Integrale Visie op Zorg

Transcriptie

1 Basisschool De Luchtballon Freinetschool Holven Lebonstraat 45, 2440 Geel Velodroomstraat 33, 2440 Geel Directeur: Gert Van Herle Directeur: Gert Van Herle Tel: 014/ Tel: 014/ Fax: 014/ Kinderdagverblijf Dol-fijn Mannestraat 24, 2440 Geel Website: Tel: 014/ Basisschool De Luchtballon overstijgt de andere!! datum uw bericht van ons kenmerk. contact Gert Van Herle Integrale Visie op Zorg Onder zorg op school verstaan we alle initiatieven die het welbevinden van alle schoolbetrokkenen verhogen. In de eerste plaats denken we hierbij aan zorg voor onze leerlingen, maar ook aan de zorg voor ouders en zorg voor de schoolmedewerkers. Zorgen voor doen we altijd. We zorgen voor onszelf, voor anderen en voor de omgeving. Hierbij houden we rekening met de anderen, investeren we tijd en energie. Ons zorgen voor bevordert de persoonlijke ontwikkeling van de betrokkenen. Het zorgbeleid van een school is niet eenvoudig op papier te zetten. Zorg gaat immers altijd om concrete mensen in concrete situaties. Toch vinden wij het nodig om het beleidskader in een visienota op te nemen. De visie moet zodanig in de schoolcultuur verweven zitten en door de partners aanvaard worden alsof het lijkt dat ze van de zorgleerkrachten zelf uitgaat, en dus niet is opgelegd. Wij zien zorg als een recht en een plicht voor iedereen. Elk personeelslid, elke leerling en elke ouder is mee verantwoordelijk voor het algemeen welbevinden. Ons zorgbeleid wil dynamisch zijn en inspelen op nieuwe ontwikkelingen. Door nascholing, dialoog en inspraak wordt het beleid bijgestuurd en wordt er gewerkt aan een groter draagvlak voor onze visie op zorg. 1. Criteria van ons zorgsysteem a. In onze school dragen we zorg voor de totale leerling. We hebben aandacht voor het cognitieve, affectieve, psychomotorische, sociale en emotionele aspect van leerlingen. De werking van onze school is erop gericht dat elke leerling vooruitgang kan boeken en succes kan ervaren. b. In onze school dragen we zorg voor elke leerling. Wetende dat iedereen anders is. Opvoeding en onderwijs moeten rekening houden met de individuele talenten en mogelijkheden van de leerling. c. Wij zijn er van overtuigd dat we geen invloed hebben op de aanleg dat een kind met zijn geboorte meekreeg. Wel hebben we invloed op de ontwikkeling, de bekwaamheid, de belangstelling, de motivatie en de wilskracht van de kinderen.

2 d. We trachten rekening te houden met de context van de leerling, zowel thuis als in de klas. e. In onze school hebben we oog voor bijzondere behoeften of zorgvragen. Indien nodig bieden wij specifieke zorg. f. Wij verwachten van elk personeelslid zorgbereid te zijn en zorgzaam om te gaan met de leerlingen. De klasleerkracht staat in voor de eerstelijnszorg, maar is geen therapeut. De leerkracht staat er als zorgdrager niet alleen voor. De school zorgt voor ondersteuning vanuit het zorgteam. g. In onze school besteedt de leerkracht veel zorg aan de klasgroep. We weten dat het welbevinden van de individuele leerling ook wordt beïnvloed door het klasklimaat. h. We weten dat we voor de zorg voor onze leerlingen kunnen rekenen op het CLB. We werken aan goede contacten met andere deskundigen om in de vele, uiteenlopende situaties met voldoende deskundigheid en continuïteit zorg te kunnen bieden. i. Zorg vraagt tijd. Er bestaan geen toverformules. Vaak gaat het eerder traag dan snel. Hiervan moeten alle partners zich bewust zijn. j. Onze zorgwerking gaat uit van een open sfeer onder de leerlingen. Onze zorgverstrekking is in onze school algemeen aanvaard. We rekenen hiervoor op de nodige dosis zelfvertrouwen, zelfverantwoordelijkheid en zelfstandigheid van onze leerlingen. k. Natuurlijk gaan we binnen onze school discreet en vertrouwelijk om met de informatie over elke leerling. l. We zien zorg voor leerlingen als een continu proces. Leerkrachten geven alle info over leerlingen elk jaar door aan elkaar. Het is ook zinvol de inspanningen van een vorige school te kennen. Ouders kunnen ons daarbij helpen en kunnen steeds een gesprek aanvragen. m. De beeldvorming van elk kind, van de klasgroep en van de school is heel belangrijk. We proberen een zo volledig mogelijk beeld van elke leerling op te bouwen. Dit doen we vanaf de peuterklas door middel van observaties, screenings, leerlingvolgsystemen, schoolrijpheidstesten, toetsen, oudergesprekken, etc Al deze gegevens worden per leerling, per klas en vaak ook op schoolniveau in overzichten bewaard. n. Deze beeldvorming zorgt ervoor dat we onze aanpak kunnen afstemmen op de noden van het kind en indien nodig snel kunnen ingrijpen. Zo kunnen we in vele gevallen zelfs preventief werken. Met deze gegevens in het achterhoofd stemmen we ons onderwijsaanbod af op de klasgroep met zijn individuele leerlingen. o. Onze zorgwerking zit zodanig verweven in de schoolcultuur dat leerlingen op regelmatige basis in contact komen met de zorgstructuur/zorgleerkrachten. Dit wijst niet op grote problemen, maar maakt een fundamenteel deel uit van onze schoolwerking. p. Onze zorgwerking vindt plaats in een sfeer van veelvuldig formeel en informeel overleg. Zeker en vast tussen de klasleerkracht en de zorgcoördinator, tussen de zorgcoördinator en de directie.

