SWVVO3101 Noord-Limburg (kwaliteitsbeleid)

Transcriptie

1 Samenvatting en aanbevelingen n.a.v. visitatiegesprekken scholen van SWVVO3101 Noord-Limburg (kwaliteitsbeleid) 18 juni 2018 Vastgesteld door het Bestuur van het SWVVO3101 Marlies Willems Beleidsmedewerker SWV 3101 Ilse Dewael Directeur SWV

2 1. Inleiding In het kader van het kwaliteitsbeleid van het SWVVO3101 heeft elke school binnen het samenwerkingsverband voor 15 oktober 2017 een schoolondersteuningsplan opgesteld. Tevens heeft iedere school een rapportage over de resultaten van schooljaar gemaakt, waarbij extra aandacht besteed wordt aan de instroom en de uitstroom van leerlingen. De scholen voor Voortgezet Speciaal Onderwijs en de scholen/voorzieningen voor gespecialiseerd onderwijs hebben een rapportage gemaakt, hierin zijn tevens hun beleidsvoornemens voor schooljaar opgenomen. In de maanden november en december 2017 en januari 2018 heeft er op elke school en voorziening een visitatiegesprek plaatsgevonden met de directeur en de beleidsmedewerker van het SWV. Naast de bovengenoemde documenten is er tegelijkertijd gebruik gemaakt van -de leerlingenaantallen per 1 oktober 2017 (incl. DUO-overzicht); -het jaarverslag ondersteuningsloket ; -het activiteitenplan SWVVO Deze documenten zijn terug te vinden op de website van het samenwerkingsverband onder de rubriek scholen. ( Naar aanleiding hiervan heeft het SWVVO3101 deze notitie opgesteld. Deze is gedeeld en besproken met het Dagelijks Bestuur, het directeurenoverleg, het netwerk ondersteuningscoördinatoren en de OPR. In deze notitie beperken we ons tot de belangrijkste resultaten, conclusies en beleidsaanbevelingen voor het SWVVO Resultaten Uit alle gesprekken blijkt dat Passend onderwijs bij alle scholen hoog op de agenda staat. De directies en de ondersteuningscoördinatoren hebben in gezamenlijkheid de visitatiegesprekken met het SWVVO3101 gevoerd. In enkele gevallen is de bijdrage van het SWV en de gestelde doelen vanuit het SWV nog extra verduidelijkt. De ingediende schoolondersteuningsplannen en de ingediende rapportages zijn alle door de directeur SWV akkoord bevonden. Elke reguliere school heeft een duidelijke ondersteuningsstructuur o.l.v. een of meerdere ondersteuningscoördinatoren. Er is een ondersteuningsstructuur waar leerlingen buiten de lessen ondersteuning en begeleiding ontvangen. Er is doelgerichte aandacht voor leerlingen met meer ondersteuningsbehoeftes. Bij handelingsverlegenheid blijkt er een uitgebreid dossier (en ervaring) beschikbaar om het ondersteuningsloket van het SWV in te schakelen. Er blijken ook duidelijk meer maatwerkoplossingen binnen de reguliere scholen gevonden te worden dan bij de start van passend onderwijs gebruikelijk was. De tijdelijke mogelijkheid vanuit het VSV samenwerkingsverband op diverse terreinen heeft dit extra bevorderd. 2

3 Ook wordt voor deze maatwerkoplossingen meer samenwerking met andere onderwijspartners gezocht en gevonden. De directeuren hebben de opdracht opgepakt om de toekomst op hun visie op onderwijsondersteuning opnieuw te bezien. De ambitie en visie staat in bijlage 1. De middelen van het SWV worden doelmatig ingezet en zijn in het algemeen een aanvulling op de eigen middelen en capaciteit van de scholen. Wanneer we kijken naar de leerlingenstromen op hoofdlijnen, dan zien we op basis van de info van DUO per het volgende beeld. Tabel 1: Kengetallen OCW. Nummer SWV VO3101 Naam SWV Stichting Samenwerkingsverband VOVSO Noord-Limburg Aantal leerlingen lwoo pro overig vo totaal vo*) waarvan 247 tov vso cat 1 vso cat 2 vso cat 3 vso totaal Deelnamepercentage voor norm budget lwoo/pro lwoo pro totaal ,528% 2,447% 11,975% Kort samengevat: We zien een vermindering van het aantal LWOO- en TOV-leerlingen. Het deelnamepercentage ligt hierdoor op 9,016%, duidelijk onder de norm van Het aantal PRO-leerlingen is echter wederom gestegen naar 3,09%. Het aantal VSO-leerlingen is wederom gedaald en komt hierdoor onder het streefgetal voor (was 504). We zien echter stijgingen bij cluster (categorie) 2 en 3 1. Deze zijn o.a. te verklaren doordat de VSO-afdeling van de Mytylschool Ulingshof groeit. Vroeger gingen deze leerlingen naar scholen buiten ons SWV, nu kunnen zij bij het Ulingshof terecht. 1 Cluster 2: dove, slechthorende kinderen; Cluster 3: motorisch gehandicapte, verstandelijk gehandicapte en langdurig zieke kinderen 3

