Ontwerp en resultaat van opleidingen in het middelbaar beroepsonderwijs. Arjan van der Meijden, José van den Berg en Amelia Román

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ontwerp en resultaat van opleidingen in het middelbaar beroepsonderwijs. Arjan van der Meijden, José van den Berg en Amelia Román"

Transcriptie

1 Ontwerp en resultaat van opleidingen in het middelbaar beroepsonderwijs Vijfde meting van de CGO Monitor Arjan van der Meijden, José van den Berg en Amelia Román

2 Colofon Titel Ontwerp en resultaat van opleidingen in het middelbaar beroepsonderwijs Vijfde meting van de CGO Monitor Auteurs Arjan van der Meijden, José van den Berg en Amelia Román Uitgave Expertisecentrum Beroepsonderwijs November 2013 Ontwerp Art & Design Theo van Leeuwen BNO Vormgeving Evert van de Biezen ISBN/EAN Bestellen Via o.v.v. ecbo expertisecentrum beroepsonderwijs Expertisecentrum Beroepsonderwijs Postbus BP s-hertogenbosch Gebruik en overname van teksten, ideeën en resultaten uit deze publicatie is vrijelijk toegestaan, mits met bronvermelding. EvdB-A00737_v1/131126

3 Inhoudsopgave Woord vooraf 5 1 Inleiding Aanleiding en geschiedenis van de CGO Monitor Kader 10 2 Probleemstelling en onderzoeksvraag Resultaten van middelbaar beroepsonderwijs? Invloed van competentiegericht onderwijs op resultaten van middelbaar beroepsonderwijs? De onderzoeksvraagstelling 19 3 Overall aanpak en verantwoording van het onderzoek Aanpak onderzoek naar resultaatgebieden Dataverzameling Overzicht en verantwoording van de bronnen Analysekader De stand van zaken binnen de resultaatgebieden Inleiding Resultaatgebieden over deelnemers: waardering, motivatie en hun inzetbaarheid als beroepsbeoefenaar Resultaatgebieden over docenten; waardering en professionaliteit Resultaatgebieden over het bedrijfsleven; waardering en betrokkenheid Resultaatgebieden uitval, gediplomeerde uitstroom en doorstroom naar hogere vormen van onderwijs 79 5 Samenvatting en slot Achtergrond Tot slot 104 Geraadpleegde literatuur 107

4 Bijlage 1: Tabel factoranalyse deskundigheden docenten 113 Bijlage 2: Vragen ecbo-enquête 119 Gebruikte afkortingen 129 4

5 Woord vooraf Vanaf 1 augustus 2012 werken alle opleidingen in het middelbaar beroepsonderwijs op basis van de competentiegerichte kwalificatie dossiers; vanaf 2004 werden deze geleidelijk ingevoerd. Dit proces werd vanaf 2004 gevolgd door de CGO monitor waarvan dit onderzoek de vijfde meting is. De eerste drie metingen van de monitor richtten zich op de voortgang van het herontwerpproces in de experimenten. De vierde meting onderzocht de effecten van de invoering van competentiegerichte kwalificatiedossiers op negen resultaatgebieden zoals deze in 2007 zijn gedefinieerd door OCW, MBO Raad/ AOC Raad, Colo (tegenwoordig SBB) en PAEPON (tegenwoordig NRTO). Dit werd gedaan door opleidingen met kwalificatiedossiers te vergelijken met opleidingen die nog niet werkten met kwalificatiedossiers. 5 In de huidige meting zijn de resultaatgebieden opnieuw in kaart gebracht en vergeleken met eerdere metingen. Daarbij zijn de resultaten onderverdeeld in resultaten die te maken hebben met deelnemers (motivatie, tevredenheid en de inzetbaarheid als startende beroepsbeoefenaar), de docenten (waardering en professionaliteit) en het bedrijfsleven (waardering en betrokkenheid bij het onderwijs). Deze resultaten zijn telkens vanuit drie gezichtspunten bekeken: zo worden over bijvoorbeeld het resultaatgebied inzetbaarheid als startende beroepsbeoefenaar waar mogelijk de meningen van de deelnemers, het onderwijs en het bedrijfsleven weergegeven. Verder zijn van een drietal cohorten de landelijke cijfers van uitval, uitstroom en diplomering gedurende de invoerperiode van de competentiegerichte kwalificatiedossiers ( ) in kaart gebracht. Hierbij is de vraag gesteld of gedurende de hele periode ontwikkelingen, positief of negatief, te ontdekken zijn. Dit rapport laat zien dat de landelijke trends in de uitval-, uitstroom- en diplomering cijfers zeer stabiel zijn. De invoering van kwalificatiedossiers lijkt daar geen positief maar ook geen negatief effect op te hebben.

6 Wel zien we positieve trends in de resultaatgebieden rond de beleving van de drie hoofdgroepen: deelnemers, onderwijs en bedrijfsleven. Zo zijn de drie groepen van mening dat het middelbaar beroepsonderwijs beroepsbeoefenaren aflevert die aan de slag kunnen. In vergelijking met eerdere jaren zien we daarin een positieve ontwikkeling. Het bedrijfsleven mist in de afgestudeerde deelnemer nog wel wat praktische vakvaardigheden, opleiders juist (theoretische) vakkennis. Het zwaartepunt van wat als belangrijk wordt gezien binnen de drie elementen van een competentie kennis, vaardigheden, houding lijkt daarmee bij opleidingen te liggen bij kennis en bij bedrijven bij vaardigheden. Over de houding zijn alle partijen redelijk tevreden. Schoolverlaters zitten daar een beetje tussenin: zij zouden juist tijdens de opleiding meer aandacht willen voor de toepassing van de theorie in de praktijk. Met andere woorden: hoe zet je kennis om in vaardigheden? 6 Ondanks de ervaren hoge werkdruk zijn docenten in de vijfde meting (zeer) positief over hun werk in hun eigen opleiding. Dat is in vergelijking tot de vierde meting flink gestegen. Opvallend is wel dat deelnemers in bol-opleidingen in de vijfde meting juist minder positief waren over hun docenten dan tijdens voorgaande metingen. Dat geldt weer niet voor deelnemers in bbl-opleidingen die zich juist aanzienlijk positiever toonden over hun docenten in vergelijking tot voorgaande metingen. Het bedrijfsleven is volgens respondenten uit het onderwijs sterker betrokken bij de opleiding. De leerbedrijven zelf zijn echter meer terughoudend en schatten de samenwerking met de opleiding stukken minder sterk in. Wel is iedereen het erover eens dat leerbedrijven redelijk goed weten wat van ze verwacht wordt. Ook hier zien we weer verschillende meningen over dezelfde samenwerking, waarbij de scholen deze positiever inschatten dan de leerbedrijven. Schoolverlaters waarderen datgene wat ze hebben geleerd binnen leerbedrijven in hoge mate. Dit rapport is gevuld met een veelheid aan gegevens over resultaten van het middelbaarberoepsonderwijs gedurende de periode dat de competentiegerichte kwalificatiedossiers werden ingevoerd. Duidelijk wordt dat de trends over het algemeen positief zijn, wanneer we dieper in de resultaten duiken zien we gedetailleerdere variaties in de antwoordpatronen. Opmerkelijk zijn de

7 overeenstemmingen en tegenstellingen wanneer de antwoorden van de drie hoofdgroepen deelnemers, onderwijs en bedrijfsleven naast elkaar worden gelegd. Wij hopen dat het onderzoek het beeld verheldert van de gevolgen van het invoeren van de competentiegerichte kwalificatiedossiers op de algemene resultaten van het middelbaar beroepsonderwijs. Op deze plaats willen wij alle mensen bedanken die op enige wijze deel hebben genomen aan dit onderzoek: de vele respondenten van vragenlijsten binnen opleidingen en de leveranciers van data zoals DUO, de Stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven, de JOB (JongerenOrganisatie Beroepsonderwijs) en het ROA (Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt). In het bijzonder willen we de leden van de klankbordgroep danken voor hun waardevolle bijdrage en feedback tijdens alle belangrijke momenten van dit onderzoek: Joël de Booys (Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs), Susan van Gurp (NRTO, voorheen Paepon), Mieke de Haan (MBO Raad), Alinda Huistra (AOC Raad), Els de Ruijter (Inspectie van het Onderwijs), Roy Tjoa (Ministerie van OCW), Janneke Voltman (SBB, voorheen Colo), Rini Weststrate (voormalig MBO 2010) en Ellen Wisse (Ministerie van OCW). 7 Marc van der Meer Directeur Expertisecentrum Beroepsonderwijs

8 8

9 Inleiding Aanleiding en geschiedenis van de CGO Monitor In dit onderzoeksrapport wordt de vijfde meting van de CGO Monitor beschreven. Deze monitor brengt sinds 2004 ontwikkelingen rond de invoering van competentiegerichte kwalificatiedossiers in beeld. Deelnemers die in 2012 starten met een opleiding in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo), zullen een opleiding aantreffen die werkt met een zogenaamd competentiegericht kwalifi catieprofi el. 1 2 In competentie gerichte kwalificatieprofi elen zijn de doelen van een opleiding beschreven in termen van kerntaken, werkprocessen en competenties die deelnemers ontwikkeld dienen te hebben wanneer de opleiding is afgerond. Tot 2012 was het mogelijk voor deelnemers om in te stromen in opleidingen die óf werkten met eindtermendossiers waarin de resultaten van een opleiding beschreven zijn in termen van kennis en vaardigheden óf in opleidingen die experimenteerden met de competentiegerichte dossiers; de zogenaamde experimentele opleidingen. Dit experimenteren met competentiegerichte kwalifi catiedossiers was mogelijk vanaf 2004 en de ontwikkelingen die daaruit volgen, zijn sindsdien door het Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ecbo) via deze monitor inzichtelijk gemaakt. In de eerste twee metingen is het accent gelegd op het herontwerpproces (Van den Berg & Doets, 2005; Baarda, 2006). In de derde meting werd het accent verlegd naar de resultaten van de experimenten. Het ging toen om het krijgen van inzicht in hoeverre de ideeën die ten grondslag liggen aan de invoering van competentiegericht onderwijs (cgo), in de praktijk worden gerealiseerd (Van der Meijden, 2007). 3 In de vierde meting is gemeten wat de gevolgen zijn van de invoering 9 1 Sinds 2011 wordt in de wetgeving over de kwalifi catiestructuur voor het mbo gesproken over beroepsgerichte kwalifi catieprofi elen. 2 In het mbo wordt niet gesproken over leerlingen maar over deelnemers. 3 Opvattingen over wat competentiegericht onderwijs is, lopen uiteen; consensus is er wel dat het gaat om een integratief, beroepsgericht concept, waar kennis, vaardigheden en houding deel van uit maken (Onstenk, De Bruijn & Van den Berg, 2004; Van den Berg & De Bruijn, 2009).

