Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Transcriptie

1 Postbus KA Eindhoven T: I : Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Kenmerk Datum Aan de provincie Noord-Brabant voor de beoordeling van het saneringsverslag voor de locatie Uden-Centrum, NB pagina 1 van 5

2 Onderwerp Beoordeling van het saneringsverslag. Locatie Uden-Centrum Code NB Melding De Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant heeft op 22 juni 2018 van de provincie Noord-Brabant een melding ontvangen van een saneringsverslag met betrekking tot bovengenoemde locatie. De melding bevat de volgende stukken: [1] Meldingsformulier saneringsverslag en/of nazorgplan [2] Briefrapport verificatieonderzoek VOCl-verontreiniging in grondwater te Uden (Aveco de Bondt; referentie: B-THX V002, d.d. 27 augustus 2014), opgenomen als bijlage 5 in [4] [3] Briefrapportage grondwatermonitoring Uden-Centrum 2016/2017 (Sweco Nederland B.V.; referentienummer: SWNL , d.d. 12 mei 2017), opgenomen als bijlage 6 in [4] [4] Saneringsverslag stabiele eindsituatie (trede 3) grondwaterverontreiniging Uden-centrum (Promeco; rapportnummer: AN, april 2018) [5] Brief Saneringsverslag Uden-Centrum, NB (Provincie Noord-Brabant, kenmerk: C / , d.d. 24 september 2018) Bovengenoemde stukken maken onderdeel uit van deze beschikking. In het centrum van Uden was in 1997 een grote grondwaterverontreiniging met de oplosmiddelen tetrachlooretheen (PER) en trichlooretheen (TRI) aanwezig. De interventiewaardencontour van deze grondwaterverontreiniging in 1997 is in bijlage 2 weergegeven. De oorzaak van de verontreinigingen waren de bedrijfsactiviteiten van twee voormalige chemische wasserijen op de hoek van de Julianastraat en Koopmanstraat en op de hoek van de Kastanjeweg en de Markt. TRI en PER behoren tot de groep vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen (VOCl) en kunnen in de bodem door bacteriën worden afgebroken tot dichloorethenen (DCE) en vinylchloride (VC). DCE en VC behoren eveneens tot de groep VOCl en kunnen verder afgebroken worden tot milieuhygiënisch gezien ongevaarlijke stoffen als kooldioxide, water en etheen. Van 1998 tot 2008 is de grondwaterverontreiniging actief gesaneerd. Het doel van deze sanering was, conform de toenmalige wetgeving, het verwijderen van de gehele verontreiniging met VOCl uit het grondwater. Om dit te bereiken werd via een drainagesysteem grondwater onttrokken en geïnfiltreerd onder toevoeging van voedingsstoffen om de bacteriologische afbraak te bevorderen. Na afloop van de sanering bleken de sterke verontreinigingen met PER en TRI afgebroken te zijn, maar waren in het grondwater nog sterke verontreinigingen met de afbraakproducten DCE en VC aanwezig. pagina 2 van 5

3 Omdat de in 1997 beschikte saneringsdoelstelling niet kan worden gehaald, is in 2015 een vervangend saneringsplan ingediend met als nieuwe doelstelling trede 3. Omdat deze nieuwe doelstelling voldoet aan de huidige wetgeving hebben wij ingestemd met dit nieuwe saneringsplan. 2. Besluit 1. Wij stemmen op grond van artikel 39c Wet bodembescherming in met de uitgevoerde sanering. 2. Gebruiksbeperkingen zijn op de locatie van toepassing. Het besluit wordt in deze beschikking verder gemotiveerd. 3. Procedure Op deze procedure is titel 4.1 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. De proceduretermijn is geschorst van 15 augustus tot 27 september 2018 in verband met het aanleveren van aanvullende gegevens. 4. Uitgevoerde sanering De locatie was voorafgaand aan de sanering in gebruik als centrum: bedrijven, woningen, openbaar groen en infrastructuur. Dit gebruik is gehandhaafd na afloop van de sanering. 4.1 Eerdere beschikkingen Op 28 oktober 1997 hebben wij in een beschikking met nummer bepaald, dat er op de locatie sprake is van een geval van ernstige grondwaterverontreiniging met VOCl dat met spoed gesaneerd dient te worden omdat verspreidingsrisico s aanwezig zijn. In dezelfde beschikking hebben wij ingestemd met een saneringsplan met als doel het verwijderen van al het met VOCl verontreinigde grondwater. Op 25 januari 2016 hebben wij in onze beschikking met kenmerk Z.29860/D ingestemd met het vervangende saneringsplan met als doelstelling trede Saneringsdoelstelling Op basis van wet- en regelgeving is het niet noodzakelijk om alle verontreiniging te verwijderen. Na afweging van onder andere kosten, technische mogelijkheden en eventuele nazorg voor de verontreiniging die achterblijft, was de volgende saneringsdoelstelling opgenomen in het saneringsplan: Na de sanering blijft in het grondwater een grote maar stabiele restverontreiniging achter (trede 3). Met stabiel wordt bedoeld dat de verontreiniging niet in omvang toeneemt en geen risico s oplevert. Deze saneringsdoelstelling is met de uitgevoerde sanering in voldoende mate gehaald. 4.3 Wijzigingen Er zijn geen wijzigingen ten opzichte van het saneringsplan 2015 gemeld. De volgende wijzigingen zijn niet schriftelijk gemeld maar wel telefonisch besproken: pagina 3 van 5