4 Schooljaar is gekozen voor populatiebekosting voor lwoo. Er is met scholen een verdeelsleutel afgesproken. Zie bijlage 2: Financiële paragraaf opting out lwoo populatiebekostiging. 3. Beleidsaanbevelingen We formuleren op basis van de gesprekken en de conclusies een aantal beleidsaanbevelingen, welke bij de uitwerkingen in de volgende paragrafen verder onderbouwd worden. 4. De werkgroep onderwijsondersteuning herzien heeft zich gericht op de voorbereidingen naar een nieuw ondersteuningsplan. Door allerlei oorzaken blijkt het qua tijd niet haalbaar om het plan voor 1 mei 2018 (in de wet vastgelegde datum) in te dienen bij de onderwijsinspectie. Het samenwerkingsverband heeft in overleg met de gemeenten van het SWVVO3101 en met instemming van het bestuur en de OPR besloten om het huidige ondersteuningsplan voor de duur van 1 jaar te verlengen. Het nieuwe ondersteuningsplan zal met de verschillende gremia besproken worden om uiteindelijk een in gezamenlijkheid gegroeid ondersteuningsplan te hebben. Alle deelnemende scholen van het SWVVO3101 dienen hun ondersteuningsprofiel voor 1 juni 2018 bij het samenwerkingsverband in. 5. Bij de reguliere VO scholen monitoren we het aantal zorgleerlingen, de interne arrangementen, de bovenschoolse arrangementen en de tussentijdse uitstroom naar het VSO. We gaan in overleg met alle scholen streefcijfers (dit is deels al gebeurd) afspreken voor thuisnabij onderwijs voor leerlingen met ondersteuningsbehoeftes. Daarbij kijken we ook naar de uitstroom gedurende de afgelopen jaren en de populatie van de scholen. We vragen de scholen ook op kwantitatief niveau doelen te formuleren voor hun schoolondersteuningsprofiel (en plan). Op het niveau van het SWV volgt een duidelijke monitoring en feedback (evt. bijsturing). 6. Door de keuze voor populatiebekosting i.p.v. LWOO worden de LWOOmiddelen ingezet om de VMBO-afdelingen in hun algemeenheid en specifiek voor leerlingen met ondersteuningsbehoeftes te versterken. Hierbij merken we dat er steeds meer de behoefte naar maatwerk is, waarbij meerdere scholen samenwerken aan een programma voor bepaalde leerlingen. Ook de samenwerking met jeugdhulp wordt hiervoor benut. Expertisedeling en bevordering t.b.v het bevorderren van docentvaardigheden en teamontwikkeling zijn hierbij van fundamenteel belang. 2 Zie bijlage 3 voor het tijdpad van dit plan. 4

5 7. De doorstroom van ISK-leerlingen naar VMBO moet versterkt worden. Hierbij is de werkgroep ISK/Nieuwkomers actief. Belangrijk is dat we op basis van de nieuwe ondersteuning VMBO -criteria stimuleren en faciliteren. Hier dient ook een link gelegd te worden met PRO en met MBO (entree en hoger). 8. Aandacht voor het thema Begaafdheid en specifieke ondersteuningsbehoefte wordt binnen het samenwerkingsverband verder vormgeven door een duidelijk geformuleerde basisondersteuning voor deze doelgroep binnen alle Havo-VWO afdelingen en door een extra ondersteuningsaanbod (dubbel bijzondere leerlingen) binnen de Da Vinci afdeling van College Den Hulster. Expertisebevordering of toevoegen van expertise t.b.v. thuisnabij onderwijs in een reguliere omgeving is een aandachtspunt. Leerlingen met Havo- VWO capaciteiten met bijv sterke ASS kenmerken worden binnen Maasland en vooralsnog aansluitend Blariacum College begeleid. De facilitering leidt tot een herziening van de inzet van de schoolgebonden LGF middelen en eventueel van de ambulante begeleiding. Communicatie met het primair onderwijs is hierbij van bijzonder belang. Zo is er in een adviescommissie Havo-VWO opgericht vanuit het SWV, deze wordt binnenkort geëvalueerd. 9. Vanuit het samenwerkingsverband formeren we professionele leergemeenschappen om het samen leren op specifieke gebieden vorm te geven. De doorstroom van ISK naar aansluitend (zo mogelijk regulier) onderwijs en begaafdheid in combinatie met specifieke ondersteuningsbehoeftes is hier een voorbeeld van, er zullen ook nieuwe werkgroepen tot stand komen. Denk hierbij bijv. aan de doelmatige inzet van middelen ondersteuning VMBO of mogelijk Havo/VWO. Per professionele leergemeenschap duidelijke doelen en opbrengsten formuleren. 10. Het Praktijkonderwijs wordt gezien als een gespecialiseerde onderwijsvorm voor een specifieke doelgroep. Namelijk leerlingen die moeite hebben met theoretisch leren en die voorbereid worden op de arbeidsmarkt zonder startkwalificatie. Door de lichte stijging van het aantal PRO leerlingen, dient het SWV/of de scholen hier het financieel tekort aan te passen. Deze keuze houdt tevens in dat de PRO-middelen in een apart programma komen en aangewend worden voor het PRO-onderwijs. Tevens houdt dit in dat andere ondersteunende middelen van het SWV t.b.v. het PRO komen te vervallen. Ook bij het PRO is het belangrijk dat zij pilots brede symbiosetrajecten blijven opzetten met het VMBO. Maar ook met het MBO m.b.t. arbeidstoeleiding. 5

