Zienswijzennota Ontwerp provinciaal inpassingsplan EHS Westerbroek

Transcriptie

1 Zienswijzennota Ontwerp provinciaal inpassingsplan EHS Westerbroek Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen, augustus 2015 Inleiding Op 24 september 2014 hebben Provinciale Staten van Groningen de begrenzing van de EHS Westerbroek vastgesteld in de partiële herziening van de Provinciale Omgevingsverordening. Deze herziening heeft betrekking op de begrenzing van de herijkte Ecologische hoofdstructuur in het kader van de uitvoeringsafspraken decentralisatie natuur. Voor het realiseren van de nieuwe EHS Westerbroek is een inrichtingsschets Robuuste verbinding Westerbroek opgesteld. Deze schets is tijdens een inloopbijeenkomst voorgelegd aan bewoners en landbouwers in het plangebied. Voor de juridische inbedding van de nieuwe ecologische verbinding Westerbroek is vervolgens gekozen voor het opstellen van een provinciaal inpassingsplan. Dit ontwerp inpassingsplan heeft gedurende zes weken voor een ieder ter inzage gelegen. Daarbij bestond er voor een ieder de mogelijkheid een zienswijze in te dienen. Er zijn gedurende deze termijn dertien zienswijzen ingediend. Daarnaast zijn reacties op het inpassingsplan ontvangen van het waterschap Hunze en Aa's en de gemeente Slochteren. De zienswijzen en reacties zijn verwerkt in de voorliggende zienswijzennota. Omdat veel zienswijzen van gelijkluidende strekking zijn, zijn ze gerubriceerd naar onderwerp. Omdat naam-, adres- en woonplaats (NAW)gegevens vanwege privacy-redenen niet op het internet mogen worden gepubliceerd, zijn de gegevens van individuele bewoners niet in de nota opgenomen. Er is voor de leden van Provinciale Staten een schriftelijk genummerde lijst beschikbaar met de namen en adressen van de personen die een zienswijze op het inpassingsplan hebben ingebracht. 1. Natuurbestemming Alle gronden van de EHS meenemen in het inpassingsplan. Kaartje van de herijkte EHS op blz.6 zou de grens moeten zijn. Als dit niet wordt overgenomen, dan perceel zuidkant Hesselinklaan meenemen, omdat het geen bestaande natuur is. Dit perceel is opgenomen in de inrichtingstekening. (zienswijze nr.1) In zijn algemeenheid geldt dat percelen, die al een natuurbestemming hebben, niet bij deze bestemmingsplanwijziging door middel van een provinciaal inpassingsplan worden meegenomen, omdat de gewenste natuurontwikkeling op grond van de bestaande bestemming gerealiseerd kan worden. Het is voor de uitvoering van het inrichtingsplan niet nodig deze gronden in het inpassingsplan mee te nemen. De huidige natuurbestemming van deze percelen kan intact worden gelaten. Het perceel aan de zuidzijde van de Hesselinklaan heeft op grond van het geldende bestemmingsplan Buitengebied Hoogezand-Sappemeer de bestemming Natuur. Voor het meer westelijke perceel aan de zuidzijde van de Hesselinklaan geldt het recente bestemmingsplan 'Faunapassage Westerbroek', waarin het perceel een natuurbestemming heeft om een versnelde realisatie van de faunaverbinding mogelijk te maken (zie kaartje Gronden met een natuurbestemming). 1

2 Gronden met een natuurbestemming 2. Breedte EHS Verbindingszone langs de A7 dient maximaal 150 meter breed te zijn. (zienswijze nr.2 en nr.5) De breedte van de zone is een compromis tussen de belangen van de robuuste natuurzone, de landbouwers en de bewoners in het betrokken gebied. Over de exacte breedte van de verbindingszone zijn geen harde, bindende, afspraken gemaakt. De zone is soms breder, soms smaller dan 150 meter (b.v. aan de zuidzijde van de Scharmerplas langs de A7). Het is een gemiddelde breedte. Deze breedte van gemiddeld 150 meter is voor een robuuste ecologische verbindingszone minimaal nodig. Het is een lastige opgave om dit te realiseren in de zone langs de A7, zeker bij interne buffering en combinatie met andere functies. De ruimte voor natuur die hier door de landbouw en andere functies kan worden vrijgemaakt is maar beperkt. De opgave is een gevolg van de keuze van Provinciale Staten uit meerdere varianten voor tracé D op 17 november 2010 (op basis van de voordracht van Gedeputeerde Staten van 2 november 2010). Voor dit tracé is door een meerderheid gekozen, ook door de meerderheid van de landbouwers. Doordat als compromis de EHS met name bij ontsnipperpunten zeer smal wordt, is aangrenzend, op gronden die eigendom zijn van de provincie, de EHS ruimer gedimensioneerd om gemiddeld op een breedte van minimaal 150 meter uit te blijven komen. 