Voorsorteren in de jaren voor pensioen? Het effect van werkervaringen en geanticipeerde tijd tot pensioen op werkattituden van oudere werknemers

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Voorsorteren in de jaren voor pensioen? Het effect van werkervaringen en geanticipeerde tijd tot pensioen op werkattituden van oudere werknemers"

Transcriptie

1 Voorsorteren in de jaren voor pensioen? Het effect van werkervaringen en geanticipeerde tijd tot pensioen op werkattituden van oudere werknemers Marleen Damman*, Kène Henkens* * Netherlands Interdisciplinair Demografisch Instituut, Den Haag Universiteit van Amsterdam, Afdeling Sociologie & Antropologie Contact gegevens: Marleen Damman Postbus AR Den Haag damman@nidi.nl 1

2 1. Inleiding Pensionering wordt in de wetenschappelijke literatuur vaak beschouwd als een proces dat bestaat uit een anticipatiefase, de werkelijke transitie van werk naar pensioen en een periode van aanpassing aan het leven als gepensioneerde (Beehr, 1986; Shultz & Wang, 2011; Wang & Shultz, 2010). In de periode voorafgaand aan pensionering zullen oudere werknemers zich gaan voorbereiden op de pensioentransitie en het leven na pensioen (zie Adams & Rau, 2011 voor een overzichtsstudie). De geanticipeerde transitie van werk naar pensioen heeft mogelijk ook invloed op de wijze waarop mensen in de laatste fase van de loopbaan hun werk beleven. Atchley (1976) beschrijft dat werknemers een short-timer s attitude kunnen ontwikkelen in de fase voor het pensioen (p.67). In de carrièretheorie van Super (1957) wordt de slotfase van de carrière beschreven als a period of tapering off of activities, of slowing down and cutting out (Super, 1957, p.154). Henkens en Van Solinge (2003) hebben deze theoretische notie in de Nederlandstalige literatuur voorsorteren genoemd: het door houding of gedrag, afstand nemen van het werk vooruitlopend op het daadwerkelijke moment van uittreden (p.34). Ondanks dat inzichten in dit proces van voorsorteren relevant zijn in het licht van de toenemende beleidsfocus op langer doorwerken (OECD, 2006), zijn er nauwelijks studies die deze notie hebben onderzocht aan de hand van kwantitatieve empirische data. In deze studie staan de volgende vragen centraal: (1) In hoeverre is er een proces van voorsorteren in de jaren voor pensioen en (2) hoe beïnvloeden eerdere werkgerelateerde ervaringen dit proces? In exploratieve kwalitatieve studies komt de notie van voorsorteren in de jaren voor pensioen duidelijk naar voren. Ongeveer twee-derde van de werknemers die door McEvoy and Blahna (2001) zijn geïnterviewd noemt disengagement van oudere werknemers een probleem in de organisatie waar ze werken. Henkens en Van Solinge (2003) concluderen op basis van kwalitatieve interviews met leidinggevenden dat iedere leidinggevende wel voorbeelden kent van werknemers die voorsorteren. Er wordt gesproken over mentaal gepensioneerden of medewerkers die zichzelf al hebben afgekoppeld (Henkens & Van Solinge, 2003, p.80). Dit beeld wordt echter niet weerspiegeld in kwantitatieve studies waarin werkattituden in relatie tot leeftijd bestudeerd worden: Een recente meta-analyse toont dat de werkattituden van oudere werknemers over het algemeen positiever zijn dan die van jongere werknemers (Ng & Feldman, 2010). Echter, in een studie van Ekerdt en DeViney (1993) waarin werkattituden niet alleen worden bestudeerd in relatie tot leeftijd, maar ook in relatie tot de geanticipeerde nabijheid van pensioen, komen de resultaten wel overeen met de notie van voorsorteren. Deze studie laat zien dat oudere werknemers zich meer gespannen en moe 2

3 voelen wanneer ze zich dichter bij hun geanticipeerde pensioenleeftijd bevinden (gecontroleerd voor leeftijd). Deze studie draagt op twee manieren bij aan de literatuur over pensionering. Ten eerste kan er verwacht worden dat de nabijheid van pensioen niet alleen samenhangt met hoe gespannen en moe oudere werknemers zich voelen, maar ook met andere werkgerelateerde attituden en met hun gedrag en relaties op het werk (Ekerdt & DeViney, 1993). Om ons begrip van het proces van voorsorteren te vergroten wordt er in deze studie een nieuw meetinstrument gebruikt dat in lijn met de beschrijvingen van Atchley (1976) en Super (1957) werkmotivatie, activiteiten, en de bereidheid tot het doen van werkinvesteringen in brede zin meet. De schaal bevat items over diverse houdingen en gedragingen waarvan specifiek verwacht kan worden dat ze aan verandering onderhevig zijn in de jaren voor pensioen. De items van de schaal gaan bijvoorbeeld over de bereidheid om deel te nemen aan nieuwe cursussen, de houding ten aanzien van het verminderen van werkuren en ideeën over het opdragen van nieuwe verantwoordelijkheden aan jongere werknemers. Ten tweede zullen we niet alleen de invloed van de nabijheid van pensioen op het proces van voorsorteren onderzoeken, maar ook de invloed van eerdere werkgerelateerde ervaringen bestuderen. Het levensloopperspectief stelt dat het van belang is om zowel het verleden als de toekomst in ogenschouw te nemen bij het bestuderen van bepaalde levensperioden (Settersten, 2003). Een aspect van het verleden dat mogelijk van belang is voor het verklaren van voorsorteren is (een gebrek aan) baanmobiliteit. Ook deelname aan training en gezondheidsproblemen kunnen samenhangen met de afstand die oudere werknemers nemen van het werk. Eerdere studies tonen dat deze werkgerelateerde ervaringen van belang zijn voor het verklaren van pensioenplanning (Moen, Sweet, & Swisher, 2005), de leeftijd van pensionering (e.g., Damman, Henkens, & Kalmijn, 2011; Han & Moen, 1999; Hank, 2004; Hayward, Friedman, & Chen, 1998; Raymo, Warren, Sweeney, Hauser, & Ho, 2011) en doorwerken na pensioen (Singh & Verma, 2003). In welke mate deze ervaringen ook relevante voorspellers zijn van voorsorteren is onbekend. Dit artikel is gebaseerd op paneldata die in 2001 en zijn verzameld onder oudere werknemers. De items over voorsorteren zijn op beide meetmomenten voorgelegd aan de werkende respondenten. Het is daarom mogelijk om verschillen in voorsorteren zowel cross-sectioneel als longitudinaal te onderzoeken. Het gebruik van paneldata is met name belangrijk voor het bestuderen van het effect van nabijheid van pensioen, aangezien de causale relatie tussen nabijheid van pensioen en voorsorteren in beide richtingen kan lopen (Ekerdt & DeViney, 1993). Informatie over de geplande pensioenleeftijd is verzameld in 2001, 3

4 waardoor het mogelijk is om te bestuderen of werknemers die in bijna hun geplande pensioenleeftijd hebben bereikt meer voorsorteren dan werknemers die nog vele jaren op de arbeidsmarkt voor de boeg hebben. 2. Theorie en hypothesen Het levensloopperspectief veronderstelt dat gebeurtenissen en gedragingen niet op basis van toeval plaatsvinden, maar dat ze onder andere worden gestructureerd door gebeurtenissen eerder in het leven, ervaringen van naasten, historische omstandigheden en beleidsarrangementen (Dykstra, Kraaykamp, Lippe, & Schippers, 2007; Elder & Johnson, 2003; Settersten, 2003). Deze factoren bepalen de speelruimte die het individu heeft om het handelen vorm te geven en zullen mede bepalen hoe aantrekkelijk bepaalde gedragingen zijn. Individuen worden verondersteld hun attituden en gedrag vorm te geven, rekening houdend met deze contextuele restricties en hun verwachtingen over de toekomst. Aangezien geanticipeerde nabijheid van pensioen en eerdere werkgerelateerde ervaringen belangrijke onderdelen zijn van deze context, verwachten we dat deze factoren samenhangen met de mate van voorsorteren. Geanticipeerde tijd tot pensioen Ondanks dat pensioenprocessen divers zijn en (geplande) pensioenleeftijden sterk verschillen tussen individuen (Damman et al., 2011; Han & Moen, 1999), zullen oudere werknemers erop anticiperen dat ze op een gegeven moment met pensioen (moeten) gaan (Ekerdt, Kosloski, & DeViney, 2000). Vanuit sociologisch perspectief valt te verwachten dat de pensioentransitie samengaat met bepaalde socialisatie- en transitieprocedures (Evans, Ekerdt, & Bossé, 1985). In de fase voorafgaand aan pensioen zullen oudere werknemers zich gaan voorbereiden op het verlies van de werkrol en de sociale werkcontext (Atchley, 1976). Het is aannemelijk dat werknemers zich geleidelijk terugtrekken uit de werkrol om een zeer abrupte transitie van werk naar pensioen te voorkomen. Onderzoeksresultaten ten aanzien van aanpassing aan pensioen wekken eveneens de suggestie dat er een proces van voorsorteren vooruitlopend op het daadwerkelijke moment van uittreden kan bestaan (Evans et al., 1985). Voor de meeste gepensioneerden verloopt het aanpassingsproces aan pensioen zeer snel en zonder problemen (Van Solinge & Henkens, 2005). Dit kan erop wijzen dat mensen al beginnen met hun aanpassingsproces voordat ze werkelijk met pensioen gaan. Vanuit een meer economisch perspectief kan eveneens worden verwacht dat er een proces van voorsorteren bestaat. Naarmate de toekomstige tijd in de arbeidsmarkt korter 4

