8.4 Van mavo 4 naar havo Vanuit havo Vanuit tvwo 4 5

Transcriptie

1 OVERGANGSNORMEN

2 Inhoud 1 Inleiding 2 2 Rapportvergaderingen Algemene bepalingen Procedures 2 3 Algemene normen 3 4 Revisievergadering 3 5 Bijzondere omstandigheden: hardheidsclausule 3 6 Beroepsprocedure 3 7 Afrondingen overgangscijfers 4 8 Bijzondere overgangsregels: veranderen van niveau Vanuit havo Vanuit vwo Vanuit tvwo Van mavo 4 naar havo Vanuit havo Vanuit vwo Vanuit tvwo Van havo 5 naar vwo Vanuit vwo Vanuit tvwo Vrijstellingsregeling Vrijstellingsregeling doubleurs en instromers havo 4 en vwo Vrijstellingsregeling doubleurs vwo Vrijstellingsregeling gezakten vwo Vrijstellingsregeling gezakten havo Vrijstellingsregeling gezakten mavo 7 10 Slotbepaling 7 11 Overgangsnormen Leerjaar Normen mavo en havo Normen mavo/havo en havo/vwo Normen vwo Normen tvwo Leerjaar Normen mavo Normen havo Normen vwo Normen tvwo Leerjaar Normen mavo Normen havo Normen vwo en tvwo Leerjaar 4 en Normen havo 4, vwo 4, tvwo 4, vwo 5 en tvwo 5 16 Terug naar inhoud 1

3 1 Inleiding Op het Vechtstede College kennen we de volgende onderwijsniveaus: - mavo (vmbo-t); - havo; - vwo; - tvwo (tweetalig vwo). 2 Rapportvergaderingen 2.1 Algemene bepalingen Aan de rapportvergadering nemen deel: - de mentor; - de docenten die lesgeven aan de te bespreken klas; - de afdelingsleider. De rapportvergadering hanteert de vastgelegde normen en determinatiecriteria. De rapportvergadering besluit op grond van de overgangsnormen: - de leerling te bevorderen naar het volgende leerjaar van hetzelfde onderwijsniveau; - de leerling te bevorderen naar het volgende leerjaar van een ander onderwijsniveau; - de leerling te laten doubleren; - de leerling te plaatsen in hetzelfde leerjaar van een ander onderwijsniveau; - de leerling in de eerstvolgende cursus niet meer te plaatsen; - het besluit uit te stellen tot uiterlijk de tweede schooldag van het volgende jaar. De rapportvergadering kan besluiten om de ouders te laten kiezen uit enkele van bovengenoemde alternatieven, die de rapportvergadering aandraagt. Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen maar wel in de bespreekzone valt, zie overgangsnormen, beoordeelt de vergadering op grond van andere determinatiecriteria of bevordering in bepaalde gevallen toch mogelijk is. Hierbij wordt gekeken naar: - de niet afgeronde cijfers; - de mate waarin de leerling op het niveau van het gewenste schooltype gewerkt heeft; - de wijze waarop de leerling met de leerstof omgaat: werkhouding, concentratie en belangstelling; - de trend van prestaties en werkhouding in de loop van het schooljaar. 2.2 Procedures De rapportvergadering is de eindrapportvergadering of revisievergadering die bestaat uit de lesgevende docenten, de mentor en de afdelingsleider. Een leerlingbegeleider, vertrouwenspersoon, decaan of een andere deskundige kunnen op verzoek van de afdelingsleider op de vergadering aanwezig zijn. Deze aanwezigen hebben geen stemrecht. Wijzigingen van cijfers worden door de docenten vóór de vergadering doorgegeven aan de afdelingsleider. De mentor zorgt dat op de rapportvergadering alle relevante informatie over een leerling bekend is. Indien een leerling mogelijk niet rechtstreeks bevorderd wordt, neemt de mentor vooraf contact op met de leerling en de ouders om zich op de hoogte te stellen van eventuele nieuwe, relevante informatie. Van docenten wordt verwacht dat zij in de vergadering niet alleen oordelen vanuit het eigen vak, maar bij stemming de argumenten van de collega's mee laten wegen. Bij bespreekgevallen wordt een leerling bevorderd als meer dan de helft van de stemgerechtigde leden van de rapportvergadering vóór bevordering stemt. Bij het staken van de stemmen beslist de afdelingsleider na overleg met de mentor. Onthouden van stemmen is toegestaan. Terug naar inhoud 2