3. Invloed op aangrenzende veehouderij Doorsteek langs Hoofdweg 15 mag geen belemmering vormen voor bedrijfsvoering van de nabijgelegen veehouderij. (zienswijze nr.2 en nr.5) De EHS wordt hier gerealiseerd op gronden van de provincie. Daar de EHS geen invloed heeft op de ontwikkeling buiten de begrenzing (interne buffering) is er geen sprake van belemmering voor de bedrijfsvoering van aangrenzende agrarische bedrijven. Wel kan dit de mogelijkheid gaan bieden voor aangrenzende landbouw om b.v. concurrerend in te schrijven als collectief voor het beheer van de EHS of wanneer op aangrenzende gronden agrarisch natuurbeheer toegevoegde waarde kan hebben. Dit zal per locatie en per betrokken agrariër afgewogen worden op basis van de natuurdoelstellingen en beschikbare middelen. 4. Afstand EHS, geen stapsteen EHS mag geen stapsteen zijn richting een veehouderijbedrijf aan de Hoofdweg. De afstand tot 2

3 de bedrijfsgebouwen wordt hierdoor verkleind. De ecologische verbindingszone is hier te breed, een veelvoud van de eerder tussen partijen gemaakte afspraken. (zienswijze nr.2, nr.5 en nr.6) De zone is ter plaatse, achter de woningen Hoofdweg 17 en 19, breed, mede omdat het naastgelegen zuidelijke deel, tussen de woningen Hoofdweg 15 en 17 voor een ecologische verbindingszone erg smal is (zie kaart inrichtingsschets). De breedte bedraagt hier slechts circa 40 meter. De breedte van de EHS wordt bepaald door: de minimaal wenselijke breedte en oppervlakte, de gronden die in eigendom zijn van de provincie, het compenseren van smallere locaties en combinaties met andere functies die de EHS minder robuust maken. (zie ook hierboven onder het commentaar over de benodigde breedte van gemiddeld 150 meter). De stapsteen is nodig voor de natte verbinding voor bevers en otters, anders is vanwege de beperkte breedte geen sprake van een doorlopende, volwaardige verbindingszone. De kruising met de Hoofdweg is erg smal en daarom is het belangrijk dat daarna de zone aan beide zijden voldoende ruimte biedt voor beschutting en veiligheid van de fauna. In dit verband wordt ook verwezen naar het commentaar onder punt 20 (wensen landbouw). 5. Omvang huiskavel EHS bij een veehouder aan Hoofdweg moet versmald worden (belofte), toezegging vergroting huiskavel (compensatie vanwege insluiting door natuur). (zienswijze nr.2, nr.5 en nr.7) Zoals vermeld, gaat het om een gemiddelde breedte, een versmalling is hier niet gewenst (anders is er geen sprake van een hoogwaardige ecologische verbinding). Mogelijkheden voor aanvullend grondgebruik maken deel uit van kavelruil en persoonlijke afstemming. Deze zijn niet van invloed op de breedte van de vastgestelde EHS. Ten aanzien van het vergroten van een bestaande huiskavel kan worden opgemerkt dat hierover geen harde toezeggingen zijn gedaan. In zijn algemeenheid geldt dat na de inrichting van het gebied, de gronden op de markt worden aangeboden en de mogelijkheid bestaat deze aan te kopen en/of afspraken te maken met de toekomstige eigenaar. 6. Betrokkenheid landbouw EHS is zonder betrokkenheid met de Landbouwvereniging tot stand gekomen. (zienswijze nr.2, nr.5) Het plan kent een lang voortraject en is door de provincie en de twee gemeenten (Slochteren en Hoogezand-Sappemeer) met de betrokken landbouwers besproken. Er is een klankbordgroep, onder meer bestaande uit vertegenwoordigers van de LTO-Noord, terreinbeherende organisaties en de (toenmalige)dlg, waarmee enkele consultatierondes hebben plaatsgevonden. De meerderheid van de Gebiedscommissies Meerstad en Westerbroek en van de partners van het Groenmanifest Groningen hebben met de realisatie van de EHS in hoofdlijnen ingestemd, zowel qua verwerving, inrichting als beheer. Dit heeft uiteindelijk geresulteerd in de besluitvorming van Provinciale Staten op 17 november 2010, waarbij gekozen is voor het eerder genoemde tracé D. De uitkomsten van de begrenzing zijn een wederzijds compromis tussen de verschillende landbouw- en natuurbelangen. Waar dat mogelijk is, wordt getracht de nadelen te beperken of te accepteren. Verder is in het kader van het nieuwe inpassingsplan EHS Westerbroek op 3 juni 2014 over het inrichtingsplan een inloopmiddag en - avond bijeenkomst gehouden, waar vragen zijn gesteld en antwoorden zijn gegeven. Deze zijn terug te vinden in een verslag dat op de website van de provincie staat. 3

