Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Transcriptie

1 Collegebesluit nr. 02/ oktober 2002 Besluit houdende toekenning van de weddebijslag van 15% voor bepaalde personeelsleden van het buitengewoon onderwijs met volledig leerplan van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Het College, Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994; Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988; Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen; Gelet op de bijzondere wet van 5 mei 1993 betreffende de internationale betrekkingen van de gemeenschappen en de gewesten; Gelet op de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur; Gelet op de bijzondere wet van 13 juli 2001 houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen; Gelet op het Samenwerkingsakkoord van 30 mei 1994 tussen de federale overheid, de Vlaamse Gemeenschap, het Vlaamse Gewest, de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de verplichte overheveling zonder schadeloosstelling van het personeel en de goederen, rechten en verplichtingen van de provincie Brabant naar de provincie Vlaams Brabant, de provincie Waals Brabant, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Gemeenschapscommissies bedoeld in artikel 60 van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen en naar de federale overheid, gewijzigd op 28 oktober 1994 en 16 maart 1995; Gelet op het collegebesluit nr.96/343 d.d. 19 december 1996 tot vaststelling van het geldelijk statuut toepasselijk op de gesubsidieerde en niet-gesubsidieerde ambten van het onderwijzend en daarmee gelijkgesteld personeel en van het gesubsidieerd administratief personeel van de onderwijsinstellingen van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en van het gesubsidieerd en niet-gesubsidieerd technisch personeel van het Centrum voor leerlingenbegeleiding van de Vlaamse Gemeenschapscommissie; Gelet op het collegebesluit nr. 01/394 d.d. 27 oktober 2001 houdende goedkeuring van de samenwerkingsovereenkomst tussen de Erasmushogeschool Brussel en de Vlaamse Gemeenschapscommissie over de ontwikkeling en de organisatie van een voortgezette lerarenopleiding buitengewoon onderwijs;

2 Gelet op het advies van de directieraad van 2 juli 2002; Gelet op het protocol van niet-akkoord nr. 2002/02 afgesloten binnen het Afzonderlijk Bijzonder Comité Onderwijs van 10 oktober 2002; Overwegende dat de belangrijke bijkomende pedagogische en administratieve taken, eigen aan het buitengewoon onderwijs en opgelegd aan de directeur, het onderwijzend en het opvoedend hulppersoneel, een speciale vergoeding rechtvaardigt; Overwegende dat er aanleiding toe bestaat, met ingang van 1 september 2002, de bijkomende weddebijslag van 15% te behouden voor de personeelsleden die in dienst zijn op 30 juni 2002 in het buitengewoon onderwijs van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en die reeds van deze weddebijslag genieten, alsmede voor de nieuwe toekomstige personeelsleden van het buitengewoon onderwijs van de Vlaamse Gemeenschapscommissie die het diploma van de lerarenopleiding buitengewoon onderwijs behalen aan de Erasmushogeschool Brussel, doch met dien verstande dat het bedrag van de Vlaamse Gemeenschap uitbetaalde vergoeding in mindering moet gebracht worden van de door de Vlaamse Gemeenschapscommissie toe te kennen bijslag van 15%; Na beraadslaging, Besluit Artikel 1.- Een weddebijslag wordt toegekend aan de personeelsleden van het bestuurs-, het onderwijzend en het opvoedend hulppersoneel, die tewerk gesteld zijn en effectief hun functie(s) uitoefenen in het buitengewoon onderwijs met volledig leerplan van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Artikel 2.- Onder de in het artikel 1 bedoelde personeelsleden kunnen enkel de houders van een diploma, getuigschrift of attest, uitgereikt door de voormalige provinciale Normaalleergang voor buitengewoon onderwijs van Brabant of de Normaalleergang voor buitengewoon onderwijs van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, in aanmerking komen voor deze weddebijslag, alsmede de personeelsleden, die houder zijn van het diploma van de voortgezette lerarenopleiding buitengewoon onderwijs dat uitgereikt wordt door de Erasmushogeschool Brussel. Artikel In afwijking van de bepalingen van het artikel 2, blijven de op 30 juni 2002 in dienst zijnde personeelsleden die houder zijn van een bekwaamheidsgetuigschrift voor het buitengewoon onderwijs, behaald in een andere onderwijsinstelling en houder zijn van het getuigschrift uitgereikt door de commissie ingesteld bij ministerieel besluit van 10 mei 1924 voor het uitreiken van het getuigschrift van bekwaamheid tot het opvoeden der abnormale kinderen, en aan wie op 30 juni 2002 deze weddebijslag door de Vlaamse Gemeenschapscommissie wordt toegekend, op basis van het collegebesluit nr. 98/204 van 25 juni 1998, deze weddebijslag behouden voor zover zij in dienstactiviteit blijven. 2. In afwijking van de bepalingen van het artikel 2, blijven de op 30 juni 2002 in dienst zijnde personeelsleden, die geen houder zijn van een bijkomend diploma, getuigschrift of attest van buitengewoon onderwijs en aan wie op 30 juni 2002 deze weddebijslag door de Vlaamse Gemeenschapscommissie wordt toegekend, op basis van het collegebesluit nr. 98/204 van 25 juni 1998, deze weddebijslag behouden voor zover zij in dienstactiviteit blijven. 2