4 Schriftelijk een stem uitbrengen is niet toegestaan. Een afwezige docent kan wel schriftelijk zijn of haar mening voorafgaand aan de vergadering ter overweging aan de mentor meegeven. Een mentor of afdelingsleider en /of een docent of een combinatie van beide, die deelneemt aan de vergadering heeft ongeacht het aantal uren of aantal vakken dat gegeven wordt, ten hoogste één stem. Als er gestemd wordt, stemmen de afdelingsleider en de mentor mee. De mentor maakt aantekeningen van de rapportvergadering en noteert de besluiten. 3 Algemene normen Doubleren is in het eerste leerjaar niet toegestaan. Een leerling wordt naar een andere school verwezen als de leerling tweemaal doubleert in hetzelfde leerjaar of in twee opeenvolgende leerjaren. De rapportvergadering kan op grond van gedrag of gebrek aan inzet of motivatie besluiten de schoolleiding voor te stellen een leerling het recht op doubleren te ontzeggen. Een leerling kan alleen bevorderd worden als het rapport volledig is. Als het rapport onvolledig is door nalatigheid van de leerling, kan de leerling niet worden bevorderd naar het volgende leerjaar. Een bevordering is altijd onvoorwaardelijk. Een leerling die hetzelfde leerjaar, ongeacht het onderwijsniveau, voor de tweede keer doorloopt wordt altijd in de rapportvergadering besproken. Overstappen van een afdeling naar een andere afdeling is altijd afhankelijk van de beschikbare ruimte in de betreffende afdeling. 4 Revisievergadering Een revisievergadering kan worden aangevraagd bij de rector door een lid van de schoolleiding of door een docent die in het schooljaar aan de betreffende leerling les heeft gegeven. Als de schoolleiding geen moment heeft bepaald dat een aanvraag moet zijn ingediend, is de laatste mogelijkheid de dag volgend op de rapportvergadering s middags om 16:00 uur. Revisievergaderingen zijn alleen mogelijk in geval van procedurele fouten of bij nieuwe gegevens die vooraf redelijkerwijze aan de rapportvergadering niet bekend konden zijn. De revisievergadering wordt voorgezeten door de rector of door een door de rector aan te wijzen vervanger. 5 Bijzondere omstandigheden: hardheidsclausule Als toepassing van de regels een beslissing oplevert die naar het gezamelijke oordeel van de mentor en de afdelingsleider onjuist is, kunnen zij de vergadering voorstellen ome een beslissing te nemen die afwijkt van de gestelde normen en regels. Hiervoor is een meerderheid van stemmen noodzakelijk. 6 Beroepsprocedure Beroep tegen de beslissing van de overgangsvergadering kan schriftelijk en met vermelding van argumenten binnen vijf werkdagen nadat het besluit door de mentor is medegedeeld worden ingediend bij de rector. Indien blijkt dat de beslissing is genomen op basis van onjuiste gegevens, is de rector bevoegd de beslissing van de overgangsvergadering te herzien. De rector kan ook besluiten de beoordeling op de tweede dag van het nieuwe schooljaar opnieuw te laten plaatsvinden, of het beroep ongegrond te verklaren. Terug naar inhoud 3

5 Alleen als bovenstaande beroepsprocedure is doorlopen, kunnen ouders in hoger beroep gaan bij de klachtencommissie van de Gooise Scholen Federatie, zie examenreglement. 7 Afrondingen overgangscijfers 6,3 wordt 6 6,43 wordt 6,4 of 6 6,4 wordt 6 6,44 wordt 6,4 of 6 6,5 wordt 7 6,45 wordt 6,5 of 7 6,6 wordt 7 6,46 wordt 6,5 of 7 Indien een cijfer wordt berekend op basis van deelcijfers die zelf op meer cijfers zijn gebaseerd, wordt de afgeronde waarde van de deelcijfers gebruikt. Zie onderstaand voorbeeld. cijfer 1 cijfer 2 gemiddelde van cijfer 1 en 2 berekend 6,45 6,44 6,4 fout afgerond 6,5 6,4 6,5 goed Deze wijze van afronden geldt voor zowel onder- als bovenbouwcijfers en de vakken die afsluiten met een school examen. Let op: voor de cijfers van het centraal examen gelden de eindexamennormen en de daarbij behorende wijze van afronden (6,47 wordt 6). 8 Bijzondere overgangsregels: veranderen van niveau 8.1 Vanuit havo 3 Bevordering van havo 3 naar mavo 4 of vwo 4 is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. 8.2 Vanuit vwo 3 Bevordering van vwo 3 naar havo 4 is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. Bevordering van vwo 3 naar tvwo 4 is niet mogelijk. 8.3 Vanuit tvwo 3 Bevordering van tvwo 3 naar havo 4 of vwo 4 is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. 8.4 Van mavo 4 naar havo 4 Een leerling met een mavodiploma is toelaatbaar tot havo 4 als aan alle onderstaande voorwaarden wordt voldaan: - De leerling heeft alle gevolgde vakken afgesloten met een voldoende. - De meerderheid van de lesgevende docenten geeft een positief advies. - De leerling de voorlichtingsbijeenkomst over de overstap van mavo naar havo 4 heeft bijgewoond. - De leerling zich uiterlijk 1 maart officieel heeft aangemeld voor havo 4. - Er heeft een toelatingsgesprek plaatsgevonden met de afdelingsleider en/of decaan en de leerling heeft blijk gegeven van een sterke motivatie en een goed beeld van de te verwachten werklast. - Een mavodiploma in acht vakken strekt tot aanbeveling. De volgende profiel specifieke eisen gelden: - voor Cultuur en Maatschappij: een mavodiploma met Frans of Duits; - voor Economie en Maatschappij: een mavodiploma met wiskunde en economie; - voor Natuur en Gezondheid: een mavodiploma met wiskunde, natuur- en scheikunde II, biologie en ten minste 20 punten voor deze drie vakken; - voor Natuur en Techniek: een mavodiploma met wiskunde, natuur- en scheikunde I, natuur- en scheikunde II en ten minste 20 punten voor deze drie vakken. Terug naar inhoud 4