4 7. Bestemmingsplanwijziging Geen bestemmingsplanwijziging landbouwgronden naar natuur; PIP is in feite een bestemmingsplanwijziging. Bezwaar tegen bestemmingsplanwijziging van gronden die niet in het bezit van de provincie zijn. (zienswijze nr.2, nr. 5 en nr.9) Het is juist dat het bij het provinciaal inpassingsplan gaat om een bestemmingsplanherziening, in dit geval een verandering van de bestemmingen Agrarisch en Recreatie in Natuur en voor een klein deel in Verkeer/parkeren. De basis van het inpassingsplan wordt gevormd door de Rijksopgave tot realisering van de EHS, het in meerderheid gekozen tracé D, de voor circa 95% verworven gronden en de op 24 september 2014 vastgestelde begrenzing van de EHS. Ten behoeve van het uitvoeren van de werkzaamheden wordt de beoogde natuurfunctie nu vastgelegd in het voorliggende inpassingsplan. Juridisch heeft een inpassingsplan dezelfde status als een bestemmingsplan. In dit geval omvat het plangebied gronden van twee gemeenten. Om afstemmingsproblemen te voorkomen en omdat het realiseren van het natuurnetwerk een taak van de provincie is, is gekozen voor een provinciaal inpassingsplan. Bij de bepaling van de plangrenzen is het realiseren van tracé D, de variant waarvoor Provinciale Staten hebben gekozen, leidend geweest. Als binnen deze begrenzing landbouwgronden zijn gesitueerd die nog niet zijn verworven, zal getracht worden deze via minnelijk overleg tegen marktconforme prijzen te verwerven. De eigendomssituatie staat een herziening van de bestemming niet in de weg. Mocht er hierdoor sprake zijn van planschade, dan zal deze volgens de principes van 'redelijkheid' en 'billijkheid' worden vergoed. 8. Waardebepaling Waardebepaling te verwerven gronden is onduidelijk, bezwaar tegen "men komt er wel uit". (zienswijze nr.2) De gronden waaraan in het inpassingsplan de bestemming Natuur is toegekend, zijn voor circa 95% in het bezit van de provincie. Getracht wordt via minnelijk overleg de overige gronden binnenkort te verwerven tegen marktconforme prijzen. De waardebepaling is aan formele regels gebonden. Er is geen sprake van willekeur. Daarbij kunnen afspraken gemaakt worden over medebeheer van het natuurgebied (agrarisch natuurbeheer). Zowel als collectief als individuele agrariër kunnen betrokkenen zich inzetten voor het natuurbeheer van de EHS of indien van meerwaarde agrarisch natuurbeheer op aangrenzende gronden. De EHS biedt daarmee extra mogelijkheden voor aangrenzende landbouwers. 9. Optie grondruil Plan heeft gevolgen voor de omvang van het recreatiepark Borgmeren. Er is sprake van uitruil van gronden en wijziging naar Parkeren. Dit is een gemeentelijke aangelegenheid. (zienswijze nr.2, zie ook zienswijze nr.4) Voor de realisering van de ecologische verbindingszone is in sommige gevallen sprake van uitruil van gronden, zoals b.v. bij de Borgmeren waar een optie is om grond te ruilen aan de zuidzijde van de Borgmeren met een perceel aan de oostzijde van de Borgmeren ten behoeve van de aanleg van een parkeerterrein. De gemeente Slochteren heeft gevraagd om dit in het inpassingsplan mee te nemen. 10. Toekomstig gebruik voetpad Huidig fiets/voetpad wordt dieronvriendelijk gemaakt voor hond en paard en woon-werk verkeer per brom/fiets wordt onmogelijk gemaakt. (zienswijze nr.2, nr.3, nr.10, nr.11, nr.12 en nr.13) 4

5 Het betreft het voetpad rondom de Scharmerplas, dat ook gebruikt wordt door (brom)fietsers. Dit is echter geen officieel fietspad. Vanwege het primaat van de natuurfunctie is het niet wenselijk het pad langs de Scharmerplas de status van een 'echt' fietspad te geven. De strook aan de zuidzijde van de Scharmerplas heeft een geringe breedte. Een natuurbestemming verdraagt zich hier niet met tal van andere functies. Een fietsverbinding is hier ook niet nodig, want er ligt een 'echt' fietspad (de Herenlaan) tussen de Borgmeren en de Scharmerplas. Het ligt in de bedoeling het wandelpad te handhaven en in te richten als een 'graspad' te midden van de natuur waar men een ommetje kan maken, eventueel met de hond aangelijnd. Met het oog op de verstoring van de natuur worden geen loslopende honden toegestaan. In de praktijk wordt een open terrein aan de zuidzijde van de Borgmeren (Bieleveldslaan) juist gebruikt voor het uitlaten van honden. Hiervoor zal een alternatief moeten worden gezocht, wellicht wat meer naar het noordwesten, buiten het plangebied van de EHS. Ook zal in overleg met uitvoeringsorganisatie Prolander gekeken worden naar een uitbreiding van de wandelmogelijkheden in het gebied ten (zuid)oosten van de Scharmerplas, tussen de Hoofdweg en de A7, om het natuurgebied ten zuiden van de Scharmerplas zoveel mogelijk te ontzien van verstoring. De bewoners in het gebied zullen hierbij worden betrokken. 