Raadsbrief. Onderwerp: Jaarverslag Uitvoeringsprogramma VTHtaken

Transcriptie

1 Raadsbrief Onderwerp: Jaarverslag Uitvoeringsprogramma VTHtaken 2015 Registratienummer: Datum: 12 juli 2016 Betreft Programma: 2. Veiligheid en regels Portefeuillehouder: drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel / drs. W.J.H. Meulenkamp Medewerker: A.J. Arends Aanleiding Om invulling te geven aan een goede uitvoeringscyclus voor vergunningverlening en voor toezicht/handhaving wordt de planning van deze taken jaarlijks opgenomen in een uitvoeringsprogramma. Daarnaast wordt jaarlijks in een verslag vastgelegd of de planning en doelstellingen uit het programma zijn gerealiseerd. Bijgaand jaarverslag voorziet hier in. Inhoudelijke boodschap Het college heeft voor 2015 het Uitvoeringsprogramma Vergunningverlening, Toezichts- en Handhavingstaken (VTH) 2015 vastgesteld. Dit programma borgt de uitvoeringcyclus van vergunningverlening, toezicht en handhaving. Hierin is een planning opgenomen van de activiteiten die in 2015 worden uitgevoerd en wat daarvoor de benodigde en beschikbare capaciteit is. De prioriteiten en doelen die zijn gesteld in het uitvoeringsprogramma 2015 worden in dit jaarverslag geëvalueerd. In hoofdstuk 2 van het jaarverslag worden de beleidskaders en de ontwikkelingen van 2015 toegelicht. In hoofdstuk 3 wordt het vergunningenprogramma en in hoofdstuk 4 wordt het programma voor toezicht- en handhaving geëvalueerd. Hierbij is het volgende van belang. Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) Op 22 september 2015 heeft de Tweede Kamer ingestemd met het Wetsvoorstel VTH-taken. Hierin is o.a. bepaald dat de netwerkomgevingsdiensten uiterlijk per 1 januari 2018 moeten omschakelen naar een uniforme organisatiestructuur (gemeenschappelijke regeling). Dit houdt in dat de NetwerkRUD ophoudt te bestaan.

2 Formatie Binnen het team Fysieke leefomgeving zijn na effectuering van de reorganisatie knelpunten gesignaleerd in de uitvoering van taken. Voor extra taken bij milieuvergunningverlening heeft formatieuitbreiding plaatsgevonden met 1 fte. Deze uitbreiding wordt gefinancierd uit de extra middelen die de gemeente ontvangt omdat werkzaamheden van de provincie overgegaan zijn naar de gemeente. Digitale vergunningverlening Het digitaal behandelen van aanvragen om vergunning krijgt steeds meer vorm. Doel is efficiënter, zorgvuldiger en professioneler te werken waarbij de administratieve lasten afnemen. Hierbij is bij de reorganisatie in 2014 al rekening gehouden. Daarnaast is het vergunningen proces zo ingericht dat managementinformatie beter gegenereerd kan worden en dat de gegevens door andere taakvelden gebruikt kan worden. Hof van Twente heeft het uitvoeringsprogramma 2015 en het jaarverslag 2014 niet tijdig vastgesteld. Daarnaast heeft Hof van Twente de uren van de risicoanalyse bijgesteld op basis van ervaringscijfers en niet duidelijk aangegeven wat de consequentie hiervan is voor de uitvoering van de handhaving. Ook is niet helder of er voldoende budget beschikbaar is voor inhuur bij een te kort aan formatie. Bij de milieucontroles is niet inzichtelijk gemaakt wat de gevolgen en risico s zijn van een lagere controlefrequenties dan het RUD-ambitieniveau. Op basis van de toetsingscriteria, de gemaakte afweging en rekening houdend met de RUD-ontwikkelingen is het toezichtregime oranje van toepassing. Opgemerkt wordt dat in 2015 niet alle geplande controles zijn uitgevoerd. Een deel is alsnog begin 2016 gedaan. In het uitvoeringsprogramma 2017 zal worden aangegeven hoe we de achterstand die we de afgelopen jaren hebben opgebouwd gaan inlopen. Inter Bestuurlijk Toezicht Het Interbestuurlijk Toezicht van de provincie beoordeelt de uitvoering van gemeentelijke taken, waarbij de kleur van een verkeerslichtmodel het toezichtregime aangeeft

3 Conclusie In het jaarverslag is aangegeven dat nagenoeg alle operationele doelstellingen zijn gehaald. Voor de uitvoering van de taken zijn beperkte financiële en personele middelen beschikbaar die zorgvuldig zijn ingezet conform de keuzen die zijn gemaakt in het Uitvoeringsprogramma VTH-taken 2015 en de prioriteiten die daarin zijn gesteld. Burgemeester en wethouders van Hof van Twente, de secretaris a.i., de burgemeester, drs. B. Marinussen drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel - 3 -

4 Jaarverslag Uitvoeringprogramma VTH-taken 2015 Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Hof van Twente d.d. 26 juli 2016

5 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inleiding en leeswijzer Beleid en ontwikkeling Organisatorisch Wijzigingen wet- en regelgeving Oordeel provinciale handhavingregisseur Evaluatie programma Vergunningverlening Algemeen Milieu Bouw- en woningtoezicht en ruimtelijke ordening APV en bijzondere wetten Evaluatie programma toezicht en handhaving Algemeen Algemene Plaatselijke Verordening, Bijzondere wetten en overige verordeningen Bouw- en woningtoezicht en Ruimtelijke ordening Brandveilig gebruik Milieu...21 Bijlage 1 Verslag Bestuurlijk IBT-overleg

6 1. Inleiding en leeswijzer Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hof van Twente heeft voor het jaar 2015 het Uitvoeringsprogramma Verguningverlening, toezicht en handhaving (VTHtaken) 2015 vastgesteld. Dit programma borgt de uitvoeringcyclus van vergunningverlening, toezicht en handhaving. Hierin is een planning opgenomen van de activiteiten die in 2015 worden uitgevoerd en wat daarvoor de benodigde en beschikbare financiële en personele middelen zijn. Dit jaarverslag vormt een essentieel onderdeel van de beleidscyclus. De prioriteiten en doelen die zijn gesteld in het uitvoeringsprogramma 2015 worden in dit jaarverslag geëvalueerd. De kwaliteitseisen die voor handhaving gelden zijn opgenomen in hoofdstuk 7 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) en hoofdstuk 10 van de Ministeriele regeling omgevingsrecht (Mor). Hierin wordt ook voorgeschreven dat het handhavingsbeleid jaarlijks in een uitvoeringsprogramma moet worden uitgewerkt. Tevens dat in de evaluatie moet worden aangegeven of de voorgenomen activiteiten zijn uitgevoerd en of deze activiteiten hebben bijgedragen aan het bereiken van de gestelde doelen. In hoofdstuk 2 van dit jaarverslag worden de beleidskaders en de ontwikkelingen van 2015 toegelicht. In hoofdstuk 3 wordt het vergunningenprogramma en in hoofdstuk 4 wordt het programma voor toezicht- en handhaving geëvalueerd. 3

