Memo. 17int int van: Weth. W.J.A. Gerritsen afdeling: Bestuur. aan: gemeenteraad afdeling: -

Transcriptie

1 17int int00930 Memo van: Weth. W.J.A. Gerritsen afdeling: Bestuur aan: gemeenteraad afdeling: - cc: onderwerp: Memo bestemmingsplan Bedrijventerreinen Montferland, 1e herziening datum: stuknummer: 17int00930 Tijdens de bespreking van het raadsvoorstel met betrekking tot de vaststelling van het ontwerp bestemmingsplan Bedrijventerreinen Montferland, 1 e herziening in de raadscommissie Ruimte & Financiën van 7 maart 2017, zijn enkele vragen gesteld, waarop ik schriftelijk zou reageren. Ik informeer u als volgt: Zienswijzetermijn: De zienswijze van mr. Cheng is bijgevoegd. De zienswijze is gedateerd 19 januari 2017 en blijkens het postsysteem ook op die datum ontvangen. De publicaties uit de Staatscourant van 7 december 2016 en Montferlands Nieuws van 7 december 2016 zijn eveneens bijgevoegd. Daaruit blijkt dat het ontwerpplan met ingang van (donderdag) 8 december 2016 voor een ieder gedurende zes weken ter inzage ligt. Dat betekent dat het plan tot en met (woensdag) 18 januari 2017 ter inzage ligt. De zienswijze is gedateerd, verzonden en ontvangen (via ) op 19 januari 2017 (volgens het rapport is het bericht verzonden op 19 januari 2017 om uur en bij de gemeente ontvangen op 19 januari 2017 om uur. De zienswijze is dus ontvangen op de dag na afloop van de zienswijzetermijn. Overkapping: Door de fractie van LGM is de vraag gesteld, onder verwijzing naar artikel 1.59 van de regels van het plan, of het mogelijk is (of gemaakt kan worden) om overkappingen aan de zijkant van een gebouw worden toegestaan. In artikel 1.59 wordt de volgende omschrijving gegeven van een overkapping: een bouwwerk dat, voor zover gebouwd vóór (het verlengde van) de voorgevel van een gebouw, geen tot de constructie zelf behorende wanden heeft en, voor zover gebouwd achter (het verlengde van) de voorgevel van een gebouw, maximaal drie wanden heeft waarvan maximaal twee tot de constructie behoren; Dit artikel geeft geen uitsluitsel over de mogelijkheden tot het bouwen van een overkapping voor, achter of aan de zijkant van een gebouw. Het artikel beschrijft slechts wat aangemerkt wordt als een overkapping die elders in de regels mogelijk wordt gemaakt. Uit de begripsbepaling valt op te maken dat indien een overkapping wordt gebouwd voor de voorgevel, de overkapping geen (tot de constructie behorende) wanden mag hebben. Indien de overkapping wordt gebouwd achter de voorgevel, mag het bouwwerk maximaal 3 wanden hebben, wil het bouwwerk worden aangemerkt als een overkapping in de zin van de bouwregels. Detailhandel: Door de fractie van LGM is de vraag gesteld waarom in artikel 6.1 uitsluitend detailhandel ten behoeve van een winkelketen (i.c. Welkoop) mogelijk is. Betekent dat dat andere winkelketens worden uitgesloten?

