Samenleving 3 december 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenleving 3 december 2015"

Transcriptie

1 Samenleving 3 december 2015 Orgaan: Locatie: Datum: Aanvang: Informatievergadering Samenleving Julianastraat 34, 5251 ED Vlijmen donderdag 03 december :30 uur 1. Opening Samenvatting op 3 december 1e deel informatievergadering Samenleving. Op 7 december het vervolg van de informatievergadering. 2. Vaststelling van de agenda Stukken agenda eerste deel samenleving Spreekrecht Samenvatting Volgens het Reglement van Orde kunt u inspreken of meespreken over agendapunt 6 t/m 9. U meldt dit uiterlijk 24 uur voor aanvang van de vergadering bij de raadsgriffier, onder vermelding van het onderwerp. Stukken in- en meespreken voor informatievergaderingen 1. Indien aan de orde: Actuele terugkoppeling door AB-leden Baanbrekers 4. Besluitenlijst van donderdag 15 oktober 2015 Stukken besluitenlijst Samenleving Kennismaking kwartiermaker De Voorste Venne de heer Andersson 6. Koers opvang vluchtelingen en huisvesting vergunninghouders Stukken 07 RV Koers opvang vluchtelingen en huisvesting vergunninghouders Verordening reclamebelasting 2016 Stukken 16 RV Verordening reclamebelasting 2016 (Kernmanagement Drunen) BIJL Begeleidende brief evaluatie

2 16BIJL Convenant kernmanagement Drunen BIJL Evaluatierapport BIJL Kaart belastinggebied reclamebelasting BIJL Verordening reclamebelasting Het Run 2016 en verder Stukken 17 RV Het Run 2016 en verder Economisch Programma De Langstraat Stukken 18 RV Economisch Programma De Langstraat TI Economisch Programma De Langstraat

3 agenda eerste deel samenleving (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23095#

4 Oproeping voor de openbare informatievergadering Samenleving van de raad van de gemeente Heusden te houden op 3 december 2015 om uur, in de raadszaal van het gemeentehuis Vlijmen. Voorzitter: Dhr. R. Heesbeen AGENDA SAMENLEVING 1. Opening 2. Vaststelling van de agenda 3. Spreekrecht Volgens het Reglement van Orde kunt u inspreken of meespreken over agendapunt 6 t/m 9. U meldt dit uiterlijk 24 uur voor aanvang van de vergadering bij de raadsgriffier, onder vermelding van het onderwerp. 3a Indien aan de orde: Actuele terugkoppeling door AB-leden Baanbrekers 4. Besluitenlijst van donderdag 15 oktober Kennismaking kwartiermaker De Voorste Venne, de heer Andersson Maximaal 10 minuten. 6. Raadsvoorstel 7 Koers opvang vluchtelingen en huisvesting vergunninghouders 7. Raadsvoorstel 16 Verordening reclamebelasting 2016 (Kernmanagement Drunen) Toelichting door de heer W. Aussems, kernmanager (maximaal 5 minuten) 8. Raadsvoorstel 17 Het Run 2016 en verder 9. Raadsvoorstel 18 Economisch Programma De Langstraat Schorsing: Op maandag 7 december start om uur het vervolg op deze agenda Heusden, Namens de agendacommissie, Mw. drs. E.J.M. de Graaf

5 Einde bijlage: agenda eerste deel samenleving Terug naar het agendapunt

6 Indien aan de orde: Actuele terugkoppeling door AB-leden Baanbrekers (terug naar agendapunt) Documentsoort: Agendapunt De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's.

7 AGENDAPAGE

8 Einde bijlage: Indien aan de orde: Actuele terugkoppeling door AB-leden Baanbrekers Terug naar het agendapunt

9 in- en meespreken voor informatievergaderingen (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23096#

10 Inspreken of meespreken bij de informatievergadering? U kunt inspreken over een onderwerp op de agenda aan het begin van de vergadering. Een andere mogelijkheid is om tijdens de vergadering aan tafel te zitten en mee te spreken over het onderwerp. In beide gevallen meldt u dit uiterlijk 24 uur voor aanvang van de vergadering bij de raadsgriffier. De volgende regels uit het Reglement van Orde gelden: Artikel 27. Aanmelding voor deelname (meespreken) 1. Belanghebbenden kunnen zich aanmelden voor de informatievergadering om deel te nemen aan de informatievergadering. Een belanghebbende kan zich laten vertegenwoordigen door een ander die namens hem spreekt. Meespreken is niet toegestaan bij de behandeling van bestemmingsplannen en daarmee vergelijkbare plannen. Bij onderwerpen die geagendeerd zijn op grond van artikel 13, negende lid, is meespreken alleen toegestaan wanneer de agendacommissie hiertoe heeft besloten. 2. Daartoe dienen zij zich tenminste 24 uur vóór de aanvang van de vergadering aan te melden bij de griffier onder vermelding van naam, adres, telefoonnummer alsmede het geagendeerde voorstel of onderwerp waarover men aan de informatievergadering wenst deel te nemen. Artikel 28. Behandelingstijd 1. De deelnemers aan de informatievergadering houden zich aan de aanwijzingen van de voorzitter aangaande de behandelingstijd. 2. Na het verstrijken van de behandelingstijd sluit de voorzitter het betreffende voorstel of onderwerp af door het oordeel van de vergadering over het onderwerp of voorstel samen te vatten. Artikel 29. Spreekrecht (inspreken) 1. Bij de behandeling van het agendapunt Spreekrecht is er voor belanghebbenden of hun vertegenwoordiger(s) gelegenheid om het woord te voeren over een voorstel of onderwerp dat op de agenda staat. Een inspreker krijgt maximaal vijf minuten het woord. Gedurende maximaal dertig minuten is er gelegenheid om in te spreken. Als er meer dan zes sprekers zijn, verdeelt de voorzitter het inspreekhalfuur evenredig over de sprekers. De voorzitter van de vergadering kan in bijzondere gevallen afwijken van de maximumduur van de spreektijd. 2. Belanghebbenden of hun vertegenwoordiger(s) kunnen niet het woord voeren over: a. een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar of beroep bij de rechter openstaat, of heeft opengestaan; b. benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen; c. een klacht die ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend. 3. Inspreken bij de behandeling van een bestemmingsplan en daarmee vergelijkbare plannen is uitsluitend toegestaan in de vorm van een mondelinge toelichting op een eerder ingediende zienswijze. Deze zienswijze moet als zienswijze zijn aangeduid in het raadsvoorstel of de daarbij behorende stukken. 4. Inspreken bij onderwerpen die geagendeerd zijn op grond van artikel 13, negende lid, is alleen toegestaan wanneer de agendacommissie hiertoe heeft besloten. 5. Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit tenminste 24 uur vóór aanvang van de Informatievergadering aan de griffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres en telefoonnummer en het voorstel of onderwerp waarover hij het woord wil voeren. 6. De voorzitter van de informatievergadering geeft het woord op volgorde van aanmelding. De

11 voorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering. 7. De spreker voert het woord, nadat de voorzitter van de informatievergadering hem dit heeft verleend. De voorzitter van de informatievergadering of een raadslid of een fractieondersteuner, doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de burger. In- of meespreken is alleen mogelijk bij informatievergaderingen, en niet bij de vervolgbehandeling van het onderwerp in de raadsvergadering.* *tenzij een onderwerp rechtstreeks, dus zonder voorafgaande behandeling in de informatievergadering, aan de raad wordt voorgelegd.

12 Einde bijlage: in- en meespreken voor informatievergaderingen Terug naar het agendapunt

13 besluitenlijst Samenleving (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23097#

14 Besluitenlijst informatievergadering Samenleving (Voor meer informatie over deze vergadering kunt u het audioverslag raadplegen op onze website) Vergadering 15 oktober 2015 Voorzitter Dhr. R. Heesbeen MSc Plaats Vlijmen Deelnemers Raadsleden Mevr. J.M.C.J.M. van den Dungen (Heusden Eén) Mevr. J.A. Merkx (Heusden Eén) Dhr. C.P.P.M. van den Brandt (Gemeentebelangen) Mevr. M. de Wild (PvdA) Mevr. A.T.E. Muskens-de Bont (CDA) Dhr. J.J.P.M. Meijer (D.M.P. Heusden) Dhr. R.P.J. Broos (D.M.P. Heusden) Dhr. T.A.H.M. Blankers (VVD) Mevr. A.C.A. Couwenberg (VVD) (3a) Dhr. J. W. Vonk (D66) Dhr. F.A. van der Lee (Heusden Transparant) Fractieondersteuners Drs. drs. H.M.J.M. Danse (D.M.P. Heusden) Dhr. P. Visser (Heusden Transparant) Mevr. P.H.E. Scheffers-de Bilde (PvdA) Portefeuillehouders Dhr. W.A. van Engeland Dhr. C.A.M. van Bokhoven Mevr. drs. M. Mulder Dhr. dr. M.G.M. van der Poel Mevr. J. van Aart Ambtenaren en externen Ambtenaren A. Oomen en M. van Mook (3b) M. van Lieshout, coördinator wijkgericht werken en Buurt Bestuurt E. Kuis (Hedikhuizen), R. Boersma (Venne Oost) (5) Griffier Mevr. drs. C.G.W.M. Selman (plv) A (A-lijst) = besluitvorming zonder bespreking in raadsvergadering B (B-lijst) = besluitvorming na bespreking in raadsvergadering V (vóór) = toezeggingen door de portefeuillehouder met actie vóór de raadsvergadering L (langere termijn) = toezeggingen door de portefeuillehouder met actie op langere termijn Nr. Agendapunt 1. Opening 2. Vaststelling agenda Ongewijzigd vastgesteld 3. Spreekrecht Er zijn geen insprekers 3a. Terugkoppeling door AB leden Door C. Couwenberg Baanbrekers 3b 1 presentatie website Bijeen Sprekers portefeuillehouder Mulder, A. Oomen, F. van der Lee (Heusden Transparant), M. van Mook 3b 2 memo actuele info over transities L L Sprekers Danse (D.M.P. Heusden), Vonk (D66), Van der Lee (Heusden Transparant), De Wild (PvdA), portefeuillehouder Mulder, M. van Mook, portefeuillehouder Van Engeland Toezegging: na info aan de raad over het aantal getekende raamovereenkomsten Raad ontvangt datum waarop college over de overeenkomst heeft besloten (2014), Beide ongewijzigd vastgesteld 4. Besluitenlijsten van 10 en 21 september Stand van zaken Buurt Bestuurt Presentaties Van Lieshout, Kuis, Boersma Reacties Van den Dungen (Heusden Eén), Blankers (VVD), de Wild (PvdA), Danse (D.M.P. Heusden), portefeuillehouder Van Bokhoven, Meijer (D.M.P. Heusden), Vonk (D6), Van der Lee (Heuden Transparant), Muskens (CDA), De Wild (PvdA).

15 6. Toelichting op regionale opgaven Noordoost Brabant, Hart van Brabant en De Langstraat Toelichting door de portefeuillehouders Van Engeland, Mulder en van Aart. Sprekers: Danse (D.M.P. Heusden) Van der Lee (Heusden Transparant), Van den Dungen (Heusden Eén) Van den Brandt (Gemeentebelangen) portefeuillehouders Mulder, Van Engeland. 7. Rondvraag Sprekers: Blankers (VVD), portefeuillehouder van Bokhoven. 8. Sluiting uur. Vastgesteld op: donderdag 3 december 2015 Mevr. drs. C.G.W.M. Selman (plv) Griffier

16 Einde bijlage: besluitenlijst Samenleving Terug naar het agendapunt

17 07 RV Koers opvang vluchtelingen en huisvesting vergunninghouders (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23098#

18 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : Onderwerp Portefeuillehouder Koers opvang vluchtelingen en huisvesting vergunninghouders Mevrouw drs. M. Mulder Datum raadsvergadering 22 december 2015 Samenvatting Dit voorstel gaat over de door u vast te stellen koers voor de aanpak van het vraagstuk over de opvang van de toestroom van vluchtelingen. De voorgestelde koers laat zien dat de gemeente haar verantwoordelijkheid wil nemen in dit vraagstuk en kiest voor een structurele menswaardige aanpak, die steunt op 2 pijlers. Dit houdt in: zo snel mogelijk realiseren van reguliere huisvesting voor vergunninghouders en hen daarna ondersteunen bij hun integratie. Voor tijdelijke opvang van asielzoekers is er de bereidheid om te zoeken naar locaties voor kleinschalige opvang. Aanleiding Door de grote toename van asielzoekers in ons land heeft het Rijk aan de gemeenten gevraagd de mogelijkheden te onderzoeken voor opvang van vluchtelingen. Het gaat zowel om opvang van asielzoekers die nog in afwachting zijn van een beslissing op hun aanvraag voor een verblijfsvergunning als om huisvesting voor vergunninghouders (vluchtelingen met een verblijfsstatus die vanuit het azc (asielzoekerscentrum) aan de gemeente gekoppeld worden voor reguliere huisvesting. Op 24 september 2015 is er een thema-avond geweest waarin u geïnformeerd bent over verschillende aspecten van de opvang van vluchtelingen (opvang, huisvesting, integratie). Aan u is toegezegd met een voorstel te komen. Feitelijke informatie Voorgeschiedenis De instroom van asielzoekers neemt de afgelopen jaren weer gestaag toe, maar in 2015 is er sprake van een forse toename. Hierdoor worden extra inspanningen gevraagd van het Rijk en de gemeenten om asielzoekers opvang te bieden en vergunninghouders te huisvesten. Toename van de groep vergunninghouders in de gemeente vraagt om een zorgvuldige afweging zodat er draagvlak blijft in de samenleving en de vergunninghouders hun plek hier kunnen vinden. Kaders (beleid en wettelijk) Het COA (Centraal Orgaan opvang asielzoekers) is verantwoordelijk voor de opvang van asielzoekers. Vanaf het moment dat een asielzoeker Nederland binnenkomt wordt hij opgevangen in een van de opvanglocaties. Uitgangspunt is dat er voor iedereen die daar recht op heeft een bed beschikbaar is. Opvang is wettelijk geregeld tot de asielzoeker een verblijfsvergunning krijgt of, in geval een vergunning is geweigerd, gedurende de tijd die hij heeft gekregen om het land te verlaten. Het is de taak van het COA om ervoor te zorgen dat er altijd voldoende opvanglocaties zijn. Door de grote instroom heeft het COA veel extra plaatsen nodig voor de opvang en begeleiding van vluchtelingen die in Nederland asiel aanvragen. Daarom is een oproep gedaan aan gemeenten om te helpen. Het COA zoekt locaties voor reguliere opvang (azc), tijdelijke opvang, noodopvang en crisisnoodopvang. Om te mogen werken, moet het COA een tewerkstellingsvergunning afgeven. Zo n vergunning wordt pas verstrekt wanneer de asielaanvraag minstens 6 maanden in behandeling is. Het eerste halfjaar kan een asielzoeker dus sowieso niet werken. Een andere voorwaarde om te mogen werken, is dat de asielzoeker een verklaring van het COA aan de werkgever kan overleggen waarin staat dat uitzetting niet aan de orde is. Een asielzoeker mag maximaal 24 weken per jaar werken. 1

19 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : De asielzoekers die een verblijfsvergunning krijgen, de zogenaamde vergunninghouders, worden vanuit de azc s gekoppeld aan een gemeente. Die gemeente is dan verantwoordelijk voor het huisvesten van de betrokken vergunninghouders. De gemeente zorgt dan binnen 12 weken voor een woningaanbod. Hiervoor legt het Rijk elk half jaar een huisvestingstaakstelling op aan de gemeenten. Begin oktober is de taakstelling voor de eerste helft van 2016 bekendgemaakt. Na vestiging in de woning is de vergunninghouder in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor de integratie. Vanuit het Rijk ontvangen de gemeenten 1000 per volwassen vergunninghouder voor maatschappelijke begeleiding. Vergunninghouders moeten hun inburgeringsdiploma halen. Hiervoor kunnen zij geld lenen bij DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs). De meeste vergunninghouders zijn in eerste instantie aangewezen op een uitkering. Ze mogen wel werken, maar komen vaak moeilijk aan werk. Doordat ze relatief kort in Nederland zijn, hebben ze een taalachterstand. Diploma s die ze hebben behaald in het land van herkomst, worden in Nederland vaak niet erkend. Door hun vlucht en (lange) asielprocedure, hebben vluchtelingen vaak een flink gat in hun cv. Een groot deel van de vacatures in Nederland wordt dan ook via via ingevuld; de meeste vluchtelingen hebben nog geen netwerk opgebouwd dat hen hierbij kan helpen. Veel werkgevers zijn onbekend met vluchtelingen en daardoor soms huiverig hen aan te nemen. Overige informatie Door de hoge instroom van het aantal asielzoekers ontstaan er verschillende soorten opvang: Crisisnoodopvang Gemeenten zijn verantwoordelijk voor crisisnoodopvang. Dit zijn locaties zoals sporthallen, die normaal bij incidenten, rampen of crisis worden gebruikt. Crisisnoodopvang is bedoeld voor in beginsel 72 uur, waarna de vluchtelingen kunnen doorstromen naar opvanglocaties van het COA; Noodopvang Hallen en locaties voor paviljoens voor de duur van 6 tot 12 maanden met een opvangcapaciteit van 300 tot 600-plus bewoners. Bij voorkeur in de directe nabijheid van een tijdelijke of reguliere opvanglocatie; Tijdelijke opvang Recreatieparken, migrantenhuisvesting of vergelijkbare accommodaties waarvan de verhurende eigenaar de exploitatie deels uitvoert. Dit voor de duur van 1 tot 2 jaar met een opvangcapaciteit van 300 tot 800-plus bewoners; Reguliere opvang Een asielzoekerscentrum (azc) dat door het COA wordt geëxploiteerd voor een termijn vanaf 2 jaar met een opvangcapaciteit van 300 tot 1500-plus personen. Bij deze termijn kan het COA investeren en is een financieel verantwoorde exploitatie mogelijk. Stand van zaken gemeente Heusden Eind september jl. bent u tijdens een thema-avond geïnformeerd over de opvang van vluchtelingen en de invulling van de huisvestingstaakstelling betreffende vergunninghouders. Daarbij is toegezegd dat u voor het einde van het jaar een voorstel ontvangt over de koers die wij voorstaan over opvang van vluchtelingen in onze gemeente. Er zijn ondertussen ervaringen opgedaan met crisisnoodopvang, er wordt in regionaal verband overlegd over de vraag naar noodopvang of tijdelijke opvang en de taakstelling huisvesting vergunninghouders voor de eerste helft van 2016 is bekend. Crisisnoodopvang Op 17 september jl. deed het ministerie van Veiligheid en Justitie een beroep op de gemeenten voor het aanbieden van plaatsen voor crisisnoodopvang. Het gaat dan om slaapplaatsen voor 72 uur, inclusief verzorging. Wij hebben plaatsen aangeboden in Mariënkroon. Van 28 september tot en met 24 oktober jl. werd opvang geboden aan meer dan 100 vluchtelingen in de leeftijd van 14 tot 18 jaar. Dit was een 2

20 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : intensieve en indrukwekkende periode waarin een grote inzet is gevraagd van veel medewerkers in de gemeentelijke organisatie en van de vrijwilligers van stichting Focolare. De ervaring over deze periode heeft ertoe geleid dat een nieuw aanbod voor crisisnoodopvang niet voor de hand ligt. Deze conclusie wordt gedeeld door het Dagelijks Bestuur van de Veiligheidsregio in Brabant Noord, dat zelf ook concludeerde dat de crisisnoodopvang gedurende 72 uur, en de mogelijke verplaatsing voor opnieuw 72 uur, niet de sociaal stabiele verblijfsomgeving vormt om veelal getraumatiseerde asielzoekers te kunnen helpen. Alleen in een meer langdurige opvang of in een reguliere opvang kan adequate psychosociale en psychiatrische hulp worden geboden. Noodopvang en tijdelijke opvang Het COA beschreef onlangs in een conceptnotitie de primaire criteria voor noodopvang. Het gaat om grote evenementenhallen/terreinen met exploitatie door een beheerder, leegstaande kantoren met een oppervlakte > m 2 bruto vloeroppervlakte of terreinen voor het plaatsen van paviljoens. Wij constateren dat er in onze gemeente geen aanbod beschikbaar is dat aan deze criteria voldoet. Bij de voormalige locatie van Innoseeds B.V. in Vlijmen staan hallen die door de gemeente worden verhuurd voor opslag. Het gevraagde beheer is daar echter niet aanwezig. In Brabant-Noord vindt overleg plaats tussen de gemeenten. De bestuurlijke coördinatie voor het realiseren van de noodopvangplaatsen in Brabant-Noord is opgedragen aan de Bestuurlijke Regiegroep Noodopvang Brabant-Noord. De opgave is om in de gemeenten in Brabant-Noord voor 1 januari 2016 een noodopvang voor 500 vluchtelingen te realiseren en in 2016 nog eens 2500 plaatsen. Er heeft een inventarisatie plaatsgevonden, geconstateerd is dat dit vooralsnog niet voldoende plaatsen op zou leveren om voor 1 januari plaatsen te realiseren. De indruk bestaat dat er meer mogelijkheden ontstaan wanneer ook kleinere locaties ( ca 100 personen) een optie zou kunnen zijn. Bij noodopvang wordt de locatie door het COA beheerd. Met de gemeenten wordt een bestuursovereenkomst afgesloten waarin zaken worden geregeld zoals het aantal bewoners, duur van ingebruikname van locaties, handhaving, inzet van personele en materiele middelen, onderwijs en gezondheidszorg Het college wil in deze lijn mogelijkheden zoeken voor kleinschalige noodopvang. Asielzoekerscentrum Wij hebben ons ook georiënteerd op een azc en een bezoek gebracht aan Winterswijk. Hier is een bijzonder project tot stand gebracht waarbij een azc is gebouwd tegelijk met de realisatie van een woonwijk, zonder hekken of beveiliging. Het azc vormt onderdeel van de wijk en is gebouwd met als uitgangspunten: menswaardig, multifunctioneel en betaalbaar. De wijze waarop dit asielzoekerscentrum is gevestigd, spreekt ons aan. Het concept is niet zomaar toe te passen op de locaties die in Heusden nu beschikbaar zijn voor woningbouw. Er zijn veel factoren die een rol hebben gespeeld bij het succes van Winterswijk. Ondanks dit mooie voorbeeld ziet het college geen mogelijkheden voor een AZC in onze gemeente. Taakstelling huisvesting vergunninghouders Daarnaast wordt aan de colleges gevraagd om op zo kort mogelijke termijn zorg te dragen voor de huisvesting van de aan de specifieke gemeenten toegewezen vergunninghouders. De taakstelling voor het gehele jaar 2015 was 74 personen. Deze is al gerealiseerd en de verwachting is dat we aan het eind van het jaar 97 vergunninghouders hebben gehuisvest. Daarmee lopen we voor op de taakstelling en proberen we de opvanglocaties te ontlasten. Dit draagt bij aan een structurele oplossing, waarbij vluchtelingen niet langer dan nodig in een azc verblijven en zij zo snel mogelijk in de positie komen om aan hun integratie en participatie te gaan werken. De taakstelling voor het eerste half jaar van 2016 is bekend en bedraagt 51 personen voor onze gemeente. Op dit moment is het lastig een voorspelling te doen over de totale taakstelling voor Er zijn veel asielzoekers binnengekomen. Eerst moet er een beoordeling plaatsvinden of zij hier mogen blijven. Het Rijk geeft aan dat gemeenten zich wel moeten voorbereiden op een hogere toestroom van te huisvesten vergunninghouders. 3

21 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : Dit houdt in dat er ook in 2016 voldoende aanbod moet zijn voor de huisvestingstaakstelling. Een belangrijke partner hierin is Woonveste. Woonveste is bereid een actieve rol te vervullen in het realiseren van (extra) huisvestingsmogelijkheden. We zijn met Woonveste in gesprek over extra woningen om in de bestaande voorraad ruimte te krijgen voor vergunninghouders binnen de nieuwe en te verwachten taakstelling voor het tweede halfjaar van Op 12 oktober jl. kondigde het kabinet een versobering aan van de huisvesting van vergunninghouders. Dit gebeurt omdat de situatie vraagt om meer en een sneller aanbod van woonruimte. Het plan is om vergunninghouders ook te huisvesten in alternatieve gebouwen (zoals kantoorpanden en wooncontainers). Hoe de wetswijziging inhoudelijk gaat luiden, is nog afwachten. Daarnaast is aangekondigd dat de voorrangssituatie van vergunninghouders komt te vervallen. Ook dit moet nog verder worden uitgewerkt. De taakstelling voor de gemeenten blijft bestaan. Woonveste geeft aan in algemene zin problemen te verwachten met het huisvesten van woningzoekenden die zijn aangewezen op een sociale huurwoning met een passende huur. Door de nieuwe woningwet moet er sprake zijn van een passende toewijzing. Veel woningen in de voorraad van Woonveste zijn te duur en de komende jaren is er daarom behoefte aan de bouw van meer goedkopere woningen met een spreiding in de verschillende kernen. Met uw instemming willen wij met Woonveste het gesprek aangaan om meer woningen te gaan bouwen en te onderzoeken welke locaties hiervoor geschikt zijn. Insteek is om de taakstelling voor de eerste helft van 2016 zo snel mogelijk gerealiseerd te hebben en daarbij oog te hebben voor andere woningzoekenden zodat er binnen afzienbare termijn goede vooruitzichten zijn op voldoende passende woningtoewijzingen. Dit sluit overigens niet uit dat er ook wordt gekeken naar andere alternatieven. Zo heeft het Rijk de regeling voor zelfzorgarrangementen uitgebreid naar gemeenten (GZZA). Dit kan ook een oplossing zijn om op korte termijn vergunninghouders te huisvesten. Bij een zelfzorgarrangement gaat het om tijdelijk onderdak, het betrokken pand moet voldoen aan de eisen voor tijdelijke bewoning volgens het Bouwbesluit (denk aan ventilatie, sanitaire ruimte, gas, water en licht etc.). Een vergunninghouder kan maximaal 6 maanden gebruik maken van GZZA. Binnen 6 maanden volgt doorstroming naar een reguliere woning in dezelfde gemeente. Vanaf dat moment telt een vergunninghouder mee voor de taakstelling en zal hij gebruik maken van gemeentelijke voorzieningen. Door het aanbieden van een gemeentelijk zelfzorgarrangement komt er ook meer doorstroming in de azc s en kan in de gemeente al worden gestart met het integratieproces. Het college wil zich sterk maken voor de ambitie om voor vergunningho9uders een inspanning te plegen die verder gaan dan de norm die voor Heusden geldt. Omdat we de taakstelling van 2015 al gerealiseerd hebben krijgen we vanuit het COA geen nieuwe vergunninghouders gekoppeld. De gemeenten die hun taakstelling nog niet gerealiseerd hebben krijgen als eerste nieuwe vergunninghouders gekoppeld. Bij het beschikbaar komen van een woning wordt nu bekeken of we vergunninghouders van een andere gemeente in de regio over kunnen nemen. Dit is al gelukt met een gezin uit de gemeente Sint Michielsgestel. Het college zou graag zien dat het COA ook actiever hieraan medewerking verleent. Integratie en participatie vergunninghouders en onderwijs vluchtelingenkinderen Naast de wettelijke taak om huisvesting aan te bieden hechten wij er veel waarde aan dat de vergunninghouders snel integreren in de Nederlandse samenleving. Stichting Vluchtelingenwerk ondersteunt daarbij en ontvangt hiervoor subsidie vanuit de gemeente. Vergunninghouders moeten hun inburgeringsdiploma halen. Het leren van de Nederlandse taal is belangrijk. Het hebben van werk kan hieraan bijdragen. De meeste vergunninghouders zijn in eerste instantie aangewezen op een uitkering die verstrekt wordt door Baanbrekers. Baanbrekers ondersteunt de vergunninghouder ook bij het zoeken naar een baan. Het is belangrijk snel zicht te krijgen op het opleidingsniveau en de werkervaring van vergunninghouders. Met Baanbrekers en Stichting Vluchtelingenwerk worden hier afspraken over gemaakt. Naar onze mening kunnen mensen in een aantrekkende economie eerder aan het werk, ook als zij de taal niet of nog onvoldoende machtig zijn. We willen als gemeente nadrukkelijk de regie gaan voeren op integratie. Scholen, kinderdagverblijven en peuterspeelzalen bieden de vluchtelingenkinderen opvang of onderwijs. De instroom van vluchtelingenkinderen, die nog nauwelijks Nederlands spreken, is een punt dat door deze 4

