Federale Politie STATUTAIRE NOTA PUBLIEK Onderwerp Toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest in het nieuwe CALog-statuut - Richtlijnen

Transcriptie

1 Federale Politie Algemene Directie Personeel Uitgiftenummer DGP/DPS/P-2006/61716 Directie van de juridische dienst, Uitgiftedatum 21/12/2006 het contentieux en de statuten Classificatie PUBLIEK Fritz Toussaintstraat 47 Klassering 1050 BRUSSEL Bladzijde 1/5 Tel. :(02) Bijlage(n) 0 Fax : Kenmerk PC \\TAURUS\DATA\GROUP\Dpsp\Curre nt\notes de Corps\NOSTA-Toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest.doc Geadresseerde(n) Alle directies van de federale politie, gevestigd op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De heren en dames Korpschefs van de lokale polities, gevestigd op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Kopie SSGPI SAT VCLP DPM Onderwerp Toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest in het nieuwe CALog-statuut - Richtlijnen Referentie(s) Dossierbeheerder ADV Jur Kim Bliki ; tel : 02/ De ingevolge het protocol nr.182/2 van 28 juni 2006 en het protocol nr.188 van 14 september 2006 van het onderhandelingscomité voor de politiediensten opgestelde ontwerpteksten, voorzien dat de statutaire personeelsleden en contractuele personeelsleden tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur voor voltijdse prestaties van het CALog, die aangewezen zijn voor een betrekking op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vanaf 1 januari 2007 de mogelijkheid krijgen om een toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest te genieten. 2. Hierna volgen enkele richtlijnen met betrekking tot de modaliteiten van deze overwogen toelage waarvan de toekenning is opgenomen in het ontwerp van koninklijk besluit betreffende het nieuwe CALog-statuut De toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt, volgens voormelde ontwerptekst, toegekend aan de voornoemde CALog-personeelsleden die zich verbinden om een aanwezigheidstermijn van vijf jaar in hun korps, directie of dienst op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest na te komen De mogelijke begunstigden van deze toelage zijn, zoals reeds aangehaald, de statutaire personeelsleden en de contractuele personeelsleden met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur voor voltijdse prestaties. Contractuele personeelsleden met een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur, met deeltijdse prestaties of met een vervangingscontract zullen bijgevolg deze toelage niet kunnen genieten. Een vrijwillige vierdagenweek of halftijdse loopbaanonderbreking doet evenwel geen afbreuk aan het voltijds karakter van de arbeidsovereenkomst Het engagement van het personeelslid zal worden vastgelegd in een gedateerde overeenkomst. Deze overeenkomst wordt in het mobiliteitsdossier van het personeelslid gevoegd. De aanwezigheidstermijn begint te lopen vanaf de datum van de overeenkomst. Deze termijn kan ten vroegste aanvangen op 1 januari 2007.