5 wordt, zal de periode waarin mensen de vruchten kunnen plukken van werkinvesteringen ook beperkt worden. Dit heeft wellicht een negatief effect op de bereidheid van werknemers om werkinvesteringen te doen of om bepaalde activiteiten te ondernemen. Bijvoorbeeld, oudere werknemers die dicht bij hun pensioen staan zullen wellicht minder geneigd zijn om nieuwe taken op zich te nemen en om deel te nemen aan bedrijfsscholing dan mensen die nog vele jaren in de arbeidsmarkt voor zich hebben. Vanuit beide perspectieven verwachten we dat hoe dichter oudere werknemers bij hun geplande pensioenleeftijd komen, hoe meer ze in houding of gedrag afstand nemen van het werk (Hypothese 1). Werkgerelateerde ervaringen Naarmate mensen ouder worden veranderen ze minder vaak van baan en is de kans groter dat ze een punt bereiken dat ze niet verder zullen stijgen op de carrièreladder (Allen, Russell, Poteet, & Dobbins, 1999). Er kan verwacht worden dat de mate van voorsorteren van oudere werknemers samenhangt met carrière-ervaringen, zoals functiewisselingen, promoties, en baanwisselingen, omdat deze ervaringen de positie later in de loopbaan mede bepalen. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat grotere mobiliteit in vergelijking met immobiliteit samenhangt met een toename in de gepercipieerde mogelijkheden voor groei en materiële beloning (West & Nicholson, 1989). Interne promoties en vrijwillige functie- of baanwisselingen zullen vaak gepaard gaan met verbeterde werkomstandigheden of met werk dat beter aansluit bij de wensen van de werknemer. Ervan uitgaande dat werknemers meer gemotiveerd zijn om zich in te zetten voor hun werk in een situatie die een betere beloning biedt of die meer aansluit bij hun wensen, kan er verwacht worden dat alle drie de vormen van mobiliteit negatief samenhangen met voorsorteren. We verwachten dat oudere werknemers die van functie zijn veranderd (Hypothese 2), promotie hebben gemaakt (Hypothese 3), of die van werkgever zijn gewisseld (Hypothese 4) minder in houding of gedrag afstand nemen van het werk dan mensen die deze ervaringen niet hebben gehad. In discussies over de arbeidsmarktparticipatie van oudere werknemers wordt vaak gewezen op het belang van levenslang leren (OECD, 2006). Participatie in scholing of training zal de kennis en vaardigheden van werknemers (hun menselijk kapitaal) vergroten, wat naar verwachting positieve consequenties heeft voor hun arbeidsmarktkansen en -situatie. Als we veronderstellen dat een gunstige arbeidsmarktsituatie positief samenhangt met werkmotivatie en het aantrekkelijk maakt om te investeren in werk, kan verwacht worden dat deelname aan training resulteert in minder voorsorteren. Vanuit een social exchange 5

6 perspectief komen we tot eenzelfde verwachting. Als organisaties in hun werknemers investeren en ze ondersteunen, bijvoorbeeld door training aan te bieden, dan creëert dit een verplichting voor werknemers om iets voor de organisatie terug te doen (Armstrong Stassen & Ursel, 2009). Eén manier waarop werknemers dit kunnen doen is door zich meer in te zetten op hun werk. We verwachten dat oudere werknemers die deel hebben genomen aan bedrijfsscholing of training minder afstand nemen van het werk dan degenen die niet aan scholing hebben deelgenomen (Hypothese 5). De manier waarop oudere werknemers hun pensioen naderen kan niet los worden gezien van hun gezondheidssituatie. Gezondheidsproblemen kunnen werkcapaciteit beperken en kunnen de relatieve waarde van vrije tijd doen toenemen. Eén manier waarop oudere werknemers om kunnen gaan met een verslechterde gezondheid is door met pensioen te gaan. Een slechte gezondheid is een belangrijke voorspeller van vervroegde pensionering (Zie voor een overzicht Feldman, 1994; Wang & Shultz, 2010) en sommige oudere werknemers beschouwden pensionering als een investering in hun gezondheid (Henkens, 1999). Een andere manier waarop oudere werknemers met een verslechterde gezondheid kunnen omgaan is door hun werkactiviteiten en investeringen te verminderen. Ze kunnen bijvoorbeeld hun werkuren terugschroeven, of minder deelnemen aan training. We verwachten daarom dat oudere werknemers die ernstige gezondheidsproblemen hebben gekregen meer afstand nemen van het werk dan degenen in goede gezondheid (Hypothese 6). 3. Methoden Steekproef Deze studie is gebaseerd op panelsurveydata die zijn verzameld onder Nederlandse oudere werknemers. De eerste ronde van dataverzameling vond plaats in In dat jaar zijn (a) oudere werknemers (50 tot 64 jaar) werkzaam bij diverse werkmaatschappijen en bedrijfsonderdelen van drie grote ondernemingen in Nederland en (b) oudere werknemers werkzaam bij verschillende onderdelen van de Rijksoverheid benaderd om deel te nemen aan het onderzoek. De vragenlijst werd in totaal naar 3,899 werknemers verstuurd, waarvan er 2,403 retour zijn gestuurd (response 62%). In werden de deelnemers van de eerste ronde opnieuw ondervraagd. Sommige respondenten konden niet opnieuw worden benaderd vanwege overname van een bedrijfsonderdeel (N = 116), overlijden (N = 44), of doordat ze niet traceerbaar waren (N = 4). In totaal werden 2,239 vragenlijsten verstuurd; 1,678 werden er geretourneerd (response 75%). 6

7 In deze studie wordt het proces van voorsorteren op twee manieren onderzocht. Ten eerste worden de data uit 2001 cross-sectioneel geanalyseerd. Op die manier wordt bestudeerd of variatie in het niveau van voorsorteren verklaard kan worden door de leeftijd van de werknemer (als proxy voor tijd tot pensioen) en door werkgerelateerde ervaringen eerder in de carrière. De retrospectieve vragen over ervaringen eerder in het leven zijn tijdens de tweede dataverzamelingsronde gesteld. De basissteekproef voor de cross-sectionele analyses bestaat daarom uit alle 1,678 respondenten die de survey op beide meetmomenten hebben ingevuld. Respondenten die missende waarden hebben op de meting van voorsorteren in 2001 (N = 13) of alle centrale vragen over ervaringen eerder in het leven hebben overgeslagen (N = 31) werden niet opgenomen in de analyses. De steekproef voor de cross-sectionele analyses bestaat daarom uit 1,634 oudere werknemers. Ten tweede zullen we de panelstructuur van de data benutten. In deze analyses wordt bekeken in hoeverre de veranderingen in voorsorteren tussen 2001 en verklaard kunnen worden door verschillen in de gepercipieerde nabijheid van pensioen en werkgerelateerde ervaringen tijdens de late carrière. De basissteekproef voor de panelanalyses bestaat uit respondenten die werkten op beide meetmomenten en geen gebruik hebben gemaakt van een regeling voor (vervroegde) uittreding tijdens de studieperiode. Dit betreft 646 van de 1,634 oudere werknemers. Respondenten werden niet meegenomen in de panelanalyses als ze missende waarden hebben op de meting van voorsorteren in (N = 2), of alle vragen over werkgerelateerde ervaringen tijdens de late carrière hebben overgeslagen (N = 33). Dit resulteert in een steekproef van 611 oudere werknemers die zijn gevolgd in de tijd. Meetinstrumenten Afhankelijke variabele Tijdens beide dataverzamelingsrondes zijn aan werkende respondenten vragen gesteld over hun mate van voorsorteren door middel van zes Likert items met vijf antwoordopties (1 = helemaal mee eens tot 5 = helemaal oneens). Deze vragen meten diverse houdingen en gedragingen waarvan specifiek verwacht kan worden dat ze aan verandering onderhevig zijn in de jaren voor pensioen: werkuren, training, het aangaan van nieuwe verantwoordelijkheden, motivatie en het bijhouden van ontwikkelingen. Een voorbeeld item is Ze moeten bij mij niet meer aankomen met nieuwe cursussen (zie Tabel 1 voor de formulering van alle items). Door middel van exploratieve factoranalyses ( principal factors methode) is nagegaan of de 7

8 items één onderliggend concept meten. Op beide meetmomenten werd één factor met een eigenwaarde groter dan 1.00 gevonden, wat suggereert dat de items één onderliggend concept meten. De schaal is geconstrueerd door de gemiddelde score te nemen van de beschikbare items. Hoge schaalwaardes weerspiegelen een sterkere mate van voorsorteren. De Cronbach s alpha was aanvaardbaar: 0.71 op beide meetmomenten (Nunnally, 1978). [TABEL 1 ONGEVEER HIER] Onafhankelijke variabelen Nabijheid van pensioen In de cross-sectionele analyses is de leeftijd van de respondent gebruikt als proxy voor tijd tot pensioen. In de panelmodellen kan een directe meting van de tijd tot pensioen worden gebruikt, namelijk het verschil tussen de geplande pensioenleeftijd zoals gerapporteerd in 2001 (gebaseerd op de vraag: op welke leeftijd wilt u stoppen met werken? ) en de leeftijd van de werknemer in De nabijheid van pensioen is gecategoriseerd in intervallen van één jaar, waarbij de groep zes of meer jaar verwijderd van pensioen de referentiegroep vormt. Werknemers die niet weten op welke leeftijd ze willen stoppen met werken vormen een aparte categorie. De respondenten die op het tweede meetmoment hun geplande pensioenleeftijd gepasseerd zijn, vormen eveneens een aparte categorie. De nabijheid van de geplande pensioenleeftijd is niet opgenomen in de cross-sectionele modellen, omdat dit als een endogene variabele beschouwd kan worden. De geplande pensioenleeftijd kan beïnvloed worden door het proces van voorsorteren. Werkgerelateerde ervaringen Om ervaringen eerder in de carrière te meten is er aan respondenten gevraagd om voor verschillende gebeurtenissen (functie verandering, promotie, verandering van werkgever, aan nieuwe opleiding begonnen, ernstige gezondheidsproblemen) aan te geven of ze deze hebben meegemaakt voor het 40 ste levensjaar en tussen het 40 ste en 50 ste levensjaar. Per levensgebeurtenis is een dummy variabele geconstrueerd die weergeeft of de werknemer de betreffende gebeurtenis heeft meegemaakt voor het 50 ste levensjaar. Gezien het feit dat functieveranderingen en promoties vaak samengaan, zijn deze ervaringen gecombineerd in een variabele met drie categorieën: (1) geen functieverandering (referentiegroep); (2) functieverandering zonder promotie; (3) functieverandering met promotie. Om werkgerelateerde ervaringen tijdens de late carrière (tussen 2001 en ) te meten is er aan de respondenten gevraagd om aan te geven op welke leeftijd ze voor het laatst een functieverandering, promotie, verandering van werkgever en bedrijfsscholing hebben meegemaakt. Gebaseerd op de gerapporteerde leeftijden hebben we per gebeurtenis 8