11. Plaatsing extra peilbuizen Wijziging waterhuishouding, verhoging grondwaterpeil. Slechts één peilbuis geplaatst. Te weinig informatie verzameld. (zienswijze nr.3, nr.10, nr.11, nr.12, nr.13) Deze zienswijze is correct: er is bij de woningen maar één peilbuis geplaatst. Er zullen in overleg met Prolander en het waterschap Hunze en Aa's op korte termijn meer peilbuizen (worden) geplaatst, in ieder geval minstens één jaar voordat de werkzaamheden beginnen. 12. Nul meting en monitoring waterpeil 0-meting uitvoeren met het oog op toekomstige schade. (zienswijze nr.3, nr.10, nr.11, nr.12, nr.13) Er vindt een 0-meting plaats door middel van bestaande en aanvullend te plaatsen peilbuizen, daarmee kan de waterstand worden bijgehouden ('monitoring van de grondwaterstand.'). Ook de situatie van kelders en tuinen wordt geïnventariseerd. Met de betrokken bewoners vindt nader overleg plaats (o.a. voor het verzamelen van basisinformatie). De aanvullende peilbuizen zullen in overleg met betrokkenen in de tweede helft van 2015 worden geplaatst. 13. Beperkte ruimte faunaverbinding Hoofdweg Duiker tussen Hoofdweg 15 en 17 is te simpel, EHS is hier te smal: 40 m i.p.v. 100 m. Onderdoorgang/duiker is slechte keuze: verzakking van de weg/schade. (zienswijze nr.3, nr.11, nr.12) Vanwege de situering van de bestaande woningen en agrarische bedrijven aan weerszijden van de Hoofdweg is hier sprake van een complexe situatie om een doorgaande ecologische verbinding te realiseren. Het is een opgave die een gevolg is van de keuze van Provinciale Staten voor tracé D op 17 november 2010 (op basis van de voordracht van Gedeputeerde Staten van 2 november 2010). Door de ligging van de bestaande bebouwing is er niet veel ruimte en is de zone hier smaller dan het gemiddelde (zie ook hiervoor bij de gemiddelde breedte van de verbindingszone). Vandaar de keuze voor een duiker. Door een technisch goede constructie is het mogelijk verzakkingen en schade in het wegdek te voorkomen. Dit aspect krijgt bij de uitwerking nadrukkelijk aandacht. Er moet een goed functionerende verbinding komen zonder dat er schade wordt toegebracht aan de naaste omgeving. Landelijk 5

6 zijn er goede ervaringen met duikers als faunaverbinding wanneer deze aan duidelijke voorwaarden voldoen (lengte, droog/nat, licht, geen verstoring, beschutte begroeiing aan weerszijden en naar en van de duiker geleidende afrastering). 14. Overlast insecten Stilstaand water: geeft overlast van insecten. (zienswijze nr.3, nr.11) De wateroppervlakte van de natte verbinding is relatief beperkt. Er zijn geen grote plassen met stilstaand water. Er is sprake van stromend water van zuid naar noord in een open landschap waar de wind vat op heeft. Wellicht is het mogelijk enkele bosjes te planten die insecten aantrekken en/of te werken met natuurlijke vijanden. Er is bij diverse projecten onderzoek gedaan naar het voorkomen van muggen vóór en na inrichting van natuurgebieden, o.a. in Westerwolde en de Onlanden in Peize. Daaruit komen ook praktische voorstellen naar voren om de gebieden onaantrekkelijk te maken voor muggen. In het EHS-gebied Westerbroek komt een doorgaande waterloop, in het gedeelte aan de noordzijde van de A7 vanaf de Borgmeren tot aan Midden-Groningen. Dit water zal moeten stromen. 15. Inrichting binnen bestemde EHS Onduidelijkheid over inrichting gronden Borgmeren tussen A7 en Scharmerplas. PIP geeft 'direct recht' om de EHS te realiseren. De inrichting is geenszins duidelijk. De schets van de inrichting moet nog nader worden uitgewerkt. PIP biedt onvoldoende rechtszekerheid. (zienswijze nr.4) Ten behoeve van het realiseren van de ecologische verbindingszones is een inrichtingsschets opgesteld. Deze is in de toelichting van het inpassingsplan opgenomen en geeft een beeld van de inrichting die wordt beoogd. De schets is gepresenteerd op de inloop-bijeenkomst van 3 juni 2014 en reeds eerder voorgelegd aan Borgmeren BV. Er hebben gesprekken plaatsgevonden tussen de gemeente Slochteren, de grondaankoper van de provincie en de Borgmeren. De bestemming Natuur maakt de inrichting mogelijk, maar dat neemt niet weg dat er voor een aantal werkzaamheden, zoals het kappen van bomen een kap/omgevingsvergunning nodig is. Voor de aanleg van de waterpartijen is een vergunning van het Waterschap vereist. 