4. Subsidieprogramma's Welzijn/Zorg en Toerisme en Recreatie 2017 (adviserend) (Portefeuillehouder: de heer J. Huijsmans, info:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "4. Subsidieprogramma's Welzijn/Zorg en Toerisme en Recreatie 2017 (adviserend) (Portefeuillehouder: de heer J. Huijsmans, info:"

Transcriptie

1 COMMISSIE BURGERS AGENDA Datum : 10 oktober 2016 Tijd : uur Locatie : Raadzaal U vindt de stukken digitaal op raad.asten.nl vanaf 30 september Nr. 0. Opening 1. Vaststellen agenda 2. Besluitenlijst van de vergadering van 12 september Ingekomen stukken, gericht aan de raad - 4. Subsidieprogramma's Welzijn/Zorg en Toerisme en Recreatie 2017 (adviserend) (Portefeuillehouder: de heer J. Huijsmans, info: m.manders@asten.nl) 5. Gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten (adviserend) (Portefeuillehouder: de heer J. Huijsmans, info: p.vandekruijs@asten.nl) 6. Informatief overleg met de bestuurder over lopende belangrijke processen en projecten, o.a. verbonden partijen: (GGD, Peel 6.1, Atlant) 7. Stukken ter kennisneming aan de commissie: a. Memo monitoring tarieven Schop (toezegging ); (Portefeuillehouder: de heer J. van Bussel, info: g.lomans@asten.nl) b. Rapport Volksgezondheid Toekomst Verkenning gezondheid verbindt in de gemeente Asten, GGD ; (Portefeuillehouder: de heer J. Huijsmans, info: j.vandenbogaart@asten.nl c. Rapport Veehouderij en gezondheid omwonenden, RIVM ; (Portefeuillehouder: de heer J. Huijsmans, info: jori.meulendijks@asten.nl d. Lijst van toezeggingen 8. Rondvraag en sluiting

2 concept COMMISSIE BURGERS BESLUITENLIJST van de openbare vergadering van de commissie Burgers 12 september 2016 in het gemeentehuis. Geluidsfragmenten van de vergadering zijn per agendapunt terug te luisteren op raad.asten.nl. Aanwezig: De voorzitter M.H.J. Vankan De leden per fractie Algemeen belang (AB) F.C. van Helmond CDA J.P.E. Bankers Leefbaar Asten (LA) P.A.J.M. Berkers-Coolen, I.A.A.M. Berkers (v.a. ag.pt. 4) PGA/PvdA N. Hagelaar-Koppens, L.J. Drost D66-HvA A.J. Koopman, G.M. Koomen Driessen VVD A.W. van Egmond, J. Bazuin De genodigden Wethouder J.C.M. Huijsmans (JH) Ambtelijke ondersteuning P. van de Kruijs, L. Pouwels (GGD) De griffier M.B.W. van Erp-Sonnemans m.k.a. A.M.H. Urlings Nr. Onderwerp Spreekrecht Besluit Hiervan is geen gebruik gemaakt. 1. Vaststellen agenda Vastgesteld cf. voorstel. De omvraag begint bij de fractie CDA. 2. Besluitenlijst van de openbare vergadering van 13 juni Ingekomen stukken gericht aan de raad a t/m f a. Brief van , Vereniging van Openbare Bibliotheken: Verzoek om het KinderManifest mee te laten wegen in de gemeentelijke democratie; b. Brief van , Stichting Verenigde Bonden Overleg Brabant (VBOB): Gevolgen uitspraken Centrale Raad van Beroep van 18 mei 2016 en Raadsinformatiebrief Gevolgen uitspraak CRvB HO Peel 6.1; c. Brief van , Vereniging van Nederlandse Gemeenten: Model Algemene subsidieverordening update zomer 2016; d. Brief van , Vereniging van Nederlandse Gemeenten: Informatie over besluit kabinet om 60 miljoen Ongewijzigd vastgesteld. Cf. voorstel voor kennisgeving aangenomen. Aan de orde gesteld: a. PGA/PvdA c. D66-HvA; reactie JH d. LA, PGA/PvdA; reactie JH

3 concept Burgers d.d. 12 september 2016 euro beschikbaar te stellen voor peuteropvang. e. Brief van , PlatOO: Jaarverslag 2015; f. Brief van , GGD: vastgestelde programmabegroting 2017 en 2 e begrotingswijziging Cliëntervaringsonderzoek WMO en Jeugdzorg (informerend, incl. presentatie) (Ph. J. Huijsmans, info: p.baudoin@asten.nl) 5. Rapportage 1 e halfjaar 2016 zorg en ondersteuning (informerend) (Ph: J. Huijsmans, info: p.baudoin@asten.nl) 6. Informatief overleg met de bestuurder over lopende belangrijke processen en projecten, o.a. verbonden partijen: (GGD, Peel 6.1, Atlant). 7. Stukken ter kennisneming aan de commissie a. Memo Jaarverslag kinderopvang 2015; (Ph: J. Huijsmans, info: m.manders@asten.nl) b. Memo bijdragen basisscholen aan cultuureducatie (toezegging ) (Ph: J. Huijsmans, info: s.hendriks@asten.nl) c. Memo Evaluatienota Tegenprestatie Participatiewet (toezegging ); (Ph: J. Huijsmans, info: d.vandijck@asten.nl) d. Memo Stand van zaken taakstelling statushouders (Ph: J. Huijsmans, info: p.baudoin@asten.nl) e. Lijst van toezeggingen en dynamische termijnkalender. e. LA; reactie JH Presentatie is gegeven door mw. L. Pouwels van de GGD. Vragen zijn beantwoord. De commissie is voldoende geïnformeerd. De commissie neemt kennis van de rapportage, met o.a. de volgende opmerkingen - Zorgen over kostenbeheersing jeugd - Analyse verschillen t.o.v. andere gemeenten - Inzicht in verbeteracties - Toelichting op afkortingen en begrippen De commissie is voldoende geïnformeerd. Aan de orde is gesteld: - Peelsamenwerking (JH) - Start Werkbedrijf (JH) - vraag Toekomstvisie Peelcolleges (VVD); reactie JH Cf. voorstel voor kennisgeving aangenomen. Aan de orde gesteld: c. CDA, LA, PGA/PvdA, VVD; reactie JH d. D66-HvA, PGA/PvdA; reactie JH* 8. Rondvraag Aan de orde is gesteld: - Draaiboek opvang verwarde mensen (LA); reactie JH Einde vergadering 21:55 uur. Toezegging *7d De cie wordt geïnformeerd over noodzaak omgevingsvergunning tbv taakstelling statushouders PH Afd Afdoening JH R&O Griffier, mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans 2/2

4 RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: AST/2016/ COMMISSIE Burgers op 10 oktober 2016 Onderwerp: Subsidieprogramma's Welzijn/Zorg en Toerisme en Recreatie 2017 Bijlage(n): Vergadering van: 1 8 november 2016 AGENDANUMMER: 4 Agendanummer: JH p.h.: de raad van de gemeente Asten Samenvatting Hierbij treft u de subsidieprogramma s Welzijn/Zorg en Toerisme en Recreatie 2017 aan. In de programma s zijn de vrijwilligers- en professionele organisaties opgenomen op het gebied van Welzijn/Zorg en Toerisme en Recreatie die in 2017 subsidie ontvangen. De subsidie wordt verleend op voorwaarde dat de gemeenteraad daarvoor de benodigde financiële middelen beschikbaar stelt bij de vaststelling van de gemeentebegroting op 8 november Beslispunten Instemmen met de inhoud van de subsidieprogramma s Welzijn/Zorg en Toerisme en Recreatie Inleiding Subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017 In dit programma wordt het subsidiebeleid voor het komende begrotingsjaar nader uitgewerkt. Het gaat daarbij om de toekenning van structurele, jaarlijks terugkerende doelgroep- en participatiesubsidie voor vrijwilligersorganisaties en budgetsubsidie voor professionele organisaties op het terrein van welzijn en zorg. Subsidieprogramma Toerisme en Recreatie 2017 In dit programma is subsidie opgenomen voor de organisaties die activiteiten ontplooien op het gebied van toerisme en recreatie. Wat willen we bereiken De gemeente Asten heeft voor het subsidiebeleid onderstaande algemene doelstelling geformuleerd: De gemeente streeft naar een leefbare, veilige gemeente met een basisniveau van voorzieningen waarin voldoende ruimte is voor opvang, ontplooiing, ontmoeting en ontspanning. Uitgangspunt is een hoge mate van eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid van burgers. De organisaties die worden gesubsidieerd vormen samen het aanbod en dragen actief bij aan het behouden en versterken van de sociale cohesie. Hun activiteiten zijn gericht op preventie, zelfredzaamheid en participatie van inwoners van Asten, zodat iedereen kan meedoen aan de samenleving *

5 2/3 Inspraak/zienswijzen Conform de gemeentelijke inspraakverordening zijn de conceptsubsidieprogramma s aan de in het programma opgenomen organisaties en aan de Astense bevolking voorgelegd. Zij hebben de mogelijkheid gehad om gedurende een termijn van zes weken zienswijzen in te dienen. Stichting de Zorgboog heeft een zienswijze ingediend ten aanzien van het subsidieprogramma Welzijn/Zorg Dit heeft geresulteerd in een aanpassing van het subsidiebedrag. Risico s n.v.t. Wat mag het kosten De financiële consequenties van de subsidieprogramma s Welzijn/Zorg en Toerisme en Recreatie 2017 zijn inmiddels in de ontwerpbegroting 2017 opgenomen. Subsidie wordt pas daadwerkelijk verstrekt als de gemeenteraad instemt met de ontwerpbegroting In de subsidielijst 2017 van het subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017 zijn de concrete subsidiebedragen vermeld die aan de organisaties worden toegekend. Nadat de gemeentebegroting 2017 door de raad is vastgesteld zullen de in het programma opgenomen organisaties formeel in kennis worden gesteld van de toekenning van de subsidie Organisaties hebben vervolgens de mogelijkheid om bezwaar in te dienen. Afhankelijk van de soort subsidie wordt het bedrag in 2017 als voorschot in zijn geheel of in termijnen uitbetaald. Bijlage(n)/ter inzage (incl. AST-nr) 2016/1340 Subsidieprogramma Welzijn/Zorg /12172 Subsidieprogramma Toerisme en Recreatie /16098 Zienswijze Stichting de Zorgboog 2016/16642 Erratum subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017 m.manders@asten.nl

6 RAADSBESLUIT Onderwerp: Dagtekening: Agendanummer: Subsidieprogramma's Welzijn/Zorg en Toerisme en Recreatie november De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 september 2016 met zaaknummer AST/2016/014598; gehoord het advies van de commissie Burgers van 10 oktober 2016; besluit: in te stemmen met de inhoud van de subsidieprogramma s Welzijn/Zorg en Toerisme en Recreatie Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten van 8 november De raad voornoemd, griffier, mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans voorzitter, mr. H.G. Vos

7 Subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017

8 Titel: Subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017 Versie: 2016/1340 Datum: 28 juni 2016 Auteur(s): Marion Manders - 1 -

9 Inleiding Met ingang van 2017 zou een nieuwe vierjarige subsidieperiode starten met daaraan gekoppeld nieuw beleid. Het ontwikkelen van dit nieuwe beleid kost tijd en dient zorgvuldig te gebeuren. In verband hiermee is besloten om 2017 aan te merken als overgangsjaar. Dit betekent dat voor 2017 dezelfde procedure geldt als voor De financiële afspraken blijven hetzelfde, mits de gemeenteraad akkoord gaat met de begroting en het subsidieprogramma Naar verwachting wordt het nieuwe subsidiebeleid eind 2016 door de gemeenteraad vastgesteld. Dit beleid heeft betrekking op de subsidieperiode 2018 t/m Doelstelling subsidiebeleid Welzijn en Zorg Het subsidiebeleid is gebaseerd op de Wet maatschappelijke ondersteuning en is erop gericht om de kwetsbare burgers zoveel mogelijk te ontzien, meedoen van iedere burger mogelijk te maken en de sociale cohesie te behouden en te versterken. De gemeente Asten heeft voor het subsidiebeleid de volgende algemene doelstelling geformuleerd: De gemeente streeft naar een leefbare, veilige gemeente met een basisniveau van voorzieningen waarin voldoende ruimte is voor opvang, ontplooiing, ontmoeting en ontspanning. Uitgangspunt is een hoge mate van eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid van burgers. De organisaties die worden gesubsidieerd vormen samen het aanbod en dragen actief bij aan het behouden en versterken van de sociale cohesie. Hun activiteiten zijn gericht op preventie, zelfredzaamheid en participatie van inwoners van Asten, zodat iedereen kan meedoen aan de samenleving. Subsidievormen De gemeente Asten kent de onderstaande subsidievormen. Een definitie van de subsidies is te vinden in de subsidielijst (pagina 5). Eenmalig Activiteitensubsidie Deskundigheidsbevorderings- /kadervormingssubsidie Projectsubsidie Wmo Structureel Budgetsubsidie Doelgroepsubsidie Participatiesubsidie Accommodatiesubsidie Subsidieplafond De gemeenteraad is bevoegd om voor bepaalde subsidievormen jaarlijks een maximaal bedrag (subsidieplafond) vast te stellen. Voor 2017 wordt voor de eenmalige subsidies onderstaand subsidieplafond vastgesteld. Eenmalige subsidies Beschikbaar in 2017 Activiteitensubsidie ,= Deskundigheidsbevorderings- /kadervormingssubsidie ,= Projectsubsidie Wmo ,= - 2 -

10 Bezuinigingen Met ingang van 2014 zijn bezuinigingsmaatregelen genomen die een periode van 4 jaar bestrijken (2014 t/m 2017). In onderstaand overzicht is het percentage opgenomen waarmee de subsidies zijn verlaagd. Budgetsubsidie: De korting varieert van 2,5% tot 4% per jaar van het subsidiebedrag 2013, gedurende 4 achtereenvolgende jaren. Tenzij een ander percentage met de organisatie is afgesproken. Doelgroepsubsidie: De korting bedraagt 4% per jaar, van het subsidiebedrag Participatiesubsidie: 2013, gedurende 4 achtereenvolgende jaren. Als het normbedrag van de participatiesubsidie is afgeleid van de voormalige erkenningssubsidie dan wordt een korting toegepast van 4% per jaar van het subsidiebedrag 2013, gedurende 4 achtereenvolgende jaren. Accommodatiesubsidie: De korting varieert van 2,5% voor professionele organisaties tot 4% per jaar voor vrijwilligersorganisaties van het subsidiebedrag of -percentage 2013, gedurende 4 achtereenvolgende jaren. Het doorvoeren van bovenstaande kortingen heeft geleid tot onderstaande bezuinigingsbedragen: Jaar Bezuinigingsbedrag ,= ,= ,= ,= De organisaties zijn in 2013 geïnformeerd over de bezuinigingen. In de afgelopen jaren zijn er geen signalen ontvangen dat organisaties door de bezuinigingen in de problemen zijn gekomen. Als voorbereiding op het nieuwe beleid is onlangs het oude beleid middels een enquête geëvalueerd. Organisaties geven aan dat ze als gevolg van de bezuinigingen hebben ingeteerd op hun vermogen, minder of goedkopere activiteiten aanbieden en de contributie hebben verhoogd. Uitvoeringsovereenkomsten budgetsubsidie worden in 2017 vervangen door een subsidiebeschikking Op grond van de Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2013 zijn met verschillende professionele organisaties, die een structurele subsidie ontvangen, uitvoeringsovereenkomsten afgesloten. Deze uitvoeringsovereenkomsten hebben een looptijd van 3 jaar en lopen van 2014 tot en met Dit zou betekenen dat met ingang van het subsidiejaar 2017 nieuwe uitvoeringsovereenkomsten afgesloten dienen te worden tussen de gemeente en de professionele organisaties. In de praktijk is gebleken dat de uitvoeringsovereenkomst niet heeft voldaan aan de verwachtingen. Niet met iedere professionele organisatie was het mogelijk om een uitvoeringsovereenkomst af te sluiten, omdat er al andere afspraken waren gemaakt; De uitvoeringsovereenkomst had geen toegevoegde waarde voor de subsidieverlening en subsidieverantwoording; Er werden ook budgetsubsidies verleend met een laag bedrag, waarbij het niet proportioneel was om daarvoor een uitvoeringovereenkomst af te sluiten; - 3 -

11 De uitvoeringsovereenkomst neigde naar een overheidsopdracht in de zin van de Aanbestedingswet. Dit maakte de uitvoeringovereenkomst kwetsbaar. Op grond van bovenstaande zal in het overgangsjaar 2017 worden afgeweken van de subsidieverordening en een subsidiebeschikking worden afgegeven. Accountantsverklaring in 2017 Artikel 11 lid 3 van de Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2013 stelt dat alle professionele organisaties die een structurele subsidie ontvangen van meer dan ,= een accountantsverklaring dienen te overleggen. De afgelopen subsidieperiode ontving de gemeente van enkele professionele organisaties vragen over de accountantsverklaring en daarmee gepaard gaande kosten. Gevraagd werd of de accountsverklaring vervangen mocht worden door een samenstellingsverklaring. Gezien de omvang van de verstrekte subsidies en eventuele risico s die dit met zich mee kan brengen dienen de professionele organisaties, met een subsidie van meer dan ,=, ook in 2017 een accountantsverklaring te overleggen. Subsidiëring professionele organisaties De subsidie aan professionele welzijnsorganisaties is in 2016 toegekend in de vorm van basissubsidies en éénmalige contractsubsidies. Voor 2017 vervalt dit onderscheid en wordt de subsidie verstrekt op basis van de subsidieaanvraag, voorzien van een financiële specificatie aangaande de uit te voeren activiteiten. Dit laat onverlet dat, zoals eerder is aangekondigd, aan het einde van het subsidiejaar 2017 een evaluatie zal plaatsvinden over onder meer de inzet van de professionele welzijnsorganisaties in het sociaal domein over de jaren 2015 tot en met Deze evaluatie heeft mogelijk (financiële) gevolgen voor het subsidiejaar 2018 en volgende jaren. Insteek hierbij is om bij de specificatie van de subsidiebeschikking uit te gaan van structurele meerjarensubsidies en maatwerksubsidies die jaarlijks worden bezien. Indexering Als gevolg van de financiële situatie, waarin de gemeente Asten verkeert, wordt voor het begrotingsjaar 2017 door de gemeente een indexcijfer gehanteerd van 0,0%. Dit percentage geldt voor alle gesubsidieerde organisaties. Een uitzondering wordt alleen gemaakt voor professionele organisaties: waarmee met de gemeente contractuele andere afspraken zijn gemaakt. die te maken hebben met autonome kostenstijgingen die zijn ontstaan door CAO verplichtingen. Voor 2017 geldt een indexcijfer van 1,75%. Subsidielijst In de subsidielijst zijn de normen en subsidietreden opgenomen op basis waarvan subsidie wordt verleend. Daarnaast is per organisatie het subsidiebedrag voor 2017 opgenomen. De verschillende subsidievormen zijn afzonderlijk in een overzicht opgenomen

12 Nieuwe en vervallen aanvragen/toelichting Nieuwe aanvragen Voor 2017 zijn geen nieuwe subsidieaanvragen ingediend. Vervallen aanvragen Elektronica Workshop Asten In verband met de afname van het aantal jeugdleden is voor Elektronica Workshop Asten de grondslag voor het ontvangen van subsidie vervallen. Volleybalvereniging ASC Via de intergemeentelijke sportsubsidieregeling bracht de gemeente Someren een bedrag in rekening dat gebaseerd was op het aantal jeugdleden uit Asten. Volleybalvereniging ASC ontvangt geen subsidie meer van de gemeente Someren, omdat er onvoldoende jeugdleden zijn. Hiermee is ook de betaling via de intergemeentelijke sportsubsidieregeling vervallen. Dansstudio Starlights Dansstudio Starlights heeft haar activiteiten met ingang van 1 juli 2016 beëindigd. De reden hiervoor is dat er onvoldoende vrijwilligers zijn om het kader te vormen. GGD en GGZ Om het subsidieprogramma helder en transparant te houden zijn de bedragen die jaarlijks aan de GGD en GGZ worden uitbetaald niet meer opgenomen. De GGD krijgt namelijk een bedrag op basis van een gemeenschappelijke regeling. Het bedrag voor de GGZ wordt uitbetaald op basis van een bestuurlijke overeenkomst. Toelichting Peuterspeelzaal Pinkeltje Vanuit de kabinetsvisie Een betere basis voor peuters zijn er diverse veranderingen in gang gezet in de kinderopvang- en peuterspeelzaalbranche. Het doel is harmonisatie: verschillen tussen peuterspeelzalen en kinderopvang wegnemen en zorgen voor een betere afstemming met onderwijs. De harmonisatie berust op één kwaliteitskader en op één financieringsstructuur. De harmonisatie van kinderopvang en peuterspeelzaalwerk moet per 1 januari 2018 een feit zijn. In de gemeente Asten is de harmonisatie van één kwaliteitskader reeds afgerond. De harmonisatie van één financieringsstructuur bij Stichting Peuterspeelzaal Pinkeltje dient nog plaats te vinden. Met Stichting Peuterspeelzaal Pinkeltje is afgesproken dat de stichting uiterlijk 1 augustus 2017 overstapt op de nieuwe financieringsstructuur in het kader van de harmonisatie. De invoering van de nieuwe financieringsstructuur heeft invloed op de hoogte van het subsidiebedrag. Bibliotheek In de door de raad vastgestelde visie op de invulling van de lokale bibliotheekfunctie Asten is aan de bibliotheek de opdracht meegegeven om door middel van vernieuwing en vermaatschappelijking de subsidieafhankelijkheid te verminderen tot een bedrag van ,= in Dit bedrag is exclusief indexering en inclusief de doorberekening van de bedragen uit het gemeentefonds. Dorpsraden Heusden en Ommel Met ingang van 2017 wordt de subsidie voor de dorpsraden structureel verhoogd naar 3.500,=. Reden hiervoor is dat de kosten voor het functioneren van de dorpsraden stijgen, doordat hun rol steeds meer betekenis krijgt. De dorpsraden vormen een brug tussen de inwoners van Heusden en Ommel en de gemeente

13 Subsidielijst programma 2017 In de subsidielijst zijn de structurele (jaarlijks terugkerende) subsidies opgenomen die aan vrijwilligers- en professionele organisaties worden toegekend. Voor het daadwerkelijk verstrekken van deze subsidiebedragen geldt het voorbehoud dat de raad bij de vaststelling van de gemeentebegroting 2017 de daarvoor benodigde financiële middelen beschikbaar stelt. Na vaststelling van het subsidieprogramma door de raad wordt aan de organisaties die in de subsidielijst zijn opgenomen, uiterlijk in december 2016 een subsidiebeschikking toegezonden. Vrijwilligersorganisaties kunnen in aanmerking komen voor een structurele doelgroep-, participatie- of accommodatiesubsidie. Het is mogelijk dat een organisatie voor zowel doelgroep- als accommodatiesubsidie in aanmerking komt. Organisaties zonder leden krijgen een vaste bijdrage. Organisaties met actieve Astense (jeugd) leden ontvangen subsidie op basis van een subsidietrede. Op de subsidietreden wordt met ingang van 2014, gedurende vier jaar, een korting van 4% toegepast. In de opbouw van de subsidietreden zijn geen wijzigingen doorgevoerd

14 Doelgroepsubsidie De doelgroepsubsidie is een structurele subsidie bestemd voor vrijwilligersorganisaties die activiteiten ontplooien ten behoeve van de doelgroepen: jeugd en jongeren (t/m 18 jaar) mensen met beperkingen mensen in een achterstandssituatie kwetsbare ouderen Op het gebied van: verkeer en vervoer sport cultuureducatie en amateurkunst natuur en milieu maatschappelijke participatie en leefbaarheid educatie en onderwijs Doelgroep: jeugd en jongeren Verkeer en vervoer Vaste bijdrage voor organisatie zonder leden Subsidie 2016 Subsidie Sport Astense jeugdleden Aantal Subsidie 2016 Subsidie en meer Cultuureducatie en amateurkunst Zang, dans- en toneelverenigingen Astense jeugdleden Aantal Subsidie 2016 Subsidie en meer

15 Muziekverenigingen Astense jeugdleden Aantal Subsidie 2016 Subsidie en meer Natuur en milieu Astense jeugdleden Aantal Subsidie 2016 Subsidie en meer Maatschappelijke participatie en leefbaarheid Vaste bijdrage voor organisatie zonder leden Subsidie 2016 Subsidie Jeugd- en jongerenwerk (niet-professioneel) Astense jeugdleden Aantal Subsidie 2016 Subsidie en meer Sinterklaascomité s Een bijdrage wordt verstrekt op basis van het aantal kinderen jonger dan 7 jaar in het werkgebied. Werkgebied Subsidie 2016 Subsidie 2017 < 125 kinderen > 125 kinderen > 500 kinderen

16 Oranjecomité s Een bijdrage wordt verstrekt op basis van het aantal basisschoolleerlingen in het werkgebied. Werkgebied Subsidie 2016 Subsidie 2017 < 250 leerlingen > 250 leerlingen > leerlingen Educatie en onderwijs Astense jeugdleden Aantal Subsidie 2016 Subsidie Doelgroep: mensen met beperkingen, mensen in een achterstandssituatie en kwetsbare ouderen Voor de beleidsterreinen sport en maatschappelijke participatie en leefbaarheid is de vaste bijdrage als volgt: Vaste bijdrage Subsidie 2016 Subsidie

