Vrijwilligers bij de politie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Vrijwilligers bij de politie"

Transcriptie

1 Vrijwilligers bij de politie Vaste Commissie van de Lokale Politie 1

2 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave... 2 Voorwoord Inzet vrijwilligers bij de politie in België: wettelijk kader Inleiding Welke activiteiten mogen vrijwilligers uitvoeren? Wie mag vrijwilligers inschakelen? Wie mag vrijwilligerswerk uitvoeren? De werklozen De bruggepensioneerden De arbeidsongeschikte werknemers De leefloontrekkers De trekkers van uitkeringen voor personen met een handicap De trekkers van een gewaarborgd inkomen voor bejaarden De kinderbijslagtrekkers Wat zegt de wet over aansprakelijkheid? Relatie tussen de vrijwilliger en de persoon voor wiens rekening de activiteit wordt verricht Vergoeding vrijwilligers en sociaal en fiscaal regime Bevraging lokale politiezones Algemene inzet vrijwilligers Verleden Heden Toekomst Inzetmogelijkheden voor vrijwilligers Verleden Heden Toekomst Redenen voor inzet vrijwilligers Voordelen van inzet vrijwilligers Nadelen van inzet vrijwilligers Randvoorwaarden voor inzet vrijwilligers Conclusie bevraging Mogelijkheden voor inzet vrijwilligers bij politie in België Inleiding Toepassingsgebied vrijwilligerswet Vrijwilligerswerk binnen veiligheidssector Algemene randvoorwaarden voor vrijwilligers Geen toekenning politiebevoegdheden Beroepsgeheim: artikel 4 vrijwilligerswet Kennis en uitwisseling van (persoons)gegevens

3 Verzekering: artikel 6 vrijwilligerswet Taken voor vrijwilligers binnen de politie Uitgangspunt: administratieve taken Bespreking andere voorstellen Opmerkingen aangaande voorgestelde taken buiten de politie Gemachtigd opzichter Buurtbemiddelaars Sportevenementen en socio - culturele gebeurtenissen Visie van vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen Inzet vrijwilligers bij de politie in Nederland Vrijwillige politieambtenaren Activiteiten Toelatingseisen Selectieprocedure Opleiding Uitrusting Verzekering en vergoeding Volontairs Politie in bijberoep Inleiding Het administratief statuut Aanwerving Benoeming Opleiding Opleiding tijdens de loopbaan Dubbel statuut Professionalisering Mobiliteit Beroepsziekten en arbeidsongevallen Het geldelijk statuut Prestatievergoeding Evolutie in de weddeschaal Toelage voor onregelmatige prestaties Andere toelagen en vergoedingen Mogelijkheid van behoud De arbeidstijd Conclusie

4 VOORWOORD Beste lezer, De verwachtingen ten aanzien van de politie worden steeds groter. Het takenpakket van politieambtenaren wordt daardoor steeds ruimer. Voor sommige taken is niet altijd een politiebevoegdheid nodig. Veiligheid is bovendien een gedeelde zorg van politie, overheden, partners in veiligheid en de bevolking. De participatie van burgers aan veiligheid kan in het raam van een gemeenschapsgerichte politiezorg nog sterk aangemoedigd worden. Het inschakelen van betrokken vrijwilligers bij de politie kan de dienstverlening en het dienstenaanbod in het raam van gemeenschapsgericht werken ten goede komen. Om die reden werd begin 2013 door de Vaste Commissie van de Lokale Politie (VCLP) een werkgroep opgericht die zich zou buigen over de mogelijkheden voor het inzetten van vrijwilligers binnen de Belgische politiediensten. Ikzelf heb met genoegen het voorzitterschap over deze werkgroep aanvaard. De werkgroep bestond verder uit de volgende leden: HCP Marc Hellinckx, korpschef lokale politie Pajottenland HCP Dirk Van Aerschot, korpschef lokale politie Geel Laakdal Meerhout HCP Alain Meerts, korpschef lokale politie Kapelle-op-den-bos Londerzeel Meise HCP Geert Smet, korpschef lokale politie Voorkempen HCP Yasmine Vanavermaete, korpschef lokale politie Maldegem CP Paul Spaens, Adjunct Secretaris Vaste Commissie van de Lokale Politie CP Kris Heymans, lokale politie Klein-Brabant CP Carlo Maes, diensthoofd contentieux juridische dienst federale politie CP Frederic Carton, korpschef lokale politie Des Hauts-Pays INP Ilse Jacobs, lokale politie Voorkempen Adv. Ann Demuynck, lokale politie Grensleie Adv. Stephanie Verhelst, DSJ (juridisch advies operaties) federale politie Adv. Langouche Marie-Agnes, DSJ (juridisch advies operaties) federale politie Adv. Michelle Voesen, lokale politie HAZODI De bevindingen en eindconclusie van de werkgroep omtrent het werken met vrijwilligers bij de Belgische politie vindt u in dit analyserapport. Hierbij wens ik in het bijzonder de juristen van DSJ (federale politie) te bedanken voor hun omstandig advies en de medewerksters van de lokale politie HAZODI voor de juridische toelichting en het uitwerken van dit analyserapport. Philip PIRARD hoofdcommissaris van politie korpschef lokale politie HAZODI voorzitter werkgroep VCLP 4

5 1. INZET VRIJWILLIGERS BIJ DE POLITIE IN BELGIË: WETTELIJK KADER 1 Om te kunnen nagaan welke toekomstperspectieven er zijn voor de Belgische politiediensten op het vlak van het werken met vrijwilligers, dienen eerst de huidige mogelijkheden in kaart te worden gebracht. Hierbij is het noodzakelijk de Wet van 3 juli 2005 betreffende het vrijwilligerswerk in acht te nemen. Deze wet regelt met name de aansprakelijkheid en de verzekering van de vrijwilligers, de sociale en fiscale behandeling van hun vergoedingen en de rechtszekerheid van de uitkeringsgerechtigden die vrijwilligerswerk willen doen. Hieronder worden de krijtlijnen van deze wet verder toegelicht INLEIDING De Wet van 3 juli 2005 betreffende het vrijwilligerswerk is verschenen in het Belgisch Staatsblad van 29 augustus Sedert haar publicatie werd deze wet al verschillende keren gewijzigd. Deze wet regelt zowel vrijwilligerswerk op Belgisch grondgebied als vrijwilligerswerk buiten België voor zover de activiteit georganiseerd wordt vanuit België en op voorwaarde dat de vrijwilliger zijn hoofdverblijfplaats heeft in België. De wet sluit niemand uit op grond van leeftijd of nationaliteit. De wet definieert vrijwilligerswerk als elke activiteit die: a) onbezoldigd en onverplicht wordt verricht; Commentaar: elke prestatie moet kosteloos worden geleverd zonder dat het de bedoeling is een tegenprestatie te verkrijgen. Het betreft een prestatie die geleverd wordt tijdens de vrije tijd zoals de omkadering van activiteiten, lesgeven,.. Bovendien bestaat er geen enkele verplichting vrijwilligerswerk aan te vatten noch voort te zetten. Het is natuurlijk wat anders ingeval van een onregelmatige verbreking van de relatie. b) die verricht wordt ten behoeve van een of meer personen, andere dan degene die de activiteit verricht, van een groep of organisatie of van de samenleving als geheel; Commentaar: ten behoeve van iemand anders, is een sleutelelement van het vrijwilligerswerk. Bovendien moet het werk gestructureerd zijn en ook een bepaalde belangrijkheid hebben. Het vrijwilligerswerk moet met andere woorden gedaan worden ten bate van een groep, een organisatie of een gemeenschap. c) die ingericht wordt door een organisatie anders dan het familie- of privé-verband van diegene die de activiteit verricht; d) en die niet door dezelfde persoon en voor dezelfde organisatie wordt verricht in het kader van een arbeidsovereenkomst, een dienstencontract of een statutaire aanstelling. Commentaar : het is bijgevolg mogelijk dat iemand die een beroepsrelatie heeft met een organisatie, voor deze organisatie vrijwilligerswerk uitoefent, op voorwaarde dat het gaat om andere activiteiten dan diegene 1 Juridische analyse Inne Driesen, adviseur-juriste lokale politie HAZODI 5

6 waarvoor hij werd aangeworven. De activiteit mag niet de voortzetting zijn van de bezoldigde beroepsarbeid. Sinds 23 mei 2011 heeft ook de belastingadministratie zich aangesloten bij deze bepaling (door een addendum bij de circulaire van 05 maart 1999)". De wet schrijft bovendien voor dat voor de aanvang van een activiteit, de organisatie de vrijwilliger moet informeren over diverse elementen. Het betreft volgende informatie: "a) de sociale doelstelling en het juridisch statuut van de organisatie; indien het gaat om een feitelijke vereniging, de identiteit van de verantwoordelijke(n) van de vereniging; b) dat de organisatie een verzekeringscontract voor burgerlijke aansprakelijkheid gesloten heeft voor het vrijwilligerswerk zoals bedoeld in artikel 6 1; c) of andere aan het vrijwilligerswerk verbonden risico's gedekt worden en zo ja, welke risico's; d) of de organisatie vergoedingen betaalt aan de vrijwilligers en zo ja, welke en in welke gevallen; e) dat de activiteiten inhouden dat de vrijwilliger geheimen kan vernemen ten aanzien waarvan hij gehouden is tot de geheimhoudingsplicht, bedoeld in artikel 458 van het Strafwetboek, waarbij dat integraal wordt overgenomen". Er zijn geen speciale vormvereisten in acht te nemen, het volstaat dat de informatie wordt gegeven. Zij mag dus individueel of gezamenlijk worden meegedeeld (bijvoorbeeld aan de valven), schriftelijk of zelfs mondeling (moeilijk te bewijzen dat de informatie werd verstrekt). Een organisatie die een beroep wenst te doen op vrijwilligers heeft nog een tweede mogelijkheid. Eerder dan te kiezen voor een "organisatienota" die niet bindend is voor de partijen, kan de organisatie er meteen voor kiezen een overeenkomst op te stellen waarin voor beide partijen rechten en plichten worden ingebouwd. Deze overeenkomst zal bij gebrek aan een organisatienota de vermeldingen die verband houden met de informatieverplichting, bevatten. Een voordeel van zulk een overeenkomst is dat ze de partijen de mogelijkheid biedt de activiteiten die door de vrijwilliger zullen worden uitgeoefend nauwkeurig te bepalen en zodoende de verantwoordelijkheden van elkeen af te bakenen. De bewijslast inzake het bezorgen van de organisatienota berust bij de organisatie en zij mag de vrijwilliger vragen een gedateerd exemplaar van de organisatienota te ondertekenen WELKE ACTIVITEITEN MOGEN VRIJWILLIGERS UITVOEREN? Het gaat om activiteiten die in verband met sociale, culturele of sportinitiatieven van een club, verbond, vereniging, instituut of overheid worden uitgeoefend: ontvangst en begeleiding van zieken, bejaarden, kinderen, sociaal minder begunstigden, bescherming van het milieu, organisatie en deelname aan sportwedstrijden en sociale en culturele gebeurtenissen, eerst hulpverlening aan slachtoffers van ongevallen, rampen, conflicten... 6