22 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : organisaties bij de gemeente onder de aandacht is gebracht. Het primair onderwijs en de voorschoolse instellingen zoeken naar oplossingen waarmee zij beter in staat zijn om de vluchtelingenkinderen een goed aanbod te bieden. Vanuit het Rijk worden geen extra gelden aan de gemeente beschikbaar gesteld. Er is nog budget vanuit de rijksuitkering onderwijsachterstandenbestrijding beschikbaar. Overigens moeten deze gelden dan wel uiterlijk 31 december 2016 worden besteed. Naast inzet op VVE (voor- en vroegschoolse educatie) is het ook mogelijk dit geld in te zetten voor bestrijding van taalachterstanden. Op basis van een gezamenlijk plan van de betrokken partijen, en uitgaande van een gezamenlijke verantwoordelijkheid, worden hier afspraken over gemaakt. Verder zijn de gemeenten in afwachting van de manier waarop de regering een onlangs over dit onderwerp aangenomen motie uitwerkt. Deze motie roept op om te zoeken naar een maatwerkoplossing in de bekostiging van scholen die te maken hebben met sterk wisselende leerlingenaantallen door de instroom van vluchtelingenkinderen. Inzet van middelen De financiële consequenties van dit voorstel kunnen eerst goed in beeld gebracht worden als bekend is over welke aantallen vluchtelingen het gaat en welke zorg het betreft. Hetzelfde geldt voor het bouwen van sociale huurwoningen. Om een goed beeld te schetsen van de financiële gevolgen voor de gemeente is het van belang om te weten om welke aantallen woningen het gaat, in hoeverre deze niet door Woonveste binnen de door hen al geplande aantallen woningen (bijvoorbeeld in Geerpark) kunnen worden gerealiseerd en welke locaties het betreft. Als de sociale huurwoningen moeten komen op locaties waar ze niet voorzien waren kan dat een negatief of positief effect hebben. De effecten kunnen negatief zijn als op de gewenste locaties in de grondexploitaties of in het kader van de taakstelling voor verkoop van gemeentelijke eigendommen grondprijzen zijn ingerekend die niet overeen komen met die welke behoren bij sociale huurwoningen. Er kan ook een positief effect van uitgaan als op de gewenste locatie nog geen grondopbrengsten zijn ingerekend en de locatie een geringe boekwaarde heeft. Deze effecten moeten bij het afwegen van locaties worden meegenomen. Risico's De voorgestelde koers leidt tot snelle huisvesting van vergunninghouders (korte termijn), inspanningen op het gebied van integratie (korte en langere termijn) en tot afspraken over het op peil houden/brengen van de sociale woningvoorraad (korte en langere termijn). Er is veel te doen over de komst van vluchtelingen en dus is het belangrijk dat eventuele maatschappelijke risico s goed worden afgewogen. Het draagvlak in de samenleving is een belangrijk punt van aandacht. De ervaringen met de invulling van de taakstelling tot nu toe geeft niet het beeld van een te beperkt maatschappelijk draagvlak. Uitgangspunt is dat het streven om de vergunningshouder snel te huisvesten en mogelijk ook meer vergunninghouders te huisvesten niet tot verdringing op de woningmarkt leidt. Daarvoor moet worden bezien hoe de bestaande voorraad zo goed mogelijk kan worden benut en behouden. Vervolgens zal, daar waar noodzakelijk, worden gekeken naar mogelijkheden om die voorraad sociale huurwoningen uit te breiden. Het ligt voor de hand om bij die aanvullende toevoeging van woningen in eerste instantie te kijken naar de mogelijkheden van locaties waarbij er al planologische ruimte is voor de bouw van nieuwe wooneenheden. Vanwege alle hectiek staan de kranten elke dag vol over berichtgeving rondom de vluchtelingen. De politieke en maatschappelijke urgentie rond het vluchtelingenvraagstuk speelt zowel in Europees verband als in Nederland. Het kabinet werkt aan een brede aanpak van het vluchtelingenprobleem en is ook bezig met maatregelen die van invloed kunnen zijn op de voorgestelde lokale koers. Voorbeelden daarvan zijn het onderzoek naar de zogenaamde huisvestingsvoorzieningen, verruiming van de mogelijkheden van tijdelijke huurcontracten, het mogelijk maken van het beheer van een huisvestingsvoorziening door corporaties en het afschaffen van de voorrangsregeling voor vergunninghouders in de Huisvestingswet. Afhankelijk van de vervolgstappen zijn er een aantal juridische aspecten die een rol kunnen spelen. Vluchtelingen die woonruimte huren, genieten wettelijke huurbescherming. Hier moet op gelet worden als er een vorm van tijdelijke woonruimte wordt aangeboden. Een uitkomst biedt misschien de Leegstandswet die tijdelijke huur van leegstaande panden mogelijk maakt zonder die zware huurbescherming. 5

23 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : De gemeente kan door het Rijk en de provincie buitenspel worden gezet. Zowel de Wet ruimtelijke ordening (Wro) als de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) bieden het Rijk en de provincie krachtige juridische instrumenten om opvang voor asielzoekers (ruimtelijk) mogelijk te maken. Op basis van de Wro kunnen het Rijk of de provincies inpassingsplannen maken die in de plaats komen van gemeentelijke bestemmingsplannen. Gemeenten kunnen daarbij (als dat nodig is voor de vergunningverlening) buitenspel worden gezet. De Wabo biedt het Rijk en de provincies de mogelijkheid via een omgevingsvergunning af te wijken van het bestemmingsplan. Een inpassingsplan is dan niet nodig. De termijn voor het verlenen van zo n vergunning is juist voor de opvang van asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen teruggebracht naar 8 weken. Ten slotte biedt de coördinatieregeling van de Wro het Rijk (mits instemming van het parlement) en de provincies de mogelijkheid om alle benodigde vergunningen voor de uitvoering van provinciaal en nationaal ruimtelijk beleid in één keer te verlenen. De duur van de totstandkomingsprocedure voor alle benodigde vergunningen kan daarbij door het Rijk en de provincies zelf worden bepaald. Afweging Er is behoefte aan opvangplaatsen voor vluchtelingen. De gemeente wil daarin zijn verantwoordelijkheid nemen en heeft dit ook getoond door het aanbieden van meer dan 100 plaatsen voor crisisnoodopvang. Vanuit die ervaring is het belang van een structurele oplossing voor de opvang van vluchtelingen nog duidelijker geworden. Op korte termijn is de voorgestelde koers er daarom op gericht de huisvestingstaakstelling snel te realiseren. Ook na realisatie van de taakstelling blijft de gemeente doorgaan met huisvesten van vergunninghouders. Afhankelijk van de huisvestingsmogelijkheden kan bij het COA dan kenbaar worden gemaakt dat er meer vergunninghouders kunnen worden gekoppeld aan onze gemeente. Op deze manier neemt Heusden verantwoordelijkheid die verder gaat dan de taakstelling die door het Rijk wordt opgelegd. Om dit te bereiken is het voorstel om samen met Woonveste te zoeken naar creatieve oplossingen zodat de oplopende instroom van vergunninghouders niet leidt tot verdringing op de sociale huurmarkt. Ook andere alternatieven worden daarin meegenomen. Na huisvesting is integratie een belangrijk aandachtspunt. De gemeente wil, met als basis de eigen verantwoordelijkheid van de vergunninghouders, afspraken maken met andere partijen zoals Baanbrekers, Vluchtelingenwerk, scholen en voorschoolse voorzieningen ter bevordering van de integratie. Heusden wil een bijdrage leveren aan de gezamenlijke opvang in Brabant door mogelijkheden te zoeken voor kleinschalige noodopvang van vluchtelingen. Deze afwegingen zijn de basis voor de volgende uitgangspunten die samen de voorgenomen koers vormen: een structurele aanpak door snelle realisatie van de huisvestingstaakstelling van vergunninghouders; het college wil zich sterk maken voor de ambitie om voor huisvesting van vergunninghouders een inspanning te plegen die beduidend verder gaat dan de opgelegde taakstellingsnorm; samen met Woonveste wordt gezocht naar (creatieve) oplossingen zodat de oplopende instroom van vergunninghouders niet leidt tot verdringing op de sociale huurmarkt; de mogelijkheden voor het gebruik van de gemeentelijke regeling voor zelfzorgarrangementen wordt verder onderzocht; er zijn geen locaties beschikbaar voor een AZC zoeken naar mogelijkheden voor het bieden van kleinschalige noodopvang voor vluchtelingen sterke regie op integratie en participatie van de vergunninghouders en hiervoor worden afspraken gemaakt met betrokken organisaties. 6

24 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : Door deze uitgangspunten draagt de gemeente bij aan de uitstroom van vergunninghouders uit de azc s. Hierdoor komen er plaatsen vrij voor de asielzoekers die nog in procedure zitten en nu zijn aangewezen op opvang in noodlocaties. Zo verbetert de situatie van zowel de asielzoekers als de vergunninghouders. Na het huisvesten van de vergunninghouders in onze gemeente is het belangrijk dat de vergunninghouders snel integreren en daarbij worden ondersteund. Procedure / vervolgstappen Bij de opvang van vluchtelingen en de huisvesting van statushouders speelt communicatie een belangrijke rol. Het is van belang dat het beleid en besluiten steeds zorgvuldig en transparant aan bewoners en andere betrokkenen worden toegelicht en uitgelegd. Natuurlijk aan de inwoners van de gemeente in het algemeen, maar vooral ook aan de directbetrokkenen zoals omwonenden. Het gaat daarbij zowel om informatie als om het betekenis geven aan eventuele emoties en zorgen van bewoners. In de communicatie moet daarnaast ook aandacht zijn voor de integratie van vluchtelingen en statushouders en hoe burgers, instellingen en verenigingen hierbij een rol kunnen spelen. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 7

25 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 22 december 2015; gezien het voorstel van het college van 17 november 2015; gelet op huisvestingswet; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : de volgende uitgangspunten vast te stellen, die samen de koers vormen voor de opvang van vluchtelingen en de huisvesting van houders van een verblijfsvergunning: een structurele aanpak door snelle realisatie van de huisvestingstaakstelling van vergunninghouders; invulling van de ambitie om voor huisvesting van vergunninghouders een inspanning te plegen die beduidend verder gaat dan de opgelegde taakstellingsnorm; samen met Woonveste zoeken naar (creatieve) oplossingen zodat de oplopende instroom van vergunninghouders niet leidt tot verdringing op de sociale huurmarkt; de mogelijkheden voor het gebruik van de gemeentelijke regeling voor zelfzorgarrangementen verder onderzoeken; er zijn geen locaties in onze gemeente beschikbaar voor een AZC zoeken naar mogelijkheden voor het bieden van kleinschalige noodopvang voor vluchtelingen; er wordt versneld ingezet op integratie en participatie van de vergunninghouders en hiervoor worden afspraken gemaakt met betrokken organisaties. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 8

26 Einde bijlage: 07 RV Koers opvang vluchtelingen en huisvesting vergunninghouders Terug naar het agendapunt

27 16 RV Verordening reclamebelasting 2016 (Kernmanagement Drunen) (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23099#

28 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : Onderwerp Portefeuillehouder Verordening reclamebelasting 2016 (Kernmanagement Drunen) Mevrouw J. van Aart Datum raadsvergadering 22 december 2015 Samenvatting Dit voorstel gaat over de verordening reclamebelasting die is ingesteld voor de financiering van het Kernmanagement in Drunen. Sinds 1 januari 2014 is er sprake van Kernmanagement in het centrum van Drunen. Bij de start is afgesproken om na 2 jaar te evalueren. De evaluatie is inmiddels uitgevoerd. Grondslag voor de huidige verordening reclamebelasting is een vast tarief voor elke ondernemer. De evaluatie geeft aanleiding om deze grondslag nader te bekijken, maar laat nog geen duidelijke meerderheid zien voor een van de alternatieven. In haar aanbevelingen vraagt Stichting Kernmanagement Drunen daarom om in 2016 te starten met een verordening op basis van dezelfde grondslag als de afgelopen jaren: een vast bedrag per ondernemer. De stichting wil in 2016 wel onderzoeken of er voor een van de alternatieven, of een combinatie daarvan, draagvlak is bij de ondernemers. Daarom is het voorstel aan u om de nieuwe verordening voor 2016 zonder wijzigingen ten opzichte van 2015 vast te stellen. Dit voorstel heeft geen financiële gevolgen en risico s. Aanleiding Sinds 1 januari 2014 is er sprake van Kernmanagement in het centrum van Drunen. Bij de start is afgesproken om na 2 jaar te evalueren. De evaluatie is uitgevoerd en nu ligt de verordening reclamebelasting voor 2016 ter besluitvorming voor. Feitelijke informatie Voorgeschiedenis Kernmanagement in Drunen is van start gegaan op 1 januari 2014, nadat u op 17 december 2013 besloot om reclamebelasting in het gebied in te stellen. Kernmanagement wordt in andere plaatsen meestal centrummanagement genoemd. Het management is er op gericht om in samenspraak met alle ondernemers in het gebied, het centrum van een stad of dorp levendig te houden. Activiteiten zijn veelal gericht op belangenbehartiging, evenementen en promotie. In Drunen is voor het realiseren van Kernmanagement de Stichting Kernmanagement Drunen (hierna: de stichting) in het leven geroepen. De gemeente faciliteert de financiering van de stichting. Wij hebben een convenant gesloten met de stichting en op basis daarvan wordt jaarlijks subsidie verleend. De hoogte van de subsidie wordt bepaald door de opbrengsten van de reclamebelasting in het gebied, verminderd met de heffingskosten die de gemeente daarvoor maakt. De verordening reclamebelasting stelt u jaarlijks vast. Normaliter bij de vaststelling van de begroting, maar omdat er dit jaar een relatie is met de evaluatie van het Kernmanagement, bieden wij u deze nu ter vaststelling aan. Kaders (beleid en wettelijk) De wettelijke grondslag van de heffing is gebaseerd op artikel 227 van de Gemeentewet. De besteding van de opbrengsten is vrij en geregeld in het convenant tussen de gemeente en de stichting. Het convenant treft u ter informatie als bijlage bij dit voorstel aan. Overige informatie In het convenant staat dat het functioneren van het Kernmanagement na 2 jaar wordt geëvalueerd. De stichting heeft daarom op ons verzoek een evaluatie opgesteld, waarvoor zij een enquête hield onder de ondernemers in het gebied. Op basis hiervan deed de stichting een aantal aanbevelingen aan de gemeente. 1

29 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : Deze aanbevelingen richten zich op: het voortzetten van het Kernmanagement; het handhaven van de basiskeuzes (verordening ongewijzigd vaststellen); het verbreden van de doelstellingen. De aanbiedingsbrief met de aanbevelingen en de evaluatie treft u ter kennisname bij dit voorstel aan. Wij hebben kennis genomen van de evaluatie en de aanbevelingen van de stichting. Op basis daarvan hebben wij besloten het convenant met de stichting voort te zetten en u dit voorstel te doen over de vaststelling van de verordening reclamebelasting voor De gevraagde verbreding van de doelstelling ligt binnen de kaders van het convenant. Inzet van middelen De kosten voor het innen van de reclamebelasting worden in mindering gebracht op het uit te keren subsidiebedrag aan de stichting. Ook de inzet van personeel wordt hierin verrekend. Per saldo zijn er voor de gemeente dan ook geen kosten verbonden aan dit voorstel. Risico's Dit voorstel heeft geen risico s. Afweging Grondslag voor de huidige verordening reclamebelasting is een vast tarief voor elke ondernemer. De evaluatie geeft aanleiding om deze grondslag nader te bekijken, maar laat nog geen duidelijke meerderheid zien voor een van de alternatieven. Alternatieven zijn bijvoorbeeld tariefstelling op basis van de WOZwaarde van de panden van de ondernemers in het gebied of een nadere differentiatie op basis van de locatie binnen het gebied. In haar aanbevelingen vraagt de stichting daarom om in 2016 te starten met een verordening op basis van dezelfde grondslag als de afgelopen jaren: een vast bedrag per ondernemer. De stichting wil in 2016 wel onderzoeken of er voor een van de alternatieven, of een combinatie daarvan, draagvlak is bij de ondernemers. Wij stellen u daarom voor om de verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting (Verordening reclamebelasting centrumgebied Drunen 2016) vast te stellen. Daarin is overeenkomstig de aanbeveling van de stichting dezelfde grondslag opgenomen als de afgelopen jaren. Procedure / vervolgstappen Uw besluit treedt op de eerste dag, nadat het is bekendgemaakt, in werking. Vanaf 1 januari 2014 is de gemeente verplicht de algemeen verbindende voorschriften (zoals verordeningen en gebiedsaanwijzingen) bekend te maken door publicatie in een elektronisch gemeenteblad. De gemeente doet dit via een gemeenschappelijke voorziening voor officiële publicaties op de website Uw besluit wordt verder ook nog bekendgemaakt op de gemeentelijke website en op de gemeentelijke informatiepagina in De Scherper. Als het onderzoek van de stichting aanleiding geeft tot een wijziging van de verordening, wordt deze opnieuw ter besluitvorming aan u voorgelegd. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 2

30 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 22 december 2015; gezien het voorstel van het college van 17 november 2015; gezien de evaluatie Kernmanagement 2015; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : de verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting in het centrum van Drunen (Verordening reclamebelasting centrumgebied Drunen 2016) vast te stellen. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 3

31 Einde bijlage: 16 RV Verordening reclamebelasting 2016 (Kernmanagement Drunen) Terug naar het agendapunt

32 16BIJL Begeleidende brief evaluatie (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23100#

33 College en Gemeenteraad van Heusden Postbus AA Vlijmen 5 november 2015 Betreft: Evaluatie Kernmanagement te Drunen Geacht college en gemeenteraad, Bijgaand zenden wij u het evaluatierapport ter behandeling van de evaluatie zoals dat is opgenomen in artikel 10 van het convenant d.d. 18 december In de enquête hebben we naast de draagvlakmeting ook aandacht besteed aan mogelijke verbeteringen. Deze verbeteringen met onze conclusies hebben we kunnen vertalen naar een paar concrete aanbevelingen die we aan u voorleggen. Het gaat om de volgende 3 aanbevelingen: 1 Kernmanagement voortzetten De bevindingen uit de evaluatie zijn aanleiding om Kernmanagement in het centrum van Drunen vanaf 1 januari 2016 een vervolg te geven. Deze organisatie heeft aantoonbaar bijgedragen aan de dynamiek en de samenwerkingsstructuur in het centrum. De heffing heeft meer investeringen mogelijk gemaakt, heeft structuur aangebracht in het samenwerkingsmodel van ondernemers en zorgt voor continuïteit. Verder is de groep ondernemers die voorstander is van het betalen voor gezamenlijke activiteiten, substantieel groter dan degene die daar negatief tegen over staan. Ondernemers zien ook het alternatief: gaat er een streep door de heffing dan ontstaat er een vacuüm en gaan de energie en investeringen van de laatste jaren verloren. 2 Basiskeuzes handhaven Het bestuur van de stichting kernmanagement Drunen adviseert om geen grote wijzigingen aan te brengen in de grondslagen. Uitbreiding van het gebied is enkel mogelijk indien de ondernemers die daar gevestigd zijn ook profijt ondervinden van de activiteiten die gefinancierd worden. Begin 2015 is gepoogd draagvlak te creëren in de aanloopstraten. Zelfs met een vrijwillige kleine bijdrage van 25% van het huidige heffingsbedrag kreeg dat geen draagvlak. Wel gaat het bestuur aan de slag om de heffingsstructuur nader uit te werken en zo mogelijk al in de loop van 2016 aan te passen. Te denken valt over een heffingssysteem dat op WOZ waarde en locatie gebaseerd is. In het raadsbesluit over de verordening zou daar al een mandaat voor het college voor in opgenomen kunnen worden.

34 3 Doelstellingen verbreden In het evaluatierapport is geconcludeerd dat het Kern/centrummanagement zich met name richt op de promotie van centrum Drunen en het organiseren van evenementen. Het zijn met name de winkeliers, filiaalbedrijven en horecaondernemers die hiervan profiteren. Naar de toekomst toe is het zaak dat het centrummanagement niet het label krijgt van een evenementenclub. Kernmanagement dient te staan voor het totaalpakket centrum Drunen en daar horen ook inzet en bestedingen bij op andere thema s. Met name wordt er in de open antwoorden veelvuldig de parkeer/laad/los problematiek genoemd waar veel bezoekers van het centrum zich aan storen. Wij verzoeken u om bovengenoemde 3 aanbevelingen over te nemen en tevens vragen wij u aandacht te besteden aan de gemeentelijke perceptiekosten zodat het netto besteedbaar budget iets hoger kan worden. In afwachting van uw behandeling verblijven wij, Met vriendelijke groet A.H.P.J. Peters Voorzitter Stichting Kernmanagement Drunen

35 Einde bijlage: 16BIJL Begeleidende brief evaluatie Terug naar het agendapunt

36 16BIJL Convenant kernmanagement Drunen (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23101#

37

38

39 Einde bijlage: 16BIJL Convenant kernmanagement Drunen Terug naar het agendapunt

40 16BIJL Evaluatierapport (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23102#

41 Oktober 2015 Evaluatierapport

42 INHOUDSOPGAVE INLEIDING 2 Aanleiding Doelstelling Opzet enquête Opzet rapportage CONCLUSIES 3 Goede responsscore 3 Ondernemers omarmen collectiviteit 3 Steun voor de Kernmanagement 3 Centrummanager ontlast en brengt structuur 4 Meer beleving in het centrum 4 Promotie en evenementen dominant 4 DE ENQUÊTE 5 BIJLAGEN BEHORENDE BIJ DE ENQUÊTE 1

43 INLEIDING Aanleiding Sinds Januari 2014 is er in het centrum van Drunen het Kernmanagement actief. Deze organisatie geeft de mogelijkheden om initiatieven op te zetten die bijdragen aan de samenwerking tussen ondernemers en de leefbaarheid en aantrekkelijkheid van het centrum. De financiële middelen voor deze organisatie komen uit de reclamebelasting die de gemeente Heusden heft aan de ondernemingen in het centrumgebied. In het najaar van 2013 is hiervoor door de gemeenteraad een raadsbesluit genomen. Onderdeel van dat besluit is de afspraak om na circa 2 jaar een evaluatie te houden omtrent het functioneren van het Kernmanagement te Drunen. Doelstelling Doel van de evaluatie is om terug te kijken op de eerste jaren m.b.t. het functioneren van het Kernmanagement in het centrum van Drunen als middel voor de financiering voor de activiteiten van het Kernmanagement. De volgende aspecten komen in de evaluatie onder andere aan de orde: - de wijze van bekostiging van de organisatie; - de verrichtte bestedingen; - de behaalde resultaten; - het functioneren van het Kernmanagement Uit de evaluatie moet blijken of het zinvol en wenselijk is om in de huidige of eventueel een gewijzigde opzet door te gaan of te stoppen. Een belangrijk onderdeel van de evaluatie is een draagvlakmeting in de vorm van een enquête. In deze enquête is aandacht voor de reclamebelasting, de projecten (evenementen en activiteiten) die worden gefinancierd en de communicatie tussen de betrokken partijen. Opzet enquête Alle ondernemers in het centrum van Drunen die binnen de grenzen van het centrumgebied vallen, zijn schriftelijk benaderd om deel te nemen aan de enquête. Het gaat in totaal om 63 ondernemers. Om te voorkomen dat de enquête door één ondernemer meerdere malen werd ingevuld, zijn de enquêtes voorzien van een codering. Er is publiciteit aan het onderzoek gegeven via een nieuwsbrief van het centrummanagement. Voorts zijn alle enquêteformulieren persoonlijk afgegeven en heeft de ontvanger voor ontvangst getekend. Ondernemers konden ervoor kiezen om anoniem te reageren. Opzet rapportage De rapportage bestaat uit twee delen. Het eerste deel betreft de conclusies in aansluiting op de enquête. Daarna volgt de verantwoording en samenvatting van de antwoorden uit de enquête. 2

44 CONCLUSIES Op basis van de resultaten van de enquête zijn conclusies geformuleerd. Goede responsscore De ondernemersenquête is door 38 ondernemers retour gezonden. Het responspercentage bedraagt hiermee 60%, relaterende aan het totale aantal ondernemers met een aanslag reclamebelasting over Op basis van ervaringen elders in het land is dit een goede score. Het gemiddelde bij vergelijkbare enquêtes ligt tussen de 25 en 30%. Van de ontvangen reacties heeft meer dan 75% niet gekozen voor anonimiteit. Ondernemers omarmen collectiviteit Uit de enquêteresultaten blijkt dat 84% van de ondernemers in het centrum het eens is dat ondernemers met elkaar activiteiten opzetten en uitvoeren. Dit gegeven vormt de basis om tot een samenwerkingsvorm en een gezamenlijke financiering te komen. Ondernemers vinden dat een collectief centrum weerbaarder is dan een aaneenschakeling van individuen. Steun voor het Kernmanagement Niet alleen de samenwerkingsgedachte kan op steun rekenen van ondernemers, ook een collectieve financiering in de vorm van het instellen van een reclamebelasting is positief ontvangen. 84% van de ondernemers is voorstander van het principe dat alle ondernemers bijdragen aan de projecten en activiteiten van het kern/centrummanagement. De toegevoegde waarde van een collectieve financiering is meervoudig. Daarnaast zijn ondernemers enthousiast over het feit dat free-riders zijn uitgesloten. Iedereen financiert mee om de aantrekkelijkheid van het centrum te vergroten. Circa 70% van de ondernemers spreekt de wens uit dat de collectieve financiering/kernmanagement ook na 2015 een vervolg zou moeten hebben. Als de niet ontvangen reacties positief gewaardeerd worden dan kan gesteld worden dat 80 % geen tegenstander is. Slechts 6 ondernemers zijn tegen voortzetting. Over het algemeen is er steun voor de uitgangspunten van Kernmanagement die voor de invoering in 2013 zijn bepaald. Van de methodiek om het heffingsbedrag te bepalen vindt 30% het huidige systeem goed, en 65% geeft meerdere mogelijkheden aan waaruit blijkt dat dit onderdeel het komende jaar de nodige aandacht verdient en in overleg met de gemeente wellicht aangepast dient te worden. Centrummanager ontlast en brengt structuur Sinds de inwerkingtreding van het Kernmanagement heeft Drunen kennis gemaakt met een professioneel centrummanagement. Dit als voortzetting van de activiteiten van Stichting Promotie Drunen en de Ondernemers Vereniging Drunen. De reacties op de nieuwe structuur zijn positief. Zowel ondernemers als de gemeente merken op dat er een duidelijk aanspreekpunt is voor ondernemersbelangen. De lijnen zijn daardoor korter geworden waardoor processen efficiënter verlopen. Daarnaast is het prettig dat de aanpak en de promotie van het centrum niet meer enkel afhankelijk is van de inzet van vrijwilligers. Een professionele aanpak is op meerdere niveaus terug te zien, bijvoorbeeld in de regelmatige informatievoorziening richting de ondernemers, filiaalleiding en hoofdkantoren. 3

45 Meer beleving in het centrum Het uiteindelijke doel van een collectieve financiering is natuurlijk dat de extra middelen zich vertalen in een hogere centrumbeleving van de bezoeker. De website Centrum Drunen is actief geworden en nieuwe evenementen zijn toegetreden tot de kalender. De onderlinge afstemming van bestaande evenementen is geprofessionaliseerd waardoor de kwaliteit verbetert is. Ruim 60% van de ondernemers is tevreden over de meerwaarde van de evenementen. Promotie en evenementen dominant Een analyse van de bestedingen van het kernmanagement schetst het beeld dat er twee grote uitgaven zijn. 30% van de uitgaven zijn bestempeld als beheerskosten (met daarbinnen als dominante post de personeelskosten ) en 30% van de uitgaven worden uitgegeven aan organisatiekosten voor evenementen. 25% wordt er uitgegeven aan de sfeerverlichting en inrichting van het centrum, de mobiliteit, bestrijden van leegstand en projecten met betrekking tot het thema schoon, heel en veilig. Opvallend is ook de hoge bijdrage die de gemeente vraagt voor heffingskosten. 4

46 De enquette met vragen en reacties 6 oktober 2015 Drunen evaluatie Kernmanagement Reclamebelasting Sinds januari 2014 betalen alle ondernemers in het kernwinkelgebied van Drunen reclamebelasting. Dit is 500,- op jaarbasis. Deze gelden minus kosten van de gemeente worden uitgekeerd aan Stichting Kernmanagement Drunen. Zij zet zich vervolgens in om in gezamenlijkheid met vrijwilligers, ondernemers en filiaalleiding het centrum van Drunen te promoten, aantrekkelijker en levendiger te maken en te dat te houden. De stichting en het Kernmanagement wordt ondersteund door een professioneel Kernmanager, die met name communicatieve en adviserende taken heeft. Onderwerpen die worden behandeld door Stichting Kernmanagement Drunen: - Sfeerverlichting - Andere kleine evenementen - Vergunningverlening - Kiosk onderhoud en plaatsing - Spaaracties consument - Vraagbaak & infopunt divers - Dickens Festijn - Diefstal en veiligheid - Paasfestijn - Laad- en los problematiek / verkeerszaken - Intocht Sinterklaas - Overleg eigenaren ivm leegstand e.d. - Contact gemeente, onderhoud - Algemene promotie - Drunen Bruist - Website - Belangenbehartiging - Koningsdag en 5 mei-taptoe (2016) - Publiciteit via verschillende media Bij de start van het Kernmanagement is met de gemeente en betrokkenen afgesproken om eind 2015 een evaluatie te houden. Een van de onderdelen van de evaluatie is deze enquête. Deze enquête is toegestuurd aan alle ondernemers in het centrum die onderdeel uitmaken van het reclamebelastinggebied. We horen graag uw mening en stellen uw medewerking aan dit onderzoek zeer op prijs. Het invullen van de vragenlijst neemt 5 tot 10 minuten in beslag. Alvast hartelijk dank hiervoor. Samenwerking 1. Bent u een voorstander om als centrumondernemers gezamenlijk op te trekken m.b.t. het opzetten en uitvoeren van gezamenlijke activiteiten, het gezamenlijke promoten van het centrum en haar activiteiten/evenementen en het gezamenlijk belang te behartigen 32 Ja 3 Nee 2 Geen mening 2. Het afgelopen 1½ jaar zijn in het centrum meerdere projecten en activiteiten/evenementen uitgevoerd door de vrijwilligers en partners van het Kernmanagement. 30% van het budget wordt besteedt aan enkele grote evenementen. Een aantal andere evenementen worden alleen met raad en daad ondersteund door het bestuur en vrijwilligers. De meeste van de vergunningen van centrumactiviteiten lopen via het Kernmanagement. 5

47 Bent u het ermee eens dat ca. 30% van het budget aan evenementen/activiteiten besteed wordt? 15 Eens 5 Neutraal 11 Oneens 4 Geen mening 3. Is de samenwerking (zoals in vraag 1 omschreven) tussen ondernemers verbeterd na de invoering van Kernmanagement? 11 Ja 17 Nee 7 Geen mening Activiteiten 4. Hoe tevreden bent u over de meerwaarde van de volgende activiteiten voor het collectief Kern/Centrum Drunen? Opmerking: dus los van uw eigen onderneming Activiteit Zeer ontevreden Ontevrede n Neutra al Tevrede n Zeer tevreden Geen mening 1 Spaaractie najaar Openbare ruimte: Sfeerverlichting / Kiosk Evenementen Functioneren van de Kernmanager 5 Schoon, heel, veilig, verkeerszaken 6 Algemene belangenbehartiging