6 De leerling kan de vakken Frans, Duits, wiskunde, natuurkunde en scheikunde alleen kiezen als de leerling daar het mavo examen voor heeft afgelegd. Het vak economie kan alleen gekozen worden als de leerling de rekentoets 2F met minimaal een 7 heeft afgesloten. De afdelingsleider havo kan de leerling verplichten voor één of meer vakken een instroomcursus te volgen die voldoende moet worden afgesloten. Indien er sprake is van overaanmelding, vindt selectie plaats op basis van verwacht studieresultaat. 8.5 Vanuit havo 4 Bevordering van havo 4 naar mavo 4, vwo 4 of vwo 5 is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. 8.6 Vanuit vwo 4 - Verwijzen van vwo 4 naar havo 5 is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. - De overstap van vwo 4 naar tvwo 5 is niet mogelijk. - Bevordering van vwo 4 naar havo 5 is slechts in uitzonderlijke gevallen mogelijk, dit ter beoordeling van de rapportvergadering. Per vak moet worden vastgelegd welke toetsen kunnen worden meegenomen. Alle andere gemiste onderdelen moeten in periode 1 van het daaropvolgende schooljaar zijn afgerond. 8.7 Vanuit tvwo 4 - Verwijzen van tvwo 4 naar havo 4 is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. - Bevordering naar tvwo 5 is alleen mogelijk als de leerling voldoet aan de normen die voor bevordering van vwo 4 naar vwo 5 gelden en voor het vak Engels tenminste een 6,5 behaald is. - Bevordering naar vwo 5 is alleen mogelijk als de leerling voldoet aan de normen die voor bevordering van vwo 4 naar vwo 5 gelden. - Bevordering van tvwo 4 naar havo 5 is slechts in uitzonderlijke gevallen mogelijk, dit ter beoordeling van de rapportvergadering. Per vak moet worden vastgelegd welke toetsen kunnen worden meegenomen. Alle andere gemiste onderdelen moeten in periode 1 van het daaropvolgende schooljaar zijn afgerond. 8.8 Van havo 5 naar vwo 5 Een leerling met een havodiploma is toelaatbaar tot vwo 5 als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: - De leerling heeft de vakken Nederlands, Engels, rekenen of wiskunde (A of B) met minimaal een zeven afgesloten. - Voor het havodiploma zijn alle vakken met een voldoende cijfer afgesloten. Het volgen en voldoende afsluiten van een extra vak is hierbij een aanbeveling. - De lesgevende docenten uit havo 5 geven een overwegend positief advies betreffende de capaciteiten van de leerling. - De lesgevende docenten uit havo 5 geven een overwegend positief advies betreffende de werkhouding, het gedrag en de motivatie en er zijn geen problemen met absentie en te laat komen geconstateerd. - De leerling meldt zich voor 1 april aan door middel van een motivatiebrief. - Er is door de leerling een toelatingsgesprek gevoerd met de decaan en de afdelingsleider waaruit een positieve verwachting voor het behalen van een goed vwo-resultaat is gebleken bij de laatstgenoemden en duidelijk is dat de leerling een realistisch beeld heeft van de te verwachten werklast. - Er is plaats in de lesgroepen van de vakken die de leerling gekozen heeft. Per vak moet worden vastgelegd welke toetsen kunnen worden meegenomen. Alle andere gemiste onderdelen moeten in periode 1 van het daaropvolgende schooljaar zijn afgerond. De doorgestroomde havoleerling krijgt vrijstelling in het vwo-programma voor het vak maatschappijleer in het gemeenschappelijke deel van het programma. Bij overaanmelding kan de afdelingsleider vwo-leerlingen selecteren op basis van te verwachten studieresultaat. 8.9 Vanuit vwo 5 Terug naar inhoud 5