2 2 Binnen de bestemming Bedrijventerrein (art. 6.1) worden bedrijven toegestaan. In artikel 1.16 wordt een omschrijving gegeven wat onder een bedrijf wordt verstaan. Uit die begripsomschrijving valt op te maken dat detailhandel niet als bedrijf wordt aangemerkt en daarom niet binnen de bestemming mogelijk is. In art. 6.1 is tevens opgenomen welke vormen van detailhandel binnen de bestemming Bedrijventerrein wel zijn toegestaan, namelijk daar waar dat specifiek op de verbeelding is opgenomen (vishandel s-heerenberg en Welkoop in Didam) en daarnaast in zijn algemeenheid toegestaan detailhandel in volumineuze goederen (waaronder auto s boten, caravans, meubels, grove bouwmaterialen e.d.) ondergeschikte detailhandel (niet-zelfstandige detailhandel in ter plaatse vervaardigde of bewerkte goederen), ondergeschikte verkoop in bedrijfskantines en detailhandel, behorend bij de verkoop van tankstations. Op grond van artikel 1.39 wordt een kringloopwinkel schaard onder het begrip detailhandel in volumineuze goederen (en aldus toegestaan) indien ten minste 60% van de verkoopvloeroppervlakte voor uitstalling van volumineuze goederen wordt gebruikt. De reden waarom Welkoop specifiek in de regels is benoemd vormt het feit dat, via afgifte van een daartoe strekkende vergunning, in het verleden de winkel impliciet in toegestaan. Die toestemming is verankerd via een aparte aanduiding binnen de bestemming bedrijventerrein. Een vestiging van een dergelijke winkel is op grond van het huidige bestemmingsplan binnen de bestemming bedrijventerrein niet mogelijk. Een dergelijke winkel kan, gelet op het overwegende assortiment, namelijk niet worden aangemerkt als detailhandel in volumineuze goederen en zou dus in principe een plaats moeten vinden binnen het centrumgebied. Ik ga er van uit de vragen in voldoende mate te hebben beantwoord.

3 ADVOCATENKANTOOR C H E N G AANGETEKEND tevens per gewone post Aan de gemeenteraad van de Gemeente Montferland Postbus BA Didam Tevens per gemeente@montferland.info Amsterdam, 19 januari 2017 Onderwerp: zienswijze tegen ontwerp-bestemminģsplan "Bedrijventerreinen Montferland, eerste herziening" Geachte Raad, Ten deze behartig ik de belangen van de heer A. el Bakkali h.o.d.n. Kringloop De Euromarkt, gevestigd aan de Grensstraat 1, 7041 GZ te 's-heerenberg (kvk-nummer ). In het Staatscourant, Jaargang 2016, nr , publicatie d..d. 7 december 2016 is het ontwerpbestemmingsplan "Bedrijventerreinen Montferland, eerste herziening" bekend gemaakt. Er is de gelegenheid geboden met ingang van 8 december 2016 gedurende een termijn van zes weken een zienswijze omtrent het ontwerp in te dienen, thans tot en met 19 januari Op verzoek van mijn cliënte, maak ik hierbij mijn zienswijze kenbaar over dit ontwerpbestemmingsplan. Cliënte kan zich niet verenigen met wijzigingen in het ontwerpbestemmingsplan dat benadeling oplevert in de exploitatie van haar kringloopwinkel. Bijlage 1 bij de regels: Integrale regels Bedrijventerreinen Montferland inclusief eerste herziening Artikel 6. Bedrijventerrein Onder artikel is er ten aanzien van het gebruik in strijd met de bestemming toegevoegd: i. uitstalling in de buitenruimte ten behoeve van verkoop van goederen bij kringloopwinkels. Amstelveenseweg XJ A m s t e r d a m tel: fax:

4 ADVOCATENKANTOOR C H E N G Cliënte beschouwt dit als een directe aantasting van de exploitatie van haar specifieke detailhandelbedrijf, nu dit leidt tot een onredelijke benadeling. Immers, cliënte maakt gebruik van ruim 200m2 aan buitenruimte voor het uitstallen van goederen ten behoeve van de verkoop. Dit is voorheen niet strijdig met het bestemmingsplan, maar door de uitbreiding van het artikel met betrekking tot specifieke gebruiksregels zal dit wel enkel voor haar strijdigheid opleveren als kringloopwinkel. Deze wijziging c.q. aanvulling in de bestemmingsplan geldt namelijk niet voor haar buren, waaronder de detailhandelbedrijven "Formido" (Grensstraat 2), "Topline" (Grensstraat 6) en "Dijkman Coating" (Handelsweg 7) die eveneens buitenruimte gebruiken voor het uitstallen van goederen ten behoeve van de verkoop. Cliënte acht dit als een oneerlijke en onredelijke ongelijkheid met haar buren. Dit is derhalve tevens in strijd met het gelijkheidsbeginsel. Hierbij valt nog op te merken dat cliënte al vanaf okraber 2013 buiten goederen heeft gestald ten behoeve van verkoop en de noodzaak bestaat voor het bedrijf dat zij gebruik mag blijven gebruiken van haar buitenruimte, net als haar buren op het bedrijventerrein. Dit is de gemeente reeds bekend. Het is dan ook verwonderlijk voor cliënte dat daar in het geheel geen rekening mee is gehouden bij het ontwerp. Het wegnemen van die mogelijkheid in het kader van bestemmingswijziging zal direct invloed hebben op de waarde van haar bedrijf, meer in het bijzonder de omzet van het bedrijf. Cliënte stelt dan ook voor dat de voornoemde wijziging komt te vervallen, dan wel dat zij in het kader van overgang de exploitatie in de bestaande situatie mag blijven doen, al dan niet met een vergunning, ontheffing of gedoogbeleid gekoppeld aan een uitstervingbeleid. Cliënte maakt uiţdrukkelijk bezwaar tegen het ontwerp-bestemmingsplan "Bedrijventerreinen Montferland, eerste herziening" in haar huidige vorm. Naar aanleiding van het voorgaande verzoek ik u met inachtneming van mijn zienswijze het ontwerp-bestemmingsplan gewijzigd vast te stellen, namelijk door één van de door mij aangevoerde alternatieven toe te passen. Ik ga ervan uit dat u mij van de verdere procedure op de hoogte houdt. Cliënte behoudt zich het recht voor om hąar zienswijze c.q. bezwaren nader toe te lichten, dan wel nader aan te vullen met stukken en foto's. Hoogachtend W.K. Cheng, advocaat W.K. Cheng, advocaat

5

6 STAATSCOURANT 7 Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Nr december 2016 Ontwerpbestemmingsplan Bedrijventerreinen Montferland, eerste herziening Burgemeester en wethouders van Montferland maken, ter voldoening aan het bepaalde in artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening bekend, dat het ontwerpbestemmingsplan Bedrijventerreinen Montferland, eerste herziening met ingang van 8 december 2016 gedurende een termijn van zes weken, bij de receptie van het gemeentehuis in Didam (Bergvredestraat 10) voor een ieder ter inzage ligt en tevens via en te raadplegen is. De eerste herziening voorziet zowel in aanpassing van de regels die op het gehele plangebied van toepassing zijn als wijzigingen in de regels voor specifieke locaties. Tevens voorziet de eerste herziening in een aanpassing van de verbeelding. De aanpassingen hebben overwegend betrekking op de volgende onderdelen: 1. Het voldoen aan de landelijke RO Standaarden 2012 (SVBP en STRI); 2. Verduidelijking van begripsdefinities en wijze van meten; 3. Het repareren van enkele omissies in de regels; 4. Het doorvertalen van enkele ontwikkelingen waarvoor recentelijk een omgevingsvergunning is verleend; 5. Een doorvertaling van het bijgestelde archeologiebeleid ( Archeologie met beleid ); 6. Een doorvertaling van nieuwe beleidsaspecten. Gedurende de termijn van terinzagelegging kan een ieder zijn/haar zienswijze omtrent het ontwerp schriftelijk kenbaar maken bij de gemeenteraad van Montferland, Postbus 47, 6940 BA DIDAM. Desgewenst kan de zienswijze ook mondeling kenbaar worden gemaakt. In dat geval kan contact worden opgenomen met de afdeling Ontwikkeling, telefoon Van hetgeen mondeling naar voren wordt gebracht, wordt een verslag gemaakt. Didam, 7 december 2016, Burgemeester en wethouders van Montferland. 1 Staatscourant 2016 nr december 2016