48 5. Hoe tevreden bent u over de meerwaarde van de volgende activiteiten voor u als ondernemer? Activiteit Zeer ontevreden Ontevreden Neutraal Tevreden Zeer tevreden Geen mening 1 Spaaractie najaar Openbare ruimte: Sfeerverlichting / Kiosk Evenementen Functioneren van de centrummanager Schoon, heel, veilig, verkeerszaken Algemene belangenbehartiging De promotionele activiteiten de evenementen hebben bijgedragen aan het vergroten van de aantrekkelijkheid van het centrum. 25 Eens 4 Neutraal 6 Oneens 1 Geen mening Communicatie 7. Functioneert het Kernmanagement laagdrempelig genoeg om voor u als individuele ondernemer inspraak te hebben in de activiteiten die worden ondernomen door het Kernmanagement? 23 Ja 6 Nee 7 Geenmening 8. Bent u bekend met de website 28 Ja 9 Nee 7

49 Financiën 9. Het Kernmanagement wordt momenteel betaald door alle ondernemers in het centrum door middel van een voor iedereen gelijk bedrag van 500,- per jaar. Wat is (zijn) volgens u de voorde(e)l(en) van dit financieringssysteem en de daarmee gefinancierde Kernmanagement-organisatie en -activiteiten? Meerdere antwoorden mogelijk 31 Alle ondernemers betalen mee; geen free-riders 14 Verbeteren van de samenwerking 22 Collectieve promotie 19 Uitbreiding en kwaliteitsverbetering van activiteiten-acties-evenementen 21 Verbeteren uitstraling centrum 11 Regelmatig overleg met de gemeente Heusden 4 Geen toegevoegde waarde 2 Anders, namelijk. (zie bijlage voor inhoudelijke reacties) Geen mening 10. Het bedrag dat u betaalt is voor iedere winkel/filiaalbedrijf/ondernemer gelijk. Het kan ook anders. Bijvoorbeeld dat de WOZ-waarde van uw onderneming leidend is voor de bijdrage waardoor de heffingen zullen verschillen tussen de deelnemers. Wat is volgens u de beste methode om de hoogte van het tarief te bepalen? Slechts 1 antwoord mogelijk 13 A: Huidige methode, iedere ondernemer betaalt hetzelfde bedrag 2 B: De methode, dat op basis van de waarde van het pand de bijdrage wordt bepaald. 5 C: Een apart tarief voor verschillende straten / gebieden 10 B en C: Gecombineerde methode, waarbij zowel de grootte/waarde van het pand als het gebied waarin het ligt een rol speelt voor de bijdrage. 11 Andere mogelijkheid namelijk (zie bijlage voor inhoudelijke reacties).. 2 Geen mening 11. Dient het Kernmanagement te worden voortgezet, waarbij middels reclamebelasting het budget daarvoor wordt gevoed? 26 Ja 6 Nee 5 Geen mening Waarom? zie bijlage voor opmerkingen 8

50 Toekomst 12. Ik heb de volgende suggesties voor Stichting Kernmanagement Drunen op het gebied van organisatie, communicatie, belangenbehartiging, openbare ruimte, heel-schoon-veilig, structuur:. 11 reacties zie bijlage 13. Ik heb de volgende suggesties voor de bestaande / nieuwe activiteiten / acties in het centrum van Drunen: 14 reacties zie bijlage 14. Ik heb de volgende suggesties voor Gemeente Heusden.. 13 reacties zie bijlage 15. Wilt u zich inzetten voor het belang van het centrum, de aantrekkelijkheid en leefbaarheid van het centrum? 6 Ja, mijn naam is: 23 Nee 5 Misschien, mijn naam is:.. Deze enquête mag u anoniem invullen. U mag ook uw naam hieronder vermelden. Naam:. Winkel/onderneming/winkelketen/horecazaak:. Om de enquêteresultaten tijdig bij de gemeente te krijgen, willen wij deze vóór 17 oktober a.s. retour hebben. Wilt u hem daarom tijdig retourneren in de bijgevoegde gefrankeerde envelop? Hartelijk dank voor uw medewerking 63 verzonden formulieren 38 retour ontvangen waarvan 9 anoniem 9

51 Bijlage behorende bij enquete Kernmanagement oktober 2015 vraag 1 vraag 2 vraag 3 vraag 6 vraag 7 vraag 8 vraag geen meerwaarde voor bedrijf alle overige ondernemers moeten ook meedoen samen kunnen we iets bereiken ieder moet z'n eigen initiatief en behoefte invullen iedereen moet meedoen collectief is er draagkracht is geen taak van overheid op deze wijze continuiteit gewaarborgd iedereen betaald mee er is meer structuur werk wordt uit handen genomen van ondernemer inningskosten te hoog betere communicatie, meetbare verbetering iedereen betaald mee continuiteit wordt gewaarborgd kernmanagement funktioneert goed afgeknipt totaal

52 Bijlage behorende bij enquete vraag 4 Kernmanagement oktober 2015 spaaractie 2 openbare ruimte/sfeer/kiosk 3 evenementen 4 funtioneren kernm. 5 schoon, heel, veilig 6 algemene belangenbeh afgeknipt

53 Bijlage behorende bij enquete vraag 5 Kernmanagement oktober 2015 spaaractie 2 openbare ruimte/sfeer/kiosk 3 evenementen 4 funtioneren kernm. 5 schoon, heel, veilig 6 algemene belangenbeh afgeknipt

54 Bijlage behorende bij enquete vraag 9 Kernmanagement oktober ondernemers buiten centrum moeten ook meedoen tarieven 1X500 en 1x afgeknipt

55 Bijlage behorende bij enquete vraag 10 Kernmanagement oktober branche afhankelijk alle ondernemers meedoen in gehele dorp, tarief differentieren 7 1 meer ondernemers van buiten het centrum erbij ook buiten het centrum stoppen winkels of andere bedrijven tarief per branche branchering en locatie aanloopstraat toevoegen met lager tarief 50% voor alles is iets te zeggen basistarief op basis van waarde, locatie en toeslag bij deelname aan evenement afgeknipt

56 Bijlage behorende bij enquete vraag 12Kernmanagement oktober kan beter thuis een salon beginnen i.p.v. in het centrum 19 wel meer kernmanager, geen kiosk, geen stichting laat aan ondernemers over vrij parkeren moet blijven/ rijrichting handhaven 48 activiteitenkosten verdelen over deelnemers 49 ondernemers zijn nog steeds individueel gericht 53 gratis parkeren zonder boetes 54 bereikbaarheid tijdens evenementen ook voor nietdeelnemers 56 activiteiten/evenementen in het gebied groter budget voor algemene promotie een app toevoegen aan website afgeknipt

57 Bijlage behorende bij enquete vraag 13 Kernmanagement oktober candelight shoppen voor kerst 8 najaars actie moet verbeteren promoten winkels open op zondag met sancties seizoensactie ontplooien meer activiteiten H de Grootstraat 31 eindejaar actie verbeteren, knalhoofdprijs op zaterdag langer open tot uur meer activiteiten ook in de aanloop/eindjes hoe meer acties hoe beter, let op met afsluiten geen extra bijdrage bij evenementen 53 extra groot evenement in de zomer inspraak bij lay-out evenementen, investeren nadat evenment zich bewezen heeft 57 hele centrum betrekken bij evenementen nieuw activiteit happen/stappen/proeven/mode met inschrijving afgeknipt

58 Bijlage behorende bij enquete vraag 14 Kernmanagement oktober luister naar ondernemers, vestigingsbeleid handhaven 19 betere binding met centrum stop met kernmanagement laden en lossen verbeteren, lege karren aan lantaarnpaal opheffen kernmangement 46 reclamebelasting voor alle ondernemers in drunen 47 vrij parkeren moet blijven en rijrichtingen handhaven 48 heffing commiteren aan herinrichting centrum 49 inningskosten aanpassen, laad/los vrijgeven 53 gratis parkeren zonder boetes 54 inningskosten moet gratis 56 auto vrij centrum laden en lossen verbeteren, geen handhaving parkeerschijf afgeknipt

59 Einde bijlage: 16BIJL Evaluatierapport Terug naar het agendapunt

60 16BIJL Kaart belastinggebied reclamebelasting (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23103#

61 Hugo de Grootstraat Stationsstraat Achter 't Raadhuis Grotestaat Raadhuisplein Torenstraat Aalbersestraat Aanwijzing belastinggebied Bijlage 1 behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting 2015 (Verordening reclamebelasting centrumgebied Drunen 2015) projectnr.: schaal: datum: De auteursrechten van de grootschalige basiskaart Nederland (GBKN) en de kadastrale kaart berusten bij de Staat der Nederlanden. Krachtens dit auteursrecht mogen de gbkn en de kadastrale gegevens niet aan derden ter beschikking worden gesteld. Voor eventueel blijkende onvolledigheden of onjuistheden wordt door de gemeente Heusden geen enkele aansprakelijkheid of verantwoordelijkheid aanvaard. n.v.t

62 Einde bijlage: 16BIJL Kaart belastinggebied reclamebelasting Terug naar het agendapunt

63 16BIJL Verordening reclamebelasting (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23104#

64 De raad van de gemeente Heusden in zijn openbare vergadering van 22 december 2015; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 november 2015; gelet op artikel 227 van de Gemeentewet; b e s l u i t : vast te stellen de: Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting (Verordening reclamebelasting centrumgebied Drunen 2016) Artikel 1 Begripsomschrijvingen Deze verordening verstaat onder: a. openbare aankondiging: letters, cijfers, symbolen, logo s, of kleuren, of een combinatie daarvan, of een reclamevoorwerp, zichtbaar vanaf de openbare weg; b. voorziening: specifiek hulpmiddel bestemd voor het aanbrengen van één of meer (al dan niet wisselende) openbare aankondigingen; c. bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij directe of indirecte steun vindt in of op de grond; d. vestiging: een gebouw, of deel daarvan, dat door één organisatie of bedrijf wordt gebruikt; e. tussenpersoon: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die zijn bedrijf maakt van het verlenen van bemiddeling bij het tot stand brengen en sluiten van overeenkomsten in opdracht en op naam van personen tot wie hij niet in vaste betrekking staat; f. exploitant: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die zijn bedrijf maakt van het ten behoeve van derden tegen vergoeding aanbrengen van openbare aankondigingen op door hem daartoe beschikbaar gestelde oppervlakten; g. jaar of maand: een kalenderjaar of -maand of een gedeelte van een van die kalenderperioden. Artikel 2 Gebiedsomschrijving De verordening reclamebelasting centrumgebied Drunen 2016 is van toepassing in het centrum van Drunen. Het aangewezen gebied is vermeld op de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende kaart (bijlage 2). Artikel 3 Belastbaar feit Onder de naam reclamebelasting wordt, binnen het gebied als bedoeld in artikel 2, een belasting geheven ter zake van openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg. Artikel 4 Belastingplicht 1. De reclamebelasting wordt geheven van degene die de openbare aankondiging heeft, dan wel van degene ten behoeve van wie de openbare aankondiging is aangebracht. 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid wordt de reclamebelasting ter zake van openbare aankondigingen, die met vermelding van de naam van een tussenpersoon zijn aangebracht in verband met de huur of de verkoop van roerende of onroerende zaken, geheven van die tussenpersoon. Reclamebelasting

65 3. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid wordt de reclamebelasting ter zake van openbare aankondigingen die door tussenkomst van een exploitant zijn aangebracht, geheven van die exploitant. Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief 1. De reclamebelasting wordt geheven naar een vast bedrag voor één of meer openbare aankondigingen die worden aangetroffen per vestiging of bouwwerk, met inachtneming van het overigens in deze verordening bepaalde. 2. Voor de toepassing van dit artikel worden eveneens als één vestiging of één bouwwerk aangemerkt meerdere gebouwen, bouwwerken, of delen daarvan, die direct naast elkaar gelegen zijn en tezamen worden gebruikt door één belastingplichtige. 3. Het tarief bedraagt per vestiging of bouwwerk, per jaar 500,-. 4. Openbare aankondigingen behoren in elk geval tot één bouwwerk of vestiging indien zij daarmee fysiek zijn verbonden of daarmee tezamen worden gebruikt. Artikel 6 Belastingtijdvak Het belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderjaar. Artikel 7 Ontstaan van belastingschuld en heffing naar tijdsgelang 1. De belastingschuld ontstaat bij het begin van het belastingtijdvak. 2. Indien de belastingplicht na het begin van het belastingtijdvak aanvangt, ontstaat de belastingschuld bij de aanvang van de belastingplicht. 3. Indien de belastingplicht bij het begin van het belastingtijdvak bestaat of aanvangt, wordt de reclamebelasting naar jaartarief geheven. 4. Indien de belastingplicht na het begin van het belastingtijdvak aanvangt, wordt de reclamebelasting naar maandtarief geheven. 5. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de naar maandtarief geheven reclamebelasting verschuldigd voor zoveel maanden als er in dat jaar, na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven. 6. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt en de reclamebelasting naar jaartarief is geheven, wordt de aanslag op verzoek van de belastingplichtige verminderd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde reclamebelasting als er in dat jaar, na het tijdstip van de beëindiging van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven. 7. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt en de reclamebelasting naar maandtarief is geheven, wordt de aanslag op verzoek van belastingplichtige verminderd tot op het bedrag dat met toepassing van het maandtarief wordt berekend voor het aantal volle kalendermaanden waarin de belastingplicht bestond. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt de maand waarin de belastingplicht eindigt als volle kalendermaand aangemerkt. 8. Het zesde en zevende lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige verhuist en een andere vestiging in gebruik neemt. Artikel 8 Wijze van heffing 1. De reclamebelasting wordt geheven bij wege van aanslag. 2. Belastingaanslagen met een totaalbedrag van minder dan 10,- worden niet opgelegd. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt het totaal van op één aanslagbiljet verenigde aanslagen aangemerkt als één belastingaanslag. Reclamebelasting

66 Artikel 9 Vrijstellingen De reclamebelasting wordt niet geheven ter zake van openbare aankondigingen: a. die korter dan 13 weken aanwezig zijn, tenzij deze openbare aankondigingen zijn geplaatst in een voorziening waarin, waaraan of waarop wisselende openbare aankondigingen worden geplaatst, die individueel korter dan 13 weken aanwezig zijn, maar waarbij de verschillende openbare aankondigingen gezamenlijk 13 weken of meer aanwezig zijn; b. die als algemene bewegwijzering waarmee een algemeen belang wordt gediend, kunnen worden aangemerkt; c. die door de gemeente of in opdracht van de gemeente is geplaatst of aangebracht, indien en voor zover de openbare aankondiging geschiedt ter uitvoering van de publieke taak; d. aangebracht door of namens winkeliersverenigingen, wijkorganen of kernmanagement, waarbij de openbare aankondiging uitsluitend bestaat uit een vlag met naam van de winkeliersvereniging, het wijkorgaan of kernmanagement; e. die door (semi) overheden of cultureel-maatschappelijke instellingen of daarmee gelijk te stellen lichamen met ideële doelstellingen zijn aangebracht en betrekking hebben op activiteiten die uitsluitend een cultureel, maatschappelijk, charitatief of ideëel belang dienen; f. die door politieke partijen zijn aangebracht en die een ideëel belang dienen; g. op bouwterreinen, voor zover de openbare aankondigingen rechtstreeks betrekking hebben op de op dat terrein in uitvoering zijnde bouwwerkzaamheden; h. die zijn bestemd voor de verkoop of verhuur van onroerende zaken, indien deze aanwezig zijn in de onmiddellijke nabijheid van de te verkopen zaak; i. die zijn aangebracht op scholen, zorginstellingen, ziekenhuizen, kerken en moskeeën, en die betrekking hebben op de functie van het gebouw; j. waarvan de (gezamenlijke) oppervlakte per vestiging of bouwwerk minder dan 0,1 vierkante meter bedraagt; k. die betrekking hebben op 1 e -lijns gezondheidszorg. Artikel 10 Betalingstermijn 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste vervalt één maand na dagtekening van het aanslagbiljet en de tweede drie maanden later; 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorgaande lid gestelde termijn. Artikel 11 Kwijtschelding Van deze belasting wordt geen kwijtschelding verleend. Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de doorbelasting van kosten, de heffing en de invordering van de reclamebelasting. Artikel 13. Inwerkingtreding en citeertitel 1. De "Verordening Reclamebelasting centrumgebied Drunen 2015", van 13 november 2014 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat dezej van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan. 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking. 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Reclamebelasting centrumgebied Drunen Reclamebelasting

67 Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 22 december 2015 De raad voornoemd, de griffier, de voorzitter, Mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming Bijlage(n): 1. Gebied heffing van reclamebelasting behorende bij de verordening op de heffing en invordering reclamebelasting 2016 (Verordening Reclamebelasting centrumgebied Drunen 2016); 2. Als aangewezen gebied als bedoeld in artikel 2 van deze verordening geldt het op bijgevoegde kaart afgebakende gebied. Reclamebelasting

68 Bijlage 1: Gebied heffing van reclamebelasting behorende bij de verordening op de heffing en invordering reclamebelasting 2016 (Verordening Reclamebelasting centrumgebied Drunen 2016) Aanduiding kernwinkelgebied Grotestraat (van kruispunt Stationsstraat tot kruispunt Achterstraat), Raadhuisplein 6 t/m 21 E (even- en oneven nummers), Hugo de Grootstraat 1 t/m 50 (even- en oneven nummers), Aalbersestraat, Torenstraat 1 t/m 7 (even- en oneven nummers) en Achter t Raadhuis in Drunen.. Reclamebelasting

69 Einde bijlage: 16BIJL Verordening reclamebelasting Terug naar het agendapunt

70 17 RV Het Run 2016 en verder (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23105#

71 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : Onderwerp Portefeuillehouder Het Run 2016 en verder De heer C.A.M. van Bokhoven Datum raadsvergadering 22 december 2015 Samenvatting Op 7 april 2015 besloot het college om gericht partijen te benaderen, met het verzoek een aanbod te doen voor de exploitatie van openluchtzwembad Het Run in 2016 en verder. Dit resulteerde in de ontvangst van 1 bedrijfsplan. De indiener is stichting N-Joy met wie de gemeente voor het seizoen 2015 een erfpachtovereenkomst heeft. Op grond van de ervaring over 2015 concludeert stichting N-Joy dat, gezien de kosten van onder andere groot onderhoud, de exploitatie van het openluchtzwembad zonder een financiële bijdrage niet haalbaar is. Het bedrijfsplan is door de gemeente zowel financieel als juridisch getoetst. Er zijn enkele risico s, zoals het niet realiseren van de geprognotiseerde opbrengst en de kosten van (groot)onderhoud, maar ook de kans op een SDE-subsidie. Geconcludeerd kan worden dat binnen de gestelde financiële kaders (inclusief verruiming) een rendabele exploitatie niet mogelijk is. Het voorstel is om: de bestaande financiële kaders ongewijzigd te laten en in te stemmen met verkoop van het zwembad zonder openstellings- of instandhoudingsverplichting; of: een lening aan stichting N-Joy van maximaal te verstrekken tegen het actuele rentepercentage van het moment van afsluiten (circa1%), terug te betalen binnen 3 jaar, en voor eigen rekening het groot onderhoud uit te voeren. Aanleiding De continuïteit van openluchtzwembad Het Run staat door recente ontwikkelingen op het spel. Er zijn 3 feiten, die een besluit van u noodzakelijk maken, namelijk: het resultaat van het verzoek aan partijen om een aanbod te doen voor de exploitatie van het openluchtzwembad Het Run voor 2016 en verder; de erfpachtovereenkomst eindigt op 31 december 2015; Stichting N-Joy maakt voor hun outdooractiviteiten gebruik van het overgangsrecht in het bestemmingsplan. Als de erfpachtovereenkomst niet wordt voortgezet, dan vervalt het overgangsrecht. Feitelijke informatie Voorgeschiedenis Tot 2012 De gemeente heeft tot en met zwemseizoen 2012 het bad geëxploiteerd. Gedurende de periode waren de jaarlijkse gemeentelijke onderhoudskosten als volgt: gemiddeld Financiële taakstelling U heeft bij de voorjaarsnota 2010 een taakstellende bezuiniging vastgesteld voor Het Run van per jaar met ingang van het jaar

72 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : Wij besloten op 1 mei 2012 het openluchtzwembad Het Run onder de volgende voorwaarden in de markt te zetten: de ondernemer moet de maatschappelijke functie van het zwembad waarborgen: voor de inwoners moet (openlucht)zwemgelegenheid beschikbaar blijven; uitgifte in erfpacht van de ondergrond van het huidige zwembadcomplex: de gemeente nodigt de ondernemer uit een bod te doen voor het verkrijgen van dit recht; Ook stelden wij hiervoor een voorbereidingskrediet van beschikbaar. U bent hierover met een raadsmemo geïnformeerd. Op 15 februari 2013 besloot u het openluchtzwembad Het Run te privatiseren en uiterlijk per 24 april 2013 in erfpacht over te dragen aan De Smulkar (later Het Run B.V.). Ook besloot u om voor een goede overdracht, en uitsluitend voor het jaar 2013, de kosten te betalen voor een minimum aan gediplomeerde toezichthouders en technisch medewerkers plus de kosten voor energie, onderhoud opstallen, machinekamer en water (verbruik en onderhoud). En ten slotte besloot u om het boekverlies in 2013 van circa , door afwaardering van de boekwaarde van openluchtzwembad Het Run, ten laste van de algemene reserve te brengen. Conform de overeenkomst die vervolgens werd gesloten, nam Het Run B.V. de volledige verantwoordelijkheid over en het zwembad werd op 24 april 2013 opengesteld. Op 9 december 2014 besloten wij de erfpachtovereenkomst op te zeggen. De exploitant Het Run BV is vervolgens op 21 juli 2015 failliet verklaard. Op 29 oktober 2015 vond een eerste gesprek met de curator plaats. Door deze ontwikkelingen namen wij op 13 januari 2015 het besluit om, binnen de door u gestelde eisen, de mogelijkheid te onderzoeken om openluchtzwembad Het Run open te houden voor het seizoen Over de stand van zaken bent u met een raadsmemo geïnformeerd. Met stichting N-Joy werd een erfpachtovereenkomst gesloten voor de periode 1 april 2015 t/m 31 december Op 28 april 2015 is het zwembad door stichting N-Joy opengesteld voor het publiek. Wij besloten ondertussen op 7 april 2015 om gericht een aantal partijen te gaan benaderen met het verzoek een aanbod te doen voor de exploitatie van openluchtzwembad Het Run in 2016 en verder. Op 23 april 2015 bent u hierover geïnformeerd met een raadsmemo. Vervolgens informeerden wij u op 10 september met een raadsmemo over de voortgang zoals de benaderde partijen, het ontvangen bedrijfsplan en de financiële en juridische (on)mogelijkheden daarvan. Tijdens de informatievergadering Samenleving van 21 september 2015 gaf u ten slotte de volgende richting: financiële kaders mogen enigszins worden opgerekt (mits incidenteel). Overige informatie Wij ontvingen een projectplan en een financieel overzicht van stichting N-Joy d.d. 9 oktober Daarin is nog geen rekening gehouden met de mogelijke verstrekking van een SDE-subsidie. Op 6 november 2015 (gedateerd 3 november 2015) kwam daar nog een aanvulling op. Deze stukken liggen voor u, vertrouwelijk, ter inzage. Hierin vindt u ook de door u gevraagde visie van stichting N-Joy op de rol en het draagvlak daarvoor van openluchtzwembad Het Run in de maatschappij. Op basis van de door stichting N-Joy gepresenteerde plannen en de financiële consequenties die zij daaraan verbindt, kunnen er 2 conclusies worden getrokken: stichting N-Joy verwacht dat zij een overbruggingskrediet van (voorstel 6 november 2015) tot (voorstel 9 oktober 2015) nodig heeft om ook de eerste exploitatiejaren de liquiditeitspositie te waarborgen en aan haar financiële verplichtingen te kunnen voldoen; de kosten voor groot onderhoud in de periode worden door stichting N-Joy geraamd op tot Deze kosten staan niet in de begroting en liquiditeitsprognoses van stichting N-Joy. Stichting N-Joy is bereid een deel van deze kosten op zich te nemen, maar verwacht 2

73 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : dat de gemeente hier ook een aanzienlijk gedeelte van voor haar rekening neemt om tot een zogenaamd nulpunt te komen, waarna toekomstige kosten voor rekening van N-Joy komen. De exacte verdeling is nog niet vastgesteld. Zoals in de raadsmemo van 21 september 2015 valt te lezen heeft advocatenkantoor AKD er op gewezen dat in de nabije toekomst het aanbestedingsrecht wijzigt, hetgeen kan betekenen dat de erfpachtconstructie wel aanbestedingsplichtig wordt. Een kortere erfpachtperiode kan dat voorkomen. Risico's Het voorstel van stichting N-Joy bevat de volgende risico s c.q. kansen: het niet realiseren van de door stichting N-Joy geprognotiseerde opbrengst (met name voor het kinderdagverblijf); uitvoeren van (groot) onderhoud blijft ook in de toekomst een grote kostenpost voor stichting N-Joy; als de rijkssubsidie voor biomassaverbrandingsinstallatie (SDE+ subsidie) toch wordt toegekend aan stichting N-Joy, is haar financiële situatie rooskleuriger. Deze subsidie maakt nu geen deel uit van de liquiditeitsprognose. Risico lening: Een lening aangaan brengt per definitie risico s met zich mee. De kans bestaat dat stichting N-Joy, bijvoorbeeld door een faillissement, niet aan haar betalingsverplichting kan voldoen en de lening niet wordt terugbetaald. Hierdoor zou de gemeente wel de kosten van de lening hebben aan de verstrekker, maar zouden de gelijke inkomsten van stichting N-Joy vervallen. Afweging Volgens de door stichting N-Joy opgestelde liquiditeitsprognose is het bedrijfsresultaat over de jaren 2016 tot en met 2018 in totaliteit Dit is exclusief (groot) onderhoud voor deze jaren. Hoewel groot onderhoud niet elke 3 jaar de omvang heeft, die nu noodzakelijk is, is het wel de vraag of de exploitatie voldoende robuust is om op langere termijn de onderhoudskosten te dragen. Zoals uit de beschikbare informatie valt op te maken zijn de toegekende financiële kaders (inclusief de verruiming daarvan) ontoereikend om een renderende exploitatie te borgen. Mede gezien de ervaringen van en met de vorige exploitant, kan de conclusie worden getrokken dat de specifieke (groot)onderhoudskosten van een verwarmd openluchtzwembad dermate hoog zijn, dat deze niet binnen de exploitatie daarvan kunnen worden opgevangen. Binnen de door u gestelde kaders is een houdbare exploitatie van het zwembad geen reële verwachting en lijkt sluiting van het openluchtzwembad en verkoop van perceel en opstallen de meest logische conclusie. Als u echter prioriteit geeft aan het openhouden van het zwembad en voortzetting van de bedrijfsvoering door de huidige exploitant, kan daarbij voor een constructie worden gekozen die bestaat uit de volgende onderdelen: het verstrekken van een lening aan stichting N-Joy van maximaal tegen hetzelfde rentepercentage als waarvoor de gemeente leent bij de BNG, terug te betalen binnen 3 jaar, en het door en voor rekening van de gemeente uitvoeren van groot onderhoud van de machinekamer en zwembaden. Voordeel hierbij is dat de gemeente zelf regie houdt op het instandhouden van haar eigendom. De gemeentelijke kosten voor deze mogelijke oplossingsrichting, zijnde de kosten voor groot onderhoud, gebaseerd op kosten tijdens de gemeentelijke exploitatie (geïndexeerd) in de periode , worden voor 2016 geschat op en voor 2017 en verder op per jaar. De lening is voor de gemeente een budgettair neutrale handeling. De gemeente kan namelijk bij de BNG 3

74 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : een 3-jarige lening van afsluiten tegen een rentepercentage van circa 1%. Zij kan dit bedrag onder hetzelfde rentepercentage aan stichting N-Joy lenen als overbruggingskrediet. Wel bestaat het risico dat stichting N-Joy, bijvoorbeeld door een faillissement, niet aan haar betalingsverplichting kan voldoen. Een lening van maximaal euro valt onder de minimusregeling en daarmee is geen sprake ongeoorloofde staatssteun. Het erfpachtrecht voorziet in de mogelijkheid om de gemeentelijke verplichting tot het uitvoeren van groot onderhoud op te nemen in de erfpachtovereenkomst. Inzet van middelen Het eventueel verstrekken van een lening van aan stichting N-Joy gebeurt budgettair neutraal door het 1-op-1 doorleggen van de financieringskosten, zoals die voor de gemeente zelf van toepassing zijn, aan stichting N-Joy. De kosten voor het in eigen beheer uitvoeren van (groot) onderhoud zijn niet voorzien in de begroting. Mocht de raad besluiten om het groot onderhoud als gemeente zelf uit te voeren, zullen de kosten voor 2016 ( ) in de bestuursrapportage worden opgenomen. Het onderhoud voor 2017 e.v. zal dan weer opgenomen moeten worden in het meerjarenonderhoudsplan gemeentelijke gebouwen en zullen jaarlijks fluctueren. Op basis van de gemiddelde jaarlijkse kosten in het verleden en de in 2013 opgestelde meerjaren onderhoudsplanning zullen de jaarlijkse kosten naar verwachting gemiddeld bedragen. Afhankelijk van het door u te nemen besluit, zal dit dan worden meegenomen bij het opstellen van de voorjaarsnota/begroting Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 4

75 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 22 december 2015; gezien het voorstel van het college van 17 november 2015; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : de bestaande financiële kaders ongewijzigd te laten en in te stemmen met verkoop van het zwembad zonder openstellings- of instandhoudingsverplichting; of: een lening te verstrekken aan stichting N-Joy van max tegen hetzelfde rentepercentage als waarvoor de gemeente leent bij de BNG, terug te betalen binnen 3 jaar, en voor eigen rekening het groot onderhoud uit te voeren. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 5