7 1.3. WIE MAG VRIJWILLIGERS INSCHAKELEN? Het vrijwilligerswerk moet worden uitgevoerd voor rekening van een club, vereniging, verbond, instelling zonder winstoogmerk of openbare dienst. Hiermee worden rechtspersonen bedoeld zoals vzw, mutualiteiten, een openbare dienst of instelling van openbaar nut (ziekenhuis) (politie), een gemeente, een OCMW, alsook de verenigingen zonder rechtspersoonlijkheid (feitelijke verenigingen en groeperingen) voor zover die geen winstgevende activiteit uitoefenen. Men spreekt van een feitelijke vereniging wanneer twee of meer personen zich verenigen in een onverdeeldheid om een gemeenschappelijk doel te verwezelijken: wijkcomités, oudercomités, een sportclub. De organisaties die winst nastreven en individuele privé-personen komen niet in aanmerking, tenzij de laatstgenoemden een beroep doen op vrijwilligerswerk via een club, verbond, vereniging, instelling of de overheid. Bijgevolg kan men geen vrijwilligerswerk presteren als telefoniste in een naamloze vennootschap, of in een pas opgerichte BVBA die net van start gaat. Niets staat in de weg dat de activiteiten ook geld opbrengen. Zulks is toegelaten voor zover het verdiende geld geïnvesteerd wordt in materieel of in de organisatie van andere activiteiten WIE MAG VRIJWILLIGERSWERK UITVOEREN? De vrijwilliger is een natuurlijk persoon die onbezoldigd en belangeloos arbeid verricht binnen een georganiseerde of gereglementeerde structuur. Loontrekkende werknemers mogen vrijwilligerswerk doen zonder enige formaliteiten of de toelating van hun werkgevers. De uitoefening van de activiteit behoort immers tot hun privéleven. Laten we evenwel onthouden dat een werknemer van een organisatie geen vrijwilligerswerk kan doen voor dezelfde organisatie tenzij dat vrijwilligerswerk van een heel andere aard is dan zijn bezoldigde beroepsbezigheid. De kwestie ligt iets gevoeliger bij de ambtenaren. De administratie wenst zich er immers van te verzekeren dat de activiteiten van haar personeel geen afbreuk doen aan de «waarden» binnen de openbare dienstverlening. De keuze van een activiteit is immers niet altijd neutraal. In dat geval is het mogelijk dat het hiërarchisch hoofd eist dat er toelating wordt gevraagd voor de uitoefening van een activiteit die tot het privéleven behoort. Jongeren mogen vrijwilligerswerk verrichten op voorwaarde dat zij 16 jaar worden in het kalenderjaar. Kinderen daarentegen mogen niet systematisch vrijwilligerswerk doen. Dat mag slechts sporadisch gebeuren en voor zover de activiteiten een pedagogische en opvoedende dimensie hebben. Zelfstandigen kunnen natuurlijk ook vrijwilligerswerk doen. Het is echter ten zeerste aangewezen dat dit werk niet de voortzetting is van de activiteit die wordt uitgeoefend als zelfstandige. Er moeten geen formaliteiten worden vervuld, tenzij de zelfstandige een persoon met een handicap is in welk geval hij de toestemming moet vragen aan de geneesheer-adviseur van het ziekenfonds. De wet zegt dat tegen de voorwaarden bepaald door de Koning, de toekenning van vergoedingen voor vrijwilligerswerk geen beletsel is voor de toekenning van het leefloon, kinderbijslagen, uitkeringen voor hulp aan bejaarden, en het gewaarborgd inkomen aan bejaarde personen. 7

8 De wet regelt bovendien de voorwaarden tegen welke personen die een uitkering genieten een vrijwilligerswerk mogen doen alsook de cumul tussen de uitkeringen en de vergoedingen die zij uit deze activiteit puren De werklozen De personen die werkloosheidsuitkeringen ontvangen kunnen tegen bepaalde voorwaarden vrijwilligerswerk verrichten. Een werkloze mag na voorafgaande aangifte aan het werkloosheidsbureau kosteloos voor een derde vrijwilligerswerk verrichten met behoud van uitkering wanneer die derde een openbare dienst is, een instelling van openbaar nut, een onderwijsinstelling, ingericht, erkend of gesubsidieerd door een gemeenschap, een cultureel centrum, een jongerentehuis of een vereniging zonder winstoogmerk. De directeur kan het vrijwilligerswerk met behoud van uitkering verbieden of zijn akkoord verbinden aan beperkingen als hij het bewijs levert dat de tewerkstelling een verminderde beschikbaarheid van de werkloze op de arbeidsmarkt inhoudt of wanneer de omvang of de frequentie van het werk helemaal niet meer laten denken dat het om vrijwilligerswerk gaat, zoals geregeld door de wet of gewoon om werk dat door vrijwilligers in het verenigingsleven wordt gepresteerd. Deze beslissing moet worden genomen binnen de termijn van 2 weken te rekenen vanaf de ontvangst van de volledige aangifte. Wanneer er binnen die termijn niet wordt gereageerd, wordt de uitoefening van de kosteloze activiteit met behoud van de steun, geacht aanvaard te zijn. Elke andersluidende beslissing genomen na die termijn heeft slechts uitwerking in de toekomst, behalve indien het werk niet kosteloos werd verricht. Aangezien de organisatie het voor de RVA bestemde formulier van aanvraag van toelating, heeft ondertekend, wordt zij verwittigd in geval van weigering. Zij kan dan alle passende maatregelen nemen om de werkzoekende zijn activiteiten te doen staken. De werknemers in loopbaanonderbreking en de deeltijds werkzoekenden hebben dezelfde verplichtingen als een voltijds werkzoekende. De personen die bij de RVA ingeschreven zijn maar nog geen uitkering krijgen, kunnen vrijwilligerswerk doen zonder speciale formaliteiten. Opgelet! Van zodra er een uitkering wordt gegeven, moeten de hierboven formaliteiten worden vervuld. Normaal geeft de RVA zijn toestemming voor een onbepaalde duur maar afwijkingen zijn mogelijk. Een organisatie kan een algemene aanvraag voor tewerkstelling van werkzoekenden indienen. Een organisatie kan dus, in functie van de beslissing van de RVA, zelf de RVA inlichten over de tewerkstelling van een werkzoekende. Als er geen algemene toestemming wordt gegeven dan moet er teruggegrepen worden naar de procedure voor de individuele toestemming. De RVA geeft zijn algemene toestemming voor een bepaalde duur. Er moet dus tijdig een hernieuwingsaanvraag worden ingediend De bruggepensioneerden Dezelfde regels zijn van toepassing op de bruggepensioneerden en op de halftijds bruggepensioneerden. 8

9 Dus moet dezelfde informatie- en toelatingsprocedure als voor de werklozen worden gevolgd. Maar aangezien deze personen niet meer moeten beschikbaar blijven voor de arbeidsmarkt, zou de RVA zijn weigering niet kunnen verantwoorden door te stellen dat de tewerkstelling of de verlenging de beschikbaarheid van de werkloze op de arbeidsmarkt zou verminderen. Zij kunnen ook niet stellen dat, omwille van de omvang en de frequentie van de activiteit, deze niet of niet langer de kenmerken van vrijwilligerswerk zoals door de wet bepaald vertoont of dat ze gewoon de kenmerken ontbeert van een activiteit die gewoonlijk uitgeoefend wordt door vrijwilligers in het verenigingsleven De arbeidsongeschikte werknemers Voor wat betreft de werknemers die arbeidsongeschikt zijn, wijzigt de wet betreffende de verplichte verzekering gezondheidszorgen en uitkeringen door toevoeging van het volgende artikel: "Vrijwilligerswerk in de zin van de Wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van de vrijwilligers, wordt niet beschouwd als een activiteit op voorwaarde dat de geneesheer-adviseur vaststelt dat deze activiteit verenigbaar is met de algemene gezondheidstoestand van de belanghebbende." De wet stelt dus een principiële toelating. De enige voorwaarde is dat de geneesheer-adviseur vaststelt dat er medische verenigbaarheid is met de gezondheidstoestand van de vrijwilliger. En bij gebrek aan verdere preciseringen is het aangeraden de geneesheer-adviseur te informeren VOOR het begin van de activiteit en hem te laten vermelden dat er verenigbaarheid is tussen de activiteit van de werknemer en zijn gezondheidstoestand. Personen die daarentegen een uitkering krijgen van het Fonds voor Beroepsziekten of van het Fonds voor Arbeidsongevallen, zijn volledig vrij in het uitvoeren van vrijwilligerswerk. Zij moeten geen enkele formaliteiten vervullen De leefloontrekkers De genieters van een leefloon behouden hun volledig leefloon wanneer zij inkomsten genereren uit vrijwilligerswerk. Zij moeten wel vooraf het OCMW inlichten betreffende het vrijwilligerswerk De trekkers van uitkeringen voor personen met een handicap Een koninklijk besluit zal eveneens de voorwaarden en regels van cumul moeten bepalen van de uitkering voor personen met een handicap met de vergoedingen voor vrijwilligerswerk De trekkers van een gewaarborgd inkomen voor bejaarden De vergoedingen die worden toegekend in het bestek van de wet op vrijwilligerswerk zijn vandaag duidelijk uitgesloten uit de inkomsten van gepensioneerden die in aanmerking worden genomen voor de berekening van de toekenning of het behoud van het gewaarborgd inkomen De kinderbijslagtrekkers Luidens de wet zijn vergoedingen voor vrijwilligerswerk geen inkomsten in de zin van de regelgeving op de kinderbijslag. Dus vormen dergelijke vergoeding geen beletsel voor de betaling van kinderbijslag WAT ZEGT DE WET OVER AANSPRAKELIJKHEID? Op gebied van de regeling van de aansprakelijkheid en van de verzekering, is de organisatie aansprakelijk voor de schade die door de vrijwilliger aan derden wordt berokkend bij de uitvoering van het vrijwilligerswerk. De 9

10 vrijwilliger zal dus slechts aansprakelijk zijn voor zijn eigen bedrog of zware fout. Hij zal dus slechts aansprakelijk zijn voor zijn lichte fout wanneer deze fout eerder gewoonlijk voorkomt. Om de aansprakelijkheid van de organisatie te kunnen inroepen moeten er drie voorwaarden vervuld zijn: een persoonlijke fout van de vrijwilliger, ondergeschiktheid en een foute handeling met schadelijke gevolgen voor de getroffen derde. De relatie die er is tussen de organisatie en de vrijwilliger zal helemaal afhangen van de verplichtingsgraad die zij zich hebben opgelegd. Als er slechts een informatienota is, dan zal de organisatie de aquiliaanse aansprakelijkheid van haar vrijwilligers kunnen inroepen. Als de partijen daarentegen een partnershipovereenkomst hebben gesloten, dan zal de contractuele aansprakelijkheid van de vrijwilligers worden ingeroepen op basis van artikel 1137 van het Burgerlijk Wetboek. Niettegenstaande in zulk geval niets de organisatie zal beletten de aansprakelijkheid van de vrijwilliger in te roepen op basis van zijn aquiliaanse aansprakelijkheid(artikel 1382 van het B.W.). Dit gezegd zijnde, welke verzekeringen en voor wie? De organisaties zijn verplicht hun vrijwilligers te verzekeren tegen burgerlijke aansprakelijkheid. Vroeger waren alleen sommige organisaties verplicht hun vrijwilligers te verzekeren en zulks om te kunnen erkend of gesubsidieerd te worden. Zodoende zal de organisatie een verzekering aangaan inzake: burgerlijke aansprakelijkheid (met uitsluiting van de contractuele aansprakelijkheid) van de organisatie zelf; burgerlijke aansprakelijkheid (met uitsluiting van de contractuele aansprakelijkheid) van de vrijwilligers voor de schade die zij berokkenen aan de organisatie, aan andere vrijwilligers of aan derden in de uitvoering van de activiteit of tijdens hun verplaatsingen in het kader daarvan. Wat dat betreft blijkt dat men de kleine entiteiten heeft willen uitsluiten (wijkvereniging bijvoorbeeld). Hetgeen geleid heeft tot een betwistbaar onderscheid dat het volgende is: elke vzw, ook dus een organisatie met publieke rechtspersoonlijkheid zoals de lokale politie zal een dergelijke verzekering moeten sluiten. De vrijwilligers genieten dus de immuniteit en worden vrijgesteld van burgerrechtelijke aansprakelijkheid. De verplichting een verzekering aan te gaan slaat slechts op de buitencontractuele aansprakelijkheid, d.w.z. de aansprakelijkheid die voortvloeit uit een fout die schade berokkent aan een persoon waarmee geen contract werd gesloten. In haar contractuele betrekkingen met derden, staat het de vereniging vrij een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid aan te gaan. De verzekering gezinsaansprakelijkheid zal hun tegemoetkoming niet meer kunnen uitsluiten voor schade berokkend in de uitvoering van het vrijwilligerswerk. 10