7 2. Beleid en ontwikkeling 2015 Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste ontwikkelingen in beleid en wetgeving. Ook worden de prioriteiten van 2015 beschreven. 2.1 Organisatorisch RUD Ook 2015 stond in het teken van de doorontwikkeling van de RUD. De doelstelling was verder te werken aan de NetwerkRUD. Echter op 22 september 2015 heeft de Tweede kamer ingestemd met het Wetsvoorstel VTH-taken. Hierin is o.a. bepaald dat de netwerkomgevingsdiensten uiterlijk per 1 januari 2018 moeten omschakelen naar een uniforme organisatiestructuur (gemeenschappelijke regeling). Dit houdt in dat de NetwerkRUD ophoudt te bestaan. Er zijn inmiddels verschillende scenario s m.b.t. tot de RUD-inrichting beschreven waarnaar momenteel studie wordt gedaan. Hof van Twente heeft deelgenomen aan de pilot voor het oprichten van Kennispunt Monumenten. De werkgroep Monumenten heeft in een 4-tal vergaderingen onderzocht wat de meerwaarde kan zijn van een gezamenlijk overleg. In eerste instantie zagen de deelnemers aan de werkgroep uitsluitend voordeel in het uitwisselen van kennis en ervaring. Ook het hanteren van het vier ogenprincipe bij vergunningverlening ziet men als een duidelijk voordeel. In een later stadium heeft de werkgroep zich verdiept in de Producten en Diensten Catalogus (PDC) en vanuit haar eigen betrokkenheid voorstellen gedaan voor praktische en bruikbare producten en diensten. Kennispunt Agrarisch IPPC In het bedrijfsplan is vastgelegd dat de specialistische taken voor vergunningverlening, toezicht en handhaving van milieuregels bij de agrarische IPPC bedrijven in de 14 gemeenten binnen de RUD Twente wordt uitgevoerd door een kennispunt. De gemeente Hof van Twente fungeert als gastheer voor dit kennispunt en coördineert hiervoor de werkzaamheden. Naast een toezicht/handhaver maakt sinds 1 januari 2015 ook een vergunningverlener uit Hof van Twente deel uit van dit kennispunt. Gemeentelijke samenwerkingsverbanden De projectgroep Toezicht en handhaving openbare ruimte heeft haar werkzaamheden in 2014 afgesloten. In 2015 is verder gewerkt aan samenwerking op het gebied van de leefbaarheid in de openbare ruimte. Inmiddels is een Kernteam Toezicht- en handhaving Openbare ruimte geformeerd. Het kernteam bereid bespreekpunten en acties voor. Besluitvorming hierover vindt plaats in het Platform Toezicht en Handhaving. In dit platform nemen de leidinggevenden van de Boa s zitting. De samenwerking op dit gebied heeft in 2015 een structureel karakter gekregen. Formatie Binnen het team zijn na effectuering reorganisatie knelpunten gesignaleerd in de uitvoering van taken. Deze worden inzichtelijk gemaakt waarna het management een besluit neemt over de prioritering en de in te zetten formatie. Voor extra taken bij milieuvergunningverlening heeft het college besloten de formatie uit te breiden met 1 fte. Deze uitbreiding wordt gefinancierd uit de extra middelen die de gemeente ontvangt omdat werkzaamheden van de provincie overgegaan zijn naar de gemeente. Digitale vergunningverlening Het digitaal behandelen van aanvragen om vergunning krijgt steeds meer vorm. Doel is efficiënter, zorgvuldiger en professioneler te werken waarbij de administratieve lasten afnemen. Hierbij is bij de reorganisatie in 2014 al rekening gehouden. Daarnaast is het vergunningen proces zo ingericht dat managementinformatie beter gegenereerd kan worden en dat de gegevens door andere taakvelden gebruikt kan worden. 4

8 2.2 Wijzigingen wet- en regelgeving Omgevingswet Op 1 juli 2015 heeft de Tweede Kamer gestemd over de Omgevingswet. De wet is met grote meerderheid van stemmen aangenomen. In de maand juni is het wetsvoorstel intensief besproken in de Tweede Kamer. Daarbij zijn veel amendementen en moties ingediend. Op onze pagina Regelgeving in Ontwikkeling vindt u een actueel overzicht van relevante kamerstukken. Het (door amendementen gewijzigde) wetsvoorstel is doorgezonden naar de Eerste Kamer. Na instemming door de Eerste Kamer volgt publicatie in het Staatsblad. Naar verwachting treedt de wet niet eerder dan begin 2019 in werking. Zie ook het planningsschema. Het ministerie van Infrastructuur en Milieu gaat nu verder aan de slag met het verwerken van de aangenomen moties, de onderliggende AMvb s en de Ministeriële regelingen. De Omgevingswet zal gefaseerd in werking treden. Duidelijk is wel dat de Omgevingswet voor de hele organisatie consequenties heeft. De ontwikkelingen op dit gebied zullen gevolgd worden. Activiteitenbesluit In 2015 worden zijn het kader van de de vierde tranche wijzigingen in het Activiteitenbesluit doorgevoerd. Een belangrijk deel van de wijzigingen is de inbouw van de Nederlandse emissie Richtlijn lucht (NeR) waardoor algemene luchtvoorschriften gaan gelden voor alle typen inrichtingen. Ook voor 'Zeer Zorgwekkende Stoffen' worden voorschriften in het Activiteitenbesluit opgenomen. Deze voorschriften zullen alleen gelden voor type C inrichtingen (vergunningplichtig). Maar het Activiteitenbesluit gaat verder en ook de meest complexe bedrijven hebben met het Activiteitenbesluit te maken. Zelfs activiteiten buiten inrichtingen vallen nu onder het besluit. Daardoor is voor die bedrijven de vergunningplicht opgeheven en gelden de algemene regels uit het Activiteitenbesluit. Soms is er naast een melding nog een Omgevingsvergunning Beperkte Milieutoets (OBM) nodig. Er ligt daardoor meer verantwoordelijkheid bij de ondernemer. Die moet immers een correctie melding indienen. De gemeente is verantwoordelijk voor het toetsen van de melding. Daarnaast voor het toezicht op naleving van de regels en als er overtredingen zijn voor handhaving. Programmatisch aanpak Stikstof Het programma aanpak stikstof is op 1 juli 2015 in werking is getreden. In de Programmatische aanpak Stikstof (PAS) werkt een aantal overheden samen om bij Natura 2000-gebieden de achteruitgang van de biodiversiteit tegen te gaan. Aan de andere kant wordt er weer ruimte gemaakt voor nieuwe economische activiteiten met stikstofuitstoot in de buurt van die gebieden. Aanvragers en vergunningverleners in het kader van de Natuurbeschermingswet kunnen aan de hand van een rekenmodule (AERIUS) snel zien en beslissen of er voldoende ruimte is voor nieuwe economische activiteit op een bepaalde plaats. In bijna alle gebieden zal dat meestal het geval zijn, zij het niet onbeperkt en ook niet op alle locaties in dezelfde mate. 2.3 Oordeel provinciale handhavingregisseur Sinds 2012 hebben de gemeenten en de provincie, in het kader van de vernieuwde interbestuurlijke verhoudingen, een bestuursovereenkomst over de wijze waarop het interbestuurlijke toezicht vorm krijgt. Bij de bestuursovereenkomst is een beoordelingskader opgesteld, daarbij hoort een verkeerslichtmodel, waarvan de kleur het toezichtregime bepaalt. Hof van Twente heeft het uitvoeringsprogramma 2014 en het jaarverslag 2013 niet tijdig vastgesteld. Daarnaast heeft Hof van Twente de uren van de risicoanalyse bijgesteld op basis van ervaringscijfers en niet duidelijk aangegeven wat de consequentie hiervan is voor de uitvoering van de handhaving. Daarnaast is gesteld dat bij een tekort aan capaciteit bij toezicht op de bouwactiviteiten, gekeken zal worden of aanspraak gemaakt kan worden op het frictiebudget. Er is hiervoor dus vooraf geen dekking. Bij de milieucontroles is niet inzichtelijk gemaakt wat de gevolgen en risico s zijn van lagere controlefrequenties dan de 5

9 RUD planning. Tot slot is in het jaarverslag niet aangegeven wat de risico s en gevolgen zijn van het minder uitvoeren van controles door het vertrek van een medewerker. Op basis van de toetsingscriteria, de gemaakte afweging en rekening houdend met de RUDontwikkelingen is het toezichtregime oranje van toepassing. Naar aanleiding van de IBT beelden van de afgelopen jaren heeft er op 19 mei 2016 een bestuurlijk IBT overleg plaatsgevonden. Tijdens dit overleg zijn afspraken gemaakt om er voor te zorgen dat wordt toegewerkt naar een groen kleurbeeld voor de toekomst. Het verslag van het bestuurlijk IBT-overleg is opgenomen in bijlage 1. 6