76 Einde bijlage: 17 RV Het Run 2016 en verder Terug naar het agendapunt

77 18 RV Economisch Programma De Langstraat (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23106#

78 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : Onderwerp Portefeuillehouder Economisch Programma De Langstraat Mevrouw J. van Aart Datum raadsvergadering 22 december 2015 Samenvatting Al geruime tijd wordt binnen De Langstraat samengewerkt op het gebied van sociaal-economische zaken. Vanwege de economische samenhang in De Langstraat wordt nu voorgesteld om te gaan samenwerken op basis van het Economische Programma voor De Langstraat (EPL). Het EPL, dat aanvullend is op regionale strategische programma s en de lokale gemeentelijke economische agenda s, heeft tot doel om de economie in De Langstraat te versterken. Met dit EPL kiest u voor 5 speerpuntsectoren: vrijetijdseconomie, detailhandel, logistiek, metaal- en maakindustrie en de schoen- en lederbranche. Verder kiest u voor een programmatische manier van werken op basis van 8 economische factoren. Bij de uitvoering worden het Langstraatse bedrijfsleven en het onderwijs nauw betrokken om tot resultaten te komen. Dit past bij de maatschappelijke samenhang die in De Langstraat bestaat. Met de kosten is al rekening houden in het sociaal-economisch plan 2015 van onze gemeente. Het voorstel is om het jaarlijkse uitvoeringsprogramma van het EPL door de 3 colleges in De Langstraat te laten vaststellen. Afhankelijk van dit uitvoeringsprogramma zullen de kosten van het EPL voor onze gemeente volgens een eerste ruwe schatting jaarlijks tussen de en bedragen. Aanleiding In de sociaal-economische verkenning De Langstraat is de samenhang en positie van de economie en de arbeidsmarkt in De Langstraat beschreven. Op 14 oktober 2014 hebben de colleges in De Langstraat op basis hiervan besloten om in samenwerking met het bedrijfsleven en het onderwijs een (sociaal-)economisch programma voor De Langstraat op te stellen en dit in 2015 ter vaststelling aan de gemeenteraden voor te leggen. Feitelijke informatie Voorgeschiedenis In 2011 zijn de gemeenten Loon op Zand, Heusden en Waalwijk intensiever met elkaar gaan samenwerken. In het beleidsdocument De Langstraat op een nieuwe leest geschoeid! uit 2011 zijn daarvoor samenwerkingsdoelen beschreven. De belangrijkste onderwerpen die daarin staan, zijn bereikbaarheid (GOL), een duurzame en gezonde economie, sociale samenhang, woningbouw en toerisme en recreatie. In 2011 is ook het sociaal-economisch team (SET) opgericht. Producten die dit team voortgebracht, zijn onder andere de nota Iedereen doet mee (participatiebeleid) en de Sociaal-Economische Verkenning De Langstraat. In 2015 heeft elke gemeente nog steeds haar eigen economische beleid maar wordt parallel daaraan en aanvullend daarop ook een overkoepelend beleid gemaakt. Dit gebeurt in de vorm van het Economische Programma voor de Langstraat (EPL) dat nu ter besluitvorming voorligt. Op 7 juli 2015 is door u het Sociaal-Economisch Plan 2015 (SEP) voor de gemeente Heusden vastgesteld. Dat plan voorziet in samenwerking op verschillende niveau s, het dansen op schalen. Er is daarbij ook nadrukkelijk de verbinding gelegd met De Langstraat en Hart van Brabant. Het EPL is er op gericht om: de economie van De Langstraat te versterken; bij te dragen aan de (strategisch-)economische doelen van Hart van Brabant; (sub)regionale accenten te kunnen leggen voor de versterking van de economie in De Langstraat. 1

79 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : Voor de totstandkoming van het EPL waren er voorbereidende bijeenkomsten met ondernemers, het onderwijs, Baanbrekers en raadsleden. In maart 2015 zijn detailhandelsondernemers uit De Langstraat uitgenodigd voor een bijeenkomst over de nieuwste detailhandelsontwikkelingen. In april 2015 zijn ondernemers, het onderwijs en Baanbrekers betrokken bij dit economische programma. Aan hen is gevraagd wat zij belangrijk vinden voor de economische ontwikkeling en de arbeidsmarkt in De Langstraat. De belangrijkste uitkomsten daarvan vindt u terug in het EPL. Over dit onderwerp is ook afzonderlijk gesproken met de gemeenteraden. In Waalwijk op 22 januari 2015, in Heusden op 12 maart 2015 en in Loon op Zand op 4 juni Op 3 november jl. ten slotte, zijn raadsleden, ondernemers, het onderwijs en Baanbrekers nog bijeen geweest om over dit onderwerp na te denken en inbreng te geven. Kaders (beleid en wettelijk) De belangrijkste beleidsstukken die relevant zijn voor, en ten grondslag liggen aan het EPL betreffen: Heusden, Loon op Zand en Waalwijk; Op een nieuwe leest geschoeid! Maart 2011; Werkagenda Regio Hart van Brabant. Nieuwe dynamiek, krachtig perspectief. Mei 2012; Intergemeentelijk actieplan samenwerking op bedrijventerreinen. Heusden, Loon op Zand, Waalwijk. Boxtel, mei 2012; Sociaal-economische Verkenning De Langstraat, oktober 2014; Sociaal-economisch plan 2015 Heusden. Juli 2015 en gewijzigd in september Overige informatie Het EPL is vooral geschreven voor de gemeenteraden van Loon op Zand, Heusden en Waalwijk. De informatie en tekst is zo geordend dat u op basis hiervan een afgewogen besluit kunt nemen. Uw rol is daarbij om tot kaderstellende besluitvorming te komen. Wij vragen u dan ook met name om u uit te spreken over de doelstelling en de beleidslijnen die worden voorgesteld. Daarnaast zijn in dit plan ook de actiepunten benoemd, die wij zullen uitwerken in een jaarlijks uitvoeringsprogramma. Enkele actiepunten zijn bewust ook opgenomen in dit beleidsplan omdat ze goed illustreren waar de genoemde beleidslijnen concreet over (kunnen) gaan. Een belangrijke kanttekening bij de actiepunten is ook dat sommige acties alleen goed in gezamenlijkheid met het bedrijfsleven en/of het onderwijs kunnen worden uitgevoerd en bepaalde acties soms zelfs in belangrijke mate een verantwoordelijkheid van ondernemers of het onderwijs zijn. Inzet van middelen Voor het SEP Heusden 2015 is een budget geraamd van per jaar voor de periode 2016 tot en met Dit bedrag is opgenomen in de voorjaarsnota en in de meerjarenbegroting van Binnen dit budget voor het SEP is rekening gehouden met de financiering van het EPL. De jaarlijkse kosten zullen voor Heusden, afhankelijk van de aard en omvang van het nog vast te stellen uitvoeringsprogramma, volgens een eerste ruwe schatting tussen de en bedragen. Een deel van het jaarbudget voor het SEP is bestemd voor projecten binnen de gemeente Heusden, zoals bijvoorbeeld de certificering van Heusdense bedrijventerreinen voor het keurmerk veilig ondernemen (KVO). Een ander deel van het budget is bedoeld voor de financiering van (economische) projecten die vanuit het EPL of andere regionale samenwerkingsverbanden worden geïnitieerd. Bij de uitwerking van de speerpuntsectoren worden subsidiemogelijkheden aangeboord in een samenwerking met o.a. Midpoint Brabant dan wel in specifieke regelingen als de voucherregeling die met de Stichting Metal Valley Netherlands wordt vormgegeven wordt. Risico's Door ondernemers wordt een economisch programma op Langstraatniveau als noodzakelijk beschouwd. Ook het onderwijs en Baanbrekers zien die noodzaak. De autonome besluitvorming van elke afzonderlijke 2

80 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : gemeente kan soms op gespannen voet staan met regionaal-economische belangen en de voortvarendheid van de uitvoering van de gezamenlijke plannen. Afweging Door het EPL vast te stellen, kiest u voor: het onderschrijven van de doelen en de beleidskeuzes, zoals de keuze voor 5 speerpuntsectoren; het realiseren van de doelen door intensieve samenwerking tussen de gemeenten Heusden, Waalwijk en Loon op Zand op het gebied van economische zaken in de betekenis van 'samen werken aan'; de realisatie van de doelen in nauwe samenwerking met ondernemers en het onderwijs; de hieraan verbonden programmatische manier van werken op basis van de 8 factoren voor economische vitaliteit. Het EPL heeft een looptijd van (ten minste) 4 jaar en het hoofddoel staat vast. De bijbehorende projecten en activiteiten en de precieze prioritering kunnen, bijvoorbeeld vanwege veranderde omstandigheden, worden bijgestuurd. Procedure / vervolgstappen Het EPL is gelijktijdig in de colleges van Loon op Zand, Waalwijk en Heusden gebracht op, namelijk op 17 november 2015 en wordt in december 2015 in de 3 gemeenteraden behandeld. Na vaststelling zal in nauwe samenwerking tussen de gemeenten, de ondernemers en het onderwijs worden gewerkt aan een uitvoeringsprogramma waarbij ook prioriteiten worden gesteld qua doelen en de groslijst van actiepunten. Wij zullen u informeren over het uitvoeringsprogramma en jaarlijks rapporteren over de voortgang en de resultaten ervan. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, de burgemeester, mr. J.T.A.J. van der Ven drs. J. Hamming 3

81 CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : De raad van Heusden in zijn openbare vergadering van 22 december 2015; gezien het voorstel van het college van 17 november 2015; gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : het Economisch Programma voor De Langstraat (EPL) vast te stellen en de uitvoering daarvan programmatisch aan te pakken; het college op te dragen samen met de colleges van Waalwijk en Loon op Zand een uitvoeringsprogramma te maken voor het EPL dat vanaf 2016 operationeel is; het college op te dragen om hem, de raad, jaarlijks te informeren over het uitvoeringsprogramma en over de voortgang en resultaten. de griffier, de voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming 4

82 Einde bijlage: 18 RV Economisch Programma De Langstraat Terug naar het agendapunt

83 18TI Economisch Programma De Langstraat (terug naar agendapunt) De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####default:23107#

84 Economisch Programma DE LANGSTRAAT 2016 en verder.. (Sociaal-)Economisch Team: Gemeente Heusden Gemeente Waalwijk Gemeente Loon-op-Zand Versie 10 november

85 2

86 Inhoudsopgave Leeswijzer 5 Samenvatting..7 1 Visie en doelstelling Visie op de Langstraat Doelstelling Burgers, ondernemers, onderwijs en de overheid Programmatische aanpak Visie kernachtig verwoord Ondernemingsklimaat Speerpunten Innovaties en nieuw ondernemerschap Factoren van invloed op het ondernemingsklimaat Sectorprogramma s Vrijetijdseconomie Detailhandel Logistiek Metaal- en machineindustrie Schoen- en lederindustrie Wonen en infrastructuur Woonbeleid Infrastructuur en verkeer (bereikbaarheid) Conclusies en aanbevelingen Conclusies Aanbevelingen LITERATUUR BEGRIPPENLIJST BIJLAGE 1 BIJLAGE 2 BIJLAGE 3 BIJLAGE 4 Achtergrond en werkwijze 37 SWOT-De Langstraat in het kort Ondernemers, onderwijs en (lokale overheid) Sectorprogramma s

87 FIGUREN Figuur 1-1 De Langstraat: wonen, werken en recreëren. Bestaande situatie en ontwikkelingen Figuur 1-2 stuurwiel van factoren die het ondernemingsklimaat bepalen Figuur 2-1 grofmazige indeling bedrijfleven De Langstraat Figuur 2-2 Illustratie van de samenhang tussen strategische regionale speerpunten en de visie en beleidskeuzes in de Langstraat

88 Leeswijzer Het Economisch Programma voor De Langstraat 2015 is geschreven voor de gemeenteraden van Loon op Zand, Heusden en Waalwijk. De informatie is zo geordend en tekst is zo geschreven dat de raad op basis hiervan een afgewogen besluit kan nemen. De rol van de raad is daarbij om tot kaderstellende besluitvorming te komen. De raad zal zich dan ook vooral moeten uitspreken over de doelstelling en beleidslijnen die worden voorgesteld. Toch zijn in dit plan ook actiepunten benoemd, terwijl besluitvorming hierover past bij de rol van het college. Enkele actiepunten zijn bewust ook opgenomen in dit beleidsplan omdat die namelijk vaak goed illustreren en duidelijk maken waar de genoemde beleidslijnen concreet over (kunnen) gaan. Een belangrijke kanttekening bij de actiepunten is ook dat sommige actiepunten alleen goed in gezamenlijkheid met het bedrijfsleven en/of het onderwijs kunnen worden uitgevoerd en bepaalde actiepunten soms zelfs in belangrijke mate een verantwoordelijkheid van ondernemers of het onderwijs zijn. In het voorliggende sociaal-economisch plan bevindt zich voorin een samenvatting. Deze samenvatting is de kern van het beleid dat in deze nota beschreven wordt. De volgende hoofdstukken dienen ter verdieping en toelichting van datgene wat in de samenvatting beschreven is. Dit beleidsstuk over het Economische Programma voor de Langstraat bestaat uit drie hoofddelen. Het eerste deel bestaat uit hoofdstuk 1 dat de visie verwoordt waarop het programma is gebaseerd. In bijlage 1 wordt de daarbij behorende achtergrond en werkwijze beschreven. Het tweede deel bestaat uit de hoofdstukken 2 en 3 en gaat in op de essentie van de programmatische aanpak en verwoord de belangrijkste uitdagingen van deze regio voor de versterking van het ondernemingsklimaat. In dit deel wordt eerst aan de hand van vestigingsfactoren en vervolgens ook per sector ingegaan op de belangrijkste ontwikkelingen en de nodige acties. Ten slotte vormen de hoofdstukken 4 en 5 afsluitende hoofdstukken waarin de verbinding wordt gelegd met de andere beleidsvelden (wonen, ruimtelijke ordening/verkeer) en conclusies en een aanbevelingen worden gedaan. De bijlagen zijn hoofdzakelijk bedoeld om (cijfermatige) achtergrondinformatie te verstrekken. 5

89 6

90 Samenvatting Visie De Langstraatse kracht is gebaseerd op de landschappelijke en economische verscheidenheid, veerkrachtig ondernemerschap, een goede bereikbaarheid en de kwaliteit van doeners (meer MBO ers, minder Universitair geschoolden). Deze kwaliteiten en het goede woonklimaat zijn de basis voor de sterke vrije tijdseconomie en sterke materiaalgebonden sectoren, waaronder ambachtelijk-industriëel ondernemerschap zoals de metaalindustrie (Metal Valley), de schoen- en lederbranche, meubel- en keukenproductie en logistiek en groothandel. De samenwerking tussen de 3 O's wordt versterkt en positieve initiatieven van burgers worden ondersteund. Er wordt daarbij ingezet op een (duurzame) economische ontwikkeling door het stimuleren van innovatief en startend ondernemerschap en het verbeteren van de aantrekkelijkheid van de vestigingsfactoren voor ondernemers in de Langstraat. Doelstelling Het economisch programma voor De Langstraat is bedoeld om het ondernemingsklimaat te verbeteren en de economische ontwikkelingskansen van de Langstraat maximaal te benutten. Met de versterking van het ondernemingsklimaat wordt beoogd de welvaart en het welzijn in de Langstraat te vergroten. Door anno 2015 dit economisch programma handen en voeten te geven: - wordt de aantrekkelijkheid van de Langstraat verhoogd en kan de Langstraat optimaal profiteren van het economisch herstel, - kan de werkgelegenheid groeien, 'social return' kan worden toegepast en innovaties worden gestimuleerd, - wordt het ondernemingsklimaat versterkt met goede randvoorwaarden en ruimte voor bestaand en startend ondernemerschap, - wordt ingezet op ontwikkeling van voorzieningen voor een prettig woon- en leefklimaat, waaronder voorzieningen voor het besteden van de vrije tijd. Bij deze programmadoelstellingen wordt ernaar gestreefd om burgers maximaal bij het arbeidsproces (en/of participatie in de maatschappij) te betrekken. Programmatische aanpak Om de uitdagingen voor de toekomst het hoofd te bieden en als subregio competitief te zijn is een goed samenspel nodig van burgers, ondernemers, het onderwijsveld en de overheid. Burgers worden vertegenwoordigd door de gemeenteraden. De samenwerking van de 3 o s, ondernemers, onderwijs en overheid vormen een belangrijke basis voor de economisch ontwikkeling van de Langstraat. De programmatische aanpak heeft een looptijd van meerdere jaren waarbij het hoofddoel vaststaat. De bijbehorende projecten en activiteiten en de precieze prioritering daarvan kunnen van jaar tot jaar variëren. De programmatische aanpak bied daarmee de ruimte om flexibel op veranderende omstandigheden in te spelen. Het economische programma wordt opgesteld op basis van de factoren die bepalend zijn voor het ondernemingsklimaat: Bereikbaarheid, Beschikbaarheid van personeel, Het voorzieningenniveau (scholen/winkels/theater/woonklimaat etc.), De nabijheid van klanten /de markt, De prijs (van o.a. bedrijfsgrond), De locatie (op het bedrijventerrein/winkelgebied), Het imago, Serviceniveau van de (lokale) overheid. Ondernemers, onderwijs en overheid Een stevige alliantie tussen ondernemers, onderwijs en de overheid is van groot belang voor de economische ontwikkeling van De Langstraat. De onderwerpen die belangrijk zijn voor ondernemers zijn echter niet automatisch belangrijk voor het 7

91 onderwijs of de overheid en vice versa. Er bestaat echter wel een belangrijke maatschappelijke samenhang en wederkerigheid tussen deze drie partijen. Vanuit het bedrijfsleven in de Langstraat zijn een aantal factoren benoemd waar men zich zorgen over maakt of waarvan men vindt dat er verbeteringen mogelijk zijn. De belangrijkste waren de volgende 4 onderwerpen: 1. Beschikbaarheid van personeel. Stimuleren van gerichte opleidingen, een betere match tussen onderwijs en bedrijfsleven. Arbeidspotentieel. 2. Imagoverbetering en promotievoorstellen. Trots zijn op wat we te bieden hebben. Dit als kans benutten. 3. Overheidsdienstverlening in brede zin. 4. Ontwikkeling van de kennisintensieve branche, innovaties en startend ondernemerschap. Oplossingsrichtingen Om zicht te houden op het belang van de vestigingsfactoren wordt voorgesteld om een thermometer voor het ondernemingsklimaat in de Langstraat te ontwikkelen. Op basis van concrete casussen wordt gewerkt aan verbetering van de overheidsdienstverlening. Voor de beschikbaarheid van personeel kunnen, onder andere in nauwe samenwerking met Baanbrekers, oplossingen worden gezocht. In samenwerking met het bedrijfsleven kan worden gewerkt aan de verbetering van de bekendheid van de Langstraat en aan de zichtbaarheid en een positief imago. Voor welke bedrijven de lokale markt en klanten belangrijk zijn kan preciezer worden uitgezocht zodat de lokale verbindingen nog beter benut kunnen worden voor de ontwikkeling van de economie. De realisatie van een professionele vrachtwagenparkeerplaats in Waalwijk zal bijdragen aan goede voorzieningen. Met de spoedige realisatie van de nieuwe insteekhaven wordt de bereikbaarheid (over water) verder verbeterd. Locatie: in hoeverre er nog nieuwe (zeer) grote logistieke kavels tot ontwikkeling moeten worden gebracht dient te worden onderzocht, over de ontwikkeling daarvan worden in regionaal verband afspraken gemaakt. Prijs: hoe de grondprijzen in de Langstraat worden ervaren door potentiële vestigende ondernemingen kan nog nader worden onderzocht. Speerpuntsectoren Vrijetijdseconomie De provincie Noord-Brabant is ambiteus en wil zich profileren als de meest innovatieve en gastvrije provincie, de regio Hart van Brabant kiest ook voor een hoge ambitie in de vrijetijdseconomie. Door samenwerking in de Langstraat willen de gemeenten Loon op Zand, Heusden en Waalwijk een gezamenlijke bijdrage leveren aan de regionale ambitie. De Langstraat kan daarin prima bijdragen omdat het een sterk toeristisch profiel heeft. Er zijn attracties zoals de Efteling en het Blauwe Meer, goede winkelvoorzieningen (de meubelboulevard) en er is een waardevol landschap met onder andere Nationaal Park de Loonse en Drunense Duinen en de vesting Heusden. Er liggen nog kansen voor het opplussen van het aanbod, samenwerking in marketing en productontwikkeling. Detailhandel De Langstraat heeft uitgebreide detailhandelsvoorzieningen die gekenmerkt wordt door een grote variëteit aan winkel- of boodschappencentra in diverse (kleinere) kernen. Ten gevolge van veranderend consumentengedrag zijn de ontwikkelingen in de detailhandel turbulent. De internetverkopen nemen toe en er is sprake van afnemende winkelverkopen. Er wordt gezocht naar oplossingen, bijvoorbeeld door het combineren van detailhandel met andere functies, om de leefbaarheid in dorpskernen te behouden. Verdere concentratie en het compacter maken van centra is één van de belangrijke voorwaarden voor een gezonde detailhandelsstructuur. Er kunnen hiervoor diverse acties worden ondernomen. In ieder geval kan in samenwerking met het bedrijfsleven een actieplan worden gemaakt voor de versterking van de detailhandel in De Langstraat. Hierbij spelen profilering van de diverse winkelcentra en de winkelbeleving een centrale rol. Logistiek De logistieke sector biedt veel werkgelegenheid en draagt bij aan de welvaart in De Langstraat. Deze sector zal de komende 10 jaar nog aanzienlijk groeien. Het bedrijfsleven heeft zich onder andere met de stichting Oog voor de Logistiek (De Langstraat) en de verbinding met het Huis voor de Logistiek (Hart van Brabant) goed georganiseerd. De krapte op de arbeidsmarkt neemt toe, daardoor worden personeelstekorten in de Logistieke sector verwacht. De logistiek sector is de 8

92 belangrijkste sector met een uitbreidingsvraag voor bedrijfsgrond (grote kavels). Er wordt gewerkt aan de vergroting van de belangstelling voor het logistieke en technische vak. Daarnaast wordt ingezet op de ontwikkeling van een logistieke academie De Langstraat. Metaal- en maakindustrie De (ambachtelijke) kennis en innovatiekracht van de sector vormt een belangrijke kracht en biedt ontwikkelingskansen. Het stimuleren van innovaties en kennisuitwisseling is van groot belang voor het behoud en de ontwikkeling van de sector. De beschikbaarheid van (technisch geschoold) personeel en het imago van de sector zijn de belangrijkste knelpunten voor de sector. Er wordt gewerkt aan de versterking van het netwerk van metaalbedrijven in de Langstraat en stimulering van kennisuitwisseling tussen bedrijven en innovaties (stichting Metal Valley Netherlands). Schoen- en lederbranche Al zijn de hoogtijdagen van lokale schoenproductie voorbij, de schoen- en lederbranche is anno 2015 nog steeds van belang voor de Langstraat. Van industrieel centrum is de Langstraat ontwikkeld in een handelcentrum en logistiek knooppunt voor de schoenenbranche. De SELL heeft de belangrijke ambitie om als organisatie en als branche in De Langstraat erkend en herkend te worden als autoriteit voor de de schoenen-, leder- en lederwarenmarkt. De gemeente Waalwijk ondersteunt deze ambitie door te helpen met de realisatie van een toonaangevend nieuw museumconcept voor het schoen- en ledermuseum in het hart van de stad. Conclusie en aanbeveling Voor de succesvolle uitvoering van een Economisch Programma kan een goede afstemming en eensgezindheid binnen en tussen de geledingen van ondernemers, het onderwijs en de overheid doorslaggevend zijn. De in dit document beschreven beleidslijnen en de beschreven mogelijke acties zijn de basis voor bespreking in de gemeenteraden en gesprekken met ondernemers en het onderwijs over de te volgen koers. Prioriteiten kunnen gesteld gaan worden en beleid en acties kunnen verder worden aangescherpt. Op basis hiervan kunnen de uitvoerende partijen, ondernemers, het onderwijs en de gemeenten Waalwijk, Loon op Zand en Heusden afspraken maken over de precieze uitvoeringsagenda en de planning daarvan. De eerder beschreven sectorparagrafen worden nader uitgewerkt in actieprogramma s. Op dat moment wordt de uitgangspunten van het beleid financieel vertaald en voorzien van een financiele onderbouwing. 9

93 10

94 1 Visie en doelstelling Economische zaken is een complex en breed beleidsveld. Als aanzet en basis om tot een economisch (actie)programma te komen, is daarom eerst een gedegen cijfermatige en kwalitatieve verkenning gemaakt naar de economische aspecten van de Langstraat. Die onderbouwing is terug te vinden in de Sociaal-economische Verkenning voor De Langstraat (oktober 2014). In die verkenning is ook de relatie van de subregio De Langstraat tot de omliggende regio s en internationale ontwikkelingen geschetst. Tot het jaar 2011 hadden de gemeenten Loon op Zand, Heusden en Waalwijk elk hun afzonderlijke economische beleid en werd slechts sporadisch op dit vakgebied samengewerkt. Toch waren er al langere tijd goede inhoudelijke redenen om dit beleid meer op elkaar af te stemmen. In 2011 zijn de gemeenten daarom intensiever met elkaar gaan samenwerken en is een sociaal-economisch team (SET) opgericht. Uit de verkenning blijkt dat bevordering van bedrijvigheid en werkgelegenheid op Langstraatse schaal en maat nodig is om effectief te kunnen opereren. In 2015 heeft elke gemeente nog zijn eigen beleid maar wordt parallel daaraan en aanvullend daarop ook een overkoepelend beleid gemaakt in de vorm van het economische programma voor de Langstraat. Het economische programma voor de Langstraat is een volgende stap om het ondernemingsklimaat in De Langstraat en de samenwerking daarin tussen de gemeenten vorm te geven. Sommige figuren en teksten uit de sociaal-economische verkenning zullen benut worden om het programma te verduidelijken. In dit hoofdstuk wordt eerst die visie op de Langstraat verwoord. Verder wordt in dit hoofdstuk aandacht besteed aan het doel van dit programma, de rol die ondernemers, het onderwijs en de overheid daarin spelen en de programmatische aanpak. 1.1 Visie op de Langstraat De Langstraat gekarakteriseerd De Langstraat kan worden gekenmerkt als een verstedelijkt gebied met een dorps karakter. De Midden-Langstraat wordt getypeerd als een sterke en goed bereikbare regio met zowel landelijke als stedelijke kenmerken waar het goed wonen, werken en recreëren is. Figuur 1-1 illustreert de ligging van bedrijventerreinen en woon- en recreatiegebieden in de Langstraat, bovendien zijn op de kaart nieuwe ontwikkelingslocaties weergegeven. Bewoners van de Langstraat ervaren bovendien niet de lasten van de grote stad maar profiteren wel van de lusten ervan door de nabijheid van Tilburg en s- Hertogenbosch. Deze steden bieden uitgebreide voorzieningen zoals onder andere een universiteit, hogescholen, bioscopen en een binnenstad met een belangrijke uitgaansfunctie. De Langstraat heeft naast de ruimtelijk-landschappelijke kwaliteiten, een aantal belangrijke en specifieke economischhistorische kenmerken zoals: - belangrijke land- en tuinbouw, - de schoenindustrie/lederwaren, - de metaalindustrie, - scheepsbouw in Heusden en Waalwijk. De teruggang van zowel de schoenindustrie als de scheepsbouw is voor deze regio vormend geweest. Met lef en een (uit nood geboren) flexibiliteit en veerkracht zijn nieuwe ondernemingen ontstaan. Daarnaast geldt dat binnen de Langstraat nog steeds veel (ambachtelijke) kennis bestaat over de schoenindustrie en de metaalsector Visie: de Langstraatse kracht Wat zijn nu eigenlijk de kernkwaliteiten van de Langstraat waarmee we de markt op kunnen? o Verscheidenheid en kwaliteit in landschap, woonmilieu s en economische structuur, o Veerkracht, dit komt tot uitdrukking in sterk (startend) Ondernemerschap, o Bereikbaarheid, o De kwaliteit van Doeners (meer MBO ers, minder Universitair geschoolden). Deze kwaliteiten dragen bij aan het ondernemingsklimaat en de twee economische pijlers: - Een sterke vrijetijdseconomie met als ingrediënten onder andere De Efteling, Loonse- en Drunense Duinen, vesting Heusden en de meubel- en keukenboulevard. 11

95 - Sterke materiaalgebonden sectoren, waaronder veel ambachtelijk-industriëel ondernemerschap (rondom de A59) zoals de metaalindustrie (Metal Valley), schoen- en lederindustrie, meubel- en keukenproductie en logistiek en groothandel. Twee pijlers naast elkaar ontwikkelen De kernkwaliteiten van de Langstraat kunnen maximaal benut worden door deze economische pijlers zo goed mogelijk naast elkaar te ontplooien en waar mogelijk kruisbestuiving tussen sectoren mogelijk te maken. De inzet is de ontwikkeling van de vrijetijdseconomie en het behouden en versterken van het ambachtelijk-industrieel ondernemerschap en de logistieke sector. De uitdaging is om ambachtelijke-industriëel ondernemerschap niet ten koste te laten gaan van woonkwaliteiten, het woongenot en het imago dat bij Leisure hoort. Figuur 1-1 De Langstraat: wonen, werken en recreëren. Bestaande situatie en ontwikkelingen 1.2 Doelstelling De algemene doelstelling: Het economisch programma voor De Langstraat is bedoeld om het ondernemingsklimaat te versterken en de economische ontwikkelingskansen van de Langstraat maximaal te benutten. Met de versterking van het ondernemingsklimaat wordt beoogd de welvaart en het welzijn in de Langstraat te bevorderen. Definitie ondernemingsklimaat: Het geheel van maatschappelijk-economische omstandigheden, in het bijzonder voor zover die worden beïnvloed door overheidsmaatregelen, dat invloed uitoefent op de bereidheid van de onderneming om te investeren. Uitgangspunt: Het economisch programma neemt de stimulering en ondersteuning van ondernemerschap als vertrekpunt voor de economische en sociale ontwikkeling van De Langstraat. Door anno 2015 dit economisch programma handen en voeten te geven wordt de aantrekkelijkheid van de Langstraat verhoogd en kan de Langstraat optimaal profiteren van het economisch herstel. De werkgelegenheid kan groeien, 'social return' kan worden toegepast en innovaties worden gestimuleerd. 12