6 11. De plaats van de BZV en de ontwikkeling van Syntheseklassen vanuit Velddijk wordt in onderlinge samenhang opnieuw bezien. De expertise van beide scholen/voorzieningen wordt zo goed mogelijk gebundeld en bij voorkeur naar de reguliere scholen gebracht. Dit levert meer maatwerk op en meer vertrouwen binnen de reguliere groep. Meer samenhang en meer samenwerken, waardoor de expertise gecombineerd wordt. Doel is daarnaast zo breed mogelijk in ons SWV en naar mogelijkheid ook regionaal de expertise van de BZV te delen. Zodat meer kinderen in het gehele SWV (thuisnabij) gebruik kunnen maken van het aanbod/expertise van deze gespecialiseerde voorziening. Hierbij wordt nauw samengewerkt met de gemeenten. 12. De samenwerking en de optimalisering van de doorstroom van leerlingen van de behandelschool de Wijnberg van de residentiële instelling en de vervolgscholen wordt nog meer verbeterd. Dit leidt tot nieuwe (symbiose)trajecten en/of ondersteuningsarrangementen. 13. M.b.t. de thuiszitters is er gekozen voor de inzet van een actietafel thuiszitter die enkele keren per schooljaar bij mekaar komt. Doel van deze actietafel is dat de ingebrachte casussen besproken worden en er onmiddellijk afspraken met de verschillende professionals kunnen gemaakt worden. Dit moet leiden tot een snelle en effectieve aanpak van het probleem. Hiervan volgt in juni 2018 een evaluatie. De ervaringen zullen benut worden t.b.v. een gezamenlijke aanpak met leerplicht en jeugdhulp. Binnen de scholen moet er nog meer aandachtgericht worden op een preventieve aanpak. 14. Het streven om zoveel mogelijk leerlingen thuisnabij en binnen de regio op te vangen wordt zonder meer doorgezet. 6

7 15. Samenvatting van de evaluaties, plannen en gesprekken a. Leerlingenstromen VMBO. In tabel 2 hebben we de leerlingensituatie samengevat van de vmboafdelingen. We hebben de leerlingenaantallen, het aantal LWOO-leerlingen, het aantal nieuwkomers, het aantal leerlingen, waarvoor een beroep gedaan is op het ondersteuningsloket weergegeven. Verder hebben we ook de uitstroom van leerlingen tijdens het schooljaar en weergegeven. Tabel 2 Van regulier naar speciaal en gespecialiseerd vmbo Llnaan tal op Llnaan tal op Llnaan tal op Lwoo/ tov/pro Lwoo/ tov/pro Aantal nieuw- Komers Aantal nieuw- Komers Aantal in Onderst eunings- Loket Aantal in Onder steuni Aantal thuis- Ztters Aantal thuis- Ztters ngs- Loket Bouwens Dendron Raayland Blariacum Den Hulster Valuas Citaverde Totaal Naar BZV Naar BZV Naar Maas- Land Naar Maas- Land Naar Pro Naar Pro Naar Vso Naar Vso Naar Wijn berg Naar Wijn berg Bouwens 3 1 Dendron Raayland Blariacum Den Hulster Valuas Citaverde Totaal Conclusies Het leerlingenaantal loopt terug, echter er blijken meer leerlingen te worden besproken in het ondersteuningsloket en te worden verwezen naar het VSO. Raayland en Citaverde 7

8 hebben duidelijk minder leerlingen aangemeld dan in schooljaar Beide scholen geven zelf aan dat de oorzaak hiervan in de versterkte ondersteuningsstructuur ligt. Dit zal in het zoco-netwerk aankomend schooljaar één van de gespreksthema s zijn. Het aantal aangemelde leerlingen bij de BZV voor de lange trajecten is minder, daar staat tegenover dat de BZV een aantal leerlingen preventief ondersteund heeft in het korte traject (nieuw in schooljaar ). De meeste van deze leerlingen vervolgen hun loopbaan succesvol op de reguliere school. Tabel 3: Doorstoom van speciaal en gespecialiseerd naar regulier Llnaan tal op Llnaan tal Op Llnaan tal Op Streef getal Raa ylan d Den- Dron Cita- Verde Va- Luas Den Hul- Ster Blari- Acum Maa slan d Bouwe ns Wild veld Raayland PRO ISK Valuas ISK Taalrijk Maasland BZV 17 ( , totaal: 72) 17 ( :t otaal 69) 13 ( : totaal: 69 (41 lang, 28 kort) kort 1 lang 3 kort 3 lang 7 kort 4 lang 3 kort 6 lang 4 kort 1 lang 1 kort 1 lang Velddijk Impuls Wijnberg Raayland PRO Wildveld b. Leerlingenstromen HAVO-VWO Tabel 4 toont een samenvatting van de leerlingensituatie Havo-VWO. De tussentijdse instroom van leerlingen vanuit Havo-VWO is beperkt. Echter onbekend is de afstroom van VWO-leerlingen naar Havo en van Havo-leerlingen naar VMBO. Naar de toekomst toe zou het goed zijn om hier inzicht in te krijgen en deze afstroom te analyseren. Het aantal thuiszitters binnen deze afdelingen blijft een aandachtspunt. 8