9 een dummy variabele geconstrueerd die weergeeft of de respondent de betreffende gebeurtenis tussen de meetmomenten heeft meegemaakt. Ook hier zijn de antwoorden ten aanzien van functieverandering en promotie gecombineerd in een variabele met de drie eerder genoemde categorieën. Gezondheidsveranderingen tussen de dataverzamelingsrondes zijn gemeten aan de hand van de volgende vraag: Is uw gezondheid de afgelopen vijf jaar veranderd? (1 = ja, zeer verslechterd tot 5 = ja, zeer verbeterd). We hebben een dummy variabele geconstrueerd die aangeeft of de gezondheidssituatie van de respondent verslechterd is. Alle vragen over werkgerelateerde ervaringen zijn tijdens de tweede dataverzamelingsronde gesteld. Controlevariabelen In de analyses wordt er gecontroleerd voor enkele demografische en carrièrekenmerken. Ten eerste controleren we voor het geslacht van de respondent (0 = man, 1 = vrouw). De leeftijd waarop de respondent de arbeidsmarkt heeft betreden is gemeten door middel van de vraag Op welke leeftijd bent u begonnen met werken?. Het beroep van de respondent is gecodeerd naar de SBC-1992 beroepenclassificatie (Statistics Netherlands, 2001) en gecategoriseerd in twee groepen: hoofdarbeid (= 0) en handarbeid (= 1). Op basis van de vraag Heeft u een leidinggevende functie? (1 = nee tot 5 = ja, ik geef leiding aan meer dan 20 medewerkers), hebben we gemeten of de respondent een leidinggevende positie heeft (0 = geen leidinggevende positie; 1 = leidinggevende positie). Alle controlevariabelen zijn gemeten tijdens de eerste dataverzamelingsronde. De beschrijvende statistieken van de onafhankelijke variabelen worden gepresenteerd in Tabel 2. [TABEL 2 ONGEVEER HIER] Analyses De hypothesen zijn getoetst aan de hand van lineaire regressiemodellen. Allereerst hebben we modellen geschat waarin we de mate van voorsorteren in 2001 voorspellen op basis van de leeftijd van de werknemer, werkgerelateerde ervaringen eerder in de carrière en controlevariabelen (cross-sectionele analyses). Om veranderingen in voorsorteren te analyseren (panelanalyses) hebben we de mate van voorsorteren in voorspeld op basis van de mate van voorsorteren in 2001, de gepercipieerde nabijheid van pensioen, werkgerelateerde ervaringen tijdens de late carrière en controlevariabelen. In deze conditionele veranderingsmodellen kunnen de coëfficiënten geïnterpreteerd worden als de effecten van de onafhankelijke variabelen op de verandering in voorsorteren tussen beide meetmomenten, gecontroleerd voor de mate van voorsorteren in 2001 (Finkel, 1995). 9

10 In de panelanalyses bestuderen we alleen de respondenten die werken en nog niet van een regeling voor (vervroegde) uittreding gebruik hebben gemaakt. Of respondenten die jonger zijn dan 65 jaar nog werken kan echter het resultaat zijn van een selectief proces. Om vertekende resultaten te voorkomen, hebben we Heckman Maximum Likelihood selectie modellen geschat die bestaan uit twee stappen. Ten eerste werd op basis van alle onafhankelijke variabelen uit de cross-sectionele modellen, aangevuld met metingen van de financiële situatie (vermogen, pensioengat en financieel afhankelijke kinderen), voorspeld of respondenten nog werken tijdens ronde 2. De resultaten van de Wald toets zijn statistisch significant. Dit suggereert dat er inderdaad sprake is van een selectief proces. Ten tweede is de kans om nog te werken (geconverteerd naar Lambda) berekend vanuit de parameterschattingen van het eerste model en opgenomen in het model om voorsorteren in te voorspellen. Ondanks dat selectiemodellen beperkingen kennen, zijn ze een goede optie zolang we geen quasi-experimentele onderzoeksopzet ter beschikking hebben (Fu, Winship, & Mare, 2004). Om rekening te houden met de structuur van de data (werknemers van vier ondernemingen die werken binnen bedrijfsonderdelen), gebruiken we standaardfouten die correlatie binnen het bedrijfsonderdeel toestaan in de analyses. Verder controleren we voor de onderneming waar de respondent werkzaam is (cf. Damman et al., 2011). 4. Resultaten Tabel 3 geeft inzicht in de mate van voorsorteren in In dat jaar gaf 35 procent van de ondervraagde werknemers aan de nieuwste ontwikkelingen in zijn/ haar vakgebied minder goed bij te houden dan 5 jaar geleden. Ongeveer 33 procent vond dat nieuwe verantwoordelijkheden maar aan jongeren opgedragen moesten worden. Met de stelling ze moeten bij mij niet meer aankomen met nieuwe cursussen was 23 procent het (helemaal) eens en 16 procent gaf aan alle mogelijkheden aan te grijpen om minder uren te werken. In Tabel 4 worden de resultaten gepresenteerd van de multivariate lineaire regressieanalyses om verschillen in voorsorteren tijdens de eerste dataverzamelingsronde te verklaren. Tabel 5 toont de resultaten van de conditionele veranderingsmodellen die we hebben geschat om veranderingen in voorsorteren tussen beide meetmomenten te verklaren. [TABEL 3 ONGEVEER HIER] 10

11 Cross-sectionele modellen: verschillen in voorsorteren verklaard Het positieve effect van de leeftijd van de respondent in Model 1a die wordt gebruikt als een proxy voor nabijheid van pensioen is in lijn met Hypothese 1 (zie Tabel 4). Het laat zien dat hoe dichter werknemers bij de AOW-leeftijd zijn, hoe meer afstand ze nemen van hun werk. Alle controlevariabelen hangen eveneens samen met voorsorteren. Vrouwen sorteren minder voor dan mannen. Werknemers die relatief laat zijn begonnen met werken zijn minder geneigd om afstand te nemen van het werk dan degenen die al op jonge leeftijd met werken zijn begonnen. Ook mensen die hoofdarbeid verrichten en leidinggevenden scoren relatief laag in termen van voorsorteren. In Model 1b hebben we de informatie over werkgerelateerde ervaringen eerder in de carrière toegevoegd aan het model. De resultaten tonen in lijn met Hypothese 3 dat oudere werknemers die voor hun vijftigste promotie hebben gemaakt minder voorsorteren dan degenen die niet van functie zijn veranderd. Ook de respondenten die voor hun 50 ste van werkgever zijn gewisseld nemen in mindere mate afstand van het werk dan degenen die geen baanverandering hebben meegemaakt, zoals verwacht in Hypothese 4. De resultaten bieden geen steun voor Hypothese 2: degenen die voor hun 50 ste van functie zijn veranderd (nietopwaarts) verschillen niet van degenen die geen functieverandering hebben meegemaakt in termen van voorsorteren. Zoals verwacht in Hypothese 5, zijn werknemers die aan een opleiding of training zijn begonnen voor hun 50 ste minder geneigd om zich terug te trekken uit de werkrol dan degenen die geen aanvullende scholing hebben gevolgd. Gezondheidsproblemen voor het 50 ste levensjaar hangen samen met een hogere mate van voorsorteren, zoals verwacht in Hypothese 6. [TABEL 4 ONGEVEER HIER] Panelmodellen: veranderingen in voorsorteren verklaard Tussen de eerste dataverzamelingsronde in 2001 en de tweede ronde in is de algemene mate van voorsorteren toegenomen onder de respondenten die op beide meetmomenten werkzaam waren. De gemiddelde score in is 2.52, terwijl de gemiddelde score 2.35 was in 2001 (t(610) = 6.84, p <.001). Voor ongeveer 26% van de werknemers is de score op de voorsorterenschaal meer dan één standaarddeviatie toegenomen (SD(ronde 1) = 0.62). Ongeveer 10% van de werknemers rapporteert een afname van voorsorteren van meer dan één standaarddeviatie. De scores op de voorsorterenschaal in 2001 zijn sterk gecorreleerd met de scores in , r(609) =.59, p <

12 In Model 2a (Tabel 5) worden de effecten van de nabijheid van de geplande pensioenleeftijd gerapporteerd, gecontroleerd voor de mate van voorsorteren in De resultaten zijn in lijn met Hypothese 1: Hoe dichter werknemers bij hun geplande pensioenleeftijd zijn in , hoe groter de toename in termen van voorsorteren gedurende de geobserveerde tijdsperiode was. In vergelijking met de referentiegroep ( 6 jaar van pensioen verwijderd) tonen met name de mensen die relatief dicht bij hun geplande pensioenleeftijd zijn gekomen (0-2 jaar van pensioen verwijderd) een sterkere toename. Ook werknemers die hun geplande pensioenleeftijd al gepasseerd zijn tonen een relatief sterke toename van voorsorteren. De coëfficiënten van de controlevariabelen geslacht, leeftijd waarop men is begonnen met werken, en type werk zijn niet statistisch significant. Respondenten met een leidinggevende positie rapporteren een minder sterke toename in voorsorteren dan niet-leidinggevenden. In Model 2b worden werkgerelateerde ervaringen tijdens de late carrière aan het model toegevoegd. Zoals verwacht in Hypothese 3 is het maken van promotie negatief gerelateerd aan voorsorteren in De mate van voorsorteren is minder sterk toegenomen bij mensen die promotie hebben gemaakt dan bij degenen die geen functieverandering hebben meegemaakt. De coëfficiënt voor degenen die van functie zijn veranderd zonder daarbij promotie te maken is in de verwachte richting, maar alleen significant als een 10% significantieniveau wordt gehanteerd. De effecten van baanmobiliteit tussen werkgevers en scholing zijn niet statistisch significant. In lijn met Hypothese 6 zien we dat een gezondheidsverslechtering samenhangt met een relatief sterke toename van voorsorteren. [TABEL 5 ONGEVEER HIER] 5. Discussie De transitie van werk naar pensioen kan beschouwd worden als een complex proces dat zich over een langere periode afspeelt. De resultaten van deze studie laten zien dat oudere werknemers steeds meer afstand nemen van het werk in houding of gedrag naarmate pensionering dichterbij komt. Wanneer mensen dichter bij hun geanticipeerde pensioenleeftijd komen, gaan ze zich dus niet alleen meer gespannen en moe voelen (Ekerdt & DeViney, 1993) en in toenemende mate nadenken, praten, en lezen over pensionering (Ekerdt et al., 2000; Evans et al., 1985), maar ook hun werkmotivatie en bereidheid tot het doen van werkinvesteringen lijkt af te nemen. Deze resultaten dragen zowel bij aan de literatuur over 12

13 het pensioneringsproces als aan de carrièreliteratuur, door te laten zien dat tijdens de latere fases van de carrière specifieke krachten (naderende pensionering) een rol gaan spelen die tijdens andere carrièrefases waarschijnlijk in mindere mate van belang zijn. In de carrièreliteratuur is de relatie tussen leeftijd en werkhoudingen en -gedrag veel bestudeerd (Zie meta-analyses door Ng & Feldman, 2008, 2010). Deze studie laat zien dat naast leeftijd de tot nu toe weinig bestudeerde tijdsdimensie tijd tot pensioen een belangrijke factor is voor het verklaren van werkhoudingen en -gedrag tijdens de latere fases van de carrière. Vanuit een beleidsperspectief zijn deze resultaten eveneens relevant. In veel westerse landen worden beleidsmaatregelen getroffen met het doel ouderen langer aan het werk te houden (OECD, 2006). Ondanks dat sommige maatregelen (bijvoorbeeld, de afschaffing van verplichte pensionering op een bepaalde leeftijd) ervoor zullen zorgen dat ouderen meer mogelijkheden krijgen om langer door te werken, kunnen andere maatregelen (zoals de afschaffing van genereuze regelingen voor vervroegd pensioen) oudere werknemers dwingen om langer door te werken dan ze oorspronkelijk hadden gepland. De resultaten van deze studie laten zien dat mensen die doorwerken na hun geplande pensioenleeftijd een relatief sterke neiging hebben om afstand te nemen van hun werk. Voor organisaties ligt er een uitdaging om deze werknemers gemotiveerd en betrokken te houden. De latere fases van de carrière worden niet noodzakelijk gekenmerkt door een continu proces van afstand nemen van het werk. Terwijl de meeste oudere werknemers meer afstand zijn gaan nemen van het werk tijdens de bestudeerde periode, zijn er ook werknemers die juist minder afstand zijn gaan nemen van het werk. Zoals verwacht in het levensloopperspectief (Settersten, 2003), lijkt er sprake te zijn van een meervoudig proces dat gekenmerkt wordt door zowel opwaartse als neerwaartse dynamiek. Werkgerelateerde ervaringen blijken een belangrijke rol te spelen in de verklaring van deze dynamiek. De resultaten laten zien dat functieveranderingen met name als ze gepaard gaan met promotie het proces van voorsorteren afzwakken. Dit suggereert dat werknemers minder geneigd zijn om afstand te nemen van het werk wanneer hun werkomstandigheden gunstiger worden. Ondanks dat baanmobiliteit tussen werkgevers negatief samenhangt met voorsorteren in de cross-sectionele modellen, is het effect in de panelmodellen niet statistisch significant. Wellicht resulteert dit type mobiliteit tijdens de late carrière niet in betere werkomstandigheden of wordt het als minder wenselijk beschouwd. Ook het beperkte aantal baanwisselingen tijdens de late carrière kan een verklaring bieden. Baanmobiliteit kwam weinig voor onder de bestudeerde oudere werknemers. Dit beperkt de statistische power om het verwachte effect te vinden. 13