10 10 van het nieuwe kwalificatiedossier op het behalen van negen door het ministerie gedefinieerde algemene resultaatgebieden van het middelbaar beroepsonderwijs (Van der Meijden, Westerhuis e.a., 2009). Om de betekenis van het onderscheid tussen experimentele en nietexperimentele opleidingen voor uitval- en doorstroomcijfers verder uit te werken, is een tussenmeting uitgevoerd, gebaseerd op BRON-data (Van der Meijden, 2011). 4 De vijfde meting wordt in het rapport dat voor u ligt beschreven. Hierin wordt, zoals ook het geval was in de vierde meting, gemeten wat de gevolgen zijn van de invoering van het nieuwe kwalificatiedossier op het behalen van negen door het ministerie gedefinieerde algemene resultaatgebieden. Er is, voor zover mogelijk, gekozen voor de aanpak van de vierde meting zodat trends in kaart gebracht kunnen worden. De gevonden resultaten op de diverse resultaatgebieden worden beschreven in hoofdstuk Kader Het middelbaar beroepsonderwijs De CGO Monitor wordt uitgevoerd door gegevens van opleidingen in het mbo in beeld te brengen. De woorden mbo en opleidingen zijn echter minder eenduidig dan ze klinken. Het mbo is in zijn verschijningsvorm en activiteiten zeer heterogeen. Om te beginnen heeft het mbo met zijn drievoudige opdracht een unieke positie in het gehele onderwijssysteem: jongeren, volwassenen, werknemers, werkzoekenden, inburgeraars en herintreders worden opgeleid voor een beroep, een vervolgopleiding en tot 4 BRON: basisregister onderwijs. 5 In eerdere metingen (derde meting, tussenmeting en vierde meting) bleek telkens dat het onderscheid tussen opleidingen die werkten met competentiegerichte kwalificatiedossiers en de opleidingen die dat niet deden weinig verschillen vertoonden in resultaten. Het gebruik van een competentiegericht kwalificatiedossier (of de eindtermendocumenten) dwingt immers niet tot een bepaalde specifieke aanpak of inrichting van het onderwijs; het label stuurt niet richting één opleidingsontwerp, maar staat variatie toe. Het toeschrijven van verschillen in resultaten aan de keuze voor het al dan niet werken met een competentiegericht kwalificatiedossier zou de plank misslaan, als er andere werkzame elementen te identificeren zijn. Analoog aan deze vijfde meting is daarom ook een verkenning gedaan naar inrichtingskenmerken van opleidingen, teneinde vast te kunnen stellen of en zo ja waarop, opleidingen variëren in hun opleidingsontwerp: het onderzoek naar clusters van onderwijsinrichtingen binnen het mbo. De uitkomsten daarvan worden beschreven in een afzonderlijk rapport.

11 burgers die volwaardig deelnemen aan de maatschappij ( Het mbo is zeer omvangrijk en complex. In het schooljaar telde het mbo in totaal deelnemers. De referentieraming 2011 van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) (2011) verwacht de komende twee jaar nog een kleine toename in het aantal deelnemers en in de jaren daarna een geleidelijke afname tot ongeveer deelnemers minder in De deelnemers kunnen kiezen uit veel verschillende opleidingsvarianten in vier sectoren: Techniek, Economie, Zorg & welzijn en Landbouw. Figuur 1.1 Verdeling mbo-deelnemers over sectoren op 1 oktober 2010 (n= ) Zorg & welzijn 32% Landbouw 6% Combinatie van sectoren 2% 11 Economie 32% Techniek 28% Bron: BRON-data (DUO). Deze opleidingen worden aangeboden door regionale opleidingencentra (roc s), agrarische opleidingscentra (aoc s) of vakinstellingen. De opleidingen kunnen op vier verschillende niveaus worden gevolgd niveau 1, assistentenopleiding; niveau 2, basisberoepsopleiding; niveau 3, vakopleiding; niveau 4, middenkader/specialistenopleiding

12 en via twee leerwegen: beroepsbegeleidende leerweg (bbl) en de beroepsondersteunende leerweg, de bol. Opleidingen hebben een uniek crebonummer (zie kader). Voorbeeld crebonummer De opleiding tot Luchtvaarttechnicus heeft het unieke nummer Het is een opleiding op niveau 4 en wordt aangeboden in zowel een bol als een bbl variant. De opleiding wordt onder andere aangeboden door ROC Tilburg en Vak & Werk School, een particuliere aanbieder. Bij het crebonummer hoort een kwalificatie, beschreven in een kwalificatiedossier. Zo n dossier kan meerdere kwalificaties beschrijven. Elke kwalificatie in een kwalificatiedossier heeft een uniek crebonummer. De kwalificaties worden in samenspraak met het bedrijfsleven vastgesteld door een kenniscentrum, in dit geval het kenniscentrum voor transport en logistiek VTL. 12 Er bestaan in het jaar verschillende kwalificaties (diploma-eisen). Deze zijn ondergebracht in 237 verschillende kwalificatie dossiers. Deze 612 kwalificaties worden uiteraard door meerdere onderwijsinstellingen aangeboden. De wijze waarop zo n opleiding aangeboden wordt, wordt bepaald door de onderwijsinstelling, met elk een specifiek brin-nummer. Daarmee is het daadwerkelijke aantal opleidingen een kwalificatie aangeboden door een specifieke onderwijsinstelling, dus brin-crebo-combinaties vele malen hoger, zo rond de Het aanbod van opleidingen is daarmee zeer divers, maar ook de populatie deelnemers is alles behalve eenvormig. In figuur 1.2 wordt de positie van het mbo in het gehele Nederlandse onderwijsstelsel weergegeven. We zien dat deelnemers het mbo vanuit verschillende vooropleidingen, al dan niet afgerond, kunnen ingaan. Ook zij-instromers van alle leeftijden kunnen op enig moment deelnemen aan diverse opleidingen binnen het mbo.

13 Figuur 1.2 Overzicht onderwijssysteem Nederland 13 Als gevolg van onder andere de verschillen per sector, verschillen in het aanbod van opleidingen op de verschillende niveaus niveau 4 geeft bijvoorbeeld toegang tot het hbo, niveau 1 wordt niet voldoende geacht als een startkwalificatie en de drempelloze instroom in niveau 1 en 2, kent het mbo een grote diversiteit aan deelnemers met zeer uiteenlopende persoons- en achtergrondkenmerken (MBO Raad, 2010). 6 Het mbo wil op de uitdagingen die deze grote diversiteit met zich meebrengt een antwoord geven; door variatie in opleidingsrichtingen, leerwegen, niveaus (stelselniveau), didactische en pedagogische concepten (regionaal niveau). In het mbo werken mensen ( fte) waarvan een kleine 1000 in een directie/managementfunctie en ruim als 6 Er zijn voorstellen om de drempelloze instroom voor niveau 2 aan banden te leggen.

14 docent. 7 Ontegenzeggelijk brengt de grote diversiteit in opleidingen en deelnemerspopulatie een even zo grote diversiteit van taken en rollen en vereiste deskundigheden met zich mee voor het personeel in het mbo Beleid Beleidsmatig is het mbo voortdurend in ontwikkeling. Een belangrijke landelijke vernieuwing van de laatste jaren vormt de invoering van de competentiegerichte kwalificatiedossiers. Sinds 2004 zijn opleidingen in de gelegenheid gesteld om te experimenteren met deze dossiers, die in 2012 daadwerkelijk op alle opleidingen moeten zijn ingevoerd. 14 Bovendien staan beleidsontwikkelingen op de rol die voortvloeien uit het actieplan mbo Focus op Vakmanschap : vermindering van het aantal kwalificaties; invoering van opleidingsdomeinen; verhoogde aandacht voor taal en rekenen; niveau 1 wordt entreeopleiding ; afschaffing drempelloze instroom niveau 2; verkorten niveau 4-opleidingen van vier naar drie jaar; verhoogde aandacht voor de professionalisering van docenten. Deze ontwikkelingen zullen gevolgen hebben voor de manier waarop het mbo en zijn opleidingen ingericht worden. Dit maakt onderzoek naar inrichtingskenmerken relevant en op termijn ook onderzoek naar de relatie tussen inrichtingskenmerken en opleidingsvarianten en de resultaten daarvan. 7

15 Probleemstelling en onderzoeksvraag Resultaten van middelbaar beroepsonderwijs? Om voor de sector relevante gegevens over resultaten boven tafel te krijgen, ligt het voor de hand om doelen van de sector in kaart te brengen en daarna te meten in hoeverre die doelen gehaald worden. Echter, wanneer men spreekt over doelen, ontmoet men veel problemen; naast kwalifi catie-eisen heeft het mbo ook impliciete en expliciete doelen buiten die eisen. De doelmatigheid van het mbo is dan ook allesbehalve duidelijk (Vink e.a., 2010). Vaak ontbreken referentiekaders en normen om uitspraken te doen of de doelmatigheid voldoende of optimaal is (Borghans e.a., 2007). Er is met andere woorden een referentiekader nodig waarop resultaten van het mbo beoordeeld kunnen worden. Om een zo compleet mogelijk beeld te geven, dienen in dat kader resultaten die relevant zijn voor drie betrokken hoofdgroepen inzichtelijk gemaakt te worden: de deelnemers, het onderwijs docenten, vervolgopleidingen en het bedrijfsleven. In het bestuurlijk arrangement dat de staatsecretaris van OCW in 2007 met de MBO Raad, de AOC Raad, Colo en Paepon 8 heeft gesloten, zijn op basis van die drie hoofdgroepen negen resultaatgebieden geformuleerd voor het mbo: 1 zichtbaar beter inzetbare beroepsbeoefenaren; 2 toegenomen motivatie bij deelnemers; 3 meer gediplomeerde uitstroom; 4 minder voortijdige uitval; 5 grotere doorstroom naar hogere vormen van onderwijs; 6 verbeterde professionaliteit van docenten en praktijkbegeleiders; 7 grotere waardering en betrokkenheid van (leer)bedrijven en georganiseerd bedrijfsleven; 8 grotere waardering door docenten; 9 grotere waardering door deelnemers De namen Colo en Paepon zijn inmiddels gewijzigd in SBB en NRTO. 9 Brief van de staatsecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 3 juli Dossier Koers BVE, Nr. 73.