11 De verzekering die door de organisatie wordt afgesloten, beschermt niet alleen de vrijwilliger, maar ook de organisatie zelf tegen zware schadeclaims. Een koninklijk besluit zal de dekking verleend door het verzekeringscontract kunnen uitbreiden tot de lichamelijke letsels opgelopen door de vrijwilligers en tot de juridische bescherming RELATIE TUSSEN DE VRIJWILLIGER EN DE PERSOON VOOR WIENS REKENING DE ACTIVITEIT WORDT VERRICHT De vrijwilligers worden niet beschouwd als loontrekkende, want een van de essentiële elementen van de arbeidsovereenkomst ontbreekt: het loon. Er is geen enkele beroepsrelatie tussen de vrijwilliger en de organisatie. Toch wordt in de meeste gevallen het vrijwilligerswerk in een positie van ondergeschiktheid verricht. Wil dat dan zeggen dat er geen verbintenis is? Van zodra de organisatie en de vrijwilliger het eens zijn, ontstaat de verbintenis. Wanneer de organisatie andere regels volgt, mogen deze niet in strijd zijn met de arbeidswetgeving en het strafrecht. Zodoende kunnen sommige bepalingen van het arbeidsrecht van toepassing zijn. Het zijn die waarvan het toepassingsgebied werd uitgebreid tot de personen die niet in het kader van een arbeidsovereenkomst arbeid verrichten onder het gezag van een ander persoon. Het betreft de arbeidsreglementering (zondagwerk, arbeidsduur, nachtwerk, op feestdagen). Dit doet ons vragen stellen omdat veel vrijwilligers 's avonds, in het weekend of vooral 's nachts hun vrijwilligersarbeid presteren. De organisatie moet ook de beginselen van gelijkheid en non-discriminatie respecteren. Er moet ook worden toegezien op de reglementering rond pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk. Tot slot moeten ook de voorschriften in het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming (ARAB) en de welzijnswet worden gerespecteerd. De vrijwilligers vallen ook binnen het toepassingsgebied van het strafrecht. De vrijwilliger komt immers vaak in aanmerking met persoonlijke informatie of neemt kennis van geheime informatie die hij niet zomaar mag verspreiden. Hoewel dit moeilijk valt te controleren, is het belangrijk om de vrijwilliger op de wettelijke regelgeving daaromtrent te wijzen, omdat hij zich anders blootstelt aan de sancties voorzien in deze wetgeving. Het wijzen op het naleven van het beroepsgeheim is overigens een informatieplicht in hoofde van de vrijwilligersorganisatie. Een afwijking is mogelijk in de medische en sociale sector. Het gaat hier om de figuur van het gedeelde beroepsgeheim. Door de evoluties in hulpverlening en dienstverlening is het soms noodzakelijk om informatie te delen met andere hulpverleners. Wanneer dit gebeurt met personen die gehouden zijn aan het beroepsgeheim, spreken we van een gedeeld beroepsgeheim. Het begrip gedeeld beroepsgeheim mag zeker geen aanleiding geven om verkregen informatie vrij te delen. In die omstandigheden moet dat de organisatie op voorhand duidelijk stellen welke informatie noodzakelijk en in het belang van de betrokkene met de andere hulpverleners mag worden gedeeld. Telkens vrijwilligerswerk wordt verricht in dienst van de Staat of van een openbare instelling, is het ambtenarenrecht/administratief van toepassing. 11

12 Zodoende zal de organisatie, bij ontstentenis van enig gezag over de activiteiten van haar vrijwilligers, er niet toe gehouden zijn die bepalingen in acht te nemen VERGOEDING VRIJWILLIGERS EN SOCIAAL EN FISCAAL REGIME De vrijwilligers die werken in een organisatie worden niet als loontrekkenden beschouwd. Vrijwilligerswerk is dan wel per definitie onbezoldigd, maar dat belet niet dat de vrijwilliger de werkelijke kosten die hij gemaakt heeft in het kader van die activiteit, terugbetaald krijgt. De vergoedingen die worden uitgekeerd als terugbetaling van kosten gemaakt door de vrijwilliger, zijn niet onderworpen aan sociale zekerheidsbijdragen noch belastbaar indien tegelijkertijd aan de volgende voorwaarden voldaan is: de activiteiten van de vrijwilliger gebeuren voor rekening van een club, federatie, vereniging, instelling, overheidsinstantie of een andere organisatie die geen winstgevend doel nastreeft, ten behoeve van anderen of van de samenleving; de vrijwilliger oefent geen andere of gelijkaardige activiteiten uit in het kader van een arbeidsovereenkomst, een statutaire aanstelling of een aannemingscontract voor rekening van dezelfde club, federatie, vereniging, instelling, overheidsinstantie of organisatie die geen winstgevend doel nastreeft. de vergoeding die de vrijwilliger voor zijn inzet voor de gezamenlijke activiteiten ontvangt, overschrijdt bepaalde bedragen niet. Vanaf 1 januari 2011 (aanslagjaar 2012) zijn de grenzen vastgesteld op: o 31,44 EUR per dag en o 1257,51 EUR per kalenderjaar De voornoemde vergoedingen worden beschouwd als terugbetaling van kosten die de begunstigden gemaakt hebben in het kader van een of andere activiteit, waaraan, zo mag men stellen, zij hun vrije tijd besteden zodat het niet kan gaan om beroepsinkomsten. Zo gaat het om de kosten van de verplaatsingen met een eigen of gemeenschappelijk vervoermiddel tussen de woning van de vrijwilliger en de zetel van de organisatie of de plaatsen die verband houden met de activiteit van de vereniging (competities, conferenties, manifestaties,...) de verblijfskosten (eten en drank), alle andere kosten waarvoor gewoonlijk geen bewijsstukken worden voorgelegd (klein materieel, telefoon, fax, briefwisseling, gebruik van internet,...). Zodoende zal de vrijwilliger de realiteit van deze kosten niet moeten bewijzen, op voorwaarde dat de vergoedingen de bovengenoemde bedragen niet overschrijden. Grotere bedragen dan de forfaitaire bedragen kunnen als vergoeding worden toegekend, op voorwaarde dat het realiteit en het bedrag van de kosten wordt bewezen met bewijskrachtige documenten. Indien dat bewijs niet wordt geleverd, dan zijn de gewone fiscale en sociale inhoudingen van kracht. De persoon die dat werk verricht zal dan immers niet meer kunnen worden beschouwd als een vrijwilliger. De organisatie beslist vrij of zij de vrijwilliger al dan niet zal vergoeden. Dit is immers geen verplichting. De organisatie mag werken met forfaitaire vergoedingen of een reële kostenvergoeding, maar voor eenzelfde vrijwilliger mag hun keuze niet worden veranderd in de loop van eenzelfde kalenderjaar. Een vrijwilliger die actief is in verschillende organisaties moet op dezelfde manier worden vergoed in alle organisaties waar hij vrijwilligerswerk verricht. 12

13 Bovendien is cumul van een forfaitaire vergoeding en een vergoeding voor reële kosten niet mogelijk. Vanaf 29 mei 2009 is er een uitzondering op die regel: de forfaitaire vergoeding zal mogen gecumuleerd worden met de vergoeding voor reële verplaatsingskosten. Er is nochtans een grens aan deze uitzondering: de samenvoeging is beperkt tot maximum 2000 kilometer per jaar en per vrijwilliger. Met betrekking tot het gebruik van een eigen voertuig worden die reële verplaatsingskosten vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 13 van het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende de algemene regeling inzake verplaatsingskosten. De reële verplaatsingskosten verbonden aan het gebruik van een eigen fiets worden vastgesteld in toepassing van artikel 6 van het koninklijk besluit van 20 april 1999 dat een fietsvergoeding toekent aan de personeelsleden van sommige openbare diensten. Het maximumbedrag dat kan worden toegekend mag niet groter zijn dan 2000 maal de kilometervergoeding vastgesteld in artikel 13 van het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende de algemene regeling inzake verplaatsingskosten. Dus als de vrijwilliger zich verplaatst met zijn eigen voertuig, dan zal hij het forfaitair dag/jaarbedrag en een kilometervergoeding ontvangen die niet groter is dan 2000 X 0,3352 EUR. Het betreft de verplaatsingen in het kader van opdrachten voor de vrijwilligersorganisatie. Kosten gemaakt buiten de uitvoering van opdrachten worden gedekt door het forfaitair bedrag. Het is niet mogelijk die bedragen bij verschillende organisaties te cumuleren. Er wordt de organisaties dus aangeraden een attest op erewoord te laten ondertekenen waarin de vrijwilliger verklaart dat hij uit zijn vrijwilligerswerk geen vergoedingen puurt die hoger zijn dan de toegestane bedragen. Want als er geen fiscale fiches moeten worden opgemaakt voor de vergoedingen die overeenstemmen met de wet dan moeten ze toch worden opgesteld als die voorwaarden niet meer vervuld zijn en de organisatie zal eventueel een boete van 300 % voor geheime commissielonen kunnen aangesmeerd krijgen. De uitsluiting uit het stelsel van de sociale zekerheid van de werknemers als vrijwilliger geldt niet voor de vrijwillige brandweerlieden, de vrijwillige leden van de civiele bescherming en de vrijwilligers in diensten die zijn ingeschakeld in de dringende geneeskundige hulpverlening. 13

14 2. BEVRAGING LOKALE POLITIEZONES Op basis van bovenstaande schets is duidelijk welke wettelijke mogelijkheden er zijn om vrijwilligers in te zetten in België. Met het oog op de eventuele voordelen van een dergelijke inzet voor de politie heeft de VCLP begin juli 2013 via een bevraging gepeild naar de huidige situatie in de politiezones en de mogelijke toekomstperspectieven. Deze bevraging werd verstuurd naar de korpschefs van de 195 Belgische lokale politiezones. De Vlaamse politiezones kregen een Nederlandstalige versie van de vragenlijst toegestuurd, de Waalse politiezones een Franstalige versie. De Brusselse politiezones kregen de vrije keuze om een Nederlandstalige of Franstalige versie van de vragenlijst in te vullen. De vragenlijst werd in totaal ingevuld door 126 van de 195 lokale politiezones. In totaal werden 84 Nederlandstalige en 42 Franstalige versies ingevuld. Omdat niet kan worden achterhaald of de Brusselse politiezones een Nederlandstalige of Franstalige versie van de vragenlijst hebben ingevuld, zal doorheen het analyserapport het onderscheid gehanteerd worden tussen de Nederlandstalige politiezones (deze hebben een Nederlandstalige versie van de vragenlijst ingevuld) en de Franstalige politiezones (deze hebben een Franstalige versie van de vragenlijst ingevuld). De vragenlijst werd als volgt opgesteld: *Vereist 1. Heeft u in het verleden al vrijwilligers ingezet in uw politiezone, al dan niet in het raam van de wet van 3 juli 2005?* Ja (ga verder naar vraag 2) Neen (ga verder naar vraag 3) 2. Op welke manier werden er in het verleden vrijwilligers ingezet in uw politiezone, al dan niet in het raam van de wet van 3 juli 2005?* In het raam van burenbemiddeling Als gemachtigd opzichter Als diefstalpreventieadviseur (DPA) In het raam van afwezigheidstoezicht Als BIN-coördinator Anders: 3. Worden er op dit moment al vrijwilligers ingezet in uw politiezone, al dan niet in het raam van de wet van 3 juli 2005?* Ja (ga verder naar vraag 4) Neen (ga verder naar vraag 5) 4. Op welke manier worden er momenteel vrijwilligers ingezet in uw politiezone, al dan niet in het raam van de wet van 3 juli 2005?* In het raam van burenbemiddeling Als gemachtigd opzichter Als diefstalpreventieadviseur (DPA) 14