10 3. Evaluatie programma Vergunningverlening Algemeen Voor een goede uitvoeringcyclus van vergunningverlening, toezicht en handhaving is de planning van alle vergunningverlening, toezichts- en handhavingstaken (VTH-taken) ondergebracht in een integraal uitvoeringprogramma. Dit hoofdstuk gaat over de evaluatie van vergunningverlening in Milieu Het takenpakket van vergunningverlening voor de activiteit milieu hoort bij het basistakenpakket + en daarmee bij de werkzaamheden van de RUD. Deze werkzaamheden staan in de planningstool van de RUD en zijn berekend volgens de Producten Diensten Catalogus (PDC) waarin gemiddelde uren per product zijn toegekend. Daarbij horen uren voor vergunningverlening, casemanagement en specialisme. Op basis van de planningstool zijn meer productieve uren voor milieuvergunningverlening vereist dan begroot waardoor de lokale taken niet allemaal zelf door Hof van Twente zijn uitgevoerd. De aanvragen om vergunning voor klasse III-bedrijven moeten zelfs verplicht via de RUD worden behandeld omdat de vergunningaanvragen aan een kennispunt moet worden aangeboden (Klasse III industrieel en agrarisch IPPC) of omdat de uren die de eigen medewerkers aan die categorie bedrijven kunnen besteden onvoldoende zijn om gekwalificeerd te zijn (Klasse III productie). Daarnaast is een deel van het werk vrijwillig via de RUD uitbesteed aan partner gemeenten omdat de eigen capaciteit beperkt is. Ook voor juridische advisering bij milieuvergunningen, voor externe veiligheid, voor advies bodem bouwstoffen en water en voor advisering geluid zijn op grond van de PDC uren begroot. Het registratiesysteem geeft geen eenduidige aantallen van aanvragen en meldingen die op het gebied van milieu zijn behandeld zodat daar geen adequaat overzicht van te geven is. Voor 2016 wordt dit aangepast zodat eenduidige informatie te genereren is die bovendien overeenkomt met de producten en dienstencatalogus van de RUD. Milieu activiteiten gepland Ontvangen Klasse III Agrarisch IPPC 10 8 Klasse III Productie 1 1 Klasse II niet agrarisch Klasse II agrarisch Klasse I type B Bouw- en woningtoezicht en ruimtelijke ordening Hof van Twente voert de vergunningverlening voor bouw- en woningtoezicht (BWT) en de daaraan gerelateerde taken die niet bij de basistaken+ horen, zelf uit. Er is in 2015 geen capaciteit ingehuurd en er zijn geen taken via centraal gestuurde uitwisseling uitgevoerd. Hof van Twente had in 2015 voldoende capaciteit en kwaliteit om haar taken zelf uit te voeren. 7

11 Op basis van de aangevraagde vergunningen van de laatste vijf jaar, de te verwachten bouwprojecten in Hof van Twente en de landelijke prognoses op dit gebied, is een prognose gemaakt van het aantal te verwachten vergunningaanvragen voor de BWT en de daaraan gerelateerde producten. Bij deze taken horen ook de werkzaamheden voor administratie, coördinatie, vooroverleg en informatievestrekking. Ook de taken op het gebied van ruimtelijke ordening maken deel uit van de toets van bouwplannen. Het aantal aanvragen voor de bouwactiviteit is minder dan verwacht. Wabo activiteiten gepland Ontvangen bouwen aanleg Handelen in strijd met regels RO sloopmelding monument 17 9 Vergunning brandveilig gebruik 5 4 Melding brandveilig gebruik 16 3 Toets agrarische bedrijven aan emissieplafond APV en bijzondere wetten Het vakgebied APV en bijzondere wetten betreft grotendeels de vergunningverlening voor evenementen en activiteiten en voor de vergunningverlening Drank- en Horecawet. De verwachting voor 2015 is gebaseerd op de cijfers van voorgaande jaren en zijn op onderdelen naar beneden bijgesteld. Als dereguleringstaakstelling en als lastenverlichting voor burgers en bedrijven is namelijk voor een aantal APV vergunningen, zoals voor reclame, de vergunningplicht vervallen. Daarnaast zullen een aantal APV vergunningen niet meer jaarlijks, maar voor meerdere jaren verleend worden. APV gepland ontvangen Evenementen Drank en horecavergunning Standplaatsen Stookontheffing Kapvergunning

12 4. Evaluatie programma toezicht en handhaving Algemeen In het uitvoeringsprogramma is uitgegaan van een formatieomvang van 8,50 fte. (1 fte is uur) In de tabel hieronder is de formatietoewijzing aan de diverse taakvelden weergegeven. Opgemerkt wordt dat de controles brandveilig gebruik niet in de onderstaande tabel zijn opgenomen. Dit omdat deze controles niet binnen eigen formatie worden uitgevoerd. De controles worden op inhuurbasis door Brandweer Twente uitgevoerd. Formatieomvang Toezicht & Handhaving APV en Bomenverordening 2,00 Bouw en woningtoezicht/ro 2,20 Milieutoezicht (waarvan 0,04 FTE buiten de Hof van Twente in RUD verband) 1,95 Bodemtaken/puinbreken 0,35 Coördinatie, beleid, 0,68 Juridische werkzaamheden 0,29 Diverse adviezen, ondersteuning senior 0,75 Overige niet toezichthoudende taken* 0,28 Totaal 8,50 * Inzet OR,GO etc. Doelstellingen en prioriteiten 2015 De prioriteiten voor 2015 zijn in het uitvoeringsprogramma gebaseerd op landelijke, regionale en lokale prioriteiten, waarbij met de uitwerking hiervan rekening is gehouden met de RUDrisicoanalyse voor wat betreft het taakveld milieu. Voor de overige handhavingstaken wordt aangesloten bij de lokaal gehanteerde risicomodule met bijbehorende kentallen. Voor uitvoering van de handhavingstaken is sprake van beperkte financiële en personele middelen. Het is niet mogelijk om alle taken volledig uit te voeren. Prioriteitstelling is derhalve onontkoombaar. In dit jaarverslag wordt verantwoording afgelegd over de capaciteitsinzet op de verschillende vakgebieden. In dit uitvoeringsprogramma 2015 is programmatische handhaving van de fysieke leefomgeving voor de volgende onderdelen opgenomen: - APV en bijzondere wetten; - Bouwen en Ruimtelijke Ontwikkeling; - Brandweertoezicht en handhaving (brandveilig gebruik); - Milieu. 9

13 4.2 Algemene Plaatselijke Verordening, Bijzondere wetten en overige verordeningen Uitgevoerde werkzaamheden In het uitvoeringsprogramma is uitgegaan van een beschikbare formatie van 2 fte. Deze formatie is door verschillende boa s in deeltijd ingezet, waarbij een deel is gebruikt voor opleiding. Opgemerkt dient te worden dat er op dit taakveld minder capaciteit is ingezet als gevolg van langdurrige ziekte. De Boa s zijn ingezet voor APV-toezicht en handhaving op gebied van leefbaarheid en veiligheid, waarbij als speerpunten gelden: - vervuiling door hondenpoep en aanlijnplicht; - parkeerexcessen; - afval gerelateerde zaken - Drank- en horecawet - reclame-uitingen; - toezicht bij evenementen; - uitstallingen op straat; - terrassenbeleid. In 2015 zijn circa 275 inwoners van Hof van Twente door de boa s aangesproken op en voorgelicht over het gemeentelijke honden- en het parkeerbeleid. Er zijn 57 boetes opgelegd en 83 officiële waarschuwingen uitgedeeld. De gemeente heeft in 2015 geen procesverbaalvergoeding ontvangen. Deze vergoeding is met ingang van 1 januari 2015 afgeschaft. De resultaten van de controleaspecten zijn weergegeven in tabel 1. Tabel 1: resultaat te controleren aspecten Te controleren aspect Mondelinge waarschuwing Schriftelijke waarschuwing proces verbaal Vervuiling door hondenpoep* Winkeluitstallingen Terrassen Reclame-uitingen afval Parkeeroverlast Illegale kap Drank en Horeca Overige kleine overlastfeiten (incl. meldingen) Totaal * Hieronder zijn tevens begrepen het niet aanlijnen van een hond binnen de bebouwde kom en het niet bij zich hebben van een deugdelijk opruimmiddel. Toelichting: Bij de terrassen gaat het om uitgevoerde controles in overeenstemming met de beleidsregel Nadere regels voor het hebben van terrassen De gecontroleerde terrassen zijn conform de beleidsregel uitgevoerd. Afval: Onder deze post worden illegale stortingen, van zowel huishoudelijk- als tuinafval begrepen. Tevens valt hieronder het zwerfafval dat op straat en in openbaar groen wordt gedeponeerd (bier- en frisdrankblikjes, flesjes, zakjes etc.) en het op onjuiste wijze aanbieden van huishoudelijk afval in zakken. Overige kleine overlastfeiten: hieronder vallen klachten en meldingen in de openbare ruimte, waaronder o.a. geluidklachten, illegaal stoken, hinderlijke beplanting, vernielingen en diverse kleine verkeersovertredingen. 10