17 Participatiesubsidie De participatiesubsidie is een structurele subsidie, bestemd voor vrijwilligersorganisaties waarvan de activiteiten voldoen aan de volgende criteria: 1. Het leveren van een bijdrage aan de objectieve en subjectieve veiligheid en leefbaarheid in het dorp of de wijk. 2. Een toename van het aantal Astense burgers dat van algemene voorzieningen Wmo gebruik maakt die zijn bedoeld om de zelfredzaamheid en participatie te bevorderen. 3. Een ondersteuningsaanbod met een vangnetfunctie gericht op versterking van de zelfredzaamheid en participatie en verbreding van het sociale netwerk. 4. Het in kaart brengen van de persoonlijke behoefte aan maatschappelijke ondersteuning en het bieden van voorlichting, informatie en advies en hulp vanuit de maatschappelijke accommodatie of bij de burger aan de keukentafel. 5. Het behoud van het aantal mensen dat vrijwilligerswerk doet; het leveren van een bijdrage aan de toename van het aantal vrijwilligers en specifiek van jonge vrijwilligers. Een organisatie zonder leden ontvangt een vaste bijdrage. Organisaties met leden ontvangen subsidie op basis van het aantal actieve Astense leden volgens onderstaande overzichten: Vaste bijdrage voor organisatie zonder leden Subsidie 2016 Subsidie Astense leden Aantal Subsidie 2016 Subsidie en meer Budgetsubsidie De budgetsubsidie is een structurele subsidie voor activiteiten van organisaties die een rechtspersoon zijn (zoals stichtingen, verenigingen en corporaties) en één of meerdere beroepskrachten in dienst hebben. Deze subsidie wordt verleend onder voorwaarde dat een convenant en/of uitvoeringsovereenkomst tot stand komt. In deze overeenkomst wordt het maatschappelijke effect benoemd en staan de diensten en producten die daarvoor moeten worden geleverd beschreven

18 Accommodatiesubsidie Een accommodatiesubsidie is een structurele subsidie aan vrijwilligersorganisaties en professionele organisaties als tegemoetkoming in door het college goedgekeurde kosten van accommodaties en sportvelden in eigendom van de gemeente. De kosten worden bepaald op basis van een rekenmodel voor een kostprijsdekkende huur. Of een structurele subsidie voor de kosten van professioneel beheer en exploitatie van een maatschappelijk knooppunt waarin de gemeente participeert in het kader van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning), indien die accommodatie niet of niet volledig in eigendom van de gemeente is. De gebruiksvergoedingen voor de buitensportaccommodaties zijn met ingang van 2014 gewijzigd van een vergoeding per m² naar een vergoeding per veld. De vergoeding bedraagt in ,= per veld. Eenmalige subsidie Subsidie voor eenmalige activiteiten of projecten. Er zijn drie vormen, namelijk: Activiteitensubsidie: Subsidie - op basis van cofinanciering - voor vernieuwende en/of experimentele, nietkostendekkende, activiteiten bestemd voor vrijwilligersorganisaties die activiteiten ontplooien, niet behorend tot het reguliere takenpakket, voor: het opstarten van nieuwe activiteiten; het uitbreiden van het activiteitenpakket; het incidenteel ontplooien van (gezamenlijke) activiteiten voor één of meerdere doelgroepen (jeugd, mensen met beperkingen, mensen in een achterstandssituatie en kwetsbare ouderen); het uitvoeren van specifieke activiteiten in het kader van festiviteiten, jubilea of bijzondere gebeurtenissen; het organiseren van niet-jaarlijks terugkerende optredens, uitvoeringen en evenementen. Deskundigheidsbevorderings-/kadervormingssubsidie: Subsidie bestemd voor vrijwilligersorganisaties die activiteiten ontplooien voor scholing, deskundigheidsbevordering/kadervorming, werving, begeleiding en vergrotin van de ontplooiingsmogelijkheden van vrijwilligers. Projectsubsidie Wmo: Subsidie - op basis van cofinanciering - bestemd voor vrijwilligersorganisaties en professionele organisaties die activiteiten ontplooien gericht op het realiseren van gemeentelijke Wmo-beleidsdoelen en waarvoor het college slechts voor een van tevoren bepaalde tijd van maximaal vier jaar subsidie verstrekt. De periode van maximaal vier jaar loopt synchroon met de periode van het meerjaren subsidieprogramma

19 Vrijwilligersorganisatie Doelgroepsubsidie Subsidie 2017 Verkeer en vervoer Veilig Verkeer Nederland, Asten/Heusden/Ommel vaste bijdrage Sport Voetbalvereniging NWC bijdrage op basis van 518 Astense jeugdleden Sportvereniging ONDO bijdrage op basis van 169 Astense jeugdleden Voetbalvereniging Olympia Boys bijdrage op basis van 71 Astense jeugdleden 945 Korfbalvereniging Klimop bijdrage op basis van 67 Astense jeugdleden 756 Korfbalvereniging DOS bijdrage op basis van 65 Astense jeugdleden 756 Korfbalvereniging Olympia bijdrage op basis van 30 Astense jeugdleden 567 Tennisvereniging De Meijvink bijdrage op basis van 63 Astense jeugdleden 756 Tennisvereniging t Root bijdrage op basis van 85 Astense jeugdleden 945 Tafeltennisvereniging ATTV bijdrage op basis van 11 Astense jeugdleden 567 Handbalvereniging Niobe bijdrage op basis van 26 Astense jeugdleden 567 Hockeyclub HCAS bijdrage op basis van 266 Astense en 96 Somerense jeugdleden Schaakvereniging de Combinatie bijdrage op basis van 10 Astense jeugdleden 567 Turnclub de Molenwiek bijdrage op basis van 121 Astense jeugdleden 1.323

20 Vrijwilligersorganisatie Doelgroepsubsidie Subsidie 2017 Cultuureducatie en amateurkunst Jongerenzanggroep Nota Feliz bijdrage op basis van 19 Astense jeugdleden 567 Muziekvereniging Jong Nederland Muziekvereniging Sancta Maria Harmonie Sint Antonius bijdrage op basis van 77 Astense jeugdleden en op basis van verdeelsleutel Hafa (35% x ,=) bijdrage op basis van 26 Astense jeugdleden en op basis van verdeelsleutel Hafa (6½% x ,=) bijdrage op basis van 106 Astense jeugdleden en op basis van verdeelsleutel Hafa (24½% x ,=) Harmonie Sint Cecilia bijdrage op basis van 79 Astense jeugdleden en op basis van verdeelsleutel Hafa (34% x ,=) Toneelvereniging Onderling Kunstgenot bijdrage op basis van 17 Astense jeugdleden 567 Natuur en milieu IVN Asten/Someren bijdrage op basis van 12 Astense jeugdleden 567 Maatschappelijke participatie en leefbaarheid Oranjecomité Asten bijdrage op basis van werkgebied > basisschoolleerlingen Oranjecomité Heusden bijdrage op basis van werkgebied < 250 basisschoolleerlingen 756 Oranjecomité Ommel bijdrage op basis van werkgebied < 250 basisschoolleerlingen 756 Stichting Intocht St. Nicolaas Asten bijdrage op basis van werkgebied > 500 kinderen jonger dan 7 jaar 341 Stichting Sint Nicolaas Heusden bijdrage op basis van werkgebied > 125 kinderen jonger dan 7 jaar 189

21 Vrijwilligersorganisatie Doelgroepsubsidie Subsidie 2017 Maatschappelijke participatie en leefbaarheid Scouting Asten bijdrage op basis van 108 Astense jeugdleden Jong Nederland Asten bijdrage op basis van 83 Astense jeugdleden Jong Nederland Heusden bijdrage op basis van 93 Astense jeugdleden Stichting Instuif Aangepast Sporten vaste bijdrage 945 Astense Gehandicapten Vereniging vaste bijdrage 945 Hartpatiëntenvereniging Hartentroef Asten-Someren vaste bijdrage 945 De Zonnebloem, afd. Asten vaste bijdrage 945 Marokkaanse Gemeenschap Asten vaste bijdrage 945 KansPlus Asten-Someren vaste bijdrage 945 Intergemeentelijke sportsubsidieregeling Subsidie 2017 Gemeente Someren Gemeente Someren Zwemvereniging de Punderman Aantal Astense leden ten opzichte van totaal aantal leden: 207/368 x ,= Atletiekvereniging t Jaspersport Aantal Astense leden 120 x 9,

22 Vrijwilligersorganisatie Participatiesubsidie Subsidie 2017 Dorpsraad Heusden Dorpsraad Ommel KBO Asten-Ommel KBO Heusden EHBO Asten participatiecriteria 1 t/m bijdrage op basis van gemaakte afspraken participatiecriteria 1 t/m bijdrage op basis van gemaakte afspraken participatiecriteria 1 t/m bijdrage op basis van Astense leden participatiecriteria 1 t/m bijdrage op basis van 412 Astense leden participatiecriteria 1 en bijdrage op basis van 102 Astense leden Heart Safe Regio De Houtbeitel participatiecriteria 1 en 4 vaste bijdrage participatiecriteria 2 en 3 vaste bijdrage Stichting Sport Toegankelijkheid & participatiecriteria 1 en 4 Gehandicaptenbeleid Stichting VAC Advies Commissie Wonen KansPlus (Avondschool Asten-Someren) bijdrage scholenproject Kruip in de huid van een ander participatiecriteria 1, 2 en 4 vaste bijdrage participatiecriteria 3 en 4 bijdrage op basis van gemaakte afspraken* *De activiteiten zijn met ingang van 2016 uitgevoerd door KansPlus. In verband hiermee is het subsidiebedrag overgeheveld van MEE naar Kansplus. Van 2014 t/m 2017 wordt het oorspronkelijke bedrag ( 985,=) met 10% gekort

23 Professionele organisatie Budgetsubsidie Subsidie 2017 Halt bijdrage voor preventie en bestrijding van veel voorkomende jeugdcriminaliteit bijdrage verkeerseducatie op basis van leerlingen Prodas bedrag per leerling 2017: 4,41 bedrag per school 2017: 441,= bijdrage verkeerseducatie op basis van 291 leerlingen PlatOO bedrag per leerling 2017: 4,41 bedrag per school 2017: 441,= Varendonck College bijdrage verkeerseducatie Bibliotheek Helmond-de Peel bijdrage in exploitatiekosten bibliotheek Asten bedrag is inclusief 1,75% index ( 3.938,=) Stichting Asten klinkt als een klok bijdrage in organisatie- en uitvoeringskosten Klokkendagen MEE* uitvoering cliëntondersteuning en consultatiefunctie in de Peelregio bedrag is inclusief 1,75% index ( 2.461,=) Algemeen Maatschappelijk Werk CJG coördinatie LEVgroep, Leven & Verbinden Opvoedondersteuning Meldpunt discriminatie Hulplijn Peelregio bedrag is inclusief index 1,75% ( 5.756,=) Slachtofferhulp Nederland, regio Zuidoost bijdrage in exploitatiekosten ORO/Aksent bijdrage in kosten van avondverzorging en activiteitencentrum voor mensen met beperkingen *MEE ontvangt naast de structurele subsidie, incidenteel op basis van een factuur een bijdrage voor: informele zorg, individuele trainingen aan burgers en trainingen aan vrijwilligers en professionals.

24 Professionele organisatie Budgetsubsidie Subsidie 2017 ONIS, organisatie voor welzijnsdiensten Peuterspeelzaal Pinkeltje De Zorgboog Jeugdgezondheidszorg basissubsidie (1,75% index) = Guido Asten coördinatie extra subsidie vluchtelingenwerk MAS gemeenten match mentor gemeenten wijkondersteuning Asten dorpsondersteuning Heusden buurtsportwerk maatjesproject bewindvoering mantelzorg bijdrage voor bieden van ontwikkelingsmogelijkheden, begeleiden en ondersteunen van 11 groepen van 15 peuters gedurende 2 dagdelen per week* bedrag is inclusief 1,75% index ( 2.520,=) uniform deel basistakenpakket jeugdgezondheidszorg voor 0-4 jarigen bedrag is inclusief 2% index ( 3.617,=) De Zorgboog Versterking lokale veld maatwerkdeel basistakenpakket jeugdgezondheidszorg *Pinkeltje ontvangt tot 1 augustus 2017 een subsidiebedrag van ,25 (zijnde : 12 x 7 maanden). Vanaf 1 augustus 2017 ontvangt Pinkeltje een aangepast subsidiebedrag. De hoogte van het subsidiebedrag is afhankelijk van de gemaakte afspraken tussen de gemeente en de stichting in het kader van de harmonisatie. Dit bedrag ligt nooit hoger dan het restant subsidiebedrag van ,75, eerder lager.

25 Organisatie Accommodatiesubsidie Subsidie 2017 Korfbalvereniging Klimop huur binnensportaccommodatie 37,8% van ,= Korfbalvereniging DOS huur binnensportaccommodatie 37,8% van 3.500,= Korfbalvereniging Olympia huur binnensportaccommodatie 37,8% van 5.000,= Tennisvereniging t Root huur binnensportaccommodatie 37,8% van ,= Tafeltennisvereniging ATTV huur binnensportaccommodatie 37,8% van 4.800,= Handbalvereniging Niobe huur binnensportaccommodatie 37,8% van ,= Gymclub de Molenwiek huur binnensportaccommodatie 37,8% van 8.000,= Hockeyclub HCAS huur binnensportaccommodatie 37,8% van 2.362,= 893, Jong Nederland Asten huisvestingskosten* Jong Nederland Heusden huisvestingskosten 840 Gemeenschapshuis Unitas beheer en exploitatiekosten *In afwachting van privatisering ontvangt Jong Nederland Asten t/m 2018 een subsidie in de huisvestingskosten. Van 2014 t/m 2017 zijn de percentages voor de vergoeding huur binnensportaccommodatie verlaagd met 4% (van 45%) per jaar. (2014: 43,2% : 41,4% : 39,6% : 37,8%).

26 Organisatie Door gemeente te ontvangen Subsidie 2017 Voetbalvereniging NWC gebruiksvergoeding buitensportaccommodatie op basis van 7,5 veld Sportvereniging ONDO gebruiksvergoeding buitensportaccommodatie op basis van 3 velden Voetbalvereniging Olympia Boys gebruiksvergoeding buitensportaccommodatie op basis van 1 veld Korfbalvereniging Klimop gebruiksvergoeding buitensportaccommodatie op basis van 3 velden Korfbalvereniging DOS gebruiksvergoeding buitensportaccommodatie op basis van 0,5 veld 673 Korfbalvereniging Olympia gebruiksvergoeding buitensportaccommodatie op basis van 0,5 veld 673 Hockeyvereniging HCAS gebruiksvergoeding buitensportaccommodatie op basis van 6 velden Gemeente Someren bijdrage in kosten van hockeyaccommodatie op basis van aantal Somerense leden: 96 x 10,= 960 Gemeente Someren bijdrage in onderhoudskosten hockeyaccommodatie vast bedrag 290 De gebruiksvergoedingen voor de buitensportaccommodaties zijn met ingang van 2014 gewijzigd van een vergoeding per m² naar een vergoeding per veld. De vergoeding bedraagt in ,= per veld. Dit bedrag wordt jaarlijks verhoogd met 145,=. Eenmalige subsidie Subsidie 2017 Activiteitensubsidie Subsidie deskundigheidsbevordering/kadervorming Projectsubsidie Wmo

27 Subsidieprogramma Toerisme 2017

28 Titel: Subsidieprogramma Toerisme 2017 Versie: AST/2016/ Datum: 28 juni 2016 Auteur(s): Hilde Derison-de Graaf

29 Subsidieprogramma voor Toerisme en Recreatie 2017 Met ingang van 2017 zou een nieuwe vierjarige subsidieperiode starten met daaraan gekoppeld nieuw beleid. Het ontwikkelen van dit nieuwe beleid kost tijd en dient zorgvuldig te gebeuren. In verband hiermee is besloten om 2017 aan te merken als overgangsjaar. Dit betekent dat voor 2017 dezelfde procedure geldt als voor De financiële afspraken blijven hetzelfde, mits de gemeenteraad akkoord gaat met de begroting en het subsidieprogramma Naar verwachting wordt het nieuwe subsidiebeleid eind 2016 door de gemeenteraad vastgesteld. Dit beleid heeft betrekking op de subsidieperiode 2018 tot en met Indexering Met ingang van 2014 zijn bezuinigingsmaatregelen genomen die een periode van 4 jaar bestrijken (2014 t/m 2017). Als gevolg van deze bezuinigingsmaatregelen wordt voor het begrotingsjaar 2017 door de gemeente een indexcijfer gehanteerd van 0,0%. Dit percentage geldt voor alle gesubsidieerde organisaties. Een uitzondering wordt alleen gemaakt voor professionele organisaties: waarmee de gemeente contractuele afspraken heeft gemaakt; die te maken hebben met autonome kostenstijgingen die zijn ontstaan door CAO verplichtingen. Voor 2017 geldt een indexcijfer van 1,75%. Het betreft hier de exploitatiebijdrages aan de stichting Gasten in Asten en de stichting Nationaal Klok & Peel Museum Asten. Subsidievormen De gemeente Asten kent de onderstaande subsidievormen. Eenmalig Activiteitensubsidie Deskundigheidsbevorderings- /kadervormingssubsidie Projectsubsidie Wmo Structureel Budgetsubsidie Doelgroepsubsidie Participatiesubsidie Accommodatiesubsidie Voor het subsidieprogramma Toerisme en recreatie is alleen de budgetsubsidie relevant. De budgetsubsidie is een structurele subsidie voor activiteiten van organisaties die een rechtspersoon zijn (zoals stichtingen, verenigingen en corporaties) en één of meerdere beroepskrachten in dienst hebben. Deze subsidie wordt verstrekt onder voorwaarde dat een convenant en/of (uitvoerings)overeenkomst tot stand komt. In deze overeenkomst wordt het maatschappelijke effect benoemd en staan de diensten en producten die daarvoor moeten worden geleverd beschreven.

30 Uitvoeringsovereenkomsten budgetsubsidie worden in 2017 vervangen door een subsidiebeschikking Op grond van de Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2013 zijn met verschillende professionele organisaties, die een structurele subsidie ontvangen, uitvoeringsovereenkomsten afgesloten. Deze uitvoeringsovereenkomsten hebben een looptijd van 3 jaar en lopen van 2014 tot en met Dit zou betekenen dat met ingang van het subsidiejaar 2017 nieuwe uitvoeringsovereenkomsten afgesloten dienen te worden tussen de gemeente en de professionele organisaties. In de praktijk is gebleken dat de uitvoeringsovereenkomst niet heeft voldaan aan de verwachtingen. Niet met iedere professionele organisatie was het mogelijk om een uitvoeringsovereenkomst af te sluiten, omdat er al andere afspraken waren gemaakt; De uitvoeringsovereenkomst geen toegevoegde waarde had voor de subsidieverlening en subsidieverantwoording; Er werden ook budgetsubsidies verleend met een laag bedrag waarbij het niet proportioneel was om daarvoor een uitvoeringsovereenkomst af te sluiten; De uitvoeringsovereenkomst neigde naar een overheidsopdracht in de zin van de Aanbestedingswet. Dit maakte de uitvoeringsovereenkomst kwetsbaar. Op grond van bovenstaande zal in het overgangsjaar 2017 worden afgeweken van de subsidieverordening en een subsidiebeschikking worden afgegeven. Accountantsverklaring in 2017 Artikel 11 lid van de Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2013 stelt dat alle professionele organisaties die een structurele subsidie ontvangen van meer dan ,00 een accountantsverklaring dienen te overleggen. De afgelopen subsidieperiode ontving de gemeente van enkele professionele organisaties vragen over de accountantsverklaring en daarmee gepaard gaande kosten. Gevraagd werd of de accountantsverklaring vervangen mocht worden door een samenstellingsverklaring. Gezien de omvang van de verstrekte subsidies en eventuele risico s die dit met zich mee kan brengen dienen de professionele organisaties, met een subsidie van meer dan ,00 ook in 2017 een accountantsverklaring te overleggen.

31 SUBSIDIELIJST 2017 In onderstaande subsidielijst zijn de structurele (jaarlijks terugkerende) subsidies vermeld die aan vrijwilligers- en professionele organisaties worden toegekend. Voor het daadwerkelijk verstrekken van deze subsidiebedragen geldt het voorbehoud dat de gemeenteraad bij de vaststelling van de gemeentebegroting 2017 de daarvoor benodigde financiële middelen beschikbaar stelt. Na vaststelling van het subsidieprogramma door de gemeenteraad wordt aan de organisaties die in de subsidielijst zijn opgenomen, uiterlijk in december 2016 een subsidiebeschikking toegezonden. Professionele organisatie Stichting Gasten in Asten/VVV Asten Stichting Gasten in Asten/VVV Asten Stichting Nationaal Klok & Peel Museum Asten Stichting Nationaal Klok & Peel Museum Asten Stichting Centrummanagement Asten Budgetsubsidie Bijdrage in exploitatiekosten alsmede bijdrage voor wervende en promotionele toeristischrecreatieve activiteiten. Bijdrage aan het creëren van samenwerking en eenduidigheid in de toeristisch-recreatieve sector en het stimuleren van toeristischrecreatieve projecten en initiatieven. Bijdrage in exploitatiekosten alsmede aanvullende exploitatiebijdrage voor doorgroei tot bovenregionaal museum met landelijke uitstraling in relatie tot tegenover museum gelegen knooppunt en recreatie op lokaal en regionaal niveau. Subsidie ,= ,= ,= 1 Bijdrage huisvestingskosten ,= Bijdrage aan de economische ontwikkeling van het centrum van de gemeente Asten ,=² 1. Subsidie is gebaseerd op de index + 1,75%. 2. Bijdrage aan St. Centrummanagement Asten (CMA) is een richtbedrag. Hoogte van de subsidie is, conform de overeenkomst met CMA, afhankelijk van de inkomsten uit reclamebelasting.

32 Erratum subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017 Participatiesubsidie Dorpsraad Heusden Voor het Dorpssteunpunt is een bedrag opgenomen van ,=. Dit bedrag is onderverdeeld in 3.220,= voor het organiseren van activiteiten en 7.800,= voor het contract van een ZZP er. Aangezien deze ZZP er inmiddels in dienst is bij ONIS, wordt de subsidie voor het Dorpssteunpunt verlaagd met 7.800,=. Accommodatiesubsidie Hockeyclub HCAS Deze organisatie is toegevoegd aan de lijst van accommodatiesubsidies, omdat HCAS recht heeft op subsidie voor het gebruik van een gemeentelijke binnensportaccommodatie. De hoogte van de subsidie verandert in de praktijk niet maar wordt enkel administratief aangepast. In het subsidieprogramma wordt onderstaand bedrag opgenomen: Hockeyclub HCAS huur binnensportaccommodatie 37,8% x 2.362,= 893,- Jong Nederland Asten Jong Nederland Asten ontvangt, in afwachting van privatisering van de accommodatie, uiterlijk t/m 2018 een accommodatiesubsidie van maximaal 7.500,=. Deze subsidie is toegevoegd. Bij de definitieve subsidievaststelling 2017 wordt de subsidie voor huisvestingskosten berekend op basis van de werkelijke uitgaven. Professionele organisatie De Zorgboog De Zorgboog heeft een zienswijze ingediend die heeft geresulteerd in onderstaande aanpassing van de subsidie en de benaming: Zorgboog Jeugdgezondheidszorg uniform deel basistakenpakket 0-4 jarigen ,= inclusief 2% index ( 3.617,=) Zorgboog Versterking lokale veld maatwerkdeel basistakenpakket ,= jeugdgezondheidszorg Afdeling Regie en Ontwikkeling Team Samenleving Marion Manders 1 september 2016

33 de Zorgboog JL GEMEENTE ASTEN Aan Gemeente Asten College van burgemeester en wethouders t.a.v. mr. W.M.A. Verberkt, secretaris Postbus AG ASTEN - 8 AUG 2016 nr.: Datum Onderwerp Reactie op concept subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017 Postbus AA Bakel K^K Eindhoven IBAN: NL58RABO Ons kenmerk HP.bh.U Bijlage(n) Geacht college van burgemeester en wethouders, Hierbij treft u onze reactie aan op het concept subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017, met zaaknummer AST/2016/ Onderdeel Jeugdgezondheidszorg Er is conform afspraak in de Peelregio voor de uitvoering van het Basisaanbod Preventie (BAP) JGZ 0-4 jarigen, door JGZ de Zorgboog een subsidiebedrag aangevraagd van ,- voor We lezen in de financiële overzichten bij professionele organisaties dat er een lager bedrag ( ,-) beschikbaar gesteld wordt. Overigens wordt daar melding gemaakt van de Zorgboog Kruiswerk. Dit is een verouderde benaming. Graag voortaan aanduiden als de Zorgboog Jeugdgezondheidszorg Tevens zien we een regel verder in diezelfde bijlage een bedrag staan "maatwerkdeel basistakenpakket" van 9.032,-. Wij vragen ons af waarop dat bedrag gebaseerd is. Wij hebben immers als JGZ de Zorgboog een aanvraag gedaan voor de uitvoering van de producten Versterking Lokale Veld (het vroegere maatwerk) van ,-. In dat bedrag zitten ook de kosten van de opvoedondersteuners ( ,-). We zien overigens wel uren opvoedondersteuning bij de LEVgroep apart opgenomen staan, maar verder bij geen enkele andere aanbieder van opvoedondersteuning in Asten. Graag willen^wj-^ërvfdfeljchting dan wel een aanpassing op bovenstaande passages in het document. Met vriendelijke groet Plagge, arts orzitter raad van bestuur Bezoekadres: Bestuursbureau, Paterslaan 42, 5701 NZ Helmond E: bestuurssecretariaat(azorgbooe.nl T:

34 de Zorgboog Port Betaald Port Payé Pays-Bas Postbus 16, 5760 AA Bakel y-}'.._.»c: 5 7'"" O M G S«C«