9 Passend onderwijs voor Havo-VWO-leerlingen is van net zo groot belang als voor VMBO-leerlingen, dit zou een onderdeel moeten uitmaken van de schoolondersteuningsprofielen naar de toekomst toe. Tabel 4: Van regulier naar speciaal en gespecialiseerd havo/vwo LLn aantal 2015 Lln aantal 2016 Lln aantal 2017 Aantal nieuwkomers Aantal nieuwkomers Aantal in Onderst euningsl oket Aantal in Onderst euningsl oket Aantal thuiszitters Aantal thuiszitters Bouwens Dendron Raayland Blariacum Den Hulster 918 (13 VAVO) 894 (24 VAVO) 876 (10 VAVO) Valuas Totaal Naar BZV Naar BZV Naar Maasland Naar Maasland Naar Wijnberg Naar Wijnberg Naar VSO Naar VSO Bouwens 2 Dendron Raayland 1 1 Blariacum Den Hulster 1 2 Valuas 1 4 Totaal Door een betere ondersteuning van begaafde leerlingen met specifieke ondersteuningsbehoeften dient de daling van het aantal leerlingen die richting VSO gaan, verder doorgezet te worden. Een eerder ingestelde projectgroep zal werken aan een voorstel om zoveel mogelijk thuisnabij deze ondersteuning binnen de scholen te kunnen bieden. De Da Vinci afdeling voor hoogbegaafdheid van College Den Hulster willen we doorontwikkelen tot een extra ondersteuningsarrangement voor begaafde leerlingen in samenhang met andere leerlingenkenmerken, die maatwerk vragen. In de onderbouw wordt vooral in speciale groepen gewerkt. In de bovenbouw gaat dit in samenhang met het tweetalig VWO op dit college. Vanwege het extra ondersteuningsaanbod wordt hier nog steeds een lichte groei verwacht. Het effect hiervan zal mogelijk zijnhierdoor zal het SWV VO in mindere mate een beroep moeten doen op VSO scholen (Havo/VWO) buiten de regio. 9

10 c. LWOO inpassing in passend onderwijs We zien een grote daling in het aantal LWOO-leerlingen (t/m ) en TOVleerlingen ( ). De LWOO- leerlingen zijn geïndiceerd op landelijke criteria, de TOV-leerlingen op eigen criteria 3. Vooruitlopend op het toekomstig beleid (populatiebekostiging 4 ) zijn voor de ISK geen TOV s afgegeven. Tabel 5: LWOO regulier leerjaar 1 TOV leerjaar 1 LWOO Leerjaar 2 Leerjaar 3 Leerjaar 4 Totaal TOV Totaal LWOO School Blariacum College (+ 2 PRO) Citaverde College, Horst (+2 PRO) College Den Hulster Dendron College Het Bouwens (+1 TOV+2 Valuas College 23 PRO) Raayland College Maasland ISK Valuas 12 Taalrijk 5 Totaal In schooljaar waren er 1251 LWOO-leerlingen. In schooljaar zijn er 864 LWOO-leerlingen en 236 TOV-leerlingen. In totaal 1100 leerlingen. d. PRO en passend onderwijs In tabel 6 zien we de leerlingenaantallen alsmede de instroom en uitstroom van de beide PRO-scholen/afdelingen. De PRO-scholen/afdelingen functioneren als gespecialiseerde schoolsoort voor leerlingen die te weinig cognitieve vaardigheden hebben om een VMBO-diploma te halen. Voor elke leerling is een OPP, waarin als doel succesvolle arbeidstoeleiding is gesteld. 3 TOV = Toewijziging Ondersteuning VMBO; het SWV hanteert hierbij eigen criteria om deze ondersteuning toe te wijzen. 4 Hierbij wordt uitgegaan ven de genoemde ondersteuningsbehoefte vanuit het basisonderwijs. Scholen hebben volgens een verdeelsleutel middelen gekregen die ze inzetten t.b.v. de leerlingen met een ondersteuningsbehoefte. 10

11 Daar waar doorstroom naar VMBO toch mogelijk is, wordt hier vol op ingezet, echter het gebeurt slechts beperkt. Anderzijds zijn er ook een aantal VMBO-leerlingen die uiteindelijk toch op PRO lijken aangewezen te zijn. We nemen in onderstaande tabellen de gegevens van PRO Wildveld en PRO Raayland samen. In de vorige jaren was de toename te wijten aan instroom van ISK-leerlingen, nu zien we een toename vanuit het basisonderwijs en speciaal basisonderwijs. Het is onduidelijk hoe dit komt. Tabel 6: instroom en uitstroom pro Totaal aantal leerlingen LLn aantal 2015 Lln aantal 2016 Lln aantal 2017 Wildveld Raayland pro Instroom ?? basisonderwijs Speciaal(basis)onderwijs Voortgezet onderwijs ISK 17 4 VSO 3 2 Ander PRO 5 9 totaal Uitstroom ?? arbeid mbo vo 2 1 vso 4 3 anders 9 8 totaal e. Nieuwkomers, ISK en doorstroming Gezien de groei van het aantal nieuwkomers is er een tweede ISK-voorziening (Taalrijk) in Hegelsom gestart in schooljaar Dit naast de bestaande ISK-voorziening in Venlo. In tabel 7 is de uitstroom van deze voorzieningen in beeld gebracht. In was er een grote doorstroom naar PRO, is dit beduidend minder. De doelgroep van instroom is bepalen voor het vervolgtraject. Ongeletterde leerlingen stromen eerder door naar praktijkonderwijs. Tabel 7: instroom en uitstroom isk 11