14 De resultaten laten zien dat gezondheidsproblemen het proces van voorsorteren versnellen. Mensen die eerder in hun leven ernstige gezondheidsproblemen hebben ervaren sorteren meer voor tijdens hun late carrière dan degenen die deze problemen niet hebben gehad. Een verslechterde gezondheid tijdens de late carrière hangt samen met een toename van voorsorteren in de tijd. Deze bevindingen suggereren dat gezondheidsproblemen gepaard gaan met een verschuiving van prioriteiten. Het effect van deelname aan scholing is slechts deels in lijn met de verwachtingen. De cross-sectionele modellen laten zien dat mensen die eerder in het leven aan aanvullende scholing hebben deelgenomen minder voorsorteren tijdens hun late carrière. Echter, participatie in scholing of een cursus lijkt weinig invloed te hebben op veranderingen in voorsorteren tijdens de late carrière. Wellicht is hier sprake van een selectie-effect, namelijk dat juist mensen die weinig voorsorteren scholing of een cursus aangeboden krijgen. In het licht van discussies over levenslang leren moet wel worden opgemerkt dat er in deze studie een zeer brede meting van scholing is gebruikt, waarin geen onderscheid wordt gemaakt naar het type training, wie het initiatief heeft genomen voor de training, en trainingsintensiteit. De voorsorterenschaal die we in deze studie hebben gebruikt is een brede meting van diverse houdingen en gedragingen waarvan verwacht kan worden dat ze aan verandering onderhevig zijn in de jaren voor pensioen. Het voordeel van deze meting is dat er een breed beeld wordt verkregen van de afstand die mensen nemen van het werk. Een mogelijk nadeel vanuit statistisch oogpunt is dat de betrouwbaarheid van de schaal aanvaardbaar, maar niet erg hoog is. Het item over de geneigdheid om minder uren te gaan werken lijkt het minst goed binnen de schaal te passen. Dit zou erop kunnen wijzen dat afstand nemen van het werk meerdere dimensies omvat, bijvoorbeeld afstand nemen door binnen werktijd investeringen en betrokkenheid te verminderen, of juist door minder uren te gaan werken. Verder zijn er wellicht ook nog andere dimensies waarop mensen afstand kunnen nemen van het werk (bijvoorbeeld werkrelaties), die niet binnen het huidige meetinstrument zijn opgenomen. Voor toekomstig onderzoek zou het daarom interessant zijn om het meetinstrument uit te breiden en te valideren binnen andere steekproeven. Bij de interpretatie van de resultaten moeten enkele tekortkomingen in acht worden genomen. Allereerst hebben we in de analyses verondersteld dat pensioenplannen stabiel zijn gebleven tijdens de bestudeerde periode. Vanuit de pensioenliteratuur weten we echter dat pensioenplannen veranderen in de tijd (Ekerdt & DeViney, 1993; Wong & Hardy, 2009). Bijvoorbeeld, door versobering van regelingen voor vervroegde pensionering kunnen mensen hun geplande pensioenleeftijd opwaarts hebben bijgesteld. Als dit het geval is geweest, dan 14

15 hebben we de effecten van nabijheid van pensioen op veranderingen in voorsorteren onderschat. We kunnen de effecten van de onafhankelijke variabelen in de panelanalyses echter ook overschat hebben. Ondanks dat het conditionele veranderingsmodel het voordeel heeft dat het controleert voor regressie naar het gemiddelde, kunnen de effecten van de onafhankelijke variabelen overschat worden als de afhankelijke variabele niet perfect is gemeten op het eerste meetmoment (Finkel, 1995). Ten tweede zijn de gebruikte metingen van carrière-ervaringen gebaseerd op tamelijk brede retrospectieve vragen. Niet alle mogelijke vormen van mobiliteit zijn gemeten. Er zijn bijvoorbeeld geen vragen gesteld over demotie. Ook kan niet worden uitgesloten dat de retrospectieve aard van de vragen de nauwkeurigheid van de antwoorden heeft beïnvloed. Ten derde is het van belang te vermelden dat ondanks dat de werknemers van de geselecteerde ondernemingen een zeer diverse onderzoeksgroep vormen in termen van werkkenmerken, carrières en gezondheid de steekproef niet representatief is voor alle Nederlandse oudere werknemers. De geselecteerde organisaties zijn allemaal grote organisaties, waarbinnen er wellicht relatief veel aandacht is voor carrièrefases en regelingen omtrent pensioen (Ekerdt et al., 2000). De generaliseerbaarheid van de resultaten naar zelfstandig ondernemers of werknemers in kleine organisaties is daardoor mogelijk beperkt. Ondanks deze beperkingen toont deze studie duidelijk aan dat de mate waarin oudere werknemers zich terugtrekken uit de werkrol afhankelijk is van hun werkgerelateerde ervaringen en de geanticipeerde tijd tot pensionering. Zoals het levensloopperspectief veronderstelt: Om het pensioneringsproces beter te kunnen begrijpen is het van belang het verleden, het heden en de geanticipeerde toekomst te bestuderen (Settersten, 2003). Zowel de tijd die individuen in een bepaalde positie hebben doorgebracht ( time-in-state ) als de tijd die individuen nog verwachten door te brengen in een bepaalde positie ( time-left-in-state, Ekerdt & DeViney, 1993, p.s40) zullen hun houdingen en gedrag vormen. Eerder onderzoek suggereert dat dit niet alleen geldt voor de tijd die oudere werknemers nog in de arbeidsmarkt verwachten door te brengen, maar ook voor de tijd die mensen nog verwachten te leven. Het relatieve belang dat mensen hechten aan instrumentele doelen en emotioneel betekenisvolle doelen hangt samen met hun perspectief op de eindigheid van het leven (Lang & Carstensen, 2002). Specifiek voor pensionering laten onderzoeksresultaten bijvoorbeeld zien dat mensen die verwachten langer te leven ook later met pensioen willen gaan (Van Solinge & Henkens, 2010). Voor bestudering van de anticipatiefase in de jaren voor pensioen, maar ook voor de bestudering van de werkelijke pensioentransitie en de periode van aanpassing is het relevant om percepties ten aanzien van eindigheid in acht te nemen. 15

16 LITERATUUR Adams, G.A., & Rau, B.L. (2011). Putting off tomorrow to do what you want today. Planning for retirement. American Psychologist, 66(3), Allen, T.D., Russell, J.E.A., Poteet, M.L., & Dobbins, G.H. (1999). Learning and development factors related to perceptions of job content and hierarchical plateauing. Journal of Organizational Behavior, 20(7), Armstrong Stassen, M., & Ursel, N.D. (2009). Perceived organizational support, career satisfaction, and the retention of older workers. Journal of Occupational and Organizational Psychology, 82(1), Atchley, R.C. (1976). The sociology of retirement. New York: John Willey and Sons. Beehr, T.A. (1986). The process of retirement: A review and recommendations for future investigation. Personnel Psychology, 39(1), doi: /j tb00573.x Damman, M., Henkens, K., & Kalmijn, M. (2011). The impact of midlife educational, work, health, and family experiences on men's early retirement. The Journals of Gerontology Series B: Psychological Sciences and Social Sciences, 66(5), doi: /geronb/gbr092 Dykstra, P.A., Kraaykamp, G., Lippe, T.v.d., & Schippers, J. (2007). Perspectief op de levensloop. In T. v. d. Lippe, P. A. Dykstra, G. Kraaykamp & J. Schippers (Eds.), De maakbaarheid van de levensloop (pp. 1-8). Assen: Koninklijke Van Gorcum BV. Ekerdt, D.J., & DeViney, S. (1993). Evidence for a preretirement process among older male workers. Journal of Gerontology: Social Sciences, 48B(2), S35-S43. Ekerdt, D.J., Kosloski, K., & DeViney, S. (2000). The normative anticipation of retirement by older workers. Research on Aging, 22(1), doi: / Elder, G.H., & Johnson, M.K. (2003). The life course and aging. Challenges, lessons, and new directions. In R. A. Settersten (Ed.), Invitation to the life course. Towards new understandings of later life (pp ). New York: Baywood. Evans, L., Ekerdt, D.J., & Bossé, R. (1985). Proximity to retirement and anticipatory involvement: Findings from the normative aging study. Journal of Gerontology, 40(3), doi: /geronj/ Feldman, D.C. (1994). The decision to retire early: A review and conceptualization. Academy of Management Review, 19(2), Finkel, S.E. (1995). Causal analysis with panel data. London: Sage. 16

17 Fu, V.K., Winship, C., & Mare, R.D. (2004). Sample selection bias models. In M. Hardy & A. Bryman (Eds.), Handbook of data analysis (pp ). London: Sage. Han, S.K., & Moen, P. (1999). Clocking out: Temporal patterning of retirement. American Journal of Sociology, 105(1), doi: / Hank, K. (2004). Effects of early life family events on women's late life labour market behaviour: An analysis of the relationship between childbearing and retirement in western germany. European Sociological Review, 20(3), doi: /esr/jch017 Hayward, M.D., Friedman, S., & Chen, H. (1998). Career trajectories and older men's retirement. Journal of Gerontology: Social Sciences, B53(2), S91-S103. doi: /geronb/53B.2.S91 Henkens, K. (1999). Retirement intentions and spousal support: A multi-actor approach. Journal of Gerontology: Social Sciences, 54B(2), S63-S74. doi: /geronb/54B.2.S63 Henkens, K., & Van Solinge, H. (2003). Het eindspel: Werknemers, hun partners en leidinggevenden over uittreding uit het arbeidsproces. Assen: Van Gorcum/Stichting Management Studies. Lang, F.R., & Carstensen, L.L. (2002). Time counts: Future time perspective, goals, and social relationships. Psychology and Aging, 17(1), doi: // McEvoy, G.M., & Blahna, M.J. (2001). Engagement or disengagement? Older workers and the looming labor shortage. Business Horizons, 44(5), Moen, P., Sweet, S., & Swisher, R. (2005). Embedded career clocks: The case of retirement planning. Advances in Life Course Research, 9, doi: /S (04) Ng, T.W.H., & Feldman, D.C. (2008). The relationship of age to ten dimensions of job performance. Journal of Applied Psychology, 93(2), Ng, T.W.H., & Feldman, D.C. (2010). The relationships of age with job attitudes: A metaanalysis. Personnel Psychology, 63(3), doi: DOI: /j x Nunnally, J.C. (1978). Psychometric theory. New York: McGraw-Hill. OECD. (2006). Live longer, work longer. Ageing and employment policies. doi: / en 17