96 Uitgewerkte doelstelling: Het ondernemingsklimaat wordt versterkt door de economische ontwikkelingskansen van de Langstraat maximaal te benutten: - Met goede randvoorwaarden en ruimte voor bestaand en startend ondernemerschap (zie paragraaf 1.5), - Door kennisontwikkeling, investeringen en innovaties te faciliteren en op elkaar te laten aansluiten. De welvaart en het welzijn in de Langstraat wordt bevorderd door: - te werken aan oplossingen tegen werkloosheid en tekorten aan (geschoold) personeel, - mogelijkheden om van vrije tijd te genieten te verbeteren door onder andere goede voorzieningen voor toerisme en recreatie en overige (stedelijke) voorzieningen. - Goede voorzieningen voor een prettig woon- en leefklimaat. Hierbij kan gedacht worden aan scholen, woningen en voorzieningen voor het besteden van de vrije tijd. Er wordt naar gestreefd om burgers maximaal bij het arbeidsproces (en/of participatie in de maatschappij) te betrekken. Bijzondere aandacht wordt gegeven aan het versterken van het ondernemerschap de sectoren detailhandel, recreatie & toerisme, logistiek, metaal en techniek, schoen en leder. Ook wordt er gewerkt aan de agrifood-keten. 1.3 Burgers, ondernemers, onderwijs en de overheid Om de uitdagingen voor de toekomst het hoofd te bieden en als subregio competitief te zijn is een goed samenspel nodig van burgers, ondernemers, het onderwijsveld en de overheid. Burgers spelen een rol door hun participatie aan maatschappelijke activiteiten. Zij zijn betrokken via hun democratische vertegenwoordiging in de gemeenteraden en hun rol als onder andere werknemer of werkgever en scholier of docent in het onderwijs. De gemeentelijke overheid in de Langstraat heeft de taak om de juiste randvoorwaarden te scheppen en faciliterend te zijn voor burgers, het bedrijfsleven en het onderwijs. Het onderwijs speelt een cruciale rol in de opleiding van toekomstige werknemers. Het lokale bedrijfleven heeft primair de taak om in te spelen op op lokale, nationale en internationale marktontwikkelingen. Ondernemingen bieden werkgelegenheid. Het bedrijfsleven beschouwen we daarom als de motor voor sociaal-economische ontwikkeling. In bijlage drie wordt dieper ingegaan op de rol van de drie O s (ondernemers, onderwijs en overheid). 1.4 Programmatische aanpak Kenmerkend voor de programmatische aanpak is dat het een looptijd van meerdere jaren heeft, het hoofddoel vaststaat en de bijbehorende projecten en activiteiten en de precieze prioritering daarvan van jaar tot jaar kan verschillen. De programmatische aanpak biedt de ruimte om, bijvoorbeeld ten gevolge van veranderende omstandigheden, bij te sturen. De belangrijkste kapstok voor het economische programma zijn de factoren die bepalend zijn voor het ondernemingsklimaat (zie Figuur 1-2): Bereikbaarheid, Beschikbaarheid van personeel, Het voorzieningenniveau (scholen/winkels/theater/woonklimaat etc.), De nabijheid van klanten /de markt, De prijs (van o.a. bedrijfsgrond), De locatie (op het bedrijventerrein/winkelgebied), Het imago, Serviceniveau van de (lokale) overheid. 13

97 Figuur 1-2 stuurwiel van factoren die het ondernemingsklimaat bepalen Voorzieningen Imago Servicegerichte organisatie Beschikbaar personeel De economische aantrekkelijkheid van de Langstraat Locatie Prijs Nabijheid markt / klanten Bereikbaarheid Het economisch programma voor de Langstraat benadrukt het belang van de samenhang tussen werken, onderwijs, goede woonvoorzieningen en vrijetijdsvoorzieningen voor het ondernemersklimaat in de Langstraat. Het verbeeldt de ontwikkeling en toekomst (inzichten en ambities) van de Langstraat en vertaalt de programmaonderdelen naar concrete acties. De huidige situatie, zoals opgenomen in de sociaaleconomische verkenning is hierbij het vertrekpunt. 1.5 Visie kernachtig verwoord Visie: De Langstraatse kracht is gebaseerd op de landschappelijke en economische verscheidenheid, veerkrachtig ondernemerschap, een goede bereikbaarheid en de kwaliteit van doeners (meer MBO ers, minder Universitair geschoolden). Deze kwaliteiten en het goede woonklimaat zijn de basis voor de sterke vrije tijdseconomie en sterke materiaalgebonden sectoren, waaronder ambachtelijk-industriëel ondernemerschap zoals de metaalindustrie (Metal Valley), de schoen- en lederbranche, meubel- en keukenproductie en logistiek en groothandel. De samenwerking tussen de 3 O's wordt versterkt en positieve initiatieven van ondernemers worden ondersteund. Er wordt daarbij ingezet op op een (duurzame) economische ontwikkeling door het stimuleren van innovatief en startend ondernemerschap en het verbeteren van de aantrekkelijkheid van de vestigingsfactoren voor ondernemers in de Langstraat. 14

98 2 Ondernemingsklimaat In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de belangrijkste bepalende factoren voor het ondernemingsklimaat. Eerst wordt echter nog in paragraaf 2.1 ingegaan op de prioriteiten die gebleken zijn uit gesprekken met het bedrijfsleven, het onderwijs en de intergemeentelijke uitvoeringsorganisatie Baanbrekers. In paragraaf 2.2 wordt apart aandacht besteed aan innovaties en startend ondernemerschap, het stimuleren hiervan kan in belangrijke mate bijdragen aan de economische dynamiek. Vervolgens wordt ingegaan op de bepalende factoren voor het ondernemingsklimaat en wordt ingegaan op de vraag welke verbetering daarin mogelijk zijn. Ten slotte worden ook conclusies en acties daaraan verbonden. Over de factoren die van invloed zijn op het ondernemingsklimaat en over de speerpuntsectoren zijn gesprekken en discussies gevoerd. In bijlage 1.3 is de hiervoor gevolgde werkwijze met gemeenteraden, ondernemers, onderwijs en Baanbrekers beschreven. 2.1 Speerpunten Vanuit het bedrijfsleven en bedrijvenverenigingen zijn een aantal factoren benoemd waar men zich zorgen over maakt of waarvan men vindt dat er verbeteringen in mogelijk zijn. In bijlage 3 is uitgebreid verwoord welke onderwerpen besproken zijn met ondernemers, onderwijs en de lokale overheid. De belangrijkste speerpunten voor de versterking van het ondernemingsklimaat waren volgens het bedrijfsleven de volgende 4 onderwerpen: - Beschikbaarheid van personeel. Stimuleren van gerichte opleidingen, een betere match tussen onderwijs en bedrijfsleven. Arbeidspotentieel. - Imagoverbetering en promotievoorstellen. Trots zijn op wat we te bieden hebben. Dit als kans benutten. - Overheidsdienstverlening in brede zin. - Ontwikkeling van de kennisintensieve branche, innovaties en startend ondernemerschap. Vanuit het onderwijs is vooral benadrukt dat er een grote behoefte bestaat aan nog meer structurele verbinding met het bedrijfsleven in d e vorm van opleidingsplaatsen bij het bedrijfsleven voor jeugdigen die een beroep willen leren en in de vorm van docentenstages. Er is ook gesignaleerd dat het bedrijfsleven meestal op de korte termijn menskracht wil, terwijl het onderwijs een langere tijd nodig heeft om leerlingen te werven en vervolgens op te leiden. De grote uitdaging van de uitvoeringsorganisatie Baanbrekers en de betrokken Langstraat gemeenten is om zoveel mogelijk burgers, die een afstand tot de arbeidsmarkt hebben werk te bieden, liefst in een reguliere baan. Baanbrekers heeft vaak wel personeel beschikbaar, maar vaak niet met de passende motivatie of opleiding. Mensen die beschikbaar zijn voor werk hebben sowieso de verplichting om algemeen geaccepteerde arbeid te aanvaarden. Om mensen passend opgeleid te krijgen via kortdurende scholingstrajecten heeft Baanbrekers het onderwijs nodig. De bovengenoemde speerpunten zijn allemaal onderwerpen waarvoor ondernemers, het onderwijs en de overheid met elkaar tot oplossingen kunnen komen, de 3 o's hebben elkaar hierin nodig. Midpoint Brabant is het samenwerkingverband van de regio Hart van Brabant waarin samengewerkt wordt tussen de 3 o s. Ondernemers uit de Langstraat hebben niettemin aangegeven een concrete vorm van samenwerking tussen de 3 o s op Langstraatniveau te willen. Actiepunten: - een haalbare vorm van overleg en samenwerking tussen ondernemers, het onderwijs en de overheid tot stand brengen. - uitwerken van een regionaal sociaal-economisch akkoord / convenant van de Langstraat waarbij er afspraken tussen de overheid, de ondernemers en het onderwijs worden gemaakt over onder andere: o dat de overheid zich inspant voor inburgering, woningbouwbeleid, bereikbaarheid en herstructurering bedrijventerreinen. o Ondernemers zich inspannen voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO). Banen bieden in het kader van hun (op Rijksniveau afgesproken) taakstelling voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt (zie bijlage 3). Stageplaatsen bieden voor onderwijspersoneel o Hoe het onderwijs faciliteert voor passende opleidingen toegespitst op arbeidsmarkt De Langstraat o leerwerkplekken, werkervaringsplaatsen en andere kwalificerende trajecten. 2.2 Innovaties en nieuw ondernemerschap 15

99 Hhet stimuleren van innovaties en nieuw ondernemerschap is van groot belang voor de vitaliteit en dynamiek van de economie. Daarom wordt op dit onderwerp apart ingegaan. Het hangt vooral samen met de doelstelling van het Economisch Programma om de lokale economie te stimuleren. Het is echtter niet één van de vestigingsfactoren die in het hier gehanteerde model gebruikt wordt. Al zou voor sommige innovatieve ondernemers de aanwezigheid van een innovatief klimaat natuurlijk wel degelijk kunnen meespelen in de overweging om zich hier verder te ontwikkelen. Stimuleren van startend ondernemerschap Startend ondernemerschap kan erg goed bijdragen aan de economische dynamiek van De Langstraat, bovendien wordt een deel van de startende ondernemers van nu, een groter bedrijf in de toekomst. In verband met het "verdwijnen" van de kamer van koophandel is er een behoefte ontstaan aan nieuwe vormen van algemene startersondersteuning. Hierbij kan netwerkvorming en een goed ondernemersloket belangrijk werk verrichten. In het bijzonder kan aandacht worden besteed aan innovatieve starters. Innovaties stimuleren, ontwikkeling van de kennisintensieve branche. o Stimuleringsfonds voor ondernemers (uit Hart van Brabant) biedt mogelijkheden voor innovaties op het gebied van de arbeidsmarkt. o Hoe het innovatieve klimaat en kennisintensieve en/of creatieve branches verder gestimuleerd kunnen worden moet nog uitgewerkt worden. Het is duidelijk dat dit als een ontwikkelingspunt wordt gezien. o Ondersteunen en doorontwikkelen van initiatieven zoals de uitgifte van innovatie-vouchers door de Stichting Metal Valley Netherlands. 2.3 Factoren van invloed op het ondernemingsklimaat In deze paragraaf komen alle 8 factoren die van invloed zijn op de economische vitaliteit van de Langstraat aan de orde. Voor elk van de factoren wordt beschreven wat in de Langstraat speelt. Er worden ook actiepunten beschreven die de komende tijd aangepakt zouden kunnen worden Beschikbaarheid van personeel.. Kwantiteit Er moet worden voorkomen dat vanwege een gebrek aan personeel er een rem komt op de ontwikkeling van het Langstraatse bedrijfsleven. Om in de toekomst voldoende arbeidskrachten te hebben en te houden voor het bedrijfsleven zijn in de toekomst een aantal zaken nodig: Het verhogen van de participatiegraad van de huidige bevolking, Het positief inbedden van de komst van arbeidsmigranten (o.a. uit Oost-Europeanen) om in De Langstraat te komen werken en wonen. Dit kan onder andere door goede huisvesting, taal- en inburgeringscursussen, welkomspakketten etc. Vanwege een gebrekkige inbedding van arbeidsmigranten kan hun komst soms tot ongewenste situaties leiden. Bijvoorbeeld dat campings en recreatieparken worden bezet door arbeidsmigranten in plaats van toeristen, ten gevolge van onvoldoende goede andere vormen van huisvesting. En zolang een arbeidsmigrant zich niet (semi-)permanent in Nederland vestigt zal ook de Nederlandse taal te wensen over laten. De negatieve effecten kunnen worden voorkomen door bijvoorbeeld adequate (goedkope) huisvesting in de gewone woningvoorraad mogelijk te maken. In de Langstraat werken al geruime veel mensen uit Midden- en Oost-Europa. Dit onderwerp is ook landelijk een zeer actueel thema nu ook de aantallen vluchtelingen van ver buiten Europa toenemen. Kwaliteit: onderwijs-arbeidsmarkt De aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt is al jaren onderwerp van gesprek. Ook nu is dit onderwerp veelvuldig genoemd. Het bedrijfsleven geeft aan vooral behoefte te hebben aan gemotiveerde, goed opgeleide (ex-)leerlingen en geeft aan dat de leerlingen in de praktijk het vak wel geleerd krijgen. Er zijn vaak simpelweg te weinig leerlingen die met een technisch diploma van school komen. Er wordt voorgesteld om nu op een pragmatisch manier hiervoor oplossingen te vinden. Veel bedrijven werven inmiddels op onconventionele wijze personeel dat aanvankelijk nog onvoldoende gediplomeerd is en laten ze bij geschiktheid bijscholen. De aanpak voor een doorlopende leerlijn in de logistieke sector kan wellicht als goed voorbeeld gaan fungeren voor andere branches in de Langstraat. 16

100 o In nauwe samenwerking met DMG (De Mandemakers Groep) werkt Oog voor de Logistiek momenteel aan de ontwikkeling van een logistieke academie. Werk maken van stageplaatsen voor onderwijzend personeel en daar in regioverband afspraken over maken. Voor De Langstraat de in Hart van Brabant-verband beschikbare middelen voor onderwijs-arbeidsmarkt gericht inzetten. o Bijvoorbeeld voor de bevordering van stageplaatsen voor leerlingen in het praktijkonderwijs Overheidsdienstverlening Ondernemers hebben aangegeven dat op verschillende punten verbeteringen van de overheidsdienstverlening aan het ondernemingsklimaat zou bijdragen. Zaken die daarbij genoemd zijn, waren onder andere dat het overleg tussen de 3 o's verbeterd zou moeten worden, de wens voor een snellere vergunningverlening, een betere dienstverlening en snellere tot standkoming van infrastructurele werken zoals bijvoorbeeld een nieuwe insteekhaven. Mogelijke actiepunten: - Mede vorm en inhoud geven aan overleg en samenwerking tussen ondernemers, onderwijs en de overheid (3 o s). Zie ook bij paragraaf Op basis van concrete casussen uitwerken van een verbetering van de overheidsdienstverlening. Waaronder de eventuele gezamenlijke ontwikkeling van: o Accountmanagement voor bedrijven o De e-dienstverlening. Uitwerken van de gemeentelijke visie op e-dienstverlening en de toepassing ervan. o Soepele vergunningverlening o Acquisitie van bedrijven. - Voor de overheidsdienstverlening waarbij dit past, zoals het Leisureloket voor de vrijetijdseconomie, zorgen voor een goede aansluiting bij regionale en/of provinciale dienstverlening. - Op basis van een benchmark ondernemingsklimaat (peiling ondernemingsklimaat) de tevredenheid van ondernemers meten en mede op basis hiervan werken aan verbeteringen Imago Onder ondernemers wordt het imago van de Langstraat als een belangrijk verbeterpunt gezien. Niet alleen de aard van het imago, maar ook de onbekendheid van de Langstraat wordt daarbij ook als aandachtspunt genoemd. Tegelijk vindt men dat de regio trots kan zijn op wat het te bieden heeft. Dit kan als kans worden benut. Het imago kan worden versterkt rondom de nu al bekende trekpleisters zoals de Efteling, deloonse- en Drunense Duinen, RKC-Waalwijk en vesting Heusden. Actiepunt: - In samenwerking met het bedrijfsleven werken aan de verbetering van de bekendheid van de Langstraat en werken aan zichtbaarheid en een positief imago. Eventueel promotiecampagnes ontwikkelen zoals bijvoorbeeld: o "Leer mij de Langstraat kennen " o Buitengewoon bedrijvig. Buitengewoon Wonen, werken en recreeren in De Langstraat o Versterken van de samenwerking tussen de toeristische bureau s en inzetten op gezamenlijke profilering van de Langstraat Nabijheid klanten/markt Voor veel ondernemers is de nabijheid van klanten/markt een heel belangrijk gegeven. Veel ondernemers krijgen een belangrijk deel van hun inkomsten uit de lokale economie. Wat kan dit inzicht opleveren voor de ontwikkeling van de (lokale) economie? Actiepunt: - Uitzoeken voor welke bedrijven de lokale markt en klanten belangrijk zijn en hoe de lokale verbindingen nog beter benut kunnen worden voor de ontwikkeling van de economie. Voor welke bedrijven zou de nabijheid van klanten juist tot vestiging van elders naar de Langstraat kunnen leiden? o Vragen beantwoorden zoals: is vestiging in De Langstraat aantrekkelijk voor toeleveranciers van reeds gevestigde bedrijven zoals bijvoorbeeld BOL.COM of SPAR? 17

101 2.3.5 Voorzieningen De Langstraat heeft unieke natuur- en landschapswaarden, ruime voorzieningen, aantrekkelijke winkelcentra en dorpskernen (levendig met winkels en horeca), een ziekenhuis, lagere scholen, voortgezet onderwijs en een zeer divers woningaanbod. Echter voor bepaalde typisch stedelijk voorzieningen zoals hogescholen en een universiteit een grote schouwburg etc. moeten inwoners en bezoekers naar de nabij gelegen steden 's-hertogenbosch of Tilburg. Met betrekking tot de voorzieningen zijn de woonvoorzieningen zowel in positieve als in negatieve zin genoemd. Het woonklimaat wordt als goed ervaren, maar de beschikbaarheid van sociale woningbouw vindt men nog te weinig. Vanwege het grote belang van de logistiek en bedrijvigheid in Waalwijk wordt gewerkt aan een grote vrachtwagenparkeerplaats, anno 2015 is de basis van deze parkeerplaats inmiddels door een particuliere investeerder gerealiseerd. Actiepunten: - Het benadrukken van het belang voor de arbeidsmarkt van toevoeging van woningen in het goedkope segment (sociale woningbouw) aan de woningvoorraad. - Mogelijk maken en ondersteunen van de realisatie van een professionele vrachtwagenparkeerplaats in Waalwijk Bereikbaarheid De algemene bereikbaarheid wordt door het bedrijfsleven gewaardeerd als een zeer belangrijk en positief onderscheidend kenmerk van de Langstraat. Dit geldt vooral voor de bereikbaarheid over de weg en over het water. Anno 2015 is De Langstraat zeer goed bereikbaar over de weg, mede door het vernieuwde knooppunt van de belangrijke verkeersaders A59 en de N261. De voltooiïng van de Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat (GOL) is daarbij van groot belang om De Langstraat goed bereikbaar te houden. Over water is de haven van Waalwijk een belangrijke ontsluiting van het gebied die een grote vervoerscapaciteit biedt. De nieuwe insteekhaven biedt kansen om de overslagcapaciteit aanzienlijk te vergroten. Voor het personenvervoer is de verbetering van het openbaar vervoer een belangrijk punt van verbetering. De afwezigheid van spoorwegen wordt als gemis ervaren. Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) per bus kan hiervoor enig soelaas bieden. Voor de toekomst moet gewerkt worden aan het behouden en verbeteren van de goede bereikbaarheid. Daarbij moet ingezet worden op lokale initiatieven vanuit bijvoorbeeld prakmanagement. Een voorbeeld hiervan is dat voor het bedrijventerrein Haven een busje (via het parkmanagement) wordt ingezet om werknemers op locatie te kunnen brengen. Om de regio op de lange termijn nog beter bereikbaar te maken is het oplossen van andere en (toekomstige) knelpunten belangrijk, zoals bijvoorbeeld knooppunt hooipolder. Voor de vrijetijdseconomie is een goede bereikbaarheid met snelwegen en lokale wegen erg belangrijk. De verbeterde N261 en de vernieuwde aansluiting van de N261 en de A59 vormen belangrijke randvoorwaarden om de Leisure Boulevard en in het bijzonder de Efteling en de meubelboulevard goed bereikbaar te houden. Een aanzienlijke toename van het aantal bezoekers in de regio is hiermee voor de komende jaren mogelijk gemaakt. Het bereikbaar houden van de regio blijft aandacht nodig houden. Zo is er voor de toeristische bereikbaarheid aandacht nodig voor een zuidelijke ontsluiting van de Efteling. Actiepunten: - De realisatie van de nieuwe insteekhaven is erg belangrijk voor de ontwikkelingen van het bedrijfsleven en moet worden uitgevoerd, - Een lobby bij de provincie starten voor verbetering van het openbaar vervoer in de Langstraat. - Starten van een gezamenlijke lobby voor de verbetering van het hoofdwegennet door onder andere de aanpak van knooppunt Hooipolder Locatie De ontwikkeling van bedrijventerreinen wordt in regionaal verband afgestemd. De Langstraat heeft hierbij vooral te maken met afspraken die in de regio Hart van Brabant worden gemaakt. De gemeente Heusden heeft (als enige van de 3 gemeenten) ook te maken met de afspraken die in Noordoost-Brabant worden gemaakt. In de Langstraat zijn vooralsnog voldoende bedrijfslocaties, bedrijventerreinen en/of kavels beschikbaar om uitbreiding van het bedrijfsleven te faciliteren. Zowel de gemeente Loon op Zand, Waalwijk als Heusden hebben nog ruimte op bedrijventerreinen voor uitbreidende of zich nieuw te vestigen bedrijven. Omdat de verwachting is dat het vervoer over water de komende jaren verder gaat groeien en de schepen in grootte gaan toenemen, wordt in Waalwijk gewerkt aan de bouw 18

102 van aan een nieuwe insteekhaven die toegang biedt voor grotere schepen. Vanwege de toenemende vraag naar (zeer) grote logistieke kavels (groter dan 5 à 10 hectare) en het gebrekkige aanbod in dit segment kan het nodig of wenselijk zijn om de logistieke vraag nog beter te faciliteren. Voor startende en/of innovatieve ondernemers kunnen bedrijfsverzamelgebouwen met specifieke, wellicht ook virtuele faciliteiten een impuls aan ondernemerschap geven. Het stimuleren van broedplaatsen voor startende ondernemers is een actiepunt dat kan worden opgepakt. Actiepunten: - in hoeverre er nog nieuwe (zeer) grote logistieke kavels tot ontwikkeling moeten worden gebracht dient te worden onderzocht, over de ontwikkeling daarvan worden in regionaal verband afspraken gemaakt. - stimuleren van startend ondernemerschap door het mogelijk maken van broedplaatsen voor startende ondernemers Prijs Bij de beoordeling van een ondernemer van de prijs van vestiging in De Langstraat kunnen verschillende prijzen een rol spelen: - de prijs van bedrijfsgrond bij aankoop van een kavel of de prijs van de huur van een bedrijfspand - de prijs die de ondernemer moet betalen aan zijn medewerkers in de vorm van loon (het loonniveau). Beide aspecten van de prijs zijn door ondernemers in de gesprekken over het ondernemingsklimaat niet expliciet aan de orde gesteld. Kennelijk speelt dit onderwerp niet zo sterk en houdt dit onderwerp de reeds gevestigde ondernemers nauwelijks bezig. Het kan (misschien) wel een belangrijker onderwerp zijn voor vestigende ondernemers van elders. In vergelijk met de Randstad zijn de prijzen voor bedrijfsgrond laag, terwijl de prijs ten opzichte van bijvoorbeeld het Land van Cuijk relatief hoog ligt. Verder is de grondprijs in de Langstraat is ten opzichte van de direct omliggende steden Den Bosch en Tilburg juist weer relatief gunstig. Actiepunt: - nader onderzoeken hoe de prijzen in de Langstraat ervaren worden door zich potentieel vestigende ondernemingen. - eventueel ontwikkelen van een grond(prijs)beleid voor de Langstraat Monitoring factoren De inzichten op basis van een consultatie van ondernemers hebben een beeld gegeven welke verbeteringen van deze factoren belangrijk of kansrijk zijn. Omdat het bedrijfsleven zeer divers is en omdat de economie voortdurend in verandering is, is het belangrijk om het inzicht te verdiepen en de sturing te houden op deze factoren die van invloed zijn op de economie. Daarvoor wordt voorgesteld om dit regelmatig 'in de peiling te houden'. Actiepunt: Om zicht te houden op het belang van de factoren van het ondernemingsklimaat wordt een thermometer voor het ondernemingsklimaat in de Langstraat ontwikkeld. In eerste instantie zal dit een combinatie worden van: o Een uitgebreide peiling ondernemingsklimaat (1 keer in de 4 jaar) o Verkennend onderzoek naar de gebruiksmogelijkheden van data-analyse (business-intelligence) o Jaarlijkse monitoring van de actiepunten van het economisch programma voor de Langstraat. CONCLUSIES: - Een stevige alliantie tussen ondernemers, onderwijs en de overheid is van groot belang om tot een succesvolle economische ontwikkeling van De Langstraat te komen. - De onderwerpen die belangrijk zijn voor ondernemers zijn niet automatisch belangrijk voor het onderwijs en de overheid. Er bestaat echter wel een belangrijke maatschappelijke samenhang en wederkerigheid tussen deze drie partijen. - Het stimuleren van startend ondernemerschap en innovaties is belangrijk omdat dit bijdraagt aan de toekomstige economische dynamiek van De Langstraat 19

103 ACTIEPUNTEN: - een haalbare vorm van overleg en samenwerking tussen ondernemers, het onderwijs en de overheid tot stand brengen. - uitwerken van een regionaal sociaal-economisch akkoord / convenant van de Langstraat waarbij er afspraken tussen de overheid, de ondernemers en het onderwijs worden gemaakt - Om zicht te houden op het belang van de vestigingsfactoren wordt een thermometer voor het ondernemingsklimaat in de Langstraat ontwikkeld. - Op basis van concrete casussen uitwerken van een verbetering van de overheidsdienstverlening. - Op basis van een benchmark ondernemingsklimaat (peiling ondernemingsklimaat) de tevredenheid van ondernemers meten en mede op basis hiervan werken aan verbeteringen. - In samenwerking met het bedrijfsleven werken aan de verbetering van de bekendheid van de Langstraat en werken aan zichtbaarheid en een positief imago. Eventueel promotiecampagnes laten ontwikkelen. - Uitzoeken voor welke bedrijven de lokale markt en klanten belangrijk zijn en hoe de lokale verbindingen nog beter benut kunnen worden voor de ontwikkeling van de economie. - Mogelijk maken en ondersteunen van de totstandkoming van een professionele vrachtwagenparkeerplaats in Waalwijk. - Een lobby bij de provincie starten voor verbetering van het openbaar vervoer in de Langstraat. - de nieuwe insteekhaven moet zo spoedig mogelijk worden gerealiseerd. - in hoeverre er nog nieuwe (zeer) grote logistieke kavels tot ontwikkeling moeten worden gebracht dient te worden onderzocht, over de ontwikkeling daarvan worden in regionaal verband afspraken gemaakt. - nader onderzoeken hoe de prijzen in de Langstraat ervaren worden door zich potentieel vestigende ondernemingen. - stimuleren van startend ondernemerschap door het mogelijk maken van broedplaatsen voor startende ondernemers. 20