14 Drank- en Horecawet De beleidsdoelstellingen met betrekking tot het horecabeleid zijn door de gemeenteraad op 23 april 2013 vastgesteld in de kadernota Integraal horecabeleid Hof van Twente De doelstellingen zijn veiligheid, gezondheid en eerlijke concurrentie. Voor het bereiken van deze doelstellingen worden de volgende integrale beleidsdoelstellingen gehanteerd: preventie, maatschappelijke verantwoordelijkheid en als sluitstuk handhaving. Als eerste wordt ingezet op preventie. Vervolgens wordt uitgegaan van maatschappelijke, eigen verantwoordelijkheid van (para)commerciële horeca, detailhandel en jongeren. Tot slot wordt ingezet op handhaving (denk aan: sancties) om naleving van de regels van de DHW af te dwingen. Er zijn verschillende soorten toezichtcontroles te onderscheiden, te weten: de basiscontroles en de leeftijdsgrenzencontrole. In 2015 hebben geen integrale controles op naleving van de drank- en horecawet door een Boa van Hof van Twente plaatsgevonden. Zoals eerder gememoreed heeft het team te kampen gehad met langdurige ziekte. Het betrof in deze de Boa die is opgeleid en is aangewezen als toezichthouder Drank- en Horecawet. In 2016 zullen 2 Boa s opgeleid worden tot toezichthouder DHW. Nalevingsonderzoek (nulmeting) In opdracht van de Gemeente Hof van Twente heeft Archytes Overheidsprofessionals een nalevingonderzoek uitgevoerd bij diverse inrichtingen in de gemeente Hof van Twente. In dit onderzoek is gemeten in hoeverre de medewerkers van de diverse inrichtingen binnen de gemeente Hof van Twente de Drank- en Horecawet correct naleven en hierop toezicht uitoefenen. In september 2015 zijn er in totaal 21 verkoopkanalen bezocht door twee zeventienjarige Mystery Guests. Deze jongeren zijn begeleid door medewerkers van het adviesbureau. Per verkoopkanaal zijn twee aankooppogingen gedaan door de Mystery Guests. In totaal zijn er 42 aankooppogingen gedaan. Bij ieder bezoek aan een locatie hebben de Mystery Guests geprobeerd alcoholhoudende drank te kopen. Tevens is geobserveerd of de verkoopmedewerker de leeftijd van de jongeren heeft vastgesteld door middel van het bekijken van hun legitimatiebewijs. Hieronder is de naleving op basis van de aankooppogingen weergegeven. Tevens is aangegeven in hoeveel procent van de aankooppogingen drank verkregen is. Supermarkt/Slijterij: bij 5 instellingen (10 aankooppogingen) is er bij: 5 aankooppogingen (50,0 %) alcoholhoudende drank verkregen 5 aankooppogingen (50,0 %) geen alcoholhoudende drank verkregen Café/snackbar: bij 6 instellingen (14 aankooppogingen) is er bij: 10 aankooppogingen (71,4 %) alcoholhoudende drank verkregen 4 aankooppogingen (28,6 %) geen alcoholhoudende drank verkregen Para commercieel: bij 9 para commerciële instellingen(18 aankooppogingen) is er bij: 14 aankooppogingen (77,8 %) alcoholhoudende drank verkregen 4 aankooppogingen (22,2 %) geen alcoholhoudende drank verkregen Uit het onderzoek blijkt dat de naleving van de DHW, verkoop van alcoholhoudende drank aan jongeren onder de 18 jaar, bij supermarkten, slijterijen en sportclubs nauwelijks wordt nageleefd. Bij de cafés zien we een beeld conform onze landelijke bevindingen. Bij de meerderheid zien we geen naleving. Wanneer Hof van Twente opgeleide Boa s heeft en er gericht toezicht wordt gehouden zal een dergelijk onderzoek opnieuw plaatsvinden om te bezien in hoeverre actief toezicht een 11

15 bijdrage levert aan het naleefgedrag van de diverse drankverstrekkers. Het naleefgedrag in Hof van Twente bedraagt 31% (geen acohol verkregen bij aankooppoging). De regionale score bedraagt 18% APV- handhaving door politie Processen-verbaal APV feiten politie Tabel 2: Overzicht APV-verbalen opgemaakt door de politie Te controleren aspect aantal Natuurlijke behoefte buiten de daarvoor bestemde plaats doen (wildplassen) 6 Parkeeroverlast/overtredingen 1 Baldadigheid plegen 4 Openbare dronkenschap 5 Geopende drank bij zich hebben of nuttigen 3 Aanzetten tot wanordelijkheden / verstoren van de openbare orde 1 Sluitingstijden (para commerciële) horeca 0 Evenementenvergunning(voorschriften) 0 Totaal Doelstellingen Algemene Plaatselijke Verordening, Bijzondere wetten en overige verordeningen Gelet op aard en inhoud van de geprioriteerde taken zijn de onderstaande operationele doestellingen geformuleerd: 1. Tegen vervuiling door hondenpoep en het niet aanlijnen van honden wordt opgetreden. 2. Tegen parkeerexcessen wordt strafrechtelijk opgetreden. 3. Bij aantreffen van gedumpt of op verkeerde wijze aangeboden afval wordt, indien de identiteit kan worden vastgesteld, strafrechtelijk opgetreden. 4. Voorafgaand aan te houden evenementen wordt toegezien op naleving van de voorschriften uit de evenementenvergunning. Ad 1. Evenals voorgaande jaren is er in 2015 opgetreden door de Boa s met betrekking tot vervuiling door hondenpoep. Opgemerkt dient te worden dat naast het repressieve optreden er ook de dialoog is aangegaan met de hondenbezitters. Gesteld kan worden dat het merendeel van de hondenbezitters de hond aanlijnt binnen de bebouwde kom en een deugdelijk opruimmiddel bij zich draagt. Conclusie: Er is door de Boa s actief op het overlastfeit vervuiling door hondenpoep opgetreden. Hiermee is de doelstelling voor 2015 gerealiseerd. Ad 2. In 2015 is door de Boa s actief opgetreden tegen parkeerexcessen. Het gaat hierbij onder andere om parkeren op een invalidenparkeerplaats zonder geldige invalidenparkeerkaart en het parkeren in de blauwe zone zonder zichtbaar aanwezige parkeerkaart en het parkeren in een parkeerverbodzone. 12

16 Conclusie: Er is door de Boa s 57 maal strafrechtelijk opgetreden tegen parkeerexcessen. Hiermee is de doelstelling voor 2015 gerealiseerd. Ad 3. Door de Boa s is, na uitgebreid onderzoek, in één zaak met betrekking tot afvaldumping/onjuiste wijze aanbieden van afval de identiteit van de overtreder vastgesteld. Voor betreffende overtreding is proces-verbaal opgemaakt. Conclusie: Er is door de Boa s strafrechtelijk opgetreden tegen afvaldumping of het op / onjuiste wijze aanbieden van afval. Hiermee is de doelstelling voor 2015 gerealiseerd. Ad 4. Door de Boa s is voorafgaand aan te houden evenementen toegezien op naleving van de voorschriften uit de evenementenvergunning. Bij de evenementen die zijn gekwalificeerd als B en C is gecontroleerd op naleving van de voorschriften uit de evenementenvergunning. Toezicht vindt in de regel plaats samen met de inspecteur brandveiligheid. Aangetroffen onvolkomenheden zijn ter plekke opgelost. Conclusie: Bij de grote evenementen zijn door de Boa s controles uitgevoerd waarbij naleving van de voorschriften het speerpunt vormde. De doelstelling is hiermee gerealiseerd. 13

