Het Group Attractiveness en Cheerleader Effect: De Aantrekkelijkheid van Groepen Producten
|
|
- Jonas Adam
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Het Group Attractiveness en Cheerleader Effect: De Aantrekkelijkheid van Groepen Producten Bachelor Thesis P. J. C. van der Kruijs ANR: Supervisor: Dr. Y. M. J. van Osch Department of Social Psychology Tilburg University
2 Abstract In deze studie is getest of de aantrekkelijkheid van een groep producten aantrekkelijker is dan de gemiddelde aantrekkelijkheid van de afzonderlijke producten. In eerder onderzoek is dit effect voor mensen gevonden, genaamd het group attractiveness effect (GA-effect). We onderzochten in de huidige studie of dit effect, en het vergelijkbare cheerleader effect, ook gevonden wordt bij producten. Participanten hebben interieurproducten in groepen of afzonderlijk beoordeeld op aantrekkelijkheid. De producten werden gepresenteerd in verschillende soorten productdisplays. De resultaten laten zien dat de data het GA-effect ondersteund bij twee van de drie displays, namelijk een display met producten van hetzelfde producttype en een display met diverse producten. Groepen producten gepresenteerd in deze productdisplays worden als aantrekkelijker beoordeeld dan de producten afzonderlijk. Trefwoorden: group attractiveness effect, cheerleader effect, aantrekkelijkheid, groep producten 2
3 Het Group Attractiveness en Cheerleader Effect: De Aantrekkelijkheid van Groepen Producten In winkels en online worden producten op verschillende manieren aan de consument gepresenteerd. Productpresentatie bevat volgens Fiore, Yah, en Yoh (2000) veel verschillende elementen, zoals: de producten, de achtergrond, de belichting en de draagconstructie. Dit geheel wordt in een daarvoor geselecteerde ruimte gepresenteerd. Door een rijke ervaring te creëren voor de consument, wordt er een sfeer en boodschap aan een product toegevoegd om consumenten positief te beïnvloeden op de volgende vlakken: de houding ten opzichte van het product, de aankoopintentie, de verwachtte verkoopprijs en de bereidheid om een bepaalde prijs ervoor te willen betalen (Fiore et al., 2000). Cahan en Robinson (1984) voegen hier nog aan toe dat productpresentatie de aandacht van de consument kan trekken en het verlangen kan bewerkstelligen om het product te kopen. In een paper over mode marketing doen Nitse, Parker, Krumweide, en Ottaway (2004) de suggestie het product in gebruik weer te geven, bijvoorbeeld door middel van modellen die de producten tot zich nemen of door interieurproducten in room setting te presenteren. Voor consumenten kan een foto van een product in gebruik veel aantrekkelijker zijn dan een foto van enkel het product op zichzelf. Zij noemen als voorbeeld bedrijven die tijdschriftachtige lay-outs gebruiken, om de productpresentatie een lifestyle benadering te geven (Nitse et al., 2004). Daarnaast wordt in de literatuur van Hawkins en Mothersbaugh (2007) over consumentengedrag en het creëren van een marketing strategie genoemd dat producten als een groep weergegeven kunnen worden met een functionele reden. Marketeers kunnen er hun voordeel mee doen dat producten in sommige gevallen afhankelijk zijn van elkaar. Het ene product kan de ander versterken of enkel bestaan met andere producten er omheen. Als voorbeelden worden fietsen en helmen en jurken en schoenen genoemd (Hawkins & Mothersbaugh, 2007). Deze 3
4 marketing suggesties zijn enkel gebaseerd op theorie en is daarom interessant om door middel van experimenteel onderzoek te bestuderen. Naast producten worden ook mensen op verschillende manieren aan elkaar gepresenteerd. Tijdens een sociale interactie is volgens Dion, Berscheid, en Walster (1972) de fysieke verschijning van een persoon een van de eigenschappen die het meest voor de hand liggend en toegankelijk is (Dion et al., 1972). Tot nu toe zijn er een paar onderzoeken gedaan naar hoe mensen de fysieke aantrekkelijkheid van groepen beoordelen. Allereerst onderzochten Van Osch, Blanken, Meijs, en Van Wolferen (2015) of de waargenomen fysieke aantrekkelijkheid van een groep groter is dan de gemiddelde aantrekkelijkheid van haar leden. In negen experimentele studies werden foto s van groepen en individuen gepresenteerd en beoordeeld. Hierbij werd gekeken wat er gebeurt als mensen de fysieke aantrekkelijkheid van groepen beoordelen in vergelijking met de fysieke aantrekkelijkheid van individuen. Zij bevestigen hun hypothese en dit resultaat wordt het GA-effect genoemd. De belangrijkste verklaring voor het GA-effect is selectieve aandacht. Tijdens het beoordelen van een groep mensen wordt de aandacht naar de aantrekkelijkste persoon in de groep getrokken en dit is van invloed op de beoordeling van de groep (Van Osch et al, 2015). De huidige studie gebruikt de methodologie van het GA-effect om te onderzoeken of dezelfde resultaten gevonden worden bij producten. Omdat Van Osch et al. (2015) vonden dat de aantrekkelijkheid van een groep mensen hoger is dan de gemiddelde aantrekkelijkheid van haar individuen, wordt dit resultaat ook verwacht bij producten. H1: De aantrekkelijkheid van een groep producten is hoger dan de gemiddelde aantrekkelijkheid van de producten afzonderlijk. Daarnaast kun je de fysieke aantrekkelijkheid van een groep vanuit een andere theorie bekijken. In onderzoek van Walker en Vul (2014) wordt het cheerleader effect gevonden. Dit 4
5 effect toont aan dat een individu als aantrekkelijker gezien wordt als hij of zij zich in een groep bevindt. Zowel mannelijke als vrouwelijke gezichten worden aantrekkelijker gevonden in een groep vergeleken met diezelfde gezichten individueel. Ariely (2001) stelt dat dit komt doordat het visuele systeem objecten als een ensemble weergeeft, individuele objecten vervolgens beoordeeld worden doordat je kijkt naar het ensemble gemiddelde (Brady & Alvarez, 2011) en gemiddelde gezichten worden als aantrekkelijker ervaren dan individuele gezichten (Langlois & Rogmann, 1990). Deze huidige studie gebruikt ook de methodologie van het cheerleader effect om te onderzoeken of dezelfde resultaten gevonden worden bij producten. Omdat Walker en Vul (2012) vonden dat mensen als aantrekkelijker gezien worden als zij zich in een groep bevinden dan als individu, wordt in de laatste hypothese hetzelfde resultaat verwacht. H2: Een individueel product is aantrekkelijker als het gepresenteerd wordt in een groep producten dan afzonderlijk. Samengevat heeft onderzoek aangetoond dat er verschillende manieren zijn om producten te presenteren en zo de aandacht van de consument te trekken om uiteindelijk een product te kopen. Echter is nog niet onderzocht of groepen producten als aantrekkelijker worden ervaren dan producten afzonderlijk. Dit is wel eerder onderzocht voor groepen mensen. De methodologie van het GA-effect en het cheerleader effect worden gebruikt om de twee hypothesen te testen. Allereerst: de aantrekkelijkheid van een groep producten is hoger dan de gemiddelde aantrekkelijkheid van de producten afzonderlijk. Ten tweede: een individueel product is aantrekkelijker als het gepresenteerd wordt in een groep producten dan afzonderlijk. Methode In deze studie werden het GA-effect en het cheerleader effect voor producten onderzocht. Drie condities zijn met elkaar vergeleken en de producten werden gepresenteerd 5