16 In deze monitor worden sinds 2007 deze negen resultaatgebieden als afhankelijke variabelen benaderd. Met andere woorden, deze resultaatgebieden zijn afhankelijk van de wijze waarop het mbo vormgegeven/uitgevoerd wordt (de onafhankelijke variabele). 2.2 Invloed van competentiegericht onderwijs op resultaten van middelbaar beroepsonderwijs? Door het invoeren van competentiegericht onderwijs zouden effecten zichtbaar moeten worden op de negen resultaatgebieden, zo was de verwachting, van eerder genoemd arrangement. 16 Uit eerder onderzoek (Van der Meijden, 2011) bleek dat verschillen tussen opleidingen qua uitval en doorstroom te herleiden waren tot achtergrondgegevens van deelnemers: het onderscheid tussen opleidingen die werken met een kwalificatiedossier en opleidingen die dat niet doen, bleek ook binnen die data niet betekenisvol. Bekend is dat de invloed van onderwijsinrichting op het behalen van diverse resultaten gerelativeerd moet worden. Zo blijkt uit eerder onderzoek (Herweijer, 2008; Van der Meijden, 2011) dat bepaalde kenmerken waarmee een deelnemer aan het mbo-proces start, het verloop en uitkomst van dat proces grotendeels voorspellen. Het is bijvoorbeeld bekend dat jongens vaker uitval vertonen dan meisjes en dat deelnemers met een lagere sociaal-economische achtergrond minder studiesucces vertonen. Ook is de vooropleiding een voorspeller: bepaalde richtingen in het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) of het hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo) voorspellen in enige mate hoe het leerproces in het mbo verloopt en welke resultaten er behaald worden (Westerhuis, Neuvel e.a., 2012). Van Tartwijk meldde in zijn oratie (Van Tartwijk, 2011) dat onderwijssucces voor een groot deel bepaald wordt door kenmerken van lerenden: Het gaat dan om kenmerken als intelligentie, sekse, ontwikkelingsfase en persoonlijkheid, sociaal-economische status en voorschoolse ervaringen. Marzano (Marzano, 2007) heeft uitgerekend dat zo n vier vijfde van de verschillen

17 in leeropbrengsten verklaard kunnen worden met behulp van dergelijke kenmerken van lerenden. 10 Daaruit is af te leiden dat onderwijsinrichting en -uitvoering inhoud en organisatie grofweg één vijfde van de resultaten verklaart. Deze onderzoeksbevindingen moeten enigszins gerelativeerd worden, omdat het veelal gaat om metingen die niet in het beroepsonderwijs zijn uitgevoerd. Gelet de specifieke karakteristieken van het Nederlandse beroepsonderwijs zie hoofdstuk 1 is het de vraag hoe generaliseerbaar de gevonden resultaten zijn. Los daarvan is het interessant meer inzicht te krijgen in de inrichting van het beroepsonderwijs en opleidingsvariëteit te onderzoeken op hun relatie met deelnemerskenmerken en resultaten. De vraag die aan de CGO Monitor ten grondslag ligt, is of de invoering van competentiegericht onderwijs meetbare veranderingen op de negen resultaatsgebieden teweeg brengt. Dit blijkt niet zo eenduidig als het lijkt. Het eerste probleem behelst de term competentiegericht. Wat maakt opleidingen competentiegericht? Dat ze zich voegen naar competentiegerichte kwalificatiedossiers? Of kenmerkt competentiegericht opleiden zich door een bepaald opleidingsontwerp en/of didactische werkvormen, los van de inhoud van een kwalificatiedossier? 11 Uit analyses in de vierde meting (Van der Meijden, Westerhuis e.a., 2009) bleek het begrip competentiegericht onderwijs te complex om als eenduidige interventie af te kunnen bakenen. Het begrip werd op verschillende wijzen ingevuld. Zo werd duidelijk dat individuele opleidingen met een exact gelijk kwalificatiedossier er volstrekt verschillende werkwijzen en interpretaties van het kwalificatiedossier op na hielden. Het bleek binnen de kaders van die monitormeting niet mogelijk het begrip competentiegericht onderwijs te operationaliseren in eenduidige onafhankelijke variabelen om daarna de effecten te meten op de afhankelijke variabelen; de resultaatgebieden. Een tweede probleem is dat de invoering van competentiegericht onderwijs qua timing niet eenop-een gezien kan worden met de invoering van competentiegerichte kwalificatiedossiers. In de enquête in de vijfde meting is een vraag Zie ook: Van der Grift, De discussie over de mate waarin kwalificatiedossiers ( deel C ) inhoudelijk voorschrijvend zouden moeten zijn, dan wel als inperking van de didactische ruimte worden ervaren, is nog steeds actueel! Zie ook Schuit, Kennis & Hövels, 2009.

18 opgenomen die luidde: Heeft u het idee dat de daadwerkelijke invoering van competentiegericht opleiden (cgo) samenviel met de invoering van het kwalificatiedossier? In 58% van de gevallen antwoordde de respondent dat dit inderdaad het geval was, in alle andere gevallen was dat echter niet het geval. De startdatum van de invoering van competentiegericht onderwijs komt met andere woorden in veel gevallen niet overeen met het moment van invoering van competentiegerichte kwalificatiedossiers. De aanname dat het onderwijs competentiegericht is ingericht als het zich richt op deze competentiegerichte kwalificatiedossiers, is daarmee niet juist gebleken. 18 Het verschil tussen competentiegericht onderwijs en competentiegerichte kwalificatiedossiers is dus een niet onbelangrijke nuance: de eerste zegt iets over de aard van de opleiding, de tweede zegt iets over de aard van de doelen van een opleiding. Het eerste hoe er geleerd wordt is een verantwoordelijkheid van de opleidingen. Het tweede, wat er geleerd wordt, een verantwoordelijkheid van de sectorale Kenniscentra Beroepsonderwijs Bedrijfsleven. Tot nu toe verricht onderzoek naar de lokale onderzoekspraktijk, bedient zich wel van verschillende beschrijvingsmodellen om die aard van opleidingen te typeren. Deze modellen leveren bouwstenen voor vervolgonderzoek naar opleidingsinrichtingen. 12 In het kader van dit onderzoek is het voor de interpretatie van gegevens over al dan niet competentiegericht onderwijs van belang bovenstaande nuances in ogenschouw te nemen. 12 Een voorbeeld van een dergelijk beschrijvingsmodel is het model configuraties. In het kader van de vorige edities van de CGO Monitor is via casestudies onderzocht of de nieuwe kwalificatie-eisen ook tot andere onderwijsinrichtingen leidden. Het beschrijvingsmodel configuraties is in het kader van de vijfde CGO Monitor nader uitgewerkt en toegepast bij de dataverzameling, als doel: grip te krijgen op de inrichtings variëteit tussen opleidingen. Wanneer opleidings ontwerpen betekenisvol van elkaar te onderscheiden zijn, is het in de toekomst mogelijk te onderzoeken wat de invloed daarvan is op de negen resultaatsgebieden. Mogelijk kan dan de black box die in het kader van de monitor tot nu toe gesloten bleef, geopend worden. Resultaten hiervan worden afzonderlijk gerapporteerd.

19 2.3 De onderzoeksvraagstelling Wij nemen als doelen de negen resultaatgebieden zoals geformuleerd door het in paragraaf 2.1 beschreven bestuurlijk arrangement. De huidige meting van deze monitor wil antwoorden vinden op de vraag: Vond gedurende de landelijke invoering van competentiegericht onderwijs ( ) een zichtbare ontwikkeling plaats binnen negen resultaatgebieden die horen bij de opdracht van het mbo; het leveren van zichtbaar beter inzetbare beroepsbeoefenaren, een toegenomen motivatie bij deelnemers, meer gediplomeerde uitstroom, minder voortijdige uitval, grotere doorstroom naar hogere vormen van onderwijs, verbeterde professionaliteit van docenten en praktijkbegeleiders, grotere waardering en betrokkenheid van (leer) bedrijven en georganiseerd bedrijfsleven, grotere waardering door docenten en een grotere waardering door deelnemers? 19

20 20

21 Overall aanpak en verantwoording van het onderzoek Aanpak onderzoek naar resultaatgebieden De eerste en belangrijkste opgave die ecbo zich stelt in de aanpak van dit onderzoek, is om zo veel mogelijk gegevens over de resultaatgebieden te verzamelen zonder het veld opleiders, deelnemers, bedrijven enzovoort daarbij te belasten. We maken daarom zo veel mogelijk gebruik van bestaande databronnen; lopende onderzoeken en monitoren die door anderen sowieso worden uitgevoerd. Daarnaast maken we zo veel mogelijk gebruik van bestaande registerdata: over deelnemers wordt door instellingen sinds 2004 veel geregistreerd. Deze zogenaamde BRONgegevens worden verzameld door de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) van het ministerie van OCW. Ecbo mag gebruikmaken van deze data ter beantwoording van enkele specifi eke onderzoeksvragen. Als laatste voert ecbo zelf één enquête uit onder contactpersonen binnen opleidingen om die vragen te beantwoorden die niet door middel van bestaande data beantwoord kunnen worden. Voor elk van de resultaatgebieden is het nodig gegevens in te zien van bepaalde bronnen. Voor inzicht in de motivatie van deelnemers gaan we te rade bij gegevens die elders verzameld zijn bij die deelnemers, bijvoorbeeld in de JOB-monitor. De waardering door docenten kan alleen beantwoord worden door uitspraken van docenten te verzamelen, in de ecbo-enquête. De mening van bedrijven kan alleen door hun uitspraken te verzamelen, bijvoorbeeld in de zogenaamde BPV-monitor. 21

22 3.2 Dataverzameling In figuur 3.1 is aangegeven welke bronnen zijn gebruikt voor de verzameling van informatie bij verschillende groepen: Figuur 3.1 Schematisch overzicht dataverzameling per bron Bron: Contactpersonen opleidingen (w.o. docenten) Bron: Deelnemers Bron: Registerdata Bron: Beroepsbeoefenaren Bron: Werkgevers 22 JOB-monitor Ecboenquete BRONdata Schoolverlatersonderzoek ROA Literatuur BPVmonitor Cgomonitor In de bovenste rij zien we de bronnen : de groepen mensen, bronnen, waarbij de data verzameld zijn. Op de tweede rij zien we de wijze waarop we gegevens van de bronnen verzamelen. Op de onderste rij zien we dat alle data binnen ecbo samengevoegd worden tot één geheel: de CGO Monitor.

23 Uitgewerkt per resultaatgebied ziet de dataverzameling er als volgt uit: Tabel 3.1 Schematisch overzicht databronnen Resultaatgebied 1 Zichtbaar betere beroepsbeoefenaren Databron Deelnemers: ROA-data, JOB-monitor Onderwijs: ecbo-enquête Bedrijven: BPV-monitor 2 Toegenomen motivatie deelnemers Deelnemers: ROA-data, JOB-monitor 3 Meer gediplomeerde uitstroom Deelnemers: BRON-data (DUO) 4 Minder voortijdige uitval Deelnemers: BRON-data (DUO) 5 Grotere doorstroom naar hogere vormen van onderwijs 6 Verbeterde professionalisering docenten/praktijkbegeleiders 7 Grotere waardering/betrokkenheid leerbedrijven/georganiseerd bedrijfsleven Deelnemers: BRON-data (DUO) Deelnemers: JOB-monitor Onderwijs: ecbo-enquête Bedrijven: BPV-monitor Deelnemers: JOB-monitor Onderwijs: ecbo-enquête Bedrijven: BPV-monitor 23 8 Grotere waardering docenten Onderwijs: ecbo-enquête 9 Grotere waardering deelnemers Deelnemers: ROA-data, JOB-monitor