3 Artikel Voor het uitoefenen van een bijbetrekking of het presteren van overuren wordt er geen weddebijslag aan het personeelslid toegekend. 2. Met uitzondering van de terbeschikkingstelling wegens volledige of gedeeltelijke ontstentenis van betrekking wordt, bij het toekennen van een terbeschikkingstelling, geen weddebijslag toegekend voor de opdracht, waarvoor het personeelslid ter beschikking wordt gesteld. 3. Met uitzondering van de ziekteverloven, de arbeidsongevallen, de bevallingsverloven, de verlofen/of afwezigheidssystemen van minder dan acht dagen die gelijkgesteld worden met dienstactiviteit, wordt bij het toekennen van een verlof- en/of afwezigheidssysteem geen weddebijslag toegekend voor de opdracht waarvoor het personeelslid met verlof of in afwezigheid wordt gesteld. 4. Aan de personeelsleden in volledige of gedeeltelijke loopbaanonderbreking wordt geen weddebijslag toegekend voor hun opdracht waarvoor de loopbaanonderbreking wordt toegestaan. 5. Aan het personeelslid dat in dienstschorsing of in preventieve schorsing wordt geplaatst, wordt gedurende de schorsing geen weddebijslag toegekend. 6. Er wordt geen weddebijslag toegekend: - wanneer het personeelslid, bij het plegen van ernstige feiten, door de directie van de onderwijsinstelling of door de beheerder van het internaat, de toegang tot de instelling wordt geweigerd en dit voor de volledige dag van de weigering; - wanneer het personeelslid in staking is en dit voor de volledige dag van de staking. Artikel 5.- Na het uitspreken van één van de tuchtstraffen die voorzien zijn in de onderwijswetgeving, alsmede na de doorhaling ervan, wordt ten aanzien van het personeelslid, waarvoor de tuchtstraf wordt uitgesproken, geen weddebijslag meer toegekend. Artikel 6.- Aan de personeelsleden, die door een andere inrichtende macht dan de Vlaamse Gemeenschapscommissie worden ter beschikking gesteld wegens volledige of gedeeltelijke ontstentenis van betrekking en die in het buitengewoon onderwijs van de Vlaamse Gemeenschapscommissie tijdelijk worden gereaffecteerd of wedertewerkgesteld, kan geen weddebijslag worden toegekend ingevolge het feit dat hun geldelijke toestand geregeld wordt overeenkomstig de bepalingen van de reglementering over de terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, de reaffectatie, de wedertewerkstelling en de toekenning van een wachtgeld of wachtgeldtoelage. Artikel 7.- De weddebijslag waarvan sprake is altijd gelijk aan 15% van de wedde die aan het personeelslid wordt toegekend in dezelfde verhouding als de normale bezoldiging en in toepassing van de van kracht zijnde weddeschalen. Artikel 8.- Voor de niet-voltijdse betrekkingen wordt de weddebijslag toegekend naar rata van het aantal gepresteerde uren in dezelfde verhouding als de normale bezoldiging en in toepassing van de van kracht zijnde weddeschalen. 3

4 Artikel 9.- De weddebijslag wordt maandelijks en na verlopen termijn met de wedde en volgens dezelfde uitbetalingswijze uitgekeerd. De weddebijslag wordt gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer der consumptieprijzen in dezelfde mate als de wedde en wordt in aanmerking genomen voor de berekening der pensioenen en de pensioenafhoudingen. Artikel 10.- Het bedrag van de door de Vlaamse Gemeenschap uitbetaalde vergoeding voor de personeelsleden van het buitengewoon onderwijs die houder zijn van bepaalde getuigschriften voor buitengewoon onderwijs, wordt in mindering gebracht van de door de Vlaamse Gemeenschapscommissie toe te kennen weddebijslag van 15%. Artikel 11.- Als de Vlaamse Gemeenschap het bedrag van de vergoeding voor de personeelsleden van het buitengewoon onderwijs die houder zijn van bepaalde getuigschriften, om welke reden ook, niet meer verschaft, wordt dit bedrag niet in meerdering gebracht van de door de Vlaamse Gemeenschapscommissie toe te kennen weddebijslag. De weddebijslag van 15% blijft in dit geval in mindering gebracht van de toelage, die de Vlaamse Gemeenschap voor de personeelsleden, die houder zijn van bepaalde bekwaamheidsbewijzen voor buitengewoon onderwijs, verschaft. Artikel 12.- Dit besluit heeft uitwerking op 1 september Artikel 13.- Het collegebesluit nr.98/204 van 25 juni 1998 houdende toekenning van de weddebijslag van 15% voor bepaalde personeelsleden van het buitengewoon onderwijs met volledig leerplan van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, wordt opgeheven per 1 september De Collegeleden, Jos CHABERT Guy VANHENGEL Robert DELATHOUWER 4

5 1