18 Raymo, J.M., Warren, J.R., Sweeney, M.M., Hauser, R.M., & Ho, J.-H. (2011). Precarious employment, bad jobs, labor unions, and early retirement. The Journals of Gerontology Series B: Psychological Sciences and Social Sciences, 66B(2), doi: /geronb/gbq106 Settersten, R.A. (2003). Propositions and controversies in life-course scholarship. In R. A. Settersten (Ed.), Invitation to the life course. Towards new understandings of later life (pp ). New York: Baywood. Shultz, K.S., & Wang, M. (2011). Psychological perspectives on the changing nature of retirement. American Psychologist, 66(3), doi: DOI: /a Singh, G., & Verma, A. (2003). Work history and later life labor force participation: Evidence from a large telecommunications firm. Industrial and Labor Relations Review, 56(4), doi: / Statistics Netherlands. (2001). Standaard beroepenclassificatie. Editie 2001 [standard occupational classification. Edition 2001]. Voorburg/Heerlen: Statistics Netherlands. Super, D.E. (1957). The psychology of careers. An introduction to vocational development. New York: Harper & Brothers. Van Solinge, H., & Henkens, K. (2005). Couples' adjustment to retirement: A multi-actor panel study. Journal of Gerontology: Social Sciences, 60B(1), S11-S20. Van Solinge, H., & Henkens, K. (2010). Living longer, working longer? The impact of subjective life expectancy on retirement intentions and behaviour. European Journal of Public Health, 20(1), doi: /eurpub/ckp118 Wang, M., & Shultz, K.S. (2010). Employee retirement: A review and recommendations for future investigation. Journal of Management, 36(1), West, M.A., & Nicholson, N. (1989). The outcomes of job change. Journal of Vocational Behavior, 34, Wong, J.D., & Hardy, M.A. (2009). Women's retirement expectations: How stable are they? The Journals of Gerontology Series B: Psychological Sciences and Social Sciences, 64B(1), doi: /geronb/gbn010 18

19 Vragen Tabel 1 Beschrijvende statistieken van de items uit de voorsorteren meting, 2001 en Ronde 1 (2001) Ronde 2 ( ) Ik houd de nieuwste ontwikkelingen in mijn vak minder goed bij dan 5 jaar geleden (andersom gecodeerd)ª Ik vind dat ze nieuwe verantwoordelijkheden maar aan jongeren moeten opdragen (andersom gecodeerd) Ik ben nog net zo gemotiveerd voor mijn werk als twee jaar geleden Ze moeten bij mij niet meer aankomen met nieuwe cursussen (andersom gecodeerd) Ik grijp elke mogelijkheid om minder uren te kunnen gaan werken aan (andersom gecodeerd) Ik vind het belangrijk om op de hoogte te blijven van nieuwe ontwikkelingen in mijn vak Gemiddelde (sd) 2.82 (1.16) 2.89 (1.08) 2.43 (1.07) 2.56 (1.17) 2.37 (1.02) 2.10 (0.80) N Item test correlatie Gemiddelde (sd) (1.14) (1.10) (1.10) (1.23) (1.08) (0.69) Voorsorteren schaal b (0.67) (0.68) a Antwoord categorieën lopen van 1 = helemaal mee eens tot 5 = helemaal oneens b Hogere schaalwaardes weerspiegelen een sterkere mate van voorsorteren N Item test correlatie

20 Tabel 2 Beschrijvende statistieken van de onafhankelijke variabelen Gemiddelde Variabelen SD Codering Cross-sectionele modellen (N=1,634) Geanticipeerde tijd tot pensioen Leeftijd in Werkgerelateerde ervaringen (< leeftijd 50) Functieverandering (ref: geen verandering) Functieverandering geen promotie Functieverandering promotie Verandering van werkgever Nieuwe opleiding begonnen Ernstige gezondheidsproblemen Controlevariabelen Geslacht: vrouw Leeftijd begonnen met werken Type werk: handarbeid Positie: leidinggevende Panelmodellen (N=611) Voorsorteren tijdens ronde Geanticipeerde tijd tot pensioen Nabijheid pensioen (ref: 6 jaar verwijderd) Geplande leeftijd gepasseerd Nabijheid gepland pensioen: 0 jaar Nabijheid gepland pensioen: 1 jaar Nabijheid gepland pensioen: 2 jaar Nabijheid gepland pensioen: 3 jaar Nabijheid gepland pensioen: 4 jaar Nabijheid gepland pensioen: 5 jaar Weet niet Werkgerelateerde ervaringen (tussen ronde 1&2) Functieverandering (ref: geen verandering) Functieverandering geen promotie Functieverandering promotie Verandering van werkgever Bedrijfsscholing of cursus Gezondheidsverslechtering Controlevariabelen Geslacht: vrouw Leeftijd begonnen met werken Type werk: handarbeid Positie: leidinggevende

21 Tabel 3 Mate van voorsorteren in 2001 Vragen Helemaal mee eens (%) Ik houd de nieuwste ontwikkelingen in mijn vak minder goed bij dan 5 jaar geleden Ik vind dat ze nieuwe verantwoordelijkheden maar aan jongeren moeten opdragen Ik ben nog net zo gemotiveerd voor mijn werk als twee jaar geleden Ze moeten bij mij niet meer aankomen met nieuwe cursussen Ik grijp elke mogelijkheid om minder uren te kunnen gaan werken aan Ik vind het belangrijk om op de hoogte te blijven van nieuwe ontwikkelingen in mijn vak Eens (%) Noot: Door afronding tellen niet alle percentages op tot 100% Niet eens niet oneens (%) Oneens (%) Helemaal oneens (%) N (100%)

22 Tabel 4 Cross-sectionele modellen ten aanzien van voorsorteren in 2001: coëfficiënten en robuuste standaardfouten Model 1a Model 1b Coef. SE Coef. SE Constante 1.89*** *** 0.30 Geanticipeerde tijd tot pensioen Leeftijd in *** *** 0.00 Werkgerelateerde ervaringen (< leeftijd 50) Functieverandering (a) Functieverandering geen promotie Functieverandering promotie -0.14** 0.05 Verandering van werkgever (b) -0.06* 0.03 Nieuwe opleiding begonnen (b) -0.17*** 0.03 Ernstige gezondheidsproblemen (b) 0.18*** 0.05 Controlevariabelen Geslacht: vrouw (c) -0.12* *** 0.04 Leeftijd begonnen met werken -0.01** *** 0.00 Type werk: handarbeid (d) 0.31*** *** 0.05 Positie: leidinggevende (e) -0.19*** *** 0.03 N F 25.86*** 26.31*** R² Noot: In beide modellen is er gecontroleerd voor onderneming. Noot: Referentie categorieën zijn (a) geen functieverandering, (b) nee, (c) man, (d) hoofdarbeid, (e) geen leidinggevende positie # p<.10; * p<.05; ** p<.01; *** p<

23 Tabel 5 Conditionele veranderingsmodellen ten aanzien van voorsorteren in : coëfficiënten en robuuste standaardfouten Model 2a Model 2b Coef. SE Coef. SE Constante 1.29*** *** 0.14 Voorsorteren tijdens ronde *** *** 0.04 Geanticipeerde tijd tot pensioen Nabijheid pensioen (a) Geplande leeftijd gepasseerd 0.36** ** 0.11 Nabijheid gepland pensioen: 0 jaar 0.22** ** 0.08 Nabijheid gepland pensioen: 1 jaar 0.34*** *** 0.09 Nabijheid gepland pensioen: 2 jaar 0.24** ** 0.08 Nabijheid gepland pensioen: 3 jaar 0.12# # 0.06 Nabijheid gepland pensioen: 4 jaar 0.16** * 0.05 Nabijheid gepland pensioen: 5 jaar Weet niet Werkgerelateerde ervaringen (tussen ronde 1&2) Functieverandering (b) Functieverandering geen promotie -0.10# 0.06 Functieverandering promotie -0.23*** 0.04 Verandering van werkgever (c) Bedrijfsscholing of cursus (c) Gezondheidsverslechtering (c) 0.20** 0.07 Controlevariabelen Geslacht: vrouw (d) Leeftijd begonnen met werken Type werk: handarbeid (e) Positie: leidinggevende (f) -0.13* * 0.05 N (censored/ uncensored) 886/ /611 Wald chi *** *** Lambda -0.11* * 0.05 Noot: In beide modellen is er gecontroleerd voor onderneming. Noot: Referentie categorieën zijn (a) zes of meer jaar verwijderd van pensioen, (b) geen functieverandering, (c) nee, (d) man, (e) hoofdarbeid, (f) geen leidinggevende positie. # p<.10; * p<.05; ** p<.01; *** p<

From Employee to Retiree: Life Histories and Retirement in the Netherlands M. Damman

From Employee to Retiree: Life Histories and Retirement in the Netherlands M. Damman From Employee to Retiree: Life Histories and Retirement in the Netherlands M. Damman FROM EMPLOYEE TO RETIREE: LIFE HISTORIES AND RETIREMENT IN THE NETHERLANDS ACADEMISCH PROEFSCHRIFT aan de Universiteit

Nadere informatie

Doorstarten na pensioen: een brug naar een gelukkige pensioentijd?

Doorstarten na pensioen: een brug naar een gelukkige pensioentijd? Over.Werk - Gepubliceerd Doorstarten na pensioen: een brug naar een gelukkige pensioentijd? Na een lange carrière waarin werk een belangrijke plaats inneemt, vormt pensionering voor de meeste mensen het

Nadere informatie

From employee to retiree: Life histories and retirement in the Netherlands Damman, M.

From employee to retiree: Life histories and retirement in the Netherlands Damman, M. UvA-DARE (Digital Academic Repository) From employee to retiree: Life histories and retirement in the Netherlands Damman, M. Link to publication Citation for published version (APA): Damman, M. (2014).

Nadere informatie

Doorstarten na pensioen: een brug naar een gelukkige pensioentijd?

Doorstarten na pensioen: een brug naar een gelukkige pensioentijd? Doorstarten na pensioen: een brug naar een gelukkige pensioentijd? Dingemans, E., Henkens, K., & Van Solinge, H. (2013). Doorstarten na pensioen: een opkomend fenomeen. Demos, 29(8), 1-3. Dingemans, E.,

Nadere informatie

Cognitieve achteruitgang: ook verlies van het persoonlijk netwerk?