17 4.3 Bouw- en woningtoezicht en Ruimtelijke ordening Uitgevoerde werkzaamheden (Inspecties en handhaving) In het uitvoeringsprogramma 2015 is uitgegaan van een beschikbare formatie van 2,5 fte. In overeenstemming met het afdelingsplan zijn uren begroot voor de uitvoering van bouw- en woningtoezicht en handhavingstaken. Aan de hand van bouwvergunningen, meldingen en lopende projecten werden reguliere bouwcontroles (inspecties) uitgevoerd. Gecontroleerd werd in overeenstemming met het Handhavings-en bouwbeleidsplan 2003 met name op constructieve veiligheid, welstand en ruimtelijke ordening. Op basis van het tijdschrijfsysteem is gebleken dat 3420 uren zijn besteed aan inspecties, handhaving, ad hoc inspecties en klachtenbehandeling. Gemiddeld is er ca. 3,6 uren per uitgevoerde inspectie besteed. Hieronder is tevens de administratieve afhandeling begrepen. De overige uren zijn onder andere besteed aan beleidsadvisering en projecten (220 uren). Het aantal uitgevoerde controles verdeeld over de te controleren aspecten is weergegeven in tabel 3. Er zijn in overeenstemming met het uitvoeringsprogramma 2015 ca inspecties gepland. In totaal zijn 847 inspecties uitgevoerd (731 1 e inspecties en 116 handhavingsinspecties). Bij 231 inspecties zijn in eerste aanleg overtredingen geconstateerd. Hiervan zijn 103 zaken een handhavingstraject opgestart. In slechts 9 gevallen is het noodzakelijk gebleken een bestuurlijke waarschuwingsbrief te verzenden. Bij 2 zaken heeft het handhavingstraject een vervolg gekregen. De overige 7 overtredingen zijn beëindigd. Het verschil in geplande en uitgevoerde inspecties ligt vooral in het feit dat de juridische afhandeling van zaken door het cluster zelf worden behandeld en niet meer door de juridische medewerkers. Hierbij moet worden gedacht aan het opstellen van een voornemen tot het opleggen van een last onder dwangsom en het opleggen van een last onder dwangsom, tot en met de procedure van invordering van verbeurde dwangsommen. Ook de voorbereiding voor bestuurlijke besluitvorming wordt hiertoe gerekend. De (voor)genomen besluiten worden voor advies aan juridische medewerkers voorgelegd. Verwaarloosde gebouwen Zowel in de kernen als in het buitengebied staan verwaarloosde gebouwen waardoor de risico s voor de omgeving toenemen. Er ontstaat gevaar voor de weggebruiker, maar ook het gevaar van verspreiding van asbest wordt groter. Daarnaast neemt overlast van ongedierte toe en ontstaat verrommeling van de omgeving. Volgens de Zorgplicht van artikel 1a van de Woningwet moet in deze situaties de eigenaar van een bouwwerk, open erf of terrein, of degene die uit anderen hoofde bevoegd is tot het treffen van voorzieningen er voor zorgen dat er geen gevaar voor de gezondheid of veiligheid ontstaat of voortduurt. Het college is bevoegd de eigenaar te verplichten tot het treffen van voorzieningen. Daar is zowel toezicht- als juridische capaciteit voor nodig waar tot nu toe geen rekening mee is gehouden. Het project is gestart in Doelstelling was om bij 3 locaties handhavend op te treden om onveilige situaties bij de geselecteerde objecten op te heffen. Echter het traject om te komen tot een projectplan en de bestuurlijke besluitvorming hierover heeft meer tijd gevergd dan vooraf ingeschat. Uitvoering van het project is doorgeschoven naar 2016 Asbestpulpvloeren Uit gegevens van de inmiddels uitgevoerde Saneringsregelingen asbestwegen, komen een aantal locaties naar voren waar in schuren asbestpulpvloeren aanwezig zijn. Omdat deze schuren buiten de subsidieregeling van het ministerie vielen, zijn deze niet gesaneerd. Ze leveren echter wel grote gezondheidsrisico s op. Doel is hiervoor een project te starten om alle schuren waar dit speelt in beeld te brengen en de bewoners actief te benaderen. De bewoners worden gewezen op de gezondheidsrisico s en nadrukkelijk geadviseerd maatregelen te treffen om blootstelling aan asbestvezels te voorkomen. Voor het starten van 14

18 dit project is 60 uren beschikbaar. Dit project is in 2015 nog niet opgestart en volgens verwachting zal medio 2016 bekeken worden of dit alsnog nodig zal zijn of dat dit onder een ander project zal worden opgepakt op de afdeling Openbare Ruimte. Tabel 3.1 Overzicht uitgevoerde inspecties, klachten en meldingen. Inspectie Wonen Aspect Inspectie Publiekstoegankelijke gebouwen aantal uitgevoerd aantal zonder overtredingen aantal met overtreding Overtreding mondeling afgedaan Naar handhaving Inspectie Bedrijfsgebouwen Inspectie Sloop Inspectie Sloop met asbest Inspectie Monument Inspectie Overige bouwerken (geen gebouw zijnde) Inspectie Aanlegvergunning Klachten / meldingen / handhavingsverzoek / stookverbod Ad Hoc Adviezen intern Bwt + Drank- & Horecawet (inspectie op verzoek intern) Totaal Wanneer er tijdens het 1e bezoek/controle/inspectie een inspectie wordt geconstateerd dat er in afwijking van de vergunning wordt gebouwd of gesloopt, wordt de vervolginspectie geboekt onder handhaving (zie tabel hieronder). Tabel 3.2 Uitgevoerde handhavingszaken Aspect Handhaving Bouwen zonder of in afwijking vergunning Handhaving Slopen zonder of in afwijking vergunning aantal uitgevoerd* Geen overtreding na hercontrole Overtreding na hercontrole * Aantallen zijn mede afhankelijk van overloop van zaken uit 2013 naar 2014 en van 2014 naar Daardoor kunnen deze afwijken van tabel 3.1 Met betrekking tot sloop met asbest is 1 zaak overgedragen aan de RUD (economisch delict) De overige zaken betreffen overtredingen die na aanschrijving of na tussenkomst (informele mediation) van een juridisch medewerker alsnog worden opgelost. Het betreft zaken waarbij er geen sprake is van direct gevaar voor de volksgezondheid. Ook zijn 128 geconstateerde overtredingen c.q. tekortkomingen mondeling afgedaan. Deze overtredingen zijn direct ter plaatse opgelost. Het betrof hier zaken zoals het aanpassen of aanbrengen van niet aangebrachte wapening in verschillende betonconstructies en andere 15 Overtreding mondeling afgedaan Controles inzake voornemen tot opleggen dwangsom Controles inzake opleggen dwangsom proces - verbaal Handhaving Stookverbod Handhaving Gebruik in afwijking bestemmingsplan (RO) Totaal

19 kleine wijzigingen. De overige overtredingen zijn ofwel schriftelijk afgedaan of er is een handhavingstraject gestart Vervolg handhavingszaken. Er is 4 keer een bouwstop opgelegd voor bouwen zonder of in afwijking van de vergunning. Nadat de zaken zijn geformaliseerd werd de opgelegde bouwstop opgeheven. In ca. 12 % van de inspecties (847) moest een handhavingsactie worden ingezet. Er was dan sprake van bouwen zonder, of in afwijking van de vergunning. Overige handhavingsacties werden ingezet op basis van handhavingsverzoeken, klachten en eigen waarneming. Verder hebben zich 7 gevallen voorgedaan waarbij een gevaarlijke situatie opgeheven diende te worden. Het betrof hier 4 branden waarbij asbest is vrijgekomen, waarvan 1 door blikseminslag. 1 maal blikseminslag zonder vrijgekomen asbest. 1 maal is een pand gesloten door geconstateerde asbestbesmetting. 1 maal is opgetreden door het ontstaan van instortingsgevaar. Deze zaak worden verder behandeld in het project vervallen bouwwerken. Bij alle zaken is direct actie ondernomen om de gevaarlijke situaties ongedaan te laten maken Doelstellingen Bouw- en woningtoezicht en Ruimtelijke Ordening Gelet op aard en inhoud van de geprioriteerde taken zijn de onderstaande operationele doestellingen geformuleerd: 1. Controle op alle sloopvergunningen met asbest 2. Handhavend optreden bij alle constateringen van bouwen zonder of in afwijking van een vergunning 3. Handhavend optreden bij alle constateringen van het gebruik in afwijking van het bestemmingsplan 4. Handhavend optreden bij alle constateringen van het wijzigen van een monument zonder of in afwijking van een vergunning 5. Handhavend optreden tegen 3 verwaarloosde gebouwen waarbij asbest vrij komt Ad 1. In 2015 zijn alle 167 asbest gerelateerde sloopvergunningen c.q. meldingen gecontroleerd. Bij 29 van deze inspecties zijn overtredingen geconstateerd. In zijn algemeenheid kan worden gesteld dat de voorschriften welke aan de vergunning zijn verbonden goed worden nageleefd. Asbestverwijderaars houden zich doorgaans aan de regels. Conclusie: Alle asbestgerelateerde sloopvergunningen /- meldingen gemeld en uitgevoerd in 2015 zijn geïnspecteerd. De doelstelling,100% inspectie is gerealiseerd. Ad 2. In 2015 zijn 116 inspecties (handhaving) in het kader van bouwen zonder of in afwijking van de vergunning uitgevoerd. In 45 van de geïnspecteerde gevallen zijn overtredingen na inspectie in beëindigd. In 71 gevallen duurde de overtreding voort (lopende zaken). Deze procedures lopen door in Conclusie: Bij alle constateringen met betrekking tot het bouwen zonder of in afwijking van de vergunning is het handhavingstraject in gang gezet. De doelstelling is hiermee gerealiseerd. Ad 3. In 2015 zijn 40 inspecties in het kader van gebruik in afwijking van het bestemmingsplan uitgevoerd. In 16 van de geïnspecteerde gevallen zijn 16