12 Totaal aantal leerlingen LLn aantal 2015 Lln aantal 2016 Lln aantal 2017 ISK Valuas ISK Taalrijk x Instroom ISK Valuas basisonderwijs 9 10 nieuwkomers totaal Instroom ISK Taalrijk basisonderwijs 1 nieuwkomers 27 totaal 28 Uitstroom ISK Valuas Taalrijk Regulier VO PRO MBO (incl entree) Anders (oa verhuizing) totaal f. Maasland voor ondersteunend vmbo en havo Het Maasland biedt een tweejarig traject (brugklas en 2 de klas VMBO en Havo) voor leerlingen die nog niet direct in het reguliere VO kunnen instappen, omdat ze daar niet de ondersteuningsbehoefte kunnen krijgen die ze nodig hebben. Het Maasland biedt deze wel. Het traject van Maasland heeft als doel succesvolle instroom in het reguliere VO. In de regel blijkt dit succesvol (85% tot 90%). De doorlopende schoollijn voor de Havo/VWO- leerlingen blijft een aandachtspunt. Deze groepen bestaan slechts enkele jaren en er wordt nu met Blariacum aan een geleidelijke overgang naar leerjaar 3 en vervolgens de bovenbouw gewerkt. Het gaat hierbij om een extra ondersteuningsarrangement voor Havo/VWO leerlingen met ASS of vergelijkbare kenmerken. In schooljaar zien we bij de instroom een lichte toename van leerlingen vanuit het SO (tabel 8). 12

13 Ouders en leerlingen kiezen voor bekendheid en veiligheid. De uitstroom naar het Blariacumcollege is groot. Voor de Havo-leerlingen wordt dit vooralsnog ook geadviseerd vanwege de ondersteuning in Havo 3 en verder. De uitstroom naar het VSO blijft gelijk. Tabel 8: instroom en uitstroom Maasland Totaal aantal leerlingen LLn aantal 2015 Lln aantal 2016 Lln aantal 2017 Maasland Instroom Maasland basisonderwijs Speciaal basisonderwijs 13 8 Speciaal Onderwijs (incl cluster 2) VSO 1 VO 2 Totaal Uitstroom Maasland Blariacum College Overig VO VSO 8 8 totaal

14 g. Bovenschoolse Zorg Voorziening. (BZV) De BZV is een ondersteuningsarrangement voor leerlingen met meestal gedragsproblematiek binnen het VMBO met als doel succesvolle terugkeer naar het reguliere VMBO. Tabel 9: instroom en uitstroom BZV Instroom BZV lang kort VO (incl PRO) ISK 2 1 VSO (Wijnberg) 2 Totaal Uitstroom BZV lang kort Regulier VMBO (incl PRO) MBO 3 7 VSO 7 6 Anders 4 2 Nog op BZV (lang traject) Totaal In schooljaar is de BZV gestart met het korte traject, naast het lange traject. Het doel van het korte traject is een preventieve interventie op het gebied van het gedrag van de leerling met terugkeer naar de reguliere school. Het doel dat er tussen de 60 en 80 leerlingen per leerjaar door de BZV worden ondersteund is ook dit schooljaar behaald. Bijna 74 % is teruggekeerd in het regulier onderwijs. Opvallend is het aantal leerlingen dat vanuit de BZV ongediplomeerd uitstroomt naar het MBO (5 van de 7 leerlingen). Over het algemeen blijken de leerlingen ook enige tijd na de terugkeer succesvol op het VMBO. Het aantal leerlingen dat doorverwezen wordt naar VSO blijft ongeveer gelijk. 14

15 h. VSO en syntheseklassen. Tabel 10: instroom en uitstroom Velddijk Totaal aantal leerlingen LLn aantral 2015 Lln aantal 2016 Lln aantal 2016 Velddijk Instroom Velddijk basisonderwijs 2 2 Speciaal basisonderwijs 3 7 Speciaal onderwijs 16 8 VO scholen swvvo Ander VSO 8 8 Maasland 3 4 PRO en anders 3 2 totaal Uitstroom Velddijk dagbesteding 10 8 arbeid MBO VO (SWVVO3101) 9 21 Ander VSO anders totaal Het leerlingenaantal bij de Velddijk neemt nog steeds af. We concluderen dat de eigen VO-scholen belangrijke verwijzers zijn. Vanuit het PO is dat het speciaal (basis) onderwijs. Bij de uitstroom is MBO en anders (UWV, thuiszitter 18+, emigratie, etc.) het meest voorkomend. Opvallend blijft de doorstroom naar andere VSOscholen. Naast VSO de Velddijk zien we dat omwille van het kunnen realiseren van thuisnabij onderwijs in de gemeente Peel en Maas vaker voor De Ortolaan (Heibloem) gekozen wordt en vanuit Venray kiest men vaker voor De Korenaer (Stevensbeek). Beide VSOscholen hebben een vergelijkbaar aanbod als de Velddijk. 15

16 Opvallend is dit schooljaar ook de uitstroom naar het reguliere VO. Het gaat hierbij om leerlingen die deelnemen aan de syntheseprojecten, zij zijn dit schooljaar ingeschreven bij het reguliere VO. Daarnaast werkt de Velddijk samen met de reguliere VO-scholen wat betreft de praktijkvakken. VSO-leerlingen volgen deze vakken op hun eigen school of op de VOschool of een combinatie van beide en leggen het praktijkexamen af op de reguliere VOschool. Bij deze leerlingen die als extraneus examen afleggen op de reguliere VO-school is er sprake van een symbiose-overeenkomst tussen de VO- en de VSO-school: een deel van het onderwijsprogramma wordt op de VO-school gevolgd. Voor deze leerlingen geldt het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) van de reguliere school. Zij doen dus wel gewoon schoolexamen. De vraag is wel of deze synthese- en symbiosetrajecten binnen de bestaande structuren van het reguliere VO goed te realiseren zijn en hoe we deze trajecten kunnen doorontwikkelen en borgen voor de toekomst. i. VSO overig Naast de VSO scholen met expertise gedrag hebben we binnen de regio van ons SWV twee andere VSO scholen/afdelingen. VSO Impuls richt zich met name op zwakbegaafde leerlingen, veelal met het uitstroomperspectief dagbesteding. De VSO afdeling van Mytylschool Ulingshof richt zich op leerlingen met lichamelijke, en/of meervoudige beperkingen en langdurig zieke leerlingen. Ulingshof werkt nauw samen met Impuls met het doel om zoveel mogelijk leerlingen thuisnabij onderwijs te bieden en van elkaars expertise gebruik te kunnen maken. Tabel 11: totaal aantal leerlingen Impuls/Ulingshof LLn aantral 2015 Lln aantal 2016 Lln aantal 2017 Impuls Ulingshof