104 3 Sectorprogramma s In dit hoofstuk wordt sectorgewijs ingegaan op de vestigingsfactoren. Belangrijk is te vermelden dat ontwikkelingskansen en innovaties vaak worden gerealiseerd in de productieketen (van toeleveranciers en afnemers van (half)fabrikaten) en door kruisbestuivingen tussen sectoren. Dergelijke innovaties vallen dan buiten de sector zelf, maar hebben wel invloed op het functioneren van de sector. De vernieuwende ontwikkelingen tussen sectoren verdienen daarom ook de nodige aandacht. In de sociaal-economische verkenning zijn de kwaliteiten van de Langstraat beschreven. Daaruit is ook gebleken welke sectoren sterk zijn en op welke sectoren men in de Langstraat beleidsmatig wil inzetten. Dat zijn de volgende sectoren: - Vrijetijdseconomie (leisure) - De detailhandelssector - Logistieke sector - Metaal- en maakindustrie - Schoen- en lederbranche In de hierna volgende paragrafen worden ingegaan op de ambities voor deze sectoren en de relatie tot de vestigingsfactoren voor ondernemers. In bijlage 4 worden, in aanvulling op de tekst in dit hoofdstuk, voor elke sector de nog niet besproken vestigingsfactoren behandeld en de relevantie daarvan weergegeven. In dit hoofdstuk wordt op de belangrijkste kenmerken en speerpunten per sector ingegaan. 3.1 Vrijetijdseconomie Inleiding Waar voorheen gesproken werd over de sector Toerisme en Recreatie gaat het tegenwoordig over de Vrijetijdseconomie ofwel Leisure. De sector is een belangrijke pijler voor Nederland. Vrijetijdseconomie gaat over alle activiteiten die men in de vrije tijd onderneemt. Het heeft dus sterke raakvlakken met sport, cultuur, natuur etc. Kenmerkend voor de sector is verder dat toeristen en recreanten zeer mobiel zijn en zich niet aan grenzen houden. Daarom leent het beleidsveld zich uitstekend om (sub)regionaal te benaderen. Het is bovendien een dynamische sector waarin veel verandert en waarop de digitale ontwikkelingen veel invloed hebben. De sector is op veel plaatsen speerpunt van beleid, dit betekent dat er veel concurrentie is. Doel en ambitie Provinciale ambitie Bij de provincie Noord-Brabant staat vrijetijdseconomie hoog op de agenda. Zij wil zich profileren als de meest innovatieve en gastvrije provincie. VisitBrabant is de provinciale organisatie die verantwoordelijk is voor de profilering op nationaal en internationaal niveau. Voor profilering van de Langstraat op nationaal en internationaal niveau is het wenselijk aansluiting te zoeken bij Visit Brabant. Ambitie regio Hart van Brabant Binnen de provincie heeft de regio Hart van Brabant een forse leisure ambitie bepaald. Hart van Brabant stelt zich als ambitie om vóór 2025 dé leisure regio van noord-west Europa te worden voor de family/short break vakantie. Dat betekent: het scheppen van een bijzonder cluster dat past bij de 21e eeuw met een hoge kwaliteit en veel toegevoegde waarde voor de vakantie tussendoor. Effectief wil zij tot 2025 realiseren: - Groei van 10 miljoen naar 20 miljoen dagrecreatieve bezoekers per jaar - Verbreding / verlenging van het seizoen van de huidige 250 naar 350 dagen - Top van het huidige dagbezoek stijgt van naar bezoekers - 60% van de dagbezoekers zijn tevens short break verblijfsgasten - Verdubbeling aantal winterharde bedden van 7500 naar Toename 900 mio omzet per jaar nu tot 1,5 miljard - Verdubbeling werkgelegenheid tot FTE ( banen) - Nieuwe investeringen in de regio van ca 850 miljoen tot 1 miljard Ambitie Langstraat 21

105 De gemeenten Heusden, Loon op Zand en Waalwijk zijn alle drie onderdeel van de regio Hart van Brabant. Door binnen de Langstraat de krachten te bundelen kan een substantiele bijdrage geleverd worden aan het verwezenlijken van de ambitie van de regio. Vestigingsklimaat De Langstraat heeft een sterk toeristisch profiel. Enerzijds heeft zij grote attracties zoals de Efteling en Experience Island / het Blauwe Meer en goede winkelvoorzieningen zoals de Meubelboulevard. Daarnaast een heel waardevol landschap met Nationaal Park de Loonse en Drunense Duinen, vesting Heusden en het kenmerkende slagenlandschap. Het gebied is gelegen tussen de grote steden s-hertogenbosch en Tilburg. Binnen het gebied vind je een uitgebreid routenetwerk voor fietsers en wandelaars en een variëteit aan attracties, horeca en verblijfsaccommodaties. Knelpunten en kansen Naast lokale inspanningen en regionale afstemming is samenwerking op het niveau van de Langstraat kansrijk. De vrijetijdssector kan in de Langstraat versterkt worden door het ondernemerschap in deze sector te stimuleren en de komst van toeristen en recreanten te bevorderen. Hierna wordt ingegaan op de vestigingsfactoren specifiek toegespitst op de vrijetijdseconomie. Beschikbaarheid personeel De vrijetijdsector biedt werkgelegenheid voor professioneel en hoger geschoold personeel en voor mensen die weinig geschoold zijn. Het werk in deze sector is ten dele seizoensgebonden. Gastvrijheid en een goede klantbenadering zijn in deze sector extra belangrijk. Vooralsnog lijkt voor deze sector voldoende personeel beschikbaar. Voor opleiding van personeel zijn de NHTV in Breda, de Rooi Pannen, ROC, KW1 en de universiteit in Tilburg een belangrijke basis en relatief dichtbij in de regio. Locaties & gemeentelijke dienstverlening Voor een ambitieuze ontwikkeling van de vrije tijdsector is de beschikbaarheid van geschikte locaties en een soepele vergunningverlening van cruciaal belang. Omdat vrijetijd een breed begrip is, moet vaak nog een bestemmingsplanprocedure doorlopen worden en maatwerk geleverd worden. Op basis van de ambities die gezamenlijk geformuleerd zijn in de regio Hart van Brabant wordt vooral ingestoken op locaties waar nog trekkers kunnen worden toegevoegd, zoals de Poort van Heusden, uitbreiding van bestaand aanbod, bijvoorbeeld bij de Efteling en het toevoegen van verblijfsaccommodaties, waarvoor mogelijkheden zijn in de zone tussen Horst en N261. Voorzieningen Voor een sterke vrijetijdssector is het belangrijk dat er voldoende voorzieningen zijn. Dit gaat enerzijds om het decor: Natuur, landschap en cultuurhistorie. Daarnaast uiteraard om attracties, verblijfsaccommodatie, horeca, musea en andere vormen van vermaak. Welke moeten voldoen aan de wensen van de huidige consument. Door het aanbod meer te bundelen wordt langer verblijf gestimuleerd. Binnen de Langstraat ligt een fijnmazig netwerk aan fiets en wandelpaden. Zowel de routestructuren als het decor verdienen continu aandacht zodat zij niet in verval raken en er blijvend wordt geinnoveerd. Naast sec toeristischte voorzieningen zijn ook aantrekkelijke dorpscentra, en de aanwezigheid van bedrijven in de toelevering belangrijk voor het goed functioneren van de sector. Imago De Langstraat is van vroegeruit een bekend gebied, maar is bij een groot deel van de toeristen een onbekend merk. De toeristische trekkers in De Langstraat zoals de Efteling, vesting Heusden en de Loonse en Drunense Duinen zijn daarentegen juist erg bekend. Met deze bekende trekkers en de aantrekkelijke groene, gevariëerde omgeving kan de Langstraat zich uitstekend profileren. En als aantrekkelijke shortbreak locatie binnen het Hart van Brabant in de markt gezet worden. Om in de promotie het aanbod uit de regio meer te bundelen is een goede samenwerking tussen de toeristische bureau s noodzakelijk. Bereikbaarheid Voor de vrijetijdseconomie is een goede bereikbaarheid met snelwegen en lokale wegen erg belangrijk. Knelpunt is er met name richting grote trekkers als de Efteling en de Loonse en Drunense Duinen. In de afgelopen periode is er hard gewerkt aan de N261 en de vernieuwde aansluiting van de N261 op de A59. Het bereikbaar houden van de regio blijft aandacht nodig houden. Zo is er voor de toeristische bereikbaarheid aandacht nodig voor een zuidelijke ontsluiting van de Efteling. 22

106 Conclusies - De provincie Noord-Brabant is ambiteus en wil zich profileren als de meest innovatieve en gastvrije provincie, de regio Hart van Brabant kiest ook voor een hoge ambitie in de vrijetijdseconomie. - door samenwerking in de Langstraat willen de gemeenten Loon op Zand, Heusden en Waalwijk een gezamenlijke bijdrage leveren aan deze regionale ambitie - De Langstraat heeft een sterk toeristisch profiel. Om dit zo te houden moet de komende jaren samengewerkt worden om het aanbod op peil te houden, te vernieuwen, te bundelen en uit te breiden. En om dit alles onder de aandacht van de toerist te brengen. 23

107 3.2 Detailhandel Inleiding De Langstraat heeft een uitgebreide detailhandelsstructuur die gekenmerkt wordt door een grote variëteit aan winkel- of boodschappencentra in diverse (kleinere) kernen. De grootste winkelconcentratie van de Langstraat bevindt zich in het centrum van Waalwijk. Ook dat winkelcentrum is relatief klein ten opzichte van de twee grote dichtbij gelegen winkelcentra van s-hertogenbosch en Tilburg. Anno 2015 zijn de ontwikkelingen in de detailhandel turbulent vanwege het veranderende consumentengedrag. Door internet neemt het kopen via dit kanaal toe en is er sprake van afnemende winkelverkopen. Dit vraagt een antwoord van detailhandelsondernemers en ook een bewust nadenken over de toekomst van de detailhandelsector. Het belang van De Langstraat ligt erin dat het voorzieningenniveau voor de inwoners van de verschillende kernen, buurt en wijken op peil blijft. Ook leegstand willen de afzonderlijke gemeenten zo veel mogelijk voorkomen. Doel en ambitie Om de leefbaarheid en kwaliteit van dorps- en stadscentra te behouden wordt ingezet op vernieuwing en de versterking van de detailhandelsinfrastructuur in de Langstraat. Om vernieuwende ontwikkelingen in de detailhandelsbranche mogelijk te maken is samenwerking en afstemming tussen ondernemers onderling, vastgoedeigenaren en de lokale overheid van groot belang. De provincie Noord-Brabant wil een vitale en toekomstbestendige detailhandelsstructuur behouden. De provincie werkt hiertoe, in nauwe samenwerking met de gemeenten, aan de zogeheten ladder voor duurzame verstedelijking (zie paragraaf 0). In de praktijk betekent dit dat nieuwe ontwikkelingen in de vorm van toevoeging van nieuwe vierkante meters detailhandel niet zomaar toegestaan zijn. Vanwege de verwachte daling van het totaal aantal m2 detailhandel wordt gezocht naar oplossingen om de leefbaarheid in dorpskernen te behouden. Door andere functies, zoals scholen, buurthuizen, zorginstellingen en horeca met detailhandelsconcentraties te combineren, kan voldoende traffic (bezoekers en bestedingen) worden gegenereerd om het voorzieningenniveau te behouden. Maar ook andere innovatieve oplossingen, bijvoorbeeld in combinatie met digitale toepassingen (zoals het aanbieden van draadloos internet om aankoopmogelijkheden te bekijken), kunnen een rol spelen. Verdere concentratie en het compacter maken van centra lijkt hierbij één van de belangrijke voorwaarden voor een gezonde detailhandelsstructuur. Dit betekent onder andere dat voor de aanloopstraten gedacht kan worden aan afbouw van de detailhandelfunctie. Voor detailhandelsondernemers en winkelcentra worden profilering en beleving erg belangrijk om consumenten te blijven trekken. Voor de detailhandel in De Langstraat biedt het accent van de regio op Leisure een speciale kans. Vooral in Kaatsheuvel biedt de versterking van toerisme met winkelbeleving een belangrijke kans in verband met de aanwezigheid van de Efteling. Als voorbeeld van vernieuwing en beleving wordt hier de visie van Kaatsheuvel beschreven: - Kaatsheuvel heeft de ambitie om zich te ontwikkelen tot een plaats waar consumenten voor zowel run, fun dan wel themashopping graag willen verblijven. Gezellig een dagje naar de Efteling of de Loonse en Drunense Duinen en daarna je bezoek verlengen naar het kernwinkelgebied van Kaatsheuvel. Kaatsheuvel wil daarbij inspelen op beleving: eten, koken, De Efteling, het bourgondische leven en het samenzijn worden verbonden. Het concept keuken - koken - proeven moet een toeristische attractie worden. Om deze toeristen te trekken wordt ook gedacht aan uitbreiding van verblijfsaccommodaties in het kernwinkel gebied. Ondernemers zijn leading in de planontwikkelingen. Vestigingsklimaat De detailhandel in de Langstraat kenmerkt zich door een vrij sterke spreiding over verschillende kernen en wijken tot zelfs bepaalde (beperkte) voorzieningen in het buitengebied. De detailhandel heeft in elke kern een bepaalde eigenheid en de kernen hebben met elkaar gemeen dat de belangrijkste concurrenten voor het winkelen de grote winkelcentra van s- Hertogenbosch en Tilburg zijn. De meeste centra in de Langstraat zijn vooral boodschappencentra, het echte winkelen is tamelijk beperkt in omvang. Het detailhandelsbeleid kent de volgende drie beleidslijnen: 1) Behoud eigen karakter en versterken onderscheidendheid (profilering en imago), 2) Versterken van de concentratie van winkels en het bieden van comfort, 3) Versterken van samenwerking (tussen winkelcentra, en ondernemers, vastgoedeigenaren en gemeente) om tot vernieuwende oplossingen te komen. 24

108 Knelpunten en kansen Imago Met de nieuwe technologische mogelijkheden kan de bekendheid en vindbaarheid van winkels in De Langstraat vergroot worden. Om dit kostenefficiënt te kunnen doen en om de bekendheid te vergroten kunnen de verschillende winkelcentra aan kracht winnen door gezamenlijke reclame en promotie. En door de verschillende centra onderscheidend van elkaar te laten zijn. Bereikbaarheid Een belangrijke positief onderscheidende factor voor de centra in De Langstraat kan de bereikbaarheid met parkeren zijn. Ten opzichte van de steden is parkeren veel gemakkelijker en zijn deze centra onderscheidend. Klanten willen de winkel goed kunnen bereiken. Dat betekent dat parkeerplaatsen liefst dichtbij de winkels op maaiveld in voldoende mate aanwezig moeten zijn, anders dreigt de klant elders te gaan winkelen. Daarom blijft het aandacht behouden voor een goed parkeerbeleid en de handhaving daarvan belangrijk. Voorzieningen De aanwezigheid van de meubel- en keukenboulevard in Waalwijk en Kaatsheuvel en de aanwezigheid van groothandelsbedrijven op de bedrijventerreinen geven de detailhandelsinfrastructuur in de Langstraat een belangrijke onderscheidendheid. Voor sommige kleinere detailhandelsondernemers, met dure winkelvierkantemeters in het centrum, vormen magazijnverkopen van groothandelsbedrijven op bedrijventerreinen een bedreigende concurrentie. Ook kan deze unieke combinatie van detailhandelsbedrijven, internethandel en groothandelsvoorzieningen een goede basis vormen voor vernieuwende detailhandelsconcepten in De Langstraat. Ook het combineren van andere voorzieningen zoals bibliotheek, museum of zorgvoorzieningen met de detailhandelsfunctie vormen kansen voor vernieuwing van de centra. Locatie Het winkelen via internet, virtuele locaties, neemt toe. In veel winkelcentra neemt mede om die reden de leegstand van fysieke winkels toe. Dit vraagt om bewuste keuzes over de vraag waar we winkel- en ontmoetingscentra willen behouden en vernieuwen. Ook brengt dit het vraagstuk met zich mee welke oplossingen of alternatieven er zijn voor locaties waar leegstand blijvend lijkt te worden. Conclusies - De Langstraat heeft uitgebreide detailhandelsvoorzieningen die gekenmerkt wordt door een grote variëteit aan winkel- of boodschappencentra in diverse (kleinere) kernen. - Ten gevolge van veranderend consumentengedrag zijn de ontwikkelingen in de detailhandel turbulent. De internetverkopen nemen toe en er is sprake van afnemende winkelverkopen. - Er wordt gezocht naar oplossingen, onder andere door het combineren van detailhandel met andere functies, om de leefbaarheid in dorpskernen te behouden. - Verdere concentratie en het compacter maken van centra is één van de belangrijke voorwaarden voor een gezonde detailhandelsstructuur. Mogelijke acties: - In samenwerking met het bedrijfsleven ontwikkelen van een actieplan voor de versterking van de detailhandel in De Langstraat. Hierbij spelen profilering van de diverse winkelcentra en de winkelbeleving een centrale rol. o Formuleren van speerpunten per winkel/boodschappencentrum - Versterking en het faciliteren van centrum/kernmanagement - Toerisme en recreatie en recreatief shoppen met elkaar verbinden en nader uitwerken hoe dat vorm te geven, - Bieden van meer ruimte voor maatwerk in de kleinere kernen (buitengebied) voor bijvoorbeeld beperkte of productiegebonden detailhandel (aardbeien bij de aardbeikwekerij) die de leefbaarheid van de kern vergroten. - Beleidsmatige keuzes maken op welke plaatsen de concentratie van fysieke winkels wenselijk is en alternatieven mogelijk maken voor plaatsen waar structurele leegstand dreigt te ontstaan. - Aandacht behouden voor een goed parkeerbeleid en de handhaving daarvan. 25

109 3.3 Logistiek Inleiding De Langstraat regio herbergt een rijke schakering aan logistieke bedrijven, van grote internationale transport- en handelsbedrijven tot meer regionaal georiënteerde bedrijven. De van oorsprong lokale transportbedrijven vinden vaak hun bestaansrecht in de doorvoer van met name lokale producten. De laatste jaren valt waar te nemen dat vooral grote en zeer grote distributiecentra en internetbedrijven zich vanwege geografische factoren vestigen in de regio. Het logistieke bedrijfsleven heeft zich in de Langstraat, in samenwerking met het onderwijs en de gemeenten, georganiseerd in de stichting Oog voor de Logistiek. Deze stichting is op haar beurt verbonden aan het Huis van de Logistiek van de regio Hart van Brabant (Midpoint Brabant). De samenwerking binnen de regio heeft ertoe geleid dat de regio een vooraanstaande positie inneemt als logistieke hotspot. Doel en ambitie De logistieke sector biedt veel werkgelegenheid en draagt bij aan de welvaart in De Langstraat. Daarbij is de verwachting dat de komende 10 jaar deze sector nog verder zal groeien met werkgelegenheid en in ruimtebeslag op bedrijventerreinen. De Langstraat-gemeenten hebben de ambitie om de groei en (technische) ontwikkeling van deze sector maximaal te faciliteren. Dit doen de gemeenten door gunstige randvoorwaarden de scheppen en realisatie van de doelen van de stichting Oog voor de Logistiek (De Langstraat) en de ontwikkeling van het Huis van de Logistiek (Midpoint Brabant) te ondersteunen. De stichting Oog voor Logistiek heeft de krachten gebundeld om een aantal doelen te bereiken: - verbeteren van samenwerking tussen bedrijfsleven, (gemeentelijke) instanties en het onderwijs, - De Langstraat als logistiek hart op de kaart zetten, - Het bewerkstelligen van een logistieke academie (ontwikkeling van het logistiek vakmanschap), - Aantrekken van arbeidskrachten in de transport- en logistiekbranche in de regio. De Langstraatgemeenten staan voor de volgende doelen: - Zorg dat de regio goed bereikbaar en ontsloten blijft. Haar positie aan de Oost-West corridor (Van Rotterdam en Antwerpen naar midden-europa) is de sleutelfactor. - Optimaliseer de onderlinge samenwerking tussen de verschillende actoren: De gemeenten kan hierin een belangrijke verbindende schakel vormen om het bedrijfsleven en het onderwijs met elkaars problemen bekend te maken en het proces te organiseren in het realiseren van beleidsrelevante oplossingen. - Verbeter de digitale infrastructuur. Ondernemers geven aan behoefte te hebben aan een versterking van de digitale infrastructuur in het contact met overheden en ten behoeve van hun eigen bedrijfsvoering en dienstverlening. - Zorg voor een voldoende aanbod van bedrijvenlocaties waar ook (zeer) grootschalige logistieke bedrijven zich kunnen vestigen. Vestigingsklimaat Het logistieke bedrijfsleven floreert mede door de strategische ligging van De Langstraat tussen de Rotterdamse en Antwerpse wereldhavens en het Europese achterland. De regio is daardoor bij uitstek geschikt voor de zogenaamde value added logistics. Steeds vaker worden goederen die in Rotterdam of Antwerpen aankomen in de Langstraat verder klaargemaakt voor de Europese markt. De gunstige ligging van de Langstraat is een gegeven, andere factoren die een rol spelen bij vestiging worden onderstaand besproken. Knelpunten en kansen Beschikbaarheid personeel De vergrijzing is een belangrijk risico voor het toekomstig functioneren van de logistieke sector. Het aantal chauffeurs en magazijnmedewerkers neemt de komende jaren fors af. In overleg met alle partners dient er daarom op lokaal niveau te worden toegezien hoe deze ontwikkelingen te reguleren zijn in het arbeidsmarktbeleid. Een belangrijk deel van de werkzaamheden binnen de logistieke sector wordt uitgevoerd door arbeidsmigranten. Binnen die groep is vaak sprake van kortdurend tijdelijk verblijf, maar er is ook een groende groep van blijvers. Vooral de kort verblivende groep geeft spanning op de huisvestingsmarkt. Ook dit zal in overleg met de partners moeten worden opgepakt. 26

110 Imago Om de belangstelling voor het werken in deze sector te vergroten, organiseert de stichting Oog voor de Logistiek als sinds enkele jaren de Dag van de Logistiek. Die dag beoogt men een breed publiek enthousiast te maken voor het werk in deze sector. De stichting Oog voor de Logistiek ziet de versterking van het positieve imago van deze sector als een belangrijk doel. Daarnaast wordt deelgenomen aan de Imagotafel van Logistiek Midden-Brabant (LMB). De branding van Logistiek wordt dan ook in overleg met LMB aangepakt. Voor het imago is van belang dat actief wordt uitgedragen dat binnen de logistieke sector een grote diversiteit van functies bestaat, binnen alle opleidingsniveau s. Verdergaande automatisering en robotisering zal hierin wel een verschuiving teweeg brengen, doch dit zal niet op korte termijn zijn. Dienstverlening overheid Tijdens de consultatieronden ter voorbereiding van het Economisch Programma is gebleken dat de ondernemers veel belang hechten aan de ontwikkeling van de digitale infrastructuur. Een andere mogelijkheid is het accountmanagement van de samenwerkende gemeenten meer centraal te organiseren. Ook het ontbreken van voldoende digitale slagkracht door suboptimale internetverbindingen kan als knelpunt worden genoemd voor een versterking van de concurrentiepositie van de ondernemers binnen de regio. Om de regionale economische groei binnen de logistieke sector te bevorderen zijn er inspanningen nodig om nieuwe logistieke bedrijvigheid zoals Europese en regionale distributiebedrijven aan te trekken en het accountmanagement mede daarop in te richten en bedrijven in dit verband te faciliteren. Locatie Anno 2015 wordt door ondernemers de beperkte capaciteit van de haven van Waalwijk als een belangrijke belemmering ervaren. Ondernemers roepen om een snelle realisatie van de geplande nieuwe insteekhaven van Waalwijk en daarmee het beschikbaar komen van bedrijfskavels aan het water of in de directe nabijheid van de nieuw te realiseren containerterminal. Voor de toekomstige verwachte logistieke vraag zijn grote aaneengesloten logistieke kavels nodig van vele hectaren groot. In regionaal verband (Hart van Brabant) worden afspraken gemaakt waar de ruimte wordt gezocht om deze vraag vanuit het bedrijfsleven te faciliteren. Conclusies - De logistieke sector biedt veel werkgelegenheid en draagt bij aan de welvaart in De Langstraat. Deze sector zal de komende 10 jaar nog aanzienlijk groeien. - Het bedrijfsleven heeft zich onder andere met de stichting Oog voor de Logistiek (De Langstraat) en de verbinding met het Huis voor de Logistiek (Hart van Brabant) goed georganiseerd - De krapte op de arbeidsmarkt neemt toe, daardoor worden personeelstekorten in de Logistieke sector verwacht - De logistiek sector is de belangrijkste sector met een uitbreidingsvraag voor bedrijfsgrond (grote kavels) Mogelijke acties: - Tesamen met het Platform voor Techniek de belangstelling in De Langstraat voor het logistieke en technische vak vergroten en hiervoor concrete plannen maken en uitvoeren. Tevens dient er afstemming plaats te vinden met Logistiek Midden Brabant(LMB). - Inzetten op de ondersteuning van de ontwikkeling van een logistieke academie De Langstraat. De stichting Oog voor de Logistiek neemt hiertoe het voortouw in nauwe samenwerking met DMG. - Gemeenschappelijke inzet van de logistieke acquistie en branding van de logistieke hotspot. Uitwerken van een acquisitiestrategie. - Inzetten van een lobby voor de verbetering van het wegnet onder andere door de aanpak van het knooppunt Hooijpolder en het optimaliseren van de primaire vaarwegen voor schepen tot maximaal vaarklasse V. - Voor de verbetering van het ondernemingsklimaat de noodzaak van de realisatie van betaalbare huisvesting onder de aandacht blijven brengen. - Ook de personeelsbereikbaarheid van de bedrijventerreinen dient te worden verbeterd. Daarbij past een betere bereikbaarheid per fiets verbeterd en openbaar vervoer. - Faciliteren van de aanleg van glasvezelnetwerken. 27

111 3.4 Metaal- en machineindustrie Inleiding De industriële sector, en in het bijzonder de metaalindustrie, heeft in de Langstraat naar verhouding een grote omvang in termen van werkgelegenheid. In de Langstraat is deze sector ongeveer 1,5 keer zo groot als gemiddeld landelijk. De industriële sector brengt inkomsten van elders naar de lokale economie, vanwege het feit dat de producten vaak worden geëxporteerd. De export betekent een bijdrage in de welvaart van De Langstraat. Vanuit lokaal Heusdens beleid is in de periode van 2007 tot en met 2014 stevig ingezet op het behouden en versterken van 'metaal en engineering'. Voor het bedrijventerrein Metal Valley te Drunen is ingezet op behoud van ontwikkelingsruimte voor de metaalindustrie en het bestemmingsplan is daar op toegesneden. Vanuit de inzet voor de versterking van industrie door middel van innovaties is de stichting Metal Valley Netherlands opgericht. Die stichting richt zich op innovaties en kennisontwikkeling in metaal en engineering. Vanwege de aard en omvang van de sector past een verbreding van dit beleid naar het niveau van De Langstraat. Doel en ambitie Behouden en versterken van de maakindustrie in de Langstraat. Hoe: door kennisontwikkeling en innovatiekracht. Om werkgelegenheid en welvaart te behouden wordt gewerkt aan open innovatie om de kennis en kunde rondom de maakindustrie, in het bijzonder de metallurgie, te behouden en uit te bouwen. Er wordt gewerkt aan een innovatief ondernemingsklimaat die de binding van (innovatieve) bedrijven in de metaal- (en machine)industrie met de Brabantse regio versterkt. In het bijzonder wordt de verbinding gelegd met SMART-industries en het Maintenance/Gate2-cluster. Vestigingsklimaat De maakindustrie in de Langstraat is geworteld in het verleden van de uitoefening van ambachten en het lokale ondernemerschap. Ten gevolge van de internationalisering in de industrie is de dynamiek erg groot en zijn sommige bedrijven ook niet meer in Nederlandse handen. Toch is voor veel industriële bedrijven De Langstraat nog een aantrekkelijke regio om in gevestigd te blijven. Belangrijk daarbij is de centrale ligging van de regio ten opzichte van Rotterdam, Antwerpen en het Europese achterland (bereikbaarheid in combinatie met nabijheid van klanten/de markt). Voor sommige bedrijven is ook de nabijheid van toeleveranciers (kennis) en het grotere netwerk van Brabantse (export)bedrijvigheid van belang. Knelpunten en kansen beschikbaarheid van personeel Voor industriële bedrijvigheid, met name de 'metaal en engineering' bestaan nu al tekort van technisch geschoold personeel. Deze tekorten zullen met een groeiende economie verder toenemen en kunnen daarmee een belangrijke remmende factor op de groei van de sector worden. Ook wordt daardoor de prikkel voor sommige bedrijven om, als dat mogelijk is, zich in het buitenland te vestigen versterkt. Bij het ontstaan van krapte kan omscholing van werklozen naar technische functies kansrijk zijn. Verder kan gewerkt worden aan de verhoging van de participatiegraad en kunnen arbeidsmigranten soelaas bieden om de productieontwikkeling mogelijk te blijven maken. Imago Ten gevolge van het imago van de metaalsector kiezen veel jongeren in eerste instantie niet voor een (ambachtelijk) vak in de metaalsector.. Het werk wordt niet als hip gezien en het beeld bestaat dat de sector geen goede arbeidsvoorwaarden en omstandigen kent. Behoud van personeel voor de sector is daardoor moeilijker. Scholen hebben vanwege het imago met een gebrek aan instroom van leerlingen in de techniek te kampen en de sector heeft een gebrek aan geschoolde arbeidskrachten. Door diverse techniekplatforms wordt gewerkt aan het imago van de techniek en wordt de belangstelling van jeugdigen voor dit vak gewekt. Ondersteunen van projecten van het Platform voor Techniek (TechXperience) in de Langstraat past daarom in dit46 economisch programma voor de Langstraat. Kansen Het netwerk van metaal- en maakbedrijven in de Langstraat kan worden versterkt door middel van bijeenkomsten. Verder kan kennisuitwisseling en innovaties worden gestimuleerd tussen bedrijven in nauwe samenwerking met de stichting Metal Valley Netherlands. Conclusies: 28

112 - De (ambachtelijke) kennis en innovatiekracht van de sector vormt een belangrijke kracht en biedt ontwikkelingskansen, - Het stimuleren van innovaties en kennisuitwisseling is van groot belang voor het behoud en de ontwikkeling van de sector, - De beschikbaarheid van (technisch geschoold) personeel en het imago van de sector zijn de belangrijkste knelpunten voor de sector. 29