15 In het raam van afwezigheidstoezicht Als BIN-coördinator Anders: 5. Wilt u in de toekomst vrijwilligers (blijven) inzetten in uw politiezone, in het raam van de wet van 3 juli 2005?* Ja (ga verder naar vraag 6) Neen (ga verder naar vraag 8) 6. Op welke manier wilt u in de toekomst vrijwilligers inzetten in uw politiezone, in het raam van de wet van 3 juli 2005?* In het raam van burenbemiddeling Als gemachtigd opzichter Als diefstalpreventieadviseur (DPA) In het raam van afwezigheidstoezicht Als BIN-coördinator Anders: 7. Om welke redenen zou u ervoor kiezen om vrijwilligers in te schakelen?* 8. Welke zijn volgens u de voordelen van het werken met vrijwilligers?* 9. Welke zijn volgens u de nadelen van het werken met vrijwilligers?* 10. Welke zijn volgens u randvoorwaarden om te kunnen werken met vrijwilligers?* 11. Heeft u nog verdere opmerkingen? 2.1. ALGEMENE INZET VRIJWILLIGERS Verleden Ja; 45 Neen; 81 In het verleden hebben 45 van de 126 politiezones vrijwilligers ingezet, al dan niet in het raam van de wet van 3 juli Het betrof 38 Nederlandstalige en 7 Franstalige politiezones. 15

16 Heden Ja; 47 Neen; 79 Momenteel worden in 47 van de 126 politiezones vrijwilligers ingezet, al dan niet in het raam van de wet van 3 juli Het gaat specifiek om 40 Nederlandstalige en 7 Franstalige politiezones Toekomst Neen; 44 Ja; 82 In de toekomst wil de meerderheid van de lokale politiezones in België werken met vrijwilligers. Concreet zijn 82 politiezones bereid vrijwilligers in te zetten op hun grondgebied. Het betreft 61 Nederlandstalige en 21 Franstalige politiezones. Opvallend is dat vooral de deelnemende Nederlandstalige politiezones werken of gewerkt hebben met vrijwilligers, en ook bereid zijn deze trend verder te zetten INZETMOGELIJKHEDEN VOOR VRIJWILLIGERS Verleden Gemachtigd opzichter 25 Andere 17 BIN-coördinator 12 DPA Burenbemiddeling

17 In het verleden werden in de meeste deelnemende politiezones (25 van de 126 politiezones) vrijwilligers ingezet als gemachtigd opzichter. Concreet was dit het geval in 20 Nederlandstalige en 5 Franstalige politiezones. De optie andere houdt de inzet in van vrijwilligers in het kader van administratieve en logistieke bijstand, evenementen, opendeurdagen, het beheer van de website van het korps, het onthaal, fietsgravering, groenonderhoud en wijkbevragingen. 17 deelnemende politiezones gaven aan vrijwilligers op een van deze manier in te zetten. Het ging specifiek om 2 Franstalige en 15 Nederlandstalige politiezones Heden Gemachtigd opzichter 25 BIN-coördinator 20 Andere 16 Burenbemiddeling 5 DPA 4 Afwezigheidstoezicht 1 Momenteel worden nog steeds in 25 van de 126 deelnemende politiezones vrijwilligers ingezet als gemachtigd opzichter. Het betreft 23 Nederlandstalige en 2 Franstalige politiezones. De optie andere werd gekozen door zones die vrijwilligers inzetten in het kader van administratieve en logistieke bijstand, afwezigheidstoezicht, het onthaal, het beheer van de website van het korps, fietsgravering, groenonderhoud of als hulpdienst. In 14 Nederlandstalige en 2 Franstalige politiezones werden vrijwilligers op een van deze manieren ingezet Toekomst Andere 48 Gemachtigd opzichter 44 DPA BIN-coördinator Burenbemiddeling 24 Afwezigheidstoezicht 12 De meeste deelnemende politiezones (48 van de 126 politiezones) willen in de toekomst vrijwilligers inzetten op een van de volgende manieren: als gemeenschapswacht, voor redactionele taken, voor statistische analyses, in het kader van groenonderhoud/infrastructurele maatregelen, in het kader van de verkeersveiligheid, in het kader van de opsporing van vermiste personen, in het kader van afwezigheidstoezicht, in het kader van sportevenementen, in het kader van socio-culturele gebeurtenissen, in het kader van diefstalpreventie voor voertuigen, voor het houden van toezicht op parkings, voor de overbrenging van gerechtelijke post tussen het paleis en de zone en in het kader van het onthaal. In 31 Nederlandstalige en 17 Franstalige politiezones werden vrijwilligers op een van deze manieren ingezet. Ook als gemachtigd opzichter zouden heel wat deelnemende zones (34 Nederlandstalige en 10 Franstalige politiezones) in de toekomst vrijwilligers willen inzetten. 17

18 2.3. REDENEN VOOR INZET VRIJWILLIGERS Verhogen veiligheidsgevoel; 2 Geïntegreerde aanpak veiligheidsproblemen; 2 Empowerment; 2 Opvang gepensioneerde collega's; 2 Betere dienstverlening; 3 Capaciteitswinst; 37 Flexibiliteit; 4 Kennis; 5 Draagvlak voor politionele werking; 9 Motivatie; 11 Gemeenschapsgerichte werking; 24 Financieel voordeel; 18 De belangrijkste redenen voor het inzetten van vrijwilligers binnen de politie zijn de capaciteitswinst (aangegeven door 37 politiezones, waarvan 27 Nederlandstalige en 10 Franstalige), de gemeenschapsgerichte werking (aangegeven door 24 politiezones, waarvan 17 Nederlandstalige en 7 Franstalige), het financieel voordeel (aangegeven door 18 politiezones, waarvan 16 Nederlandstalige en 2 Franstalige), de motivatie (aangegeven door 11 Nederlandstalige politiezones) en het draagvlak voor de politionele werking (aangegeven door 9 Nederlandstalige politiezones). Met gemeenschapsgerichte werking wordt bedoeld dat vrijwilligers betrokken worden bij het politiewerk en dat zij gewezen worden op hun verantwoordelijkheden in het kader van het politiewerk, meer specifiek met betrekking tot de filosofie van de gemeenschapsgerichte politiezorg. Het draagvlak voor de politionele werking houdt in dat vrijwilligers de legitimiteit van de politie erkennen doordat ze de politie leren kennen, dat het imago van de politie wordt versterkt door het werken met vrijwilligers, dat de gesloten politiecultuur wordt doorbroken en dat de politiewerking transparanter wordt door het werken met vrijwilligers en dat het inzetten van vrijwilligers drempelverlagend kan werken voor de burgers die een beroep wensen te doen op de politie. 18

19 Andere redenen zijn het feit dat de kennis aangebracht door vrijwilligers een meerwaarde kan zijn, de flexibiliteit van de vrijwilligers, de verbetering van de dienstverlening, de opvang van gepensioneerde collega s, de geïntegreerde aanpak van veiligheidsproblemen, het verhogen van het veiligheidsgevoel, de diversiteit, de kwaliteit van het werk, de mogelijke recruteringsbasis, net-widening, de sociale bijdrage aan de maatschappij, het verhogen van de zichtbaarheid en aanwezigheid en het feit dat vrijwilligers gemakkelijk af te danken zijn. Eén Franstalige politiezone geeft aan een samenwerking met de stadsdiensten zinvoller te vinden dan een samenwerking met vrijwilligers VOORDELEN VAN INZET VRIJWILLIGERS Betere dienstverlening; 2 Geen; 5 Vergroten recruteringsbasis; 5 Kennis en ervaring; 12 Makkelijk einde te stellen aan contract; Bezetting van het (grootste) terrein; 2 2 Opvang gepensioneerde collega's; 2 Onafhankelijkheid; 2 Geïntegreerde werking; 2 Kwaliteit van het werk; 3 Capaciteitswinst; 45 Flexibiliteit; 15 Draagvlak voor politionele werking; 16 Financieel voordeel; 42 Gemeenschapsgerichte werking; 37 Motivatie; 38 De belangrijkste voordelen die de deelnemende politiezones verbinden aan de inzet van vrijwilligers binnen de politie zijn de capaciteitswinst (aangegeven door 45 politiezones, waarvan 34 Nederlandstalige en 11 Franstalige), het financieel voordeel (aangegeven door 42 politiezones, waarvan 29 Nederlandstalige en 13 Franstalige), de motivatie (aangegeven door 38 politiezones, waarvan 30 Nederlandstalige en 8 Franstalige politiezones), de gemeenschapsgerichte werking (aangegeven door 37 politiezones, waarvan 26 Nederlandstalige en 11 Franstalige), het draagvlak voor de politionele werking (aangegeven door 16 politiezones, waarvan 12 Nederlandstalige en 4 Franstalige politiezones), de flexibiliteit (aangegeven door 19

20 15 politiezones, waarvan 10 Nederlandstalige en 5 Franstalige politiezones) en de kennis en ervaring (aangegeven door 12 politiezones, waarvan 9 Nederlandstalige en 3 Franstalige politiezones). Met gemeenschapsgerichte werking wordt bedoeld dat vrijwilligers betrokken worden bij het politiewerk; dat zij gewezen worden op hun verantwoordelijkheden in het kader van het politiewerk, meer specifiek met betrekking tot de filosofie van de gemeenschapsgerichte politiezorg, dat er een betere samenwerking ontstaat tussen burgers en politiepersoneel en dat er sprake is van reïntegratie in de samenleving. Het draagvlak voor de politionele werking houdt in dat vrijwilligers de legitimiteit van de politie erkennen doordat ze de politie leren kennen, dat het imago van de politie wordt versterkt door het werken met vrijwilligers, dat er wordt gewerkt met een open geest, dat de politiewerking transparanter wordt door het werken met vrijwilligers en dat het inzetten van vrijwilligers drempelverlagend kan werken voor de burgers die een beroep wensen te doen op de politie. Andere voordelen zijn het vergroten van de recruteringsbasis, de kwaliteit van het werk, de geïntegreerde werking, een betere dienstverlening, de onafhankelijkheid van de vrijwilligers, de opvang van gepensioneerd collega s, de bezetting van het terrein, het feit dat het contract van vrijwilligers makkelijk te beëindigen is, de diversiteit, de innovatie, de interne cultuuromslag, de link met sleutelfiguren in de wijkwerking, meer sociale controle, een ontwapenend effect, projectwerking, de responsabilisering van andere diensten en partners, de scopeverbreding, de sociale bijdrage aan de maatschappij, het feit dat het korps taken waarvoor geen politiebevoegdheid noodzakelijk is in eigen beheer heeft, het tegengaan van politiecentrisme (gebrek aan externe gerichtheid, het in zichzelf gekeerd zijn van de organisatie), het versterken van de zelfredzaamheid van de burgers, het behartigen van de lokale belangen en de mogelijkheid tot partnerschap op basis van noden en behoeften van vrijwilligers. Vijf deelnemende politiezones (waarvan 1 Nederlandstalige en 4 Franstalige) geven aan geen behoefte te hebben aan vrijwilligers of geen voordelen te zien in een inzet van vrijwilligers. 20