24 3.3 Overzicht en verantwoording van de bronnen BPV-monitor Uitgevoerd in 2011 door ResearchNed in opdracht van de MBO Raad, Colo, MKB/VNO-NCW en het ministerie van OCW 24 Achtergrond: De beroepspraktijkvorming (bpv) is een cruciaal onderdeel van opleidingen in het mbo. Met de introductie van competentiegericht onderwijs is het opleiden en beoordelen van deelnemers steeds meer een gezamenlijke verantwoordelijkheid van school en bedrijf geworden. Eerder onderzoek laat zien dat er vanuit diverse invalshoeken serieuze knelpunten bestaan met betrekking tot de bpv in het mbo. Om deze knelpunten aan te pakken, hebben de MBO Raad, Colo, MKB/VNO-NCW en OCW het bpv-protocol in 2009 in het leven geroepenw. In het protocol is afgesproken dat middels een monitor in kaart dient te worden gebracht wat de invloed is van het bpv-protocol op de kwaliteit van de bpv. ResearchNed en Arbeid Opleidingen Consult voerden de eerste meting van deze monitor in 2011 uit in opdracht van de begeleidingscommissie BPV-monitor; MBO Raad, Colo, MKB/ VNO-NCW en OCW. De belangrijkste doelstelling van de monitor is het systematisch verzamelen en rapporteren van informatie over de ervaringen met en effecten van het bpv-protocol op de kwaliteit van de bpv vanuit het perspectief van deelnemers, leerbedrijven, mbo-instellingen en de kenniscentra. Meer concreet dient de monitor inzichtelijk te maken wat de stand van zaken is met betrekking tot de implementatie van het bpv-protocol, of het protocol de gewenste effecten op de kwaliteit van de bpv heeft en hoe het bedrijfsleven de begeleiding van deelnemers door mboinstellingen tijdens de bpv waardeert. Gebruik voor CGO Monitor: ecbo heeft ten behoeve van de CGO Monitor de beschikking over een databestand met daarin antwoorden op vragen die zijn gesteld aan leerbedrijven. Van die leerbedrijven geven bedrijven aan met deelnemers te maken te hebben die uit experimentele opleidingen komen, met deelnemers uit niet-experimentele opleidingen en voor was het onbekend. De vragen die benut zijn, handelen naast achtergrondvragen over de mening van de bedrijven over wat de deelnemer leert in de opleiding en over de mening van de bedrijven over de samenwerking met onderwijsinstellingen.

25 3.3.2 JOB-monitor Uitgevoerd in 2010 door ResearchNed in opdracht van de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs (JOB). Het onderzoek wordt gefinancierd door het ministerie van OCW en aangevuld met bijdragen van deelnemende onderwijsinstellingen. Achtergrond: De JOB, belangenbehartiger van een half miljoen deelnemers in het mbo, voerde in 2010 voor de zesde keer onderzoek uit naar de tevredenheid van deelnemers over hun onderwijs. Het deelnemertevredenheidsonderzoek van de JOB werd bekend onder de naam Odin, maar zal vanaf nu alleen nog de naam JOB-monitor dragen. De thema s onderwijs, toetsing, begeleiding, competenties, stage/werkplek, veiligheid & sfeer, informatie & organisatie, voorzieningen, inspraak en een algemeen oordeel komen aan bod en zijn uitgewerkt in indicatoren. Het beeld dat de JOB-monitor oplevert van de deelnemertevredenheid geeft handvatten aan zowel management als deelnemers om (samen) te werken aan onderwijsverbetering. Het onderzoek is uitgedacht en gecoördineerd door de JOB en uitgevoerd door onderzoeksbureau ResearchNed. Gebruik voor CGO Monitor: De respons op de vragenlijsten bestond uit deelnemers in het middelbaar beroepsonderwijs. Dat is 27,4% van het totaal. Via de website van de JOB is toegang tot deze bestanden mogelijk. De data zijn onder te verdelen in vele combinaties van kenmerken. Een aantal vragen wordt geselecteerd en nader bekeken. Het gaat dan met name over het oordeel van deelnemers over hun docenten en over de stage en vragen over hun motivatie en tevredenheid Schoolverlatersonderzoek (bve-monitor) 13 Uitgevoerd door het ROA in Achtergrond: De bve-monitor is gericht op schoolverlaters van de beroepsopleidende leerweg (bol) en de beroepsbegeleidende leerweg (bbl). Het onderzoek wordt uitgevoerd door het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt van de Universiteit Maastricht. De financiering ligt bij OCW, Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en de deelnemende onderwijsinstellingen. Met het onderzoek wordt de overgang van school naar werk, dan wel het vervolgtraject in het onderwijs, in kaart gebracht. De schoolverlaters worden ongeveer anderhalf jaar na het verlaten van de opleiding ondervraagd door middel van een schriftelijke/internet vragenlijst. Deze vragenlijst bestaat uit een gedeelte dat voor elke onderwijssoort identiek is en uit een variabel gedeelte waarbij de inhoud afhankelijk is van de onderwijssoort en/of de opleidingssector. Bij de bve-monitor ligt de nadruk met name op doorstroom naar het vervolgonderwijs en de intrede op de arbeidsmarkt. 13 Bve: Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie.

26 Gebruik voor CGO Monitor: De bve-monitor (ROA) is tijdens eerdere metingen niet bruikbaar gebleken omdat deze nog geen substantiële groep schoolverlaters in zich had die een aanzienlijke periode in experimentele opleidingen had doorgebracht. Dit was wel het geval in de meting die het ROA in 2010 uitvoerde. Ecbo voegde enkele vragen toe aan de vragenlijst die de bve-monitor heeft gebruikt. Ecbo heeft de beschikking gekregen over een bestand met gegevens van schoolverlaters die een bol-opleiding volgden. Daarvan hebben schoolverlaters een experimentele opleiding gevolgd en een niet-experimentele opleiding. Vragen die benut zijn, handelen over de positie die de schoolverlaters hebben op de arbeidsmarkt, de bruikbaarheid van de in de opleiding opgedane kennis/vaardigheden/houding en de waardering in retrospectief van die opleiding BRON-data BRON-data zijn registerdata zoals verzameld door instellingen en verwerkt door DUO 26 Achtergrond: Onder DUO-gegevens verstaan wij inschrijvingsgegevens van deelnemers in het mbo zoals ze bij de Dienst Uitvoering Onderwijs geregistreerd staan. DUO is sinds 2010 een samenvoeging van Cfi en de IB-Groep. Met DUOgegevens worden die gegevens aangeduid die vóór 2010 bekend stonden als Cfi-gegevens. Elk jaar op 1 oktober, de oktobertelling, wordt door DUO de stand opgemaakt van alle deelnemers die op die datum in het mbo ingeschreven staan. Het gaat om gegevens waaruit duidelijk wordt of een deelnemer (nog) ingeschreven staat in het mbo, of hij/zij een diploma heeft, in welke opleiding hij/zij ingeschreven staat, op welk niveau, welke leerweg enzovoort. De onderwijsinstellingen leveren in het kader van hun financiering de benodigde gegevens jaarlijks aan. DUO bewerkt de gegevens en controleert ze op juistheid. Wanneer de gegevens betrouwbaar genoeg worden bevonden, geeft DUO ze vrij voor onderzoek. DUO is met de opbouw van dit bestand begonnen in 2004; in 2005 is het volledig dekkend. De opbouw van dit bestand werd mogelijk gemaakt met de invoering van een individueel onderwijsnummer. Gebruik voor CGO Monitor: In de data die DUO heeft aangeleverd, konden de volgende cohorten worden geïdentificeerd: cohort 2005, cohort 2006 en cohort Het gaat hier om deelnemers die in de betreffende jaren vanuit het vmbo zijn ingestroomd in het mbo.

27 3.3.5 Ecbo-enquête Uitgevoerd door ecbo in Achtergrond: In de laatste maanden van 2010 en de eerste maanden van 2011 is de ecbo-enquête opgesteld ten behoeve van de CGO Monitor. De lijst bestond uit: 1 een aantal vragen over de achtergrond en bevoegdheden van de respondenten, bijvoorbeeld de opleiding van docenten; 2 een aantal vragen over de resultaatgebieden; 3 een aantal vragen over de inrichtingskenmerken van opleidingen. De enquête werd webbased afgenomen: contactpersonen kregen een met daarin een verzoek tot deelname en daarmee een kans op een geldprijs. Bij deelname kwam de respondent via een link op de website waar de enquête kon worden ingevuld. Wij hebben de dataverzameling verspreid over twee periodes. De eerste was in mei 2011, de tweede in oktober De eerste dataverzameling verliep onder twee groepen: Wanneer opleidingen overgingen van eindtermen naar competentiegerichte kwalificatiedossiers werden gegevens geregistreerd van de contactpersonen (aanspreekpunten) van deze opleidingen bij MBO2010. De volledige ge-update lijst is door ons van MBO2010 ontvangen. Contactpersonen van opleidingen die ten tijde van onze dataverzameling nog met eindtermen werkten, stonden niet centraal geregistreerd. Om de gegevens van deze personen te verzamelen, is voor elke opleiding die nog met eindtermen werkte en als zodanig bij DUO geregistreerd stond bepaald op welke onderwijsinstelling deze opleiding aangeboden werd. Daarop is de betreffende (bekostigde) onderwijsinstelling via telefoon en benaderd met het verzoek contactgegevens van contactpersonen van de betreffende opleidingen te leveren. Van alle opleidingen die met eindtermen werkten, is op die wijze de contactpersoon achterhaald; het ging om 308 mensen. 27 Veel contactpersonen waren aanspreekpunt voor meer dan één opleiding. Ook bleek dat van de 308 contactpersonen voor opleidingen met eindtermen, een aantal personen ook de contactpersoon was voor opleiding(en) met competentiegerichte kwalificatiedossiers. In de enquête is daar rekening mee gehouden door aan de start van de lijst de respondent te vragen het crebonummer en naam van de opleiding te noemen waarvoor de antwoorden in de enquête golden. Crebonummer en naam van de opleiding bleven bij alle opvolgende vragen in de webbased enquête prominent in beeld.

28 Op bovenstaande wijze is een bestand opgebouwd van unieke personen die door onderwijsinstellingen genoemd werden als contactpersonen voor één of meerdere opleidingen. Alle contactpersonen van opleidingen zijn drie keer benaderd. Dus er is twee keer een rappel uitgevoerd. In totaal vulden mensen door deze benaderingen de enquête in; een respons van 48%. Contactpersonen hadden verschillende, vaak overlappende, functies. In figuur 3.2 een kort overzicht: Figuur 3.2 Respons op ecbo-enquête naar functie (%) Teamcoördinator Manager Instructeur Docent Begeleider 28 Andere functie 0% 20% 40% 60% 80% 100% Bron: databestand ecbo-enquête 5 de meting (n=1.012). Bij andere functie werd 261 keer een functie ingevuld. In 24% van de gevallen ging het om een functie die te omschrijven valt als adviseur onderwijs, in 12% ging het om adviseur beleid, in 12% ging het om manager onderwijs, 8% van de andere functies gaf specifiek aan projectleider te zijn, en 8% gaf aan bpv-coördinator te zijn. De overige genoemde functies waren te omschrijven als coördinator, medewerker onderwijs, assessor, teamleider, medewerker randvoorwaardelijk, coach, manager randvoorwaardelijk, adviseur randvoorwaardelijk, loopbaanbegeleider, zorgcoördinator, coördinator taal en rekenen, praktijkcoördinator, trainer, deelnemerbegeleider en lid ondernemingsraad werd genoemd.