113 3.5 Schoen- en lederindustrie Inleiding De Langstraat vormde eeuwenlang het centrum van de Nederlandse schoen- en lederproductie. Het hart van de Langstraat wordt gevormd door de stad Waalwijk, waar ook het Nederlands Leder en Schoenen Museum is gevestigd. De leer en schoenenindustrie heeft deze streek gemaakt tot wat hij is. Rond 1860 richtten samenwerkende schoenmakers kleine werkplaatsen in, de zogenoemde manufactuur, waar ze gezamenlijk gebruikmaakten van enkele machines. Toen er tijdens de Frans-Duitse Oorlog van 1870 een enorme vraag naar (militaire) schoenen en tuigleer ontstond, stapten de schoenenbazen - die tot dan grote aantallen thuiswerkers inzetten - over op machinale productie. De thuiswerkers verdwenen echter nog niet. Pas rond de Eerste Wereldoorlog wonnen de fabrieken de slag om de schoenmakerij. Toen eind jaren vijftig de E.E.G. werd opgericht zette de neergang van de schoenindustrie in. De arbeidsintensieve schoenproductie kon niet concurreren met lagelonenland Italië. De branche anticipeerde daarop en schakelde geleidelijk over op schoenenimport. Deze trend zet zich door tot op de dag van vandaag. Doel en ambitie De voormalige schoenproducenten hebben zich aangepast aan de veranderde tijd, fabricage vindt veelal in het buitenland plaats. De werkzaamheden in de Langstraat beperken zich hoofdzakelijk tot ontwerp/design en de handel van schoen en leder. De bedrijvigheid van deze sector is gespreid gevestigd in De Langstraat, in de drie gemeenten Loon op Zand, Heusden en Waalwijk bevinden zich belangrijke schoen- en lederbedrijven. Voorbeelden hiervan zijn onder andere Van Haren (Waalwijk), Ottobock-JosAmerica die orthopedische schoenmachines maken (Nieuwkuijk), Durea (Drunen), Van Lier (Loon op Zand) en Van Beers (Kaatsheuvel). De Langstraat kent inmiddels de grootste concentratie van schoenhandelsbedrijven in Europa. Een groot deel van deze bedrijven hebben de krachten gebundeld in de SeLL. SeLL staat voor schoen en leder sociëteit de Langstraat. Het SeLL is in eerste instantie een netwerkclub voor bedrijven die behoren tot de schoenen-, leder-, lederwaren- en aanverwante branches in de regio de Langstraat. SeLL heeft de ambitie de branche en de regio op de kaart te zetten door HET platform in Nederland te zijn voor de schoenen-, leder- en lederwaren markt en herkend en erkend te worden als autoriteit, het imago van de Langstraat te (re-)vitaliseren en het bevorderen van een structureel kennis- en sociaal netwerk binnen de schoenen-, leder- en lederwaren branche. Vestigingsklimaat In de Langstraat wordt de historie en het belang van de schoen- en ledersector voor de regio onderkend Anno 2015 zien voortrekkers in de schoen- en lederbranche mogelijkheden om in het voormalige gemeentehuis in Waalwijk, hartje centrum, een design en ontwerpschool op te zetten die bekendheid geniet over de hele wereld. Tijdens de consultatie van de drie raden, ondernemers, onderwijs en Baanbrekers is gebleken dat men deze branche in de Langstraat nog steeds belangrijk vindt. Knelpunten en kansen De schoen- en ledersector ziet een aantal belangrijke kansen voor de sector: - Door technologische ontwikkeling en stijging van lonen elders in de wereld, kunnen sommige productieactiviteiten misschien weer worden teruggehaald naar de regio (reshoring) - Er bestaat samenhang van deze sector met de vrijetijdseconomie (schoenwinkels) en de logistieke sector (handelsstromen). - De (door)ontwikkeling van het onderwijs voor deze branche. Om die kansen te benutten onderkent de sector dat er voldoende financiering voor beschikbaar moet worden gemaakt, de sector denkt daarbij aan het benutten van een (op te richten) kredietunie. Om tot de benutting van de bovenstaande kansen te komen wil de sector ook nader onderzoek doen en daar plannen voor ontwikkelen. De plannen moeten uitmonden in groei, innovaties en samenhang verdere samenwerking in deze sector. Imago Er bestaat een bepaalde consensus dat meer aandacht aan het imago van deze sector zou kunnen worden besteed en het nadrukkelijker onderdeel van het imago van de Langstraat zou kunnen zijn. De overtuiging bestaat dat een verplaatsing van het schoen- en ledermuseum naar het stadshart van Waalwijk, nu nog gevestigd op bedrijventerrein Zanddonk, unieke 30

114 kansen biedt om het leder- en schoenenprofiel van De Langstraat zowel cultuurhistorisch, toeristisch als economisch verder te ontwikkelen. Het museum kan daarbij dienen als visitekaartje van de stad én de regio. Dienstverlening (lokale) overheid In het coalitieprogramma van de gemeente Waalwijk wordt het verplaatsen van het museum gezien als één van de drie belangrijkste projecten. De gemeente kiest ervoor om de focus te leggen op de realisatie van een toonaangevend nieuw museumconcept in het hart van de stad. Een museum dat meer dan actief de verbinding aangaat met de actuele ontwikkelingen in leder en schoenen én de stad en regio. De lokale overheid legt de focus op het museum vanuit haar publieke verantwoordelijkheid en vanuit een geloof in de katalyserende en verbindende functie van het museum. De gemeente wil daarmee ook ruimte bieden aan andere partijen in de samenleving om in gezamenlijkheid concreet invulling te geven aan Waalwijk én De Langstraat als hét centrum van leder en schoenen. Voorzieningen Een nieuw museaal concept wordt zo vormgegeven dat het integraal onderdeel uitmaakt van een dagje erfgoed-, lederdesign- of schoenenmodebeleving. Daarbij wordt gezocht naar een goede balans tussen educatie/informatie en entertainment. Het is de bedoeling dat deze ontwikkeling ook andere ondernemers inspireert om nieuwe initiatieven te ontwikkelen in de Langstraat zodat het Thema Schoen en Leder nog meer lading krijgt, en kan gaan dienen als beeldverhaal voor de regio de Langstraat. Nabijheid van klanten en markt De Europese markt en in het bijzonder de Nederlandse markt is vanuit de Langstraat goed bereikbaar. Belangrijker voor de schoen- en lederhandel is de deskundigheid op dit vlak die in de Langstraat is geconcentreerd. In de Langstraat is veel kennis aanwezig van design van schoenen tot en met de bouw van machines voor de productie en/of reparatie van schoenen. Juist die bundeling van kennis en kunde op dit vlak kan voor sommige ondernemingen interessant zijn voor de vestigingskeuze. Een kans voor deze sector om weer dichter bij de klant te komen is het terughalen van de productie van schoenen naar Nederland. Automatisch zijn de klanten dan dichtbij. Conclusies - Al zijn de hoogtijdagen van lokale schoenproductie voorbij, de schoen- en lederbranche is anno 2015 nog steeds van belang voor de Langstraat. Van industrieel centrum is de Langstraat ontwikkeld in een handelcentrum en logistiek knooppunt voor de schoenenbranche. Er zijn wellicht mogelijkheden om in de nabije toekomt een deel van het produktieproces weer te reshoren naar de Langstraat. Dit zou een verdere versterking van de sector met zich meebrengen. - De bestaande opleidingen zouden niet aansluiten bij de vraag van de markt. Belangrijk is om hier het contact tot stand te brengen tussen onderwijs en ondernemers. Ook de overheid(baanbrekers) zou een bijdrage kunnen leveren ten aanzienvan het leveren van de juiste handjes. - De SELL heeft de belangrijke ambitie om als organisatie en als branche in De Langstraat erkend en herkend te worden als autoriteit voor de de schoenen-, leder- en lederwarenmarkt. - De gemeente Waalwijk ondersteunt deze ambitie met de doorontwikkeling van het SLEM; in het stadscentrum een nieuw museum en educatieconcept. Daarnaast zou de Langstraat haar (city)marketing op schoen en leder kunnen verstevigen door meerdere sectoren hierin te betrekken en te vermarkten. - Het imago van de sector dient verder verbeterd en verstevigd te worden. Dit zal in combinatie met het Sell dienen te worden opgepakt. Verbreding van de Sell is daarbij wenselijk. Wellicht dat het Sell meerder diensten voor bestaande leden kan ontwikkelen zoals het hierboven genoemde internet platform. Mogelijke acties: - Ondersteunen van het streven van de sector om een design en ontwerpschool voor schoenen en leder verder te ontwikkelen met het SLEM. - Uitvoeringsplan maken voor de realisatie van het schoen- en ledermuseum in het centrumhart van Waalwijk, inpassen van dit plan in een eventuele herontwikkeling van het stadscentrum. - Imago in samenwerking met het SeLL verbeteren. Vermarkten van schoen en leder in de breedste zin. Kennis, arbeid en innovatie laten delen door de sector om te sector te laten groeien. 31

115 - Meer verbindingen tot stand brengen tussen onderwijs, ondernemers en overheid om zorg te dragen voor de juiste arbeidskrachten. Reshoring van het produktieproces onder de aandacht brengen van de sector, en als overheid en onderwijs onderzoeken of we hier de arbeidskrachten voor kunnen leveren. 32

116 4 Wonen en infrastructuur Dit hoofdstuk gaat in op de raakvlakken van het economische programma met de beleidsvelden wonen, infrastructuur en verkeer. Er zijn vele factoren van invloed op de aantrekkelijkheid van het ondernemingsklimaat. Steevast behoort het woonklimaat tot de belangrijkste bepalende factor. Andere belangrijke factoren zijn onder andere het verkeers- en parkeerbeleid (bereikbaarheid), de dienstverlening en vergunningverlening, het ruimtelijk beleid en het startersbeleid. 4.1 Woonbeleid Het belang van de aantrekkelijkheid van het woonklimaat is des te groter vanwege de verwachte tekorten op de arbeidsmarkt: ondernemers willen voor zichzelf en hun medewerkers goede mogelijkheden om aangenaam te wonen Woningmarkt Binnen de Langstraat wordt de woningbouwprogrammering sinds 2011 op elkaar afgestemd om een gevarieerd en compleet aanbod aan woonconsumenten binnen de Langstraat te kunnen bieden. Inmiddels wordt een compleet pallet aan woonmogelijkheden door de drie gemeenten samen geboden. De samenwerking richt zich met name op het creëren van een goed evenwicht in kwalitatief en kwantitatief aanbod van woningen. Daartoe worden plannen steeds nadrukkelijker op elkaar afgestemd, zodat er sprake is van een complementaire markt in plaats van een concurrerende. De bereikbaarheid en het woonklimaat zijn zeer belangrijike randvoorwaarden voor een goed ondernemingsklimaat. Deze kwaliteiten biedt de Langstraat. Om ook in de toekomst een goed ondernemingsklimaat te kunnen blijven bieden is het nodig dat de bestaande plannen voor woningbouwontwikkeling ook werkelijk tot realisatie worden gebracht. Ondernemers hebben daarnaast aangegeven dat voor huisvesting van hun werknemers er in hun ogen onvoldoende sociale woningbouw aanwezig is. Actiepunt: Het belang benadrukken voor de lokale economie van een grotere realisatie van goedkope betaalbare woningen (sociale woningen). Dit dient input te zijn voor het woningbouwbeleid. o De verwachting is dat dit ook bijdraagt aan een betere/passendere huisvesting voor arbeidsmigranten. 4.2 Infrastructuur en verkeer (bereikbaarheid) Anno 2015 is de Langstraat is goed bereikbaar over de weg met als belangrijkste verkeersaders de A59 en de N261. De Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat en de verbetering van de aansluiting van N261 met de A59 zijn daarbij van groot belang om de Langstraat goed bereikbaar te houden. Over water is de haven van Waalwijk een belangrijke ontsluiting van het gebied die een grote vervoerscapaciteit biedt. De nieuwe insteekhaven biedt kansen om de overslag capaciteit aanzienlijk te vergroten. Voor het personenvervoer is de verbetering van het openbaar vervoer een belangrijk aandachtspunt. Voor de toekomst moet gewerkt worden aan het behouden en verbeteren van de goede bereikbaarheid. Knelpunten waar nu al aan gewerkt kan worden zijn bijvoorbeeld het verbeteren van knooppunt Hooipolder dat de verbinding naar de Randstad vormt Parkeerbeleid Een belangrijke positief onderscheidende factor van de Langstraat ten opzichte van de nabijgelegen steden s- Hertogenbosch en Tilburg zijn de ruime parkeermogelijkheden. De zones van betaald parkeren zijn beperkt en bovendien kan de consument op veel plaatsen makkelijk zijn of haar auto kwijt. Het verdient daarom aanbeveling om die ruimte voor parkeren te behouden en dit gegeven in de beeldvorming ook te benutten als unique-selling-point voor het winkelen in de Langstraat. Actiepunt: - Versterken en behouden van ruime parkeermogelijkheden en een goed handhavingsbeleid. 33

117 5 Conclusies en aanbevelingen Dit hoofdstuk gaat in op de belangrijkste conclusies die getrokken kunnen worden op basis van de voorgaande hoofdstukken. Op basis van deze conclusies worden ook een aantal algemene aanbevelingen voor vervolgstappen gedaan. 5.1 Conclusies De economie van De Langstraat is sterk en veerkrachtig en heeft zeer diverse, maar ook samenhangende structuur. Om in de vaart van de snelle (mondiale) economische ontwikkelingen mee te kunnen, is een adequaat economisch programma nodig. De in dit document beschreven beleidslijnen en acties vormen het Economisch Programma voor de Langstraat. Voor de succesvolle uitvoering van een Economisch Programma voor de Langstraat zijn uiteraard vooral de mensen in de Langstraat van belang. Maar ook een goede afstemming en eensgezindheid binnen en tussen de geledingen van ondernemers, het onderwijs en de overheid over de te volgen koers kan daarvoor doorslaggevend zijn. De werklust van de Langstrater en de fysieke mogelijkheden in deze streek bieden in ieder geval een uitstekend startpunt voor een voortvarende economische ontwikkelingen. 5.2 Aanbevelingen Op basis van de in dit document beschreven beleidslijnen en de voorgestelde acties kan de discussie in de gemeenteraden, met ondernemers en het onderwijs gevoerd worden over de te volgen koers. Prioriteiten kunnen worden uitgesproken en beleid en acties kunnen verder worden aangescherpt. Op basis hiervan kunnen de uitvoerende partijen, ondernemers, het onderwijs en de gemeenten Waalwijk, Loon op Zand en Heusden afspraken maken over de precieze uitvoeringsagenda en de planning daarvan. De eerder beschreven sectorparagrafen worden op Langstraatniveau en op gemeentelijk niveau nader uitgewerkt in actieprogramma s. Op dat moment wordt de uitgangspunten van het beleid financieel vertaald en voorzien van een financiele onderbouwing. 34

118 Literatuur Gemeente Heusden, gemeente Loon op Zand, gemeente Waalwijk. Sociaal-economische verkenning De Langstraat. Waalwijk, oktober Kort de, E-J. Ploumen H., Stopel, P., Kwalitatief verdiepingsonderzoek bedrijventerreinen Noord-Brabant. STEC. Arnhem, april Mein, A., Velden, van der E., Regionale detailhandelsfoto Hart van Brabant. Regio Hart van Brabant. BRO. Boxtel, november Provincie Noord-Brabant. Van meer naar anders. Samen naar vitale werklocaties. s-hertogenbosch, december Regio Hart van Brabant. Afsprakenkader detailhandelontwikkelingen. Tilburg, april Wigman, F., Van der Velden E., Regionale detailhandelsvisie, Agrifood Capital Noordoost-Brabant. BRO. Boxtel, mei Websites: Gemeente Heusden Gemeente Loon op Zand Gemeente Waalwijk Noord-brabant. Zuidelijke Land- en tuinbouw organisatie (ZLTO)

119 AFKORTINGEN en BEGRIPPENLIJST Baanbrekers BRO CBS GBA HBP HBT ISD KvK ELI Participatiegraad SOL UWV VOF WBP WML WOF TNS-NIPO ZLTO Uitvoeringsorganisatie voor (de uitvoering van) sociale wetten in de Langstraat van de gemeente Waalwijk, Loon op Zand en Heusden Ruimtelijk Economisch onderzoeks- en adviesbureau. Centraal bureau voor de statistiek Gemeentelijke basisadministratie Heusdens bedrijven Platform Heusdens bureau voor Toerisme Intergemeentelijke sociale dienst, (inmiddels opgegaan in Baanbrekers) Kamer van Koophandel Economie, landbouw en innovatie. Het aandeel van de mensen uit de beroepsbevolking van 15 tot 65 jaar die zich ook daadwerkelijk aanbieden op arbeidsmarkt Stichting Ondernemend Loon op Zand Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen Vlijmense Ondernemers Federatie Waalwijks bedrijvenplatform Werkbedrijf voor gesubsidieerde arbeid, activering en trajecten Midden-Langstraat (opgegaan in Baanbrekers) Waalwijkse Ondernemersfederatie Taylor Nelson Sofres, Nederlands Instituut voor de Publieke Opiniepeiling en marktonderzoek. Zuidelijke land- en tuinbouworganisatie Definitie Duurzame ontwikkeling Er moet sprake zijn van het gelijktijdig verbeteren van het economische, ecologische en het sociaal-culturele kapitaal. Verbetering van het ene kapitaal mag niet ten koste gaan van één of beide andere kapitalen. De ontwikkeling moet houdbaar zijn over generaties heen: er mag geen afwenteling in de tijd plaatsvinden. De ontwikkeling moet ook houdbaar zijn op mondiaal niveau of, anders geformuleerd, onze ontwikkeling mag niet ten koste gaan van die in andere gebieden en andere landen. 36

120 BIJLAGE 1 Achtergrond en werkwijze In deze bijlage wordt ingegaan op onderscheid tussen de detailhandelsbranche, ondernemers in de vrijetijdseconomie (Leisure) en business-to-business ondernemers. Daarnaast wordt de essentie van het staande beleid in de regio beschreven in relatie tot een aantal karakteristieke sectoren van de Langstraat. Ten slotte wordt ingegaan op de werkwijze die is gevolgd voor de totstandkoming van het Economische Programma voor de Langstraat. B1.1 Detailhandel, leisure en business-to-business. Ondernemers worden soms ingedeeld in drie categorieën, namelijk detailhandelsondernemers, ondernemers in de leisure (toerisme&recreatie) en business-to-business ondernemers (zie Figuur 5-1). De indeling is gebaseerd op een mengeling van drie criteria: - Een indeling naar de functie van de ondernemer in de keten van producent naar consument. Business-to-business ondernemers leveren goederen en/of diensten hoofdzakelijk naar andere ondernemers en niet aan consumenten. Detailhandelsondernemers of leisure-ondernemers leveren goederen meestal vooral aan consumenten (eindgebruikers). - Een indeling waarin de aard van de levering en het soort consument (eindgebruiker) dat de onderneming bedient doorslaggevend is. Detailhandelsondernemers verkopen namelijk gewoonlijk fysieke producten aan klanten die zichzelf meestal niet als toerist of recreant zullen bestempelen. Klanten van een toeristisch-recreatief bedrijf zullen zichzelf iets vaker wel als toerist of recreant zien en in ieder geval bezig zijn om vrije tijd te genieten. Bedrijven in de toeristisch-recreatieve branche leveren bovendien ook vaker diensten, zoals bijvoorbeeld hotelovernachtingen, of een mengeling van producten en diensten. - Het bovenstaande onderscheid valt meestal ook voor een groot deel samen met de locatie waar het bedrijf zich bevindt. Business-to-business ondernemers bevinden zich vaak op bedrijventerreinen. Detailhandelsondernemers of leisure ondernemers bevinden zich juist meestal op andere plaatsen namelijk in winkelcentra of bij een toeristisch gebied of een trekpleister. Dit locatie criterium past overigens zeker niet altijd bij de bovenstaande twee criteria. Er zijn namelijk ook soms detailhandelsondernemers op bedrijventerreinen en leisure-ondernemers in winkelcentra etc. Figuur 5-1 grofmazige indeling bedrijfleven De Langstraat Ondernemers van De Langstraat detailhandelsondernemers (winkelcentra / internet) Leisure (locaties voor vrije tijd) Business-to-Business (bedrijventerreinen) Overige producten en diensten (woonwijk en elders) B1.2 Staand beleid In oktober 2014 is de sociaal-economische verkenning De Langstraat verschenen. In die verkenning is ingegaan op de vraag inhoeverre De Langstraat een eigen identiteit heeft en of er redenen bestaan om het bedrijfsleven en de arbeidsmarkt in de Langstraat als een samenhangend geheel te benaderen. De conclusies en aanbeveling uit de economische verkenning vormen de basis voor het economisch programma De Langstraat. In de sociaal-economische verkenning (2014) zijn diverse stukken geïntegreerd: bestaande onderzoeken, beleidsplannen van de afzonderlijke gemeenten en strategische beleidsstukken op regionaal niveau (Hart van Brabant, Noordoost Brabant). 37

Mevrouw drs. M. Mulder

Mevrouw drs. M. Mulder Onderwerp Portefeuillehouder Koers opvang vluchtelingen en huisvesting vergunninghouders Mevrouw drs. M. Mulder Datum raadsvergadering 22 december 2015 Samenvatting Dit voorstel gaat over de door u vast

Nadere informatie

Informatievergadering Samenleving 27 november 2014

Informatievergadering Samenleving 27 november 2014 Informatievergadering Samenleving 27 november 2014 Orgaan: Locatie: Datum: Aanvang: Informatievergadering Samenleving Julianastraat 34, 5251 ED Vlijmen donderdag 27 november 2014 19:30 uur 1. Opening 2.

Nadere informatie

Notitie Regionale aanpak vluchtelingenproblematiek Regio Kennemerland 6 november 2015

Notitie Regionale aanpak vluchtelingenproblematiek Regio Kennemerland 6 november 2015 Notitie Regionale aanpak vluchtelingenproblematiek Regio Kennemerland 6 november 2015 1. Inleiding In de regio Kennemerland (inclusief de gemeente Haarlemmermeer) hebben de gemeentelijke bestuurders een

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Zaak: Onderwerp Vluchtelingen - aanpak communicatie locaties kleinschalige opvang. Portefeuillehouder. Mevrouw drs. M.

Raadsvoorstel. Zaak: Onderwerp Vluchtelingen - aanpak communicatie locaties kleinschalige opvang. Portefeuillehouder. Mevrouw drs. M. Raadsvoorstel Zaak:00464605 Onderwerp Vluchtelingen - aanpak communicatie locaties kleinschalige opvang Portefeuillehouder Mevrouw drs. M. Mulder Datum raadsvergadering 10 maart 2016 Aanleiding De instroom

Nadere informatie

Onderwerp: Voortgangsnotitie opvang vluchtelingen en huisvesting. Datum b&w-vergadering: 9 februari 2016

Onderwerp: Voortgangsnotitie opvang vluchtelingen en huisvesting. Datum b&w-vergadering: 9 februari 2016 eente Overbetuwe O INFORMATIEMEMO RAAD Kenmerk: 16inf00018 Datum advies: 10 februari 2016 Onderwerp: Voortgangsnotitie opvang vluchtelingen en huisvesting statushouders Kennis nemen van: Voortgangsnotitie

Nadere informatie

Gemeente Bladel Economisch hart van de Kempen 111:111 INíl III III

Gemeente Bladel Economisch hart van de Kempen 111:111 INíl III III Gemeente Bladel Economisch hart van de Kempen 111:111 INíl III III Nummer : R2015.151 Onderwerp : Huisvesten vluchtelingen Aan de raad Samenvatting In reactie op uw motie van 5 november 2015 stellen wij

Nadere informatie

CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : Onderwerp Legesverordening 2016 en tarieven rioolaansluitkosten Portefeuillehouder. Mevrouw J.

CONCEPT Raadsvoorstel Zaak : Onderwerp Legesverordening 2016 en tarieven rioolaansluitkosten Portefeuillehouder. Mevrouw J. Onderwerp Legesverordening 2016 en tarieven rioolaansluitkosten 2016 Portefeuillehouder Mevrouw J. van Aart Datum raadsvergadering 22 december 2015 Samenvatting Dit voorstel over de Legesverordening 2016

Nadere informatie

Onderwerp Aanpassing artikel 17 Verordening leerlingenvervoer gemeente Heusden 2015

Onderwerp Aanpassing artikel 17 Verordening leerlingenvervoer gemeente Heusden 2015 Zaaknummer 00487355 Onderwerp Aanpassing artikel 17 Verordening leerlingenvervoer gemeente Heusden 2015 Collegevoorstel Feitelijke informatie Bijgaand treft u een raadsvoorstel aan over de wijziging van

Nadere informatie

Voorstel raad. 28 juni juni Onderwerp Vluchtelingenvraagstuk

Voorstel raad. 28 juni juni Onderwerp Vluchtelingenvraagstuk Nummer Contact en vragen via 5 Technischevragen@hollandskroon.nl Portefeuillehouder J.R.A. Nawijn Datum raadsvergadering Datum B&W-besluit 28 juni 2016 6 juni 2016 Onderwerp Vluchtelingenvraagstuk Voorgesteld

Nadere informatie

Onderwerp: OOP Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden 2014

Onderwerp: OOP Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden 2014 Zaaknummer: 00359789 Onderwerp: OOP Verordening doelgroepen sociale woningbouw gemeente Heusden 2014 Collegevoorstel Feitelijke informatie De Wet ruimtelijke ordening (Wro) biedt gemeenten de mogelijkheid

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Onderwerp Verordening leerlingenvervoer gemeente Heusden 2015

Raadsvoorstel. Onderwerp Verordening leerlingenvervoer gemeente Heusden 2015 Raadsvoorstel Inleiding Het passend onderwijs is op 1 augustus 2014 ingegaan. Enkele daarmee samenhangende wetswijzigingen hebben een relatie met het leerlingenvervoer. Deze wijzigingen en de afstemming

Nadere informatie

Om dit te kunnen doen, is een aantal besluiten door de gemeenteraad vereist.

Om dit te kunnen doen, is een aantal besluiten door de gemeenteraad vereist. Aan de bewoners van Datum: 26 februari 2015 Zaaknummer: Afdeling: Contactpersoon: Uw brief van: Onderwerp: Datum Tuincentrum De Wilgen verzending: Geachte heer, mevrouw, Door middel van deze brief wil

Nadere informatie

(Gemeentebelangen), griffier,couwenberg (VVD)

(Gemeentebelangen), griffier,couwenberg (VVD) Besluitenlijst informatievergadering Bestuur en Beheer (Voor meer informatie over deze vergadering kunt u het audioverslag raadplegen op onze website onder het kopje raadsinformatie) Vergadering 12 juni

Nadere informatie

Aan de bewoners van. Geachte mevrouw, heer,

Aan de bewoners van. Geachte mevrouw, heer, Aan de bewoners van Datum: 26 februari 2015 Zaaknummer: Afdeling: Contactpersoon: Uw brief van: Onderwerp: Ontwikkeling Prinsessenflats Geachte mevrouw, heer, Door middel van deze brief wil ik u graag

Nadere informatie

66,95 van de aanvraag 18 jaar of ouder is

66,95 van de aanvraag 18 jaar of ouder is Raadsvoorstel Inleiding De vaststelling van de tarieven vindt normaliter gelijktijdig plaats met de vaststelling van de begroting. Voor wat betreft de legesverordening 2015 was dit niet mogelijk omdat

Nadere informatie

Raadsvoorstel gemeente Coevorden

Raadsvoorstel gemeente Coevorden Raadsvoorstel gemeente Coevorden Datum raadsvergadering 3 maart 2015 Versie Agendapunt Naam rapporteur Rv.nr. Openbaar Portefeuillehouder Onderwerp Definitief L. Sakkers Ja Dhr. J. Brink Voorgenomen concept

Nadere informatie

Commissie: Samen leven 9 juni 2016. Gemeenteraad: 30 juni 2016

Commissie: Samen leven 9 juni 2016. Gemeenteraad: 30 juni 2016 Raadsvoorstel Onderwerp: Tijdelijke huisvesting Vergunninghouders Commissie: Samen leven 9 juni 2016 BBVnr: 1084300 Portefeuillehouder: Mevr. T. Keuzenkamp e-mailadres opsteller: b.monsma@bar-organisatie.nl

Nadere informatie

Wat is het verschil tussen een vreemdeling, vluchteling, asielzoeker en statushouder?

Wat is het verschil tussen een vreemdeling, vluchteling, asielzoeker en statushouder? Veelgestelde vragen vluchtelingenopvang en statushouders in Lopikerwaardgemeenten Vraag en antwoordlijst over de vluchtelingenopvang en statushouders in de gemeenten Oudewater, Lopik, Woerden, IJsselstein

Nadere informatie

College en Gemeenteraad van Heusden Postbus 41 5250 AA Vlijmen 5 november 2015

College en Gemeenteraad van Heusden Postbus 41 5250 AA Vlijmen 5 november 2015 College en Gemeenteraad van Heusden Postbus 41 5250 AA Vlijmen 5 november 2015 Betreft: Evaluatie Kernmanagement te Drunen Geacht college en gemeenteraad, Bijgaand zenden wij u het evaluatierapport ter

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 23 mei 2017

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 23 mei 2017 Zaaknummer: 00512630 openbare besluitenlijst college 23 mei 2017 Collegevoorstel Inleiding De openbare besluitenlijst van 23 mei 2017 treft u bijgaand aan. Voorgenomen besluit Het voorstel is om bijgaand

Nadere informatie

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo)

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo) Zaaknummer: OLOGMM11-01 Collegevoorstel Inleiding Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingrecht (Wabo) in werking getreden. Hiermee zijn enkele ruimtelijke instrumenten en bevoegdheden

Nadere informatie

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen.

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen. Ingekomen stukken Raad GR 23 Onderwerp: Ingekomen stukken Raad 22-03-2011 Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan de

Nadere informatie

Inleiding: Koninklijke Sanders B.V. heeft een verzoek ingediend voor de bouw van een bedrijfshal van 4200m2.

Inleiding: Koninklijke Sanders B.V. heeft een verzoek ingediend voor de bouw van een bedrijfshal van 4200m2. Raad Onderwerp: V20100312 Voorstel tot aanvragen van een verklaring van geen bezwaar bij de provincie voor vrijstelling van het bestemmingsplan voor de bouw van een opslagloods op terrein van Koninklijke

Nadere informatie

Samengevat is er geen concrete aanleiding om vuurwerkvrije zones aan te wijzen.