16. Uitzicht op beplanting vanuit Borgmeren Er is niets gedaan met opmerkingen over de geluidwal. Bomen verdwijnen. Het groene uitzicht verandert in uitzicht op de A7. Pleidooi voor doortrekken geluidwal in westelijke richting. (zienswijze nr.4) De grondwal wordt ter plaatse van de Borgmeren niet doorgetrokken vanwege de beperkte breedte van de verbindingszone en de benodigde breedte voor een grondwal. Vanwege de gering beschikbare ruimte verdwijnt het gedeelte van de bestaande ventweg met de keerlus om plaats te maken voor de grondwal (zie inrichtingsschets). Voor het verder doortrekken van de geluidwal aan de zuidzijde van de Scharmerplas in westelijke richting is de ruimte te krap. De beplanting langs de waterzijde van de Scharmerplas blijft zoveel mogelijk onveranderd, zodat het beeld vanaf de Borgmeren gelijk blijft. De beplanting die wordt verwijderd voor de aanleg van de natte verbindingszone ligt tussen het talud langs de A7 en de beplanting langs de plas in. Dit is nodig voor het realiseren van een natte verbinding, omdat de ruimte tussen de Scharmerplas en de A7 beperkt is. De nieuwe inrichting met natuur kan vanuit toeristisch recreatief oogpunt als een verbetering worden gezien (Grotere belevingswaarde van het landschap, EHS biedt ook kansen). 6

7 17. Optie parkeerplaats De nieuwe parkeerplaats blijkt niet uit inrichtingsplan. Ligt ook buiten plangebied ontwerp PIP. Ontsluiting niet via Hoofdweg, maar vanaf zuidelijke richting?! Hoe wordt het gerealiseerd? (zienswijze nr.4) De optie voor een nieuwe parkeerplaats is inderdaad niet opgenomen in het inrichtingsplan. De bestemming Verkeer/parkeren is op verzoek van de gemeente Slochteren toegevoegd aan het ontwerp-inpassingsplan dat ter inzage is gelegd en ligt binnen de begrenzing van dit plan. Het gaat om een smalle strook met de bestemming Verkeer aan de zuidoostzijde van de plas (op het eerste gezicht misschien niet goed te zien omdat het een smalle grijze strook is). Deze mogelijkheid om te parkeren is optioneel indien grondruil plaatsvindt en is ten behoeve van de recreatieve functie van Borgmeren in het inpassingsplan opgenomen. Het voorstel is om grond aan de zuidzijde van de plas aan te kopen of te ruilen met grond aan de oostzijde van het park voor de aanleg van een parkeerterrein. De uiteindelijke inrichting van deze parkeerstrook is voor de Borgmeren. 18. Uitzichtpunt Uitzichtpunt, waar gerealiseerd? Parkeerplaats en uitzichtpunt zijn gesitueerd op grond van Borgmeren. (zienswijze nr.4) Het uitzichtpunt is gesitueerd in de hoek aan de zuidzijde van de Scharmerplas langs het eerder genoemde voetpad, binnen de begrenzing van het inpassingsplan. De uitzichtheuvel staat in het ontwerp-inpassingsplan inderdaad ingetekend op grond van de Borgmeren, maar zal nu gelet op de juiste eigendomsverhoudingen een aangrenzende plek in de verbindingszone krijgen, mits de uitzichtheuvel geen ongewenste hinder oproept voor de primaire natuurfunctie. 19. Schade bedrijfsvoering Borgmeren Economische uitvoerbaarheid: uit de exploitatieopzet blijkt niet dat rekening wordt gehouden met de zeer aanzienlijke schade voor Borgmeren: de 9 holes golfbaan wordt feitelijk buiten werking gesteld. Nadere onderbouwing vereist (dit wordt onderstreept in de zienswijze van Borgweren op de partiële herziening van de Verordening van juni 2014: 'Borgmeren kan uitbreidingsplannen niet realiseren', continuïteit bedrijfsvoering komt in gevaar, geldt in het bijzonder voor de golfbaan). (zienswijze nr.4) Voor mogelijke planschade geldt in zijn algemeenheid dat op basis van het planschadeartikel 6.1. van de Wet op de ruimtelijke ordening het oude en het nieuwe planologische regiem met elkaar worden vergeleken om te kijken of er sprake is van een planologische verslechtering. Mocht blijken dat er planschade is, dan zal deze worden vergoed, voor zover de schade redelijkerwijs niet voor de aanvrager behoort te blijven. In de praktijk zal het dan gaan om een tegemoetkoming in de schade. De uitbreidingsplannen van Borgmeren die bij de zienswijze zijn gevoegd dateren uit de periode In deze plannen wordt de intentie uitgesproken de Pitch & Putt Golfbaan uit te breiden en hierbij 30 nieuwe 'Golf-chalets' te bouwen. Deze plannen zijn tot op heden niet gerealiseerd. Het inpassingsplan met de bestemmingswijziging naar Natuur betreft de strook tussen de Scharmerplas en de A7. De ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden voor een 'volwaardige, hoogwaardige Pitch & Putt Golfbaan met bijbehorende chalets' zijn in deze strook beperkt, gezien de grootte van het terrein, de onderliggende bestemming ('extensieve dagrecreatie, geen bouwrecht voor golfchalets) en de directe nabijheid van de snelweg. 7