17 j. Residentiële leerlingen De meeste residentiële leerlingen van het SWVVO3101 ontvangen VSO-onderwijs op De Wijnberg in combinatie met de specialistische jeugdzorg door de Mutsaersstichting. De leerlingen worden ingeschreven op basis van plaatsbekostiging 5. Wanneer de behandeling door Mutsaersstichting afloopt, dient er vervolgonderwijs gekozen te worden: hetzij regulier VO of VSO. In tabel 12 wordt een overzicht gepresenteerd van de instroom en uitstroom van de leerlingen van VSO De Wijnberg (tussen en ). Net zoals vorig schooljaar mogen constateren we dat de communicatie tussen de afleverende en de afnemende school een aandachtspunt blijft, deze kan zeker nog geoptimaliseerd worden. Er zal moeten gezocht worden naar een nog betere beeldvorming van elkaars werkwijzen en leerlingenaanpak, ook zal er meer gekeken moeten worden naar mogelijkheden voor synthesetrajecten. Tabel 12: instroom en uitstroom Wijnberg LLn aantral 2015 Lln aantal 2016 Lln aantal 2017 Wijnberg Instroom leerlingen VSO De Wijnberg. School van herkomst Aantal Aantal Primair onderwijs 4 9 VSO 12 7 Reguliere VO-scholen swvvo anders 3 3 totaal Uitstroom leerlingen vanuit VSO De Wijnberg Aantal Aantal Reguliere VO scholen SWVVO (waarvan 5 Maasland) 6 MBO 4 3 VSO anders 5 11 totaal Met plaatsbekostiging doelen we op onderwijs in open (semi) residentiële instellingen waarbij samenwerkingsverbanden geen regie hebben op de toelating van de leerling maar wel verantwoordelijk zijn voor de bekostiging van het onderwijs. 17

18 k. Leerlingen op VSO-scholen buiten de regio Dit betreft leerlingen die ervoor kiezen buiten de regio naar school te gaan, dan wel leerlingen die gedurende hun schoolloopbaan zijn verhuisd. Tabel 13: totaal leerlingen vso buiten regio LLn aantral 2015 Lln aantal 2016 Lln aantal 2017 Ortolaan Berkenschutse Werkenrode Overig VSO

19 Bijlage 1: onderwijsondersteuning vo opnieuw bezien In onderstaand stuk staat een samenvatting van de uitspraken van het overleg van (zie bijlagen). Met schuingedrukt onze ambities naar de toekomst (over 5 jaar), die wij tijdens het directieoverleg willen bespreken, aanvullen en concretiseren. Verder verwijzen we voor de filmpjes naar: url: Ww: bco Het filmpje van de groep van Jan R. staat hier niet bij, dit was te groot. Uitgangspunten: Passend onderwijs, thuisnabij voor alle leerlingen Elke leerling heeft recht op passend onderwijs, zo thuisnabij mogelijk. Goed onderwijs staat centraal. We hebben een sterke basisondersteuning en bieden voldoende variatie en contextrijke leerplekken op alle niveaus. We leveren maatwerk vanuit het perspectief van de leerling. Dit betekent dat we geloven in eigenaarschap van de leerling, ontwikkelingsmogelijkheden en groei. Hierbij arrangeren we effectieve samenwerkingsvormen tussen alle vormen van onderwijs binnen ons samenwerkingsverband. Niet alles kan binnen het reguliere onderwijs. Een realistische kijk is en blijft nodig. Gespecialiseerde onderwijsvoorzieningen blijven nodig voor een dekkend netwerk van onderwijsondersteuning. Ambities: - Elke leerling die in het regulier onderwijs wordt aangenomen, voltooit daar succesvol zijn schoolloopbaan - Binnen iedere reguliere vo school zijn er arrangementen met andere scholen, bijvoorbeeld met elkaar, praktijkonderwijs of vso waarin leerlingen op maat worden bediend - We weten van elkaar wie welke expertise in huis heeft en hebben netwerken om expertise te delen op specifieke thema s op basis van behoeften - De expert volgt de leerling in plaats van de leerling die naar de expert moet. - We hebben vóór vastgelegd wat het niveau van basisondersteuning is bij elke school, hoe de extra ondersteuning verdeeld is over de scholen en welke vormen van speciale ondersteuning er binnen ons samenwerkingsverband zijn. Het onderwijskundig landschap van het samenwerkingsverband is vastgelegd De leerling staat centraal, de docent is de spil en de deskundige het vliegwiel. We gaan uit van de eigen verantwoordelijkheid, eigenaarschap en ontwikkelingsmogelijkheden van de leerling. De leerling is betrokken bij zijn eigen ontwikkeling, dus bij het onderwijs en de ondersteuning die hij nodig heeft. 19

