MONDELINGE TAALVAARDIGHEID BK 2 MAKKELIJK GEZEGD. Wat ga je doen?

Transcriptie

1 Makkelijk gezegd Deze module gaat over spreken, luisteren en gesprekken voeren. Je oefent de dingen die je vaak doet. Door stapsgewijs te oefenen merk je dat het nog beter gaat. Je leert veel over verschillende vormen van communicatie en over zakelijke en persoonlijke situaties. Je kijkt naar allerlei filmpjes, voert gesprekken met elkaar en houdt een presentatie. Je gaat lekker actief aan de slag. MT - Makkelijk gezegd BK2.indd :10:10

2 MONDELINGE TAALVAARDIGHEID BK 2 MAKKELIJK GEZEGD Wat ga je doen? Je presenteert je, kijkt films, geeft een instructie aan een klasgenoot en discussieert met klasgenoten. Alles wat je doet, heeft te maken met spreken, luisteren of gesprekken voeren. Je leert hoe je anderen kunt overtuigen met goede argumenten. Wat heb je daarbij nodig? Om de opgaven goed te kunnen maken, heb je het volgende nodig: - je fantasie; - internet; - een hoofdtelefoon of oordopjes; - een computer met een presentatieprogramma. Wat leer je? Je leert: - voor een groep medeleerlingen of voor je docenten spreken; - hoe je je op een presentatie en/of spreekopdracht moet voorbereiden; - hoe je een goede instructie geeft; - hoe je werkoverleg voert; - hoe je goed vergadert; - hoe je op een correcte manier een gesprek of discussie voert; - hoe je naar fragmenten moet luisteren, zodat je antwoord op vragen kunt geven. 2

3 MONDELINGE TAALVAARDIGHEID BK 2 MAKKELIJK GEZEGD PERRON 1 1 Spreken Stel je voor... Een grote zak met geld en hij is helemaal voor jou. Wat ga je ermee doen? Dit ga je ontdekken in de eerste opdracht. Of wat dacht je van een wereld zonder uitvindingen. Hoe zou de wereld eruit zien zonder internet, zonder mobiele telefoons en zonder auto s? De meeste uitvindingen maken de wereld mooier en beter. Op dit perron hou je een presentatie over een belangrijke uitvinding. Tussendoor herhaal je spelenderwijs de leerstof van vorig jaar. Een zak met geld 1 Stel je voor... Je docent heeft een grote zak met geld. Dit geld is voor één persoon. Het mag niet gedeeld worden. De docent wil het geld niet zelf uitdelen en kiest vijf leerlingen als jury. De jury bepaalt wie het geld krijgt. Om de beurt krijgen jullie maximaal een halve minuut. Daarin vertel je waarom jij dat geld moet hebben. Denk eerst goed na en schrijf op waarom jij dat geld wilt hebben. Noteer één goede reden. 1 Waarom zou jij dat geld moeten krijgen? De docent wijst aan wie zijn verhaal mag doen. Stel jezelf dan voor en vertel waarom jij het geld wilt krijgen. 2 Als iedereen geweest is, gaat de jury overleggen en noemt tien mensen die afvallen. Nu volgt een nieuwe ronde. Je mag een nieuwe reden bedenken om het geld te krijgen. Waarom moet jij het geld krijgen? 3 Nu vallen er steeds vijf mensen af tot er nog drie of vier mensen over zijn. Uit die drie of vier kiest de jury de winnaar. Dit moet degene zijn die de beste redenen heeft genoemd. 4 Hoe ver ben jij gekomen? (Alleen beantwoorden als je geen jurylid was.) 3

4 MONDELINGE TAALVAARDIGHEID BK 2 MAKKELIJK GEZEGD PERRON 1 Van koe tot koelkast 2 Bekijk de poster Van koe tot koelkast en beantwoord daarna de vragen. 1 Deze poster is bestemd voor A iedereen die biologie of verzorging studeert. B kinderen van 2 tot 5. C kinderen op de basisschool. 2 Deze poster trekt de aandacht door A de grootte. B de tekeningen. C de tekst. 3 Wat is het doel van de poster? A Het doel van de poster is informeren. B Het doel van de poster is amuseren (vermaken). C Het doel van de poster is activeren. Vraag en antwoord 3 Kijk nog een keer naar Van koe tot koelkast en beantwoord de vragen. 1 Wat wordt van melk gemaakt? 2 Waar gaat de melk naar toe? 3 Waarom wordt de melk snel gekoeld en vervoerd? 4 Wanneer is de melk langer te bewaren? 5 Hoe wordt een koe gemolken? 4

5 MONDELINGE TAALVAARDIGHEID BK 2 MAKKELIJK GEZEGD PERRON 1 Van koe tot koelkast Bron: 5 MT - Makkelijk gezegd BK2.indd :10:12