8 In het nu nog geldende bestemmingsplan Harkstede-Scharmer heeft het noordelijk gedeelte van deze strook de bestemming Groen en het zuidelijk gedeelte de bestemming Recreatie met een functie-aanduiding 'Pitch & Putt'. Van dit gedeelte krijgt een strook met een lengte van circa 160 meter en een breedte van circa 100 meter de bestemming Natuur, d.w.z. een perceel van circa 1,6 ha (zie onderstaande bestemmingsplanfragmenten). Een volwaardige 18-holes baan vraagt om meer ruimte: ongeveer 5,5 ha. oud nieuw 20. Wensen landbouw Er wordt geen reactie gegeven op gedane voorstellen, het door de agrariërs ingebrachte plan is terzijde geschoven. Gedane toezegging in tijd, ligging en uitvoering wordt niet nagekomen (zienswijze Havinga Makelaardij namens drie bewoners nr.6, nr.7 en nr.8) Met betrokken agrariërs heeft overleg plaatsgevonden, ze zijn bij de planontwikkeling betrokken. Dat (deels individuele) landbouwers zich niet kunnen vinden in het ontwerpinpassingsplan wil niet zeggen dat er niets met hun punten is gedaan. Er zijn meerdere inrichtingsvarianten opgesteld. Het nu voorliggende inrichtingsplan is een compromis tussen de beoogde zwaarwegende natuurfunctie en de belangen van de verschillende agrariërs, bewoners en belangenorganisaties. De ecologische zone is op enkele locaties inderdaad vanwege praktische problemen breder of smaller dan het nagestreefde beeld van een hoogwaardige verbindingszone. In de zienswijze wordt verwezen naar in tijd gedane toezeggingen, zonder die concreet te benoemen. Dat maakt het lastig om inhoudelijk te reageren. Er is met de agrariërs die Havinga Makelaardij vertegenwoordigt veelvuldig gesproken. Dat heeft niet geleid tot schriftelijke toezeggingen, al is wel getracht zo veel mogelijk met hun belangen rekening te houden bij het opstellen van het inpassingsplan, zoals dat ook bij anderen gebeurd is. De ecologische verbindingszone is nu vastgelegd in het voorliggende inpassingsplan, zodat er duidelijkheid is aan welke (agrarische) gronden de bestemming Natuur wordt toegekend. De begrenzing hiervan is door Provinciale Staten op 24 september 2014 bij de herziening van de omgevingsverordening vastgesteld. 21. Toekomstige inrichting en beheer Onduidelijkheid over de inrichting en het beheer. (zienswijze nr.6, nr.7 en nr.8) 8

9 De provincie zal, na inrichting van het gebied, de natuurgrond onder strikte voorwaarden op de markt aanbieden. Dan kunnen terreinbeherende organisaties zoals Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten, maar ook collectieven van landbouwers of particulieren hierop inschrijven om het beheer over te nemen (dit is provinciaal beleid). 22. Areaal landbouwgrond Er wordt meer landbouwgrond gebruikt: 50 ha in plaats van 5-10 ha. In het Masterplan Meerstad is 550 ha landbouwgrond toegezegd. (zienswijze nr.9) Het Masterplan Meerstad is ruim 10 jaar oud en geeft een streefbeeld van de gewenste ruimtelijke ontwikkeling in de periode Het plan is een beleidsdocument met inrichtingsvoorstellen die door de tijd voor een deel zijn achterhaald. Het Masterplan is geen blauwdruk en biedt ruimte voor een flexibele uitwerking op basis van nieuwe ontwikkelingen en inzichten. Zo worden er nu minder woningen gebouwd, is de oppervlakte voor bedrijventerreinen verkleind en wordt er minder natuur aangelegd dan oorspronkelijk was voorzien. Vanwege deze 'verkleining van Meerstad' blijft er meer landbouwgrond in tact, met name aan de oostzijde van Meerstad (omgeving Hamweg, Harkstede). Door het gekozen tracé voor de natte verbindingszone in het gebied tussen de A7 en het Winschoterdiep aan de zuidzijde van Meerstad wordt in deze zone landbouwgrond omgezet in natuur, maar in breder verband blijven er, in vergelijking met eerdere plannen, in zijn totaliteit meer landbouwgronden binnen het gebied van Meerstad en Westerbroek over. 23. Heikikkerperceel Het heikikkerperceel