20 Ambities: - Iedere leerling maakt mede zijn eigen ontwikkelingsplan en is daardoor verantwoordelijk voor zijn eigen leerproces. - We denken, geven onderwijs en ondersteunen vanuit ontwikkelingsperspectieven van de leerling (duidelijk afgestemd op de leerloopbaan). - We houden echte gesprekken met leerlingen. We gebruiken hun kennis en informatie bij het samen bepalen van de volgende doelen, die een bijdrage aan een optimalere leerloopbaan leveren. - Wij investeren in de behoefte aan relatie ( anderen waarderen mij en willen met mij omgaan ), in de behoefte aan autonomie ( ik kan het zelf, hoewel niet altijd alleen ) en in de behoefte aan competentie ( ik geloof en heb plezier in mijn eigen kunnen ) om welbevinden, motivatie, inzet en zin in leren bij onze leerlingen te bevorderen. De leraar staat centraal, prioriteit is de leraar met zijn/haar groep We gaan uit van de eigen verantwoordelijkheid, eigenaarschap en ontwikkelingsmogelijkheden van de leraar. Binnen de school ervaart de leraar op hem of haar afgestemde ondersteuning bij de uitdagingen om passend onderwijs voor alle leerlingen te realiseren en het versterken van zijn mogelijkheden. De leraar is eigenaar van zijn eigen ontwikkeling en wordt hierin gefaciliteerd. Ambities: - Binnen iedere school is er daadkrachtige en effectieve expertise (intern en extern), die aansluit bij vraagstelling en ondersteuningsbehoeften van de individuele leraar en van de school. - Binnen iedere school werkt de leraar samen in een krachtig team waardoor het werk van de individuele leerkracht wordt versterkt. - De hulpvraag van de leraar wordt laagdrempelig en dichtbij opgepakt. - Wij investeren in de behoefte aan relatie, autonomie en competentie bij onze leraren. Samenwerken op alle niveaus Binnen ons samenwerkingsverband zijn wij als onderwijspartners wederzijds van elkaar afhankelijk om te komen tot passend onderwijs voor iedere leerling. Hiervoor werken we onderling samen en met de leerling en zijn ouders, met de school van herkomst en met de verschillende ketenpartners vanuit de jeugdzorg en gemeenten. Het is duidelijk wie welke expertise kan bieden en daar kunnen we met zijn allen gebruik van maken. We hebben zicht op elkaars programma en expertise en weten die op alle niveaus met elkaar te verbinden. Ambities: - Het samenwerkingsverband functioneert zowel intern als extern als 1 geheel. Dit betekent dat er op alle niveaus een gezamenlijke verantwoordelijkheid is, we dezelfde taal spreken en iedereen verantwoording aflegt aan elkaar. 20

21 - Samen werken = samen concrete doelen stellen en a.d.h.v. doelen samen ontwikkelen, groeien en aanpassen. - We weten wat de afzonderlijk scholen kunnen en waarop ze in ontwikkeling zijn. 21

22 Bijlage 2 Financiële paragraaf opting out LWOO populatiebekostiging: inzet en verdeling middelen tussen VO-scholen (11 dec 17) (op basis van bestuursbesluit 7 dec 2017) Inleiding In deze paragraaf staat het beleid geformuleerd voor de verdeling van de LWOOmiddelen na ingang van de populatiebekostiging. Per 1 jan 2017 heeft SWVVO3101 bij de onderwijsinspectie aangegeven dat zij gebruik maakt van de mogelijkheid van opting out LWOO. De landelijke LWOOcriteria zijn verlaten en er is een eigen procedure en toekenning ondersteuning VMBO (TOV s) opgezet. Hierbij was het uitgangspunt om op basis van een gefundeerd dossier een toekenning ondersteuning VMBO (TOV) af te geven. Per 1 jan 2018 kiest het SWVVO3101 voor populatiebekostiging. De aanwijzing op leerlingniveau wordt verlaten. Geïnvesteerd wordt in optimale kwaliteit van en ondersteuning binnen de leerwegen basis en kader van het VMBO. In deze notitie worden de financiële consequenties uitgewerkt. Middelen van OCW/DUO. OCW heeft het deelnamepercentage LWOO op het totale leerlingenaantal VO op voor een samenwerkingsverband als uitgangspunt genomen voor financiering. Voor SWVVO3101 was toen het deelnamepercentage 9,528%. Elk jaar wordt per 1 oktober het aantal leerlingen, alsmede het aantal LWOOleerlingen in kaart gebracht door DUO. Op bedroeg het totale aantal bekostigde VO-leerlingen van SWVVO3101: (incl. 87 nieuwkomers en 62 leerlingen VAVO teruggekeerd gezakt). De scholen die bij de leerlingentelling het beschikkingsnummer van een LWOObeschikking doorgeven, ontvangen in het aansluitende kalenderjaar van DUO de ondersteuningsbekostiging voor zo n leerling. Dat waren 2016 voor SWVVO3101: 1252 leerlingen. De ondersteuningsbekostiging LWOO bedraagt in kalenderjaar ,71 per leerling. DUO keert LWOO-middelen rechtstreeks uit aan de VO scholen van SWVVO3101: 1252 x 4392,71= ,92 Het beschikbare budget van DUO voor SWVVO3101 is 0,09528 x = 1220,2 LWOO-ondersteuningsbudgetten oftewel 1220,2 x 4392,71 = ,25. Hierop kort DUO het uitgekeerde bedrag: , ,92 = ,67 negatief. Dit laatste bedrag heeft het SWVVO3101 met de scholen verrekend. Opting out LWOO Zowel omwille van inhoudelijke alsook kostentechnische redenen heeft het SWVVO3101 opting out LWOO aangevraagd. Op basis van eigen criteria zijn er TOV s (toekenning ondersteuning VMBO) verstrekt. Dit blijken er per te zijn. Deze eigen LWOO s kunnen niet 22