7 - Een leerling met een havodiploma verliest het recht op bevordering indien aan het einde van het schooljaar niet alle gemiste onderdelen van het vwo-programma zijn afgerond, voor zover voor deze onderdelen geen vrijstelling is verleend. - Een leerling met een havodiploma die geen toegang krijgt tot vwo 6 mag niet doubleren en moet de school verlaten. - Bevordering van vwo 5 naar havo 5 is slechts in uitzonderlijke gevallen mogelijk, dit ter beoordeling van de rapportvergadering. Per vak moet worden vastgelegd welke toetsen kunnen worden meegenomen. Alle andere gemiste onderdelen moeten in periode 1 van het daaropvolgende schooljaar zijn afgerond. - Bevorderen van vwo 5 naar tvwo 6 is niet mogelijk Vanuit tvwo 5 - Verwijzen van tvwo 5 naar havo 5 is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. - Verwijzen van tvwo 5 naar vwo 6 is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. 9 Vrijstellingsregeling 9.1 Vrijstellingsregeling doubleurs en instromers havo 4 en vwo 4 - Leerlingen doen alle onderdelen voor niet-afgesloten vakken geheel opnieuw. Zij maken deel uit van het nieuwe cohort en volgen het op dat moment geldende Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA). - Als leerlingen die in havo 4 of (t)vwo 4 doubleren, reeds een vak met uitsluitend een schoolexamen met minimaal een zeven hebben afgesloten, zijn er twee mogelijkheden: 1. De leerling vraagt binnen twee weken na het begin van het schooljaar bij de afdelingsleider vrijstelling aan voor het betreffende vak en dient een studievoorstel in om de vrijkomende studielasturen aan een vak te besteden waarin de leerling zwak is. De bij het studievoorstel behorende studielast moet gelijk zijn aan de studielast van het vak dat is afgesloten. Het reeds behaalde cijfer van het afgesloten vak blijft staan. 2. De leerling volgt alle onderdelen van het vak voor het betreffende jaar opnieuw en maakt alle toetsen, praktisch opdrachten en handelingsdelen. - Voor lichamelijke opvoeding en de rekentoets/rekenen geldt geen vrijstellingsregeling. - Ontheffingsregeling tweede moderne vreemde taal vwo. In het examenbesluit is geregeld dat een school onder bepaalde omstandigheden een vwo leerling een ontheffing kan geven voor de tweede moderne vreemde taal in het gemeenschappelijk deel. Dit kan in de volgende gevallen: - Leerlingen met stoornissen die specifiek betrekking hebben op taal of leerlingen met zintuiglijke stoornissen die effect hebben op taal. - Leerlingen met een moedertaal anders dan de Nederlandse. - Leerlingen die één van beide bètaprofielen volgen, dat profiel naar verwachting voor het overige met succes kunnen afronden, maar waarvoor de verplichting om een tweede moderne vreemde taal te volgen dit naar verwachting zou verhinderen. Op het Vechtstede College wordt deze ontheffingsregeling als volgt uitgevoerd: - Een leerling die, na overleg met vakdocenten en mentor, in aanmerking denkt te komen voor een ontheffing dient een op schrift gesteld beargumenteerd verzoek in bij de afdelingsleider. - De afdelingsleider beslist over de mogelijke ontheffing, zo mogelijk gehoord hebbende de leerling, de zorgcoördinator, de decaan, de lesgevende docenten en de ouders. Hierbij moet duidelijk aangetoond worden dat het aannemelijk is dat de leerling niet in staat is het vwo-diploma te behalen als gevolg van een of meer van de bovengenoemde vier gronden. Daarbij dient een verklaring van een deskundige, medische verklaring of een OPP (ontwikkelingsperspectief) te worden overlegd. - Indien de ontheffing wordt verleend, dient de leerlingen een extra examenvak te volgen: examenvak met een normatieve studielast van tenminste 440 uren, ter keuze van de leerling, voor zover de school deze als zodanig aanbiedt) - De beslissing over het verzoek tot vrijstelling wordt door de afdelingsleider schriftelijk aan de ouders van de leerling meegedeeld, in kopie verzonden aan de directie en aan het leerlingdossier toegevoegd. 9.2 Vrijstellingsregeling doubleurs vwo 5 Terug naar inhoud 6