6 in verschillende soorten productdisplays. De beoordeling van groepen producten werd vergeleken met de beoordeling van afzonderlijke producten. Participanten In totaal beoordeelden 408 participanten de aantrekkelijkheid van producten in een groep of afzonderlijk. Aan de studie namen 272 vrouwen (66,7%) en 136 mannen (33,3%) deel, tussen de 15 en 75 jaar oud (Mage = 30.03, SD = 13.05). De participanten hebben online deelgenomen en zijn via Facebook of een gedeelde weblink bij de vragenlijst terecht gekomen. Materiaal In deze studie werden participanten gevraagd om een aantal foto s van producten te beoordelen. Hiervoor werd eigen materiaal gebruikt. Er is gekozen voor interieur artikelen, omdat deze gemakkelijk in setjes en afzonderlijk weergegeven konden worden. Design De GA-effect studie heeft een 3 (Conditie: groep, individueel simultaan, individueel sequentieel) x 3 (Productdisplay: kleur, producttype, diversiteit) mixed factorial design, met conditie als between subjects factor en productdisplay als within subjects factor. De tweede hypothese kan getoetst worden met een deel van dit design. De cheerleader effect studie heeft een 2 (Conditie: individueel simultaan, individueel sequentieel) x 3 (Productdisplay: kleur, producttype, diversiteit) mixed factorial design, met conditie als between subjects factor en productdisplay als within subjects factor. Procedure De participanten werden random toegewezen tot de groep, individueel simultaan of individueel sequentieel conditie. In alle drie de condities gingen participanten in random volgorde door drie productdisplays, namelijk kleur, producttype en diverse producten. 6
7 In de groep conditie kregen participanten afbeeldingen te zien met producten die als groepen beoordeeld moesten worden. Hoe aantrekkelijk vind je deze groep producten? (1 = helemaal niet aantrekkelijk, 7 = heel erg aantrekkelijk). In de individueel simultaan conditie kregen ze afbeeldingen met groepen genummerde producten te zien waarvan de producten afzonderlijk beoordeeld moesten worden. Hoe aantrekkelijk vind je product 1?, Hoe aantrekkelijk vind je product 2?, enzovoort (1 = helemaal niet aantrekkelijk, 7 = heel erg aantrekkelijk). In de individueel sequentieel conditie kregen zij afbeeldingen met ieder één afzonderlijk product te zien die ze moesten beoordelen. Hoe aantrekkelijk vind je dit product? (1 = helemaal niet aantrekkelijk, 7 = heel erg aantrekkelijk). Zie figuur 1. Groep Individueel simultaan Individueel sequentieel Figuur 1. Drie condities met van boven naar onder de displays kleur, producttype en diversiteit. De participanten werden, ongeacht in welke conditie ze zaten, in random volgorde onderworpen aan de kleur, producttype en diversiteit productdisplays. Bij het display 7
8 kleur werden afbeeldingen van dezelfde producten in verschillende kleuren getoond. Daarnaast werden bij het display producttype afbeeldingen getoond met daarop producten van hetzelfde producttype in verschillende vormen, grootten en kleuren. Bij het display diversiteit werden afbeeldingen getoond met daarop diverse producten. Na het beoordelen van de afbeeldingen moesten de participanten afsluitend een aantal persoonlijke vragen beantwoorden. Dit waren twee vragen, namelijk Wat is je geslacht? en Wat is je leeftijd?. Als laatste werd op een 7-punt schaal de stelling Ik houd me graag bezig met interieurproducten. (1 = helemaal mee oneens, 7 = helemaal mee eens) beoordeeld. Resultaten GA-effect De analyse van het GA-effect is gedaan door middel van een Mixed Repeated Measures ANOVA met een 3 (Productdisplay) x 3 (Conditie) design, met conditie als between subject factor en productdisplay als within subject factor. De Mixed Repeated Measures ANOVA onthult een significant hoofdeffect van productdisplay, Wilks λ =.65, F(2, 404) = 0.65, p =.001, η² =.36 en een significant hoofdeffect van conditie, F(2, 405) = 9.48, p <.01, η² =.05. Dit effect is gekwalificeerd door een significant interactie effect tussen productdisplay en conditie, Wilks λ =.96, F(4, 808) = 4.69, p =.001, η² =,02. Om de resultaten specifieker te kunnen analyseren, zijn simple effects analyses uitgevoerd. In het display kleur komt naar voren dat de groepen producten (M = 4.48, SE = 0.13) aantrekkelijker worden gevonden dan de producten afzonderlijk in de individueel simultane conditie (M = 4.19, SE = 0.14, p = 0.129) en de individueel sequentieel conditie (M = 4.31, SE = 0.13, p = 0.380). In het display producttype komt naar voren dat de groepen producten (M = 3.60, SE = 0.11) aantrekkelijker worden gevonden dan de producten afzonderlijk in de individueel simultane conditie (M = 3.27, SE = 0.11, p =.037) en de 8
9 individueel sequentieel conditie (M = 2.86, SE = 0,11, p <.01). Dit effect vinden we ook voor het display diversiteit. De groepen producten (M = 4.20, SE = 0.12) worden als aantrekkelijker beoordeeld dan producten afzonderlijk in de individueel simultane conditie (M = 3.87, SE = 0.12, p =.044) en de individueel sequentieel conditie (M = 3.31, SE = 0.12, p <.01). In het display kleur worden de producten in de individueel sequentieel conditie (M = 4.31, SE = 1.33) als aantrekkelijker beoordeeld dan de producten in de individueel simultaan conditie (M = 4.19, SE = 0.14, p =.512). In het display producttype worden de producten in de individueel simultaan conditie (M = 3.27, SE = 0.11) als aantrekkelijker beoordeeld dan de producten in de individueel sequentieel conditie (M = 2.86, SE = 0.11, p =.009). In het display diversiteit worden de producten in de individueel simultane conditie (M = 3.87, SE = 0.12) als aantrekkelijker beoordeeld dan de producten in de individueel sequentieel conditie (M = 3.31, SE = 0.12, p =.001). 7 Aantrekkelijkheid producten Kleur Producttype Diversiteit Groep Individueel-simultaan Individueel-sequentieel Figuur 2. Gemiddelde aantrekkelijkheid per conditie per productdisplay. 9
10 Om te onderzoeken of het geslacht van de participant van invloed is op de relatie tussen de onafhankelijke variabelen en de afhankelijke variabele, is hiervoor in de Repeated Measures ANOVA gecontroleerd met sekse als factor. Hieruit volgt dat het interactie effect van productdisplay en conditie nog steeds significant is, Wilks λ =.96, F(4, 802) = 3.96, p =.003, η² =.02. Daarnaast is er geen significant drieweg interactie effect van productdisplay, conditie en geslacht, Wilks λ =.99, F(4, 802) = 1.37, p =.241, η² =.01. In deze analyses kan meegespeeld hebben dat participanten zich wellicht niet zo met interieurproducten bezighouden. Participanten hebben de stelling ik houd me graag bezig met interieurproducten beoordeeld. Door deze stelling als covariaat toe te voegen aan de Repeated Measures ANOVA is gecontroleerd of dit invloed heeft gehad op de relatie tussen de onafhankelijke variabelen en de afhankelijke variabele. Ook hieruit volgt dat het interactie effect nog steeds significant is, Wilks λ =.96, F(4, 806) = 4.64, p =.001, η² =.02. Cheerleader effect Daarnaast werd in deze studie het cheerleader effect onderzocht. De analyse van het cheerleader effect werd uitgevoerd door middel van een Mixed Repeated Measures ANOVA met productdisplay als within-subject factor en drie Independent Samples T-testen met conditie als between-subject factor. In de cheerleader effect analyse werden enkel de condities meegenomen waarin producten individueel zijn beoordeeld, dus de individueel-simultaan en individueel-sequentieel conditie. Een specifieke witte waxinelichthouder werd in beide condities gepresenteerd, waarna de scores met elkaar zijn vergeleken. In de individueelsimultaan conditie is dit product drie keer gepresenteerd, in de displays kleur, producttype 10