20 overtredingen ongedaan gemaakt. Bij 4 zaken is het juridische traject opgestart Dit traject loopt door in Conclusie: Bij alle constateringen met betrekking tot gebruik in afwijking van het bestemmingsplan is het handhavingstraject in gang gezet. De doelstelling is hiermee gerealiseerd. Ad 4. In 2015 zijn 5 inspecties in het kader van het wijzigen van een monument uitgevoerd. Er zijn in dit kader geen overtredingen geconstateerd. Conclusie: Handhavend optreden is in 2015 niet noodzakelijk geweest. Tijdens de uitgevoerde inspecties zijn geen overtredingen geconstateerd. Ad 5. Het project is in 2015 opgestart. Het traject om te komen tot een projectplan en de bestuurlijke besluitvorming hierover heeft meer tijd gevergd dan vooraf ingeschat. Uitvoering van het project is doorgeschoven naar Conclusie: Het project vervallen gebouwen is opgestart en wordt uitgevoerd in In 2015 is er geen handhavingsactie bij een vervallen gebouw ingezet. Aan de doelstelling is derhalve niet voldaan Klachtenanalyse In 2015 zijn er klachten c.q. meldingen of een verzoek om handhaving van vermeende overtredingen ingediend. In totaal zijn hiervoor 80 inspecties uitgevoerd. Bij 46 inspecties (58%) zijn overtredingen geconstateerd. Bij 34 inspecties bleek geen sprake te zijn van een overtreding of de klacht ongegrond te zijn (42%). Een klacht kan meerdere inspecties inhouden. In alle gevallen werd een inspectie uitgevoerd. Gegronde klachten zijn zo spoedig mogelijk afgehandeld. Klachten en meldingen zijn dermate divers van aard, dat deze niet nader zijn uitgesplitst Permanente bewoning van recreatiewoningen In de programmabegroting 2015 is voor uitbesteding van de handhaving op permanente bewoning van recreatiewoningen een bedrag opgenomen van In 2015 hebben er in 4 handhavingszaken controles plaatsgevonden. In 1 geval is de overtreding aantoonbaar succesvol beëindigd na het nemen van een last onder dwangsom. De bewoners hebben een hoofdverblijf elders betrokken. In een tweede geval loopt de handhavingsprocedure nog. In het kader van de opgelegde last onder dwangsom is er bezwaar ingediend en een beslissing op bezwaar genomen. In deze beslissing op bezwaar is de last onder dwangsom in stand gelaten. Tegen de beslissing op bezwaar is binnen de beroepstermijn geen beroep ingesteld. In 2016 wordt gecontroleerd of de overtreding is beëindigd en beëindigd wordt gehouden. Als de overtreding niet wordt beëindigd en/of beëindigd wordt gehouden, wordt de dwangsom verbeurd en volgt de invorderingsfase van de handhaving. In een derde zaak is het handhavingstraject opgestart, maar is gedurende het traject een tijdelijke persoonsgebonden beschikking afgegeven. In 2016 zal worden nagegaan of de bewoners deze tijd gebruikt hebben voor het vinden van woonruimte elders. In een vierde geval zijn er signalen van onrechtmatige bewoning en zijn er in 2015 reeds enkele controles uitgevoerd. In 2016 worden deze controles voortgezet. De werkzaamheden zijn uitgevoerd binnen het beschikbare budget. 17

21 4.4 Brandveilig gebruik Uitgevoerde werkzaamheden Brandweer Twente De Twentse korpsen zijn geregionaliseerd in Brandweer Twente die zorgt voor advisering over en toezicht op brandveiligheid. Daarvoor doet de brandweer jaarlijks een voorstel voor toezichtsprioritering en controleplanning die door Hof van Twente wordt opgenomen in het uitvoeringsprogramma. In het uitvoeringsprogramma 2015 is uitgegaan van 629 benodigde uren voor uitvoering van de van de toezichts- en handhavingsaken. Van de 629 uren zijn er 372 uren ingepland voor controles brandveilig gebruik. Voor de controles van bijzondere categorieën, waaronder evenementen, zijn 127 uren ingepland. Voor klachten, ad hoc en overige zaken zijn 80 uren gepland. In 2015 zijn geen gegevens van Brandweer Twente ontvangen m.b.t. de tijdsbesteding per uitgevoerde controle. In het uitvoeringsprogramma 2015 zijn 79 brandveiligheidsinspecties gepland. Er zijn 79 1 e inspecties uitgevoerd (Prio 1, 2, 3 en vuurwerk). Hierop volgend zijn 34 hercontroles uitgevoerd. Bij 34 ispecties zijn overtredingen geconstateerd. In 32 gevallen zijn deze overtredingen na eerste aanschrijving weggenomen. In 2 gevallen was een bestuurlijke waarschuwing noodzakelijk om de overtredingen weg te nemen. Tevens zijn 7 vuurwerkcontroles samen met een milieutoezichthouder uitgevoerd en zijn 3 controles in de realisatiefase samen met een bouwinspecteur uitgevoerd. Het aantal uitgevoerde controles verdeeld over de te controleren aspecten is weergegeven in tabel 4. 18

22 Tabel 4: Overzicht te controleren objecten uitgevoerde controles controles zonder overtreding controles met overtreding voornemen tot opleggen dwangsom dwangsom Controles brandveilig gebruik Controle Prio Controle Prio Controle Prio Evenementen Carnavalscontroles Paasvuurcontroles Vuurwerkcontroles Controle realisatiefase Ad hoc Totaal Doelstellingen Brandveilig gebruik Gelet op aard en inhoud van de geprioriteerde taken zijn de onderstaande operationele doelstellingen geformuleerd: 1. De brandveiligheidscontroles in de risicocategorie HOOG worden overeenkomstig het controleplan van Brandweer Twente uitgevoerd. 2. De projectmatige controles worden uitgevoerd. 3. Het project Zorginstellingen/GNBB wordt uitgevoerd. Ad 1. In 2015 zijn in de risicocategorie HOOG in totaliteit 79 (Prio 1 + vuurwerk) controles gepland. Deze controles zijn allen uitgevoerd. Conclusie: 79 vooraf geplande uit te voeren controles in de categorie HOOG zijn volledig uitgevoerd. De doelstelling is hiermee gerealiseerd. 19

23 Ad 2. De geplande projectmatige controles, 13 grote paasvuren, 4 carnavalscontroles 14 evenementencontroles en 7 vuurwerkcontroles zijn conform de planning 2015 uitgevoerd. Conclusie: De geplande projectmatige controles zijn allen uitgevoerd. De doelstelling is hiermee gerealiseerd. Ad 3. Vanuit de prioriteitstelling van gemeente Hof van Twente worden zorginstellingen behorende tot de bijzondere categorie projectmatig 1 maal per jaar gecontroleerd. Deze controles vallen onder de projectmatige aanpak van Brandweer Twente GNBB (Geen Nood Bij Brand). Conclusie: Zorginstellingen (pio 1) zijn in 2015 allen gecontroleerd. De doelstelling is hiermee gerealiseerd. 20