Cognitieve achteruitgang: ook verlies van het persoonlijk netwerk? Cognitieve achteruitgang: ook verlies van het persoonlijk netwerk? M. J. Aartsen, TG. van Tilburg, C. H. M. Smits Inleiding Veel mensen worden in hun dagelijks leven omringd door anderen waarmee ze een

Nadere informatie

Samenvatting 205. Samenvatting

Samenvatting 205. Samenvatting Samenvatting 205 Samenvatting In veel ontwikkelde landen vergrijst de bevolking door de toegenomen levensverwachting en de daling van het geboortecijfer. De ratio van gepensioneerde ouderen ten opzichte

Nadere informatie

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Samenvatting Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Stabiliteit en verandering in gerapporteerde levensgebeurtenissen over een periode van vijf jaar Het belangrijkste doel van dit longitudinale,

Nadere informatie

De overgang van werk naar pensioen: Ervaren steun van volwassen kinderen

De overgang van werk naar pensioen: Ervaren steun van volwassen kinderen 1 1 2 3 De overgang van werk naar pensioen: Ervaren steun van volwassen kinderen Rozemarijn van Duijn & Marleen Damman 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 Contactpersoon:

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Het welbevinden van (vervroegd) gepensioneerden: De rol van onvrijwillig uittreden en het doorstarten in betaalde arbeid

Het welbevinden van (vervroegd) gepensioneerden: De rol van onvrijwillig uittreden en het doorstarten in betaalde arbeid 1 Het welbevinden van (vervroegd) gepensioneerden: De rol van onvrijwillig uittreden en het doorstarten in betaalde arbeid Running title: Het welbevinden van (vervroegd) gepensioneerden Ellen Dingemans

Nadere informatie

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource.

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource. Open Universiteit Klinische psychologie Masterthesis Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: De Leidinggevende als hulpbron. Emotional Job Demands, Vitality and Opportunities

Nadere informatie

Summary in Dutch. Samenvatting

Summary in Dutch. Samenvatting Samenvatting In de theorie van het menselijk kapitaal zijn kennis en gezondheid uitkomsten van bewuste investeringsbeslissingen. Veel van de keuzes hieromtrent lijken in de praktijk echter niet weldoordacht.

Nadere informatie

Samenvatting. Motiveren van oudere werknemers: Een levensloopperspectief op de rol van waargenomen personeelsinstrumenten

Samenvatting. Motiveren van oudere werknemers: Een levensloopperspectief op de rol van waargenomen personeelsinstrumenten Samenvatting Motiveren van oudere werknemers: Een levensloopperspectief op de rol van waargenomen personeelsinstrumenten 1 Introductie De beroepsbevolking in westerse landen vergrijst. Door het stijgen

Nadere informatie

Samenvatting. Leeftijd en Psychologisch Contractbreuk in Relatie tot Werkuitkomsten

Samenvatting. Leeftijd en Psychologisch Contractbreuk in Relatie tot Werkuitkomsten Samenvatting Leeftijd en Psychologisch Contractbreuk in Relatie tot Werkuitkomsten De beroepsbevolking in Nederland, maar ook in andere westerse landen, vergrijst in een rap tempo. Terwijl er minder kinderen

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/38701 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Visschedijk, Johannes Hermanus Maria (Jan) Title: Fear of falling in older patients

Nadere informatie

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers Research Centre for Education and the Labour Market ROA Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2014/1 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie

Onderzoek heeft aangetoond dat een hoge mate van herstelbehoefte een voorspellende factor is voor ziekteverzuim. Daarom is in de NL-SH ook de relatie Samenvatting Gehoor en de relatie met psychosociale gezondheid, werkgerelateerde variabelen en zorggebruik. De Nationale Longitudinale Studie naar Horen Slechthorendheid is een veelvoorkomende chronische

Nadere informatie

Testattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als. Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties

Testattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als. Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties Testattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties Test-taker Attitudes of Job Applicants: Test Anxiety and Belief in Tests as Antecedents of

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands

Samenvatting Nederlands Samenvatting Nederlands 178 Samenvatting Mis het niet! Incomplete data kan waardevolle informatie bevatten In epidemiologisch onderzoek wordt veel gebruik gemaakt van vragenlijsten om data te verzamelen.

Nadere informatie

Bedrijfsscholing: scholen voor de concurrent?

Bedrijfsscholing: scholen voor de concurrent? Onderwijs en opleiding Bedrijfsscholing: scholen voor de concurrent? Wolff, Ch. J. de, R. Luijkx en M.J.M. Kerkhofs (2002), Bedrijfsscholing en arbeidsmobiliteit, OSA A-186, Tilburg. Scholing van werknemers

Nadere informatie

Veranderingen in arbeidsparticipatie en zorggebruik. Een beschrijving van ontwikkelingen van 1997 tot 2008

Veranderingen in arbeidsparticipatie en zorggebruik. Een beschrijving van ontwikkelingen van 1997 tot 2008 Veranderingen in arbeidsparticipatie en zorggebruik. Een beschrijving van ontwikkelingen van 1997 tot 2008 Niels Schenk en Pearl Dykstra Erasmus Universiteit Rotterdam Mei 2013 INTRODUCTIE Onderzoek naar

Nadere informatie

Samenvatting Werk, Pensioen en Gezondheid

Samenvatting Werk, Pensioen en Gezondheid Samenvatting Werk, Pensioen en Gezondheid Potentiële bedreigingen voor de arbeidsparticipatie van oudere werknemers: werkbelasting, geheugen, sociale timing van pensioneren en gezondheid Een aantal bedreigingen

Nadere informatie

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst.

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Ferry Koster, Daan Bloem en Petra van de Goorbergh ICOON#11 November 2017 Het

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19103 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Pisanti, Renato Title: Beyond the job demand control (-support) model : explaining

Nadere informatie

van Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw

van Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw De Invloed van Werk- en Persoonskenmerken op het Welbevinden van Werknemers The Influence of Job and Personality Characteristics on Employee Well-being Drs. P.E. Gouw Eerste begeleider: Dr. S. van Hooren

Nadere informatie

Bijlage 5: Kwantitatieve analyse

Bijlage 5: Kwantitatieve analyse Bijlage 5: Kwantitatieve analyse Deze bijlage bevat een beschrijving van de kwantitatieve analyse, zoals die is uitgevoerd op de 26 vragen in de vragenlijst. Analyses op het niveau van de (26) afzonderlijke

Nadere informatie

Hoe autonomie-ondersteunend werkt een docent binnen honoursonderwijs? Tineke Kingma Elanor Kamans Marjolein Heijne-Penninga Marca Wolfensberger

Hoe autonomie-ondersteunend werkt een docent binnen honoursonderwijs? Tineke Kingma Elanor Kamans Marjolein Heijne-Penninga Marca Wolfensberger Hoe autonomie-ondersteunend werkt een docent binnen Tineke Kingma Elanor Kamans Marjolein Heijne-Penninga Marca Wolfensberger Fellow onderzoeker Adviseur en coördinator 2 Opzet onderzoekspresentatie 1.

Nadere informatie

Samenvatting. Gezond zijn of je gezond voelen: veranderingen in het oordeel van ouderen over de eigen gezondheid Samenvatting

Samenvatting. Gezond zijn of je gezond voelen: veranderingen in het oordeel van ouderen over de eigen gezondheid Samenvatting Samenvatting Gezond zijn of je gezond voelen: veranderingen in het oordeel van ouderen over de eigen gezondheid 2 2 3 4 5 6 7 8 Samenvatting 161 162 In de meeste Westerse landen neemt de levensverwachting

Nadere informatie

Meta-analyses naar de waarde van stedelijk openbaar groen

Meta-analyses naar de waarde van stedelijk openbaar groen Meta-analyses naar de waarde van stedelijk openbaar groen Mark Koetse Luke Brander Waarde van openbaar groen Stelling: Openbaar groen staat onder druk in stedelijke gebieden; Expliciete waardering van

Nadere informatie

Persoonlijke factoren en Sales succes

Persoonlijke factoren en Sales succes Persoonlijke factoren en Sales succes Welke samenhang is er? Gerard Groenewegen Mei 2009 06-55717189 1 Agenda 1. Inleiding 2. Opzet studie 3. Beoordeling van dit onderzoek 4. Bevindingen 5. Conclusie 6.

Nadere informatie

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst.

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Het onderzoeksproject Innovatief Personeelsbeleid richt zich op de vraag hoe

Nadere informatie

Zijn werkgevers geneigd oudere werknemers na verplicht pensioen terug in dienst te nemen?

Zijn werkgevers geneigd oudere werknemers na verplicht pensioen terug in dienst te nemen? Zijn werkgevers geneigd oudere werknemers na verplicht pensioen terug in dienst te nemen? Jaap Oude Mulders Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI-KNAW) en Universiteit Utrecht Door

Nadere informatie

BAANZEKERHEID EN ONTSLAG DREIGING BIJ OUDERE WERKNEMERS

BAANZEKERHEID EN ONTSLAG DREIGING BIJ OUDERE WERKNEMERS BAANZEKERHEID EN ONTSLAG DREIGING BIJ OUDERE WERKNEMERS Rapport van ILC Zorg voor later, Stichting Loonwijzer/WageIndicator, en Universiteit van Amsterdam/Amsterdams Instituut voor Arbeids Studies (AIAS)

Nadere informatie

/hpm. Onderzoek werkstress, herstel en cultuur. De rol van vrijetijdsbesteding. 6 februari 2015. Technische Universiteit Eindhoven

/hpm. Onderzoek werkstress, herstel en cultuur. De rol van vrijetijdsbesteding. 6 februari 2015. Technische Universiteit Eindhoven Onderzoek werkstress, herstel en cultuur De rol van vrijetijdsbesteding 6 februari 2015 Technische Universiteit Eindhoven Human Performance Management Group ir. P.J.R. van Gool prof. dr. E. Demerouti /hpm

Nadere informatie

In de afgelopen decennia heeft ongehuwd samenwonen overal in Europa. toegenomen populariteit van het ongehuwd samenwonen is onderdeel van

In de afgelopen decennia heeft ongehuwd samenwonen overal in Europa. toegenomen populariteit van het ongehuwd samenwonen is onderdeel van Nederlandse samenvatting (summary in Dutch) De verschillende betekenissen van ongehuwd samenwonen in Europa: Een studie naar verschillen tussen samenwoners in hun opvattingen, plannen en gedrag. In de

Nadere informatie

draagt via de positieve invloeden van de voorgaande mediatoren bij aan een verbeterde CRM effectiviteit in het huidige onderzoek.

draagt via de positieve invloeden van de voorgaande mediatoren bij aan een verbeterde CRM effectiviteit in het huidige onderzoek. Why participation works: the role of employee involvement in the implementation of the customer relationship management type of organizational change (dissertation J.T. Bouma). SAMENVATTING Het hier gepresenteerde

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord 13. Eerder weg om gezond actief te blijven

Inhoud. Voorwoord 13. Eerder weg om gezond actief te blijven Inhoud Voorwoord 13 Hoofdstuk 1. Inleiding 17 1.1 Achtergrond van het onderzoek 17 1.2 Rumoer rond het pensioenstelsel 22 1.3 Uitzicht op een langer arbeidsleven? 24 1.4 Arbeidsbesef 27 1.5 Beeldvorming

Nadere informatie

Summary 215. Samenvatting

Summary 215. Samenvatting Summary 215 216 217 Productontwikkeling wordt in steeds vaker georganiseerd in de vorm van consortia. Het organiseren van productontwikkeling in consortia is iets wat uitdagingen met zich meebrengt omdat

Nadere informatie

11. Multipele Regressie en Correlatie

11. Multipele Regressie en Correlatie 11. Multipele Regressie en Correlatie Meervoudig regressie model Nu gaan we kijken naar een relatie tussen een responsvariabele en meerdere verklarende variabelen. Een bivariate regressielijn ziet er in

Nadere informatie

Methoden van onderzoek. Werkcollege 5

Methoden van onderzoek. Werkcollege 5 Werkcollege 5 Werkcollege 5: Inhoud 1. Instructies bij opdrachten 2. Populatie - steekproef 3. Vragenlijst ontwikkelen 2 Instructies opdrachten 3 Werkcollege 5: Inhoud 1. Instructies bij opdrachten 2.