21 2.5. NADELEN VAN INZET VRIJWILLIGERS Gebrek aan administratieve vereenvoudiging; 3 Veiligheidsrisico; 3 Versnippering politiewerk; 3 Imagoschade; 3 Beweegredenen; 4 Controle; 4 Financiële bedenkingen; 5 Beperkte inzetmogelijkheden; 6 Geen; 6 Beschikbaarheid; 39 Begeleiding; 26 Betrouwbaarheid; 6 Beroepsgeheim; 15 Beperkte bevoegdheden en verantwoordelijkheden; 7 Weerstand politiepersoneel en/of vakbonden; 8 Gebrek aan kennis en/of ervaring; 8 Selectie; 12 Wettelijk kader; 12 Onduidelijk voor bevolking; 9 Gebrek aan gezag; 9 Professionaliteit; 11 Machtsmisbruik; 11 De nadelen die door de meeste deelnemende politiezones worden ervaren bij het inzetten van vrijwilligers zijn de beschikbaarheid (aangegeven door 39 politiezones, waarvan 28 Nederlandstalige en 11 Franstalige), de begeleiding (aangegeven door 26 politiezones, waarvan 24 Nederlandstalige en 2 Franstalige), het beroepsgeheim (aangegeven door 15 politiezones, waarvan 9 Nederlandstalige en 6 Franstalige), het wettelijk kader (aangegeven door 12 politiezones, waarvan 4 Nederlandstalige en 8 Franstalige), de selectie (aangegeven door 12 politiezones, waarvan 9 Nederlandstalige en 3 Franstalige), machtsmisbruik (aangegeven door 11 politiezones, waarvan 7 Nederlandstalige en 4 Franstalige) en een gebrek aan professionaliteit (aangegeven door 11 politiezones, waarvan 3 Nederlandstalige en 8 Franstalige). Het nadeel op vlak van beschikbaarheid heeft betrekking op het feit dat er mogelijk niet voldoende kandidaten zijn, het feit dat de inzet van vrijwilligers vrijblijvend is omdat ze niet contractueel gebonden zijn, het feit dat vrijwilligers soms moeilijk inzetbaar of niet flexibel zijn, het feit dat er geen minimumduur voor de inzet van vrijwilligers is bepaald en het risico op een groot verloop van vrijwilligers. Het feit dat er begeleiding moet worden voorzien, vormt voor sommige zones een nadeel omdat opleiding, begeleiding, omkadering en controle van vrijwilligers tijd en capaciteit vragen van het politiepersoneel, omdat deze begeleiding kwalitatief genoeg moet zijn en omdat er soms niet voldoende in dergelijke begeleiding kan worden voorzien. Het nadeel 21

22 op vlak van het wettelijk kader houdt in dat er een gebrek is aan wettelijke omkadering en dat moet worden toegezien op de naleving van het wettelijk kader. Op vlak van de selectie kan het nadeel betrekking hebben op de afwezigheid van selectiecriteria, op fouten bij de selectie of screening van kandidaten, op de problematiek van het uitvoeren van een screening voor alle kandidaten en op het feit dat er een competentieprofiel moet worden gehanteerd als garantie dat de juiste personen worden geselecteerd. Op vlak van professionaliteit ervaren bepaalde zones een nadeel omdat er sprake is van een tekort aan kwaliteitsvolle vrijwilligers, van de perceptie van een minderwaardige politie te vormen door de inzet van vrijwilligers, van het creëren van een ongeloofwaardige politie door de inzet van vrijwilligers en van het feit dat vrijwilligers een last kunnen worden voor het korps wanneer zij niet (meer) voldoen aan de verwachtingen. Andere nadelen die door de deelnemende zones worden ervaren, zijn een gebrek aan gezag doordat er geen hiërarchische band is, onduidelijkheid voor de bevolking omdat vrijwilligers niet herkenbaar zijn en zich niet kunnen beroepen op het gezag dat politiepersoneel wel heeft, een gebrek aan kennis en/of ervaring, weerstand van het politiepersoneel en/of de vakbonden, de beperkte bevoegdheden en verantwoordelijkheden, een gebrek aan betrouwbaarheid, de beperkte inzetmogelijkheden, het feit dat er geen of een te lage financiële vergoeding wordt voorzien voor de vrijwilligers, een gebrek aan controle of het moeilijk controleerbaar zijn van de vrijwilligers, onzekerheid over de beweegredenen van de vrijwilligers, imagoschade, versnippering van het politiewerk, een veiligheidsrisico voor de vrijwilligers, een gebrek aan administratieve vereenvoudiging doordat het inzetten van vrijwilligers zorgt voor bijkomende administratie, het feit dat het inzetten van vrijwilligers een tijdelijke oplossing is, het verzwakken van de aandacht voor een geïntegreerde aanpak, de voor vrijwilligers onbekende cultuur binnen het korps, het stijgen van de verwachtingen naar het politiepersoneel toe door het inzetten van vrijwilligers, een gebrek aan een procedure in geval van incidenten, een gebrek aan motivatie, het aantrekken van een bepaalde doelgroep als vrijwilliger (werklozen, gepensioneerden, arbeidsongeschikten, bejaarden), het feit dat het inzetten van vrijwilligers een belemmering vormt voor werkzoekenden, een gebrek aan betrokkenheid vanwege de vrijwilligers, het stijgen van de werkdruk doordat er meer meldingen zullen worden ontvangen, deontologische problemen, fysieke paraatheid, het niet testen van het psychologisch evenwicht van de vrijwilligers, het feit dat oneigenlijke politietaken beter aan andere bevoegde instanties worden toegekend i.p.v. aan vrijwilligers, de onvoorspelbaarheid van vrijwilligers, een gebrek aan privacy, een gebrek aan structuur in de bezetting, een te hoge motivatie van de vrijwilligers, onduidelijkheid betreffende de verzekering van vrijwilligers, risico dat vrijwilligers niet als evenwaardig aan politiepersoneel worden beschouwd, het beheersen van de communicatie, hoge opleidingskosten, een gebrek aan een juiste mentaliteit in de samenleving, aanvragen tot regularisatie/legitimatieaanvragen vanwege personeel dat opeens als vrijwilliger wordt beschouwd, mogelijke infiltratie, het indruisen van de inzet van vrijwilligers om financiële redenen tegen het principe van vrijwilligheid, de terughoudendheid vanwege de vrijwilligers, de nood aan afstemming tussen vrijwilligers en politiepersoneel over gemeenschappelijke doelstellingen en de werkdiscipline van de vrijwilligers. Zes politiezones geven aan geen nadelen te zien in een inzet van vrijwilligers. 22

Vrijwilligers: een nieuwe toekomst voor de politie?

Vrijwilligers: een nieuwe toekomst voor de politie? Vrijwilligers: een nieuwe toekomst voor de politie? Inhoud Inzet vrijwilligers politie België: wettelijk kader Mogelijkheden inzet vrijwilligers bij politie in België Politie in bijberoep Conclusie 1 Hoge

Nadere informatie

Kunnen vrijwilligers bij de politie aan de slag?

Kunnen vrijwilligers bij de politie aan de slag? Kunnen vrijwilligers bij de politie aan de slag? ANALYSE WERKGROEP VASTE COMMISSIE VAN DE LOKALE POLITIE Overzicht uiteenzetting Mogelijkheden inzet vrijwilligers politie België Politie in bijberoep Conclusie

Nadere informatie

Wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers (B.S.29.VIII.2005) 1

Wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers (B.S.29.VIII.2005) 1 Wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers (B.S.29.VIII.2005) 1 HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen HOOFDSTUK II. - Definities HOOFDSTUK III. - De organisatienota HOOFDSTUK IV. - Aansprakelijkheid

Nadere informatie

Wet van 3 JULI 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers, B.S., 29 agustus 2005

Wet van 3 JULI 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers, B.S., 29 agustus 2005 Wet van 3 JULI 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers, B.S., 29 agustus 2005 HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Nadere informatie

Wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers (B.S.29.VIII.2005) 1

Wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers (B.S.29.VIII.2005) 1 Wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers (B.S.29.VIII.2005) 1 HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen HOOFDSTUK II. - Definities HOOFDSTUK III. [De informatieplicht] HOOFDSTUK IV. - Aansprakelijkheid

Nadere informatie

VRIJWILLIGERSWERK INFORMATIEPLICHT

VRIJWILLIGERSWERK INFORMATIEPLICHT VRIJWILLIGERSWERK Sinds 1 augustus 2006 is de hernieuwde wet op het vrijwilligerswerk van kracht. Deze wet legt vast wat onder de vorm van vrijwilligerswerk mogelijk is en op welke manier dit dient te

Nadere informatie

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin J U S T E L - Geconsolideerde wetgeving Einde Eerste woord Laatste woord Wijziging(en) Aanhef Inhoudstafel 2 gearchiveerde versies Franstalige versie Raad van State belgiëlex. be - Kruispuntbank Wetgeving

Nadere informatie

Vrijwilligerswetgeving

Vrijwilligerswetgeving Vrijwilligerswetgeving Titel: Wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers Wet houdende diverse bepalingen (B.S. 30-12-05) Wet van 19 juli 2006 tot wijziging van de wet van 3 juli 2005

Nadere informatie

DE RECHTEN VAN DE VRIJWILLIGER EN PLICHTEN VAN DE ORGANISATIE. 1. Situering algemene informatie over het aantal vrijwilligers

DE RECHTEN VAN DE VRIJWILLIGER EN PLICHTEN VAN DE ORGANISATIE. 1. Situering algemene informatie over het aantal vrijwilligers DE RECHTEN VAN DE VRIJWILLIGER EN PLICHTEN VAN DE ORGANISATIE 1. Situering algemene informatie over het aantal vrijwilligers 2. Wettelijke initiatieven 1) wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van

Nadere informatie

Info Vrijwilligerswerk

Info Vrijwilligerswerk Info Vrijwilligerswerk Wat is vrijwilligerswerk? wanneer mensen zich inzetten in een organisatie die geen winst nastreeft; ze dit onbezoldigd doen: vrijwilligerswerk wordt nooit betaald. Vrijwilligers

Nadere informatie

Eindelijk een statuut voor de vrijwilliger

Eindelijk een statuut voor de vrijwilliger Eindelijk een statuut voor de vrijwilliger Inhoud van de toelichting Historiek Krachtlijnen van de wet En verder? Historiek Legislatuur 1999-2003 Verschillende studies over vrijwilligerswerk Twee wetsvoorstellen

Nadere informatie

INFORMATIENOTA. 1.Organisatie. Stad en OCMW Bree. OCMW Bree Peerderbaan 37 3960 Bree Tel. 089 84 85 00 E-mail ocmw@bree.be

INFORMATIENOTA. 1.Organisatie. Stad en OCMW Bree. OCMW Bree Peerderbaan 37 3960 Bree Tel. 089 84 85 00 E-mail ocmw@bree.be INFORMATIENOTA Stad en 1.Organisatie 1.1.Contactgegevens Vrijthof 10 Tel. 089 84 85 00 E-mail info@bree.be Peerderbaan 37 Tel. 089 84 85 00 E-mail ocmw@bree.be 1.2.Doelstelling 1.2.1 De gemeente regelt

Nadere informatie

GUIDELINES VRIJWILLIGERSWERK IN DE SPORT

GUIDELINES VRIJWILLIGERSWERK IN DE SPORT GUIDELINES VRIJWILLIGERSWERK IN DE SPORT Bram De Bock INHOUDSOPGAVE Vrijwilligerswerk: een kennismaking 2 Aandachtspunten 3 Vergoedingen 4 Stappenplan 5 Meer weten? 5 Bijlage 1: Modelovereenkomst vrijwilligerswerk

Nadere informatie

Vrijwilligers en PAB

Vrijwilligers en PAB Vrijwilligers en PAB 1 Inhoud 1. Vrijwilligerswerk: wat en voor wie?... 3 1.1 Wat is vrijwilligerswerk?... 3 1.2 Wat mag een vrijwilliger doen?... 4 1.3 Wie kan vrijwillige assistent worden?... 4 2. Vrijwillige

Nadere informatie

WET OP HET VRIJWILLIGERSWERK

WET OP HET VRIJWILLIGERSWERK WET OP HET VRIJWILLIGERSWERK 1.1. DEFINITIES: Vrijwilligerswerk: Feitelijke vereniging: dient verricht te worden ten behoeve van andere personen, een groep, een organisatie of de samenleving in zijn geheel

Nadere informatie

Wet betreffende de rechten van de vrijwilliger

Wet betreffende de rechten van de vrijwilliger Wet betreffende de rechten van de vrijwilliger De wet betreffende de rechten van de vrijwilliger (3 juli 2005, gewijzigd door de Wet houdende Diverse bepalingen van 27/12/2005) is aangepast. De nieuwe

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk en PAB / PGB HANDLEIDING VOOR BUDGETHOUDERS DIE WERKEN MET VRIJWILLIGE ASSISTENTEN

Vrijwilligerswerk en PAB / PGB HANDLEIDING VOOR BUDGETHOUDERS DIE WERKEN MET VRIJWILLIGE ASSISTENTEN Vrijwilligerswerk en PAB / PGB HANDLEIDING VOOR BUDGETHOUDERS DIE WERKEN MET VRIJWILLIGE ASSISTENTEN Laatst aangepast: 28/08/2012 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Vrijwilligerswerk: wat en voor wie?...