4 - aanvullend op het saneringsplan 2015 zijn (naar aanleiding van de zienswijze op de beschikking uit 2016, ingediend door de gemeente Uden) aanvullend de volgende vijf peilbuizen bemonsterd en geanalyseerd: 59 (5-6), 60 (5-6, en 19-20) en 202 (5-6 en 11-12); - naar aanleiding van de resultaten van deze in 2016 uitgevoerde monitoringsronde zijn in 2017 de aanvullende peilbuizen 53 (9-10), K39 (9-10), AdB-04 (9-10) en AdB06 (9-10 en 14-15) geplaatst, bemonsterd en geanalyseerd. Tevens zijn in 2017 enkele bestaande peilbuizen opnieuw bemonsterd en geanalyseerd. 5. Nazorg Uit het saneringsverslag blijkt dat er na de sanering sterke verontreiniging in het grondwater is achtergebleven. Actieve nazorgmaatregelen zijn niet noodzakelijk omdat: - de restverontreiniging niet leidt tot humane, ecologische of verspreidingsrisico s; - al afdoende is aangetoond dat de restverontreiniging stabiel is. 6. Gebruiksbeperkingen Gebruiksbeperkingen worden opgelegd om te voorkomen dat er onaanvaardbare risico s ontstaan als gevolg van de in het grondwater achtergebleven sterke verontreiniging. Er is sprake van de volgende gebruiksbeperking: Het onttrekken van grondwater binnen de interventiewaardencontour van de grondwaterverontreiniging is alleen toegestaan met goedkeuring de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant. De gebruiksbeperkingen gelden voor de percelen die binnen de interventiewaardencontour 2017 liggen (zie bijlage 2). 7. Kadastrale registratie Omdat in de grond voor zover bekend geen sterke verontreiniging aanwezig was in 1997 zijn geen percelen kadastraal aangetekend. Omdat ook na sanering geen sterke restverontreiniging is de grond aanwezig is, hoeven ook naar aanleiding van het saneringsverslag geen percelen kadastraal geregistreerd te worden. 8. Rechtsbescherming Binnen zes weken na de dag waarop de beschikking bekend is gemaakt, kunnen belanghebbenden tegen deze beschikking een bezwaarschrift indienen. In het bezwaarschrift moet het volgende zijn opgenomen: naam en adres van de indiener, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen bezwaar wordt gemaakt en de reden(en) van het bezwaar. Wij verzoeken om op de linkerbovenhoek van de envelop het woord "bezwaarschrift" te vermelden. Het bezwaarschrift dient te worden ondertekend en te worden gericht aan: pagina 4 van 5

5 Het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant het secretariaat van de hoor- en adviescommissie Postbus MC s-hertogenbosch Het secretariaat van de hoor- en adviescommissie is bereikbaar op telefoonnummer , faxnummer en adres Eindhoven, Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, namens deze, T.M.M.J. Baltussen, Concernmanager Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant Bijlagen : 1. Verzendlijst. 2. Kadastrale kaart. pagina 5 van 5

6 BIJLAGE 1. VERZENDLIJST deze beschikking is verzonden aan: - Provincie Noord-Brabant (t.a.v. de heer M.M. Bressers), Postbus 90151, 5200 MC s- HERTOGENBOSCH. - College van burgemeester en wethouders van Uden (t.a.v. de heer M. van den Elzen), Postbus 83, 5400 AB UDEN. Deze beschikking en het saneringsverslag staan ook op de website pagina 1 van 1

7 BIJLAGE 2 KADASTRALE KAART pagina 1 van 2