24 4.5 Milieu Uitgevoerde werkzaamheden Controles eigen capaciteit In het uitvoeringsprogramma 2015 is uitgegaan van productieve uren voor de uitvoering van milieutoezicht- en handhaving en bodemtaken. Daarnaast is om aan de RUD ambitientniveau te voldoen een extra uren nodig, deze uren omgezet naar controles klasse I, II en III betreft het 121 controles. Het aantal uitgevoerde milieucontroles verdeeld over de te controleren aspecten is weergegeven in tabel 6. In paragraaf zijn de bodemcontroles gespecificeerd. Tabel 5: Overzicht periodiek gecontroleerde inrichtingen binnen eigen formatie incl. inhuur RUD Te controleren aspecten milieuregelgeving uitgevoerde controles controles zonder overtreding controles met overtreding voornemen tot opleggen dwangsom opleggen dwangsom Invorderen dwangsom Klasse II agrarisch OBM Klasse II overig Klasse I type B Klasse III Productie m.u.v. chemie/ippc Klasse III IPPC Industrieel Klasse III IPPCagrarisch Controle Aspect Project vuurwerk Bodem, art 13 Wbb Sub totaal Controle Ad hoc Totaal generaal In het Uitvoeringsprogramma 2015 zijn 136 milieucontroles gepland (exclusief de ad hoc controles en bodemcontroles). Er zijn 123 (exclusief bodem) controles uitgevoerd. Het niet realiseren van de planning wordt veroorzaakt door afwezigheid van één toezichthouder door ziekte. Daarnaast heeft de uitbreiding van het takenpakket (o.a. de juridische component) tevens gevolgen voor de beschikbare controle-uren. Daarnaast vergt de voorbereiding en begeleiding van controles, die door derden die worden uitgevoerd extra uren. Dit gaat ten koste van van de in te zetten controle-uren van de eigen medewerkers. Hof van Twente heeft als participant in het Kennispunt Agrarisch IPPC Twente namens de RUD 5 controles in de Klasse III IPPC-agrarisch uitgevoerd buiten de gemeentegrenzen. Tevens neemt onze gemeente deel aan twee nieuw gevormde kennisplatformen, het platform duurzaamheid en het platform toezicht en handhaving. Controles door inhuur RUD Om aan de kwaliteitscreteria te kunnen voldoen moest er in 2015, naast de uren beschikbaar binnen de eigen formatie, capaciteit worden ingehuurd bij de RUD. Bij de inzet van uren is uitgegaan van het lokaal bijgestelde RUD-ambitieniveau. Vanwege de zeer geringe milieutechnische relevantie en de beperkte personele capaciteit zijn de klasse I type A inrichtingen niet opgenomen in de programmatische handhaving. Daarna is de controlefrequentie van minder milieurelevante bedrijven naar beneden bijgesteld. Middels de gewijzigde RUD-planningstool is deze afweging met de RUD-directie gecommuniceerd. Met toepassing van een naar beneden bijgestelde RUD ambitieniveauvariant moesten er uren voor 121 controles worden ingehuurd bij RUD-partners om de controletaken te kunnen uitvoeren conform de hiervoor landelijk geldende kwaliteitscriteria. De RUD heeft 21

25 deze capaciteit niet geheel kunnen vrijmaken in Van de geplande 121 controles zijn er 56 controles uitgevoerd, allen behorende tot klasse II agr. OBM. De overige controles (Klasse I type B) worden in het eerste kwartaal van 2016 uitgevoerd. Daarnaast heeft de RUD (Kennispunt Agr. IPPC) 1 controle klasse III agr. IPPC uitgevoerd. Resulaten controles Bij 82 bedrijven (excl. bodem en ad hoc) zijn overtredingen van voorschriften uit de vergunning of melding geconstateerd. In 2015 zijn 65 overtredingen op ambtelijke aanschrijving ongedaan gemaakt. In 16 gevallen was het aankondigen van het voornemen tot het opleggen van een last onder dwangsom noodzakelijk om af te dwingen dat overtredingen ongedaan worden gemaakt. Bij 3 bedrijven was het noodzakelijk om na een bestuurlijke waarschuwing over te gaan tot het opleggen van een last onder dwangsom om overtredingen te laten beëindigen. Naast de lasten onder dwangsom opgelegd in 2015, zijn er lasten onder dwangsom in behandeling uit handhavingszaken opgestart in voorgaande jaren. Deze zaken zijn niet in bovenstaande tabel opgenomen Doelstellingen Milieu Gelet op aard en inhoud van de geprioriteerde taken zijn de onderstaande operationele doestellingen geformuleerd: Controles inrichtingen uitvoeren in overeenstemming met de lokaal bijgestelde RUD - matrix, met als speerpunten: Controle op de naleving van het Besluit Huisvesting, na 20 juni 2015 Besluit emissiearme huisvesting (35 inrichtingen) Controle opslag vuurwerk (8 inrichtingen) Controle Bevi inrichtingen (5 inrichtingen) Controle IPPC (13 agrarische inrichtingen) Ad 1. Binnen deze bedrijfscategorie zijn 80 bedrijven (klasse II agrarisch OBM en stoppende bedrijven) bezocht, waaronder 41 controles met als aandachtspunt het Besluit Huisvesting (na 1 juli Besluit emissiearme huisvesting). Conclusie: De controle op de naleving van het Besluit Huisvesting is uitgevoerd. De doelstellig om 35 inrichtingen te controleren is ruimschoots gehaald (41 controles uitgevoerd). Ad 2. Hof van Twente heeft het initiatief genomen door in samenwerking met brandweer Twente de vuurwerk verkooppunten regulier te controleren. Dit houdt in dat de verkooppunten op hun technische uitvoering worden gecontroleerd. Tijdens de verkoopdagen worden de verkooppunten wederom op naleving van de voorschriften gecontroleerd. Conclusie: Het project vuurwerkcontroles is uitgevoerd. Er zijn bij alle vuurwerkopslagen (7 stuks) technische controles uitgevoerd en de controles tijdens de verkoopdagen hebben plaatsgevonden. In afwijking van het de planning heeft er één controle minder plaatsgevonden omdat het bedrijf is gestopt met de verkoop van vuurwerk. De doelstelling voor 2015 is hiermee gerealiseerd. Ad 3. Binnen deze bedrijfscategorie zijn in Bevi bedrijven gecontroleerd. Conclusie: 22

26 2 bedrijven zijn in 2015 gecontroleerd, 2 bedrijven zijn eind 2014 gecontroleerd en zullen in 2016 weer worden gecontroleerd. Het vijfde bedrijf staat leeg, er vinden daar momenteel dus geen bedrijfsmatige activiteiten plaats. Deze locatie behoudt onze aandacht. De doelstelling is niet behaald. Ad 4. Binnen deze bedrijfscategorie zijn 16 agrarische IPPC bedrijven gecontroleerd. Conclusie: Naast de 9 periodieke IPPC controles hebben er meerdere hercontroles (2 stuks) en aspectcontroles (4 stuks) en ad hoc (1 stuk) plaatsgevonden. Bij aspectcontroles * kan worden gedacht aan het toezien op uitvoering en werking van luchtwassers. Het aantal gewenste bedrijven zijn bezocht en hiermee is de doelstelling bereikt * aspectcontrole: zijn controles waarbij de aandacht is gevestigd op één bepaald onderdeel. Bij het realiseren van een luchtwasser komt veel kijken, dimensionering, ventilatiecapaciteiten, aanstroomoppervlakte, spuifrequentie, hoeveelheid spuiwater en uitstootreductie Klachtenanalyse In 2015 zijn 53 klachten c.q. meldingen met betrekking tot vermeende milieuovertredingen ingediend. Het aantal klachten ten opzichte van 2014 (40) is dit een verhoging. Deze verhoging kan worden verklaard omdat er meerdere klachten zijn ingediend betreffende één veroorzaker. Daarnaast dient te worden opgemerkt dat één klacht meerdere (milieu)aspecten kan omvatten. 20 klachten bleken incidentele klachten te zijn. Bij 32 gevallen ging het om klachten van structurele aard. 31 klachten zijn gegrond verklaard. 6 klachten bleken ongegrond te zijn. Bij 16 klachten kon niet worden vastgesteld of deze gegrond dan wel ongegrond waren omdat bijvoorbeeld bij geurklachten deze niet door de behandelaar werden waargenomen. De verdeling in soort klacht is weergegeven in tabel 6. Tabel 6: Overzicht van aantal klachten ingedeeld naar milieuaspect Soort klacht Inrichting Niet inrichting Totaal Opmerking Lucht/geur Alle klachten hebben betrekking op geuroverlast Geluid Specifiek bij inrichting geluidoverlast van vrachtwagens (laden en lossen) Bodem/asbest klachten/meldingen verontreiniging grondwater Afval / verbranden Verwaaiing afval van terrein Bestemmingsplan In strijd met bestemming Kappen De klachten worden door de Boa s afgehandeld overig Overlast van (huis) dieren In het merendeel van de gevallen werd de locatie bezocht en de klacht geverifieerd. Gegronde klachten zijn zo spoedig mogelijk afgehandeld. Bij terugkerende klachten werd in alle gevallen de vergunde situatie vergeleken met de daadwerkelijke situatie. Voor wat betreft de geurhinderklachten gaat het om klachten die deels zijn te wijten aan calamiteiten en deels doordat de huidige milieuvergunning onvoldoende bescherming biedt om deze hinder tegen te gaan. Ook komt het voor dat wel hinder door klager/melder wordt ervaren, maar blijkt dat het bedrijf binnen de grenzen van de milieuvergunning opereert. 23