is ten onrechte meegenomen, moet landbouwgrond blijven: de kikker wordt niet dakloos want de Harksteder Broeklanden blijven. (zienswijze nr.9) Het ziet er inderdaad naar uit dat de Harksteder Broeklanden de komende jaren blijven bestaan. Het waterschap realiseert langs het Slochterdiep een natuurvriendelijke oever en brengt de kade op hoogte. Het beoogde perceel sluit goed aan op de percelen van Staatsbosbeheer. Het is het enige perceel dat nog is opgenomen binnen de herijkte EHS. Er ontstaat langs het Slochterdiep een aaneengesloten gebied dat o.a. geschikt is voor heikikkers. De percelen aan de zuidzijde blijven agrarisch. In de oorspronkelijke plannen voor Meerstad was hier meer natuur voorzien. 24. Afname landbouwgrond Afname van landbouwgrond is niet wenselijk in deze tijd van duurzame landbouw. Hoogwaardig landbouwgebied wordt onnodig beschadigd. (zienswijze nr.9) Zoals hierboven is aangegeven is de afname van het areaal landbouwgrond kleiner dan was gedacht. De aanleg van de EHS is een onderdeel van het landelijke natuurnetwerk en een gevolg van eerdere besluitvorming door rijks- en provinciale overheid. 25. Compensatie grondgebruik Compensatie nodig: door 1. Vervangende hectares huurgrond aanbieden en 2. Compensatie van de waardedaling. 100% schadevergoeding. (zienswijze nr. 9, nr.11 en nr.12) 9

10 De strekking van deze zienswijze is dat een groot deel van de gronden langdurig door landbouwers is gehuurd, waarmee betalingsrechten zouden zijn opgebouwd. Tot 2019 zouden landbouwers ernstig tekort worden gedaan als zij niet worden gecompenseerd met vervangende hectares. Het gaat daarbij om gronden die in eigendom zijn van de provincie, die op jaarbasis worden verpacht en die mogelijk volgend seizoen niet meer worden uitgegeven in verband met doelrealisatie (het realiseren van de EHS). De gronden in eigendom van de provincie worden bewust op jaarbasis uitgegeven om de percelen flexibel in te kunnen zetten voor doelrealisatie of compensatiedoeleinden. Gebruikers kunnen aan het tijdelijk gebruik geen rechten ontlenen en kunnen de gronden niet duurzaam tot het bedrijf rekenen. Bij het omzetten van toeslagrechten en andere premies naar betalingsrechten speelt inderdaad dat de gebruiker (pachter 2015) betalingsrechten heeft toegewezen gekregen op deze percelen. Indien de gebruiker beschikte over toeslagrechten, zijn de toeslagrechten (die getrapt worden afgebouwd in de periode ) ook ingedaald op de in pacht gegeven percelen. De constatering dat dit gevolgen zou kunnen hebben indien de gebruiker het gebruik in de komende jaren niet kan voortzetten en er geen vervangende grond beschikbaar komt is afhankelijk van de bedrijfssituatie. Het is de gebruiker (van losse pacht) echter bekend dat deze grond niet duurzaam tot het bedrijf kan worden gerekend en dat hier geen rechten aan ontleend kunnen worden (de provincie is er niet aan gehouden om deze percelen weer uit te geven aan deze gebruiker en kan de percelen inzetten voor doelrealisatie). De keuze om de gronden voor 2015 (referentiejaar betalingsrechten) te pachten was aan de gebruiker. Het ligt dan ook niet in de rede om eventuele gevolgen van het niet meer uitgeven van deze gronden te compenseren. Deze situatie doet zich overigens voor bij alle overheidsgrond die op tijdelijke basis wordt uitgegeven en is niet uniek of een gevolg van het ontwerp-inpassingsplan. Ten aanzien van de zienswijze met betrekking tot mogelijke waardedaling en 100% schadevergoeding als gevolg van het ontwerp-inpassingsplan kan verder nog worden vermeld dat het planschade-artikel van de Wro van toepassing is. Het gaat daarbij om een tegemoetkoming in schade (zie het commentaar op dit punt onder zienswijze nr.4). 26. Grondwal Geluidwal geeft verlies vrij uitzicht, lager maken! Niet akkoord met de geluidwal (vgl. Marum, daar geen grondwal), open zicht, Hoever loopt de grondwal, tot aan het viaduct? Wat met de archeologische plaats op pag. 22, afbeelding 11 toelichting PIP? Als op deze plek geen grondwal komt zijn er alleen lasten en geen lusten. (zienswijze nr.11 en nr.12) Met de aanleg van de ecologische verbindingszone verandert het landschapsbeeld. Door de inrichting met water, struiken en bosjes gaat het open zicht deels verloren. Er zijn twee redenen voor de aanleg van een grondwal: de wens om de ecologische zone af te schermen van de snelweg in verband met verstoring door licht en geluid en de pragmatische reden dat er door het maken van de doorgaande waterloop veel grond beschikbaar komt. Onderzocht wordt of de archeologische plaats (een borgterrein) als apart element in de ecologische zone kan worden ingepast, zodanig dat deze geen nadelig effect heeft op de natuurfunctie. 10