Nadere informatie

R.I.Z.I.V. Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering

R.I.Z.I.V. Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering R.I.Z.I.V. Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering Uitkeringen Omzendbrief VI nr 2019/133 van 16 april 2019 47ter/2 Van toepassing vanaf 21 april 2019 Vervangt omzendbrief nr 2007/46 van

Nadere informatie

Als vrijwilliger aan de slag?

Als vrijwilliger aan de slag? Als vrijwilliger aan de slag? Dit kan, samen met (Samen Op Stap) Beste vrijwilliger, Eerst en vooral bedankt om als vrijwilliger aan de slag te willen gaan. Vrijwilligers maken echt wel het verschil!!

Nadere informatie

GRATIS VRIJWILLIGERSVERZEKERING: REGLEMENT

GRATIS VRIJWILLIGERSVERZEKERING: REGLEMENT GRATIS VRIJWILLIGERSVERZEKERING: REGLEMENT Dit Reglement regelt de modaliteiten inzake het aanbieden van een Collectieve Verzekering vrijwilligerswerk, gefinancierd met middelen van de Vlaamse Overheid,

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk en PAB

Vrijwilligerswerk en PAB Vrijwilligerswerk en PAB Waarvoor staat Onafhankelijk Leven vzw? 1. Visie Onafhankelijk Leven vzw gaat met volle kracht voor een samenleving waar alle personen met beperking controle hebben over hun leven,zodat

Nadere informatie

Versie DEEL VII Titel II Toelage voor de secretaris Inhoudstafel

Versie DEEL VII Titel II Toelage voor de secretaris Inhoudstafel Versie 04-03-2011 DEEL VII Titel II Toelage voor de secretaris Inhoudstafel 1. Samenvattende tabel 2. Wettelijke en reglementaire grondslagen 3. Begunstigden 3.1 Eengemeentepolitiezone 3.2 Meergemeentepolitiezone

Nadere informatie

Halftijds brugpensioen

Halftijds brugpensioen Halftijds brugpensioen //dossier Eindeloopbaan Inhoud Wat verstaat men onder halftijds brugpensioen?... 01 Onder welke voorwaarden krijgt men toegang tot het halftijds brugpensioen?... 01 Welke procedure

Nadere informatie

Vrijwilligers zonder werk?

Vrijwilligers zonder werk? 22/11/2011 Vrijwilligers zonder werk? Verenigingen kunnen voor het jaar 2011 aan hun vrijwilligers een kostenvergoeding toekennen van maximum 30,82 per dag of 1.232,92. Deze kostenvergoeding kan niet gecombineerd

Nadere informatie

Brochure vrijwilligerswerk

Brochure vrijwilligerswerk Brochure vrijwilligerswerk in samenwerking met INHOUDSTAFEL Richtlijnen vrijwilligerswerk binnen PVB p.3 Wat zegt de wet over vrijwilligerswerk? p.4 Wie mag vrijwilligerswerk doen? p.5 Hoe inschrijven

Nadere informatie

de vrijwilligers verzekeren?

de vrijwilligers verzekeren? de vrijwilligers verzekeren? Dit kan, samen met (Samen Op Stap) SOS Vrijwilligers INHOUDSTAFEL Inschrijven bij SOS Vrijwilligers Kostprijs De vrijwilliger betalen Hoe worden onkosten geregistreerd Wat

Nadere informatie

INFORMATIENOTA. Feitelijke vereniging.

INFORMATIENOTA. Feitelijke vereniging. INFORMATIENOTA 1. Organisatie Adres Tel.nr e-mail Sociale doelstelling Juridisch statuut Voorbeelden: VZW-IVZW (internationaal) Gemeente, OCMW, gemeentelijke VZW Stichting/Instelling van Openbaar Nut Intercommunale:

Nadere informatie

De vrijwilliger in de zorgsector. Gert Geerts & Tom Peeters

De vrijwilliger in de zorgsector. Gert Geerts & Tom Peeters De vrijwilliger in de zorgsector Gert Geerts & Tom Peeters Inhoud I. Inleiding II. Bronnen III. Kenmerken vrijwilligerswerk IV. Aansprakelijkheid en verzekering M.b.t. de aansprakelijkheid M.b.t. de immuniteit

Nadere informatie

NAAR EEN VERSTERKING VAN HET VRIJWILLIGERSSTATUUT

NAAR EEN VERSTERKING VAN HET VRIJWILLIGERSSTATUUT NAAR EEN VERSTERKING VAN HET VRIJWILLIGERSSTATUUT NAAR EEN VERSTERKING VAN HET VRIJWILLIGERSSTATUUT Kleine aanpassingen maken een groot verschil Over het algemeen is er grote tevredenheid over het vrijwilligersstatuut.

Nadere informatie

Wet betreffende de rechten van de vrijwilliger. Een beknopt overzicht

Wet betreffende de rechten van de vrijwilliger. Een beknopt overzicht Wet betreffende de rechten van de vrijwilliger Een beknopt overzicht Doel van de wet? Juridische duidelijkheid scheppen Vrijwilligers beschermen Federale regeling (>< decreet) Van kracht sinds 1 augustus

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994; Collegebesluit nr. 07/326 19 september 2007 Besluit houdende het reglement betreffende het ondersteunen van vrijwilligerswerk door het aanbieden van een verzekering Het College, Gelet op de artikelen 127,

Nadere informatie

Infoblad - werknemers U bent een werkloze van 50 jaar of ouder?

Infoblad - werknemers U bent een werkloze van 50 jaar of ouder? Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening Voor meer inlichtingen neem contact op met de plaatselijke RVA (werkloosheidsbureau). De adressen kunt u vinden in het telefoonboek of op de site : www.rva.be Infoblad

Nadere informatie

PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER 2006. (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels

PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER 2006. (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER 2006 (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels Aangevuld, gewijzigd of aangepast door: - de wet van 21 december 2007 houdende diverse bepalingen (I) (B.S. 31 december

Nadere informatie

Brochure vrijwilligerswerk. in samenwerking met

Brochure vrijwilligerswerk. in samenwerking met Brochure vrijwilligerswerk in samenwerking met INHOUDSTAFEL Richtlijnen vrijwilligerswerk binnen PAB en PGB p.3 Wetgeving rond vrijwilligerswerk p.4 Wie mag vrijwilligerswerk doen? p.5 Hoe inschrijven

Nadere informatie

Infoblad - werknemers

Infoblad - werknemers Infoblad - werknemers Mag u een overlevingspensioen cumuleren met uitkeringen? Waarover gaat dit infoblad? In dit infoblad wordt uitgelegd onder welke voorwaarden u een overlevingpensioen kunt cumuleren

Nadere informatie

Brochure vrijwilligerswerk

Brochure vrijwilligerswerk Brochure vrijwilligerswerk in samenwerking met INHOUDSTAFEL Richtlijnen vrijwilligerswerk binnen PVB p.3 Wat zegt de wet over vrijwilligerswerk? p.4 Wie mag vrijwilligerswerk doen? p.5 Hoe inschrijven

Nadere informatie

REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING

REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING DE PROVINCIERAAD VAN WEST-VLAANDEREN Gelet op artikel 2 en artikel 42 van het Provinciedecreet; Overwegende

Nadere informatie

Aangifte van een vrijwillige activiteit voor een niet-commerciële organisatie

Aangifte van een vrijwillige activiteit voor een niet-commerciële organisatie Datumstempel van de uitbetalingsinstelling Aangifte van een vrijwillige activiteit voor een niet-commerciële organisatie U wenst een vrijwillige activiteit te verrichten voor een niet-commerciële organisatie

Nadere informatie

INHOUD AFDELING 1 GRONDSLAGEN VAN HET SOCIAAL STATUUT

INHOUD AFDELING 1 GRONDSLAGEN VAN HET SOCIAAL STATUUT INHOUD AFDELING 1 GRONDSLAGEN VAN HET SOCIAAL STATUUT HOOFDSTUK 1... 3 EEN SOCIAAL STATUUT VOOR ONTHAALOUDERS... 3 1. Inleiding... 3 2. De Belgische sociale zekerheid: hoe werkt dat?... 3 3. Is een onthaalouder

Nadere informatie

Brochure vrijwilligerswerk

Brochure vrijwilligerswerk Brochure vrijwilligerswerk in samenwerking met INHOUDSTAFEL Richtlijnen vrijwilligerswerk binnen PVB/PAB p.3 Wat zegt de wet over vrijwilligerswerk? p.4 Wie mag vrijwilligerswerk doen? p.5 Hoe inschrijven

Nadere informatie

Kosten eigen aan de werkgever

Kosten eigen aan de werkgever CLAEYS & ENGELS Advocaten Vorstlaan 280 1160 Brussel Tel +32 2 761 46 00 Fax +32 2 761 47 00 Kosten eigen aan de werkgever info@claeysengels.be www.claeysengels.be www.iuslaboris.com De bedragen die aan

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk en de wet - hoe zit dat weer?

Vrijwilligerswerk en de wet - hoe zit dat weer? Vrijwilligerswerk en de wet - hoe zit dat weer? Liliane Krokaert Studiedag Vlaams Welzijnsverbond Present Caritas vrijwilligerswerk vzw 27 februari 2019 Wet betreffende de rechten van de vrijwilliger Wet

Nadere informatie

REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING

REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING HOOFDSTUK 1 - TOEPASSINGSGEBIED Artikel 1. Het doel van dit reglement is de kwalitatieve ondersteuning

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk en PAB

Vrijwilligerswerk en PAB Vrijwilligerswerk en PAB Waarvoor staat Onafhankelijk Leven vzw? 1. Visie Onafhankelijk Leven vzw gaat met volle kracht voor een samenleving waar alle personen met beperking controle hebben over hun leven,zodat

Nadere informatie

Vrijwilliger : elke natuurlijke persoon die vrijwilligerswerk verricht.