29 Tabel 3.2 Respons op ecbo-enquête naar sector in vergelijking met BRON-data Verdeling respons ecbo enquête Verdeling sectoren BRON data Economie 22,7% 36,0% Techniek 27,9% 28,0% Zorg & welzijn 23,5% 31,0% Groen 3,0% 4,4% Educatie 0,2% 0,0% Anders 15,4% 0,0% Onbekend 7,3% 0,0% Combinatie 0,0% 0,7% Bronnen: databestand ecbo-enquête 5 de meting en BRON-data (telling 1 oktober 2010). We zien dat de respons op de enquête (eerste kolom) redelijk mooi verdeeld is over de sectoren zoals ze qua omvang ook vertegenwoordigd zijn binnen de BRONdata (tweede kolom). We zien dat de respons uit de Techniek exact overeenkomt met de werkelijke verdeling van deelnemers (28%) en dat de sectoren Economie en Zorg & welzijn weliswaar voldoende vertegenwoordigd zijn (respectievelijk 23% en 24%), maar wat minder dan de werkelijke verdeling van deelnemers over die sectoren (respectievelijk 36% en 31%). De categorie anders werd veelal gebruikt door mensen die in een combinatie van sectoren werkten, die in AKA-opleidingen werkten en voornamelijk door hen die in niet aan specifieke sectoren verbonden functies werkten. 29 Tabel 3.3 Respons van docenten/managers op ecbo-enquête naar leerweg in vergelijking met verdeling leerweg van deelnemers in BRON-data (%) Verdeling respons ecbo enquête Verdeling BRON-data Bbl 11,2% 14,2% Bol 53,2% 85,8% Bol en bbl 35,6% Bronnen: databestand ecbo-enquête 5 de meting en BRON-data.

30 Ook qua leerweg is de respons (eerste kolom) redelijk verdeeld in vergelijking tot de werkelijke omvang in de BRON-data (tweede kolom). In de BRON-data blijkt de groep bbl-deelnemers relatief beperkt (14,2%) en we vinden dat ook terug in de respons op de enquête (11,2%). Wel zien we dat een grote groep respondenten op de enquête zowel deelnemers in de bol als bbl dient. Deze dubbele leerweg is uiteraard niet mogelijk voor deelnemers. De respondenten waren verspreid over 72 afzonderlijke instellingsnummers (brin); 40 van deze instellingen werden door 1-10 respondenten vertegenwoordigd, 24 instellingen werden door respondenten vertegenwoordigd en 8 instellingen werden door meer dan 30 respondenten vertegenwoordigd. Het hoogste aantal respondenten per instelling was 44. Figuur 3.3 Respons op ecbo-enquête naar drie groepen dienstjaren mbo (<5, 6-10 en >10) > tot 10 0 tot 5 0% 20% 40% 60% 80% 100% Bron: databestand ecbo-enquête 5 de meting. Rond 65% van de respondenten was tien jaar of langer in het mbo werkzaam. De gemiddelde leeftijd van de respondenten was 50,4 jaar. Slechts één achtste (12,5%) was jonger dan 40 jaar, het overige deel (87,5%) was 40 jaar of ouder. 52% van de respondenten was man. Gebruik voor CGO Monitor: Met de enquête zijn gegevens verzameld over: de achtergronden van respondenten waaronder vooropleiding en taken/ bevoegdheden; gegevens omtrent een aantal resultaatgebieden.

31 3.4 Analysekader Ecbo-enquête Tijdens de vierde meting werden vergelijkingen gepresenteerd tussen experimentele en niet-experimentele opleidingen. In de vijfde meting bleek vrijwel alle respons op de ecbo-enquête te handelen over experimentele opleidingen. 14 Wanneer we de vijfde meting met de vierde meting vergelijken en daarmee trends in kaart willen brengen om antwoord te geven op de onderzoeksvraag naar zichtbare ontwikkelingen op de negen resultaatsgebieden gedurende de landelijke invoering van cgo vergelijken we in de data van de ecbo-enquête respondenten uit de vijfde meting met respondenten uit experimentele opleidingen in de vierde meting om de vraag te beantwoorden of er zichtbare ontwikkelingen zijn BRON-data Binnen de BRON-data bekijken we, indachtig de onderzoeksvraag, relevante ontwikkelingen die plaatsvonden binnen de jaren waarbinnen competentiegerichte kwalificatiedossiers zijn ingevoerd ( ) aan de hand van drie cohorten Slechts 25 respondenten (2,1%) antwoordden over opleidingen die werkten met eindtermen en 41 respondenten (3,5%) wisten het niet. Veruit de meerderheid van de mensen die genoemd werden door hun instelling als contactpersoon voor een niet-experimentele opleiding, bleken (ook) verbonden aan een experimentele opleiding en vulden daar de antwoorden voor in. In de enquête is een vraag opgenomen over de duur van het experimenteren (sinds wanneer wordt binnen uw opleiding competentiegericht gewerkt?). De respons op deze vraag was echter relatief laag; slechts 232 van de in totaal respondenten gaven hierop een antwoord. Dus ook onderscheid tussen lang en kort experimenteren biedt geen soelaas. Bij vergelijkingen tussen de vierde en vijfde meting zijn in beide metingen enkel die respondenten geselecteerd die aangaven te antwoorden over een opleiding die werkt met een competentiegericht kwalificatiedossier. In beide gevallen gaat het dan om experimentele opleidingen. 15 Hoewel in vorige metingen nog een onderscheid werd gemaakt naar experimentele opleidingen, opleidingen die werken met een competentiegericht kwalificatiedossier en niet-experimentele opleidingen, opleidingen die werken met eindtermen, maken we in deze vijfde meting dat onderscheid niet. Het onderscheid experimenteel nietexperimenteel bleek na een uitvoerige analyse in de zogenaamde tussenmeting (Van der Meijden, 2011) niet genoeg zeggingskracht te hebben om eventuele verschillen te verklaren.

32 3.4.3 Data van bedrijven Binnen de data van de BPV-monitor wordt gekeken naar meningen van bedrijven over hun relatie met opleidingen en deelnemers in het algemeen. Daarnaast wordt zo veel mogelijk een vergelijking gemaakt met de vragen die op gelijke wijze gesteld zijn aan bedrijven tijdens de vierde meting om ontwikkelingen bloot te leggen Data van deelnemers en schoolverlaters 32 Binnen de data van de JOB-enquête kijken we in eerste instantie naar ontwikkelingen in de tijd door diverse metingen met elkaar te vergelijken. Daarnaast gebruiken we de data van het schoolverlatersonderzoek om retrospectief de meningen van deelnemers over hun gevolgde opleiding te bepalen en te vergelijken met deelnemers die nog in de opleiding zitten Triangulatie Door het combineren van antwoorden die gegeven zijn door docenten, bedrijven en deelnemers over gelijke onderwerpen, is het mogelijk bepaalde ontwikkelingen en onderwerpen vanuit verschillende oogpunten te belichten.

33 De stand van zaken binnen de resultaatgebieden Inleiding In dit hoofdstuk wordt de stand van zaken met betrekking tot de negen resultaatgebieden weergegeven. 16 We verdeelden deze in vier overkoepelende en samenhangende thema s: paragraaf 4.2 resultaatgebieden over deelnemers: waardering, motivatie en hun inzetbaarheid als beroepsbeoefenaren; paragraaf 4.3 resultaatgebieden over docenten: waardering en professionaliteit; paragraaf 4.4 resultaatgebieden over het bedrijfsleven: waardering en betrokkenheid; paragraaf 4.5 resultaatgebieden over in-, door- en uitstroomgegevens. 33 Waar mogelijk en relevant zijn binnen elk thema meerdere bronnen geraadpleegd: (ex-)deelnemers: door het raadplegen van de data van de JOB-monitor en de data van het schoolverlatersonderzoek van het ROA; bedrijven: door het raadplegen van de data van de BPV-monitor; scholen: door het raadplegen van de data van de ecbo-enquête van de vijfde meting, waar mogelijk vergeleken met de data van de ecboenquête van de vierde meting. Voor een beeld van de in-, door- en uitstroomgegevens zijn BRON-data geraadpleegd. 16 Het leveren van zichtbaar beter inzetbare beroepsbeoefenaren, een toegenomen motivatie bij deelnemers, meer gediplomeerde uitstroom, minder voortijdige uitval, grotere doorstroom naar hogere vormen van onderwijs, verbeterde professionaliteit van docenten en praktijkbegeleiders, grotere waardering en betrokkenheid van (leer)bedrijven en georganiseerd bedrijfsleven, grotere waardering door docenten en een grotere waardering door deelnemers.

34 4.2. Resultaatgebieden over deelnemers: waardering, motivatie en hun inzetbaarheid als beroepsbeoefenaar Inleiding 34 Na de vierde meting van de CGO Monitor concludeerden wij dat de relatie tussen a) het wel of niet werken met competentiegerichte kwalificatiedossiers en b) de waardering en motivatie van deelnemers, niet te leggen bleek. Noch in de literatuur, noch in de beschikbare data uit het deelnemerstevredenheidonderzoek van de JOB, ook al leken de docenten binnen de experimentele opleidingen wat positiever over de motivatie van de deelnemers. Verder concludeerden wij dat men zowel leerbedrijven als onderwijsprofessionals zich geen grote zorgen maakte over een goede inzetbaarheid van de toekomstige afgestudeerde mbo er, zowel bij experimentele als niet-experimentele opleidingen. Leerbedrijven en opleidingen koesterden hierover relatief positieve verwachtingen. Met name over de soft skills, zoals de houding van de deelnemers, waren de betrokkenen uit de opleidingen en de leerbedrijven niet bezorgd. Dit was het sterkst bij betrokkenen bij experimentele opleidingen. 17 Beide partijen scholen en bedrijven waren het erover eens dat het meest aan praktische vakkennis bijgespijkerd zou moeten worden door het bedrijf na het afstuderen van de deelnemer. In hoeverre komt het hierboven geschetste beeld van twee jaar geleden overeen met de bevindingen in de huidige vijfde meting? Inmiddels is een substantieel aantal deelnemers na het afronden van een opleiding die werkte met een competentiegericht kwalificatiedossier, als beroepsbeoefenaar aan de slag gegaan. Om een idee te krijgen van de inzetbaarheid van deze beroepsbeoefenaren, zijn wij te rade gegaan bij drie partijen: bedrijven, docenten en (ex-)deelnemers. 17 Hoewel de verschillen niet groot waren tussen experimentele en niet-experimentele groepen.