2 DGP/DPS/P-2006/61716 PUBLIEK 2/ Omdat de bekendmaking van de teksten betreffende het nieuwe CALog-statuut enige vertraging heeft opgelopen, geldt, onder voorbehoud van de definitieve gepubliceerde teksten, de volgende regeling: Voor de personeelsleden die zich engageren uiterlijk vóór 31 januari 2007, zal de aanwezigheidstermijn van rechtswege met terugwerkende kracht aanvangen op 1 januari De toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest zal met retroactieve toepassing worden uitbetaald vanaf 1 januari Voor de personeelsleden die de overeenkomst ondertekenen na 31 januari 2007, loopt de aanwezigheidstermijn vanaf de datum dat ze zich engageren. Ondertekenen ze de overeenkomst op de eerste dag van de maand, dan hebben ze voor die maand reeds recht op de toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Ondertekenen ze de overeenkomst op een later tijdstip in de maand, dan hebben ze maar recht op de toelage vanaf de volgende maand De personeelsleden die zich engageren vóór de bekendmaking van de teksten in het Belgisch Staatsblad, hebben tot 10 dagen na de bekendmaking het recht om schriftelijk van hun verbintenis af te zien. Zij ontvangen dan ook geen toelage maar kunnen later nog altijd beslissen om zich terug te engageren. DGP zal de betrokken diensten tijdig inlichten over de datum waarop die bijzondere keuzetermijn afloopt Om de geldelijke gevolgen van deze verbintenis te regelen, moeten de ondertekende overeenkomsten in kopie worden opgestuurd naar het SSGPI wat de lokale politie betreft en wat de federale politie betreft naar DPMC, die ze vervolgens zal doorsturen naar het SSGPI. Zodoende kan de geldelijke situatie van de betrokken personeelsleden worden geregulariseerd na de bekendmaking van de teksten in het Belgisch Staatsblad. Ook de verbintenissen die worden aangegaan na de bekendmaking van de teksten, moeten worden doorgegeven aan het SSGPI of DPMC De in de ontwerptekst opgenomen toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest bedraagt jaarlijks bruto (vóór indexatie): - eerste jaar: 669,32 - tweede jaar: 803,18 - derde jaar: 937,04 - vierde jaar: 1070,91 - vijfde jaar: 1204,77 - zesde jaar en volgende: 1338,63 De toelage wordt betaald na vervallen termijn samen met de wedde ten belope van 1/12 van het jaarlijks bedrag. De eerste betaling, en nadien de bedragsverhogingen, worden uitgevoerd samen met de wedde van de maand die de verjaardag van de verbintenis volgt De personeelsleden die de toekenning van de toelage na een aanwezigheidstermijn van vijf jaar wensen te behouden, moeten hun verbintenis om de vijf jaar hernieuwen. De aanvraag daartoe gebeurt op basis van hetzelfde model als de initiële verbintenis en dit ten laatste twee maanden vóór het verstrijken van de eerdere verbintenis. De vroegere aanwezigheidstermijn wordt uiteraard in aanmerking genomen voor de berekening van de toelage. Indien het personeelslid zijn aanwezigheidstermijn heeft nageleefd en nadien een andere betrekking op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bekomt, waarvoor het zich onmiddellijk verbindt, wordt de vroegere aanwezigheidstermijn eveneens in aanmerking genomen voor de berekening van de toelage, voor zover het personeelslid sinds de vorige betrekking ononderbroken aangewezen was voor een betrekking op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Voorbeelden:

3 DGP/DPS/P-2006/61716 PUBLIEK 3/5 jaar, dus tot en met 31 december Het personeelslid verkrijgt via mobiliteit een nieuwe betrekking op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vanaf 1 januari Het personeelslid engageert zich in de nieuwe betrekking onmiddellijk, dus vanaf 1 januari 2012, voor een termijn van vijf jaar. De aanwezigheidstermijn van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2011 wordt in aanmerking genomen en het personeelslid krijgt bijgevolg het bedrag voor het zesde jaar. jaar, dus tot en met 31 december Deze aanwezigheidstermijn wordt correct nageleefd maar de verbintenis wordt niet verlengd. In 2013 verkrijgt het personeelslid via mobiliteit een andere betrekking op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en engageert het zich in deze nieuwe betrekking onmiddellijk voor een aanwezigheidstermijn van vijf jaar. De aanwezigheidstermijn van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2011 wordt in aanmerking genomen en het personeelslid krijgt het bedrag voor het zesde jaar. jaar, dus tot en met 31 december Deze aanwezigheidstermijn wordt nageleefd en op 1 januari 2012 verkrijgt het personeelslid via mobiliteit een andere betrekking op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het personeelslid beslist evenwel om zich niet onmiddellijk te engageren, maar om te wachten tot 1 januari Hierdoor wordt de aanwezigheidstermijn van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2011 niet in aanmerking genomen en krijgt het personeelslid het bedrag voor het eerste jaar Het personeelslid dat de verbintenis niet naleeft, wordt ertoe gehouden het totaal van de ontvangen toelage sinds het aangaan van de verbintenis, terug te betalen. In de volgende gevallen wordt er een volledige terugbetaling gevraagd van het personeelslid: - mobiliteit naar een betrekking buiten het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; - het verlof voor het uitoefenen van een ambt bij een secretariaat, de cel algemene beleidscoördonatie of een cel algemeen beleid, bij het kabinet van een federaal gemeenschaps-, gewestelijk, provinciaal of lokaal politiek mandataris of bij het kabinet van een politiek mandataris van de wetgevende macht; - het verlof voor een opdracht van algemeen belang; - afwezigheid van lange duur wegens persoonlijke aangelegenheden; - het verlof voor voltijdse loopbaanonderbreking ( gewone loopbaanonderbreking); - de definitieve ambtsontheffing; - het vrijwillig ontslag; - de vervroegde opruststelling op aanvraag (pensioen vóór de leeftijd van 65 jaar). Een personeelslid dat de verbintenis niet kan naleven ingevolge een hem krachtens een wettelijk of reglementair opgelegde mobiliteit (bijvoorbeeld sociale promotie), is geen terugbetaling verschuldigd. Kiest het personeelslid er zelf voor om tijdens de lopende verbintenis mobiliteit te maken naar een betrekking in een andere directie of dienst die rechtstreeks afhangt van de commissarisgeneraal of van een directeur-generaal, een ander korps van de lokale politie, of een andere dienst die rechtstreeks afhangt van een andere overheid die zich bevindt op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dan wordt de overeenkomst beëindigd en heeft het personeelslid geen recht meer op de toelage voor de resterende termijn van de verbintenis, maar moet het de reeds ontvangen toelage ook niet terugbetalen. Het personeelslid kan zich pas na het verstrijken van de vroegere termijn van vijf jaar van de beëindigde verbintenis verbinden. Doet hij dit niet onmiddellijk, dan wordt de termijn van de vorige verbintenis niet in aanmerking genomen. Voorbeelden: - Het personeelslid engageert zich op 1 januari 2007 voor een aanwezigheidstemijn van vijf jaar, dus tot en met 31 december Op 1 januari 2009 verkrijgt het personeelslid via mobiliteit een andere betrekking op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het personeelslid moet de reeds ontvangen toelage niet terugbetalen, maar