Nadere informatie

Duurzame inzetbaarheid tot 67 jaar: Hoe doe je dat? Prof Lex Burdorf Afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg Erasmus MC, Rotterdam

Duurzame inzetbaarheid tot 67 jaar: Hoe doe je dat? Prof Lex Burdorf Afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg Erasmus MC, Rotterdam Duurzame inzetbaarheid tot 67 jaar: Hoe doe je dat? Prof Lex Burdorf Afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg Erasmus MC, Rotterdam Duurzame inzetbaarheid in het nieuws Duurzame inzetbaarheid in het nieuws

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Jeugdgezondheidszorg

Werkinstructies voor de CQI Jeugdgezondheidszorg Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de CQI JGZ bedoeld? De CQI Jeugdgezondheidzorg (CQI JGZ) is bedoeld om de kwaliteit van zorg rond de jeugdgezondheidzorg te meten vanuit het perspectief

Nadere informatie

Capita Selecta Recent Arbeidsmarktonderzoek in Vlaanderen

Capita Selecta Recent Arbeidsmarktonderzoek in Vlaanderen RESEARCH SUMMARY ONDERZOEK I.K.V. VIONA STEUNPUNT WSE Capita Selecta Recent Arbeidsmarktonderzoek in Vlaanderen TITEL: FLEXIBLE JOB SEARCH BEHAVIOR AMONG UNEMPLOYED JOBSEEKERS: ANTECEDENTS AND OUTCOMES

Nadere informatie

Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang. Sandra Terwolbeck, Amstelveen 8 oktober 2008

Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang. Sandra Terwolbeck, Amstelveen 8 oktober 2008 Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang Sandra Terwolbeck, Amstelveen 8 oktober 2008 Secundaire arbeidsvoorwaarden van primair belang Huidige uitdagingen voor organisaties Veranderd werknemersperspectief

Nadere informatie

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual

Nadere informatie

Hoe gaat Nederland met pensioen?

Hoe gaat Nederland met pensioen? Hoe gaat Nederland met pensioen? Een onderzoek over het pensioensbewustzijn van Nederland op verschillende thema s, waaronder duurzame inzetbaarheid In opdracht van GfK Intomart 2014 Hoe gaat Nederland

Nadere informatie

Scholing voor oudere werknemers: literatuuroverzicht en kosten-baten analyse

Scholing voor oudere werknemers: literatuuroverzicht en kosten-baten analyse Scholing voor oudere werknemers: literatuuroverzicht en kosten-baten analyse Wim Groot & Henriette Maassen van den Brink In samenwerking met Annelies Notenboom, Karin Douma en Tom Everhardt, APE Den Haag

Nadere informatie

Changing images of older workers part 1

Changing images of older workers part 1 Changing images of older workers part 1 Vragenlijst afgenomen in het LISS panel Versie 1.0 datum september 2013 auteur Marije Oudejans T: +31 13 466 8327 E: m.oudejans@uvt.nl Postbus 90153, 5000 LE Tilburg

Nadere informatie

Tabellenboek bij factsheet panel Psychisch Gezien: Werk, eenzaamheid en stigma. Caroline Place Lex Hulsbosch Harry Michon

Tabellenboek bij factsheet panel Psychisch Gezien: Werk, eenzaamheid en stigma. Caroline Place Lex Hulsbosch Harry Michon Tabellenboek bij factsheet panel Psychisch Gezien: Werk, eenzaamheid en stigma Caroline Place Lex Hulsbosch Harry Michon Inhoudsopgave Algemene toelichting... 3 Legenda bij tabellen... 4 Deel 1 - Algemene

Nadere informatie

3.1 Itemanalyse De resultaten worden eerst op itemniveau bekeken. De volgende drie aspecten dienen bekeken te worden:

3.1 Itemanalyse De resultaten worden eerst op itemniveau bekeken. De volgende drie aspecten dienen bekeken te worden: Werkinstructie Psychometrische analyse Versie: 1.0 Datum: 01-04-2014 Code: WIS 04.02 Eigenaar: Eekholt 4 1112 XH Diemen Postbus 320 1110 AH Diemen www.zorginstituutnederland.nl T +31 (0)20 797 89 59 1

Nadere informatie

Hoe meet je prestatie op het werk?

Hoe meet je prestatie op het werk? Body@Work retraite 26-10- 10, TNO Leiden Hoe meet je prestatie op het werk? Project team: Drs. Linda Koopmans (TNO/VUmc) Dr. Claire Bernaards (TNO) Dr. Vincent Hildebrandt (TNO) Prof. Dr. Riekie de Vet

Nadere informatie

Wat motiveert u in uw werk?

Wat motiveert u in uw werk? Wat motiveert u in uw werk? Begin dit jaar heeft u kunnen deelnemen aan een online onderzoek naar de motivatie en werktevredenheid van actuarieel geschoolden. In dit artikel worden de resultaten aan u

Nadere informatie

Arbeidsmarktmobiliteit van ouderen

Arbeidsmarktmobiliteit van ouderen Arbeidsmarktmobiliteit van ouderen Jan-Willem Bruggink en Clemens Siermann Werkenden van 45 jaar of ouder zijn weinig mobiel op de arbeidsmarkt. Binnen deze groep neemt de mobiliteit af met het stijgen

Nadere informatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Voorlopige resultaten van het onderzoek naar de perceptie van medewerkers in sociale (wijk)teams bij gemeenten - Yvonne Zuidgeest

Nadere informatie

SAMENVATTING SAMENVATTING

SAMENVATTING SAMENVATTING SAMENVATTING Voor veel mensen met een verstandelijke beperking is werk een belangrijk onderdeel van het leven. Vaak vindt hun werk plaats op een beschutte werkplek, zoals een sociale werkplaats of dagcentrum.

Nadere informatie

DANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1

DANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1 DANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1 Dankbaarheid in Relatie tot Intrinsieke Levensdoelen: Het mediërende Effect van Psychologische Basisbehoeften Karin Nijssen Open Universiteit

Nadere informatie

Palliatieve Zorg. Onderdeel: Kwalitatief onderzoek. Naam: Sanne Terpstra Studentennummer: 500646500 Klas: 2B2

Palliatieve Zorg. Onderdeel: Kwalitatief onderzoek. Naam: Sanne Terpstra Studentennummer: 500646500 Klas: 2B2 Palliatieve Zorg Onderdeel: Kwalitatief onderzoek Naam: Sanne Terpstra Studentennummer: 500646500 Klas: 2B2 Inhoudsopgave Inleiding Blz 2 Zoekstrategie Blz 3 Kwaliteitseisen van Cox et al, 2005 Blz 3 Kritisch

Nadere informatie

Innovatie van dienstverlening via Loket. Reden voor gebruik en gebruikerstevredenheid.

Innovatie van dienstverlening via Loket. Reden voor gebruik en gebruikerstevredenheid. Innovatie van dienstverlening via Loket. Reden voor gebruik en gebruikerstevredenheid. In het kader van het project Innovatie van dienstverlening doet ICOON onderzoek naar de vraag onder welke omstandigheden

Nadere informatie

Ziekteverzuim het laagst bij werknemers met een hoge mate van autonomie en veel steun van collega's en leidinggevenden

Ziekteverzuim het laagst bij werknemers met een hoge mate van autonomie en veel steun van collega's en leidinggevenden Ziekteverzuim het laagst bij werknemers met een hoge mate van autonomie en veel steun van collega's en leidinggevenden Martine Mol en Jannes de Vries Een hoge werkdruk onder werknemers komt vooral voor

Nadere informatie

Werk in balans. verloop bij verzorgenden en verpleegkundigen. Work in balance. turnover of nurses and health-care workers.

Werk in balans. verloop bij verzorgenden en verpleegkundigen. Work in balance. turnover of nurses and health-care workers. Werk in balans Een onderzoek naar de invloed van werktijden op werkthuisinterferentie en de gevolgen daarvan voor burnout en verloop bij verzorgenden en verpleegkundigen. Work in balance A study of the

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Spataderen

Werkinstructies voor de CQI Spataderen Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg rond spataderen te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst kan worden gebruikt

Nadere informatie

Het belang van ziektepercepties voor zelfmanagement COPD als voorbeeld

Het belang van ziektepercepties voor zelfmanagement COPD als voorbeeld Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Het belang van ziektepercepties voor zelfmanagement COPD als voorbeeld, M. Heijmans, NIVEL, augustus 2013) worden gebruikt.

Nadere informatie

9. Lineaire Regressie en Correlatie

9. Lineaire Regressie en Correlatie 9. Lineaire Regressie en Correlatie Lineaire verbanden In dit hoofdstuk worden methoden gepresenteerd waarmee je kwantitatieve respons variabelen (afhankelijk) en verklarende variabelen (onafhankelijk)

Nadere informatie

Hoe gaat Nederland met pensioen?

Hoe gaat Nederland met pensioen? Hoe gaat Nederland met pensioen? Een onderzoek over het pensioensbewustzijn van Nederland op verschillende thema s, waaronder pensioenleeftijdsverwachting. In opdracht van GfK Intomart 2013 33213 Delta

Nadere informatie

Zijn werkgevers geneigd oudere werknemers na verplicht pensioen terug in dienst te nemen?