8 - Leerlingen doen alle onderdelen voor niet-afgesloten vakken geheel opnieuw. Zij maken deel uit van het nieuwe cohort en volgen het op dat moment geldende Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA). - Als leerlingen die in (t)vwo 5 doubleren, reeds een vak met uitsluitend een schoolexamen met minimaal een zeven hebben afgesloten, zijn er twee mogelijkheden: 1. De leerling vraagt binnen twee weken na het begin van het schooljaar bij de afdelingsleider vrijstelling aan voor het betreffende vak en dient een studievoorstel in om de vrijkomende studielasturen aan een vak te besteden waarin de leerling zwak is. De bij het studievoorstel behorende studielast moet gelijk zijn aan de studielast van het vak dat is afgesloten. Het reeds behaalde cijfer van het afgesloten vak blijft staan. 2. De leerling volgt alle onderdelen van het vak voor het betreffende jaar opnieuw en maakt alle toetsen, praktisch opdrachten en handelingsdelen. Voor lichamelijke opvoeding en de rekentoets/rekenen geldt geen vrijstellingsregeling. 9.3 Vrijstellingsregeling gezakten vwo Leerlingen die zakken voor hun examen vwo 6 en binnen de school dit jaar overdoen, volgen verplicht alle lessen en maken alle bijbehorende toetsen, praktische opdrachten en handelingsdelen. De behaalde cijfers in het examenjaar vervallen met uitzondering van vakken met een schoolexamen die voldoende zijn afgesloten. Leerlingen die hun profielwerkstuk met minimaal een zeven hebben afgerond, hoeven dit niet opnieuw te maken, als het combinatiecijfer voldoende is. Voor lichamelijke opvoeding geldt geen vrijstellingsregeling. 9.4 Vrijstellingsregeling gezakten havo Leerlingen die zakken voor hun examen in havo 5 en binnen de school dit jaar overdoen, volgen verplicht alle lessen en maken alle bijbehorende toetsen, praktische opdrachten en handelingsdelen. De behaalde cijfers in het examenjaar vervallen met uitzondering van vakken met een schoolexamen die voldoende zijn afgesloten. Als het combinatiecijfer een zeven of hoger is, hoeven leerlingen niet opnieuw een profielwerkstuk te maken. 9.5 Vrijstellingsregeling gezakten mavo Leerlingen die zakken voor hun examen in mavo 4 en binnen de school dit jaar overdoen, volgen verplicht alle lessen en maken alle bijbehorende toetsen, praktische opdrachten en handelingsdelen. De behaalde cijfers in het examenjaar vervallen met uitzondering van vakken met een schoolexamen (maatschappijleer). Het vak moet dan wel met een zeven zijn afgesloten. Als het sectoronderzoek voldoende is afgesloten hoeft het niet opnieuw gemaakt te worden. 10 Slotbepaling In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist de rector na overleg met de afdelingsleider. Terug naar inhoud 7

9 11 Overgangsnormen 11.1 Leerjaar 1 De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: een voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers, met de bijbehorende wegingen. Bij een bevordering wordt gekeken naar: - de som van de eindcijfers voor de A-vakken; - de som van de eindcijfers voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde; - het aantal onvoldoendes voor de B-vakken Normen mavo/havo en havo/vwo 1. A-vakken De acht A-vakken zijn: Nederlands, Engels, wiskunde, Frans, geschiedenis, aardrijkskunde, biologie en Science. De onderstaande tabellen zijn voor de A-vakken van toepassing. m/h->m h/v- >h Bevorderd Bespreken Verwijzen naar ander onderwijsniveau 48 punten één vijf 48 punten 47 punten twee vijven 50 punten 47, 48 en 49 punten 46 punten één vier 50 punten 47, 48 en 49 punten 46 punten drie vijven 48 punten 45, 46, 47 punten één vijf en één vier 48 punten 45, 46, 47 punten één drie 48 punten 45, 46, 47 punten twee vijven en één vier 51 punten 50 punten één vijf en één drie 51 punten 50 punten twee vieren 51 punten 50 punten meer onvoldoendes altijd verwijzen m/h->h h/v->v Bevorderd Bespreken Verwijzen ander onderwijsniveau 48 punten één vijf 48 punten 47 punten twee vijven 50 punten 47, 48 en 49 punten 46 punten één vier 50 punten 47, 48 en 49 punten 46 punten drie vijven 48 punten 45, 46, 47 punten één vijf en één vier 48 punten 45, 46, 47 punten één drie 48 punten 45, 46, 47 punten twee vijven en één vier 51 punten 50 punten één vijf en één drie 51 punten 50 punten twee vieren 51 punten 50 punten meer onvoldoendes altijd verwijzen 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan een vijf. De zes B-vakken zijn: beeldende vorming, muziek, lichamelijke opvoeding, levensbeschouwelijke vorming, drama en versterkt Engels. Een leerling wordt besproken, indien de som van de zes genoemde vakken lager is dan 36 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan een vier. N.B. Wanneer een leerling besproken wordt, beslist de docentenvergadering of de leerling bevorderd wordt naar het lagere niveau, de dakpanklas( indien van toepassing), of het hogere niveau. Terug naar inhoud 8