11 en diversiteit. In de individueel sequentieel conditie is dit product slechts één keer gepresenteerd. 1 Zie figuur 1 in de methode sectie. Allereerst onthult de Mixed Repeated Measures ANOVA met productdisplay als within subject factor geen significant hoofdeffect van productdisplay, Wilk s λ =.99, F(2, 131) = 0.50, p =.607, η² =.01. Om vervolgens te analyseren of de between subject factor condities verschillen zijn de drie independent samples T-testen uitgevoerd. De eerste T-test voor display kleur onthult dat de individueel-sequentieel conditie niet significant verschilt van de individueel-simultaan conditie, t(270) = -0.72, p =.474. Ook de tweede T-test voor display producttype onthult dat de individueel-sequentieel conditie niet significant verschilt van de individueel-simultaan conditie, t(270) = -1.01, p =.313. Als laatste onthult de derde T- test voor display diversiteit dat de individueel-sequentieel conditie niet significant verschilt van de individueel-simultaan conditie, t(270) = -0.55, p =.582. Om te onderzoeken of het geslacht van de participant van invloed is op de relatie tussen de onafhankelijke variabelen en de afhankelijke variabele, is hierop in de Repeated Measures ANOVA gecontroleerd met sekse als factor. Hieruit volgt dat het hoofdeffect nog steeds niet significant is, Wilks λ =.99, F(2, 130) = 0.50, p =.606, η² =.01. In deze analyses kan meegespeeld hebben dat participanten zich wellicht niet zo met interieurproducten bezighouden. Participanten hebben de stelling ik houd me graag bezig met interieurproducten beoordeeld. Door deze stelling als covariaat toe te voegen aan de 1 De reden hiervoor was dat de set van afzonderlijke producten anders drie keer afzonderlijk de witte waxinelichthouder zou presenteren. Dit zou naar verwachting verwarring op kunnen leveren bij de participanten of drie keer dezelfde scoren voor het product tot gevolg hebben. Echter kon door deze keuze de Repeated Measures ANOVA niet volgens planning uitgevoerd worden. We konden de variabelen voor de within subject factor display niet samenvoegen, omdat er in de individueel-sequentieel conditie scores ontbraken om een goede vergelijking te maken. Hierdoor is er uiteindelijk voor gekozen de within-subjects factor display met de Repeated Measures ANOVA te onderzoeken en de between-subjects factor door middel van drie independent samples T-testen. 11
12 Repeated Measures ANOVA is gecontroleerd of dit invloed heeft gehad op het hoofdeffect van productdisplay. Hieruit volgt dat het hoofdeffect nog steeds niet significant is, Wilks λ =.99, F(2, 130) = 1.01, p =.368, η² =.02. Discussie In de huidige studie is onderzocht of groepen product aantrekkelijker worden gevonden dan producten afzonderlijk. Om de hypothesen te kunnen testen zijn de methodologieën van het GA-effect en het cheerleader effect gebruikt. Participanten hebben interieurproducten in groepen of afzonderlijk beoordeeld op aantrekkelijkheid. De producten werden gepresenteerd in verschillende soorten productdisplays. Er zijn in deze studie twee hypotheses gesteld. De eerste hypothese luidt: De aantrekkelijkheid van een groep producten is hoger dan de gemiddelde aantrekkelijkheid van de producten afzonderlijk (GA-effect). De tweede hypothese luidt: Een individueel product is aantrekkelijker als het gepresenteerd wordt in een groep producten dan afzonderlijk (cheerleader effect). GA-effect De resultaten laten zien dat de data, zoals verwacht in hypothese 1, het GA-effect ondersteund bij twee van de drie productdisplays. De aantrekkelijkheid van een groep producten is hoger dan de gemiddelde aantrekkelijkheid van de producten afzonderlijk. Deze data is allereerst consistent met de literatuur van Hawkins en Mothersbaugh (2007), namelijk producten kunnen als een groep weergegeven worden met een functionele reden. Het ene product kan de ander versterken of enkel bestaan met andere producten er omheen (Hawkins & Mothersbaugh, 2007). Daarnaast vonden Van Osch et al. (2015) hetzelfde effect voor mensen. Zij vonden dat de aantrekkelijkheid van een groep mensen hoger is dan de gemiddelde aantrekkelijkheid van haar individuen. De belangrijkste verklaring hiervoor is selectieve aandacht. Tijdens het beoordelen van een groep mensen wordt de aandacht naar de 12
13 aantrekkelijkste persoon in de groep getrokken en dit is van invloed op de beoordeling van de groep (Van Osch et al., 2015). Voorafgaand aan de huidige studie was het GA-effect enkel onderzocht voor mensen. Nu hebben we gevonden dat de aantrekkelijkheid van producten in displays met producten van hetzelfde producttype en displays met diverse producten hoger is dan de gemiddelde aantrekkelijkheid van de producten afzonderlijk. Echter is er geen verschil gevonden in een display met dezelfde producten in verschillende kleuren. Het kan er bij producten, net als bij mensen, mee te maken hebben dat de aandacht naar het aantrekkelijkste product getrokken wordt en dat dat van invloed is op de beoordeling. Echter vinden we in het productdisplay kleur geen product dat er uitspringt ten opzichte van de rest. Van Osch et al. (2015) vonden in hun studies naar het GA-effect bij mensen dat als groepsleden niet veel verschillen in aantrekkelijkheid, het GA-effect minder snel gevonden wordt. De verklaring hiervoor is dat er dan geen selectieve aandacht is en dit zou bijna identieke beoordelingen opleveren voor de groepsleden (Van Osch et al., 2015). Selectieve aandacht is onderzocht in de sociale psychologie, maar kan in vervolgonderzoek dus ook voor marketing doeleinden worden ingezet. Het kan zijn dat we het GA-effect in het productdisplay kleur niet vinden, omdat deze producten niet veel van elkaar verschillen in aantrekkelijkheid en er dus niks opvallends te zien is. Dit is wel het geval bij het display producttype en diversiteit. Hierin zijn de producten meer verschillend van elkaar waardoor een van de opvallendste producten de aandacht trekt. Dit kan een verklaring zijn voor het feit dat mensen de groep producten in de productdisplays producttype en diversiteit als aantrekkelijker beoordeeld hebben dan de producten afzonderlijk. Daarnaast doen Nitse et al. (2004) in hun paper over mode marketing een suggestie die consistent is met wat we hebben gevonden in de huidige studie. Door interieurproducten in room setting te presenteren kunnen producten voor consumenten veel aantrekkelijker worden gevonden en kan de initiële aantrekkingskracht van producten verhoogd worden 13