Het mbo tijdens invoering cgo. Vijfde meting van de CGO Monitor. Arjan van der Meijden, José van den Berg en Amelia Román

Het mbo tijdens invoering cgo. Vijfde meting van de CGO Monitor. Arjan van der Meijden, José van den Berg en Amelia Román Het mbo tijdens invoering cgo Vijfde meting van de CGO Monitor Arjan van der Meijden, José van den Berg en Amelia Román Colofon Titel Het mbo tijdens invoering cgo Vijfde meting van de CGO Monitor Auteurs

Nadere informatie

De studieloopbaan van mbo-deelnemers

De studieloopbaan van mbo-deelnemers Paper Symposium, Het belang van het onderwijsnummer voor beleidsinformatie ORD 2012 De studieloopbaan van mbo-deelnemers De verblijfsduur in relatie met het behaalde op het mbo. DUO/INP 1 juni 2012 Jaap-Jan

Nadere informatie

Uitval, diplomering en opstroom binnen het mbo. BRON-data vergeleken tussen experimentele en nietexperimentele

Uitval, diplomering en opstroom binnen het mbo. BRON-data vergeleken tussen experimentele en nietexperimentele Uitval, diplomering en opstroom binnen het mbo BRON-data vergeleken tussen experimentele en nietexperimentele opleidingen in het mbo Colofon Titel Uitval, diplomering en opstroom binnen het mbo. Bron-data

Nadere informatie

Sociaal kapitaal: slagboom of hefboom? Samenvatting. Wil van Esch, Régina Petit, Jan Neuvel en Sjoerd Karsten

Sociaal kapitaal: slagboom of hefboom? Samenvatting. Wil van Esch, Régina Petit, Jan Neuvel en Sjoerd Karsten Sociaal kapitaal: slagboom of hefboom? Samenvatting Wil van Esch, Régina Petit, Jan Neuvel en Sjoerd Karsten Colofon Titel Auteurs Tekstbewerking Uitgave Ontwerp Vormgeving Bestellen Sociaal kapitaal in

Nadere informatie

Het monitoren van resultaten van de invoering van competentiegerichte kwalificatiedossiers in het middelbaar beroepsonderwijs.

Het monitoren van resultaten van de invoering van competentiegerichte kwalificatiedossiers in het middelbaar beroepsonderwijs. Wat levert het op? Het monitoren van resultaten van de invoering van competentiegerichte kwalificatiedossiers in het middelbaar beroepsonderwijs. Paper ten behoeve van ORD 2011 Colofon Titel Auteur Datum

Nadere informatie

Focus op standaarden in examinering Deelproject 1: Analyse kwaliteit examinering Analyse bestanden inspectie

Focus op standaarden in examinering Deelproject 1: Analyse kwaliteit examinering Analyse bestanden inspectie Focus op standaarden in examinering Deelproject 1: Analyse kwaliteit examinering Analyse bestanden inspectie Tilburg, september 2012 Hans Mariën Astrid Vloet Paula Willemse IVA beleidsonderzoek en advies

Nadere informatie

Gediplomeerden 2015 SOMA College

Gediplomeerden 2015 SOMA College Gediplomeerden 2015 SOMA College Samenvattende rapportage van de uitkomsten van het onderzoek onder gediplomeerden van het SOMA College Utrecht, september 2016 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent van Grinsven

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 1999-4Middelbaar BeroepsOnderwijs ROA De cijfers in deze publicatie zijn gebaseerd op de jaarlijkse schoolverlatersonderzoeken van het Researchcentrum voor

Nadere informatie

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers Research Centre for Education and the Labour Market ROA Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2014/1 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Algemeen vormend onderwijs, beroepsonderwijs en scholing in Nederland

Algemeen vormend onderwijs, beroepsonderwijs en scholing in Nederland Algemeen vormend onderwijs, beroepsonderwijs en scholing in Nederland 2e fase wetenschappelijk onderwijs post hoger beroepsonderwijs beroepsgerichte volwasseneneducatie OU wetenschappelijk onderwijs hoger

Nadere informatie

Doel van het onderzoek

Doel van het onderzoek Op weg naar JOB-monitor 2016 JOB, de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs is de belangenbehartiger van een half miljoen mbostudenten. JOB voert in 2016 voor de negende keer onderzoek uit naar de tevredenheid

Nadere informatie

Op weg naar JOB - Monitor 2014

Op weg naar JOB - Monitor 2014 Op weg naar JOB Monitor 2014 JOB, de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs, belangenbehartiger van een half miljoen mbostudenten, voert voor de achtste keer onderzoek uit naar de tevredenheid van studenten

Nadere informatie

Middelbaar beroepsonderwijs regio Arnhem

Middelbaar beroepsonderwijs regio Arnhem Deze factsheet toont de ontwikkeling van het aantal studenten in het middelbaar beroepsonderwijs in de regio Arnhem. De cijfers geven inzicht in de ontwikkelingen per sector, niveau en leerweg. Daarnaast

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2014/2 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Brug of kloof? De ervaringen van HAVO- en VWO-schoolverlaters over de aansluiting tussen VO en HO vóór en ná de invoering tweede fase VO

Brug of kloof? De ervaringen van HAVO- en VWO-schoolverlaters over de aansluiting tussen VO en HO vóór en ná de invoering tweede fase VO Brug of kloof? De ervaringen van HAVO- en VWO-schoolverlaters over de aansluiting tussen VO en HO vóór en ná de invoering tweede fase VO ROA-R-2005/8 Robert de Vries Rolf van der Velden Researchcentrum

Nadere informatie

5. Onderwijs en schoolkleur

5. Onderwijs en schoolkleur 5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone

Nadere informatie

Zorgplicht arbeidsmarktperspectief ZORGEN VOOR WERKZAME OPLEIDINGEN. Arbeidsmarktintrede van mbo-gediplomeerden. september 2016

Zorgplicht arbeidsmarktperspectief ZORGEN VOOR WERKZAME OPLEIDINGEN. Arbeidsmarktintrede van mbo-gediplomeerden. september 2016 ZORGEN VOOR WERKZAME OPLEIDINGEN Arbeidsmarktintrede van mbo-gediplomeerden Auteurs Christoph Meng & Annelore Verhagen, Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) september 2016 Jaarlijks krijgen

Nadere informatie

De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw

De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw Colofon Titel De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren

Nadere informatie

De chemie tussen onderwijs en bedrijfsleven; een natuurlijk bondgenootschap

De chemie tussen onderwijs en bedrijfsleven; een natuurlijk bondgenootschap De chemie tussen onderwijs en bedrijfsleven; een natuurlijk bondgenootschap Kwaliteitscentrum Examinering (KCE) Het Kwaliteitscentrum Examinering beoordeelt de kwaliteit van de examens van alle beroepsopleidingen

Nadere informatie

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 2e kwartaal 2007 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien

Nadere informatie

Toelichting bij _Arbeidsmarktaanbod_studierichting_onderwijssoort_regio.csv

Toelichting bij _Arbeidsmarktaanbod_studierichting_onderwijssoort_regio.csv Migratieachtergrond van uitgestroomde studenten naar regio, onderwijssoort en studierichting Uitstroom na studiejaar 2016/ 17 pilot Barometer culturele diversiteit CBS Januari 2019 Vragen over deze publicatie

Nadere informatie

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie Samenvatting Op basis van de geactualiseerde gegevens van het CBS zien de samenwerkende inspecties binnen Toezicht Sociaal Domein

Nadere informatie

BPV-monitor vragenlijst praktijkopleiders leerbedrijven [definitief]

BPV-monitor vragenlijst praktijkopleiders leerbedrijven [definitief] BPV-monitor vragenlijst praktijkopleiders leerbedrijven [definitief] Intro In voorliggende enquête stellen we u een aantal vragen over uw ervaring met de bpv binnen uw opleiding. Het kan zijn dat u enkele

Nadere informatie

Uitkomsten BPV Monitor 2017

Uitkomsten BPV Monitor 2017 Uitkomsten BPV Monitor 2017 Landelijke rapportage Publicatie maart 2018 SBB, Zoetermeer Inleiding Iedere mbo-student volgt een deel van de beroepsopleiding in één van de 250.000 erkende leerbedrijven.

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters 0c van misdrijf in Nederland, naar woongemeente ente (G4) en schoolsoort

Voortijdig schoolverlaters 0c van misdrijf in Nederland, naar woongemeente ente (G4) en schoolsoort 08 Voortijdig schoolverlaters 0c olverlaters verdacht van misdrijf in Nederland, naar woongemeente ente (G4) en schoolsoort Toelichting bij geleverde everde maatwerktabellen De maatwerktabel bevat gegevens

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2012/1 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Inventarisatie verkorte bol-opleidingen op niveau 4

Inventarisatie verkorte bol-opleidingen op niveau 4 Inventarisatie verkorte bol-opleidingen op niveau 4 Colofon Titel Inventarisatie verkorte bol-opleidingen op niveau 4 Auteurs Regina Petit, Jan Neuvel en Wil van Esch Datum 18 april 2011 ecbo s-hertogenbosch

Nadere informatie

Herziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 september 2015

Herziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 september 2015 Herziening MBO voor leerbedrijven Versie 1.0 september 2015 De presentatie in het kort Het mbo-onderwijs verandert Keuzedelen, nieuw in de mbo-opleiding Kansen voor het bedrijfsleven Het mbo-onderwijs

Nadere informatie

VERSHANDEL, LOGISTIEK EN TRANSPORT

VERSHANDEL, LOGISTIEK EN TRANSPORT VERSHANDEL, LOGISTIEK EN TRANSPORT Onderwijs 2013-2014 Deze factsheet bevat specifieke informatie over het middelbaar beroepsonderwijs voor vershandel, logistiek en transport. Onderwerpen die aan bod komen

Nadere informatie

Aantal deelnemers paardensport 2013-2014: 293. Meest gevolgde niveau: 4

Aantal deelnemers paardensport 2013-2014: 293. Meest gevolgde niveau: 4 PAARDENSPORT Onderwijs 2013-2014 Deze factsheet bevat specifieke informatie over het middelbaar beroepsonderwijs voor de paardensport. Onderwerpen die aan bod komen zijn: aantal deelnemers, aantal gediplomeerden

Nadere informatie

Toelichting procedure deelname aan experimenten 2011-2012

Toelichting procedure deelname aan experimenten 2011-2012 Toelichting procedure deelname aan experimenten 2011-2012 1. Procedure 2 2. Aanvragen en toekennen experimenten 2011-2012 2 3. Belangrijke elementen uit ministeriële regeling 3 4. Instructie bij Voortzetten

Nadere informatie

Evaluatie wet Doelmatige Leerwegen en herziening kwalificatiestructuur mbo

Evaluatie wet Doelmatige Leerwegen en herziening kwalificatiestructuur mbo Evaluatie wet Doelmatige Leerwegen en herziening kwalificatiestructuur mbo Symposium ORD 2017, Antwerpen, 29 juni 2017 Paul den Boer, Sanne Elfering, Bas Kurver & Maarten Wolbers Achtergrond Langjarig

Nadere informatie

Leergang mbo Programma

Leergang mbo Programma Leergang mbo 2017 Programma Dinsdag 28 maart 2017, 10.00-19.30 uur Beroepsonderwijs en educatie: bestel en beleid anno 2017 10.00 10.15 uur Ontvangst en koffie/thee 10.15 11.45 uur Opening, kennismaking

Nadere informatie

Herziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 juli 2015

Herziening MBO voor leerbedrijven. Versie 1.0 juli 2015 Herziening MBO voor leerbedrijven Versie 1.0 juli 2015 De presentatie in het kort Het mbo-onderwijs verandert Keuzedelen, nieuw in de mbo-opleiding Kansen voor het bedrijfsleven Het mbo-onderwijs verandert

Nadere informatie

SERVICEDOCUMENT BEROEPSPRAKTIJKVORMING: WAT MAG VERWACHT WORDEN VAN DE BPV?