10 Normen vwo 1. A-vakken De acht A-vakken zijn: Nederlands, Engels, wiskunde, Frans, geschiedenis, aardrijkskunde, biologie en Science. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. Bevorderd Bespreken Niet bevorderd 48 punten één vijf 48 punten 47 punten twee vijven 50 punten 47, 48 en 49 punten 46 punten één vier 50 punten 47, 48 en 49 punten 46 punten drie vijven 48 punten 45, 46, 47 punten één vijf en één vier 48 punten 45, 46, 47 punten één drie 48 punten 45, 46, 47 punten twee vijven en één vier 51 punten 50 punten één vijf en één drie 51 punten 50 punten twee vieren 51 punten 50 punten meer onvoldoendes 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan een vijf. De zes B-vakken zijn: beeldende vorming, muziek, lichamelijke opvoeding, filosofie, drama en versterkt Engels. Een leerling wordt besproken, indien de som van de zes genoemde vakken lager is dan 36 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan een vier Normen tvwo 1. A-vakken De acht A-vakken zijn: Nederlands, Engels, wiskunde, Frans, geschiedenis, aardrijkskunde, biologie en Science. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. Bevorderd Bespreken Niet bevorderd 48 punten één vijf 48 punten 47 punten twee vijven 50 punten 47, 48 en 49 punten 46 punten één vier 50 punten 47, 48 en 49 punten 46 punten drie vijven 48 punten 45, 46, 47 punten één vijf en één vier 48 punten 45, 46, 47 punten één drie 48 punten 45, 46, 47 punten twee vijven en één vier 51 punten 50 punten één vijf en één drie 51 punten 50 punten twee vieren 51 punten 50 punten meer onvoldoendes 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan een vijf. De vijf B-vakken zijn: Art & Design, drama, muziek, lichamelijke opvoeding en filosofie. Een leerling wordt besproken, indien de som van de vijf genoemde vakken lager is dan 30 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan een vier. Terug naar inhoud 9

11 11.2 Leerjaar 2 De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: een voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers, met de bijbehorende wegingen. Bij een bevordering wordt gekeken naar: - het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de A-vakken; - het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde; - het aantal onvoldoendes voor de B-vakken Normen mavo 1. A-vakken De tien A-vakken zijn Nederlands, Engels, wiskunde, Frans, Duits, geschiedenis, aardrijkskunde, biologie, economie en Science. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. Bevorderd Bespreken Niet bevorderd 60 punten één vijf 59 punten twee vijven 60 punten 58 en 59 punten één vier 60 punten 58 en 59 punten drie vijven 61 punten 57, 58, 59, 60 punten één vijf en één vier 61 punten 57, 58, 59, 60 punten één drie 61 punten 57, 58, 59, 60 punten twee vijven en één vier 63 punten 62 punten één vijf en één drie 63 punten 62 punten twee vieren 63 punten 62 punten één vier en één drie 65 punten 64 punten overige onvoldoendes 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan een vijf. De zes B-vakken zijn: beeldende vorming, versterkt Engels, lichamelijke opvoeding, levensbeschouwelijke vorming, muziek en drama. Een leerling wordt besproken, indien de som van de zes genoemde vakken lager is dan 36 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan een vier Normen havo 1. A-vakken De negen A-vakken zijn Nederlands, Engels en wiskunde, Frans, Duits, geschiedenis, aardrijkskunde, biologie en Science. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. Bevorderd Bespreken Niet bevorderd 54 punten één vijf 53 punten twee vijven 54 punten 52 en 53 punten één vier 54 punten 52 en 53 punten drie vijven 55 punten 51, 52, 53, 54 punten één vijf en één vier 55 punten 51, 52, 53, 54 punten één drie 55 punten 51, 52, 53, 54 punten twee vijven en één vier 57 punten 56 punten één vijf en één drie 57 punten 56 punten twee vieren 57 punten 56 punten één vier en één drie 59 punten 58 punten Terug naar inhoud 10

12 overige onvoldoendes 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan een vijf. De zes B-vakken zijn beeldende vorming, versterkt Engels, lichamelijke opvoeding, levensbeschouwelijke vorming, muziek en drama. Een leerling wordt besproken, indien de som van de zes genoemde vakken lager is dan 36 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan een vier Normen vwo 1. A-vakken De tien A-vakken zijn Nederlands, Engels en wiskunde, Frans, Duits, geschiedenis, aardrijkskunde, biologie en Science en Spaans. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. Bevorderd Bespreken Niet bevorderd 60 punten één vijf 59 punten twee vijven 60 punten 58 en 59 punten één vier 60 punten 58 en 59 punten drie vijven 61 punten 57, 58, 59, 60 punten één vijf en één vier 61 punten 57, 58, 59, 60 punten één drie 61 punten 57, 58, 59, 60 punten twee vijven en één vier 63 punten 62 punten één vijf en één drie 63 punten 62 punten twee vieren 63 punten 62 punten één vier en één drie 65 punten 64 punten overige onvoldoendes 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan een vijf. De vijf B-vakken zijn versterkt Engels, lichamelijke opvoeding, filosofie, muziek en drama. Een leerling wordt besproken, indien de som van de vijf genoemde vakken lager is dan 30 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan een vier Normen tvwo 1. A-vakken De tien A-vakken zijn Nederlands, Engels en wiskunde, Frans, Duits, geschiedenis, aardrijkskunde, biologie en Science en Spaans. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. Bevorderd Bespreken Verwijzen ander onderwijsniveau 60 punten één vijf 59 punten twee vijven 60 punten 58 en 59 punten één vier 60 punten 58 en 59 punten drie vijven 61 punten 57, 58, 59, 60 punten één vijf en één vier 61 punten 57, 58, 59, 60 punten één drie 61 punten 57, 58, 59, 60 punten twee vijven en één vier 63 punten 62 punten één vijf en één drie 63 punten 62 punten Terug naar inhoud 11