14 (Nitse et al., 2014). Praktisch gezien zouden marketeers hier hun voordeel mee moeten doen. Als een merk een nieuwe productlijn op de markt wil brengen, dan worden deze producten aantrekkelijker gevonden in een groep dan wanneer ze afzonderlijk gepresenteerd zouden worden. Om het specifieker te maken, zou een product gepresenteerd moeten worden met producten van hetzelfde producttype eromheen, variërend in grootten, vormen en kleuren, of omringd door diverse producten. Zoals we hierboven hebben besproken, is het vooral belangrijk dat producten meer verschillend van elkaar zijn, waardoor een van de opvallendste producten de aandacht trekt en hiermee de aantrekkelijkheid van de producten omhoog haalt. In het huidige onderzoek worden interieurproducten gebruikt, dus producten met hedonische waarde. Wellicht is het interessant om in vervolgonderzoek na te gaan of dezelfde resultaten gevonden worden voor producten met utilitaire waarde. Dit wil zeggen producten die meer functioneel zijn. Als ik een consument bijvoorbeeld een fruitschaal presenteer, heb ik dan ook meer zin om fruit te gaan eten dan dat ik alleen één stuk fruit presenteer? Dit zou een interessante toevoeging zijn op de resultaten die we tot nu toe gevonden hebben, omdat we dan zouden kunnen stellen dat het GA-effect voor zowel producten met hedonische als voor producten met utilitaire waarde geldt. Cheerleader Effect De data uit de huidige studie is inconsistent met hypothese 2. Een product is niet aantrekkelijker als het gepresenteerd wordt in een groep dan afzonderlijk. Echter wordt het product ook niet minder aantrekkelijk als het gepresenteerd wordt in een groep. Door Walker en Vul (2014) werd dit effect wel voor mensen gevonden, namelijk dat een individu als aantrekkelijker gezien wordt als hij of zij zich in een groep bevindt, genaamd het cheerleader effect. Gezichten worden aantrekkelijker gevonden in een groep vergeleken met diezelfde gezichten in isolatie. Ariely (2001) en Brady en Alvarez (2011) benoemden dat het 14
15 cheerleader effect zich voordoet doordat het visuele systeem objecten als een ensemble weergeeft en je dit ensemble beoordeelt (Ariely, 2001; Brady & Alvarez, 2011). Echter zien we dit effect niet terug bij producten. Het presenteren van een product in een groepssetting heeft dus geen effect op de aantrekkelijkheid van het afzonderlijke product. Een verklaring hiervoor zou kunnen zijn dat we producten dus niet als ensemble zien, en ondanks dat een product in een groep geplaatst wordt, het product daardoor niet beïnvloed wordt. Een hedonisch product wordt volgens Hirschman en Holbrook (1982) beschreven als een product dat gerelateerd is aan onze zintuigen, fantasie en de emotionele aspecten van de ervaringen die je hebt met het product. Hierbij wordt ook genoemd dat deze producten dus niet gekocht worden alleen voor wat je ermee kunt doen, maar ook voor wat ze betekenen (Hirschman & Holbrook, 1982). Zo zijn interieurproducten niet alleen bedoeld om het huis mee op te vullen, maar ook om sfeer in je leefomgeving te creëren. Wellicht vinden mensen een hedonisch product op zichzelf al aantrekkelijk doordat ze niet alleen een functie hebben, maar ook betekenis. Hierdoor zouden hedonische producten volgens de resultaten van onze cheerleader effect studie niet per definitie andere producten nodig hebben om de aantrekkelijkheid mee omhoog te tillen. Mensen vinden dus afzonderlijke producten ook aantrekkelijk en kunnen hier wellicht al een sfeer en boodschap aan toekennen zonder productpresentatie met meerdere producten. Ook voor het cheerleader effect is het interessant om in vervolgonderzoek na te gaan of dezelfde resultaten gevonden worden voor producten met utilitaire waarde. Dit zou een interessante toevoeging zijn, omdat we dan misschien kunnen stellen dat het cheerleader effect wel geldt voor producten met utilitaire waarde. Sterktes en limitaties Een sterkte van dit onderzoek is dat we, voor zover we weten, de eerste zijn die onderzochten of de resultaten van het GA-effect en cheerleader effect ook gevonden worden 15
16 bij producten. Eerder is het effect enkel voor mensen onderzocht en gevonden. Bovendien gebruiken we hiermee in onze studie een interessante combinatie van sociale psychologie en marketing. Niettemin, moet benoemd worden dat we niet precies kunnen zeggen of de gevonden resultaten niet beïnvloed zijn door andere variabelen. Hoewel we voor een aantal variabelen controleerden, namelijk leeftijd en de interesse in interieurproducten, werd er geen rekening gehouden met willingness to pay. In vervolgonderzoek zou deze variabele meegenomen kunnen worden om na te gaan of deze variabelen een effect heeft op de resultaten die we in de huidige studie gevonden hebben. Door Fiore, Yah, en Yoh (2000) wordt onder andere de bereidheid om een bepaalde prijs voor een product te willen betalen genoemd, als factor die beïnvloed zou kunnen worden door productpresentatie (Fiore et al, 2000). In de huidige studie is de stelling Ik houd me graag bezig met interieurproducten beoordeeld. Echter heeft deze variabele geen effect gehad op de resultaten. Wellicht zorgt de variabele willingness to pay in vervolgonderzoek voor een verschil in de resultaten. Conclusie In de huidige studie wordt bij producten het GA-effect wel en het cheerleader effect niet gevonden. Concluderend heeft het presenteren van producten in een groepssetting dus wel effect op hoe aantrekkelijk de groep wordt gezien, maar niet op het individuele product. Dankwoord Ik dank Yvette van Osch voor haar begeleiding gedurende dit onderzoek. Ik waardeer haar waardevolle feedback om mijn werk te verbeteren. Ze gaf me sturing wanneer het nodig was en stimuleerde me om alternatieve denkwijzen te overwegen. 16
17 Referenties Ariely, D. (2001). Seeing sets: Representation by statistical properties. Psychological Science, 12, Cahan, L., & Robinson, J. (1984). A practical guide to visual merchandising. New York: John Wiley & Sons. Brady, T. F., & Alvarez, G. A. (2011). Hierarchical encoding in visual working memory: Ensemble statistics bias memory for individual items. Psychological Science, 22, Dion, K., Berscheid, E., & Walster, E. (1972). What is beautiful is good. Journal of Personality and Social Psychology, 24, Fiore, A. M., Yah, X., & Yoh, E. (2000). Effect of a product display and environmental fragrancing on approach responses and pleasurable experiences. Psychology & Marketing, 17(1), Hawkinds, D. I., & Mothersbaugh, D. L. (2013). Consumer Behavior: Building marketing strategy. New York: McGraw-Hill Irwin. Hirschman, E. C., & Holbrook, M. B. (1982). Hedonic consumption: emerging concepts, methods and propositions. Journal of Marketing, 46(3), Langlois, J. H., & Roggman, L. A. (1990). Attractive faces are only average. Psychological Science, 1, Nitse, P. S., Parker, K. R., Krumweide, D., & Ottaway, T. (2004). The impact of color in the e-commerce marketing of fashions: An exploratory study. European Journal of Marketing, 38(7),
18 Van Osch, Y., Blanken, I., Meijs, M. H., & van Wolferen, J. (2015). A group s physical attractiveness is greater than the average attractiveness of its members the group attractiveness effect. Personality and Social Psychology Bulletin, 41(4), Walker, D., & Vul, E. (2013). Hierarchical encoding makes individuals in a group seem more attractive. Psychological Science, 25(1), doi: /
19 Appendix Figuren Groep conditie Figuur 3. Groep conditie met kleur display. Figuur 4. Groep conditie met producttype display. Figuur 5. Groep conditie met diversiteit display. 19
20 Individueel-simultaan conditie Figuur 6. Individueel-simultaan conditie met kleur display. Figuur 7. Individueel-simultaan met producttype display. Figuur 8. Individueel-simultaan met diversiteit display. 20
21 Individueel-sequentieel conditie Figuur 9. Individueel-sequentieel conditie met kleur display. 21
22 Figuur 10. Individueel-sequentieel conditie met producttype display. 22
23 Figuur 11. Individueel-sequentieel conditie met diversiteit display. 23
- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden.