SERVICEDOCUMENT BEROEPSPRAKTIJKVORMING: WAT MAG VERWACHT WORDEN VAN DE BPV? SERVICEDOCUMENT BEROEPSPRAKTIJKVORMING: WAT MAG VERWACHT WORDEN VAN DE BPV? Inleiding Op grond van de Wet educatie en beroepsonderwijs (hierna: WEB) zijn er aan de beroepspraktijkvorming (bpv) vereisten

Nadere informatie

AGRARISCH ZORGBEDRIJF

AGRARISCH ZORGBEDRIJF AGRARISCH ZORGBEDRIJF Onderwijs 2013-2014 Deze factsheet bevat specifieke informatie over het middelbaar beroepsonderwijs voor agrarische zorgbedrijven. Onderwerpen die aan bod komen zijn: aantal deelnemers,

Nadere informatie

Uitkomsten BPV Monitor 2016

Uitkomsten BPV Monitor 2016 Uitkomsten BPV Monitor 2016 Landelijke rapportage over de kwaliteit van stages en leerbanen in het mbo Publicatie 7 februari 2017 SBB, Zoetermeer 1 Inleiding Iedere mbo-student volgt een deel van de beroepsopleiding

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2013-2014 Samenvatting van de monitor 2013-2014 en de volgmodules najaar 2014

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2013-2014 Samenvatting van de monitor 2013-2014 en de volgmodules najaar 2014 monitor praktijkonderwijs 2013-2014 Samenvatting van de monitor 2013-2014 en de volgmodules najaar 2014 Platform Praktijkonderwijs Rotterdam, 29 december 2014 1 Introductie In de periode 1 september 31

Nadere informatie

Inleiding. In deze rapportage staan de belangrijkste uitkomsten uit de landelijke BPV Monitor 2018.

Inleiding. In deze rapportage staan de belangrijkste uitkomsten uit de landelijke BPV Monitor 2018. Uitkomsten BPV Monitor 2018 LANDELIJKE RAPPORTAGE Inleiding Iedere mbo- volgt een deel van de beroepsopleiding in één van de 250.000 erkende leerbedrijven. Dit leren in de praktijk via stages en leerbanen

Nadere informatie

Tevredenheid over start en ontwikkeling op de arbeidsmarkt

Tevredenheid over start en ontwikkeling op de arbeidsmarkt Tevredenheid over start en ontwikkeling op de arbeidsmarkt Hbo ers uit sector Onderwijs vaker tevreden... 2 Tweedegraads lerarenopleidingen hbo en lerarenopleidingen kunst/lo het vaakst tevreden... 4 Afgestudeerden

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2013/2 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt : een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt Harry Bierings en Robert de Vries Direct nadat zij school hadden verlaten, maar ook nog vier jaar daarna, hebben voortijdig naar verhouding vaak geen baan. Als

Nadere informatie

Welke routes doorlopen leerlingen in het onderwijs?

Welke routes doorlopen leerlingen in het onderwijs? Welke routes doorlopen leerlingen in het onderwijs? Wendy Jenje-Heijdel Na het examen in het voortgezet onderwijs staan leerlingen voor de keuze voor vervolgonderwijs. De meest gangbare routes lopen van

Nadere informatie

Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren

Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Versie 2 Datum 15 oktober 2018 Status Definitief Onze referentie 1427719 Colofon Directie Projectnaam Contactpersoon Kennis/DUO Mobiliteit leraren Ministerie

Nadere informatie

Opzet en uitvoering onderzoek 'Motie Straus'

Opzet en uitvoering onderzoek 'Motie Straus' Opzet en uitvoering onderzoek 'Motie Straus' Aansluiting mbo-opleidingen op de arbeidsmarkt gev16-0731mr/bes_alg 1 1. Inleiding Aanleiding en achtergrond onderzoek Op 14 oktober 2015 heeft Tweede Kamerlid

Nadere informatie

www.ecbo.nl Leerlingenstromen in het middelbaar beroepsonderwijs Leergang Bve

www.ecbo.nl Leerlingenstromen in het middelbaar beroepsonderwijs Leergang Bve www.ecbo.nl Leerlingenstromen in het middelbaar beroepsonderwijs Leergang Bve Anneke Westerhuis 19 mei 2015 www.ecbo.nl Drie thema s: - Doorstroom als kenmerk van het onderwijsstelsel - Loopbaanpatronen

Nadere informatie

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014 Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos

Nadere informatie

Stromen door het onderwijs

Stromen door het onderwijs Stromen door het onderwijs Vanuit het derde leerjaar van het vo 2003/2004 Erik Fleur DUO/IP Juni 2013 1. Inleiding In schooljaar 2003/2004 zaten bijna 200 duizend leerlingen in het derde leerjaar van het

Nadere informatie

A fbouw. Ontwikkeling aantal leerlingen Afbouw 2013/2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1. Datum: januari 2014 Auteur: Sanne Saalbrink

A fbouw. Ontwikkeling aantal leerlingen Afbouw 2013/2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1. Datum: januari 2014 Auteur: Sanne Saalbrink A fbouw Ontwikkeling aantal leerlingen Afbouw 2013/2014 Statistisch jaaroverzicht deel 1 Datum: januari 2014 Auteur: Sanne Saalbrink Colofon Savantis is een kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven

Nadere informatie

Leergang mbo Programma

Leergang mbo Programma Leergang mbo 2016 Programma Dinsdag 22 maart 2016, 10.00-19.30 uur Beroepsonderwijs en educatie: bestel en beleid anno 2016 10.00 10.15 uur Ontvangst en koffie/thee 10.15 11.45 uur Opening, kennismaking

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 ROA Titel Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 Per Bles Christoph Meng ROA Fact Sheet ROA-F-2018/11 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt ROA Research Centre For Education and

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek Medewerkers in het MBO

Samenvatting onderzoek Medewerkers in het MBO Samenvatting onderzoek Medewerkers in het MBO Uitgevoerd door ABF Research in opdracht van SOM Aanleiding De arbeidsmarkt voor mbo-personeel is dynamisch. Nieuw personeel stroomt in en ander personeel

Nadere informatie

Middelbaar beroepsonderwijs (zie verder uitleg na dit schema) Beroeps Opleidende Leerweg (zie verder uitleg na dit schema)

Middelbaar beroepsonderwijs (zie verder uitleg na dit schema) Beroeps Opleidende Leerweg (zie verder uitleg na dit schema) Lijst met afkortingen voor de bloemist-winkelier m.b.t. het onderwijs Gebruikte term Toelichting MBO BOL BBL deelnemer BPV protocol Beroeps Praktijk Vorming (afgekort BPV) BPV verlener BPV-begeleider BPV-deelnemer

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 0 03 30 079 VMBO Nr. 36 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 9 oktober

Nadere informatie

10 speerpunten voor Goed groen onderwijs. Branchevereniging voor ondernemers in het groen

10 speerpunten voor Goed groen onderwijs. Branchevereniging voor ondernemers in het groen 10 speerpunten voor Goed groen onderwijs Branchevereniging voor ondernemers in het groen Onderwijs krijgt op veel verschillende manieren vorm in ons land. Waar moet Goed groen onderwijs aan voldoen? In

Nadere informatie

Evaluatie kwalificatiedossiers mbo. Analyse op bestaande databronnen. Ervaringen van betrokkenen

Evaluatie kwalificatiedossiers mbo. Analyse op bestaande databronnen. Ervaringen van betrokkenen Evaluatie kwalificatiedossiers mbo Analyse op bestaande databronnen. Ervaringen van betrokkenen Colofon Titel Evaluatie kwalificatiedossiers mbo, analyse op bestaande databronnen. Ervaringen van betrokkenen

Nadere informatie

Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [ ]

Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [ ] Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [12-3-2018 ] 1. Inleiding Op 14 oktober 2015 heeft Tweede Kamerlid Straus een motie ingediend om een indicator voor de tevredenheid van werkgevers

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 1999- ROA Colofon Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA). Niets uit deze uitgave mag op enige manier worden verveelvoudigd zonder voorafgaande

Nadere informatie

Datum 8 juli 2016 Betreft Antwoord op schriftelijke vragen van lid Jadnanansing (PvdA) over het bericht Mbo-student negatief over lessen

Datum 8 juli 2016 Betreft Antwoord op schriftelijke vragen van lid Jadnanansing (PvdA) over het bericht Mbo-student negatief over lessen >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Auditdienst Rijk Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Studenten aan lerarenopleidingen

Studenten aan lerarenopleidingen Studenten aan lerarenopleidingen Factsheet januari 219 In de afgelopen vijf jaar is het aantal Amsterdamse studenten dat een lerarenopleiding volgt met ruim 9% afgenomen. Deze daling is het sterkst voor

Nadere informatie

Erratum Jaarboek onderwijs 2008

Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Centraal Bureau voor de Statistiek Erratum 13 december 2007 Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Ondanks de zorgvuldigheid waarmee deze publicatie is samengesteld, is een aantal zaken niet juist vermeld. Onze

Nadere informatie

Leergang bve 2015. Programma

Leergang bve 2015. Programma Leergang bve 2015 Programma Dinsdag 21 april 2015, 10.00-19.30 uur Beroepsonderwijs en educatie: bestel en beleid anno 2015 10.00 10.15 uur Ontvangst en koffie/thee 10.15 11.45 uur Opening, kennismaking

Nadere informatie

Uitval studenten. Sectorbeeld Onderwijs, Inspectie van het Onderwijs,

Uitval studenten. Sectorbeeld Onderwijs, Inspectie van het Onderwijs, Studenten sector Onderwijs vallen vaker uit... 2 Veel uitval bij 2 e graads hbo... 3 Meer uitval van pabo studenten met mbo-achtergrond... 5 Steeds meer mannen vallen uit bij pabo... 7 Studenten met niet-westerse

Nadere informatie

Regeling experimenten herontwerp kwalificatiestructuur mbo

Regeling experimenten herontwerp kwalificatiestructuur mbo Algemeen Verbindend Voorschrift BVE/Stelsel- 2005/59103 Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie bvh 079-3232.666 Regeling experimenten herontwerp kwalificatiestructuur

Nadere informatie

Focus op Vakmanschap in MBO

Focus op Vakmanschap in MBO Focus op Vakmanschap in MBO Een tussenstand en een vooruitblik Rico Vervoorn beleidsadviseur btg Communicatie en Media MBO Raad Sectoraal overleg onderwijsinstellingen Hoe is het ook alweer begonnen? Februari

Nadere informatie

SAMENVATTING ONDERZOEK "Van kwalificatiedossier naar aantrekkelijk onderwijs"

SAMENVATTING ONDERZOEK Van kwalificatiedossier naar aantrekkelijk onderwijs SAMENVATTING ONDERZOEK "Van kwalificatiedossier naar aantrekkelijk onderwijs" Doel- en probleemstelling SLO speelt als het nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling een belangrijke rol in het vertalen