3 2. Ouders als partners a. Directie en personeel hebben een fundamenteel respect voor ouders. Ouders vertrouwen ons hun kinderen toe. Dit betekent voor ons dat ze ons vertrouwen. Daarom beschouwen wij onze ouders als partners in opvoeding en onderwijs. Alleen een respectvolle communicatie tussen school en ouders, en omgekeerd, biedt een vruchtbare bodem voor een optimale ontwikkeling van het kind. b. Wij dragen er als school zorg voor dat ouders over de nodige informatie beschikken om te kunnen meedenken en meepraten. c. Wij proberen als school makkelijk bereikbaar te zijn voor ouders en staan open voor communicatie ivm hun eigen kind. d. De school weet dat ouders een belangrijke bron van informatie zijn om leerlingen beter te leren kennen en om de aanpak en de begeleiding af te stemmen. e. De school zal proberen de individuele belangen van de leerling en de ouders te verzoenen met de individuele belangen van alle leerlingen. Dit wil zeggen met het algemeen belang. In vele gevallen zal het moeilijk zijn om in te gaan op alle noden en vragen van alle ouders. De school zal keuzes moeten maken en zal dit steeds doen in het belang van het grotere geheel. f. De school staat steeds open voor communicatie en dialoog met ouders. Er zijn geen moeilijkheden of problemen die dit mogen verhinderen. g. De school vraagt de ouders betrokken te zijn en mee te werken met het schoolgebeuren. Infoavonden, oudercontacten, handtekenen agenda, opvolging leerlingenwerk, etc h. De school zal ouders uitnodigen voor een gesprek zodra wij dit noodzakelijk achten. Het is onze pertinente bedoeling dit vrij snel te doen. Samen problemen aanpakken voor ze kunnen escaleren voorkomt vaak lange remediëring. 3. De grenzen van zorgbeleid a. Wanneer de school het kind geen verdere kansen tot ontplooiing kan bieden, is de zorggrens bereikt. b. Als het kind zich niet of onvoldoende blijft ontwikkelen of als er geen leerwinst meer wordt geboekt. c. Als de klassituatie niet meer werkbaar is omdat er te kort wordt gedaan aan de andere leerlingen. d. Als het welbevinden van het betrokken kind, van de medeleerlingen of van de leerkracht in gevaar wordt gebracht. e. Als al het mogelijke (binnen het aanvaardbare voor onze school) geprobeerd werd en de inzet van internen en externen ontoereikend blijkt te zijn. Als de draagkracht van de school wordt overschreden.

4 f. Als een kind moet worden doorverwezen, dan is dit niet een falen van het zorgbeleid van de school en haar partners. Dit betekent het zoeken naar, en creëren van, nieuwe kansen naar verdere ontplooiing en ontwikkeling van het betreffende kind. 4. Het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB) als vaste partner a. Voor ons is het CLB een vaste partner waarmee we samenwerken om onze onderwijskundige en hulpverlenende doelstellingen te bereiken. b. Drie maal per jaar hebben we vaste overlegmomenten. Tijdens deze MDO s (Multi-disciplinair overleg) bespreekt de klasleerkracht samen met het zorgteam en het CLB de ganse klasgroep. We gaan dieper in op de leerlingen waarvoor de school de competenties van het CLB wil aanwenden. c. We kunnen een beroep doen op specialisten vanuit verschillende disciplines. We worden ondersteund door een psychologe en een maatschappelijk assistente bij hardnekkige leerproblemen of ernstige sociaal-emotionele problemen. Anderzijds zijn er ook een sociaal verpleegkundige en een schoolarts die ons bijstaan voor de lichamelijke gezondheid van de kinderen. d. Het CLB versterkt de deskundigheid van het schoolpersoneel o.a. door informatie-uitwisseling en overleg. e. Indien nodig legt het CLB contacten met externen en begeleidt deze ondersteuning. f. Het CLB is er ook voor ouders. Als je als ouder een vraag hebt, kan je steeds bij het CLB terecht. 5. Wat omvat zorg op leerlingniveau? a. Begeleiding bij het leerproces b. Extra differentiatie (verbreding, verdieping, uitbreiding) c. Extra ondersteuning d. Luisterbereidheid tov leerlingen e. Sociaal-emotioneel vangnet bieden f. Pré-instructie 6. Wat omvat zorg op leerkrachtniveau? a. Opsplitsen van klasgroep in kleinere groepen b. Ondersteuning bieden c. Aanreiken van materialen d. Mee zoeken naar oplossingen bij problematieken e. Mogelijkheid bieden tot nascholing en hospiteren f. Luisterbereidheid tov leerkrachten

5 7. Wat omvat zorg op schoolniveau? a. Afnemen leerlingvolgsystemen b. Beheren en bewaken leerlingvolgsystemen c. Oudergesprekken d. Contacten met externen e. Beheren van leerlingendossiers f. Opvolgen van onderwijsontwikkeling g. Organiseren van overlegmomenten h. Mogelijkheid bieden tot nascholing en hospiteren 8. Samenstelling van het zorgteam a. Het zorgteam bestaat uit een kern van 3 zorgleerkrachten (juf Joni, juf Els en juf Mieke) en de directie (Gert Van Herle). b. De klasleerkrachten beschouwen wij als eerstelijns zorgverstrekkers. c. Het CLB is een tweedelijns zorgverstrekker, zij maken niet rechtstreeks deel uit van het zorgteam. d. Externen maken ook geen deel uit van het zorgteam, maar zijn vaak betrokken partij bij de zorgwerking.