Abstract: - 3 experimenten - Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. - Studie 1&2: consumenten verwachten
Nadere informatieManagement Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars
Management Summary Wat voor een effect heeft de vorm van een bericht op de waardering van de lezer en is de interesse in nieuws een moderator voor dit effect? Auteur Tessa Puijk Organisatie Van Diemen
Nadere informatieDe Perceptie van Fair-Trade Producten door Mannen. Pascal van Vliet ANR: 888951. Bachelor thesis Psychologie en Maatschappij. Datum: 13 februari 2014
1 De Perceptie van Fair-Trade Producten door Mannen Pascal van Vliet ANR: 888951 Bachelor thesis Psychologie en Maatschappij Datum: 13 februari 2014 Docent: Dhr. R. M. A. Nelissen Universiteit van Tilburg
Nadere informatieBij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R
14. Herhaalde metingen Introductie Bij herhaalde metingen worden er bij verschillende condities in een experiment dezelfde proefpersonen gebruikt of waarbij dezelfde proefpersonen op verschillende momenten
Nadere informatieFort van de Democratie
Fort van de Democratie Stichting Vredeseducatie / peace education projects Het Fort van de Democratie WERKT! Samenvatting van een onderzoek door de Universiteit van Amsterdam naar de effecten van de interactieve
Nadere informatieRelatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën
Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual
Nadere informatieDe Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior
De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:
Nadere informatievan Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw
De Invloed van Werk- en Persoonskenmerken op het Welbevinden van Werknemers The Influence of Job and Personality Characteristics on Employee Well-being Drs. P.E. Gouw Eerste begeleider: Dr. S. van Hooren
Nadere informatie1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse.
Oefentoets 1 1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Conditie = experimenteel Conditie = controle Sekse = Vrouw 23 33 Sekse = Man 20 36 Van
Nadere informatieSummary in Dutch 179
Samenvatting Een belangrijke reden voor het uitvoeren van marktonderzoek is het proberen te achterhalen wat de wensen en ideeën van consumenten zijn met betrekking tot een produkt. De conjuncte analyse
Nadere informatieMANTELZORG, GOED GEVOEL
UITKOMSTEN ONDERZOEK: MANTELZORG, GOED GEVOEL Inhoud: Theorie & Vragen Methode Theoretische achtergrond: Mantelzorgers zijn iets minder gelukkig dan de rest van de bevolking (CBS, 2016). Mantelzorg brengt
Nadere informatieHet Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping
Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping The Relation Between Personality, Stress and Coping J.R.M. de Vos Oktober 2009 1e begeleider: Mw. Dr. T. Houtmans 2e begeleider: Mw. Dr. K. Proost Faculteit
Nadere informatiebij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie of Children with a Severe Form of Dyslexia Ans van Velthoven
Neuropsychologische Behandeling en Sociaal Emotioneel Welzijn bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie Neuropsychological Treatment and Social Emotional Well-being of Children with a Severe Form
Nadere informatieDANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1
DANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1 Dankbaarheid in Relatie tot Intrinsieke Levensdoelen: Het mediërende Effect van Psychologische Basisbehoeften Karin Nijssen Open Universiteit
Nadere informatieSeksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie
Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie Wouter Pinxten (contact: Wouter.Pinxten@UGent.be) Prof. Dr. John Lievens Achtergrond
Nadere informatieWat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?
De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve
Nadere informatieExperience? Gidsenwerking in de beleveniseconomie
Experience? Gidsenwerking in de beleveniseconomie 19.12.2017 Overzicht Inleiding Beleveniseconomie Beleving / belevenis / ervaring Experience onderzoeken? Experience Web Foto studie Conclusie Inleiding
Nadere informatieOnline Trust. Informatie-uitwisseling Opdracht
Online Trust Informatie-uitwisseling Opdracht 2 2014-2015 Dit document bevat een voorstel voor de onderzoeksopdracht voor de cursus Informatie-uitwisseling van de opleiding Informatiekunde Team #71: Bluelephant
Nadere informatieInnovatieve dienstverlening. Een scenario-onderzoek onder de gebruikers van Loket.nl.
Innovatieve dienstverlening. Een scenario-onderzoek onder de gebruikers van Loket.nl. In het kader van het project Innovatieve Dienstverlening doet kenniscentrum ICOON onderzoek naar de omstandigheden
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Wereldwijd zijn meer dan 3 miljard mensen afhankelijk van biomassa brandstoffen zoals hout en houtskool om in hun dagelijkse energie behoefte te voorzien. Het gebruik van deze
Nadere informatieEvaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013
Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 212-21 In academiejaar 212-21 namen 5 mantelzorgers en 5 studenten 1 ste bachelor verpleegkunde (Howest, Brugge) deel aan het project Mantelluisten.
Nadere informatieSamenvatting. Exploratieve bewegingen in haptische waarneming. Deel I: de precisie van haptische waarneming
Exploratieve bewegingen in haptische waarneming Haptische waarneming is de vorm van actieve tastwaarneming waarbij de waarnemer de eigenschappen van een object waarneemt door het object met zijn of haar
Nadere informatieGet the picture? Kunnen representatieve afbeeldingen leerlingen helpen om wiskundige vraagstukken realistisch op te lossen?