11 Ambtshalve aanpassingen Naast de bovengenoemde zienswijzen zijn reacties op het ontwerp-inpassingsplan binnengekomen van het waterschap Hunze en Aa's en van de gemeente Slochteren. Waterschap Hunze en Aa's Het waterschap geeft aan in te stemmen met de wijze waarop het inrichtingsplan voor de EHS Westerbroek in het ontwerp inpassingsplan is uitgewerkt en wijst erop dat voor de uitvoering van de plannen een watervergunning moet zijn verleend door het waterschap. Verder merkt het waterschap op dat het 'heikikkerperceel' gelegen nabij het Slochterdiep op de plankaart (verbeelding) correct is weergegeven, maar niet op de kaart in de toelichting van het inpassingsplan. Voor de aanleg van de waterpartijen zal op basis van meer gedetailleerde tekeningen een watervergunning worden aangevraagd. De tekening met het heikikkerperceel is in overeenstemming gebracht met het perceel dat staat aangeduid op de plankaart. Gemeente Slochteren De gemeente Slochteren heeft een aantal opmerkingen/aanvullingen/verbeterpunten: -Ontsluiting parkeerterrein Borgmeren De gemeente Slochteren kan instemmen met een ontsluiting van het parkeerterrein op de Hoofdweg en heeft een aantal (verkeerstechnische) vragen en wensen die betrekking hebben op de inrichting van deze parkeerstrook. Verder wijst de gemeente erop dat de parkeerplaats in provinciaal buitengebied is gesitueerd en dat daarom een ontheffing van de Omgevingsverordening nodig is. Indien grondruil kan worden gerealiseerd zal de inrichting van de parkeerstrook op basis van overleg tussen Recreatiepark Borgmeren en de gemeente Slochteren door het recreatiepark dienen plaats te vinden. De naaste omwonenden zullen hierover worden ingelicht. Door het opnemen van dit parkeerterrein in het inpassingsplan en het toekennen van een verkeersbestemming is, zoals hierboven is aangegeven, geen ontheffingsverzoek van de gemeente Slochteren nodig. -Voetpad Borgmeren/Scharmerplas De gemeente merkt op dat brommers en loslopende honden geweerd dienen te worden. Tegen wandelen met de hond aangelijnd bestaat geen bezwaar. Voor het commentaar op dit punt wordt verwezen naar de reactie op de ingebrachte zienswijze onder punt In de juridische toelichting op pagina 15 dient het woord 'Schaaphok' achter 'bestemmingsplan Buitengebied 1997' geschrapt te worden. Het inpassingsplan is hierop aangepast. -In het inpassingsplan zouden alle vormen van reclame-uitingen moeten worden verboden, niet alleen reclamemasten/objecten. Gevraagd wordt om aandacht voor een goede formulering van dit punt. De tekst van de gebruiksregels is hierop aangepast (artikel 3.4.f), zodat tegen alle vormen van reclame handhavend kan worden opgetreden. Bovendien kan worden opgemerkt dat de gronden nagenoeg geheel in eigendom zijn van de provincie. -De gemeente vraagt zich tot slot af of het heikikkerperceel wel goed in het plan is opgenomen. Verwezen wordt naar de reactie van het waterschap en de beantwoording daarvan. 11

12 Voortschrijdend inzicht Op grond van nader vervolgonderzoek met betrekking tot de aspecten ecologie en archeologie kunnen de hierop van toepassing zijnde alinea's in de plantoelichting worden geactualiseerd. Deze aanpassingen hebben geen consequenties voor het inpassingsplan. In het ecologisch onderzoek wordt er op gewezen dat de werkzaamheden buiten de periode van maart tot en met augustus moeten worden uitgevoerd. Hiermee zal bij de uitvoering rekening worden gehouden. Aanpassingen ambtshalve Samengevat leiden de reacties van het waterschap en de gemeente Slochteren en het voortschrijdend inzicht tot de volgende ambtshalve aanpassingen: - Aanpassing van het kaartje van het heikikkerperceel op de overzichtskaart van de plantoelichting; - Het schrappen van het woord 'Schaaphok' op pagina 15 van de plantoelichting; - Het aanpassen van artikel 3.4.f van de gebruiksregels: de zinsnede 'niet aan de bestemming gerelateerde reclameobjecten' vervangen door 'reclameobjecten', zodat tegen alle vormen van reclame kan worden opgetreden; - Het bijwerken van het slot van de passages ecologie (pagina 19) en archeologie (pagina 22) van de plantoelichting. 12