4 DGP/DPS/P-2006/61716 PUBLIEK 4/5 verliest het recht op de toelage voor de resterende termijn (tot en met 31 december 2011). Het personeelslid kan zich slechts vanaf 1 januari 2012 opnieuw engageren in zijn nieuwe betrekking voor een aanwezigheidstermijn van vijf jaar. Doet hij dit onmiddellijk, dan wordt de aanwezigheidstermijn van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2008 in aanmerking genomen en krijgt het personeelslid het bedrag voor het derde jaar. - Het personeelslid engageert zich op 1 januari 2007 voor een aanwezigheidstermijn van vijf jaar, dus tot en met 31 december Op 1 januari 2009 verkrijgt het personeelslid via mobiliteit een andere betrekking op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De ontvangen toelage moet niet worden terugbetaald, maar het personeelslid verliest het recht op de toelage voor de resterende termijn (tot en met 31 december 2011). Het personeelslid kan zich slechts opnieuw engageren voor de nieuwe betrekking vanaf 1 januari Het personeelslid beslist om zich op 1 januari 2013 terug te engageren in zijn nieuwe betrekking voor een termijn van vijf jaar. In dit geval wordt de aanwezigheidstermijn van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2008 niet in aanmerking genomen en krijgt het personeelslid het bedrag voor het eerste jaar. Indien een personeelslid buiten zijn wil wordt herplaatst in een betrekking buiten het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, wordt de verbintenis automatisch beëindigd. Aangezien dit gebeurt buiten de wil van het personeelslid om, moeten de reeds ontvangen bedragen niet worden terugbetaald. Wordt het personeelslid, buiten zijn wil om, herplaatst in een betrekking op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dan behoudt dit personeelslid zijn toelage gedurende de resterende termijn van de verbintenis Voor de personeelsleden die in aanmerking komen voor de toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest maar die, gelet op de leeftijd van verplichte oppensioenstelling, geen vijf volle dienstjaren meer kunnen presteren, wordt de verbintenis met een aanwezigheidstermijn van vijf jaar vervangen door een verbintenis om in dienst te blijven tot de verplichte pensioenleeftijd Het model van de te hanteren overeenkomst kan worden gedownload op 3. Ik verzoek u om uw personeelsleden in te lichten omtrent de inhoud van deze nota. 4. De personeelsbeheerders worden verzocht om de ondertekende verbintenissen te bewaren tot na afloop van de keuzetermijn na de bekendmaking van het koninklijk besluit dienaangaande in het Belgisch Staatsblad (gelet op punt ) en ze alsdan ter regularisatie in kopie te bezorgen aan het SSGPI wat de lokale politie betreft en wat de federale politie betreft aan DPMC, die ze vervolgens aan het SSGPI zal bezorgen. 5. Indien u nog bijkomende vragen heeft omtrent de inhoud van deze nota, kan u zich steeds wenden tot de dossierbeheerder of, klassiek, tot het Call Center: 0800/

5 DGP/DPS/P-2006/61716 PUBLIEK 5/5