13 twee vieren 63 punten 62 punten één vier en één drie 65 punten 64 punten overige onvoldoendes 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan een vijf. De vijf B-vakken zijn Art & Design, lichamelijke opvoeding, filosofie, muziek en drama. Een leerling wordt besproken, indien de som van de vijf genoemde vakken lager is dan 30 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan een vier Leerjaar Normen mavo De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: een voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers, met de bijbehorende wegingen. A vakken (11): Ne, En, Du, Wi, AK, Bio, Eco, Nask1, Nask2, GS, BV Zonder Frans A vakken (12): Ne, En, Du, Fa, Wi, AK, Bio, Eco, Nask1, Nask2, GS, BV met Frans. Terug naar inhoud 12

14 1. Een leerling wordt besproken, indien de som voor de vakken Nederlands en Engels samen lager is dan 11. Dit geldt ook als er voor deze vakken een cijfer lager dan een vijf is behaald. 2. Het PTA (Programma van toetsing en afsluiting) van het vak LO en CKV zijn met een voldoende afgesloten. 3. Alle de te volgen vakken in het profiel zijn afgesloten met minimaal een zes of 1x vijf en overige vakken een zes of hoger. Wanneer het eindcijfer van het gekozen vak niet voldoende is, besluit de docentenvergadering tot het al dan niet volgen van het vak. 4. De eindcijfers van alle A-vakken tellen mee voor de bevordering, dus ook de cijfers van de niet gekozen vakken. 5. Leerling moet hebben deelgenomen aan de rekentoets. Het cijfer wordt vermeld op de cijferlijst van het einddiploma. 6. Het is mogelijk een extra vak te kiezen. Het eindcijfer voor het extra te kiezen vak moet minimaal een zeven zijn met een positief advies van de vakdocent. De rapportvergadering neemt een besluit over het toekennen van een extra vak. De getoonde werkhouding en het inzicht in het vak, is bij deze beslissing zwaarwegend. Overstap 3 havo naar 4 mavo Een leerling die instroomt vanuit 3havo in 4mavo moet een inhaalprogramma volgen voor de vakken die in het PTA voor lj 3 worden afgesloten Normen havo De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: een voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers, met de bijbehorende wegingen. De normen 1. De A-vakken De A-vakken zijn: Nederlands, Engels, Frans, Duits, wiskunde, natuurkunde, scheikunde, economie, aardrijkskunde en geschiedenis. Afhankelijk van het gevolgde profiel in periode drie worden A-vakken aangevuld met management & organisatie, biologie, maatschappijwetenschappen. Hierdoor volgt een leerling minimaal tien en maximaal twaalf A-vakken. 10 A-vakken Bevorderd Bespreken Niet bevorderd 60 punten Terug naar inhoud 13

15 één vijf 59 punten één vier 59 punten 58 punten één drie 59 punten 58 punten 57 punten twee vijven 60 punten 59 punten 58 punten één vijf en één vier 60 punten 59 punten 58 punten één vijf en één drie 60 punten 59 punten 58 punten twee vieren 60 punten 59 punten 58 punten één vier en één drie 60 punten 59 punten 58 punten drie vijven 61 punten 60 punten 59 punten twee vijven en één vier 61 punten 60 punten 59 punten overige onvoldoendes altijd niet bevorderd 11 A-vakken Bevorderd Bespreken Niet bevorderd 66 punten één vijf 65 punten één vier 65 punten 64 punten één drie 65 punten 64 punten 63 punten twee vijven 66 punten 65 punten 64 punten één vijf en één vier 66 punten 65 punten 64 punten één vijf en één drie 66 punten 65 punten 64 punten twee vieren 66 punten 65 punten 64 punten één vier en één drie 66 punten 65 punten 64 punten drie vijven 67 punten 66 punten 65 punten twee vijven en één vier 67 punten 66 punten 65 punten overige onvoldoendes altijd niet bevorderd 12 A-vakken Bevorderd Bespreken Niet bevorderd 72 punten één vijf 71 punten één vier 71 punten 70 punten één drie 71 punten 70 punten 69 punten twee vijven 72 punten 71 punten 70 punten één vijf en één vier 72 punten 71 punten 70 punten één vijf en één drie 72 punten 71 punten 70 punten twee vieren 72 punten 71 punten 70 punten één vier en één drie 72 punten 71 punten 70 punten drie vijven 73 punten 72 punten 71 punten twee vijven en één vier 73 punten 72 punten 71 punten overige onvoldoendes altijd niet bevorderd 17 punten. Een leerling wordt ook besproken indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan een vijf. Voor de vier vakken lichamelijke opvoeding, muziek, versterkt Engels en beeldende vorming mag maximaal met één onvoldoende, minimaal een vier, afgesloten worden. In alle andere gevallen wordt een leerling besproken. 4.Wanneer het vak wiskunde B wordt gekozen, moet een leerling minimaal het cijfer zes behaald hebben als eindcijfer in havo 3. 6.Extra vak Voor alle profielen geldt dat de rapportvergadering een besluit neemt of een leerling een extra vak mag volgen. Terug naar inhoud 14