Vrijwilliger : elke natuurlijke persoon die vrijwilligerswerk verricht. BIJLAGE Bijlage nr. 1 Reglement vrijwilligersverzekering Artikel 1.- Binnen de perken van de in het verdelingsplan van de nationale Loterij voorziene subsidies, biedt de Vlaamse Gemeenschapscommissie een

Nadere informatie

verzekering vrijwilligerswerk

verzekering vrijwilligerswerk verzekering vrijwilligerswerk Inleiding Vrijwilligerswerk is niet weg te denken uit onze samenleving. Het vult het werk van beroepskrachten perfect aan en het verhoogt de onderlinge solidariteit in de

Nadere informatie

Terugbetaling van kosten - RSZ

Terugbetaling van kosten - RSZ Terugbetaling van kosten - RSZ Uit het loonbegrip zijn uitgesloten de bedragen die een terugbetaling zijn van kosten die ten laste van de werkgever vallen. Het gaat hier uitsluitend om kosten die ten laste

Nadere informatie

Infoblad - werknemers Hebt u recht op de opvanguitkering voor onthaalouders?

Infoblad - werknemers Hebt u recht op de opvanguitkering voor onthaalouders? Infoblad - werknemers Hebt u recht op de opvanguitkering voor onthaalouders? Wat is een opvanguitkering? De opvanguitkering is een uitkering die de RVA toekent aan een onthaalouder, indien haar inkomsten

Nadere informatie

10 ZAKEN DIE JE MOET WETEN VOOR JE IN HET

10 ZAKEN DIE JE MOET WETEN VOOR JE IN HET WERKEN MET EEN ZIEKTE- EN INVALIDITEITSUITKERING TOEGELATEN ARBEID 10 ZAKEN DIE JE MOET WETEN VOOR JE IN HET SYSTEEM STAPT WERKEN MET EEN ZIEKTE- EN INVALIDITEITSUITKERING TOEGELATEN ARBEID Vorig jaar

Nadere informatie

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit Juridische dienst

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit Juridische dienst Ouderschapsverlof 12.07.2016 Juridische dienst Info@salar.be Ouderschapsverlof is een thematisch verlof dat werknemers de mogelijkheid biedt de arbeidsprestaties tijdelijk te schorsen of te verminderen

Nadere informatie

Een occasionele activiteit is een activiteit die niet frequent gebeurt. Een allesbehalve eenduidige definitie

Een occasionele activiteit is een activiteit die niet frequent gebeurt. Een allesbehalve eenduidige definitie OCCASIONELE ACTIVITEITEN EN DE LINK MET ACTIVITEITEN IN BIJBEROEP, TIJDENS WERKLOOSHEID, VRIJWILLIGERSWERK Wat is een occasionele activiteit? Een occasionele activiteit is een activiteit die niet frequent

Nadere informatie

Infoblad - werknemers Mag u werken als bruggepensioneerde?

Infoblad - werknemers Mag u werken als bruggepensioneerde? Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening Voor meer inlichtingen neem contact op met de plaatselijke RVA (werkloosheidsbureau). De adressen kunt u vinden in het telefoonboek of op de site : www.rva.be Infoblad

Nadere informatie

Ontwerp van decreet betreffende het georganiseerde vrijwilligerswerk in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin DE VLAAMSE REGERING,

Ontwerp van decreet betreffende het georganiseerde vrijwilligerswerk in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin DE VLAAMSE REGERING, Ontwerp van decreet betreffende het georganiseerde vrijwilligerswerk in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid

Nadere informatie

Federale Politie STATUTAIRE NOTA PUBLIEK Onderwerp Toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest in het nieuwe CALog-statuut - Richtlijnen

Federale Politie STATUTAIRE NOTA PUBLIEK Onderwerp Toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest in het nieuwe CALog-statuut - Richtlijnen Federale Politie Algemene Directie Personeel Uitgiftenummer DGP/DPS/P-2006/61716 Directie van de juridische dienst, Uitgiftedatum 21/12/2006 het contentieux en de statuten Classificatie PUBLIEK Fritz Toussaintstraat

Nadere informatie

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit

expertise binnen handbereik Ouderschapsverlof Opname Voorwaarde in hoofde van het kind Anciënniteit Ouderschapsverlof 12.07.2016 Rev. 31.07.2017 Juridische dienst Info@salar.be Ouderschapsverlof is een thematisch verlof dat werknemers de mogelijkheid biedt de arbeidsprestaties tijdelijk te schorsen of

Nadere informatie

Infoblad - werknemers U wil een overeenkomst sluiten met een activiteitencoöperatie als kandidaat-ondernemer?

Infoblad - werknemers U wil een overeenkomst sluiten met een activiteitencoöperatie als kandidaat-ondernemer? Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening Infoblad - werknemers U wil een overeenkomst sluiten met een activiteitencoöperatie als kandidaat-ondernemer? Wat is een activiteitencoöperatie? Indien u behoort tot

Nadere informatie

Infoblad - werknemers Mag u werken als werkloze met bedrijfstoeslag?

Infoblad - werknemers Mag u werken als werkloze met bedrijfstoeslag? Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening Voor meer inlichtingen, gelieve contact op te nemen met uw RVA-kantoor. De adressen kunt u vinden in het telefoonboek of op de site : www.rva..be Infoblad - werknemers

Nadere informatie

INLICHTINGENBLAD (voor de werkgevers behalve de administraties)

INLICHTINGENBLAD (voor de werkgevers behalve de administraties) ACTIRIS Terug te sturen naar : ACTIRIS Dienst GECO Anspachlaan 65 1000 BRUSSEL AANVRAAGFORMULIER VOOR GESUBSIDIEERDE CONTRACTUELEN (GECO) PROGRAMMAWET VAN 30.12.1988 Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke

Nadere informatie

SPEEL MET DE vrijwiligerswet

SPEEL MET DE vrijwiligerswet SPEEL MET DE vrijwiligerswet een interactief spel voor medewerkers in vrijwilligersorganisaties VRAAG VRAAG bijlage 2: vragen 1 Wat is vrijwilligerswerk Mag een N.V. (naamloze vennootschap) werken met

Nadere informatie

Infoblad - werknemers U wenst mantelzorg te verlenen?

Infoblad - werknemers U wenst mantelzorg te verlenen? Infoblad - werknemers U wenst mantelzorg te verlenen? Waarover gaat dit infoblad? In dit infoblad wordt uitgelegd onder welke voorwaarden u een vrijstelling kunt krijgen om mantelzorg te verlenen. U kunt

Nadere informatie

Mag u tijdens uw werkloosheid een nevenactiviteit als zelfstandige in het kader van het voordeel "Springplank naar zelfstandige" uitoefenen?

Mag u tijdens uw werkloosheid een nevenactiviteit als zelfstandige in het kader van het voordeel Springplank naar zelfstandige uitoefenen? Infoblad werknemers Mag u tijdens uw werkloosheid een nevenactiviteit als zelfstandige in het kader van het voordeel "Springplank naar zelfstandige" uitoefenen?" Wat is het voordeel "Springplank naar zelfstandige"?

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit 6e Directie Welzijn en Gezondheid Provincieraadsbesluit betreft verslaggever STEUNPUNT VRIJWILLIGERSWERK Reglement betreffende de provinciale collectieve verzekering vrijwilligerswerk de heer Eddy Couckuyt

Nadere informatie

Wat zijn de gevolgen van de pensioenhervormingen voor de personeelsleden van de UGent?

Wat zijn de gevolgen van de pensioenhervormingen voor de personeelsleden van de UGent? Wat zijn de gevolgen van de pensioenhervormingen voor de personeelsleden van de UGent? DEZE TEKST IS GEBASEERD OP DE RECENTSTE REGELGEVING TOT 15 JANUARI 2012. ER ZIJN VERDER NOG EEN AANTAL MAATREGELEN

Nadere informatie

Informatienota voor vrijwilligers

Informatienota voor vrijwilligers Vormingplus Citizenne VZW Steenkoolkaai 9, 1000 Brussel Tel : 02/203 08 00 info@citizenne.be Ondernemingsnummer : BE0860.442.953 Doelstelling van de organisatie Informatienota voor vrijwilligers Vormingplus

Nadere informatie

Versie 04-03-2011 DEEL V Titel I Hoofdstuk I Haard- en standplaatstoelage Inhoudstafel

Versie 04-03-2011 DEEL V Titel I Hoofdstuk I Haard- en standplaatstoelage Inhoudstafel Versie 04-03-2011 DEEL V Titel I Hoofdstuk I Haard- en standplaatstoelage Inhoudstafel 1. Samenvattende tabel 2. Wettelijke en reglementaire grondslagen 3. Begunstigden 4. Voorwaarden 4.1 Principe 4.2

Nadere informatie

Fiscale aspecten van de vergoeding van officials. Jan LAMMENS

Fiscale aspecten van de vergoeding van officials. Jan LAMMENS Fiscale aspecten van de vergoeding van officials Jan LAMMENS Vooraf: vrijwilligersvergoedingen Niet het voorwerp van vanavond want beperkte mogelijkheden tot vergoeding Principes - Gelegenheidswerk voor

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF JANUARI 2010

NIEUWSBRIEF JANUARI 2010 NIEUWSBRIEF JANUARI 2010 DE ANTI-CRISISMAATREGELEN VOOR DE BEDIENDEN WORDEN VERLENGD De anti-crisismaatregelen, die eerst maar liepen tot 31 december 2009, zijn zoals verwacht verlengd met zes maanden

Nadere informatie

Versie 29-01-2015 DEEL VI Titel II Hoofdstuk II Begrafenisvergoeding Inhoudstafel

Versie 29-01-2015 DEEL VI Titel II Hoofdstuk II Begrafenisvergoeding Inhoudstafel Versie 29-01-2015 DEEL VI Titel II Hoofdstuk II Begrafenisvergoeding Inhoudstafel 1. Samenvattende tabel 2. Wettelijke en reglementaire grondslagen 3. Begunstigden 4. Voorwaarden 5. Bedrag 5.1 De overledene

Nadere informatie

Aanvraag om een algemene toelating betreffende vrijwilligerswerk

Aanvraag om een algemene toelating betreffende vrijwilligerswerk Aanvraag om een algemene toelating betreffende vrijwilligerswerk Waarom deze aanvraag? U bent een niet-commerciële organisatie (bv. vzw, openbare instelling) en u wenst werklozen of werklozen met bedrijfstoeslag

Nadere informatie

van Belgische zijde: de heer Dr. Arthur NOKERMAN, Secretaris-generaal van het Ministerie van Sociale Voorzorg,

van Belgische zijde: de heer Dr. Arthur NOKERMAN, Secretaris-generaal van het Ministerie van Sociale Voorzorg, Administratieve schikking houdende de toepassingsmodaliteiten van de Overeenkomst betreffende de Sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en de Staat Israël, ondertekend te Brussel op 5 juli 1971

Nadere informatie

Arbeidsongeschikt en toch actief. mei 2010

Arbeidsongeschikt en toch actief. mei 2010 Arbeidsongeschikt en toch actief mei 2010 2 Arbeidsongeschikt en toch actief Inhoud Arbeidsongeschikt en toch actief Aanvraag bij de adviserend geneesheer Bij het begin van mijn arbeidsongeschiktheid was

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid" SCSZ/13/177 BERAADSLAGING NR. 13/082 VAN 3 SEPTEMBER 2013 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Arbeidsongeschikt en toch actief

Arbeidsongeschikt en toch actief Arbeidsongeschikt en toch actief 2015 Inhoud Arbeidsongeschikt en toch actief Aanvraag bij de adviserend geneesheer 4 4 arbeidsongeschikteid was ik zelfstandige. Ik wil starten met een loontrekkende of

Nadere informatie

PASTORAAL WERKERS EN WERKSTERS IN HET AARTSBISDOM MECHELEN-BRUSSEL FINANCIËLE REGELINGEN

PASTORAAL WERKERS EN WERKSTERS IN HET AARTSBISDOM MECHELEN-BRUSSEL FINANCIËLE REGELINGEN PASTORAAL WERKERS EN WERKSTERS IN HET AARTSBISDOM MECHELEN-BRUSSEL FINANCIËLE REGELINGEN 1. Onbezoldigd of bezoldigd... 2 1.1. De parochieassistent(e)... 2 1.2 De pastoraal werk(st)er... 2 2. Verzekering...