35 RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: AST/2016/ COMMISSIE Burgers op 10 oktober 2016 Onderwerp: Gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten 1 Bijlage(n): Vergadering van: 8 november 2016 AGENDANUMMER: 5 Agendanummer: JH p.h.: de raad van de gemeente Asten Samenvatting Op 23 februari 2016 hebben de colleges een opdracht gegeven tot het uitwerken van een Businesscase over de doorstart van de gezamenlijke uitvoering van de Wmo, Jeugd en BMS taken (bestuursopdracht). Dit heeft geleid tot het opstellen van een Businesscase. Op 17 mei 2016 hebben de colleges vervolgens ingestemd met deze Businesscase. Hieruit bleek namelijk dat de samenwerking tussen de vijf gemeenten in financiële, organisatorische en inhoudelijke zin haalbaar en reëel is. Opnieuw hebben de vijf colleges uitgesproken dat zij ook de intentie hebben om op andere taakvelden samen te werken. Vervolgens hebben alle colleges op 19 juli 2016 ingestemd met het Bedrijfsplan waarin de contouren zijn geschetst voor een uitvoeringsorganisatie die ten dienste staat van (de lokale gebiedsteams van) de vijf gemeenten. Om de meest geschikte juridische vorm van samenwerking te bepalen heeft er een opiniërende bespreking plaatsgevonden met alle raden waaruit is gebleken dat een gemeenschappelijke regeling in de vorm van een openbaar lichaam de meeste geschikte rechtsvorm is om de samenwerking tussen de vijf gemeenten vorm te geven. Bij het vormgeven van de gemeenschappelijke regeling is rekening gehouden met de uitgangspunten die eerder bij Peel 6.1 zijn bepaald, zoals gelijke stemverhouding en een voorhangprocedure bij majeure dossiers. Ook zijn de uitgangspunten die reeds zijn vastgesteld in de Businesscase en Bedrijfsplan Peelgemeenten in de gemeenschappelijke regeling vertaald, te weten het uitgangspunt dat de gemeenschappelijke regeling in de toekomst uitgebreid kan worden met andere taakvelden, dat er zoveel mogelijk bevoegdheden worden gemandateerd en het uitgangspunt om voorlopig het inwoneraantal als financiële verdeelsleutel te hanteren die vervolgens in 2019 opnieuw wordt bezien. In het bestuurlijk platform op 5 september 2016 zijn de hoofdpunten uit de gemeenschappelijke regeling besproken en daaruit zijn de volgende besluiten voortgekomen die zijn verwerkt in de gemeenschappelijke regeling: 1) Inrichten van een kleine bestuurslaag: o een Dagelijks bestuur van 3 leden: voorzitter + 2 leden o een Algemeen bestuur van 6 leden: voorzitter + 5 leden Met in het Algemeen bestuur een gelijke stemverhouding: o Voorzitter + lid uit dezelfde gemeente: ieder 1 stem o Overige leden: ieder 2 stemmen 2) Samenstellen van het bestuur uit leden met verschillende portefeuilles/disciplines omdat in de toekomst de GR ook uitgebreid kan worden met overige taakvelden *

36 2/4 3) Instellen van een formele adviescommissie Wmo, Jeugd en BMS door het Dagelijks bestuur zodra de GR Peelgemeenten in werking is getreden waarin alle portefeuillehouders Wmo, Jeugd en BMS worden gepositioneerd. 4) Voortzetten van de klankbordgroep gemeenteraden (oorspronkelijk gevormd voor Peel 6.1) binnen de GR Peelgemeenten als aparte overlegvorm. 5) De bepaling dat de eerste vijf jaar niet kan worden uitgetreden en dat in een nadere richtlijn tot uittreding de concrete afspraken met betrekking tot het proces en de randvoorwaarden van uittreding worden vastgelegd. Als bijlage bij dit raadsvoorstel is de nieuwe gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten gevoegd. Voor beantwoording van vragen bij lezing van de gemeenschappelijke regeling verwijzen wij u ten slotte naar de uitvoerige toelichting die eveneens is bijgevoegd. Beslispunten U wordt gevraagd om toestemming te verlenen aan het college van burgemeester en wethouders tot het treffen van de gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten conform het bij dit besluit horende concept. Inleiding In dit voorstel gaat het om een gemeenschappelijke regeling tussen colleges van burgemeester en wethouders van de vijf Peelgemeenten. Op grond van artikel 1 tweede lid Wet gemeenschappelijke regeling (Wgr) moet de gemeenteraad toestemming verlenen aan ons college alvorens wij kunnen besluiten tot het treffen van deze gemeenschappelijke regeling. De thans gevraagde toestemming om de gemeenschappelijke regeling aan te gaan kan slechts geweigerd worden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. Het is uw raad wettelijk niet toegestaan voorwaarden te verbinden aan het verlenen van toestemming. Onder de weigeringsgrond strijd met het recht valt strijd met zowel het geschreven recht als het ongeschreven recht. Onder de weigeringsgrond strijd met het algemeen belang vallen die gevallen waarin de grond voor onthouding van toestemming niet nauwkeurig in de wet kan worden gespecificeerd. Het gaat hier bijvoorbeeld om de situatie dat uw raad meent dat het ondoelmatig is om ten aanzien van de desbetreffende belangen samen te werken met andere gemeenten of dat uw raad meent dat de bevoegdheid zich niet leent voor gezamenlijke behartiging. Beide weigeringsgronden achten wij ten aanzien van de gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten niet aanwezig. De rol en positie van de gemeenteraden bij een gemeenschappelijke regeling is grotendeels wettelijk geregeld in de Wet gemeenschappelijke regelingen. Zo bepaald de Wet gemeenschappelijke regelingen dat de gemeenteraden geïnformeerd moeten worden over de Kadernota en de voorlopige jaarrekening, dat de gemeenteraden zienswijze moeten kunnen geven op de ontwerpbegroting en dat de gemeenteraden hun wensen en bedenkingen ter kennis moeten kunnen stellen indien de gemeenschappelijke regeling besluit tot oprichting van en deelneming in stichtingen, maatschappen, vennootschappen, verenigingen, coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen. Daarnaast is in de gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten de klankbordgroep van de raden, zoals die was ingesteld bij de gemeenschappelijke regeling Peel 6.1, aangewezen als een aparte overlegvorm. Deze klankbordgroep bestaat uit twee raadsleden per deelnemende gemeente. De klankbordgroep kan als forum fungeren waarin ervaringen worden gedeeld over het functioneren van het openbaar lichaam en kan signalen afgeven over het proces van samenwerking.

37 3/4 Wat willen we bereiken Doelstelling is om de gemeenschappelijke regeling uiterlijk op 1 januari 2017, of zoveel eerder als mogelijk, in werking te laten treden. Wat gaan we daarvoor doen Toestemming verlenen aan het college van burgemeester en wethouders tot het treffen van de gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten conform het bij dit besluit horende concept Mogelijke alternatieven Geen. Risico s Er zijn geen weigeringsgronden aanwezig. Wat mag het kosten N.v.t. Bijlage(n)/ter inzage (incl. AST-nr) AST/2016/ GR Peelgemeenten AST/2016/ Toelichting GR Peelgemeenten p.vandekruijs@asten.nl

38 RAADSBESLUIT Onderwerp: Dagtekening: Agendanummer: Gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten 8 november De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 september 2016 met zaaknummer AST/2016/018245; gehoord het advies van de commissie Burgers van 10 oktober 2016; besluit: toestemming te verlenen aan het college van burgemeester en wethouders tot het treffen van de gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten conform het bij dit besluit horende concept. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten van 8 november De raad voornoemd, griffier, mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans voorzitter, mr. H.G. Vos

39 Versie 6 september 2016 Gemeenschappelijke regeling 1

40 Versie 6 september 2016 De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Asten, Deurne, Gemert-Bakel, Laarbeek, en Someren, ieder voor zover het betreft zijn bevoegdheden; Overwegende: dat op 23 februari 2016 de colleges een opdracht hebben gegeven tot het uitwerken van een Businesscase over de doorstart van de gezamenlijke uitvoering van de Wmo, Jeugd en BMS taken (bestuursopdracht); dat op 17 mei 2016 de colleges hebben ingestemd met de Businesscase waaruit is gebleken dat de samenwerking tussen de vijf gemeenten in financiële, organisatorische en inhoudelijke zin haalbaar en reëel is; dat de aan de gemeenschappelijke regeling deelnemende gemeenten de intentie hebben om ook op andere taakvelden samen te werken; dat uit opiniërende bespreking met de raden is gebleken dat een gemeenschappelijke regeling in de vorm van een openbaar lichaam de meeste geschikte rechtsvorm is om de samenwerking tussen de vijf gemeenten vorm te geven; dat op 19 juli 2016 alle colleges hebben ingestemd met het Bedrijfsplan waarin de contouren zijn geschetst voor een uitvoeringsorganisatie die ten dienste staat van (de lokale gebiedsteams van) de vijf gemeenten; dat de aan de gemeenschappelijke regeling deelnemende gemeenten solidair jegens elkaar zullen zijn bij het vormgeven en functioneren van de uitvoeringsorganisatie; dat de deelnemende gemeenten oog zullen hebben voor de wederzijdse belangen, onevenredige bevoordeling en benadeling van gemeenten trachten te voorkomen en in het geval dat zulks toch zal optreden men elkaar daarvoor compenseert; dat de uitvoering van de Participatiewet is ondergebracht onder een andere gemeenschappelijke regeling maar dat over de uitvoering van de Participatiewet als over de uitvoering van Wmo, Jeugd en BMS in 2018 een evaluatie plaatsvindt; dat de gemeenteraden, zoals vereist op grond van artikel 1, tweede lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen, de colleges toestemming hebben gegeven om een regeling te treffen; gelet op artikel 8 eerste lid juncto artikel 1 eerste lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen; Besluiten: De navolgende gemeenschappelijke regeling te treffen waarvan de tekst als volgt luidt: 2

41 Versie 6 september 2016 HOOFDSTUK I (Algemene bepalingen) Instelling en plaats van vestiging Artikel Er is een rechtspersoonlijkheid bezittend openbaar lichaam, genaamd Peelgemeenten. 2. Het openbaar lichaam is gevestigd in Deurne. 3. Onderdelen van de ambtelijke organisatie van het openbaar lichaam kunnen in de verschillende deelnemende gemeenten gehuisvest zijn. Begripsbepalingen Artikel In deze gemeenschappelijke regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: wet: de Wet gemeenschappelijke regelingen; gemeenschappelijke regeling: de gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten; openbaar lichaam: het openbaar lichaam bedoeld in artikel 1, eerste lid; deelnemende gemeenten: de rechtspersoon als bedoeld in artikel 1:1 vierde lid Awb waartoe onderscheidenlijk de colleges van burgemeester en wethouders Asten, Deurne, Gemert-Bakel, Laarbeek en Someren behoren; colleges: de colleges van burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten; Algemeen bestuur: het Algemeen bestuur van het openbaar lichaam; Dagelijks bestuur: het Dagelijks bestuur van het openbaar lichaam; Wmo: Wet maatschappelijke ondersteuning 2015; Jeugd: Jeugdwet; BMS: Bijzondere bijstand, Minimaregelingen, Wet gemeentelijke schuldhulpverlening daaronder mede begrepen de uitvoering van de Regeling gehandicaptenparkeerkaarten en gehandicaptenparkeerplaatsen; Awb: Algemene wet bestuursrecht; jaarwerkplan: overzicht van de jaarlijks uit te voeren werkzaamheden vertaald in concrete doelstellingen en resultaten met daarbij een beschrijving van de strategie hoe deze doelstellingen en resultaten worden behaald met de daarbij in acht te nemen beleidsmatige en financiële kaders; voorbereidingskosten: alle kosten die gemaakt worden door de deelnemende gemeenten vanaf 2017 ter voorbereiding van de samenwerking binnen het openbaar lichaam; uitvoeringskosten: alle kosten (inclusief overhead) die gemaakt worden voor de uitvoering van de taken van de gemeenschappelijke regeling, niet zijnde voorbereidingskosten, opstartkosten en programmakosten; programmakosten: alle directe kosten met betrekking tot de verstrekkingen Wmo, Jeugd en BMS; opstartkosten: alle kosten die noodzakelijk zijn om het openbaar lichaam op te laten starten en die verantwoord worden in de (programma)begroting van het openbaar lichaam; RHCe: Regionaal Historisch Centrum Eindhoven; majeur dossier: onderwerpen die van belang zijn voor de (door) ontwikkeling van de (inhoudelijke) samenwerking en/of die in financieel opzicht aanzienlijke effecten kunnen hebben voor de deelnemende gemeenten. 3

42 Versie 6 september Daar waar in de gemeenschappelijke regeling artikelen van de Gemeentewet of van enige andere wet of wettelijke regeling van overeenkomstige toepassing worden verklaard, komen in die artikelen in de plaats van de gemeente, de raad, het college en de burgemeester, onderscheidenlijk: het openbaar lichaam, het Algemeen bestuur, het Dagelijks bestuur en de voorzitter. HOOFDSTUK II (Belang, doel, taken en bevoegdheden) Belang en doel Artikel De colleges treffen deze regeling ter behartiging van de sturing en beheersing van ondersteunende processen en van uitvoeringstaken van de deelnemende gemeenten. 2. De colleges richten een gezamenlijke uitvoeringsorganisatie op in de vorm van een openbaar lichaam voor de uitvoering van gemeentelijke taken op het terrein van Wmo, Jeugd en BMS, dragen tezamen zorg voor de besturing ervan en houden daarbij rekening met de bevoegdhedenverdeling over de gemeentelijke organen en de zelfstandigheid van ieder van de deelnemende gemeenten. 3. Het openbaar lichaam bundelt, mede door het Rijk beschikbaar gestelde, middelen en menskracht bij het uitvoeren van taken op uitvoeringsniveau, op het vlak van beleidsvoorbereiding en op het vlak van bestuurlijke samenwerking in het kader van de uitvoering van gemeentelijke taken ten behoeve van elk van de deelnemende gemeenten. 4. Het openbaar lichaam kan, al dan niet tijdelijk, op verzoek van een of meer deelnemende gemeenten, opdrachten aannemen van niet aan de regeling deelnemende gemeenten, mits daarbij minimaal dezelfde voorwaarden en condities gehanteerd worden als die gelden voor de deelnemende gemeenten en er gehandeld wordt in overeenstemming met de aanbestedingswetgeving. Bevoegdheden Artikel Het Algemeen bestuur en Dagelijks bestuur hebben verordenende en regelgevende bevoegdheden met betrekking tot de aangelegenheden die de bedrijfsvoering van het openbaar lichaam betreffen. 2. Het Algemeen bestuur respectievelijk het Dagelijks bestuur kunnen afzonderlijk of samen, ieder voor zover zij bevoegd zijn, een gemeenschappelijke regeling treffen, waarvan uitgezonderd het instellen van een openbaar lichaam, ter behartiging van een of meer bepaalde belangen van het openbaar lichaam. Het Algemeen bestuur respectievelijk het Dagelijks bestuur gaan niet over tot het treffen van een gemeenschappelijke regeling dan nadat zij hierover vooraf de raden van de deelnemende gemeenten in de gelegenheid hebben gesteld hun wensen en bedenkingen kenbaar te maken. 3. Het Algemeen bestuur is bevoegd te besluiten tot de oprichting van en de deelneming in stichtingen, maatschappen, vennootschappen, coöperaties en verenigingen, op voorwaarde dat de raden van de deelnemende gemeenten vooraf in de gelegenheid zijn gesteld hun wensen en bedenkingen met betrekking tot het voorgenomen besluit aan het Algemeen bestuur kenbaar te maken. 4. Het Dagelijks bestuur is bevoegd met een of meer al dan niet deelnemende gemeenten samenwerkingsovereenkomsten te sluiten met betrekking tot ondersteunende dienstverlening voor (aanverwante) taken waarmee het openbaar lichaam belast is. 4

43 Versie 6 september De collegebevoegdheden betreffende de uitvoering van de Wmo, Jeugd en BMS en aanverwante wetgeving worden onder verantwoordelijkheid van de colleges opgedragen aan het openbaar lichaam op basis van een door elk college afzonderlijk vast te stellen extern mandaatbesluit. Uitgangspunt hierbij is dat maximaal mandaat wordt verleend aan de algemeen directeur, die vervolgens, voor zover hij daartoe bevoegd is, ondermandaat kan verlenen aan de ambtelijke organisatie. Taken Artikel Het openbaar lichaam houdt ten behoeve van de deelnemende gemeenten een uitvoeringsorganisatie in stand met het oog op het vervullen van taken op het terrein van beleidsvoorbereiding, beleidsuitvoering, inkoop, verstrekking van voorzieningen, (financiële) administratie, kwaliteitsbeheer en kwaliteitstoetsing ten behoeve van de deelnemende gemeenten, alsmede coördinerende en afstemmende taken die voor de deelnemende gemeenten tezamen worden verricht. 2. De uit te voeren taken door het openbaar lichaam hebben betrekking op de Wmo, Jeugd, BMS en aanverwante wetgeving. 3. Het openbaar lichaam verleent diensten op basis van opgedragen bevoegdheden aan de deelnemende gemeenten gezamenlijk, aan een afzonderlijk deelnemende gemeente of aan derden, op basis van een extern mandaatbesluit passend binnen de in artikel 3 gegeven doelomschrijving. 4. Uitbreiding van het takenpakket met andere beleidsvelden als benoemd in het tweede lid verplicht tot wijziging van deze gemeenschappelijke regeling. 5. Bij wijziging van landelijke, of gemeentelijke wetgeving betrekking hebbende op het takenpakket zoals vermeld in het tweede lid verzoekt in voorkomend geval het Algemeen bestuur de colleges om over te gaan tot aanpassing van de verleende externe mandaten. HOOFDSTUK III (Organen) Organen Artikel 6. Het openbaar lichaam kent de volgende organen: a. het Algemeen bestuur b. het Dagelijks bestuur c. de voorzitter d. de door het bestuur ingestelde commissies. 5

44 Versie 6 september 2016 HOOFDSTUK IV (Algemeen bestuur) Samenstelling Algemeen bestuur Artikel Het Algemeen bestuur bestaat uit zes leden, de voorzitter inbegrepen, als volgt te benoemen: ieder college wijst één lid aan; het college dat de voorzitter levert wijst een tweede lid aan. 2. De leden van het Algemeen bestuur worden aangewezen voor een zittingsduur van 4 jaar en treden af op de dag waarop in het kader van een nieuwe zittingsperiode van de gemeenteraad een nieuw geïnstalleerd college een besluit neemt tot aanwijzing van de leden van het Algemeen bestuur. Aftredende leden kunnen opnieuw als lid worden aangewezen. 3. Indien een lid van het Algemeen bestuur om wat voor reden dan ook stopt als burgemeester of wethouder, eindigt het lidmaatschap van het Algemeen bestuur van rechtswege. 4. Een lid van het Algemeen bestuur kan te allen tijde ontslag nemen. Dit gebeurt door mededeling aan het Algemeen bestuur. 5. Indien tussentijds de plaats van een lid vacant komt, wijst het daartoe bevoegde college zo spoedig mogelijk een nieuw lid aan. 6. Bij het bestaan van één of meer vacatures blijven de resterende bestuursleden bevoegd besluiten te nemen. 7. Het lidmaatschap van het Algemeen bestuur is onverenigbaar met de betrekking van ambtenaar, door of vanwege het bestuur van één van de deelnemende gemeenten dan wel door of vanwege het Dagelijks bestuur van het lichaam aangesteld of daaraan ondergeschikt. Met ambtenaar worden voor de toepassing van dit lid gelijkgesteld zij die aangesteld zijn bij één der deelnemende gemeenten dan wel daar op basis van een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht werkzaam zijn. 8. Elk lid van het Algemeen bestuur heeft een plaatsvervanger. Bepalingen in deze regeling geldende voor de leden van het Algemeen bestuur zijn mede van toepassing op de plaatsvervangende leden. Werkwijze Algemeen bestuur Artikel Het Algemeen bestuur stelt voor zijn vergaderingen een reglement van orde vast. Dit reglement, en de daarin aangebrachte wijzigingen, wordt aan de colleges gezonden. De artikelen 16, 17, 19, 20, 22, 26 en 28 t/m 33 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing. 2. Het Algemeen bestuur vergadert minimaal twee maal per jaar. Meer vergaderingen kunnen ingelast worden wanneer de voorzitter of het Dagelijks bestuur dit nodig acht, wanneer ter voldoening aan het bepaalde in artikel 12, eerste lid van deze regeling een of meer leden van het Dagelijks bestuur moeten worden benoemd of wanneer tenminste twee leden van het Algemeen bestuur, onder opgave van redenen, dit schriftelijk verzoeken. 3. De vergaderingen van het Algemeen bestuur zijn openbaar. De deuren worden gesloten, wanneer tenminste twee van de aanwezige leden hierom verzoeken of de voorzitter dit nodig acht, en het Algemeen bestuur hiertoe besluit. Voor het overige is ten aanzien van de openbaarheid artikel 23 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing. 6

45 Versie 6 september In een besloten vergadering van het Algemeen bestuur kan niet worden beraadslaagd of worden besloten over: a. de vaststelling en wijziging van de begroting; b. de vaststelling van de rekening; c. de vaststelling van het liquidatieplan; d. de vaststelling of wijziging van deze gemeenschappelijke regeling; e. het verlenen van ontslag aan een lid van het Dagelijks bestuur; f. de vaststelling of wijziging van een gemeenschappelijke regeling tussen het openbaar lichaam en andere openbare lichamen, alsmede het toetreden tot en het uittreden uit een dergelijke regeling; g. de oprichting van of deelname in stichtingen, maatschappen, vennootschappen en coöperaties en verenigingen, dan wel de ontbinding daarvan of beëindiging van deelneming daaraan. 5. Op verzoek van de voorzitter geschiedt de in artikel 19 tweede lid Gemeentewet bedoelde openbare kennisgeving voor zijn vergaderingen op de gebruikelijke wijze. 6. Derden kunnen worden uitgenodigd om als adviseur de vergaderingen van het Algemeen bestuur bij te wonen. Besluitvorming Artikel Bij het nemen van besluiten door het Algemeen bestuur worden per deelnemende gemeente maximaal twee stemmen uitgebracht. De colleges die één lid hebben afgevaardigd brengen per lid twee stemmen uit. Het college dat de voorzitter levert en een tweede lid in het Algemeen bestuur heeft afgevaardigd brengt gezamenlijk twee stemmen uit, de voorzitter één stem en het tweede lid één stem. 2. De besluitvorming vindt met uitzondering van het bepaalde in het derde lid plaats bij volstrekte meerderheid van stemmen. 3. Besluiten betreffende vaststelling van de begroting, begrotingswijzigingen, jaarstukken en majeure dossiers worden genomen met een gekwalificeerde meerderheid van minimaal acht goedkeurende stemmen. 4. Het Algemeen bestuur vergadert en besluit slechts indien meer dan de helft van het aantal leden van het Algemeen bestuur aanwezig is. 5. Jaarlijks wordt een vergaderschema vastgesteld van de data waarop begroting en rekening worden behandeld. 6. Indien het vereiste aantal leden als bedoeld in het vierde lid niet aanwezig is bij een vergadering, kan de voorzitter een nieuwe vergadering beleggen, welke binnen twee weken dient plaats te vinden. Het gestelde in het vierde lid is dan niet van toepassing. 7. Het Algemeen bestuur kan bij toepassing van het zesde lid over alle onderwerpen met uitzondering van de begroting, een begrotingswijziging, jaarstukken en majeure dossiers, beraadslagen en besluiten nemen ongeacht het aantal aanwezige leden. Bevoegdheden Artikel Aan het Algemeen bestuur behoren met betrekking tot de verwezenlijking van de doelstelling van het openbaar lichaam alle bevoegdheden, die bij deze regeling niet aan het Dagelijks bestuur of de voorzitter zijn opgedragen. 7

46 Versie 6 september Het Algemeen bestuur kan de uitoefening van door hem te bepalen bevoegdheden volgens door hem te stellen regels overdragen aan het Dagelijks bestuur of aan een commissie als bedoeld in artikel 25 van de wet, met uitzondering van: a. het vaststellen en wijzigen van de begroting; b. het vaststellen van de jaarrekening; c. het aangaan van geldleningen, het uitlenen van geld, het aangaan van rekeningcourantovereenkomsten, of de regeling van hetgeen verder de geldmiddelen van het openbaar lichaam aangaat; d. het nemen van besluiten over het instellen van commissies, als bedoeld in de artikelen 24 en 25 van de wet; e. Het oprichten en deelnemen in een rechtspersoon als bedoeld in artikel 31a van de wet. Geheimhouding Artikel Het Algemeen bestuur kan op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, omtrent het in een besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van de stukken die aan het Algemeen bestuur worden overgelegd, geheimhouding opleggen. Geheimhouding omtrent het in een besloten vergadering behandelde wordt tijdens de vergadering opgelegd. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat het Algemeen bestuur haar opheft. 2. Op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, kan de geheimhouding eveneens worden opgelegd door het Dagelijks bestuur, de voorzitter of een commissie, ieder ten aanzien van de stukken die zij aan het Algemeen bestuur overleggen. Daarvan wordt op de stukken melding gemaakt. De geheimhouding wordt in acht genomen totdat het Algemeen bestuur haar opheft. HOOFDSTUK V (Dagelijks bestuur) Samenstelling Dagelijks bestuur Artikel Het Dagelijks bestuur bestaat uit de voorzitter en twee andere leden, afkomstig uit drie verschillende colleges, aan te wijzen door en uit de leden van het Algemeen bestuur. 2. De zittingsperiode van de leden van het Dagelijks bestuur is gelijk aan de zittingsperiode van de colleges van burgemeester en wethouders. De leden kunnen opnieuw worden benoemd. 3. Het lidmaatschap eindigt zodra een lid ophoudt lid te zijn van het Algemeen bestuur dan wel ontslag neemt als lid van het Dagelijks bestuur. 4. Het lid van het Dagelijks bestuur dat ontslag neemt blijft in functie tot de eerstvolgende vergadering van het Algemeen bestuur. 5. Een lid, kan worden ontslagen, indien hij het vertrouwen niet meer bezit van het Algemeen bestuur. 6. Indien tussentijds een plaats van een lid openvalt, wordt zo spoedig mogelijk een nieuw lid aangewezen. 8