Get the picture? Kunnen representatieve afbeeldingen leerlingen helpen om wiskundige vraagstukken realistisch op te lossen? Tinne Dewolf Lieven Verschaffel Wim Van Dooren Er zitten tien vogels op een draad.
Nadere informatieINVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren
De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren Sociale Steun The Effect of Chronic Pain and the Moderating Effect of Gender on Perceived Social Support Studentnummer:
Nadere informatieKennisdeling in lerende netwerken
Kennisdeling in lerende netwerken Managementsamenvatting Dit rapport presenteert een onderzoek naar kennisdeling. Kennis neemt in de samenleving een steeds belangrijker plaats in. Individuen en/of groepen
Nadere informatieBeschrijvende statistieken
Elske Salemink (Klinische Psychologie) heeft onderzocht of het lezen van verhaaltjes invloed heeft op angst. Studenten werden at random ingedeeld in twee groepen. De ene groep las positieve verhaaltjes
Nadere informatieBeïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?
Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety
Nadere informatieVan de TIMSS papieren toets naar de TIMSS tablet toets, zijn er verschillen? Eva Hamhuis Universiteit Twente Faculteit BMS Afdeling OMD
Van de TIMSS papieren toets naar de TIMSS tablet toets, zijn er verschillen? Eva Hamhuis Universiteit Twente Faculteit BMS Afdeling OMD Voorstellen Eva Hamhuis Psychologie & Onderwijskunde Junior Onderzoeker
Nadere informatieDe Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale. Veerkracht en Demografische Variabelen
Running head: INVLOED VAN DAGELIJKSE STRESS OP BURN-OUT KLACHTEN De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale Veerkracht en Demografische Variabelen The Influence of
Nadere informatieDe Relatie tussen Existential Fulfilment, Emotionele Stabiliteit en Burnout. bij Medewerkers in het Hoger Beroepsonderwijs
De Relatie tussen Existential Fulfilment, Emotionele Stabiliteit en Burnout bij Medewerkers in het Hoger Beroepsonderwijs The Relationship between Existential Fulfilment, Emotional Stability and Burnout
Nadere informatieFysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50
De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and
Nadere informatieTekst 21: The Signature Effect: Signing influences Consumption-Related Bahavior bij priming self-identity (Kettle & Haubl)
Tekst 21: The Signature Effect: Signing influences Consumption-Related Bahavior bij priming self-identity (Kettle & Haubl) Inleiding Je handtekening zetten speelt een belangrijke rol in je leven. Als consument
Nadere informatieStatistische analyses. Statistische analyse (1) Persoons achtergrond kenmerken
Statistische analyses Statistische analyse (1) Persoons achtergrond kenmerken Statistische analyse (2) Vergelijking gemiddelde scores ontwerpcriteria per OGP De scores worden als volgt geïnterpreteerd
Nadere informatieHet Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve. Agressie. Pien S. Martens. Open Universiteit Heerlen
REACTIEVE AGRESSIE Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve Agressie Pien S. Martens Open Universiteit Heerlen Naam student: Pien Sophie Martens Studentnummer: 850945172
Nadere informatieFactsheet: De beleving van een vroege eerste geslachtsgemeenschap
Factsheet: De beleving van een vroege eerste geslachtsgemeenschap Katrien Symons (contact: Katrien.Symons@UGent.be) Prof. Dr. Mieke Van Houtte Dr. Hans Vermeersch ACHTERGROND Een vroege eerste geslachtsgemeenschap
Nadere informatieHow to present online information to older cancer patients N. Bol
How to present online information to older cancer patients N. Bol Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Goede informatievoorziening is essentieel voor effectieve
Nadere informatieDe Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie
De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited
Nadere informatieDynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers
Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers Introductie Flexibiliteit is een belangrijke eigenschap in de huidige snel veranderende maatschappij. In
Nadere informatieFACEBOOK. HYPE OF HEILIGE GRAAL?
FACEBOOK. HYPE OF HEILIGE GRAAL? WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK NAAR DE INVLOED VAN FACEBOOK OP DE RELATIE TUSSEN MERK EN MENS ENGAGEMENT OP FACEBOOK, HEEFT DAT NOU ZIN? Engagement. Als er één term is die
Nadere informatiehet laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en
Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens
Nadere informatiede Rol van Persoonlijkheid Eating: the Role of Personality
De Relatie tussen Dagelijkse Stress en Emotioneel Eten: de Rol van Persoonlijkheid The Relationship between Daily Stress and Emotional Eating: the Role of Personality Arlette Nierich Open Universiteit
Nadere informatieANOVA in SPSS. Hugo Quené. opleiding Taalwetenschap Universiteit Utrecht Trans 10, 3512 JK Utrecht 12 maart 2003
ANOVA in SPSS Hugo Quené hugo.quene@let.uu.nl opleiding Taalwetenschap Universiteit Utrecht Trans 10, 3512 JK Utrecht 12 maart 2003 1 vooraf In dit voorbeeld gebruik ik fictieve gegevens, ontleend aan
Nadere informatieSafetygame (onderdeel van hein ) Aanspreken op onveilig gedrag
Safetygame (onderdeel van hein ) Aanspreken op onveilig gedrag Effectonderzoek door Janneke Schwarz in opdracht van Jules Heijneman en Kim Reuser van Heijneman Advies www.mijnhein.nl Radboud Universiteit,
Nadere informatieOnderzoeksrapportage Leadership Connected 2016
Onderzoeksrapportage Leadership Connected 2016 Zaltbommel 30 mei 2016 Leadership Connected! Where Business meets Science 1 Inleiding Onderzoeksrapport Leadership Connected In tijden waarin ontwikkelingen
Nadere informatieEmotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource.
Open Universiteit Klinische psychologie Masterthesis Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: De Leidinggevende als hulpbron. Emotional Job Demands, Vitality and Opportunities
Nadere informatieThe relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope
The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope Een onderzoek naar de relatie tussen sociale steun en depressieve-
Nadere informatieGedeelde Waarden in Confrontaties met Morele Weigeraars: Tegenovergestelde Effecten op Zelf- en Weigeraar Beoordelingen
Gedeelde Waarden in Confrontaties met Morele Weigeraars: Tegenovergestelde Effecten op Zelf- en Weigeraar Beoordelingen Florien M. Cramwinckel 1, Kees van den Bos 1, Eric van Dijk 2, Anneke Bruin 1, Simone
Nadere informatieDe waarde van studentensport
Vera Dekkers (HvA) en Marije Deutekom (HvA/Inholland). In opdracht van USC. De waarde van studentensport Onderzoek naar de relatie tussen USC lidmaatschap en studieprestaties van bachelorstudenten in Amsterdam,
Nadere informatieSummery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers
ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen
Nadere informatiesamenvatting 127 Samenvatting
127 Samenvatting 128 129 De ziekte van Bechterew, in het Latijn: Spondylitis Ankylopoëtica (SA), is een chronische, inflammatoire reumatische aandoening die zich vooral manifesteert in de onderrug en wervelkolom.