27 4.5.6 Handhaving bodem en asbest Bodemhandhaving bestaat uit verschillende aspecten, zoals grondverzet, asbest, mobiele puinbrekers en sanering van de bodem en ondergrondse tanks. In onderstaande tabel zijn de aantallen over 2015 weergegeven met betrekking tot deze aspecten. Aspect aantal Meldingen grondverzet 74 Hoeveelheid m 3 grond gemeld Tijdelijke opslag grond en bagger 2 Bodemsaneringen (gemeente BG) 5 Gesaneerde ondergrondse tanks 12 Meldingen/klachten asbest 7 Controle mobiele puinbrekers 7 Grondverzet In het Besluit bodemkwaliteit staan regels ten aanzien van het toepassen van grond en bagger. Toepassingen van grond moeten digitaal worden gemeld bij het Meldpunt bodemkwaliteit van het Agentschap NL. Met de vastgestelde bodemkwaliteitskaart en nota bodembeheer kan er onder de gestelde voorwaarden grondverzet tussen diverse Twentse gemeenten plaatsvinden zonder dat er altijd een bodemonderzoek (partijkeuring) noodzakelijk is. In 2015 zijn 74 meldingen binnengekomen voor het toepassen van grond. Deze meldingen worden gecontroleerd op volledigheid en de kwaliteitsgegevens van de aangevoerde grond. In vergelijking met 2014 (27 meldingen) is dit een forse toename, maar dat komt voornamelijk doordat er bij één project 43 meldingen grondverzet zijn gedaan. Dit betreft de aanleg van een grondwal ( m 3 grond) langs de A1 als grootschalige bodemtoepassing. In totaal is er m 3 grond gemeld. Bijna alle meldingen grondverzet worden ter plaatse één of meerdere keren gecontroleerd. Daarnaast wordt door het toezicht in het veld te houden, niet-gemeld grondverzet opgespoord. Hierdoor kan de herkomst van de grond worden achterhaald en welke kwaliteit de grond heeft. Doordat er fors meer meldingen grondverzet zijn binnengekomen en beoordeeld is het aantal uren dat voor het Besluit bodemkwaliteit is gepland overschreden. Hierdoor zijn er minder uren besteed aan andere toezichttaken. Opslag van grond In totaal zijn er 2 opslagen van grond en/of bagger gecontroleerd. Sinds het Besluit bodemkwaliteit van kracht is, moet de tijdelijke opslag van grond of baggerspecie worden gemeld. Tijdens deze controles zijn geen tekortkomingen geconstateerd. Bodemsaneringen Voor de meeste bodemsaneringen binnen de gemeente is de Provincie Overijssel het bevoegd gezag. In 2015 zijn 5 bodemsaneringen uitgevoerd die onder de bevoegdheid van de gemeente vielen. Bij deze saneringen zijn geen onregelmatigheden geconstateerd. Een grote sanering heeft plaatsgevonden bij een tankstation. Uit onderzoek bleek dat er een grondwaterverontreiniging aanwezig was welke verwijderd moest worden om verder verspreiding te voorkomen. Om tot de saneringsdoelstelling te komen is er naast de ontgraving van de verontreiniging een zuiveringsunit geplaats om het grondwater te reinigen. Verder is er door een calamiteit met een dieselolietank van een touringcar een bodemverontreiniging ontstaan. Hierop is door de eigenaar actie ondernomen om de verontreinigde grond te laten saneren. 24

28 Daarnaast zijn er enkele kleine saneringen van onder andere zware metalen en stortgaten met asbesthoudend afval uitgevoerd en heeft er hierop toezicht plaatsgevonden. In 2015 zijn er 12 ondergrondse tanks gesaneerd. De meeste ondergrondse tanks lagen bij tankstations. Omdat de keuring van de ondergrondse tank was verlopen en niet goedgekeurd konden worden, zijn deze tanks verwijderd door een erkend bedrijf. Verder is er een ondergrondse tank verwijderd die bij bouwwerkzaamheden is aangetroffen. Klachten m.b.t. bodem en asbest In 2015 zijn er 7 meldingen/klachten binnengekomen bij het Team Fysieke leefomgeving met betrekking tot het aantreffen van asbest in de bodem of andere bodemverontreinigingen. Als een melding binnenkomt wordt de locatie ter plekke bekeken en worden de bevindingen vastgelegd. Vervolgens wordt bepaald welke maatregelen genomen moeten worden. Puinbreken Puinbreken op locatie moet gemeld worden bij de gemeente. Er zijn 7 controles uitgevoerd tijdens en/of na het breken op locatie. Hierbij werd o.a. gekeken of er geen puin van buiten de locatie werd aangevoerd en/of er geen stofoverlast ontstond. Doordat de puinbrekers gecertificeerd zijn, is het door hen gebroken puin ook gecertificeerd en derhalve direct toe te passen. De start van de werkzaamheden met de mobiele puinbreker moet worden gemeld, waardoor het uitvoeren van een controle op het breken van puin mogelijk wordt gemaakt. In enkele gevallen is niet gebeurd waardoor er tijdens de werkzaamheden geen controle is uitgevoerd Opgebouwde controleachterstanden Om diverse redenen, waaronder ziekte van medewerkers, vacatures en verminderde toezichtscapaciteit als gevolg van de reorganisatie en onvoldoende capaciteit bij de RUD zijn de afgelopen jaren substantiële achterstanden bij inrichtingsgebonden toezicht ontstaan. Hieronder zijn de opgebouwde achterstanden in uit te voeren controles per jaar weergegeven. Jaar Achterstand Totaal 316 Het hierboven vermelde aantal controles zijn onder te verdelen in de diverse bedrijfsklassen conform de risicoanalyse milieu van de RUD. De achterstand is hoofdzakelijk opgelopen beide klasse II agrarisch OBM en Klasse I type B. Om te voorkomen dat de achterstand verder oploopt is er in de knelpuntennotitie een extra Fte opgenomen voor bedrijfsmilieucontroles. Zolang deze formatieplaats niet is ingevuld wordt er capaciteit bij de RUD ingehuurd. Gebleken is echter dat de RUD moeite heeft om gekwalificeerde controleurs te beschikbaar te stellen. Het streven is er op gericht op de opgelopen achterstanden de komende jaren in te lopen. Risico s Omdat een deel van de bedrijven in Hof van Twente minder frequent zijn bezocht de afgelopen jaren bestaat het gevaar dat regels minder stringent worden nageleefd en er eerder sprake kan zijn van milieuovertredingen c.q. calamiteiten. Hierdoor worden er maatschappelijke en bestuurlijke risico s gelopen. Deze risico s zijn overigens zeer moeilijk in te schatten. 25

29 Bijlage 1 Verslag Bestuurlijk IBT-overleg 26