47 Versie 6 september 2016 Taak Dagelijks bestuur Artikel Het Dagelijks bestuur stelt in zijn eerste vergadering na zijn verkiezing een portefeuilleverdeling vast en deelt zijn besluit hierover mee aan het Algemeen bestuur. 2. Het Dagelijks bestuur stelt voor de uitvoering van zijn taken een reglement van orde vast. Op het houden van de orde van de vergadering van het Dagelijks bestuur zijn de artikelen 52, 53 en 54 tot en met 60 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing. Bevoegdheden Dagelijks bestuur Artikel Het Dagelijks bestuur oefent de taken en bevoegdheden, die in deze gemeenschappelijke regeling aan het Dagelijks bestuur zijn opgedragen, uit. 2. In het bijzonder is dit bestuur belast met: a. het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam te voeren, voor zover niet bij of krachtens de wet of de gemeenschappelijke regeling het Algemeen bestuur hiermee is belast; b. beslissingen van het Algemeen bestuur voor te bereiden en uit te voeren; c. regels vast te stellen over de ambtelijke organisatie van het openbaar lichaam; d. ambtenaren/medewerkers te benoemen, te schorsen en te ontslaan; e. tot privaatrechtelijke rechtshandelingen van het openbaar lichaam te besluiten, met uitzondering van privaatrechtelijke rechtshandelingen als bedoeld in artikel 31a van de wet en het bepaalde in artikel 10 tweede lid onder c; f. te besluiten namens het openbaar lichaam, het Dagelijks bestuur of het Algemeen bestuur rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures te voeren of handelingen ter voorbereiding daarop te verrichten, tenzij het Algemeen bestuur, voor zover het het Algemeen bestuur aangaat, in voorkomende gevallen anders beslist; g. het voorstaan van de belangen van het openbaar lichaam bij andere overheden, instellingen of personen, waarmee contact voor het openbaar lichaam van belang is; h. de zorg voor het beheer van inkomsten en uitgaven van het openbaar lichaam; i. de zorg, voor zover deze niet aan anderen toekomt, voor de controle op het geldelijk beheer en de boekhouding; 3. Het Dagelijks bestuur neemt, ook alvorens is besloten tot het voeren van een rechtsgeding, alle conservatoire maatregelen en doet wat nodig is ter voorkoming van verjaring of verlies van recht of bezit. Besluitvorming Dagelijks bestuur Artikel Het Dagelijks bestuur vergadert minimaal zesmaal per jaar en verder zo dikwijls de voorzitter het nodig oordeelt. 2. Besluiten van het Dagelijks bestuur vinden plaats op basis van gewone meerderheid van stemmen. 3. De leden van het Dagelijks bestuur hebben allen één stem. 4. Het bepaalde in artikel 28, eerste tot en met derde lid, 29, 30 en 52 tot en met 60 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing. 9

48 Versie 6 september 2016 Geheimhouding Artikel Het Dagelijks bestuur kan op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, omtrent het in een besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van de stukken die aan het Dagelijks bestuur worden overgelegd, geheimhouding opleggen. Geheimhouding omtrent het in een besloten vergadering behandelde wordt tijdens de vergadering opgelegd. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat het Dagelijks bestuur haar opheft. 2. Op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, kan de geheimhouding eveneens worden opgelegd door de voorzitter of een commissie, ten aanzien van de stukken die zij aan het Dagelijks bestuur overleggen. Daarvan wordt op de stukken melding gemaakt. De geheimhouding wordt in acht genomen totdat het orgaan, dat de verplichting heeft opgelegd, dan wel het Algemeen bestuur haar opheft. HOOFDSTUK VI (De voorzitter en vice-voorzitter) De voorzitter en de vice-voorzitter Artikel De voorzitter van het openbaar lichaam wordt door en uit het Algemeen bestuur aangewezen. 2. Door het Algemeen bestuur wordt een ander lid van het Dagelijks bestuur aangewezen als vicevoorzitter. 3. De voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het Algemeen bestuur en Dagelijks bestuur en draagt er zorg voor, dat de besluiten van het Algemeen bestuur en het Dagelijks bestuur naar behoren worden uitgevoerd. 4. De voorzitter vertegenwoordigt het openbaar lichaam in en buiten rechte. Hij kan de vertegenwoordiging na overleg met het Dagelijks bestuur in rechtsgedingen en bij buitengerechtelijke rechtshandelingen opdragen aan een door hem aan te wijzen persoon. 5. De voorzitter tekent, samen met de secretaris, de stukken die van het Algemeen bestuur en het Dagelijks bestuur uitgaan. HOOFDSTUK VII (De secretaris) Secretaris Artikel De algemeen directeur van het openbaar lichaam wordt door het Algemeen bestuur als secretaris van het Algemeen bestuur en het Dagelijks bestuur aangewezen. 2. Het Algemeen bestuur wijst op voordracht van het Dagelijks bestuur een medewerker van het openbaar lichaam aan als plaatsvervangend secretaris. 10

49 Versie 6 september Alle stukken uitgaande van het Algemeen bestuur of het Dagelijks bestuur worden door de secretaris mede ondertekend. HOOFDSTUK VIII (Commissies, werkgroepen, overleg, tegemoetkoming) Bestuurscommissies Artikel Het Algemeen bestuur kan, conform artikel 25 van de wet commissies instellen met het oog op de behartiging van bepaalde belangen. Het Algemeen bestuur stelt vooraf de raden van de deelnemende gemeenten van dit voornemen op de hoogte en stelt hen in de gelegenheid hun wensen en bedenkingen ter kennis van het Algemeen bestuur te brengen. 2. Een lid van het Dagelijks bestuur is voorzitter van een commissie als bedoeld in het eerste lid. 3. Bij de instelling wordt in ieder geval geregeld: a. de samenstelling; b. de bevoegdheid of bevoegdheden; c. de werkwijze; d. de openbaarheid van vergaderingen; e. het toezicht van het Algemeen bestuur respectievelijk het Dagelijks bestuur; f. de verhouding van de overgedragen bevoegdheden tot die van het Algemeen bestuur en het Dagelijks bestuur; g. de verantwoording aan het Algemeen bestuur; h. wanneer de commissie is ingesteld voor bepaalde tijd, wordt tevens de einddatum van de commissie geregeld. Commissies van advies Artikel Het Algemeen bestuur kan besluiten commissies van advies in te stellen ten behoeve van de uitvoering van de hen opgedragen taken conform artikel 24 van de wet. 2. De instelling van vaste commissies van advies aan het Dagelijks bestuur of aan de voorzitter en de regeling van haar bevoegdheden en samenstelling geschieden door het Algemeen bestuur op voorstel van het Dagelijks bestuur onderscheidenlijk de voorzitter. 3. Andere commissies van advies aan het Dagelijks bestuur of aan de voorzitter worden conform lid 3 van artikel 24 van de wet door het Dagelijks bestuur onderscheidenlijk de voorzitter ingesteld. 4. Bij de instelling wordt in ieder geval geregeld: a. de samenstelling; b. de bevoegdheid /bevoegdheden; c. de werkwijze; d. de openbaarheid van vergaderingen; e. de verantwoordingsrelatie tussen de commissie en het betreffende bestuursorgaan; f. wanneer de commissie is ingesteld voor bepaalde tijd, wordt tevens de einddatum van de commissie geregeld; g. de benoeming van de voorzitter van de commissie. 11

50 Versie 6 september 2016 Werkgroepen, overlegvormen Artikel 21. Het Algemeen bestuur, het Dagelijks bestuur en de voorzitter kunnen werkgroepen en overlegvormen instellen. Tegemoetkoming Artikel Het Algemeen bestuur kan voor zijn leden, de leden van het Dagelijks bestuur, de voorzitter bij verordening een tegemoetkoming in de kosten vaststellen. Deze verordening bevat regels omtrent de hoogte en de toekenning van de tegemoetkoming in de kosten. 2. De hoogte van de tegemoetkoming in de kosten bedraagt niet meer dan de werkelijke kosten, mede rekening houdende met de tegemoetkoming in de kosten welke de bestuurder ontvangt uit hoofde van diens functie als burgemeester of wethouder van een van de deelnemende gemeenten. 3. Ten aanzien van de werkzaamheden en de kosten van de leden van de commissies, ingesteld met het oog op de behartiging van bepaalde belangen, is het bepaalde in het eerste lid van overeenkomstige toepassing. 4. De leden van adviescommissies die geen burgemeester, wethouder of raadslid zijn, kunnen een vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen van de commissie ontvangen. De artikelen 96 tot en met 99 van de Gemeentewet, alsmede de op grond daarvan gestelde nadere regelen, zijn alsdan van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat, wanneer daarin sprake is van een onderverdeling in gemeenteklassen, het bepaalde voor de gemeenteklasse van inwoners van toepassing is. HOOFDSTUK IX (Voorhangprocedure) Voorhangprocedure Artikel Op verzoek van minimaal drie leden van het Algemeen bestuur of van minimaal twee colleges kent het Dagelijks bestuur dan wel het Algemeen bestuur, afhankelijk van welk orgaan bevoegd is over het dossier te beslissen, aan een dossier de kwalificatie majeur dossier toe. 2. Het Dagelijks bestuur dan wel het Algemeen bestuur beslist in ontwerp op majeure dossiers en stuurt het ontwerpbesluit naar het Algemeen bestuur of de colleges voor het indienen van een eventuele zienswijze. Het Algemeen bestuur of de colleges kunnen binnen zes weken een zienswijze indienen op het ontwerpbesluit. Na deze termijn neemt het Dagelijks bestuur dan wel het Algemeen bestuur een definitief besluit inzake het majeure dossier waarbij de zienswijze gemotiveerd wordt betrokken. 3. Als majeur dossier wordt in ieder geval aangemerkt: a. vaststelling/wijziging van het dienstverleningsconcept; b. vaststelling/wijziging van het bedrijfsvoeringsconcept; c. besluiten tot het aangaan van overeenkomsten zoals bedoeld in artikel 4 lid 4 van deze gemeenschappelijke regeling. 12

51 Versie 6 september 2016 d. wijziging in de financiële verdeelsleutels zoals bedoeld in artikel 36 lid 5 van deze gemeenschappelijke regeling. 4. Het Dagelijks bestuur dan wel het Algemeen bestuur kan besluiten de besluitvorming over een majeur dossier maximaal 3 maanden aan te houden teneinde de leden van het Algemeen bestuur of de colleges in de gelegenheid te stellen hun colleges en/of gemeenteraden te consulteren. 5. Indien, om redenen van vereiste spoed, besluitvorming op korte termijn noodzakelijk is wordt er geen gebruik gemaakt van de in lid 4 opgenomen bevoegdheid. HOOFDSTUK X (Informatie en verantwoordingsplicht) Interne inlichtingenplicht en verantwoordingsplicht lid Dagelijks bestuur Artikel Het Dagelijks bestuur en elk van zijn leden afzonderlijk zijn aan het Algemeen bestuur verantwoording schuldig over het door het Dagelijks bestuur gevoerde bestuur. 2. Het Dagelijks bestuur geeft het Algemeen bestuur alle inlichtingen die het Algemeen bestuur voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft. 3. Het Algemeen bestuur regelt van welke besluiten van het Dagelijks bestuur in ieder geval kennisgeving wordt gedaan aan de leden van het Algemeen bestuur. Daarbij kan het Algemeen bestuur de gevallen bepalen waarin met ter inzage legging kan worden volstaan. Het Dagelijks bestuur laat de kennisgeving of ter inzage legging achterwege voor zover deze in strijd is met het openbaar belang. 4. Het Algemeen bestuur kan een lid van het Dagelijks bestuur, indien dit lid het vertrouwen van het Algemeen bestuur niet meer bezit, ontslag verlenen. Externe Inlichtingenplicht Artikel Het Algemeen bestuur en Dagelijks bestuur van het openbaar lichaam verstrekt schriftelijk aan de colleges en de raden de door een of meer leden van die colleges en raden gevraagde inlichtingen zo spoedig mogelijk, voor zover dat niet strijdig is met het openbaar belang. 2. De inlichtingen worden in ieder geval binnen twee maanden schriftelijk verstrekt en wel door het Dagelijks bestuur, tenzij de inlichtingen uitdrukkelijk van het Algemeen bestuur of de voorzitter worden verlangd. Externe inlichtingenplicht en verantwoordingsplicht lid Algemeen bestuur Artikel Het lid van het Algemeen bestuur dat door de deelnemende gemeente is afgevaardigd is aan het college verantwoording schuldig over het door hem in het Algemeen bestuur gevoerde beleid. 2. Een lid van het Algemeen bestuur verstrekt aan het college dat hem heeft aangewezen de door een of meer leden van dat college gevraagde inlichtingen, voor zover zulks niet strijdig is met het openbaar belang. 3. De inlichtingen worden zo spoedig mogelijk doch in ieder geval binnen twee maanden in een vergadering van dat college of schriftelijk verstrekt. 13

52 Versie 6 september Het college kan een door hem aangewezen lid van het Algemeen bestuur, indien dit lid het vertrouwen van dat college niet meer bezit, als zodanig ontslag verlenen. 5. Het reglement van orde van het Algemeen bestuur regelt de wijze waarop toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in het eerste en tweede lid. 6. Het in het eerste, tweede en derde lid bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de raden. Informatieplicht rekenkamer(commissies) Artikel 28. De rekenkamer(commissie)s van de deelnemende gemeenten, afzonderlijk en in samenwerking met elkaar, worden door het Dagelijks bestuur in staat gesteld om alle informatie te verkrijgen die voor de wettelijke taakuitoefening nodig is, zulks onverminderd het bepaalde in artikel 184 Gemeentewet. HOOFDSTUK XI (Uitvoeringsorganisatie) De algemeen directeur Artikel Met de leiding van de uitvoeringsorganisatie van het openbaar lichaam is met inachtneming van het gestelde in of krachtens deze regeling belast de algemeen directeur. Dit behelst in het bijzonder: a. het ontwikkelen en in stand houden van een doeltreffende en doelmatige uitvoeringsorganisatie inclusief een gezonde (financiële) huishouding; b. het direct leiding geven aan de leden van het managementteam; c. het voorzitten van het managementteam; d. het ontwikkelen en in stand houden van een zodanige relatie met het Dagelijks bestuur dat het Dagelijks bestuur haar verantwoordelijkheid daadwerkelijk kan invullen; e. het vertegenwoordigen van de uitvoeringsorganisatie in het maatschappelijk verkeer. 2. Het Dagelijks bestuur beslist omtrent benoeming, schorsing en ontslag van de algemeen directeur. 3. Het Dagelijks bestuur stelt voor de algemeen directeur een instructie vast. 4. De algemeen directeur staat de bestuursorganen en de commissies van het openbaar lichaam bij in de vervulling van hun taak en woont de vergaderingen van de bestuursorganen als adviseur bij. Hij kan medewerkers van het openbaar lichaam aanwijzen, die hem daarin bijstaan. 5. De algemeen directeur is bestuurder zoals bedoeld in de Wet op de ondernemingsraden en vertegenwoordigt de uitvoeringsorganisatie in het overleg met de ondernemingsraad. 6. Aan de algemeen directeur wordt maximaal mandaat verleend door het Algemeen dan wel Dagelijks bestuur. De algemeen directeur kan, voor zover hij daartoe bevoegd is, binnen de uitvoeringsorganisatie gebruik maken van het verlenen van ondermandaten. 7. De algemeen directeur wordt aangewezen als secretaris zoals bedoeld in artikel 18 van deze regeling. 14

53 Versie 6 september 2016 HOOFDSTUK XII (Personeel en rechtspositie) Personeel Artikel Bij het openbaar lichaam zijn medewerkers werkzaam. 2. Aanstelling, schorsing en ontslag van personeel geschiedt door het Dagelijks bestuur. 3. Het Dagelijks bestuur kan de in het tweede lid bedoelde bevoegdheden tot het aanstellen, schorsen en ontslaan van personeel van het openbaar lichaam mandateren aan de algemeen directeur met de bevoegdheid van ondermandaat aan overige leden van het management. Rechtspositie Artikel De bezoldiging van de algemeen directeur en van het overig ambtelijk personeel aangesteld bij het openbaar lichaam worden door het Dagelijks bestuur geregeld overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 125 en 134 van de Ambtenarenwet. Op de rechtspositie is de CAR/UWO van toepassing. 2. Het Dagelijks bestuur beslist over de toepassing van overige arbeidsvoorwaarden van de algemeen directeur en het overig ambtelijk personeel aangesteld bij het openbaar lichaam. HOOFDSTUK XIII (Financiële bepalingen) Jaarwerkplan Artikel De door het openbaar lichaam ten behoeve van de deelnemende gemeenten uit te voeren werkzaamheden worden opgenomen in het door het Algemeen bestuur op te stellen jaarwerkplan en in financieel opzicht vertaald in de begroting. 2. Jaarlijks maken de colleges aan het Algemeen bestuur vooraf kenbaar welke werkzaamheden zij opgenomen willen hebben in het jaarwerkplan en welke werkzaamheden zij zelf wensen uit te voeren. Dat gebeurt op basis van een voor 15 maart door het Dagelijks bestuur toegestuurd ontwerp jaarwerkplan waarin de prestatieafspraken zijn vastgelegd waaraan het openbaar lichaam dient te voldoen. 3. Het Dagelijks bestuur organiseert jaarlijks een voorjaarsconferentie voor 15 april met de colleges en eventueel andere partijen om afstemming te verkrijgen over de door het openbaar lichaam en de deelnemende gemeenten uit te voeren werkzaamheden en de daarvoor ter beschikking te stellen middelen in de ontwerpbegroting van het openbaar lichaam. 4. Het Dagelijks bestuur organiseert jaarlijks in de maand oktober in samenspraak met het Dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Werkbedrijf Atlant De Peel een najaarsconferentie met in ieder geval de colleges en mogelijk ook andere partijen over de onderlinge afstemming en verbeteringen bij de uitvoering van de Wmo, Jeugd, BMS en Participatiewet, zulks gericht op een effectieve en efficiënte taakuitvoering en kostenbeheersing. 15

54 Versie 6 september 2016 Financiële informatieplicht Artikel 33. Het Dagelijks bestuur van het openbaar lichaam zendt voor 15 april van het jaar voorafgaande aan dat jaar waarvoor de begroting dient, de algemene financiële en beleidsmatige kaders zoals verwerkt in het ontwerp jaarwerkplan en de voorlopige jaarrekening aan de raden van de deelnemende gemeenten. Begroting Artikel Het Dagelijks bestuur stelt elk jaar een ontwerp begroting op van het openbaar lichaam overeenkomstig het bepaalde in artikel 186 tot en met 213 Gemeentewet alsmede het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. 2. De ontwerpbegroting geeft inzicht in de uitvoeringskosten en de te ontvangen inwonerbijdrage van de deelnemende gemeenten. Daarnaast geeft de ontwerpbegroting (jaarwerkplan) inzicht in de programmakosten per deelnemende gemeente, zodanig dat deelnemende gemeenten deze kosten in hun eigen begroting kunnen opnemen. 3. De ontwerpbegroting en begrotingswijzigingen worden minimaal 8 weken voordat deze worden vastgesteld door het Algemeen bestuur aan de raden van de deelnemende gemeenten gezonden om hen in de gelegenheid te stellen daarop hun zienswijze kenbaar te maken. 4. Het Dagelijks bestuur voegt de commentaren op de ingediende zienswijze bij de ontwerpbegroting zoals deze aan het Algemeen bestuur wordt aangeboden. 5. Het Dagelijks bestuur stuurt de door het Algemeen bestuur vastgestelde begroting vóór 1 augustus van het jaar voorafgaand aan dat jaar waarvoor de begroting dient op aan Gedeputeerde Staten. 6. Besluiten tot wijzigen van de begroting kunnen tot uiterlijk het einde van het betreffende begrotingsjaar worden genomen. 7. In afwijking van het onder het derde lid vermelde, kunnen begrotingswijzigingen, die niet leiden tot een aanpassing van de gemeentelijke bijdragen, direct worden vastgesteld door het Algemeen bestuur. Rekening Artikel Het Algemeen bestuur stelt de jaarrekening en het jaarverslag vast vóór 1 juli van het jaar dat volgt op het verslagjaar. 2. Het Dagelijks bestuur stuurt de door het Algemeen bestuur vastgestelde jaarrekening en jaarverslag vóór 15 juli van het jaar volgend op het jaar waarvoor de jaarrekening betrekking heeft aan Gedeputeerde Staten en aan de colleges. 3. Het Dagelijks bestuur informeert de colleges per kwartaal over de gerealiseerde resultaten. 16

55 Versie 6 september 2016 Verdeling der kosten Artikel De voorbereidingskosten verband houdend met de voorgenomen oprichting van het openbaar lichaam die door de deelnemende gemeenten gemaakt zijn worden gelijkelijk verdeeld over de deelnemende gemeenten. 2. De door het Algemeen bestuur geaccordeerde opstartkosten worden tussen de deelnemende gemeenten verdeeld op basis van door het CBS geregistreerde inwoneraantal waarbij als peildatum geldt 1 januari van het voorafgaande jaar te beginnen op 1 januari De in het tweede lid genoemde verdeelsleutel geldt ook voor de uitvoeringskosten verbonden aan de taakuitoefening door het openbaar lichaam. 4. De programmakosten worden door het openbaar lichaam met elke deelnemende gemeente individueel afgerekend op basis van de werkelijk gerealiseerde kosten van de verstrekkingen. 5. In 2019 vindt er een evaluatie plaats op bovengenoemde verdeelsleutels. Indien mogelijk wordt de verdeelsleutel aangepast naar een verdeling van de kosten op basis van het aantal aanvragen of beschikkingen. Aanpassing van de verdeelsleutel mag niet leiden tot onevenredige administratieve lasten. Verplichte uitgaven Artikel 37. Wanneer aan het Algemeen bestuur blijkt dat de raad van een deelnemende gemeente niet voldoet of zal voldoen aan het gestelde in artikel 38, doet het Algemeen bestuur aan Gedeputeerde Staten het verzoek over te gaan tot overeenkomstige toepassing van artikel 194 van de Gemeentewet. Financiële gegoedheid Artikel De deelnemende gemeenten zullen er steeds zorg voor dragen dat het openbaar lichaam te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan alle verplichtingen jegens derden te kunnen voldoen. 2. Indien aan het Algemeen bestuur blijkt dat een deelnemer weigert deze uitgaven op de begroting te zetten, doet het Algemeen bestuur onverwijld aan gedeputeerde staten het verzoek over te gaan tot toepassing van de artikelen 194 en 195 Gemeentewet. 3. De deelnemers verbinden zich in geval van opheffing van het openbaar lichaam een liquidatieplan op te stellen dat voorziet in de verplichting van de deelnemers alle rechten en verplichtingen van het openbaar lichaam over de deelnemers te verdelen op een in het plan te bepalen wijze. Financiële voorschriften Artikel Het Algemeen bestuur stelt bij verordening de uitgangspunten vast voor het financieel beleid alsmede het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie. Deze verordening waarborgt dat aan 17

56 Versie 6 september 2016 de eisen van rechtmatigheid, verantwoording en controle wordt voldaan. De artikelen 212 en 213 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing. 2. Deze verordening als bedoeld in het eerste lid bevat in elk geval regels over: a. waardering en afschrijving van activa; b. algemene doelstellingen en te hanteren richtlijnen en limieten van de financieringsfunctie, alsmede de administratieve organisatie van de financieringsfunctie, daaronder begrepen taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening. 3. Het Algemeen bestuur stelt bij verordening regels vast voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie. Deze verordening waarborgt dat de rechtmatigheid van het financieel beheer en de inrichting van de financiële organisatie wordt getoetst. 4. Het Algemeen bestuur wijst de accountant aan die belast wordt met de controle op de in artikel 35 genoemde jaarrekening. 5. De accountant zendt de accountantsverklaring en een verslag van bevindingen aan het Algemeen bestuur. 6. De verordeningen als bedoeld in het eerste en derde lid van dit artikel worden na vaststelling gezonden aan Gedeputeerde Staten en aan de colleges. 7. Het openbaar lichaam verzekert zich tenminste tegen: a. burgerrechtelijke aansprakelijkheid voor schade aan personen en goederen; b. wettelijke aansprakelijkheid voor vermogensschade. 8. Als de verzekering een voor rekening van het openbaar lichaam komende schade niet dekt wordt deze gedragen door het openbaar lichaam. HOOFDSTUK XIV (Archief) Archiefbescheiden Artikel Het Dagelijks bestuur is belast met de zorg voor de archiefbescheiden van de organen van het openbaar lichaam. Dit overeenkomstig een door het Algemeen bestuur, met inachtneming van artikel 40 van de Archiefwet 1995, vast te stellen regeling, de Archiefverordening, die aan Gedeputeerde Staten moet worden medegedeeld. 2. Het Dagelijks bestuur is tevens belast met de zorg voor de archiefbescheiden die worden gevormd krachtens de aan het openbaar lichaam eventueel in de toekomst gedelegeerde taken. 3. Voor de door deelnemende gemeenten gemandateerde taken berust de zorg voor de desbetreffende archiefbescheiden bij deze gemeenten. 4. Met het toezicht op de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden van de gemandateerde taken is belast de archivaris van de deelnemende gemeente(n). 5. Met het toezicht op de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden van het openbaar lichaam is belast de gemeentearchivaris van de beherende gemeente. 6. Bij opheffing van de gemeenschappelijke regeling wordt ten aanzien van de archiefbescheiden een voorziening getroffen conform artikel 4 lid 1 van de Archiefwet