Nadere informatie

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

Nadere informatie

Ministerie OCW Aan mevr. M. van Bijsterveld-Vliegenthart, Staatssecretaris Postbus 16375 2500 BJ Den Haag

Ministerie OCW Aan mevr. M. van Bijsterveld-Vliegenthart, Staatssecretaris Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Ministerie OCW Aan mevr. M. van Bijsterveld-Vliegenthart, Staatssecretaris Postbus 16375 2500 BJ Den Haag OOG voor het MBO staat voor Onafhankelijke Onderwijsgroep voor het MBO ; Een groep onderwijskundig

Nadere informatie

Handreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo

Handreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo Handreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo Ook in het vmbo is er sprake van onderwijsvernieuwing. De meest in het oog springende vernieuwing is de introductie van een kern, profiel en (meerdere) keuzes. De

Nadere informatie

SH&M 2012 Gediplomeerden MBO 2011

SH&M 2012 Gediplomeerden MBO 2011 Rapportage Gediplomeerden van het MBO van hout- en meubelopleidingen Analyse van de positie van gediplomeerden van het MBO van opleidingen binnen de kwalificatiestructuur van de hout- en meubelbranche

Nadere informatie

Achtergrond: rating ten behoeve van route 2

Achtergrond: rating ten behoeve van route 2 Achtergrond: rating ten behoeve van route 2 Dit document geeft meer achtergrondinformatie over de rating die gebruikt wordt bij het volgen van route 2 uit de routekaart naar valide examenproducten. Deze

Nadere informatie

Samenvatting effecten en resultaten Masterplan CGO Zuid-Holland

Samenvatting effecten en resultaten Masterplan CGO Zuid-Holland BIJLAGE: Samenvatting effecten en resultaten Masterplan CGO Zuid-Holland Pagina 1: Effecten bij leerlingen Effecten bedrijven - onderwijs Toelichting: De percentages onder het kopje Nul zijn de uitersten

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 23441 22 december 2011 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 8 december 2011, nr. BVE/Stelsel/337729

Nadere informatie

Onderzoek Passend Onderwijs

Onderzoek Passend Onderwijs Rapportage Onderzoek passend onderwijs In samenwerking met: Algemeen Dagblad Contactpersoon: Ellen van Gaalen Utrecht, augustus 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Tanya Beliaeva

Nadere informatie

Examenprofiel mbo Zakelijke dienstverlening Orde & Veiligheid ICT

Examenprofiel mbo Zakelijke dienstverlening Orde & Veiligheid ICT Examenprofiel mbo Zakelijke dienstverlening Orde & Veiligheid ICT Sector: ESB&I Gevalideerd door: de paritaire commissie ECABO Vaststellingsdatum: 7 oktober 2014 Examenprofielnummer: EXPRO.16 1 Inleiding

Nadere informatie

Publieke en private mbo-opleidingen vergeleken. Paper

Publieke en private mbo-opleidingen vergeleken. Paper Publieke en private mbo-opleidingen vergeleken Paper Colofon Titel Publieke en private mbo-opleidingen vergeleken. Paper Auteur Arjan van der Meijden Datum April 2014 Projectnummer ecbo.14-202 / 30201

Nadere informatie

Presenteer je eigen onderzoek op de Mbo Onderzoeksdag op 12 november 2015!

Presenteer je eigen onderzoek op de Mbo Onderzoeksdag op 12 november 2015! Voorstel voor onderzoekspresentaties Mbo Onderzoeksdag Presenteer je eigen onderzoek op de Mbo Onderzoeksdag op 12 november 2015! Indienen van een voorstel kan tot en met 15 mei 2015 via e-mailadres: info@mboonderzoeksdag.nl

Nadere informatie

Leergang mbo 2016. Programma

Leergang mbo 2016. Programma Leergang mbo 2016 Programma Dinsdag 22 maart 2016, 10.00-19.30 uur Beroepsonderwijs en educatie: bestel en beleid anno 2016 10.00 10.15 uur Ontvangst en koffie/thee 10.15 11.45 uur Opening, kennismaking

Nadere informatie

Leergang bve 2015. Programma

Leergang bve 2015. Programma Leergang bve 2015 Programma Dinsdag 21 april 2015, 10.00-19.30 uur Beroepsonderwijs en educatie: bestel en beleid anno 2015 10.00 10.15 uur Ontvangst en koffie/thee 10.15 11.45 uur Opening, kennismaking

Nadere informatie

MAXIME VOLLERS OPLEIDINGSADVISEUR & ONTWIKKELAAR

MAXIME VOLLERS OPLEIDINGSADVISEUR & ONTWIKKELAAR MAXIME VOLLERS OPLEIDINGSADVISEUR & ONTWIKKELAAR WERKPLEKLEREN IN DE BBL PRAKTIJKGERICHT ONDERZOEK IN HET MBO WERKPLEKLEREN IN DE FASTSERVICE EEN VERKENNENDE EVALUATIE VAN DE MIDDELBARE BEROEPSOPLEIDING

Nadere informatie

Datum 4 februari 2013 Betreft Voorstel van wet tot wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs (33 187)

Datum 4 februari 2013 Betreft Voorstel van wet tot wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs (33 187) a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Advies BPV monitor. Advies van stichting SBB aan de minister van OCW over de BPV monitor. Zoetermeer, november 2012. mvb12-1443lvd/bes_alg

Advies BPV monitor. Advies van stichting SBB aan de minister van OCW over de BPV monitor. Zoetermeer, november 2012. mvb12-1443lvd/bes_alg Advies BPV monitor Advies van stichting SBB aan de minister van OCW over de BPV monitor Zoetermeer, november 2012 mvb12-1443lvd/bes_alg Inhoudsopgave: 1. Achtergrond... 3 2. Advies SBB... 4 3. Stappenplan

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 ROA Titel Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 Per Bles Christoph Meng ROA Fact Sheet ROA-F-2018/11 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt ROA Research Centre For Education and

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 5813 22 maart 2012 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 03 maart 2012, nr. WJZ/355918 (10191)

Nadere informatie

De Verticale Ondernemerskolom Twente: Project 301

De Verticale Ondernemerskolom Twente: Project 301 De Verticale Ondernemerskolom Twente: Project 301 ROC van Twente - Hengelo In januari 2004 is de afdeling Handel van het toenmalige ROC Oost- Nederland, School voor Economie en ICT, locatie Hengelo - nu

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs

Uitstroommonitor praktijkonderwijs Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2016-2017 Samenvatting van de monitor 2016-2017 en de volgmodules najaar 2017 Sectorraad Praktijkonderwijs december 2017 Versie definitief 1 Vooraf In de periode 1 september

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs

Uitstroommonitor praktijkonderwijs Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2015-2016 Samenvatting van de monitor 2015-2016 en de volgmodules najaar 2016 Platform Praktijkonderwijs december 2016 Definitieve versie 161208 1 Vooraf In de periode

Nadere informatie

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom

Nadere informatie

Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB opleiding mbo-verpleegkundige

Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB opleiding mbo-verpleegkundige Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB opleiding mbo-verpleegkundige Titel : Servicedocument urennormen van de Wet BIG en WEB opleiding mbo-verpleegkundige Project/Werkgroep : Voor vragen kunt

Nadere informatie

Rapportage Leerlingtevredenheid. Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven

Rapportage Leerlingtevredenheid. Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven Rapportage Leerlingtevredenheid Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven Rob Swager ECABO, mei 2011 1. Inleiding... 3 2. Tevredenheid algemeen.... 4 3. Aspecten die

Nadere informatie

Datum 09 september 2014 Betreft Aanbieding OESO-rapport Education at a Glance 2014 Onze referentie 659029

Datum 09 september 2014 Betreft Aanbieding OESO-rapport Education at a Glance 2014 Onze referentie 659029 >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag.. Kennis IPC 5200 Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag

Nadere informatie

MBO: Tevredenheid en aansluiting met vervolgonderwijs en arbeidsmarkt

MBO: Tevredenheid en aansluiting met vervolgonderwijs en arbeidsmarkt MBO: Tevredenheid en aansluiting met vervolgonderwijs en arbeidsmarkt Christoph Meng Esther Soudant Jesper van Thor ROA-R-2010/3 Colofon Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA). Niets uit

Nadere informatie

Onderwijs in Kaart 2018 West- Brabant

Onderwijs in Kaart 2018 West- Brabant Onderwijs in Kaart 2018 West- Brabant Cijfermatige ontwikkelingen in West- Brabant Transvorm Tilburg, mei 2018 Spoorlaan 171 04 5038 CB Tilburg Postbus 4275 5004 JG Tilburg T 088 144 40 00 F 088 144 40

Nadere informatie

Regeling experimenten herontwerp kwalificatiestructuur mbo 2005-2006

Regeling experimenten herontwerp kwalificatiestructuur mbo 2005-2006 OCenW-Regelingen Bestemd voor: een insteling als bedoeld in artikel 1.1.1, onderdeel b en artikel 1.4.1 van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB); een instituut als bedoeld in artikel 12.3.8. van de

Nadere informatie

ED 5-14. Graafschap College JURIDISCHE DIENSTVERLENING. Opleidingen. Juridische dienstverlening

ED 5-14. Graafschap College JURIDISCHE DIENSTVERLENING. Opleidingen. Juridische dienstverlening JURIDISCHE DIENSTVERLENING ED 5-14 Graafschap College Opleidingen Juridische dienstverlening 2014-2015 Jouw advies helpt mensen verder Ben je hulpvaardig en kun je goed met mensen omgaan? Lijkt het je

Nadere informatie

Instructie en informatie voor de begeleider installatie

Instructie en informatie voor de begeleider installatie Instructie en informatie voor de begeleider installatie Masterplan Dit is een product van het project Masterplan Zuid- Holland. Hierin werken de volgende organisaties samen: - de ROC s Albeda College,

Nadere informatie

Stichting Empowerment centre EVC

Stichting Empowerment centre EVC I N V E N T A R I S A T I E 1. Inleiding Een inventarisatie van EVC trajecten voor hoog opgeleide buitenlanders in Nederland 1.1. Aanleiding De Nuffic heeft de erkenning van verworven competenties (EVC)

Nadere informatie

EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP. - eindrapport - dr. Marga de Weerd. Amsterdam, november 2009

EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP. - eindrapport - dr. Marga de Weerd. Amsterdam, november 2009 EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP - eindrapport - dr. Marga de Weerd Amsterdam, november 2009 Regioplan Beleidsonderzoek Nieuwezijds Voorburgwal 35 1012 RD Amsterdam Tel.: +31 (0)20-5315315

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013 Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013 Platform Praktijkonderwijs Rotterdam, 2 december 2013 1 Introductie In deze beknopte samenvatting

Nadere informatie

Servicedocument. Urenverantwoording opleiding Mbo-Verpleegkundige

Servicedocument. Urenverantwoording opleiding Mbo-Verpleegkundige Servicedocument Urenverantwoording opleiding Mbo-Verpleegkundige Plaats: Bunnik Datum: 13-10-2014 Calibris, 2014 kenniscentrum voor leren in de praktijk in zorg, welzijn en sport Postbus 131 3980 CC Bunnik

Nadere informatie