Nadere informatieVoorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel
Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Een onderzoek naar de invloed van cognitieve stijl, ziekte-inzicht, motivatie, IQ, opleiding,
Nadere informatieGeclaimde informatie als persuasieve boodschap
Geclaimde informatie als persuasieve boodschap Een onderzoek naar het effect van claims op de consument Student: Floortje van Helden Studentnummer: 10444491 Docent: Charlotte Blom, werkgroep 2 Universiteit
Nadere informatieMindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs
Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs Door: Joshi Verschuren, Universiteit Utrecht Vele basisscholen besteden tegenwoordig aandacht aan de mindset van
Nadere informatieGraffiti in Beeld (aangepaste presentatie t.b.v. versturing)
Graffiti in Beeld (aangepaste presentatie t.b.v. versturing) Dr. Gabry Vanderveen Onderzoek met medewerking van Funda Jelsma; in opdracht van en gefinancierd door CCV/ Ministerie van Veiligheid en Justitie
Nadere informatieGeloof in een Rechtvaardige Wereld en Afkeuring van Geweldsslachtoffers: De Invloed
Geloof in een Rechtvaardige Wereld en Afkeuring van Geweldsslachtoffers: De Invloed van Sociale Categorisering, Persoons-identificatie, Positie-identificatie en Retributie Belief in a Just World and Rejection
Nadere informatieRelatie tussen Cyberpesten en Opvoeding. Relation between Cyberbullying and Parenting. D.J.A. Steggink. Eerste begeleider: Dr. F.
Relatie tussen Cyberpesten en Opvoeding Relation between Cyberbullying and Parenting D.J.A. Steggink Eerste begeleider: Dr. F. Dehue Tweede begeleider: Drs. I. Stevelmans April, 2011 Faculteit Psychologie
Nadere informatieKnelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch
Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch Bottlenecks in Independent Learning: Self-Regulated Learning, Stress
Nadere informatieHet Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive
Gender, Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive 1 Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender Effect on the Relationship between Personality Traits and Sex Drive
Nadere informatieHoe ouder, hoe trouwer Switchen & behouden in de 50-plusmarkt
WHITEPAPER Hoe ouder, hoe trouwer Switchen & behouden in de 50-plusmarkt Onderzoek van het (een initiatief van Bindinc) toont aan dat onder 50-plussers merktrouw vaker voorkomt dan onder 50- minners. Daarbij
Nadere informatieTussentijds toetsen. Dirkx, K.J. H., Kester, L., Kirschner, P.A.
Tussentijds toetsen Dirkx, K.J. H., Kester, L., Kirschner, P.A. Overzicht Wel: Wat is het doel van tussentijds toetsen? Welke vormen van tussentijds toetsen? 4 studies die tussentijds toetsen (testing
Nadere informatieToegepaste data-analyse: oefensessie 2
Toegepaste data-analyse: oefensessie 2 Depressie 1. Beschrijf de clustering van de dataset en geef aan op welk niveau de verschillende variabelen behoren Je moet weten hoe de data geclusterd zijn om uit
Nadere informatieWerkbevlogenheid bij Wethouders: De Bijdrage van Zingeving en Veerkracht en de Rol van Werkdruk en. Emotionele Werkstressoren
WERKBEVLOGENHEID BIJ WETHOUDERS 1 Werkbevlogenheid bij Wethouders: De Bijdrage van Zingeving en Veerkracht en de Rol van Werkdruk en Emotionele Werkstressoren Work Engagement of Municipal Executive Councillors:
Nadere informatie1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test
Werkboek 2013-2014 ANCOVA Covariantie analyse bestaat uit regressieanalyse en variantieanalyse. Er wordt een afhankelijke variabele (intervalniveau) voorspeld uit meerdere onafhankelijke variabelen. De
Nadere informatieDenken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten
Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk Thinking
Nadere informatieDe causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie
Causale Relatie tussen intimiteit en seksueel verlangen 1 De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie The causal
Nadere informatieCollege 4 Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle
College 4 Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle - Leary: Hoofdstuk 9 en 10 - MM&C: Hoofdstuk 2.4 (p.129-130), 2.6 en 3.1 - Aanvullende tekst 4 Jolien Pas ECO 2012-2013 Doel experimenteel onderzoek:
Nadere informatieGeslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive
1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:
Nadere informatieTheorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek!
Cognitive Bias Modification Resultaten onderzoek December 2013 Jules Reijnen Ron Jacobs Theorie Cognitive Bias Modification (CBM) is een recent onderzoeksgebied dat zich richt op de vertekening (bias)
Nadere informatieExamen Statistische Modellen en Data-analyse. Derde Bachelor Wiskunde. 14 januari 2008
Examen Statistische Modellen en Data-analyse Derde Bachelor Wiskunde 14 januari 2008 Vraag 1 1. Stel dat ɛ N 3 (0, σ 2 I 3 ) en dat Y 0 N(0, σ 2 0) onafhankelijk is van ɛ = (ɛ 1, ɛ 2, ɛ 3 ). Definieer
Nadere informatieNieuwe Kledinglijn. Online onderzoek. Scouting rapport p november Auteur: Aeron Vos
Nieuwe Kledinglijn Online onderzoek Scouting rapport p16308 3 november 2008 Auteur: Aeron Vos Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inleiding 1 Achtergrond 1 Doelstelling 1 Methode van onderzoek 1 Steekproef 1 Rapportage
Nadere informatieIk voel niets maar eigenlijk alles: Verbanden tussen Alexithymie, Somatisatiestoornis en Depressie. I feel nothing though in essence everything:
Ik voel niets maar eigenlijk alles: Verbanden tussen Alexithymie, Somatisatiestoornis en Depressie I feel nothing though in essence everything: Associations between Alexithymia, Somatisation and Depression
Nadere informatiePERSUASIVE DESIGN Waarom R eview m arketing onmisbaar is voor jouw startup webshop PIEN DE LAAT
PERSUASIVE DESIGN Waarom Review marketing onmisbaar is voor jouw startup webshop PIEN DE LAAT I n h o u d s o p g a v e Inleiding Consumenten over online reviews Review marketing onderzoek Review marketing
Nadere informatieRunning head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1. Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende
Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1 Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende Problematiek: De Mediërende Invloed van de Ouder-Therapeut Alliantie
Nadere informatieBijlage III Statistiek
Bijlage III Statistiek Gewasbeoordeling De gewasbeoordeling wordt per beoordelingsdatum statistisch bekeken, dit wordt gedaan omdat het verloop van tijd van invloed is op een groeiend gewas. Tabel One-way
Nadere informatiemlw stroom 2.2 Biostatistiek en Epidemiologie College 9: Herhaalde metingen (2) Syllabus Afhankelijke Data Hoofdstuk 4, 5.1, 5.2