Samengevat is er geen concrete aanleiding om vuurwerkvrije zones aan te wijzen. Zaaknummer 00484357 Onderwerp vuurwerkvrije zones en regels carbidschieten 2016 Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis Op 22 december 2015 besloot de raad geen regels over carbidschieten in de Algemene

Nadere informatie

DIGITAAL AFSCHRIFT 2014_BW_00761

DIGITAAL AFSCHRIFT 2014_BW_00761 DIGITAAL AFSCHRIFT 2014_BW_00761 OPSCHRIFT Vergadering van 28 oktober 2014 Bevoegde portefeuillehouder: Bas Brekelmans Betrokken portefeuillehouder(s): Arno van Kempen Onderwerp Beantwoording raadsvragen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Turfmarkt

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van ; gehoord de Commissie Burgerzaken van 18 juni 2003;

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van ; gehoord de Commissie Burgerzaken van 18 juni 2003; De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 29-4- 2003; gehoord de Commissie Burgerzaken van 18 juni 2003; BESLUIT: Vast te stellen de

Nadere informatie

Inleiding: Koninklijke Sanders B.V. heeft een verzoek ingediend voor de bouw van een bedrijfshal van 4200 m2.

Inleiding: Koninklijke Sanders B.V. heeft een verzoek ingediend voor de bouw van een bedrijfshal van 4200 m2. College Onderwerp: V20100312 Voorstel tot aanvragen van een verklaring van geen bezwaar bij de provincie voor vrijstelling van het bestemmingsplan voor de bouw van een opslagloods op terrein van Koninklijke

Nadere informatie

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo)

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo) Raadsvoorstel Inleiding Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingrecht (Wabo) in werking getreden. Hiermee zijn enkele ruimtelijke instrumenten en bevoegdheden anders vormgegeven. Veel procedures

Nadere informatie

Onderwerp: Agenda's Informatievergaderingen 27 en 28 november 2007

Onderwerp: Agenda's Informatievergaderingen 27 en 28 november 2007 College V200701161 Onderwerp: Agenda's Informatievergaderingen 27 en 28 november 2007 Collegevoorstel Feitelijke informatie: Bijgevoegd treft u aan de concept-agenda s voor de Informatievergaderingen van

Nadere informatie

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen.

Advies: De agendacommissie stelt u voor bijgaand besluit vast te stellen. Ingekomen stukken Raad V200900758 Onderwerp: Ingekomen stukken Raad 21-07-2009 Raadsvoorstel Inleiding: Conform artikel 41 van het reglement van orde dienen aan de raad gerichte ingekomen stukken, waarvan

Nadere informatie

Vergadering d.d. : 1 juni Agendapunt : : Mogelijke opvang van vergunninghouders. Programma 1: burger, bestuur en veiligheid

Vergadering d.d. : 1 juni Agendapunt : : Mogelijke opvang van vergunninghouders. Programma 1: burger, bestuur en veiligheid Vergadering d.d. : 1 juni 2016 Agendapunt : Onderwerp Programma : Mogelijke opvang van vergunninghouders Programma 1: burger, bestuur en veiligheid Portefeuillehouder : Burgemeester M.H.M.R. de Hoon-Veelenturf

Nadere informatie

Vluchtelingen en statushouders in Lopikerwaardgemeenten

Vluchtelingen en statushouders in Lopikerwaardgemeenten Vragen en antwoordenlijst over de opvang van vluchtelingen en statushouders in de gemeenten Oudewater, Lopik, Woerden, IJsselstein en Montfoort (Lopikerwaardgemeenten) 17 maart 2016 Wonen Er zijn momenteel

Nadere informatie

Huisvesting vluchtelingen en vergunninghouders + casus Afferden

Huisvesting vluchtelingen en vergunninghouders + casus Afferden g emeen te Raadsinformatiebrief Aan: Gemeenteraad van de gemeente Bergen (L) Van: Het college van burgemeester en wethouders Datum: 30 augustus 2016 BEknEN Limburg Onderwerp: Huisvesting vluchtelingen

Nadere informatie

Aanvullende subsidie Bed, bad en brood 2015

Aanvullende subsidie Bed, bad en brood 2015 Openbaar Onderwerp Aanvullende subsidie Bed, bad en brood 2015 Programma Zorg & Welzijn BW-nummer Portefeuillehouder B. Frings Samenvatting Vanaf 1 januari 2015 hebben we een bed, bad en broodvoorziening

Nadere informatie

Raadsvoorstel en besluitnota

Raadsvoorstel en besluitnota 2016/197661 Raadsvoorstel en besluitnota Onderwerp Visie op de opvang en integratie van vluchtelingen in Zaanstad Gevraagd besluit 1. De visie inzake de opvang en integratie van vluchtelingen in Zaanstad

Nadere informatie

*BM * BM Raadsmededeling MEMO AAN DE RAAD. Onderwerp Discussienotitie vluchtelingenopvang. Steenbergen; 30 september 2015.

*BM * BM Raadsmededeling MEMO AAN DE RAAD. Onderwerp Discussienotitie vluchtelingenopvang. Steenbergen; 30 september 2015. *BM1501918* BM1501918 Raadsmededeling MEMO AAN DE RAAD Onderwerp Discussienotitie vluchtelingenopvang. Steenbergen; 30 september 2015 Aan de Raad, Inleiding Het COA heeft een oproep gedaan aan gemeenten

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: OOPAD29. Vragen fractie DMP ex. artikel 61 RvO over mantelzorg

Collegevoorstel. Zaaknummer: OOPAD29. Vragen fractie DMP ex. artikel 61 RvO over mantelzorg Zaaknummer: OOPAD29 Onderwerp: Vragen fractie DMP ex. artikel 61 RvO over mantelzorg Collegevoorstel Inleiding In de brief van 8 augustus 2012 stelt de fractie DMP vragen op grond van artikel 61 Reglement

Nadere informatie

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk Brielle, 23 september 2015 verzonden

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk Brielle, 23 september 2015 verzonden Aan de leden van de commissie Bestuurlijke Zaken en Middelen behandeld door: J.F.J. Knol t: 0181-471117 e: j.knol@brielle.nl bijlage(n): 1 uw brief van uw kenmerk ons kenmerk Brielle, 23 september 2015

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag > Retouradres Postbus 20011 2500 EA DEN HAAG Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Directoraat-Generaal Wonen en Bouwen Directie Woningmarkt Turfmarkt

Nadere informatie

Beantwoording artikel 38 vragen

Beantwoording artikel 38 vragen Beantwoording artikel 38 vragen Aan de PvdA fractie Ter attentie van mevrouw Suijker directie/afdeling RO/RBA contactpersoon J. de Heer onderwerp artikel 38 vragen PvdA telefoon 0182-588288 uw kenmerk

Nadere informatie

Integrale aanpak vluchtelingenvraagstuk. Zaanstad Beraad 19 mei 2016

Integrale aanpak vluchtelingenvraagstuk. Zaanstad Beraad 19 mei 2016 Integrale aanpak vluchtelingenvraagstuk Zaanstad Beraad 19 mei 2016 Inhoud 1. Introductie door Rita Visscher-Noordzij 2. Nieuwe opgave 3. Reikwijdte Integraal Programma Vluchtelingen 4. Terminologie vreemdeling,

Nadere informatie

Verkenning (tijdelijke) inzet extra opvang vluchtelingen

Verkenning (tijdelijke) inzet extra opvang vluchtelingen *Z00953BB850* Verkenning (tijdelijke) inzet extra opvang vluchtelingen 1. Inleiding In de media hebben staatssecretaris Dijkhoff en bestuursvoorzitter Bakker van het COA gemeenten opgeroepen om op korte

Nadere informatie

Beoogd is om aansluitend het pand in te zetten voor de tijdelijke huisvesting van maximaal 150 vergunninghouders voor de duur van maximaal acht jaar.

Beoogd is om aansluitend het pand in te zetten voor de tijdelijke huisvesting van maximaal 150 vergunninghouders voor de duur van maximaal acht jaar. Collegevoorstel Embargo tot 1 april, 13.00 uur Onderwerp Nieuwe noodopvanglocatie Programma Zorg & Welzijn BW-nummer Portefeuillehouder H.M.F. Bruls en B. Frings Samenvatting Door het Centraal-orgaan Opvang

Nadere informatie

Onderwerp Locatie asielzoekerscentrum

Onderwerp Locatie asielzoekerscentrum Onderwerp Locatie asielzoekerscentrum Portefeuillehouder Van der Zwan Datum collegebesluit 20 november 2015 Opsteller H. Jorritsma, J. van Leeuwestijn Registratie GF15.20102 Agendapunt 3 Voorstel 1. Instemmen

Nadere informatie

Raadsvoorstel Zaak :

Raadsvoorstel Zaak : Zaak : 00509545 Onderwerp Portefeuillehouder Mevrouw drs. M. Mulder Datum raadsvergadering 27 juni 2017 Samenvatting Het Dagelijks Bestuur (DB) van Baanbrekers heeft de geactualiseerde begroting 2017,

Nadere informatie

Samenvatting: Inleiding: Afweging: Advies:

Samenvatting: Inleiding: Afweging: Advies: Raad Onderwerp: V200900446 aanvraag van verklaring van geen bezwaar voor het verlenen van een vrijstelling ex artikel 19 lid 1 WRO voor een gasopslag annex bedrijfsverzamelcomplex aan de Bosscheweg 67

Nadere informatie

Advies hernieuwde aanvraag zendtijdtoewijzing Heusdense Televisie en Radio Stichting

Advies hernieuwde aanvraag zendtijdtoewijzing Heusdense Televisie en Radio Stichting Zaaknummer: 00365118 Onderwerp: Collegevoorstel Feitelijke informatie Hierbij treft u het raadsvoorstel aan over een aan het Commissariaat voor de Media uit brengen advies. Dit is noodzakelijk vanwege

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 28 oktober 2014

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 28 oktober 2014 Zaaknummer: 00410067 openbare besluitenlijst college 28 oktober 2014 Collegevoorstel Inleiding De openbare besluitenlijst van 28 oktober 2014 treft u bijgaand aan. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer Onderwerp Openbare besluitenlijst college 17 oktober 2017

Collegevoorstel. Zaaknummer Onderwerp Openbare besluitenlijst college 17 oktober 2017 Zaaknummer 00527593 Onderwerp Openbare besluitenlijst college 17 oktober 2017 Collegevoorstel Inleiding De openbare besluitenlijst van 17 oktober 2017 treft u bijgaand aan. Voorgenomen besluit Het voorstel

Nadere informatie

Aalburg Drimmelen Geertruidenberg Moerdijk Werkendam Woudrichem

Aalburg Drimmelen Geertruidenberg Moerdijk Werkendam Woudrichem Aalburg Drimmelen Geertruidenberg Moerdijk Werkendam Woudrichem PLAN VAN AANPAK VERHOOGDE ASIELINSTROOM Dit plan van aanpak geeft zowel kwantitatief als kwalitatief een antwoord op de vraag van de commissaris

Nadere informatie

Wijziging Reglement van Orde Algemeen Bestuur en Verordening op de voorbereidende commissies

Wijziging Reglement van Orde Algemeen Bestuur en Verordening op de voorbereidende commissies Wijziging Reglement van Orde Algemeen Bestuur en Verordening op de voorbereidende commissies De veranderingen in de vergaderstructuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Zuid, n.a.v. het voorstel van

Nadere informatie

Reglement commissie cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren

Reglement commissie cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren CVDR Officiële uitgave van Nijkerk. Nr. CVDR22643_1 22 mei 2018 Reglement commissie cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren Het college van de gemeente Nijkerk; gelet op

Nadere informatie

De gemeentelijke sturing op de sociale huurwoningmarkt richting zich op de drie onderdelen genoemd bij punt 1. Deze punten worden hier toegelicht.

De gemeentelijke sturing op de sociale huurwoningmarkt richting zich op de drie onderdelen genoemd bij punt 1. Deze punten worden hier toegelicht. Raadsvoorstel: 2015-1357 Onderwerp: Huisvestingsverordening Alblasserwaard- Vijfheerenlanden gemeente Gorinchem 2015 Datum: 23 april 2015 Portefeuillehouder: E.L. Dansen Raadsbijeenkomst: 9 juni 2015 Raadsvergadering:

Nadere informatie

Huisvestingsverordening gemeente Heusden 2016

Huisvestingsverordening gemeente Heusden 2016 Huisvestingsverordening gemeente Heusden 2016 De raad van de gemeente Heusden; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 23 augustus 2016; gelet op de Huisvestingswet 2014;

Nadere informatie

DIGITAAL AFSCHRIFT 2015_BW_00359

DIGITAAL AFSCHRIFT 2015_BW_00359 DIGITAAL AFSCHRIFT 2015_BW_00359 OPSCHRIFT Vergadering van 12 mei 2015 Bevoegde portefeuillehouder: Bas Brekelmans Betrokken portefeuillehouder(s): Arno van Kempen, Kees van Velzen Onderwerp Beantwoording

Nadere informatie

Vluchtelingen en statushouders in Lopikerwaardgemeenten

Vluchtelingen en statushouders in Lopikerwaardgemeenten Vragen en antwoordenlijst over de opvang van vluchtelingen en statushouders in de gemeenten Oudewater, Lopik, Woerden, IJsselstein en Montfoort (Lopikerwaardgemeenten) Wonen Er zijn momenteel veel landen

Nadere informatie

Bijgaand zend ik u, mede namens de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, de antwoorden op deze vragen.

Bijgaand zend ik u, mede namens de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, de antwoorden op deze vragen. > Retouradres Postbus 20011 2500 EA DEN HAAG Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Directoraat-Generaal Wonen en Bouwen Directie Woningmarkt Turfmarkt

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer 00461003. Ophogen achtergestelde lening Kredietbank Nederland

Collegevoorstel. Zaaknummer 00461003. Ophogen achtergestelde lening Kredietbank Nederland Zaaknummer 00461003 Onderwerp Collegevoorstel Feitelijke informatie Hierbij treft u een raadsvoorstel aan over de ophoging van een achtergestelde lening aan de Kredietbank Nederland. Alle informatie leest

Nadere informatie

4. De bijgaande brief aan de Raad vast te stellen.

4. De bijgaande brief aan de Raad vast te stellen. Openbaar Onderwerp Budgetsubsidie Vluchtelingenwerk Oost Nederland 2014 Programma / Programmanummer Zorg & Welzijn / 1051 Portefeuillehouder B. Frings Samenvatting Dit voorstel regelt de subsidieverlening

Nadere informatie

Nota van B&W. onderwerp Principebesluit noodopvang vluchtelingen Vijfhuizen

Nota van B&W. onderwerp Principebesluit noodopvang vluchtelingen Vijfhuizen gemeente Haarlemmermeer Nota van B&W onderwerp Principebesluit noodopvang vluchtelingen Vijfhuizen Portefeuillehouder dr. Tom Horn, drs. Theo Weterings, drs. Ap Reinders Collegevergadering 13 Oktober 2015

Nadere informatie

BESLUITENLIJST. 4. Besluitenlijst van de vergadering van 16 juni 2016, inclusief Lijst toezeggingen De besluitenlijst is ongewijzigd vastgesteld.

BESLUITENLIJST. 4. Besluitenlijst van de vergadering van 16 juni 2016, inclusief Lijst toezeggingen De besluitenlijst is ongewijzigd vastgesteld. vormende raad (21525\...) BESLUITENLIJST Datum : donderdag 7 juli 2016 Tijd : aansluitend aan de Oordeelsvormende raad (23.40 uur) Plaats : raadzaal gemeentehuis Neerijnen Aanwezig Afwezig : de heer H.H.

Nadere informatie

Collegevoorstel. Inzet van middelen: Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel

Collegevoorstel. Inzet van middelen: Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel College Onderwerp: V200900439 Aanvraag verklaring van geen bezwaar bij Gedeputeerde Staten met betrekking tot de vrijstellingsprocedure ten behoeve van de bouw van een woning en kantoor aan de Hogeweg

Nadere informatie

Underwerp Uitwerking motie vreemd aan de orde van de dag Vluchtelingen opvang Achtkarspelen.

Underwerp Uitwerking motie vreemd aan de orde van de dag Vluchtelingen opvang Achtkarspelen. Riedsútstel Ried : Agindapunt : Status : Opiniërend/Besluitvormend Program : Meerdere programma s Eardere behandeling : Portefúljehâlder : G. Gerbrandy, mw G. Postma Amtner : mr. drs. E.H.C. van der Laan

Nadere informatie

Delegatie bevoegdheid vaststelling exploitatieplan in geval van wijzigingsplan

Delegatie bevoegdheid vaststelling exploitatieplan in geval van wijzigingsplan Zaaknummer: BECDGB008 Onderwerp Delegatie bevoegdheid vaststelling exploitatieplan in geval van wijzigingsplan Collegevoorstel Inleiding Sinds 1 juli 2008 is de Grondexploitatiewet van kracht, die deel

Nadere informatie

M.b.t. agendapunt 12, Groot Bijstervelt, wordt gebruik gemaakt van het inspreekrecht door:

M.b.t. agendapunt 12, Groot Bijstervelt, wordt gebruik gemaakt van het inspreekrecht door: Agenda Gemeenteraad Vervolg besluitvormende raadsvergadering van 21 april 2015 Uitnodiging voor de vergadering op woensdag 22 april 2015 20:00-23:00 uur, locatie Raadszaal Voorzitter : Ruud Severijns 12

Nadere informatie

E.G.M. van den Boom / september 2017

E.G.M. van den Boom / september 2017 steller telefoonnummer email Agendapunt commissie: 3.2 E.G.M. van den Boom 3665 Evelien.van.den.Boom@valkenswaard.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering 246333/254627 11 september 2017 portefeuillehouder

Nadere informatie

Ruimte 27 januari 2016

Ruimte 27 januari 2016 Ruimte 27 januari 2016 Orgaan: Locatie: Datum: Aanvang: Informatievergadering Ruimte Julianastraat 34, 5251 ED Vlijmen woensdag 27 januari 2016 19:30 uur 1. Opening 2. Vaststelling van de agenda Stukken

Nadere informatie

2. Vaststelling agenda. De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.

2. Vaststelling agenda. De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. * Besluitenlijst raadsvergadering van 30 maart 2017. De heer G. Polinder, raadslid namens de SGP-fractie, is afwezig. Nr. ONDERWERP BESLISSING/TOEZEGGINGEN 1. Opening. De voorzitter opent de vergadering.

Nadere informatie

Registratiekenmerk: 791098. Datum vergadering: 4 februari 2016

Registratiekenmerk: 791098. Datum vergadering: 4 februari 2016 Registratiekenmerk: 791098 Vergadering: Gemeenteraad Datum vergadering: 4 februari 2016 Onderwerp: Portefeuillehouder: Vestiging asielzoekerscentrum aan de Ruitersweg-West te Heesch mevrouw M.A.H. Moorman

Nadere informatie

Datum raadsvergadering 20 juli 2017

Datum raadsvergadering 20 juli 2017 Raadsvoorstel Datum vaststelling voorstel door het college 18 juli 2017 Datum raadsvergadering 20 juli 2017 Nummer raadsvoorstel 2017-447 Bijbehorend veld van de programmabegroting Ruimte, cultuurhistorie,

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Algemene verklaring van geen bedenkingen bij Versnelde Huisvesting

RAADSVOORSTEL. Algemene verklaring van geen bedenkingen bij Versnelde Huisvesting RAADSVOORSTEL Algemene verklaring van geen bedenkingen bij Versnelde Huisvesting Portefeuillehouder S. Jansen Ronde Tafel 28 september 2017 Opsteller M. Dingemans Debat 26 oktober 2017 Zaak/stuknummer

Nadere informatie

1. De brief aan de raad over versnelling sociale woningbouw vast te stellen.

1. De brief aan de raad over versnelling sociale woningbouw vast te stellen. Collegevoorstel Openbaar Onderwerp Versnelling (tijdelijke) sociale woningbouw Programma Wonen BW-nummer Portefeuillehouder B. Velthuis Samenvatting Het onderzoek naar de kansen voor versnelde tijdelijke

Nadere informatie

Onderwerp : Aanpassing Huisvestingsverordening

Onderwerp : Aanpassing Huisvestingsverordening Raadsvoorstel *Z0397B5520D* Aan de raad Documentnummer : INT-17-33252 Afdeling : Ruimte Onderwerp : Aanpassing Huisvestingsverordening Inleiding Op grond van de Huisvestingswet 2014 hebben alle gemeenten

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief Nr. :

Raadsinformatiebrief Nr. : Raadsinformatiebrief Nr. : Reg.nr. : 5262212 B&W verg. : 21 oktober 2015 Onderwerp: Locatiekeuze AZC 1) Status Zoals afgesproken in het raadsvoorstel Proces en locatiecriteria asielzoekerscentrum s- Hertogenbosch

Nadere informatie

Raadsvoorstel 15 december 2011 AB11.01086 RV2011-122

Raadsvoorstel 15 december 2011 AB11.01086 RV2011-122 Raadsvergadering d.d. Casenummer Raadsvoorstelnummer Raadsvoorstel 15 december 2011 AB11.01086 RV2011-122 Gemeente Bussum Vaststellen tarieven onroerende-zaakbelastingen 2012 Brinklaan 35 Postbus 6000

Nadere informatie

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie VVD inzake De Kern

Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie VVD inzake De Kern Zaaknummer: OWZAP06 Onderwerp Beantwoording vragen ex. art. 61 RvO van de fractie VVD inzake De Kern Collegevoorstel Inleiding In de bijgevoegde brief van 13 april 2011 stelt de fractie VVD vragen op grond

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: aanwijzing economische activiteiten Wet markt en overheid

Collegevoorstel. Zaaknummer: aanwijzing economische activiteiten Wet markt en overheid Zaaknummer: 00383503 : aanwijzing economische activiteiten Wet markt en overheid Collegevoorstel Feitelijke informatie Op 1 juli 2014 moet de gemeente voldoen aan de Wet markt en overheid. Deze wet is

Nadere informatie

Veel gestelde vragen huisvesting en begeleiding statushouders

Veel gestelde vragen huisvesting en begeleiding statushouders Veel gestelde vragen huisvesting en begeleiding statushouders Wat is een statushouder? Een statushouder heeft de hele asielprocedure doorlopen en is erkend vluchteling. Vervolgens heeft de statushouder

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 19 637 Vreemdelingenbeleid Nr. 2067 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

gelet op de artikelen 4, 5, 7, 9, 10, 11, 12, 13, 18, 19 en 20 van de Huisvestingswet 2014 en de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet;

gelet op de artikelen 4, 5, 7, 9, 10, 11, 12, 13, 18, 19 en 20 van de Huisvestingswet 2014 en de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet; Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 7 april 2015; gelet op de artikelen 4, 5, 7, 9, 10, 11, 12, 13, 18, 19 en 20 van de Huisvestingswet 2014 en de artikelen

Nadere informatie

voor het instellen v a n e e n O n d e r n e m e r s f o n d s e n hebben e e n draagvlakmeting onder alle

voor het instellen v a n e e n O n d e r n e m e r s f o n d s e n hebben e e n draagvlakmeting onder alle gemeente Tubbergen «% Aan de gemeenteraad Vergadering: 15 december 2014 Nummer: 15A Tubbergen, 4 december 2014 nderwerp: V a s t s t e l l e n v e r o r d e n i n g r e c l a m e b e l a s t i n g 2 0

Nadere informatie

Raadsvoorstel Zaak :

Raadsvoorstel Zaak : Zaak : 00533741 Onderwerp Exploitatie het Run 2018 Portefeuillehouder Wethouder K. van Bokhoven Datum raadsvergadering 20 februari 2018 Samenvatting Op 7 november 2017 is de situatie aangaande Stichting

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer Onderwerp Openbare besluitenlijst college 28 november 2017

Collegevoorstel. Zaaknummer Onderwerp Openbare besluitenlijst college 28 november 2017 Zaaknummer 00533633 Onderwerp Openbare besluitenlijst college 28 november 2017 Collegevoorstel Inleiding De openbare besluitenlijst van 28 november 2017 treft u bijgaand aan. Voorgenomen besluit Het voorstel

Nadere informatie

Collegebesluit. Onderwerp: Aanhuur 2e verdieping Zijlweg 245 ten behoeve van statushouders BBV nr: 2015/524330

Collegebesluit. Onderwerp: Aanhuur 2e verdieping Zijlweg 245 ten behoeve van statushouders BBV nr: 2015/524330 Collegebesluit Onderwerp: Aanhuur 2e verdieping Zijlweg 245 ten behoeve van statushouders BBV nr: 2015/524330 1. Inleiding Op grond van de Huisvestingswet 2015 is de gemeente verplicht zorg te dragen voor

Nadere informatie

Datum 1 april 2009 Onderwerp Beantwoording vragen van het lid De Krom (VVD) over de huisvesting van asielzoekers

Datum 1 april 2009 Onderwerp Beantwoording vragen van het lid De Krom (VVD) over de huisvesting van asielzoekers > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

Informatievergadering Ruimte 24 april 2013

Informatievergadering Ruimte 24 april 2013 Informatievergadering Ruimte 24 april 2013 Orgaan: Locatie: Datum: Aanvang: Informatievergadering Ruimte Julianastraat 34, 5251 ED Vlijmen woensdag 24 april 2013 19:30 uur 1. Opening 2. Vaststelling van

Nadere informatie

Raadsvoorstel. bezuinigingen op subsidies

Raadsvoorstel. bezuinigingen op subsidies Raadsvoorstel Inleiding Bij de behandeling van de voorjaarsnota 2012 heeft u besloten om vanaf 2014 structureel 300.000,00 te gaan bezuinigen op subsidies. Via dit voorstel wordt u verzocht een besluit

Nadere informatie

A.J. Gerritsen 25 september 2014

A.J. Gerritsen 25 september 2014 Portefeuillehouder Datum raadsvergadering A.J. Gerritsen 25 september 2014 Datum voorstel 15 juli 2014 Agendapunt Onderwerp Publicatie van gemeentelijke kennisgevingen De raad wordt voorgesteld te besluiten:

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 3 juni 2014

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: openbare besluitenlijst college 3 juni 2014 Zaaknummer: 0392736 openbare besluitenlijst college 3 juni 2014 Collegevoorstel Inleiding De openbare besluitenlijst van 3 juni 2014 treft u bijgaand aan. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR418063_1

CVDR. Nr. CVDR418063_1 CVDR Officiële uitgave van Veenendaal. Nr. CVDR418063_1 27 juni 2017 Verordening op de raadscommissies Veenendaal 2016 De raad van de gemeente Veenendaal; gelezen het voorstel van voorzitter en de griffier

Nadere informatie

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Onderwerp: Intrekking besluit vestiging AZC Registratienummer: 00589421 Op voorstel B&W d.d.: 19 juli 2016 Datum vergadering: 19 juli 2016 Portefeuillehouder: H. Mak Rol gemeenteraad:

Nadere informatie

: Inlopen taakstelling inzake huisvesting Statushouders

: Inlopen taakstelling inzake huisvesting Statushouders Raad : 12 april 2005 Agendanr. : Doc.nr : B200501480 Afdeling: : Educatie, Welzijn en Zorg RAADSVOORSTEL Onderwerp : Inlopen taakstelling inzake huisvesting Statushouders Toelichting Dit raadsvoorstel

Nadere informatie

1. Te besluiten de Ondernemersfondsen op basis van een reclamebelasting in Hengelo, Vorden en Zelhem voort te zetten;

1. Te besluiten de Ondernemersfondsen op basis van een reclamebelasting in Hengelo, Vorden en Zelhem voort te zetten; Raadsvoorstel Datum : 28-3-2019 Kenmerk Portefeuillehouder Ja Onderwerp : Z72284/Raad-00425 : W.W. Buunk : Evaluatie ondernemersfondsen Geachte leden van de gemeenteraad, Voorstel 1. Te besluiten de Ondernemersfondsen

Nadere informatie

ONDERWERP Huisvestingsverordening Zuid-Kennemerland/IJmond: Heemstede 2017

ONDERWERP Huisvestingsverordening Zuid-Kennemerland/IJmond: Heemstede 2017 ONDERWERP Huisvestingsverordening Zuid-Kennemerland/IJmond: 2017 SAMENVATTING De Huisvestingsverordening Zuid-Kennemerland/IJmond: 2015 stelt regels voor rechtvaardige en evenredige verdeling van schaarse

Nadere informatie

Huisvesting en begeleiding vergunninghouders 2016

Huisvesting en begeleiding vergunninghouders 2016 Openbaar Onderwerp Huisvesting en begeleiding vergunninghouders 2016 Programma Zorg & Welzijn BW-nummer BW-01501 Portefeuillehouder B. Frings Samenvatting Dit voorstel regelt de subsidieverlening aan Vluchtelingenwerk

Nadere informatie

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Onderwerp: Registratienummer: 00533567 Op voorstel B&W d.d.: 23 december 2014 Datum vergadering: 10 maart 2015 Portefeuillehouder: Helm Verhees Rol gemeenteraad: Verklaring

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: KCJB97. Onderwerp: Vaststellen van de openbare besluitenlijst van 18 december 2012

Collegevoorstel. Zaaknummer: KCJB97. Onderwerp: Vaststellen van de openbare besluitenlijst van 18 december 2012 Onderwerp: Vaststellen van de openbare besluitenlijst van 18 december 2012 Collegevoorstel Zaaknummer: KCJB97 Feitelijke informatie Vaststellen van de openbare besluitenlijst van 18 december 2012. Voorgenomen

Nadere informatie

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Zaaknummer: OLOGyd02. beslissing op bezwaarschrift C.H. Verbunt

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Zaaknummer: OLOGyd02. beslissing op bezwaarschrift C.H. Verbunt Zaaknummer: OLOGyd02 Onderwerp beslissing op bezwaarschrift C.H. Verbunt Collegevoorstel Inleiding Op 3 januari 2010 heeft dhr. C.H. Verbunt bezwaar gemaakt tegen de weigering van een kapvergunning, gedateerd

Nadere informatie

beslissing op bezwaar tegen weigeren Herziene ontheffing ex artikel 87 RVV

beslissing op bezwaar tegen weigeren Herziene ontheffing ex artikel 87 RVV Collegevoorstel Inleiding Op 4 april 2012 is besloten de heer Van Delft geen ontheffing te verlenen om een tweede auto voor zijn oprit naast De Akker 44, die dan op openbare (gemeente)grond komt te staan,

Nadere informatie