57 Versie 6 september 2016 Archiefbewaarplaats Artikel Voor de bewaring van de op grond van artikel 12, eerste lid en artikel 13 van de Archiefwet 1995 over te brengen archiefbescheiden van de gemandateerde taken is aangewezen de archiefbewaarplaats van de deelnemende gemeente(n). 2. Voor de bewaring van de op grond van artikel 12, eerste lid en artikel 13 van de Archiefwet 1995 over te brengen archiefbescheiden van het openbaar lichaam is aangewezen de archiefbewaarplaats van de gemeente Gemert-Bakel. Ter beschikkingstelling archiefbescheiden Artikel De archiefbescheiden betreffende zaken welke op het moment van inwerkingtreding van deze regeling nog niet zijn afgedaan, worden ter beschikking gesteld aan het openbaar lichaam, dat deze zaken zal afdoen. 2. De archiefbescheiden betreffende zaken welke op het moment van inwerkingtreding van deze regeling reeds zijn afgedaan, blijven tot hun overbrenging naar de archiefbewaarplaats berusten onder het archiefvormend overheidsorgaan dat deze zaken heeft afgedaan. Indien noodzakelijk voor de taakuitvoering van het openbaar lichaam worden zij ter beschikking gesteld. 3. Terbeschikkingstelling geschiedt voor 5 jaar en kan, met telkens een aaneengesloten periode van maximaal 5 jaar, worden verlengd tot ten hoogste 20 jaar. 4. Van de terbeschikkingstelling wordt een verklaring opgemaakt, die ten minste bevat een specificatie van de terbeschikkinggestelde archiefbescheiden. Een exemplaar van deze verklaring wordt bewaard door het overheidsorgaan waaronder de archiefbescheiden zouden berusten, indien zij niet ter beschikking waren gesteld. 5. Het openbaar lichaam, dat de archiefbescheiden tot zijn beschikking krijgt, brengt slechts wijzigingen aan in de staat van ordening en toegankelijkheid van en vernietigt slechts uit de bescheiden na machtiging door het ter beschikking stellende overheidsorgaan. 6. De kosten van het beheer van de terbeschikkinggestelde archiefbescheiden komen ten laste van het openbaar lichaam, dat de archiefbescheiden ter beschikking heeft gekregen. De zorgdrager voor de archiefbescheiden van het overheidsorgaan dat de archiefbescheiden ter beschikking heeft gesteld, blijft in alle andere aangelegenheden de zorgdrager voor de archiefbescheiden. 7. Indien de ordening van de in het tweede lid bedoelde archiefbescheiden zich verzet tegen terbeschikkingstelling, is het openbaar lichaam te allen tijde bevoegd inzage te nemen van die archiefbescheiden dan wel daarvan of daaruit reproducties, afschriften of uittreksels te vorderen. 8. Ten aanzien van de terbeschikkingstelling gelden de volgende nadere voorwaarden: a. De ter beschikking gestelde archiefbescheiden worden door het openbaar lichaam in goede, geordende en toegankelijke staat bewaard; b. Uitlening van terbeschikkinggestelde archiefbescheiden is slechts toegestaan aan functionarissen binnen het openbaar lichaam die ambtelijk zijn belast met behandeling van een aangelegenheid waarvoor uitlening noodzakelijk is. 19

58 Versie 6 september 2016 HOOFDSTUK XV (Evaluatie) Evaluatie Artikel Het Algemeen bestuur zal het functioneren van het openbaar lichaam en de dienstverlening aan de deelnemende gemeenten per 1 juli 2018 (extern laten) evalueren. Het resultaat van deze evaluatie wordt uiterlijk voor 1 januari 2019 ter kennis gebracht aan de colleges. 2. Het Algemeen bestuur zal daarnaast periodiek het functioneren van het openbaar lichaam en de dienstverlening aan de deelnemende gemeenten evalueren. Dat gebeurt in het kader van de reguliere planning en controlcyclus. 3. Het Algemeen bestuur rapporteert periodiek aan de colleges het resultaat van de uitgevoerde evaluaties onder vermelding van de daaruit getrokken conclusies. HOOFDSTUK XVI (Toetreding, uittreding, wijziging, opheffing) Toetreding Artikel Toetreding van een college van een andere gemeente tot de gemeenschappelijke regeling vindt plaats op voorwaarde dat een volstrekte meerderheid van de colleges van de deelnemende gemeenten daarmee instemt. 2. Het Algemeen bestuur regelt de gevolgen van de toetreding en kan hier nadere voorwaarden aan verbinden. 3. Toetreding vindt plaats met ingang van 1 januari van het jaar volgende op dat waarin de voor toetreding noodzakelijke wijziging van de regeling in werking is getreden, het college van de toetredende gemeente daartoe heeft besloten en voldoet aan de eventueel door het Algemeen bestuur aan de toetreding verbonden voorwaarden. Uittreding Artikel Gedurende vijf jaar na datum inwerkingtreding van deze gemeenschappelijke regeling dan wel na datum toetreding tot deze gemeenschappelijke regeling is uittreding niet mogelijk. 2. Alvorens een deelnemende gemeente het besluit tot uittreding neemt, stelt de deelnemende gemeente het Dagelijks en Algemeen bestuur van het voornemen en de motieven van uittreding op de hoogte. 3. Een deelnemende gemeente kan, na vooraf verkregen toestemming van de gemeenteraad, besluiten uit deze gemeenschappelijke regeling te treden. De deelnemende gemeente stelt het Algemeen bestuur van dit besluit op de hoogte. 4. De uittredende partij is uittreedkosten verschuldigd aan het openbaar lichaam. De financiële, juridische, personele en organisatorische consequenties van uittreding komen volledig voor rekening van de uittredende partij. 20

59 Versie 6 september Het Algemeen bestuur stelt een regeling met betrekking tot uittreding vast. In deze regeling worden de richtlijnen met betrekking tot de procedure van uittreding en de berekening van de uittredingskosten opgenomen. 6. Uittreding vindt alleen plaats indien wordt voldaan aan de voorwaarden die het Algemeen bestuur aan de uittreding verbindt en met ingang van 1 januari van het jaar volgende op dat jaar waarin de voor uittreding noodzakelijke wijziging van de regeling in werking treedt. 7. Bij gedeeltelijke uittreding is het bepaalde in dit artikel van overeenkomstige toepassing. Wijziging Artikel Een voorstel tot wijziging van deze gemeenschappelijke regeling kan worden gedaan door het Algemeen bestuur of door de colleges van tenminste twee van de deelnemende gemeenten. 2. De gemeenschappelijke regeling wordt gewijzigd indien de colleges van de deelnemende gemeenten daartoe, met toestemming van de raden, eensluidend besluiten. Opheffing Artikel Een besluit tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling wordt niet genomen voordat de colleges van alle deelnemende gemeenten na verkregen toestemming van de raden daarmee hebben ingestemd. 2. Ingeval van opheffing van de gemeenschappelijke regeling besluit het Algemeen bestuur tot liquidatie en treft daarvoor de nodige afspraken. Bij dat besluit kan van de bepalingen van deze regeling worden afgeweken. 3. Het liquidatieplan wordt door het Algemeen bestuur, nadat de raden van de deelnemende gemeenten hun zienswijze hebben kunnen inbrengen, vastgesteld. 4. Het liquidatieplan voorziet ook in de gevolgen die de beëindiging heeft voor het personeel. 5. Het liquidatieplan geeft regels voor de wijze waarop de deelnemende gemeenten, voor zover het saldo ontoereikend is, zorg dragen voor de nakoming van de verplichtingen van het openbaar lichaam. 6. Het Dagelijks bestuur is belast met de uitvoering van de liquidatie. 7. De organen van het openbaar lichaam blijven ook na het tijdstip van opheffing in functie, totdat de liquidatie volledig is voltooid. HOOFDSTUK XVII (Geschillen en klachten) Geschillen Artikel Voordat over een geschil, als bedoeld in artikel 28 van de wet, de beslissing van Gedeputeerde Staten wordt ingeroepen, legt het Algemeen bestuur het geschil voor aan een geschillencommissie. 2. De commissie, genoemd in lid 1 wordt als volgt samengesteld: a. één lid aan te wijzen door de colleges van de deelnemende gemeenten die in geschil zijn; b. één lid, aan te wijzen door het Algemeen bestuur; 21

60 Versie 6 september 2016 c. één lid, aan te wijzen door de leden, bedoeld onder a. en b., met dien verstande, dat bij het ontbreken van overeenstemming tussen hen gedeputeerde staten dat lid aanwijzen. 3. De geschillencommissie hoort de bij het geschil betrokken besturen. 4. De geschillencommissie brengt advies uit over de mogelijkheden om partijen tot overeenstemming te brengen. Klachten Artikel 49. Voor de behandeling van klachten als bedoeld in titel 9.1 van de Algemene wet bestuursrecht, wordt door het Algemeen bestuur een voorziening getroffen. HOOFDSTUK XVIII (Overgangs- en slotbepalingen) Inwerkingtreding Artikel 50. Deze regeling wordt aangegaan voor onbepaalde tijd en treedt in werking met ingang van de eerste dag na bekendmaking. De bekendmaking van deze regeling geschiedt door het college van de gemeente Deurne. Toezending Artikel 51. De bij de wet voorgeschreven toezending van deze regeling aan Gedeputeerde Staten geschiedt door het college van de gemeente Deurne. Aanhaling Artikel 52. Deze regeling kan worden aangehaald als Gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten 22

61 Versie 6 september 2016 Burgemeester en wethouders van Asten De burgemeester Burgemeester en wethouders van Deurne De burgemeester De secretaris De secretaris Datum besluit college. Datum toestemming gemeenteraad. Datum besluit college. Datum toestemming gemeenteraad. Burgemeester en wethouders van Gemert-Bakel De burgemeester Burgemeester en wethouders van Laarbeek De burgemeester De secretaris De secretaris Datum besluit college. Datum toestemming gemeenteraad. Datum besluit college. Datum toestemming gemeenteraad. Burgemeester en wethouders van Someren De burgemeester De secretaris Datum besluit college. Datum toestemming gemeenteraad. 23

62 Versie 6 september 2016 Toelichting Gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten Inleiding Op 23 februari 2016 hebben de vijf Peelgemeenten, Asten, Deurne, Gemert-Bakel, Laarbeek en Someren een opdracht gegeven tot het uitwerken van een Businesscase over de doorstart van de gezamenlijke uitvoering van de Wmo, Jeugd en BMS taken (bestuursopdracht). Op 17 mei 2016 hebben alle colleges ingestemd met de Businesscase waaruit is gebleken dat de samenwerking tussen de vijf Peelgemeenten in financiële, organisatorische en inhoudelijke zin haalbaar en reëel is. De uitgangspunten uit de voormalige paddenstoelennota zijn opnieuw onderschreven. Zo hebben de vijf Peelgemeenten opnieuw de intentie uitgesproken om ook op andere taakvelden samen te werken en dat zij solidair jegens elkaar zullen zijn bij het vormgeven en functioneren van de uitvoeringsorganisatie. Op 19 juli 2016 hebben de vijf colleges ingestemd met het Bedrijfsplan waarin de contouren zijn geschetst voor een uitvoeringsorganisatie die ten dienste staat van (de lokale gebiedsteams van) de vijf Peelgemeenten. Er is nader onderzocht in welke juridische vorm deze samenwerking het beste vormgegeven kon worden. Vervolgens is uit opiniërende bespreking met de raden gebleken dat een gemeenschappelijke regeling in de vorm van een openbaar lichaam de meeste geschikte rechtsvorm is om de samenwerking tussen de vijf Peelgemeenten vorm te geven. In 2015 was al besloten om de uitvoering van de Participatiewet (voorlopig) in een aparte gemeenschappelijke regeling onder te brengen, de gemeenschappelijke regeling Werkbedrijf Atlant De Peel. In 2018 wordt dit besluit geëvalueerd. Er moeten wel afspraken gemaakt worden tussen het openbaar lichaam Peelgemeenten en Werkbedrijf Atlant De Peel over de noodzakelijke afstemming van de taakuitvoering op het terrein van Wmo, Jeugd, BMS en de Participatiewet. De gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten is een collegeregeling. Dat betekent dat geen raadsbevoegdheden zijn ingebracht. In de regeling zijn wel enkele bepalingen opgenomen die voortvloeien uit de Wijzigingswet gemeenschappelijke regelingen die de raden van de deelnemende gemeenten een formele positie geven. Controle en beïnvloeding zijn daarmee mogelijk. De ervaring leert dat het bij collegeregelingen van belang is dat een goede communicatie op gang komt met de raden van de deelnemende gemeenten. Transparantie bij de taakuitvoering vergroot de onderlinge betrokkenheid. Democratische legitimatie De gemeenschappelijke regeling Peelgemeenten is zoals aangegeven een collegeregeling. Aan het openbaar lichaam worden geen bevoegdheden overgedragen (delegatie) maar zijn bevoegdheden opgedragen (extern mandaat). De colleges hebben bij Peelgemeenten taken neergelegd op het terrein van de Wmo, Jeugd en BMS. De positie van de gemeenteraad bij het treffen van een collegeregeling is in de wet geregeld. De Wet gemeenschappelijke regelingen bepaalt in artikel 1 tweede lid dat de gemeenteraad voor het treffen van een dergelijke regeling toestemming moet geven. Dat geldt bij het aangaan, wijzigen, toetreden en uittreden. De door het college gevraagde toestemming kan alleen worden onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. Dat impliceert een beperkte toetsing. Die toetsing is wel nodig omdat met het aangaan van een nieuwe gemeenschappelijke regeling de gemeente er een verbonden partij bij krijgt en de financiële gevolgen van de regeling opgenomen worden in de begroting van de gemeente. De hieruit voortvloeiende verplichtingen zijn zelfs verplichte uitgaven als bedoeld in artikel 194 Gemeentewet. Als zodanig heeft het aangaan en het functioneren van een gemeenschappelijke regeling gevolgen voor het budgetrecht van de gemeenteraad. Het is daarom ook juist dat de gemeenteraad in de gelegenheid is hierover een standpunt in te nemen binnen de geschetste wettelijke kaders (niet in strijd met het recht of het algemeen belang). 1

63 Versie 6 september 2016 Het college van burgemeester en wethouders is individueel en gezamenlijk verantwoording verschuldigd aan de gemeenteraad voor het gevoerde bestuur (zie artikel 169 Gemeentewet). De gemeenteraad bestaat uit de gekozen volksvertegenwoordigers, die door hun verkiezing democratisch gelegitimeerd zijn. Die verantwoordingsplicht van het college en de individuele leden verandert niet als de colleges van burgemeester en wethouders besluiten een collegeregeling aan te gaan. Voor de leden van het Algemeen bestuur blijft die verantwoordingsplicht voor elk lid naar de raad van de eigen gemeente bestaan (zie artikel 19 derde lid juncto artikel 16 tweede lid Wgr). Het vragenrecht en recht van interpellatie blijven bestaan ook jegens collegeleden die lid zijn van het Algemeen bestuur van het openbaar lichaam. Ingevolge artikel 16 vierde lid Wgr kan de gemeenteraad een lid van het Algemeen bestuur dat afkomstig is uit de eigen gemeente ontslag verlenen. Daarenboven geldt dat raadsleden gebruik kunnen maken van het enquêterecht ex artikel 155a Gemeentewet en voorts ook dat rekenkamer(commissies) onderzoeken kunnen doen (zie artikel 26 van de regeling). In financieel opzicht blijven de gemeenteraden in positie omdat zij jaarlijks hun zienswijze kenbaar kunnen maken over de ontwerpbegroting en het daaraan ten grondslag liggend jaarwerkplan. Dat jaarwerkplan komt tot stand in overleg tussen het Dagelijks bestuur van het openbaar lichaam en de colleges van burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten. Hierin worden de afspraken per gemeente vastgelegd. Elk college van burgemeester en wethouders en elk individueel collegelid is daarop in de eigen gemeente aanspreekbaar. Door toezending van de jaarrekening van het openbaar lichaam wordt achteraf verantwoording afgelegd. Eerder is dat intern gebeurd bij de aanbieding van de jaarrekening door het Dagelijks bestuur aan het Algemeen bestuur van het openbaar lichaam. Bovendien wordt opgemerkt dat indien een tussentijdse begrotingswijziging nodig is, die leidt tot een aanpassing van de gemeentelijke bijdrage, de raden van de deelnemende gemeenten wederom in de gelegenheid zijn zich daarover uit te spreken en hun zienswijze kenbaar te maken, tenzij er geen sprake is van aanpassing van de gemeentelijke bijdragen. In het verleden is in de aanloop tot de inrichting van het openbaar lichaam een klankbordgroep geformeerd bestaande uit twee raadsleden per deelnemende gemeente. Deze klankbordgroep bestaat nog steeds en is als instituut van en voor de deelnemende gemeenteraden. De klankbordgroep is geen formeel orgaan van het openbaar lichaam maar wordt wel erkend als een aparte overlegvorm waarvan het wenselijk is om dit in stand te houden. Rechtsverhouding colleges versus het openbaar lichaam Het openbaar lichaam Peelgemeenten betreft een uitvoeringsorganisatie waaraan bevoegdheden worden opgedragen door de colleges. De te mandateren bevoegdheden worden per gemeente vastgelegd in een zogenaamd extern mandaatbesluit. De colleges behouden de bevoegdheid om beleidsregels vast te stellen. Zo blijft ook de bevoegdheid om een verordening vast te stellen bij de gemeenteraad berusten. 2

64 Versie 6 september 2016 Artikelsgewijze toelichting Artikel 1 Instelling en plaats van vestiging Het openbaar lichaam Peelgemeenten heeft rechtspersoonlijkheid en kan uit dien hoofde zelfstandig aan het rechtsverkeer deelnemen. Artikel 10 lid 3 Wgr bepaalt dat in de regeling de vestigingsplaats benoemd moet worden. Het betreft de statutaire vestigingsplaats van het openbaar lichaam. Dit is onder meer van belang voor de inschrijving in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Artikel 2 Begripsbepalingen Gebruikte begrippen komen terug in de tekst van de regeling. Indien verwezen wordt naar wetten geldt de wettekst die van kracht is ten tijde van het raadplegen van de regeling. Artikel 3 Belang en doel In het eerste lid van dit artikel is expliciet het belang als bedoeld in artikel 10 eerste lid Wgr benoemd waarom de colleges van burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten deze regeling treffen: dat gebeurt ter behartiging van de sturing en beheersing van ondersteunende processen en van uitvoeringstaken van de deelnemende gemeenten. Opgericht wordt een gezamenlijke uitvoeringsorganisatie in de vorm van een openbaar lichaam voor in eerste instantie de uitvoering van gemeentelijke taken op het terrein van de Wmo, Jeugd, BMS. In de toekomst kan dit uitgebreid worden naar andere taakvelden. Lid 4 maakt het mogelijk dat de uitvoeringsorganisatie opdrachten aanneemt van niet aan de regeling deelnemende gemeenten. Dit beperkt zich wel tot het aannemen van opdrachten die passen binnen de werkzaamheden en taken die de gemeenschappelijke regeling uitvoert. Artikel 4 Bevoegdheden Het openbaar lichaam is een uitvoeringsorganisatie ten dienste van de vijf Peelgemeenten. Het openbaar lichaam opereert op basis van de door de colleges verstrekte externe mandaten. Deze externe mandaten zijn niet opgenomen in de regeling doch in een apart besluit. Die handelswijze biedt de mogelijkheid voor de colleges om te allen tijde snel aanpassingen door te voeren. Uitgangspunt is dat er maximaal mandaat wordt verleend aan de algemeen directeur om de bedrijfsvoering van alle dag te organiseren (de WAT bij het Algemeen bestuur/dagelijks bestuur, de HOE bij de algemeen directeur en zijn/haar ambtelijke organisatie). Met betrekking tot de bevoegdheid om een gemeenschappelijke regeling te treffen is uitgezonderd de bevoegdheid om een openbaar lichaam in te stellen. Dit is niet wenselijk omdat daarmee de positie van de lokale gemeenten op nog grotere afstand worden geplaatst. Een lichte gemeenschappelijke regeling (DVO) kan daarentegen wel wenselijk zijn. Expliciet is in de regeling opgenomen dat het Algemeen bestuur bevoegd is privaatrechtelijke rechtspersonen op te richten of daarin deel te nemen. Artikel 31a tweede lid van de Wgr bevat na de laatste wetswijziging de bepaling dat het Algemeen bestuur van het openbaar lichaam de raden van de deelnemende gemeenten in de gelegenheid moet stellen vooraf hun wensen en bedenkingen kenbaar te maken. Hierdoor is een aparte voorhangprocedure niet meer benodigd. In lid 4 is opgenomen dat het Dagelijks bestuur bevoegd is met een of meer al dan niet deelnemende gemeenten samenwerkingsovereenkomsten te sluiten met betrekking tot ondersteunende dienstverlening voor (aanverwante) taken waarmee het openbaar lichaam belast is. Besluiten hieromtrent zijn majeure dossiers die eerst aan het Algemeen bestuur voorgelegd moeten worden. 3

65 Versie 6 september 2016 Artikel 5 Taken In dit artikel zijn de taken van de uitvoeringsorganisatie Peelgemeenten beschreven. Een uitgebreidere omschrijving van de taken is terug te lezen in het Bedrijfsplan Peelgemeenten. Daarin is ook het onderscheid tussen de lokale en bovenlokale verantwoordelijkheid nader omschreven. Met betrekking tot schuldhulpverlening lopen, op naam van de gemeente Helmond, nog diverse trajecten met inwoners van de vijf Peelgemeenten voor een periode van in totaal drie jaar. Ten aanzien van deze trajecten zijn er een aantal opties. De mogelijkheid bestaat dat de trajecten die nog lopen op 1 januari 2017 niet worden overgenomen door het openbaar lichaam Peelgemeenten maar dat de gemeente Helmond deze trajecten voor de vijf Peelgemeenten zal afronden. Een andere optie is dat de gemeenschappelijke regeling toch deze trajecten overneemt en afrond. Over dit onderdeel lopen nog onderhandelingen met de gemeente Helmond. Voor nieuwe trajecten voert het openbaar lichaam Peelgemeenten sowieso volledig de taken uit op het gebied van schuldhulpverlening. Zoals eerder is besloten, kan de gemeenschappelijke regeling in de toekomst worden uitgebreid met andere taakvelden wanneer de colleges daartoe besluiten. In dat geval moet de gemeenschappelijke regeling daarvoor worden gewijzigd. Artikel 6 Organen Dit artikel behoeft geen toelichting. Artikel 7 Samenstelling Algemeen bestuur Onderwerp van deze gemeenschappelijke regeling is de uitoefening van collegebevoegdheden. Op grond van artikel 13 zesde lid Wgr kunnen alleen leden van het college van burgemeester en wethouders lid zijn van het Algemeen bestuur van het openbaar lichaam Peelgemeenten. Gelet op artikel 14 lid 3 Wgr mogen de leden van het Dagelijks bestuur nimmer de meerderheid van het Algemeen bestuur uitmaken. In lid 1 van dit artikel is bepaald dat het Dagelijks bestuur minimaal dient te bestaan uit de voorzitter en twee andere leden. Bij een minimaal Dagelijks bestuur van drie leden dient het Algemeen bestuur dus uit minimaal zes leden te bestaan. Het uitgangspunt is om een zo efficiënt mogelijke organisatie in te richten en daarom is er gekozen voor een Dagelijks bestuur van drie en een Algemeen bestuur van zes leden, waarvan een de voorzitter is. De gemeente die de voorzitter levert vaardigt ook een tweede lid af in het Algemeen bestuur. Qua stemverhouding wordt dit gelijk getrokken, zoals te lezen is in de toelichting bij artikel 9 van de gemeenschappelijke regeling. Zodoende heeft in ieder geval elke gemeente een lid afgevaardigd in het Algemeen bestuur. Artikel 8 Werkwijze Algemeen bestuur In artikel 22, eerste lid van de Wgr is geregeld dat het Algemeen bestuur een reglement van orde vaststelt. In het reglement van orde worden minimaal regels opgenomen met betrekking tot: - vaststellen vergaderschema; - opstellen agenda, uitnodiging c.q. kennisgeving vergadering en verslaglegging; - wijze van behandeling van voorstellen en besluitvorming; - handhaving van de orde tijdens de vergadering; - besloten- c.q. openheid van vergadering. In beginsel zijn de vergaderingen openbaar. Onder voorwaarden kan besloten worden tot een besloten vergadering. De onderwerpen waarover niet in een besloten vergadering kan worden beraadslaagd of besloten, zijn limitatief opgesomd in het derde lid. De verwijzing naar de artikelen uit de Gemeentewet hebben betrekking op het functioneren van de gemeenteraad (bijv. ordehandhaving, onthouden van deelname aan stemmingen). In de Wgr wordt de gemeenteraad gelijk gesteld aan het Algemeen bestuur. 4

66 Versie 6 september 2016 De vergaderingen van het Algemeen bestuur zijn openbaar. Derden kunnen als adviseur worden uitgenodigd bij de vergadering. Artikel 9 Besluitvorming Gelijke stemverhouding tussen de deelnemende gemeenten is het uitgangspunt. In dit artikel wordt bepaald dat iedere gemeente twee stemmen kan uitbrengen. Indien een gemeente één lid in het Algemeen bestuur heeft aangewezen dan mag diegene twee stemmen uitbrengen. De gemeente die de voorzitter levert en daardoor ook een tweede lid in het Algemeen bestuur afvaardigt brengt ook twee stemmen uit maar in dat geval één stem per persoon. De voorzitter brengt één stem uit en het tweede lid brengt één stem uit. Besloten wordt in beginsel met een meerderheid van stemmen. Besluiten betreffende vaststelling van de begroting, begrotingswijzigingen, jaarstukken en majeure dossiers behoeven een gekwalificeerde meerderheid van minimaal acht stemmen. De ratio hiervoor is gelegen in de overtuiging dat dergelijke voor de samenwerking wezenlijke besluiten moeten steunen op een gekwalificeerde meerderheid. Artikel 10 Bevoegdheden In artikel 33 Wgr is bepaald dat de bevoegdheden die bij de regeling worden overgedragen bij het Algemeen bestuur berusten tenzij bij de wet of in de regeling anders is bepaald. In artikel 33b van de Wgr zijn bevoegdheden opgesomd die in elk geval behoren bij het Dagelijks bestuur. Artikel 11 Geheimhouding Bepaling is gelijk aan bepalingen uit de Gemeentewet die gelden voor raadsvergaderingen. Artikel 12 Samenstelling Dagelijks bestuur Zoals toegelicht bij artikel 7 van de gemeenschappelijke regeling dient het Dagelijks bestuur minimaal te bestaan uit de voorzitter en twee andere leden. Het uitgangspunt bij de inrichting van de gemeenschappelijke regeling is dat het bestuur vooral slagvaardig moet kunnen optreden. Een groot Dagelijks bestuur is daarom niet gewenst, zeker niet omdat dit direct iets betekent voor de omvang van het Algemeen bestuur. Immers de leden van het Dagelijks bestuur mogen nimmer de meerderheid uit maken van het Algemeen bestuur. Een Dagelijks bestuur bestaande uit drie leden past bij het uitgangspunt om slagvaardig te kunnen optreden. Bovendien zal er maximaal mandaat worden verleend aan de algemeen directeur waardoor het aantal besluiten in het Dagelijks bestuur beperkt kan worden. De zittingsperiode parallel aan de zittingsperiode van de colleges van burgemeester en wethouders is opgenomen om wijzigingen in de samenstelling van het Dagelijks bestuur mogelijk te maken. Artikel 13 Taak Dagelijks bestuur Dit artikel behoeft geen toelichting. Artikel 14 Bevoegdheden Dagelijks bestuur Dit artikel behoeft geen toelichting. Verwezen wordt naar het gestelde bij artikel 10. Artikel 15 Besluitvorming Dagelijks bestuur De bepalingen in de Gemeentewet betrekking hebbende op stemmingen en het functioneren van het college van burgemeester en wethouders zijn van overeenkomstige toepassing. Ieder lid heeft één stem, meervoudig stemrecht is in het Dagelijks bestuur niet noodzakelijk. De vergadering van het Dagelijks bestuur vinden plaats achter gesloten deuren. Het Dagelijks bestuur stelt een regelement van orde op dat aan het Algemeen bestuur wordt toegezonden. Artikel 16 Geheimhouding Identiek aan het gestelde onder artikel 11. 5