mlw stroom 2.2 Biostatistiek en Epidemiologie College 9: Herhaalde metingen (2) Syllabus Afhankelijke Data Hoofdstuk 4, 5.1, 5.2 Bjorn Winkens Methodologie en Statistiek Universiteit Maastricht 21 maart
Nadere informatieWinkelcommunicatie In dit hoofdstuk zul je het volgende leren:
OHT 14.1 Winkelcommunicatie In dit hoofdstuk zul je het volgende leren: De reden waarom winkelcommunicatie zo belangrijk is De doelstellingen en instrumenten van winkelcommunicatie De effectiviteit van
Nadere informatieThesis Proposal onderwerp Environment Datum: 19 Maart 2009 Naam: Bas Swaen ANR: 741667
Thesis Proposal onderwerp Environment Datum: 19 Maart 2009 Naam: Bas Swaen ANR: 741667 Inleiding en Achtergronden Uit eerder onderzoek blijkt dat de omgeving waarin de consument winkelt van grote invloed
Nadere informatieCollege 7 Tweeweg Variantie-Analyse
College 7 Tweeweg Variantie-Analyse - Leary: Hoofdstuk 12 (p. 255 t/m p. 262) - MM&C: Hoofdstuk 12 (p. 618 t/m p. 623 ), Hoofdstuk 13 - Aanvullende tekst 9, 10, 11 Jolien Pas ECO 2012-2013 Het Experiment
Nadere informatieTrendonderzoek: Alcoholkennis bij jongeren tussen 12 en 25 jaar
- Factsheet - Trendonderzoek: Alcoholkennis bij jongeren tussen 12 en 25 jaar NIGZ, Project Alcohol Voorlichting en Preventie 3 juli 2003 Inleiding Het NIGZ voert elk jaar, als onderdeel van het Alcohol
Nadere informatie8. Nederlandse Samenvatting
8. Nederlandse Samenvatting 164 Chapter 8: Nederlandse Samenvatting Marketeers hebben over het algemeen veel moeite met het verdedigen van de marketinguitgaven, ze ontbreken de kunde of de wil om de impact
Nadere informatieRichtlijn Gezonde slaap en slaapproblemen bij kinderen (2017)
Richtlijn Gezonde slaap en slaapproblemen bij kinderen (2017) Hechtingsrelatie Zelfregulatie en interactie tijdens de nacht Onderdeel van de discussie rond sensitief en responsief ouderschap richt zich
Nadere informatieOpdrachten speciaal herontworpen voor eerstejaars studenten
Opdrachten speciaal herontworpen voor eerstejaars studenten Auteur: Dick Vrenssen, docent pedagogiek psychologie onderwijskunde, Fontys Hogeschool Kind en Educatie In het schooljaar 2013/ 2014 heeft het
Nadere informatiePsychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere
Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere vrouwen: Onderzoek naar de relatie tussen angst, depressieve
Nadere informatieSamenvatting, conclusies en discussie
Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit
Nadere informatieVitamine B12 deficiëntie
Vitamine B12 deficiëntie Quality of life Retrospectief onderzoek Dit rapport bevat de analyses van de B12 Quality of Life Questionnaire, waarin meer dan 200 personen met een lage vitamine B12 waarde zijn
Nadere informatieTwee wetenschapsstijlen over de invloed van muziek op sportprestaties
Twee wetenschapsstijlen over de invloed van muziek op sportprestaties Jasper Karsten Psychologie Abstract Dit artikel benadert de vraag wat de invloed van muziek op sportprestaties kan zijn vanuit twee
Nadere informatieTestattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als. Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties
Testattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties Test-taker Attitudes of Job Applicants: Test Anxiety and Belief in Tests as Antecedents of
Nadere informatieDe Rotterdamse Ambtenaar: Bevroren of Bevlogen. Over de Invloed van Procedurele Rechtvaardigheid, Empowering Leiderschap en
De Rotterdamse Ambtenaar: Bevroren of Bevlogen. Over de Invloed van Procedurele Rechtvaardigheid, Empowering Leiderschap en Identificatie met de Organisatie op Status en Zelfwaardering. The Civil Servant
Nadere informatieInleiding tot het wetenschappelijk werk
3de bach FBE Inleiding tot het wetenschappelijk werk WEW / notities Q www.quickprinter.be uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen 178 3,20 1 2 Samenvatting Wetenschappelijk economisch werk (WEW) Research
Nadere informatieBij factor ANOVA is er een tweede onafhankelijke variabele in de analyse bij gekomen. Er zijn drie soorten designs mogelijk:
13. Factor ANOVA De theorie achter factor ANOVA (tussengroep) Bij factor ANOVA is er een tweede onafhankelijke variabele in de analyse bij gekomen. Er zijn drie soorten designs mogelijk: 1. Onafhankelijke
Nadere informatiewaardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening.
amenvatting Elk jaar krijgen in Nederland zo n 45.000 mensen een beroerte, ook wel CVA (Cerebro Vasculair Accident) genoemd. Ongeveer 60% van hen keert na opname in het ziekenhuis of revalidatiecentrum
Nadere informatieDe Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS
Persoonskenmerken en ervaren lijden bij verslaving en PTSS 1 De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij Verslaafde Patiënten met PTSS The Relationship between Personality Traits and Suffering
Nadere informatiePagina 0 van 49. Webshop Bol.com. Onderzoeksvaardigheid Hogeschool Inholland Muilwijk, Sammy
Pagina 0 van 49 Webshop Bol.com Onderzoeksvaardigheid 2 7-4-2014 Hogeschool Inholland Muilwijk, Sammy Pagina 1 van 49 Inhoud H1 Inleiding...2 H1.1 Aanleiding...2 H1.2 Probleemstelling...2 H2 Beschrijvende
Nadere informatieModeratie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen. Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en
Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en Ziekteverzuim Moderation of the Big Five Personality Factors on
Nadere informatieMEMANTINE-ADDITIE AAN CLOZAPINE 1. Memantine-additie aan Clozapine bij Therapieresistente Schizofrenie
MEMANTINE-ADDITIE AAN CLOZAPINE 1 Memantine-additie aan Clozapine bij Therapieresistente Schizofrenie (Memantine Add-On Therapy to Clozapine in Refractory Schizophrenia) David M.H. Buyle David M.H. Buyle
Nadere informatieA. Business en Management Onderzoek
A. Business en Management Onderzoek Concepten definiëren Een concept (concept) is een algemeen geaccepteerde verzameling van betekenissen of kenmerken die geassocieerd worden met gebeurtenissen, situaties
Nadere informatieGROENE GEZONDE STUDENTEN
GROENE GEZONDE STUDENTEN Samenvatting van een onderzoek naar een groene gezonde studieomgeving Nicole van den Bogerd, Coosje Dijkstra, Jaap Seidell & Jolanda Maas ACHTERGROND De laatste jaren komt er steeds
Nadere informatieSTERKER ZORGEN: EEN ONLINE CURSUS VOOR MANTELZORGERS VAN DEPRESSIEVE PATIENTEN
STERKER ZORGEN: EEN ONLINE CURSUS VOOR MANTELZORGERS VAN DEPRESSIEVE PATIENTEN TARA DONKER, LISETTE BIJKER, ANNET KLEIBOER, HELEEN RIPER, PIM CUIJPERS 2 MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR INLEIDING 20% van de
Nadere informatieHet verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij
Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij Een vergelijking van een depressieve en een niet-depressieve groep met Experience-Sampling-Method
Nadere informatie