Nadere informatie

Bijscholing vzw- & vrijwilligerswetgeving

Bijscholing vzw- & vrijwilligerswetgeving Bijscholing vzw- & vrijwilligerswetgeving Donderdag 19 september 2013 Brussel Spreker: Lien Berton Vlaamse Sportfederatie vzw Zuiderlaan 13 9000 Gent T+32 9 243 12 90 F +32 9 243 12 99 info@vlaamsesportfederatie.be

Nadere informatie

R.I.Z.I.V. Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering

R.I.Z.I.V. Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering R.I.Z.I.V. Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering Uitkeringen Omzendbrief VI nr 2010/504 van 23 december 2010 484/4 Van toepassing vanaf 1 januari 2011 Toepassing van artikel 28bis, 2

Nadere informatie

WIE IS STUDENT? SOCIALE ZEKERHEIDSBIJDRAGEN VOOR STUDENTEN STUDENT @ WORK

WIE IS STUDENT? SOCIALE ZEKERHEIDSBIJDRAGEN VOOR STUDENTEN STUDENT @ WORK STUDENTENARBEID Wie is student?... 1 Sociale zekerheidsbijdragen voor studenten... 1 Student @ work... 1 Hoe inschrijven op student @ work?... 2 Belang van het attest!... 2 Wat na het afstuderen?... 2

Nadere informatie

INFORMATIEDOCUMENT Jaarlijkse vakantie 2013 van de volledig werklozen

INFORMATIEDOCUMENT Jaarlijkse vakantie 2013 van de volledig werklozen INFORMATIEDOCUMENT Jaarlijkse vakantie 2013 van de volledig werklozen 1. Op hoeveel vakantiedagen heeft u als volledig werkloze recht in 2013? In 2013 mag u 4 weken vakantie nemen, wat overeenkomt met

Nadere informatie

Het voornoemde koninklijk besluit van 20 december 2007 is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad op 16 januari 2008.

Het voornoemde koninklijk besluit van 20 december 2007 is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad op 16 januari 2008. Federale Politie PERMANENTE NOTA Algemene directie van de Ondersteuning en het Beheer Uitgiftenummer DGS/DSJ/P-2008/3437 Directie van de juridische dienst, Uitgiftedatum 25-01-2008 het contentieux en de

Nadere informatie

Werkloosheidsbureaus. Directie werkloosheidsreglementering. Betreft: PLAATSELIJKE RUILDIENSTEN (LETS en SEL)

Werkloosheidsbureaus. Directie werkloosheidsreglementering. Betreft: PLAATSELIJKE RUILDIENSTEN (LETS en SEL) Directie werkloosheidsreglementering Werkloosheidsbureaus Nummer riodoc 100378 Ons kenmerk 31000/0452/02533A/AMO Contactpersoon Amanda Morel, Attaché Telefoon 02/515.44.69 Fax 02/515.43.15 E-mail amanda.morel@onem.be

Nadere informatie

Versie van DEEL V Titel II Hoofdstuk II Uurtoelage voor bijkomende dienstprestaties Inhoudsopgave

Versie van DEEL V Titel II Hoofdstuk II Uurtoelage voor bijkomende dienstprestaties Inhoudsopgave Versie van 04-03-2011 DEEL V Titel II Hoofdstuk II Uurtoelage voor bijkomende dienstprestaties Inhoudsopgave 1. Samenvattende tabel 2. Wettelijke en reglementaire basis 3. Begunstigden 4. Voorwaarden 5.

Nadere informatie

DEEL V Titel I Hoofdstuk V Afdeling III Functietoelage Detachement belast met de onmiddellijke beveiliging van de koninklijke familie

DEEL V Titel I Hoofdstuk V Afdeling III Functietoelage Detachement belast met de onmiddellijke beveiliging van de koninklijke familie Versie 04-03-2011 DEEL V Titel I Hoofdstuk V Afdeling III Functietoelage Detachement belast met de onmiddellijke beveiliging van de koninklijke familie Inhoudstafel 1. Samenvattende tabel 2. Wettelijke

Nadere informatie

Arbeidsongeschikt en toch actief. februari 2014

Arbeidsongeschikt en toch actief. februari 2014 Arbeidsongeschikt en toch actief februari 2014 2 Arbeidsongeschikt en toch actief Inhoud Arbeidsongeschikt en toch actief Aanvraag bij de adviserend geneesheer Bij het begin van mijn arbeidsongeschiktheid

Nadere informatie

Verplicht!? vrijwilligerswerk - Standpunt van het Vlaams Welzijnsverbond [1]

Verplicht!? vrijwilligerswerk - Standpunt van het Vlaams Welzijnsverbond [1] Verplicht!? vrijwilligerswerk - Standpunt van het Vlaams Welzijnsverbond [1] 1 1. Inleiding In het Vlaams Welzijnsverbond zijn heel wat vrijwilligers actief, zowel in organisaties die erkend zijn als autonoom

Nadere informatie

Reglement met betrekking tot de collectieve provinciale verzekering vrijwilligerswerk

Reglement met betrekking tot de collectieve provinciale verzekering vrijwilligerswerk directie Welzijn, Gezondheid, Wonen, Jeugd en Ontwikkelingssamenwerking dienst Maatschappelijke Participatie Reglement met betrekking tot de collectieve provinciale verzekering vrijwilligerswerk HOOFDSTUK

Nadere informatie

Aangifte van vrijwilligerswerk voor een niet-commerciële organisatie

Aangifte van vrijwilligerswerk voor een niet-commerciële organisatie Aangifte van vrijwilligerswerk voor een niet-commerciële organisatie Waarom deze aangifte? U bent werkloze of werkloze met bedrijfstoeslag (voorheen bruggepensioneerde) en u wenst vrijwilligerswerk te

Nadere informatie

Aangifte van vrijwilligerswerk voor een nietcommerciële

Aangifte van vrijwilligerswerk voor een nietcommerciële Aangifte van vrijwilligerswerk voor een nietcommerciële organisatie Waarom deze aangifte? U bent werkloze of werkloze met bedrijfstoeslag (voorheen bruggepensioneerde) en u wenst vrijwilligerswerk te verrichten

Nadere informatie

Aan de slag in de dans. Kostenvergoedingen

Aan de slag in de dans. Kostenvergoedingen Aan de slag in de dans Stijn Michielsen 4 maart 2019 Statuten en vergoedingen (Artistieke) Prestatie Zelfstandige Auteurs- en naburige rechten Werknemer Occasionele prestatie Kostenvergoeding Arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

Versie van DEEL V Titel I Hoofdstuk IV Verbintenistoelage Inhoudsopgave

Versie van DEEL V Titel I Hoofdstuk IV Verbintenistoelage Inhoudsopgave Versie van 04-03-2011 DEEL V Titel I Hoofdstuk IV Verbintenistoelage Inhoudsopgave 1. Samenvattende tabel 2. Wettelijke en reglementaire basis 3. Begunstigden 4. Voorwaarden 5. Bedrag 6. Kenmerken van

Nadere informatie

U bent gekwetst naar aanleiding van een ongeval CHECKLIST VAN DE DOCUMENTEN DIE U IN UW DOSSIER MOET BIJHOUDEN

U bent gekwetst naar aanleiding van een ongeval CHECKLIST VAN DE DOCUMENTEN DIE U IN UW DOSSIER MOET BIJHOUDEN U bent gekwetst naar aanleiding van een ongeval CHECKLIST VAN DE DOCUMENTEN DIE U IN UW DOSSIER MOET BIJHOUDEN Met het oog op uw schadevergoeding, zijn ALLE documenten betreffende uw schade belangrijk.

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.581 ----------------------------- Zitting van dinsdag 21 november 2006 ----------------------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.581 ----------------------------- Zitting van dinsdag 21 november 2006 ---------------------------------------------------- A D V I E S Nr. 1.581 ----------------------------- Zitting van dinsdag 21 november 2006 ---------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van

Nadere informatie

Aangifte van ongeval KLEEF HIER GELE KLEVER. Ruimte voorbehouden voor het ziekenfonds. Type: GR A INT. I Identificatiegegevens van het slachtoffer

Aangifte van ongeval KLEEF HIER GELE KLEVER. Ruimte voorbehouden voor het ziekenfonds. Type: GR A INT. I Identificatiegegevens van het slachtoffer Aangifte van ongeval CHRISTELIJKE MUTUALITEIT Ruimte voorbehouden voor het ziekenfonds dossiernummer: Type: GR A INT I Identificatiegegevens van het slachtoffer 1. Naam en voornaam... Straat... nummer/bus...

Nadere informatie

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15; SCSZ/07/007 1 BERAADSLAGING NR. 07/004 VAN 9 JANUARI 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE VERENIGING ZONDER WINSTOOGMERK CIMIRE AAN DE RIJKSDIENST VOOR PENSIOENEN MET HET

Nadere informatie

1250200 Zagerijen en aanverwante nijverheden

1250200 Zagerijen en aanverwante nijverheden Paritair Comité voor de houtnijverheid 1250200 Zagerijen en aanverwante nijverheden Anciënniteitspremie... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2009(94.284)... 2 Ploegenarbeid... 3 Collectieve

Nadere informatie

Versie DEEL VI Titel I Hoofdstuk III Vergoeding voor het onderhoud van het uniform Inhoudstafel

Versie DEEL VI Titel I Hoofdstuk III Vergoeding voor het onderhoud van het uniform Inhoudstafel Versie 04-03-2011 DEEL VI Titel I Hoofdstuk III Vergoeding voor het onderhoud van het uniform Inhoudstafel 1. Samenvattende tabel 2. Wettelijke en reglementaire grondslagen 3. Begunstigden 4. Voorwaarden

Nadere informatie

Het sociaal statuut voor onthaalouders aangesloten bij een dienst

Het sociaal statuut voor onthaalouders aangesloten bij een dienst Het sociaal statuut voor onthaalouders aangesloten bij een dienst Helpdesk Sociaal Statuut Onthaalouders Linda Thielemans Sociaal Fonds voor de sector Opvang van Kinderen vzw Vlaamse social-profitfondsen

Nadere informatie

De verwarmingstoelage

De verwarmingstoelage Versie nr: 1 Laatste wijziging: 04-02-2009 1) Waartoe dient deze fiche? 2) Wat is dat een verwarmingstoelage? 3) Wordt elke brandstof in aanmerking genomen voor de toekenning van de verwarmingstoelage?

Nadere informatie

Titel VII. Enkele statistische en financiële gegevens

Titel VII. Enkele statistische en financiële gegevens Titel VII. Enkele statistische en financiële gegevens I. Werkgelegenheid en beroepsbevolking De arbeidsmarkt is gestructureerd rond een aanbod van arbeidskrachten (de beroepsbevolking) en een vraag naar

Nadere informatie

U bent gekwetst naar aanleiding van een ongeval. Algemene inlichtingen

U bent gekwetst naar aanleiding van een ongeval. Algemene inlichtingen U bent gekwetst naar aanleiding van een ongeval Bijlage 2 Algemene inlichtingen Referentie van uw dossier (vermeld in de bijgevoegde brief). Datum, plaats en uur van het ongeval:. 1. Uw gezinssituatie

Nadere informatie

Ouderschapsverlof. 13.04.2006 Rev. 04.06.2012 Juridische dienst info@salar.be

Ouderschapsverlof. 13.04.2006 Rev. 04.06.2012 Juridische dienst info@salar.be 13.04.2006 Rev. 04.06.2012 Juridische dienst info@salar.be Ouderschapsverlof De redactie en uitgever streven naar optimale betrouwbaarheid en volledigheid van de verstrekte informatie, waarvoor ze echter

Nadere informatie