67 Versie 6 september 2016 Artikel 17 Voorzitter en de vice-voorzitter De voorzitter wordt door en uit het Algemeen bestuur aangewezen op grond van het bepaalde in artikel 13 negende lid Wgr. Een externe voorzitter is niet mogelijk. De voorzitter van het Algemeen bestuur is tevens voorzitter van het Dagelijks bestuur (artikel 13 lid 9 juncto artikel 14 lid 1 Wgr). Bij afwezigheid van de voorzitter fungeert een ander lid van het Dagelijks bestuur als vice-voorzitter. Artikel 18 Secretaris Uitgegaan wordt van de situatie dat het Algemeen bestuur en Dagelijks bestuur worden bijgestaan door een ambtelijk secretaris met als aandachtsgebied de bewaking van de bestuurlijke, juridische en financiële kaders waarbinnen het openbaar lichaam moet functioneren. De secretarisfunctie wordt belegd bij de algemeen directeur. Het Algemeen bestuur wijst de secretaris aan en wijst op voordracht van het Dagelijks bestuur ook een medewerker van het openbaar lichaam aan als plaatsvervanger. Artikel 19 Bestuurscommissies Omwille van korte heldere bestuurlijke lijnen dient terughoudend omgegaan te worden met het instellen van het zware instrument van bestuurscommissies. Voor de volledigheid is deze optie toch in de regeling opgenomen. Het Algemeen bestuur dient ingevolge artikel 25 tweede lid Wgr het voornemen om een functionele bestuurscommissie in het leven te roepen te melden bij de raden van de deelnemende gemeenten en hen in de gelegenheid stellen hun wensen en bedenkingen ter kennis te brengen van het Algemeen bestuur. Artikel 20 Adviescommissies De instelling van vaste adviescommissies aan het Dagelijks bestuur en aan de voorzitter geschiedt door het Algemeen bestuur. Andere adviescommissies aan het Dagelijks bestuur of de voorzitter worden ingesteld door het Dagelijks bestuur respectievelijk de voorzitter. Binnen het openbaar lichaam Peelgemeenten zal het overleg tussen de portefeuillehouders Wmo, Jeugd en BMS als een formele adviescommissie van het Dagelijks bestuur worden ingesteld. Hierdoor worden de portefeuillehouders formeel in positie gebracht om advies uit te brengen over inhoudelijke onderwerpen. Het instellen van deze adviescommissie geschiedt bij besluit van het Dagelijks bestuur zodra de gemeenschappelijke regeling in werking is getreden. Bij instellingsbesluit worden de concrete bevoegdheden en wijze van vergaderen van de adviescommissie vastgesteld. In de toekomst kunnen ook overige adviescommissies worden ingesteld wanneer hiertoe de behoefte bestaat. Artikel 21 Werkgroepen, overlegvormen Het gaat hier om informele overlegvormen, die als zodanig niet zijn benoemd in de Gemeentewet. Genoemde overlegvormen kunnen een rol spelen bij de beleidsvoorbereiding of beleidsuitvoering. Er bestaat behoefte om de voormalige klankbordgroep van de raden aan te wijzen als een overlegvorm, ondanks dat de gemeenschappelijke regeling een collegeregeling betreft. Op deze manier wordt de betrokkenheid van de gemeenteraden bij de samenwerking gewaarborgd. De klankbordgroep kan als een forum fungeren waarin men ervaringen deelt over het functioneren van het openbaar lichaam en kan het signalen afgeven over het proces van samenwerking. Artikel 22 Tegemoetkoming Uitgangspunt is dat zo min mogelijk bestuurskosten ten laste van het openbaar lichaam Peelgemeenten worden gebracht. Denkbaar is dat in incidentele gevallen een uitzondering gemaakt moet worden op deze hoofdregel. In een op te stellen verordening zal dit uitgewerkt moeten worden. 6

68 Versie 6 september 2016 Artikel 23 Voorhangprocedure Het Algemeen bestuur en het Dagelijks bestuur hebben op basis van de Wgr ieder hun eigen bevoegdheden. Bij bepaalde bevoegdheden van het Dagelijks bestuur kan het soms wenselijk zijn om vóór besluitvorming het Algemeen bestuur hierbij te betrekken. Dit geldt ook bij bepaalde bevoegdheden die behoren bij het Algemeen bestuur. Daarvoor kan het wenselijk zijn om vóór besluitvorming de colleges hierbij te betrekken. In dit artikel wordt dit mogelijk gemaakt, in een zogenoemde voorhangprocedure. Wanneer het een bevoegdheid betreft van het Dagelijks bestuur kan op verzoek van minimaal drie leden van het Algemeen bestuur aan een dossier de kwalificatie majeur dossier worden toegekend door het Dagelijks bestuur. In dat geval wordt vóór besluitvorming in het Dagelijks bestuur eerst een ontwerpbesluit toegezonden aan het Algemeen bestuur die daar vervolgens hun zienswijzen op kunnen geven. Wanneer het een bevoegdheid betreft van het Algemeen bestuur kan op verzoek van minimaal twee colleges aan een dossier de kwalificatie majeur dossier worden toegekend door het Algemeen bestuur. Ook in dat geval wordt vóór besluitvorming in het Algemeen bestuur eerst een ontwerpbesluit toegezonden aan de colleges die daar vervolgens hun zienswijzen op kunnen geven. In lid 3 is bepaald welke onderwerpen in ieder geval als majeur dossier worden aangewezen. Dit zijn dermate belangrijke besluiten waarvan op voorhand wordt bepaald dat hier de voorhangprocedure van toepassing is. Artikel 25 Interne inlichtingenplicht en verantwoordingsplicht lid Dagelijks bestuur Artikel 25 verwijst naar artikel 19a Wgr. Artikel 26 Externe inlichtingenplicht Artikel 26 spiegelt met artikel 17 van de Wgr. Artikel 27 Externe inlichtingenplicht en verantwoordingsplicht lid Algemeen bestuur Dit artikel spiegelt met artikel 16 Wgr, dat ingevolge artikel 18 Wgr eveneens van toepassing is op collegeregelingen. Artikel 28 Informatieplicht rekenkamer(commissies) Door expliciete vermelding van deze medewerkingsplicht kunnen de lokale reken(commissies) hun onderzoeksterrein uitbreiden naar het openbaar lichaam. Artikel 29 De algemeen directeur In de regeling is vastgelegd dat de algemeen directeur met de leiding van de uitvoeringsorganisatie is belast. Op grond van het nieuwe artikel 33b Wgr is het Dagelijks bestuur het bevoegde orgaan als het gaat om benoeming, schorsing en ontslag. Onder de algemeen directeur fungeert een ambtelijke organisatie. Als zodanig geeft de directeur leiding aan de ambtelijke organisatie. Aan de algemeen directeur wordt maximaal mandaat verleend om de organisatie zo efficiënt en slagvaardig mogelijk te laten functioneren. Artikel 30 Personeel Dit artikel behoeft geen toelichting. Artikel 31 Rechtspositie Dit artikel behoeft geen toelichting. 7

69 Versie 6 september 2016 Artikel 32 Jaarwerkplan Door middel van de voorjaarsconferentie, prestatieafspraken, zienswijzeprocedure bij de begroting(swijzigingen) en de najaarsconferentie hebben de colleges invloed op de taken en kosten van het openbaar lichaam. Ook in de gemeenschappelijke regeling van Werkbedrijf Atlant De Peel zijn deze bepalingen opgenomen zodat afstemming tussen de twee gemeenschappelijke regelingen structureel is geborgd. Artikel 33 Financiële informatieplicht Dit artikel vloeit voort uit het bepaalde in artikel 34b Wgr. Dit is de uiterlijke termijn waarop de kadernota en voorlopige jaarrekening moet worden aangeboden. Uiteraard is eerdere aanbieding mogelijk. Hier kan aansluiting worden gezocht bij de bestuurlijke afspraken rondom harmonisatie van de P&C cyclus die zijn gemaakt met de 4 grote gemeenschappelijke regelingen waaraan alle gemeenten aan deelnemen (Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost, GGD Brabant-Zuidoost, Metropoolregio Eindhoven en Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant). In dat geval wordt de kadernota al in december aan de gemeenteraden aangeboden in plaats van in april. Artikel 34 Begroting De artikelen 186 tot en met 213 van de Gemeentewet zijn ook van toepassing verklaard op de gemeenschappelijke regelingen. Ook het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) is van toepassing. De ontwerpbegroting wordt zodanig ingericht dat daaruit blijkt welke kosten met welke producten verband houden. Het Dagelijks bestuur zendt de ontwerpbegroting minimaal acht weken voordat zij wordt vastgesteld toe aan de colleges van de deelnemende gemeenten conform het bepaalde in artikel 35 Wgr. Binnen die periode zijn de colleges in de gelegenheid het gevoel van de gemeenteraad in te winnen. Ook hier geldt dat de genoemde termijnen, maximale termijnen zijn. Voor de aanbieding van de ontwerp-begroting wordt aangesloten bij de afspraken die zijn gemaakt met de 4 grote gemeenschappelijke regelingen. Dat betekent dat de ontwerp-begroting op 15 maart wordt aangeboden aan de gemeenteraden. De termijn waarop de begroting uiterlijk moet zijn vastgesteld door het Algemeen bestuur stelt gemeenten in staat de uitgaven die gemoeid zijn met het openbaar lichaam in de eigen begroting te verwerken. Het gaat immers om verplichte uitgaven ex artikel 193 Gemeentewet. Het Dagelijks bestuur stuurt de door het Algemeen bestuur vastgestelde begroting toe aan gedeputeerde staten vóór 1 augustus in het jaar voorafgaande aan het jaar waarvoor de begroting dient. Artikel 35 Rekening Het Algemeen bestuur stelt de rekening vast vóór 1 juli in het jaar volgend op het jaar waarop deze rekening betrekking heeft. De jaarrekening wordt na de vaststelling, doch in ieder geval voor 15 juli van het jaar volgend op het jaar waarop de jaarrekening betrekking heeft, aan gedeputeerde staten van Noord- Brabant en aan de colleges van de deelnemende gemeenten gezonden. Artikel 36 Verdeling der kosten De financiële verrekenafspraken vloeien voort uit de eerdere afspraken gemaakt bij het vaststellen van de businesscase en bedrijfsplan. Aangezien de vijf Peelgemeenten een vergelijkbare sociale economische structuur hebben en daarmee het beroep op sociale voorzieningen ongeveer proportioneel verdeeld is over de inwoners van de gemeenten is het inwoneraantal een mogelijke verdeelsleutel. Een andere mogelijkheid is verdeling op basis van het aantal aanvragen of beschikkingen. Voor eenvoud in de opstartfase van de Peelorganisatie is gekozen voor een verdeelsleutel op basis van het aantal inwoners. Op basis van ervaringscijfers van twee jaren wordt de verdeelsleutel in 2019 opnieuw bezien. Indien mogelijk wordt er dan overgegaan op een verdeelsleutel op basis van het aantal aanvragen of beschikkingen. Dit is namelijk een goede indicator voor de daadwerkelijke werklast en zorgt voor een 8

70 Versie 6 september 2016 prikkelwerking richting de gemeente om inwoners te stimuleren gebruik te maken van voorliggende voorzieningen in plaats van over te gaan tot een aanvraag. Artikel 37 Verplichte uitgaven De kosten voortvloeiend uit deelname aan een gemeenschappelijke regeling zijn voor de deelnemers verplichte uitgaven als bedoeld in artikel 193 Gemeentewet. Als de gemeenteraad deze kosten niet opvoert als uitgaven in de programmabegroting gebeurt dat door gedeputeerde staten. Deelname aan het openbaar lichaam is daarom geen vrijblijvende aangelegenheid. De deelnemende gemeenten zijn samen en ieder voor zich verantwoordelijk voor het openbaar lichaam Peelgemeenten. Artikel 38 Financiële gegoedheid Het openbaar lichaam zal bancaire relaties moeten aangaan. Het openbaar lichaam zal alle maatregelen nemen om de gemeenten aan hun verplichtingen te laten voldoen. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft in een circulaire uit 1999 aangedrongen op het opnemen van deze bepaling in gemeenschappelijke regelingen. Artikel 39 Financiële voorschriften De verordenende bevoegdheid als genoemd in dit artikel wordt ontleend aan de Gemeentewet hoofdstuk XIV (artikelen 212 en 213). In artikel 4 eerste lid van de regeling is deze verordende bevoegdheid van het Algemeen bestuur exclusief benoemd. Artikel 40 Archiefbescheiden Gekozen is voor een ruime formulering. De zorg voor archiefbescheiden die voortvloeien uit door gemeenten gemandateerde taken blijft berusten bij die gemeenten. Dat wordt anders als in de toekomst eventueel besloten wordt taken over te dragen. In dat laatste geval wordt de zorg voor die archiefbescheiden ook een verantwoordelijkheid van het openbaar lichaam Peelgemeenten. Artikel 41 Archiefbewaarplaats Dit artikel behoeft geen toelichting. Artikel 42 Ter beschikkingstelling archiefbescheiden Het gaat om een technische uitwerking hoe om te gaan met het ter beschikking stellen van archiefstukken. Artikel 43 Evaluatie In de regeling is expliciet vermeld dat het functioneren van het openbaar lichaam Peelgemeenten en de dienstverlening aan de deelnemende gemeenten door het Algemeen bestuur per 1 juli 2018 wordt geëvalueerd. Deze bepaling is gelijk aan de evaluatiebepaling in de gemeenschappelijke regeling Werkbedrijf Atlant De Peel. Artikel 44 Toetreding Een gemeenschappelijke regeling dient een regeling te bevatten over toetreding. De bepaling van de condities bij toetreding wordt bepaald door het Algemeen bestuur in overleg met de toetredende gemeente. Toetreding veronderstelt wijziging van deze gemeenschappelijke regeling. Artikel 45 Uittreding In deze bepaling is opgenomen dat de eerste vijf jaren een partij niet kan uittreden. Om een nieuwe organisatie te bouwen en optimaal te laten functioneren kost dit enkele jaren tijd. Daarom is het niet wenselijk dat een partij in de zogenoemde bouwjaren uittreedt. Wanneer een partij uittreedt dan komen de kosten van uittreding voor zijn rekening. De uittredende partij is verantwoordelijk voor alle consequenties op organisatorisch, financieel, juridisch en personeel gebied. 9

71 Versie 6 september 2016 In een aparte richtlijn wordt het proces tot uittreding, het bepalen van de voorwaarden van uittreding en het bepalen van de uittreedsom nader uitgewerkt. Het vaststellen van een dergelijke richtlijn is een bevoegdheid van het Algemeen bestuur. Om geen risico te lopen op een gebroken boekjaar is bepaald dat uittreding altijd pas kan vanaf 1 januari. Door uittreding moet de gemeenschappelijke regeling gewijzigd worden en dit vergt qua besluitvormingsproces enige tijd doordat alle colleges moeten instemmen met de nieuwe gemeenschappelijke regeling. Om die reden kan er pas vanaf 1 januari volgend op het jaar waarop de gewijzigde gemeenschappelijke regeling in werking treedt worden uitgetreden. Artikel 46 Wijziging Wijziging van de gemeenschappelijke regeling is alleen mogelijk ingeval alle colleges na verkregen toestemming van de gemeenteraden hierover eensluidend besluiten. Artikel 47 Opheffing Opheffing van de gemeenschappelijke regeling kan alleen ingeval alle colleges na verkregen toestemming van de gemeenteraden hierover eensluidend besluiten. Indien hiertoe wordt besloten zal er door het Algemeen bestuur een liquidatieplan gemaakt moeten worden waarin alle consequenties van liquidatie worden opgenomen. Artikel 48 Geschillen Voordat het formele traject van de geschillenbeslechting zoals bedoeld in artikel 28 Wgr start wordt er een geschillencommissie ingesteld om zodoende het geschil in een minnelijk traject op te lossen. Artikel 49 Klachten Het openbaar lichaam zal een klachtenvoorziening in stand moeten houden en daarvoor een verordening dienen vast te stellen. De deelnemende gemeenten zullen in hun klachtenverordening een uitzondering moeten maken voor die taken die in mandaat worden verricht door het openbaar lichaam Peelgemeenten. Het ligt in de rede dat door het openbaar lichaam aansluiting verzocht wordt bij de Nationale ombudsman als bovenliggende voorziening voor klagers. Artikel 50 Inwerkingtreding Verwezen wordt naar de bepaling in artikel 26 tweede en derde lid Wgr. Artikel 51 Toezending Verwezen wordt naar de bepaling in artikel 26 eerste lid Wgr. Artikel 52 Aanhaling Dit artikel behoeft geen toelichting. 10

72 MEMO ZAAKNUMMER : AST/2016/ AAN : Commissie Burgers VAN : G.P.M. (Gerard) Lomans DATUM : 15 september 2016 ONDERWERP : monitoring tarieven De Schop Bij het indexeren van de tarieven van Sportcomplex De Schop heeft u verzocht om monitoring en terugkoppeling van de gevolgen van de indexering van de tarieven. Bij een nadere analyse van de exploitatiegegevens van De Schop is het in praktische zin niet mogelijk gebleken de gevolgen van de jaarlijkse indexering van de tarieven (goed) in beeld te brengen omdat een veelheid van factoren van invloed is op het zwembadbezoek. De tariefsverhogingen zijn in de afgelopen jaren zeer beperkt geweest en de bezoekersaantallen zijn volgens mij daardoor niet negatief beïnvloed. Dat geldt ook voor het recreatief zwemmen, de zwemlessen en alle andere vormen van doelgroep zwemmen. Als er al sprake is van terugloop dan is dat veel meer een zaak van verminderde belangstelling voor een bepaalde activiteit, voor de zwemsport in zijn algemeenheid of het gevolg van demografische ontwikkelingen. Overigens kan worden geconcludeerd dat diverse activiteiten, ondanks een beperkte indexering, zelfs een toename van het aantal deelnemers te zien hebben geven. Voor zover bekend is de jaarlijkse indexering voor onze bezoekers geen aanleiding geweest om daar zelfs maar opmerkingen over te maken.

73 GEZONDHEID VERBINDT IN GEMEENTE ASTEN VOLKSGEZONDHEID TOEKOMST VERKENNING 2016

74 2 GGD Brabant-Zuidoost 2016 VOORWOORD In de gemeente Asten wordt de eigen kracht en samenkracht van inwoners al volop ingezet bij de ontwikkelingen in het sociale domein. Daarbij voeren inwoners steeds meer zelf regie over hun leven én hun gezondheid. De GGD heeft aan inwoners van de regio gevraagd wat zij belangrijk vinden in hun leven. Gezondheid blijkt voor de meeste mensen een centrale waarde in het leven. Een buurt en mee kunnen doen, dragen bij aan een positieve beleving van gezondheid. In dit e-book laten we zien wat de verbindende kracht is van gezondheid. Iedereen wil gezond zijn, in de wijk en op het werk, gezond opgroeien en oud worden. Steeds is er een wederkerige relatie met gezondheid. Wie meedoet is gezonder en gelukkiger. En als je gezond en gelukkig bent, kun je meedoen. Mensen ervaren gezondheid als een gespreksthema dat hen bijeenbrengt (zie ook RIVM). Gezondheid verbindt mensen en organisaties in het sociale domein. In deze Volksgezondheid Toekomst Verkenning heeft de GGD Brabant-Zuidoost aan diverse dorpsondersteuners, deskundigen werkzaam bij regionale en landelijke organisaties, partners en vrijwilligers gevraagd wat belangrijke kernboodschappen zijn op het gebied van gezondheid. Deze kernboodschappen zijn met lokale cijfers uitgewerkt voor de gemeente Asten. Ook zijn er adviezen geformuleerd voor de gemeente om samen met inwoners en maatschappelijke partners verder invulling te geven Asten. In het e-book wordt hiernaar verwezen. Dit e-book maakt inzichtelijk hoe de gemeente Asten de kracht van de burger verder kan optimaliseren. De GGD Brabant-Zuidoost is hierbij graag uw partner. Op uw gezondheid! Annelie Stevens-Ruiters, directeur publieke gezondheid

75 3 GGD Brabant-Zuidoost 2016 INHOUDSOPGAVE DE KRACHT VAN GEZONDHEID PAGINA 4-12 GEZONDHEID WERKT PAGINA EEN GEZONDE BASIS VOOR DE JEUGD PAGINA SAMEN IN DE WIJK PAGINA GEZOND BEZIG PAGINA LANGER THUIS PAGINA PROGNOSEPROFIEL PAGINA DANKWOORD PAGINA TOELICHTING EN BRONNEN PAGINA GEZONDHEIDSPROFIEL

76 De kracht van gezondheid 4 GGD Brabant-Zuidoost 2016 DE KRACHT VAN GEZONDHEID Mensen beleven hun gezondheid veelal positief als ze kunnen doen wat ze willen, ook met een ziekte. Dit vormt het uitgangspunt van gezondheidspromotie: daarin staat niet de ziekte centraal, maar datgene wat mensen waardevol en zinvol vinden. De gemeente Asten draagt bij aan gezondheidspromotie door te investeren in werk, sport, cultuur, leefbaarheid en sociale activiteiten. Veel mensen krijgen al ondersteuning op het gebied van hun gezondheid, vooral uit hun directe omgeving. Door het toegankelijker maken van diverse ondersteuningsvormen, zoals zelfhulp, kan de gemeente haar inwoners met ondersteuningsbehoeften nog beter faciliteren. KERNBOODSCHAP I Voor een positieve gezondheidsbeleving is het cruciaal dat de inwoners van Asten de dingen kunnen doen die ze willen doen, ook als zij een chronische ziekte hebben. Gezondheid een centrale waarde in het leven In maart 2015 hebben ruim inwoners van Zuidoost-Brabant, lid van het GGD-panel, vragen beantwoord over hun gezondheidsbeleving. Op de vraag wat zij het belangrijkste vinden in hun leven noemen zij gezondheid verreweg het meest, veelal in combinatie met gezin, kinderen en familie. Ook geluk krijgt een belangrijke plek. In de vergelijking van gezondheid met andere dingen in het leven, komt gezondheid voor 86% van de mensen als (bijna) het meest belangrijke naar voren [1]. Ervaren gezondheid nauw verbonden met aspecten sociale domein Voor mensen is gezondheid meer dan de afwezigheid van ziekte. Andere belangrijke aspecten van het begrip gezondheid zijn bijvoorbeeld kunnen genieten van activiteiten of dingen, prettige sociale contacten hebben, wonen in een prettige en veilige buurt en voldoening vinden in betaald of vrijwillig werk. Hieruit blijkt dat gezondheid nauw samenhangt met meedoen, welzijn en andere doelen in het sociale domein [1]. + zie ook gezondheid werkt

77 De kracht van gezondheid 5 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Gezondheid is: Bij dagelijkse activiteiten geen belemmeringen ervaren door ziekte of gezondheidsklachten. Geen stress ervaren. Me energiek Kunnen genieten Voldoening vinden van activiteiten en in betaald of dingen. vrijwillig werk. Kunnen omgaan met tegenslagen en er weer snel bovenop komen. Beperkingen in functioneren bepalend voor gezondheidsbeleving Mensen beleven hun gezondheid veelal positief als ze kunnen doen wat ze willen doen. Daarbij beoordelen mensen hun eigen functioneren in de context van het leven dat ze willen leiden en de grenzen van hun mogelijkheden [2]. Uit het panelonderzoek blijkt dat kunnen doen wat je wilt doen belangrijker is voor de gezondheidsbeleving dan de aan- of afwezigheid van ziekte. Chronisch zieken die wel de dingen kunnen doen die ze willen, zijn bijna even positief over hun gezondheid als mensen zonder chronische aandoening [1]. In Asten geeft 91% van de volwassenen en ouderen aan te kunnen doen wat ze willen doen [3]. Beeld voor Zuidoost-Brabant Score van de subjectief beleefde gezondheid tussen 0 (negatief) en 10 (positief) [1] ADVIES VOOR ASTEN Maak gebruik van de kracht van gezondheid als centrale waarde en stimuleer daarmee de samenwerking tussen alle partijen in het sociale domein. Draag als gemeente, burgers en professionals gezamenlijk de visie uit dat gezondheid breder is dan preventie van ziekte en het beperken van zorg. Het kunnen doen wat je wilt doen is voor de gezondheidsbeleving belangrijker dan de aanof afwezigheid van ziekte. Bekijk initiatieven van burgers en organisaties vanuit de bredere context van welzijn als aspect van gezondheid. Beoordeel initiatieven die op het eerste oog niet direct aan gezondheid gerelateerd zijn, op hun mogelijke bijdrage aan een positieve gezondheidsbeleving. 6,7 7,2 5,1 7,0 wel chronische geen chronische chronisch ziek en niet de chronisch ziek en wel ziekte ziekte dingen kunnen doen die de dingen kunnen doen je wilt doen die je wilt doen