23 bij DUO gemeld worden. De VO-scholen ontvangen derhalve de ondersteuningsbekostiging TOV van het SWVVO3101. De situatie per is als volgt: Leerlingenaantal bekostigde VO leerlingen nieuwkomers= Aantal LWOO: 870 Aantal TOV: 247 ( ISK) DUO keert in kalenderjaar 2018 rechtstreeks aan de VO-scholen uit op basis van de aangemelde LWOO beschikkingen: 870 x 4392,71 = ,70 DUO heeft LWOO-middelen beschikbaar voor SWVVO3101: 0,09528 x = 1178, ,71 x 1178,04 = ,82 Het SWVVO3101 ontvangt in 2018 aan LWOO middelen: ,12 Het SWVVO3101 keert de ondersteuningsbekostiging uit aan de VO-scholen in 2018: 247 x 4392,71= ,37 (incl. een beperkt aantal nieuwkomers!!!) Het SWVVO3101 heeft hierna nog een batig saldo van ,75 De verdeling van de LWOO- en TOV-middelen tussen de scholen. Voorgesteld wordt om bij de verdeling van de LWOO-middelen tussen de scholen de komende 4 kalenderjaren uit te gaan van -het aantal LWOO leerlingen per 1 okt het aantal TOV leerlingen per 1 okt Hierdoor wordt rekening gehouden met het aantal VMBO leerlingen met ondersteuning over een periode van 4 jaar. Mocht de leerlingenpopulatie gedurende deze periode sterk wijzigen dan kan het betreffende bestuur of de directeur SWV een heroverweging van de verdeling binnen het bestuur van het SWV bespreekbaar maken. Dit leidt tot de volgende verdeling: school Leerlinge n aantallen Valuascollege (incl ISK Valuas) Lwoo en tov Lwoo Tov % Lwoo middelen , ,56 (+3) Den Hulster , ,21 Blariacum , ,60 Maasland , ,59 Bouwens , ,77 Citaverde , ,86 Raayland , ,11 Dendron , ,43 ISK Taalrijk (+9) 01, ,94 23

24 Totaal (+12) 100% ,07 LWOO middelen 2018 op bestuursniveau. OGVO: ,96 LVO: ,25 Citaverde: ,86 Totaal: ,07 De prognose voor de komende jaren gaat uit van een jaarlijkse daling van het leerlingenaantal van 2,5% En dit dus in mindering te brengen van de LWOOmiddelen voor Het batig saldo voor het SWVVO3101 zal besteed worden aan het tekort van de ondersteuningskosten PRO. Dit zal in de begroting 2018 verwerkt worden. Ilse Dewael, directeur SWVVO3101 Jan Raedts, coördinator SWVVO

25 Bijlage 3: Notitie: Plan van aanpak Ondersteuningsplan Passend Onderwijs SWVVO3101 Doel: het aanleveren van het ondersteuningsplan Passend Onderwijs SWVVO vóór 1 mei 2019 Tijdpad besluitvorming: September/oktober 2018: koers voorleggen aan het OOGO, directeurenoverleg, bestuur en OPR November/december 2018 /januari 2019: conceptplan voorleggen aan het OOGO, directeurenoverleg, bestuur en OPR Vroege voorjaar: definitieve plan voorleggen aan het OOGO, adviesvraag aan directeurenoverleg, instemmingsvraag aan bestuur en OPR Tijdpad inhoudelijk: Overleg verbinding onderwijs-jeugdhulp OOGO 22 maart 2018: afspraak binnen OOGO: er zal een actiegroep geformeerd worden (samenwerking onderwijs-jeugdhulp / SWV en gemeenten in gezamenlijkheid) die de samenwerkingsagenda opstellen. Doelen zijn o.a. na een zorgvuldig voorbereidingstraject een ondersteuningsplan te hebben, waarin de afspraken en werkwijze tussen onderwijs/gemeente/partners (koppeling onderwijs/jeugdhulp) is vastgelegd; het overwegen van een regionaal thuiszitterpact; het organiseren van een zo dekkend mogelijk aanbod; etc. 19 april 2018: Regionale werkgroep verbinding onderwijs-jeugdhulp Afstemming over proces m.b.t. samenwerking en inhoudelijke afstemming over de te bespreken punten in OOGO 24 mei 2018: Regionale werkgroep verbinding onderwijs-jeugdhulp Voorbereiden OOGO en inhoudelijke koers bepalen m.b.t. samenwerking Verdere overlegmomenten/afstemmingsmogelijkheden worden gepland Overleg met onderwijs 19 maart 2018: bijeenkomst onderwijsondersteuning herzien I 16 april 2018: bijeenkomst onderwijsondersteuning herzien II Doel van beide bijeenkomsten: ophalen van input t.b.v. het nieuwe ondersteuningsplan. Input vanuit de praktijk (ondersteuningscoördinatoren) en vanuit de aansturing (directies scholen). Hierbij gaat het vooral om het ophalen van wat er goed gaat en wat de wensen zijn voor de aankomende periode: hoe willen we het landschap passend onderwijs in ons samenwerkingsverband in gezamenlijkheid vorm geven? Verdere overlegmomenten/afstemmingsmogelijkheden worden gepland Ander overleg indien noodzakelijk 25