Zijn werkgevers geneigd oudere werknemers na verplicht pensioen terug in dienst te nemen? Loopbanen Zijn werkgevers geneigd oudere werknemers na verplicht pensioen terug in dienst te nemen? Oude Mulders, J., Van Dalen, H.P., Henkens, K., & Schippers, J. (2014). How likely are employers to rehire

Nadere informatie

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten? De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve

Nadere informatie

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten The Moderating Influence of Social Support on the Relationship between Mobbing at Work

Nadere informatie

Toegang tot banen, werkplaatsveranderingen

Toegang tot banen, werkplaatsveranderingen Summary in Dutch Toegang tot banen, werkplaatsveranderingen en de voortgang in de arbeidscarrière Inleiding Ruimtelijke verschillen in waar mensen wonen en waar banen zijn gelokaliseerd vormen een van

Nadere informatie

Onderzoek Behoefte van werknemers aan een inzetbaarheidstest

Onderzoek Behoefte van werknemers aan een inzetbaarheidstest Onderzoek Behoefte van werknemers aan een inzetbaarheidstest Inhoud Samenvatting 3 1 Inleiding 4 1.1 Aanleiding 4 1.2 Representativiteit 4 2 Resultaten 5 2.1 Werken tot aan het pensioen 5 2.2 Aandacht

Nadere informatie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder

Nadere informatie

Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere

Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere vrouwen: Onderzoek naar de relatie tussen angst, depressieve

Nadere informatie

het psychisch functioneren van de ouder, de tevredenheid van de ouders met de (huwelijks)relatie en de gezinscommunicatie. Een beter functioneren van

het psychisch functioneren van de ouder, de tevredenheid van de ouders met de (huwelijks)relatie en de gezinscommunicatie. Een beter functioneren van 9 Samenvatting 173 174 9 Samenvatting Kanker is een veel voorkomende ziekte. In 2003 werd in Nederland bij meer dan 72.000 mensen kanker vastgesteld. Geschat wordt dat het hier in 9.000 gevallen om mensen

Nadere informatie

Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk

Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober 2017 Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk Managementsamenvatting In het kader van de totstandkoming van het

Nadere informatie

Summary in Dutch 179

Summary in Dutch 179 Samenvatting Een belangrijke reden voor het uitvoeren van marktonderzoek is het proberen te achterhalen wat de wensen en ideeën van consumenten zijn met betrekking tot een produkt. De conjuncte analyse

Nadere informatie

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work.

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work. De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work Merijn Daerden Studentnummer: 850225144 Werkstuk: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Meten: algemene beginselen. Harry B.G. Ganzeboom ADEK UvS College 1 28 februari 2011

Meten: algemene beginselen. Harry B.G. Ganzeboom ADEK UvS College 1 28 februari 2011 Meten: algemene Harry B.G. Ganzeboom ADEK UvS College 1 28 februari 2011 OPZET College 1: Algemene College 2: Meting van attitudes (ISSP) College 3: Meting van achtergrondvariabelen via MTMM College 4:

Nadere informatie

Hoe gaat Nederland met pensioen?

Hoe gaat Nederland met pensioen? Hoe gaat Nederland met pensioen? Een onderzoek over het pensioensbewustzijn van Nederland op verschillende thema s, waaronder duurzame inzetbaarheid In opdracht van. GfK Intomart 2014 Hoe gaat Nederland

Nadere informatie

Jaar 3: Deelrapportage 4. Werkbevlogenheid docenten Montaigne Lyceum, mei 2010

Jaar 3: Deelrapportage 4. Werkbevlogenheid docenten Montaigne Lyceum, mei 2010 Programmalijn: Expeditie Durven, Delen, Doen: Onderwijs is populair, personeel is trots Jaar 3: Deelrapportage 4 Onderwijsontwikkeling Montaigne Lyceum Werkbevlogenheid docenten Montaigne Lyceum, mei 2010

Nadere informatie

Handleiding Nederlandse Werkwaardentest

Handleiding Nederlandse Werkwaardentest Handleiding Nederlandse Werkwaardentest Versie 1.0 (c), mei 2008 Dr Edwin van Thiel Nederlandse werkwaardentest De Nederlandse werkwaardentest is eind 2006 ontwikkeld door 123test via een uitgebreid online

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenposten

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenposten Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg op een huisartsenpost (HAP) te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst kan worden

Nadere informatie

FinQ Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders. Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager

FinQ Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders. Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager FinQ 2018 Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager 14-1-2019 Projectnummer B3433 Achtergrond van de FinQ monitor Nederlanders in staat

Nadere informatie

In het eerste deel van dit proefschrift staan drie onderzoeksvragen (OV) centraal. Deze zijn schematisch weergegeven in onderstaand figuur.

In het eerste deel van dit proefschrift staan drie onderzoeksvragen (OV) centraal. Deze zijn schematisch weergegeven in onderstaand figuur. Samenvatting Introductie Het doel van dit proefschrift is om inzicht te krijgen in wat bijdraagt aan goed toegeruste zorgmedewerkers werkzaam in de verpleeghuiszorg voor mensen met dementie. Een sterke

Nadere informatie

Goede inzetbaarheid oudere medewerkers vereist beter HR-beleid

Goede inzetbaarheid oudere medewerkers vereist beter HR-beleid Goede inzetbaarheid oudere medewerkers vereist beter HR-beleid Andries de Grip, Didier Fouarge en Raymond Montizaan Context Netspar Brief Het Nederlandse pensioenstelsel is de afgelopen jaren sterk veranderd:

Nadere informatie

Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC

Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC 1. De vragenlijst Waarvoor is de CQI Naasten op de IC bedoeld? De CQI Naasten op de IC is bedoeld is bedoeld om de kwaliteit van de begeleiding en opvang van

Nadere informatie

SAMENVATTING SAMENVATTING. Werk en Psychische Gezondheid: Studies naar de invloed van werk kenmerken, sociale rollen en gender

SAMENVATTING SAMENVATTING. Werk en Psychische Gezondheid: Studies naar de invloed van werk kenmerken, sociale rollen en gender SAMENVATTING Werk en Psychische Gezondheid: Studies naar de invloed van werk kenmerken, sociale rollen en gender In de jaren negentig werd duidelijk dat steeds meer werknemers in Nederland, waaronder in

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie

Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie Wouter Pinxten (contact: Wouter.Pinxten@UGent.be) Prof. Dr. John Lievens Achtergrond

Nadere informatie

Bijlagen Werkloos toezien?

Bijlagen Werkloos toezien? Bijlagen Werkloos toezien? Gevolgen van de crisis voor emancipatie en welbevinden Ans Merens Edith Josten Bijlage A Data en methode 2 A.1 Arbeidsduur en arbeidsdeelname van partners van werklozen 2 A.2

Nadere informatie

Fase 1.3. Lichamelijke en psychische effecten van kortcyclische arbeid op de mens

Fase 1.3. Lichamelijke en psychische effecten van kortcyclische arbeid op de mens Fase 1.3. Lichamelijke en psychische effecten van kortcyclische arbeid op de mens 1 Doel Doel van dit instrument is inzicht bieden in de prevalentie (mate van voorkomen) en de effecten van kortcylische

Nadere informatie

HOOFDSTUK VII REGRESSIE ANALYSE

HOOFDSTUK VII REGRESSIE ANALYSE HOOFDSTUK VII REGRESSIE ANALYSE 1 DOEL VAN REGRESSIE ANALYSE De relatie te bestuderen tussen een response variabele en een verzameling verklarende variabelen 1. LINEAIRE REGRESSIE Veronderstel dat gegevens

Nadere informatie

Samenvatting. Leraren die het verschil maken: een onderzoek naar leraren als change agents in het primair onderwijs

Samenvatting. Leraren die het verschil maken: een onderzoek naar leraren als change agents in het primair onderwijs Samenvatting Leraren die het verschil maken: een onderzoek naar leraren als change agents in het primair onderwijs Monique H. R. M. A. van der Heijden Verdediging 13 juni 2017 Dit proefschrift bevat vier

Nadere informatie

College 3 Interne consistentie; Beschrijvend onderzoek

College 3 Interne consistentie; Beschrijvend onderzoek College 3 Interne consistentie; Beschrijvend onderzoek Inleiding M&T 2012 2013 Hemmo Smit Overzicht van dit college Kwaliteit van een meetinstrument (herhaling) Interne consistentie: Cronbach s alpha Voorbeeld:

Nadere informatie

Summary 124

Summary 124 Summary Summary 124 Summary Summary Corporate social responsibility and current legislation encourage the employment of people with disabilities in inclusive organizations. However, people with disabilities

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Het aantal eerste en tweede generatie immigranten in Nederland is hoger dan ooit tevoren. Momenteel wonen er 3,2 miljoen immigranten in Nederland, dat is 19.7% van de totale

Nadere informatie

Technische nota. Brussel, december 2011

Technische nota. Brussel, december 2011 Technische nota Werkbaar werk en de inschatting van zelfstandige ondernemers om hun huidige job al dan niet tot hun pensioen verder te kunnen zetten. Resultaten uit de werkbaarheidsmetingen 2007 en 2010

Nadere informatie

EFFECTEN VAN HET COMBINEREN VAN STRATEGIEËN EN VAN MANAGEMENTCONCEPTEN RECENTE ONTWIKKELINGEN IN ONDERZOEK

EFFECTEN VAN HET COMBINEREN VAN STRATEGIEËN EN VAN MANAGEMENTCONCEPTEN RECENTE ONTWIKKELINGEN IN ONDERZOEK Management accounting & control: EFFECTEN VAN HET COMBINEREN VAN STRATEGIEËN EN VAN MANAGEMENTCONCEPTEN RECENTE ONTWIKKELINGEN IN ONDERZOEK 32 MCA: juni 214, nummer 3 Onderzoekers hebben de laatste jaren

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Reumatoïde Artritis

Werkinstructies voor de CQI Reumatoïde Artritis Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de ervaren kwaliteit van reumazorg te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst kan worden gebruikt

Nadere informatie

Werkinstructie PREM Fysiotherapie NIVEL, december 2016

Werkinstructie PREM Fysiotherapie NIVEL, december 2016 Bijlage G Werkinstructie PREM Fysiotherapie Werkinstructie PREM Fysiotherapie NIVEL, december 2016 Wat is de PREM Fysiotherapie? Deze vragenlijst gaat over patiëntervaringen met fysiotherapie en is een

Nadere informatie

Het leren door de werknemers van de toekomst Infosessie opleidingsincentives en levenslang leren 18 April 2016 Prof. dr. Eva Kyndt

Het leren door de werknemers van de toekomst Infosessie opleidingsincentives en levenslang leren 18 April 2016 Prof. dr. Eva Kyndt Het leren door de werknemers van de toekomst Infosessie opleidingsincentives en levenslang leren 18 April 2016 Prof. dr. Eva Kyndt Stellingen Leren doe je enkel tijdens een opleiding Niets gaat boven al

Nadere informatie

Arbeidsparticipatie van vrouwen rond de echtscheiding

Arbeidsparticipatie van vrouwen rond de echtscheiding Anne Marthe Bouman Ooit gescheiden moeders werken even vaak als gehuwd gebleven moeders, ongeacht of ze na de geboorte van hun jongste kind werkten of niet. De cijfers laten zien dat gescheiden moeders

Nadere informatie