78 De kracht van gezondheid 6 GGD Brabant-Zuidoost 2016 KERNBOODSCHAP II Het verbeteren van de gezondheid start bij de waarden en persoonlijke drijfveren van mensen. In Asten heeft in 2030 bijna twee op de vijf inwoners een chronische ziekte In Asten ligt de levensverwachting bij mannen op 78,7 jaar en bij vrouwen op 83,8 jaar. Dit is vergelijkbaar met het landelijk beeld [4]. Tegelijkertijd neemt het aantal mensen met een ziekte toe en leven we ook langer met een ziekte. Naar verwachting heeft in 2030 bijna 39% van de inwoners van Asten één of meer aandoeningen. In de regio zal dat 36% en landelijk zal dat 40% zijn [5]. De meerderheid van de mensen ervaart de gezondheid desondanks als goed. Volgens prognoses zal het percentage inwoners van Asten met een goede ervaren gezondheid in de komende jaren wel iets afnemen. Het aandeel mensen met een beperking daalt licht ondanks de vergrijzing. + zie ook langer thuis Beeld voor Asten Levensverwachting in jaren bij geboorte in Asten en in Nederland. [4] Beeld voor Asten Prognose van de goed ervaren gezondheid, beperkingen en ziektes tussen 2010 en 2030 in de gehele bevolking van Asten (%) [5] % heeft een goede ervaren gezondheid heeft één of meer ziekten leeft met beperkingen Positieve gezondheid: focus op aanpassingsvermogen en positieve veerkracht Door vroegopsporing en betere behandelingsmogelijkheden kunnen we steeds langer met een ziekte leven. Dit zorgt echter ook voor een toenemende druk op de gezondheidszorg. Deze ontwikkeling heeft bijgedragen aan een andere visie op gezondheid, ziekte en zorg. In de nieuwe visie staat gezondheid centraal in plaats van ziekte. Daarbij ligt de focus op het aanpassingsvermogen en de veerkracht, waarmee mensen veranderingen in hun gezondheid kunnen opvangen. Dit nieuwe concept wordt positieve gezondheid genoemd [6] [7]. + Asten Nederland 78,7 jaar 83,8 jaar 78,9 jaar 82,9 jaar

79 De kracht van gezondheid 7 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Van lijden aan je ziekte naar leiden van je ziekte Uit het GGD-panelonderzoek blijkt dat mensen die de eigen gezondheid accepteren en tegelijk hoge controle ervaren over hun gezondheidssituatie, een positievere gezondheidsbeleving hebben dan mensen die dat niet doen [1][2]. In de groepsgesprekken geven panelleden ook aan dat het leren omgaan met lichamelijke of psychische klachten of tegenslagen in het leven voor hen heel belangrijk is. Dit versterkt hun gezondheidsbeleving. Door uit te gaan van de eigen mogelijkheden krijgen mensen, in interactie met hun omgeving, meer grip op hun ziekte en hun gezondheid. Wat zijn de ervaringen van burgers met de Gezondheid en Gedrag aanpak? Wat zijn de ervaringen van burgers met de Gezondheid en Gedrag aanpak? Big Move heeft op verzoek van de gemeente Laarbeek aan hulpverleners een (bij)scholing verzorgd over de verandering van probleemgeoriënteerde (Ziekte en Zorg, ZZ) naar doel-georiënteerde (Gezond en Gedrag, GG) ondersteuning. Het doel hiervan is om cliënten te helpen hun ervaren gezondheid en functioneren blijvend te verbeteren, waarbij de regie bij de cliënt ligt. Uit een eerste evaluatie van deze en functioneren. Mensen zelf hun richting laten bepalen, zet meer in gang dan ze door een ander een richting in te laten duwen. Zingeving als waarde in het sociaal domein Wat mensen als waardevol of zinvol ervaren is heel divers. Dat kan werk zijn, maar bijvoorbeeld ook muziek, vrijwilligerswerk, onderwijs, sociale relaties of cultuur. Deze activiteiten bieden mensen de gelegenheid om (ondanks ziekte) voldoening in hun leven te vinden en hun (ervaren) gezondheid te verbeteren. Het is daarom belangrijk om initiatieven van burgers te bekijken vanuit het oogpunt van gezondheid en zingeving. Door aan te sluiten bij De nadruk ligt daarbij meer op de promotie van gezondheid en minder op de preventie en behandeling van en omgaan met de ziekte [8]. Hulpverleners zullen hiervoor hun benadering van cliënten moeten aanpassen. Hierbij kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van de GG/ZZ visie; zie de toelichting in onderstaand kader. werkwijze blijkt dat cliënten het prettig vinden dat de professional hen op weg helpt door hen de mogelijkheden te laten zien. Zo worden ze geholpen om zelf iets op te pakken en te veranderen aan hun situatie. Cliënten geven wel aan dat het lastig is om aan hun functioneren te werken als er andere belangrijke zaken spelen, initiatieven van burgers kan de collectieve gezondheid van mensen in de wijk of gemeenschap versterkt worden. Ook als deze initiatieven in eerste instantie nog geen link met gezondheid lijken te hebben. Professionals uit het brede sociale domein van welzijn en zorg kunnen vervolgens ondersteunen waar dat nodig is. zoals een zieke partner. [9] [10] + toelichting op de promotie van gezondheid + Persoonlijke motivatie vertrekpunt van gezondheidspromotie Het beste vertrekpunt voor promotie van de gezondheid zijn de dingen die voor mensen van waarde zijn, de dingen die ze plezierig, goed of zinvol vinden. Daar liggen hun ambities, hun wensen en motivatie voor gedrag. Waar word ik blij van?, wat wil ik kunnen doen (voor anderen)?, hoe wil ik door het leven gaan?. De antwoorden op deze vragen vormen de drijfveren die mensen motiveren stappen te zetten bij het vergroten van hun eigen gezondheid zie ook gezond bezig

80 De kracht van gezondheid 8 GGD Brabant-Zuidoost 2016 ADVIES VOOR ASTEN Kantel de gemeentelijke beleidscyclus naar de doesamenleving. Het bevorderen van gezondheid is een aansprekend doel voor veel mensen, organisaties en hulpverleners. De sleutel tot gedragsverandering is aansluiten bij de mening en motivatie van de burger. Zet de burger aan het roer en ga samen aan de slag! Dat kan door activiteiten te starten of door de omgeving aan te passen en aantrekkelijker in te richten, bijvoorbeeld op het gebied van veiligheid, bewegen en ontmoeten. Betrek in deze samenwerking ook andere partijen zoals woningbouwcorporaties, vrijwilligers, verenigingen en hulpverleners. Hierdoor ontstaan dwarsverbanden en kunnen burgers, gemeente en andere organisaties elkaar versterken. De gemeente Asten heeft dit inmiddels vorm gegeven met de instelling van het sociaal netwerk en de themabijeenkomsten van het sociale café. Niet voor iedereen is het weggelegd om volledig de eigen regie te voeren. Hulp- en dienstverleners, vrijwilligers binnen zorg en welzijn en gemeente zullen hier rekening mee moeten houden in hun ondersteuningswijze. Bruikbare handvatten vanuit het concept positieve gezondheid zijn het spinnenweb en de van Ziekte en Zorg naar Gezond en Gedrag visie [6][8]. Het sociaal netwerk Asten biedt een prima platform om deze aanpak onder de aandacht te brengen van alle relevante partijen. Het concept positieve gezondheid verbindt mensen en organisaties in het sociale domein. Een goede manier om positieve gezondheid te concretiseren is om activiteiten zoals sport, cultuur en leefbare buurten met elkaar te verbinden. Het concept positieve gezondheid verbindt mensen en organisaties in het sociale domein. Een goede manier om positieve gezondheid te concretiseren is om activiteiten zoals sport, cultuur en leefbare buurten met elkaar te verbinden. Op deze manier dragen gemeente, professionals én burgers de visie uit dat gezondheidspromotie breder is dan preventie van ziekte en het beperken van zorg. (Burger)initiatieven zijn daar mooie voorbeelden van. Dorpsondersteuners in Asten en Heusden en de buurtsportcoaches van Onis, Sportstuif en NWC kunnen een verbindende rol spelen. Ook kan gedacht worden aan een bijdrage vanuit bedrijven. Integreer het beleid op verschillende domeinen zoals WMO, jeugd, armoede, onderwijs, sport, op basis van de gezamenlijk gedragen visie op gezondheid. Zet kaders uit op die gezamenlijk gevonden waarden en doelen rondom gezondheid, zodat informele of formele initiatieven getoetst kunnen worden aan deze kaders ten behoeve van

81 De kracht van gezondheid 9 GGD Brabant-Zuidoost 2016 KERNBOODSCHAP III De eigen omgeving is een goede basis voor gezondheidspromotie. Ondersteuning op maat en dichtbij blijft gewenst. Persoonlijke kenmerken bepalen gezondheidswensen Circa 77% van de mensen in het GGD-panel wil hun gezondheid verbeteren. In de top 3 van verbeterwensen voelen en vrij zijn van gezondheidsklachten of pijn. De verbeterwensen verschillen afhankelijk van leeftijd, geslacht en arbeidssituatie. Zo willen 80-plussers relatief vaak verbetering op het dagelijks functioneren zonder belemmeringen door ziekte of gezondheidsklachten, maar ook op het gebied van zingeving. Vooral jongere mensen (19-34 jaar), werkenden en ook vrouwen willen vaker minder stress ervaren. Onder werklozen en werkzoekenden staat het vertrouwen in de toekomst en het vinden van (voldoening in) werk centraal [1]. Beeld voor Zuidoost-Brabant Top 5 van gezondheidsaspecten die mensen in Zuidoost- Brabant willen verbeteren (% van mensen met gezondheidsverbeterwens). [1] 14% geen stress ervaren 14% 12% geen gezondheidsklachten of pijn 10% geen belemmering door ziekte of gezondheidsklachten 9% lekker in mijn vel zitten Veel mensen krijgen al ondersteuning vanuit de eigen omgeving Uit het onderzoek van de GGD blijkt dat een groot deel van de mensen, die hun gezondheid willen verbeteren, hierbij al ondersteuning krijgt. Circa 60% van hen krijgt (redelijk) veel ondersteuning uit de directe omgeving van familie, vrienden, kennissen en buren. Daarnaast krijgt 26% ook steun van professionele hulpverleners of vrijwilligers. Deze vorm van hulp krijgen mensen vooral als ze verbetering willen op het gebied van gezondheidsklachten en/of pijn en bij het dagelijks functioneren. + zie ook samen in de wijk

82 De kracht van gezondheid 10 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Ondersteuningsbehoefte afhankelijk van soort verbeterwens Ongeveer een kwart van de mensen met een verbeterwens op het gebied van hun gezondheid, heeft behoefte aan (meer) ondersteuning. In de top 5 van verbeterwensen is de behoefte aan ondersteuning het grootst bij mensen die minder gezondheidsklachten of pijn wensen (32%). Deze groep krijgt al relatief vaak ondersteuning, vooral van hulpverleners. Van de mensen die zich energieker, minder belemmerd of lekkerder in hun vel willen voelen, wil ongeveer een kwart graag (meer) ondersteuning. Vooral behoefte aan ondersteuning van persoonlijke coach Het soort ondersteuning waar mensen behoefte aan hebben verschilt. In het GGD-panelonderzoek is veruit de meest gewenste vorm een persoonlijke coach/ begeleider (professioneel of vrijwillig), die naar je verhaal luistert en volle aandacht heeft, die meedenkt, advies geeft of begeleidt. Dit geldt voor één op de drie mensen die ondersteuning wensen bij het verbeteren van hun gezondheid, ongeacht op welk gebied. Mensen hebben behoefte aan iemand die naar je verhaal luistert en volle aandacht heeft en die de juiste vragen stelt waardoor je weer verder kunt. Een vijfde van de mensen weet niet aan welke vorm van ondersteuning ze behoefte heeft. Beeld voor Zuidoost-Brabant Top 5 van soort ondersteuning die mensen willen bij verbeteren gezondheid (% van mensen die meer ondersteuning wensen bij gezondheidsverbetering) [1]. 34% persoonlijke coach 13% samen leuke dingen doen 11% contact met lotgenoten 11% (extra) steun van de directe omgeving Beeld voor Zuidoost-Brabant Gebruik en behoefte aan ondersteuning bij de top 5 van verbeterwensen in de gezondheid (% van mensen die hun gezondheid willen verbeteren op dit gebied) [1] 10% groepsgesprek of cursus met professional Geen stress ervaren Me energiek of fit voelen Vrij zijn van gezondheidsklachten of pijn In dagelijkse activiteiten geen belemmeringen ervaren door ziekte of gezondheidsklachten Lekker in mijn vel zitten % heeft (heel) veel ondersteuning vanuit directe omgeving heeft ondersteuning van professionele of vrijwillige hulpverlener wenst (meer) ondersteuning

83 De kracht van gezondheid 11 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Meer zelfregie door zelfhulp Circa 11% van de mensen in het GGD-panel die (extra) ondersteuning willen bij het verbeteren van hun gezondheid, heeft behoefte aan contact met lotgenoten die dezelfde ervaringen delen en tips kunnen geven. Dit kan bijvoorbeeld door deelname aan een zelfhulpgroep. Zelfhulp kan mensen helpen om (meer) regie te nemen, omdat het (h)erkenning biedt, taboes doorbreekt en kracht of hoop geeft. De kracht van zelfhulp zit in de wederkerigheid; mensen halen en brengen iets. Door een ander te helpen, help je jezelf. Zelfhulp staat naast andere vormen van zorg en hulpverlening. Bekendheid met voorzieningen in Asten kan verbeteren De gemeente Asten faciliteert diverse vormen van zelfhulp en lotgenotencontact zoals het Zelfhulpnetwerk. Veel mensen kennen de kracht van zelfhulp en de weg erheen nog niet. Ook andere vormen van ondersteuning weet niet iedereen te vinden. De deelnemers aan het GGD-onderzoek zien hierin een informatieve taak voor de gemeente. Er is behoefte aan duidelijke, overzichtelijke informatie over waar je terecht kunt op het brede terrein van gezondheid en welzijn. Circa 6% van de volwassenen en 16% van de ouderen in Asten heeft behoefte aan informatie over Wmovoorzieningen, maar weet niet waar ze daarvoor terecht kunnen. Het betreft dan informatie over onder meer ondersteuning bij mantelzorg, vrijwilligerswerk en ondersteuning/hulp bij gezondheidsproblemen [3]. De gemeente heeft hiervoor onder meer de digitale wegwijzer Guido Asten. Voor sommige doelgroepen, zoals ouderen, kan meer uitleg noodzakelijk zijn. Voor persoonlijke informatie kan men terecht bij steunpunt Guido. Ondersteuning in de sociale basis: samenredzaamheid en voorzieningen voor iedereen De sociale basis bestaat uit de onderlinge relaties tussen mensen (de samenkracht) waaronder burenhulp en vrijwillige inzet. Centraal staat dat mensen zelf het beste weten wat zij nodig hebben om optimaal zelfredzaam te zijn. Hierbij kunnen burgers gebruik maken van basisvoorzieningen zoals onderwijs, mantelzorgondersteuning en collectieve gezondheidszorg. De sociale basis van samenredzaamheid en voorzieningen voor iedereen heeft daarmee een preventieve functie. [11] + zie ook een gezonde basis voor de jeugd ADVIES VOOR ASTEN Blijf investeren in het versterken van de sociale basis. Zet in op het versterken van de zelfredzaamheid van mensen en zorg voor toegankelijke basisvoorzieningen. Stimuleer burgerinitiatieven in Asten die de onderlinge betrokkenheid en samenkracht van burgers versterken. Vitamine A(andacht), B(egrip), C(onnectie) en Z(ingeving) zijn hierbij sleutelwoorden. Faciliteer wederzijdse ondersteuning van burgers zoals maatjesprojecten, eigen kracht conferenties, zelfhulpinitiatieven, lotgenotencontact en vrijwillige inzet van ervaringsdeskundigen. Binnen de gemeente Asten zijn hiervan al mooie voorbeelden te vinden. Zo ziet welzijnsorganisatie Onis een belangrijke ontwikkeling in hun werk: zo n 8 jaar geleden waren de meeste vrijwilligers aan de slag als gastheer of gastvrouw bij activiteiten, nu is bijna de helft van de 200 vrijwilligers als maatje actief: algemeen maatje, administratieve ondersteuning, MatchMentor voor jongeren, taalmaatjes enz. Zorg voor goede en toegankelijke basisvoorzieningen zoals sportaccommodaties, cultuur, mantelzorgondersteuning. Investeer als gemeente in het versterken van de onderlinge contacten zowel tussen de organisaties van de sociale basisvoorzieningen onderling als tussen burgers en deze organisaties. Een goed voorbeeld hiervan is het Museum, waar ook mensen vanuit deze basisvoorziening werken. Zorg voor heldere communicatie naar zowel burgers als professionals over de bestaande vormen van ondersteuning op het brede terrein van gezondheid en welzijn in de gemeente. Denk hierbij ook aan het vergroten van de bekendheid van zelfhulp zoals de activiteiten van het Zelfhulpnetwerk en Zelfhulp Verbindt. Zelfhulp werkt en kan ook aanvullend zijn op professionele ondersteuning. In Asten biedt patiëntenvereniging Hartentroef al vele jaren aan hart- en vaatpatiënten en hun naasten de mogelijkheid hun ervaringen met lotgenoten uit te wisselen. Diverse praktijken (zoals de huisartsen, fysiotherapeuten en verloskundigen) hebben op hun website verwijzingen staan naar zelfhulpnetwerken en verenigingen voor lotgenoten.

84 De kracht van gezondheid 12 GGD Brabant-Zuidoost 2016 INSPIRERENDE VOORBEELDEN Match mentor Mentoring blijkt een succesvol middel om jongeren te helpen bij hun ondersteuningsvragen op het gebied van school, vrije tijd en thuis. Jongeren zijn geneigd meer aan te nemen van een rolmodel, ervaringsdeskundige en iemand die naast hen staat. Cratosvriend word je niet zomaar. Voor elkaar klaar staan. Oog hebben voor anderen die ook in de problemen zitten. Kijken of we elkaar kunnen helpen. Wij, de Cratosvrienden dus, hebben allemaal een beperking. Allemaal willen wij hetzelfde: vriendschap! MEER KIJKEN? Uitleg BigMove GG/ZZ-visie aan de hand van voetbalveld BigMove Positieve gezondheid in de Nationale Denktank Stichting de Nationale Denktank MEER LEZEN? Parel voor een nieuw concept van gezondheid Mediator, 2012 Heroverweeg uw opvatting van het begrip gezondheid : Nederlands tijdschrift voor geneeskunde, Praat eens met een lotgenoot, dat helpt In Zuidoost-Brabant zijn veel zelfhulpgroepen actief, met thema s variërend van alcoholverslaving, multiple sclerose tot opvoeding tussen twee culturen. Het zelfhulpnetwerk Zuidoost-Brabant faciliteert zelfhulpgroepen. Zelfhulp doe je zelf, maar dat hoeft nooit alleen! De organisatie Zelfhulp Verbindt Nederland ontwikkelt een zelfregietool om mensen in contact te brengen met lotgenoten, gezondheidsinformatie en verschillende vormen van (zelf)hulp en zorg. Factsheet Positieve gezondheid ZonMw, 2014 BigMove: haal de gezondheid uit de zorg! Naar een integrale benadering van gezondheid en zorg BigMove Institute, 2013 Gezondheid verbindt! Uitkomsten van project Gezond Slotermeer RIVM, 2015 Zelfhulp: vat op eigen zorgen; Een logische stap voor gemeenten in de nieuwe Wmo Movisie, 2014

85 Een gezonde basis voor de jeugd 13 GGD Brabant-Zuidoost 2016 EEN GEZONDE BASIS VOOR DE JEUGD Een lang en gezond leven kan niet vroeg genoeg beginnen. Kinderen hebben alles in zich om goed op te groeien met de juiste hulp en ondersteuning. Ongeveer 80% van de kinderen groeit op in positieve omstandigheden en ontwikkelt zich voorspoedig. Gezond opgroeien houdt in dat kinderen zich in een veilige en stimulerende omgeving kunnen ontwikkelen. Gezond opvoeden is kinderen begeleiden in hun ontwikkeling tot zelfstandige en betrokken leden van de samenleving. Voor opvoeders en samenleving is het een uitdaging om de juiste balans te vinden tussen zelf laten ontdekken en grenzen stellen, tussen niet of juist wel ingrijpen. Gezonde evenwichtige kinderen zijn in staat om eigen keuzes te maken en om weerstand te bieden aan allerlei verlokkingen. KERNBOODSCHAP I Eigen leefstijlkeuzes en invloeden vanuit de omgeving dragen in belangrijke mate bij aan het gezond opgroeien van kinderen. Streef naar weerbare kinderen in een veilige en stimulerende omgeving. Meerderheid jeugd is gezond en wel De meeste kinderen van 0-18 jaar in Asten (94%) voelen zich gezond [1] [3]. Een deel van hen heeft een chronische aandoening, maar dat is in de meeste gevallen niet of slechts licht beperkend voor de dagelijkse bezigheden. Ongeveer 3% wordt ernstig belemmerd. Allergiën, eczeem en astma/bronchitis zijn de meest voorkomende chronische ziekten [1]. Ook het welbevinden van de Astense jeugd is goed: ongeveer 96% is meestal (een beetje tot zeer) vrolijk. Een kleine groep (5%) heeft aanwijzingen voor psychosociale problematiek, zoals hyperactiviteit, emotionele problemen en gedragsproblemen. Landelijk zijn er aanwijzingen dat er in de afgelopen jaren een toename is in de (zelf-)rapportage van hyperactiviteit bij alle jeugd en emotionele en gedragsproblemen bij vooral meisjes in het voortgezet onderwijs [2]. Stress en prestatiedruk een actueel thema Stress bij jongeren ontstaat veelal uit een samenspel van belastende factoren, zoals schoolproblemen, echtscheiding, schulden of mantelzorg. Vroege signalering en gerichte interventies op deze thema s dragen bij aan de reductie van stress en de daaruit voortvloeiende gezondheidsproblemen. Depressies bij jongeren worden vaak niet herkend doordat stemmingsklachten toegeschreven worden aan de puberteit of gemaskeerd worden door andere problemen zoals angst, spijbelgedrag, eetproblemen of lichamelijke klachten. Depressieve klachten hebben een negatieve invloed op de sociaal-emotionele ontwikkeling van jongeren en kunnen leiden tot middelenmisbruik, obesitas, zelfbeschadiging, sociale problemen en problemen op school. Depressie is tevens de grootste risicofactor voor zelfdoding. Sinds 2010 is zelfdoding de belangrijkste doodsoorzaak onder jongeren. Instellingen in de Peelregio hebben hier onlangs aandacht voor gevraagd en in overleg met de gemeenten wordt momenteel gewerkt aan een plan van aanpak dat komend schooljaar zal worden uitgevoerd. Binnen het plan zal aandacht worden besteed aan monitoring, ketensamenwerking, interventies, scholing en een publiekscampagne. Beeld voor Asten Gezondheid en belemmeringen jeugd (%) [1][3] % jaar jaar Ervaren gezondheid goed Chronische aandoening(en) Belemmerd door chronische aandoening Sterk belemmerd door chronische aandoening Indicatie voor psychosociale problematiek (vanaf 4 jaar)

86 Een gezonde basis voor de jeugd 14 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Weerstand bieden aan ongezonde verleidingen is niet gemakkelijk Experimenteren hoort bij het opgroeien, ook als het gaat om verslavende middelen. Gelukkig weerstaan veel jongeren (uiteindelijk) de verleiding van sigaretten, drank of drugs: 3% van de jarigen in Asten rookt dagelijks en 2% van deze groep gebruikt softdrugs. Het alcoholgebruik is echter nog steeds hoger is dan in de regio (36%) [3]. Landelijk zijn er enkele gunstige trends: minder jongeren roken, gebruiken softdrugs of drinken alcohol [2]. Ongunstig is dat jongeren die drinken vaak véél drinken; het aandeel binge-drinkers onder de drinkers lijkt zelfs te stijgen. Nieuwe verleidingen zijn energie-drankjes met veel cafeïne en suikers. Naast het verslavende en opwekkende effect van deze drankjes zijn zij ook niet gunstig voor het gewicht. Alcohol: latere start maar nog steeds te veel - Dankzij voorlichting, regelgeving en handhaving is het alcoholgebruik onder jongeren de afgelopen jaren gedaald en de startleeftijd opgeschoven [2] [3]. - Desondanks heeft in Asten in % van de jongeren in de leeftijd van jaar in de hoger dan de 36% in de regio [3]. - Het binge-drinken en comazuipen van jongeren wordt ook niet minder. Ziekenhuizen in de regio zagen in de eerste helft van 2015 zelfs een toename in het aantal jongeren met alcohol vergiftiging [4]. In 2014 zijn 53 jongeren van jaar uit Zuidoost-Brabant bij de alcoholpoli geweest, twee hen (beiden 14 jaar) kwamen uit Asten [5]. - Door de combinatie van alcohol met energiedrankjes kunnen jongeren minder goed inschatten hoe aangeschoten ze zijn [6]. Beeld voor Asten Alcoholgebruik bij jarigen (%) [3] % Drinkt alcohol Asten Drinkt 5 of meer glazen bij één gelegenheid 7 3 Drinkt meer dan 20 glazen per week Zuidoost-Brabant Minder roken en softdrugs, maar stijging XTCgebruik - Steeds minder jongeren roken door de veranderde tabaksregelgeving en de veranderde normen over roken [2]. - Hetzelfde geldt voor het gebruik van cannabis, hoewel dit nog steeds de meest populaire drug onder jongeren is. - In 2015 heeft in Asten 7% van de jongeren van jaar ooit drugs gebruikt. Uit regiocijfers blijkt dat met name de 16 t/m 18 jarigen drugs gebruiken. In de regio heeft 1% van de 12 t/m 15 jarigen versus 16% van de 16 t/m 18 jarigen ooit drugs gebruikt [3]. - Eén op de 33 jongeren (3%) heeft in de afgelopen maand softdrugs gebruikt en één op de 200 (0,5%) heeft in die periode harddrugs als XTC, cocaïne, amfetamine en heroïne gebruikt [3]. - Van de jongeren heeft 15% wel eens softdrugs aangeboden gekregen. Dit gebeurde vooral in een café, disco, op een feest of bij een concert (8%), op straat, in een park of bij een hangplek (4%), thuis of bij vrienden thuis [3]. - Novadic-Kentron ziet een stijging van het XTCgebruik in de regio. Uit landelijke cijfers blijkt dat het gebruik het hoogst is in de leeftijdsgroep jarigen [7]. Beeld voor Asten Roken en drugsgebruik bij jarigen (%) [3] % Rookt dagelijks 5 Heeft waterpijp gerookt in afgelopen maand Asten Gebruikt softdrugs 0,5 0,5 Gebruikt harddrugs Zuidoost-Brabant