16 Normen vwo en tvwo De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: een voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers, met de bijbehorende wegingen. De normen 1. A-vakken De elf A-vakken zijn: Nederlands, Engels, wiskunde, Frans, Duits, geschiedenis, aardrijkskunde, natuurkunde, scheikunde, economie en Spaans. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. Bevorderd Bespreken Niet bevorderd 66 punten één vijf 65 punten één vier 65 punten 64 punten één drie 65 punten 64 punten 63 punten twee vijven 66 punten 65 punten 64 punten één vijf en één vier 66 punten 65 punten 64 punten één vijf en één drie 67 punten 66 en 65 punten 64 punten twee vieren 67 punten 66 en 65 punten 64 punten één vier en één drie 67 punten 66 en 65 punten 64 punten drie vijven 66 punten 65 punten twee vijven en één vier 66 punten 65 punten twee vijven en één drie 66 punten 65 punten vier vijven 66 punten 65 punten overige onvoldoendes altijd verwijzen 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan een vijf. Voor de drie vakken lichamelijke opvoeding, muziek en versterkt Engels (vwo) / Art & Design (tvwo) mag samen niet meer dan één onvoldoende behaald worden die niet lager is dan een vier en dient de som van de cijfers minimaal 17 punten te zijn. In alle andere gevallen wordt een leerling besproken. 4. Profiel Economie en Maatschappij en profiel Cultuur en Maatschappij Wanneer voor het vak wiskunde A een vijf gehaald wordt, is het verplicht om het profiel Cultuur en Maatschappij, dan wel het dubbelprofiel Economie en Maatschappij / Cultuur en Maatschappij te kiezen. 5. Profiel Natuur en Techniek en profiel Natuur en Gezondheid Profiel Natuur en Techniek Een leerling wordt besproken, indien de som van de niet afgeronde cijfers voor de vakken wiskunde B, natuurkunde en scheikunde lager is dan 20 punten of in een van de drie vakken een onvoldoende gehaald wordt. Profiel Natuur en Gezondheid Het vak wiskunde A moet minimaal met een zes zijn afgesloten. Een leerling wordt besproken, indien de som van de niet afgeronde cijfers van de vakken wiskunde A dan wel wiskunde B en scheikunde lager is dan 13,5 punten of in een van de vakken een onvoldoende gehaald wordt. Wanneer het vak natuurkunde wordt gekozen moet hier een 6,5 of meer behaald worden. 6. Extra vak Voor alle profielen geldt dat de rapportvergadering een besluit neemt of een leerling een extra vak mag volgen Leerjaar 4 en Normen havo 4, vwo 4, tvwo 4, vwo 5 en tvwo 5 Terug naar inhoud 15

17 Leerlingen worden bevorderd als voldaan wordt aan onderstaande voorwaarden: - In de eindcijfers van de kernvakken komt niet meer dan één onvoldoende (tenminste een 5) voor, kernvakken havo: Nederlands, Engels en wiskunde kernvakken vwo: Nederlands, Engels en wiskunde. - De beoordeling van lichamelijke opvoeding is minimaal een voldoende. - Alle eindcijfers zijn: - een zes of hoger; - of 1x een vijf en voor de overige vakken een zes of hoger; - of 1x een vier of 2x een vijf of 1x een vijf en 1x een vier en voor de overige vakken een zes of hoger, waarbij het gemiddelde van de eindcijfers (dus afgerond op nul decimalen) van alle vakken tenminste 6,0 is. - Leerlingen uit havo 4 moeten voldoen aan de landelijk gestelde eisen voor rekenen. - Leerlingen uit vwo 4 moeten het vak rekenen minimaal met een voldoende afsluiten. - Leerlingen uit vwo 5 moeten voldoen aan de landelijk gestelde eindexameneisen voor rekenen. - Een leerling kan in aanmerking voor bespreking komen als lichamelijk opvoeding met een onvoldoende is beoordeeld. Dit wordt vooraf door de afdelingsleider en mentor bepaald. - Eindcijfers: voor de vakken CKV en NLT (V5) wordt gekeken naar het gemiddelde cijfer van het schoolexamen - Combinatiecijfer: - Voor de overgang wordt het gemiddelde van de eindcijfers van de volgende onderdelen aangemerkt als het eindcijfer van één vak: maatschappijleer, culturele en kunstzinnige vorming en O&W (alleen V5). Dit eindcijfer wordt bepaald als het rekenkundig gemiddelde van de eindcijfers van de samenstellende onderdelen. Terug naar inhoud 16