87 Een gezonde basis voor de jeugd 15 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Meer sporten, meer zitten, evenveel overgewicht - Met ongezonde verleidingen als snelle tussendoortjes en zoete frisdranken lopen kinderen het risico op overgewicht, vooral in combinatie met een zittend leven. - In Asten is 5% van de 2-11 jarigen en 7% van de jarigen te dik op basis van zelf-rapportage van lengte en gewicht. Deze percentages [1,3]. Het gemeten overgewicht bij jarigen (groep 7) en bij jarigen (klas 2) lijkt in de regio Zuidoost-Brabant iets hoger te liggen dan op basis van de zelfrapportage. - Kinderen tot 12 jaar spelen aanzienlijk minder vaak buiten en zitten vaker voor de tv of achter een (spel)computer dan enkele jaren geleden. Er is echter wel een stijgende trend in kinderen en jongeren die aan sport doen. In Asten is 73% van de 4-11 jarigen en 80% van de jarigen lid van een sportvereniging of -club. Dit laatste is [1,3]. + Zie ook gezond bezig Beeld voor Asten Overgewicht (2-11 jarigen), tijdsbesteding/spelen (1-11 jarigen) en sporten (4-11 jarigen) (%) [1] % Heeft overgewicht Goed voorbereid de wereld in 2013 Sport minstens 2x per week een uur buiten school Kijkt veel tv/computer (>14 h/wk) Speelt veel buiten (>14 h/wk) Gezond opgroeien houdt in dat kinderen zich in een veilige en stimulerende omgeving kunnen ontwikkelen. Gezond opvoeden is kinderen begeleiden in hun ontwikkeling tot zelfstandig en betrokken leden van de samenleving [8]. Met de juiste en liefdevolle begeleiding van ouders en andere opvoeders kunnen zij zich ontwikkelen tot weerbare kinderen. Weerbare kinderen hebben zelfvertrouwen en kunnen goed voor zichzelf opkomen, met respect voor anderen. Zij kunnen ook, al dan niet na een periode van experimenteren, gezonde keuzes maken ten aanzien van de eigen leefstijl. In Asten heeft 6% van de kinderen van 4-11 jaar volgens hun ouders en 2% van de jongeren van jaar een lage weerbaarheid. In Asten zijn er al verschillende initiatieven om de weerbaarheid van kinderen te versterken: via workshops en trainingen voor kinderen en ouders (o.a. Sterk staan, Positief opvoeden, Oppascursus ); door aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling binnen het onderwijs en jongerenwerk (o.a. thema s pestproblematiek en gebruik social media); door gastlessen Je hebt een keuze van HALT voor basisen voortgezet onderwijs en via (sport)verenigingen, zoals verwoord in het ambitieuze beleidsplan Meer dan voetbal van NWC. Beeld voor Asten Aspecten van weerbaarheid bij 4-11 jarigen (%) [1] 95% Kan nee zeggen 91% Zoekt hulp tegen andere kinderen wanneer nodig 76% Kan met 95% Kan voor teleurstellingen zichzelf opkomen omgaan 87% Heeft zelfvertrouwen

88 Een gezonde basis voor de jeugd 16 GGD Brabant-Zuidoost 2016 ADVIES VOOR ASTEN Blijf de weerbaarheid van kinderen ondersteunen in een veilige en stimulerende omgeving. Weerbaarheid is een goede basis voor de psychische gezondheid en het maken van gezonde leefstijlkeuzes. In Asten heeft 6% van de kinderen en 2% van de jongeren een lage weerbaarheid. Ondersteun kind én omgeving met kennis over weerbaarheid en mogelijkheden om deze te vergroten. In Asten wordt hierop al ingezet door diverse partijen en voor verschillende doelgroepen. Verbind dit aanbod en creëer een integrale aanpak samen met verwijzers en ondersteuningsorganisaties waardoor deze interventies elkaar kunnen versterken en een doorgaande lijn ontstaat die voor kind en ouder herkenbaar is. Betrek daarbij ook de thema s waarvoor weerbaarheid van belang is zoals alcohol- en drugsgebruik, pesten, social media, (v)echtscheiding en armoede. In Asten worden deze verbindingen af en toe al gelegd binnen de projectgroep Lokaal gezondheidsbeleid Asten- Someren. In Asten spelen kinderen minder vaak buiten dan enkele jaren geleden. Maak samen met jeugdigen, ouders en andere partijen (school, (sport)verenigingen, buurt) plannen voor een veilige buurt met uitdagende sport- en beweegfaciliteiten. Buiten spelen en sporten is goed voor de sociale en fysieke ontwikkeling van de jeugd en ook voor de sociale cohesie in de wijk. Maak hierbij onder meer gebruik van de mogelijkheden van de buurtsportcoaches van Sportstuif, het kennismakingsprogramma Sportimpuls en de (openbare) schoolpleinen. Voorkom gezondheidsschade door alcoholen drugsgebruik en ga de normalisering van uitgaansdrugs tegen. Betrek hierbij ouder, jongere en omgeving. Denk aan: ondersteunen ouders (bespreekbaar maken, informatie), informeren jongeren (voorlichting op maat), vergunningverlening (voorwaarden opnemen), samenwerken met de uitgaanssector (voorlichting en veiligheid) en samenwerken met gezondheidsprofessionals (preventie en voorlichting) [10]. De aanpak alcohol- en drugs heeft momenteel al aandacht van de projectgroep Lokaal gezondheidsbeleid Asten-Someren. Blijf de verbinding leggen met de aanpak vanuit veiligheid en handhaving. Meedoen zorgt voor positieve gezondheid. Faciliteer de mogelijkheden van kinderen of jongeren met een beperking om deel te nemen aan school, werk en recreatie. Bespreek de knelpunten met kind, ouders en omgeving en zoek samen naar mogelijkheden. Als gevolg van de toenemende zorg over suïcide bij jongeren in de Peelregio is het van belang de komende jaren in het gemeentelijk beleid ruimte te maken voor depressie- en suïcidepreventie onder jongeren. In de praktijk betekent dat een intensieve samenwerking tussen ketenpartners jongeren te implementeren en te toetsen op resultaten. Er is reeds sprake van een intensief samenwerkingsverband tussen verschillende zorg- en kennisinstellingen. Een plan van aanpak is goedgekeurd.

89 Een gezonde basis voor de jeugd 17 GGD Brabant-Zuidoost 2016 KERNBOODSCHAP II Opvoeden is een taak van zowel ouders, school als samenleving. Gemeenten kunnen bijdragen aan een positief opgroeiklimaat en zorgen voor de juiste ondersteuning en toerusting van opvoeders. It takes a village to raise a child Een positief opvoed- en opgroeiklimaat is de basis voor gezond opgroeiende kinderen en hun ouders. Deze basis bestaat uit het eigen gezin, familieleden, buren, vrienden, scholen, kinderopvang, verenigingen, zelfhulporganisaties en vrijwilligers. Maar ook uit een kind- en gezinsvriendelijke openbare ruimte en goede wettelijke regelingen zoals kinderbijslag en ouderschapsverlof. Opvoeden is dus ook een gemeenschapstaak. Kinderen ontwikkelen zich beter als ze opgenomen zijn in sociale netwerken die groter zijn dan het gezin alleen [11]. In een positief opvoed- en opgroeiklimaat werken partijen samen bij het motiveren en inspireren van kinderen in hun ontwikkeling en het omgaan met problemen. Het programma Match mentor is hiervan een mooi voorbeeld. Opvoedingsvragen in een digitale wereld Opvoeden gaat bij de meeste ouders goed, 95% zegt de opvoeding goed aan te kunnen. Het aantal opvoedvragen neemt echter toe; meer ouders lijken zich onzeker te voelen bij het opvoeden. Het aanbod aan adviezen, tips en hulp bij opvoeden heeft de laatste decennia een enorme vlucht genomen, zowel in het formele als informele circuit. Ouders moeten hier hun weg in vinden. De taak van de gemeente is ouders zo toe te rusten dat ze daartoe in staat zijn [12]. De site van het CJG Asten-Someren biedt veel informatie over alle ondersteuningsmogelijkheden en is aangesloten bij de stichting Opvoeden.nl die betrouwbare, toegankelijke en actuele informatie voor ouders en opvoeders ontwikkelt [13]. De gemeente Asten heeft ook aandacht voor laaggeletterde ouders of ouders die (nog) niet vertrouwd zijn met digitale media. De gemeente is voornemens om ook het regionale convenant Laaggeletterdheid te tekenen. Aansluiting bij bestaande initiatieven in de wijken en dorpen blijft eveneens van belang om ouders met opvoedingsvragen te kunnen bereiken. Beeld voor Asten Ouders van 0-11 jarigen en opvoeden (%) [1] 27% ouder ervaart veel stress bij het opvoeden 31% ouder heeft hulp gezocht bij hulverlener (afgelopen jaar) 4% ouder heeft behoefte aan opvoedingsondersteuning 14% ouder heeft behoefte ondersteuning weerbaar maken kind + + zie ook samen in de wijk toelichting interventiepiramide rond gezin, jeugd, opvoeder

90 Een gezonde basis voor de jeugd 18 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Gezond op school De meeste jongeren hebben het naar hun zin op school. Basisschoolleerlingen zijn over het algemeen positiever dan leerlingen uit het voortgezet onderwijs. Met het toenemen van de leeftijd groeit de groep jongeren die school niet leuk vindt. In het voortgezet onderwijs voelen meer jongeren de druk om goed te presteren. In Asten maakt 43% van de 12 t/m 18 jarigen zich zorgen over de eigen schoolprestaties. Om op een structurele en samenhangende manier binnen school te werken aan gezondheid en welbevinden van leerlingen is de Gezonde Schoolaanpak ontwikkeld. Scholen kunnen als Gezonde School 2015 nog geen scholen met een Vignet Gezonde School [14]. Inmiddels is de eerste school hiernaar op weg met ondersteuning van de GGD. Per 1 augustus 2015 zijn scholen op basis van de wet sociale veiligheid verplicht zorgt te dragen voor een veilige school. Zij moeten zorgen voor een actief veiligheidsbeleid, de effecten daarvan monitoren en een coördinator instellen voor het anti-pest beleid. Het Varendonck College besteedt veel aandacht aan pesten en weerbaarheid door afname van de veiligheidsmonitor en programma s zoals Cyberpesten en Sterk en Sociaal. De school heeft een pestprotocol ontwikkeld en richtlijnen voor het gebruik van social media. Sinds twee jaar zijn er op leerlingbemiddelaars actief. Binnen de projectgroep Lokaal Gezondheidsbeleid zorgt de gemeente voor afstemming tussen de diverse ondersteuningsorganisaties zodat scholen, aanvullend op eigen initiatieven, de gewenste (voorlichtings)activiteiten op maat krijgen. + zie ook gezond bezig + toelichting 21st centry skills Nieuwe uitdagingen in de opvoeding Het leren omgaan met informatie en prikkels van televisie, internet en (sociale) media is een voorwaarde voor het welbevinden van jongeren en van belang om nu en later mee te doen in de maatschappij. Goed kunnen omgaan met digitale media maakt onderdeel uit van de zogeheten 21st Century Skills [15]. Via de media kan de jeugd veel leren en haar netwerk uitbreiden. Voor verlegen kinderen of kinderen met een beperking bieden internet en sociale media extra kansen om mee te kunnen doen. Er zijn echter ook risico s aan mediagebruik, zoals internet- en gameverslaving, cyberpesten, online seksueel grensoverschrijdend gedrag, verminderde schoolprestaties en gezondheidsproblemen. Opvoeders kunnen gezond mediagebruik van kinderen bevorderen, o.a. door mee te kijken, er samen over te praten en afspraken te maken. Dit vraagt echter ook goed voorbeeldgedrag, mediawijsheid en vaardigheden van opvoeders [16]. In het voortgezet onderwijs krijgen jongeren meer vrijheid van hun ouders. De meerderheid neemt s avonds de smartphone mee naar de slaapkamer gebeurt in toenemende mate: series kijken via internet en daar tot in de kleine uurtjes van de nacht mee bezig zijn. Het CJG Asten-Someren besteedt hier met regelmaat aandacht aan. De jongerenwerker en de politie geven regelmatig gastlessen op het voortgezet onderwijs. Maar de ontwikkelingen gaan snel en vragen van alle partijen om alert te blijven. Nieuwe media: van leuke en leerzame vrijetijdsbesteding naar verslaving Veel jongeren gamen meer dan goed voor hen is en verslaving ligt op de loer. In 2015 geeft 22% van de jarigen in Asten aan dagelijks online te gamen. Uit onderzoek blijkt dat jongeren in Nederland gameverslaafd zijn. Deze jongeren, gamen gemiddeld acht uur per dag. Gameverslaving is een snel groeiend probleem, mede doordat de spellen en digitale technologie steeds meer in het leven van jongeren verweven raken. Excessief gamen gaat vaak samen met depressieve gevoelens, gevoelens van eenzaamheid, sociale angst en een negatief zelfbeeld. Ook kan het leiden tot o.a. slaapgebrek, verwaarlozing van werk, studie en relaties. Niet alleen gamers lopen risico. Ook jongeren die dag en nacht in de weer zijn met sociale media zijn kwetsbaar. In 2015 bezocht 85% van de jarigen in Asten dagelijks social media sites. Eén op de zes jongeren van jaar in Nederland zegt verslaafd te zijn aan social media: 22% van de meisjes en 13% van de jongens in Gemiddeld besteden jongeren 1-3 uur per dag aan social media, maar er is een aanzienlijke groep die hier 5 uur of meer aan besteedt: 14% van de meisjes en 6% van de jongens. Slaapproblemen, concentratieproblemen, verminderde (school-) prestaties en angstige of depressieve gevoelens kunnen hiervan het gevolg zijn. Andere risico s van digitale mediagebruik voor de gezondheid van jongeren zijn: bijziendheid, rugklachten, cyberpesten, ongewenste seksuele toenadering en sexting (het uitwisselen en verspreiden van seksueel getinte teksten of naaktfoto s via digitale media). [3] [17-23]

91 Een gezonde basis voor de jeugd 19 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Extra aandacht nodig voor kwetsbare gezinnen Een ongezonde leefstijl en psychische problemen komen vaker voor bij kinderen met een lage sociaaleconomische status [24]. Dit is relatief vaak het geval bij niet-westerse allochtone gezinnen. Laagopgeleide ouders ontvangen betrekkelijk weinig informele steun bij de opvoeding en ouders met een lager inkomen hebben minder mogelijkheden om gebruik te maken van goede voorzieningen voor hun kinderen. Kindermishandeling en verwaarlozing komen relatief vaker voor in gezinnen waarbij de ouders zeer laag zijn opgeleid. Ook kinderen uit gezinnen met een vluchtelingenstatus hebben een verhoogd risico op mishandeling [25]. Kinderen die opgroeien in armoede hebben vaker psychosociale problemen, hebben vaker overgewicht en zijn minder positief over hun eigen gezondheid. Ouders die moeten rondkomen van een minimum inkomen ervaren meer problemen en bovengemiddeld meer stress bij de opvoeding [1]. Jonge mantelzorgers doen op latere leeftijd vaker een beroep op (geestelijke) gezondheidszorg. Het is belangrijk dat mensen in hun omgeving oog hebben voor signalen die kunnen duiden op (dreigende) overbelasting door mantelzorgtaken en tijdig doorverwijzen, bijvoorbeeld naar het steunpunt Mantelzorg [26]. Jongeren uit éénoudergezinnen waarbij sprake is van een vechtscheiding, hebben ook een verhoogd risico op emotionele- en gedragsproblemen. oplossingen. Hulpverleners moeten samen met opvoeders, kind en omgeving op zoek gaan naar kansen om de positieve gezondheid van het gezin te versterken. Dit vraagt om de juiste signalerings- en gespreksvaardigheden. De gemeente Asten heeft aandacht voor deze kwetsbare groepen, waaronder de problematiek voor kinderen in (v)echtscheidingen. Kinderen in een armoedesituatie kunnen inmiddels terecht bij stichting Leergeld Asten-Someren. Onis heeft een sport/speelgroepje voor kinderen uit de minimagroep. Verder kunnen (ouders van) kinderen gebruik maken van de minimaregelingen zoals een sportvoucher, een bijdrage voor maatschappelijke participatie enz. Info hierover is te verkrijgen bij het steunpunt Guido Asten. Beeld voor Asten Risicogroepen jeugd (%) [1, 3] [27] [28]* 4% van 0 t/m 18 jarigen Woont in éénoudergezin 1% van 0 t/m 18 jarigen Heeft laag opgeleide ouders 6% van 0 t/m 19 jarigen Is niet-westers allochtoon 3% van 0 t/m 17 jarigen Woont in uitkeringsgezin 0,5% van 0 t/m 17 jarigen Melding kindermishandeling 2% van 0 t/m 17 jarigen Nieuwe indicatie in jeugdzorg 6% van 8 t/m 18 jarigen Jonge mantelzorgers *deze risicogroepen vertonen overlap Transitie jeugdzorg In de afgelopen twintig jaar is het aantal jeugdigen van 0 tot 25 jaar voor wie een beroep is gedaan op de jeugd-ggz sterk gestegen [25]. Deze groei van hulpvragen wordt deels verklaard door de steeds hogere eisen die de maatschappij stelt aan jeugdigen, door verbeterde diagnostiek en door de angst van professionals om ernstige gevallen te missen. In 2013 heeft 5% van de ouders van 0 t/m 11 jarigen in Asten voor hun kind hulp gezocht bij GGZ, psycholoog, psychiater of orthopedagoog. Dit percentage is vergelijkbaar met de totale regio Zuidoost-Brabant. De transitie en transformatie van de jeugdzorg moet ervoor zorgen dat er een verschuiving komt naar preventie. Hierbij staat versterken van de basiszorg rond het kind en het gezin voorop. Asten investeert hierin al enkele jaren. De opvoedondersteuners zijn het eerste aanspreekpunt op de vindplaatsen (scholen, peuterspeelzalen, sportverenigingen). Zij werken nauw samen met andere partners in het lokale netwerk en schakelen zo nodig passende ondersteuning of hulp in. Hulpvragen komen hierdoor sneller op de juiste plek terecht, gezinnen hoeven niet bij meerdere hulpverleners tegelijkertijd aan te kloppen en processen kunnen beter begeleid worden. Vroegsignalering en collectieve preventie verdienen de komende jaren blijvende aandacht. + zie ook de kracht van gezondheid

92 Een gezonde basis voor de jeugd 20 GGD Brabant-Zuidoost 2016 ADVIES VOOR ASTEN Asten draagt bij aan een positief opvoed- en opgroeiklimaat en zorgt voor de juiste ondersteuning en toerusting van opvoeders. Verstevig de basis voor alle kinderen met extra aandacht voor risicogezinnen. Neem de tijd voor een goede analyse van het probleem bij kind en gezin. Met welke zorg zijn zij echt geholpen? De meest bekende zorg is niet vanzelfsprekend de beste zorg. Kijk vanuit de individuele (zorg)behoeften naar het collectief: wat valt op, welke thema s komen terug, wat kan er anders? Zet ontwikkelingen in de samenleving in gang. Betrek daarbij diverse partijen, zoals kinderopvang, onderwijs, woonomgeving, politie, bibliotheek, verenigingen of lokale teams. Zorg daarbij voor afstemming tussen de projectgroep Lokaal Gezondheidsbeleid, de Lokale Educatieve Agenda (LEA), het CJG en het kernteam sociaal netwerk. Faciliteer de overdracht van pedagogische kennis van professionals naar vrijwilligers die betrokken zijn bij activiteiten, ondersteuning en zorg rond kinderen. Dit brengt verbinding tot stand en vergroot de mogelijkheden voor signalering en hulp. Het project Meer dan voetbal van NWC is hiervan een heel mooi voorbeeld. Heb aandacht voor vroegsignalering van onder meer pesten, (v)echtscheiding, depressieveen suïcidegedachten, nieuwe armoede en mishandeling. De thema s depressie- en suïcidepreventie en kind en (v)echtscheiding staan inmiddels hoog op de gemeentelijke agenda. Zorg voor voldoende afstemming tussen deze programma s en voorkom overbelasting van alle partijen die bij uitvoering betrokken zijn waaronder de scholen. dat jaarlijks wordt samengesteld op basis van het onderzoek EMOVO binnen het voortgezet onderwijs in het kader van het pubercontactmoment. Faciliteer workshops voor docenten om hun vaardigheden op bovengenoemde probleemgebieden te vergroten (wel in samenwerking met de scholen). Er zijn nog geen Gezonde Scholen in Asten. Stimuleer scholen om Gezonde School te worden en te blijven. Heb hierbij ook aandacht voor nieuwe thema s als sociale veiligheid, mediawijsheid, gezondheidsvaardigheden en weerbaarheid en de mogelijkheid van scholen om samen te werken met ouders en andere partijen rondom het kind. Via het lokaal beraad wordt dit bij de scholen onder de aandacht gebracht. Het moet wel door de scholen zelf opgepakt worden. Het creëren van een sociaal veilig schoolklimaat is niet alleen noodzakelijk om goed te kunnen leren maar is ook wettelijk verplicht. Stimuleer scholen om hier, via het Gezonde school deelthema Welbevinden en Sociale Veiligheid, mee aan de te slag te gaan. Het Varendonck College heeft hiermee al veel ervaring opgedaan. Jaarlijks sluiten mensen van jeugdbeleid aan bij een schooloverleg over het thema veiligheid. Versterk opvoedvaardigheden van ouders via laagdrempelige opvoedondersteuning. Informeer bij ouders - vooral bij ouders behorende tot de risicogroepen - waar zij behoefte aan hebben en in welke vorm zij het liefst ondersteuning krijgen. Denk hierbij niet alleen aan professionele hulp, maar ook aan mogelijkheden vanuit de omgeving van het kind. Handhaaf de oppascursus voor pubers. Dit geeft ook inzicht voor het zelf opvoeden later.

93 Een gezonde basis voor de jeugd 21 GGD Brabant-Zuidoost 2016 INSPIRERENDE VOORBEELDEN Meer dan voetbal Voetbalclub NWC uit Asten heeft zich aangesloten bij de landelijke stichting Meer dan voetbal en kiest hiermee voor een maatschappelijke rol binnen Asten. In de beleidsnotitie NWC kiest voor Meer dan Voetbal is beschreven wat de doelstellingen zijn en hoe zij hun maatschappelijke rol in de praktijk gaan vormgeven. Met enige regelmaat zullen zij projecten starten of initiatieven ontplooien voortkomend uit deze notitie. Versterken weerbaarheid jeugd Someren De gemeente Someren onderzoekt samen met de GGD de mogelijkheom de weerbaarheid van kinderen en hun ouders te versterken. Uitgangspunten hierbij zijn: het kind staat centraal; eigen kracht en zelfredzaamheid van jongeren en hun netwerk; normaliseren in plaats van problematiseren; pedagogisch civil society; sluitende aanpak en samenhang in aanbod van voorzieningen; actief betrekken van de jongeren en hun ouders [29] Jongerenwerkers Onis Welzijn Jongerenwerkers van Onis Welzijn organiseren bij Jongerencentrum 1Hoog diverse activiteiten voor kinderen en jongeren uit Asten en Someren. Als de jongerenwerkers signalen oppikken via de kinderen dan verwijzen zij door naar de juiste instantie. Op deze manier is 1Hoog ook een goede vindplaats voor maatschappelijke problematiek. MEER KIJKEN? De zoektocht van ouders Stichting Opvoeden.nl 21st Century Skills Xplained Don Zuiderman MEER LEZEN? Kennis over jeugd en opvoeding Nederlands Jeugdinstituut Maatwerk in gedrag en sociaal-emotioneel leren Kees van Overveld Onsonderwijs2032.nl Platform Onderwijs 2032, 2015 Handleiding Gezonde School Loket gezond leven, 2015 Innovatie en kenniscentrum voor de Jeugdgezondheidszorg Nederlands Centrum Jeugdgezondheid Beweeg. Dat is goed voor je brein J/M, interview met professor Erik Scherder, 2015 Samen werken aan sociale veiligheid op school Stichting School en Veiligheid,

94 Gezond bezig 22 GGD Brabant-Zuidoost 2016 GEZOND BEZIG De leefstijl wordt primair beschouwd als de verantwoordelijkheid van mensen zelf. Daarom is het van belang dat mensen beschikken over de kennis en vaardigheden om goed overwogen keuzes te maken. Gezond bezig zijn betekent niet alleen een gezonde leefstijl. Ook het meedoen aan het maatschappelijk leven levert een positieve bijdrage aan de ervaren gezondheid. De gemeente Asten zet zich in voor gezonde burgers die actief in de samenleving kunnen meedoen. KERNBOODSCHAP I Ook in Asten is nog steeds gezondheidswinst te behalen door een gezondere leefstijl. Ongezond gedrag neemt niet toe in Asten Leefstijl is een samenspel van gedrag en omgevingsinvloeden. De leefstijl van mensen draagt in belangrijke mate bij aan de (on)gezondheid van mensen. Tegelijkertijd maakt een goede gezondheid van lichaam én geest het makkelijker om gezond te leven. In Asten zien we dat de trend in leefstijlaspecten veelal gunstig of stabiel is [1]. Ongezond gedrag neemt niet toe. Toch is er ook in Asten nog veel gezondheidswinst te behalen. Beeld voor Asten Trend in onvoldoende lichaamsbeweging naar leeftijd in Asten (%) [1] % Tendens in beweeggedrag Asten gunstig - Het digitale leven zorgt ervoor dat veel mensen langdurig zitten. - Lichaamsbeweging is niet alleen van belang bij het tegengaan van hart- en vaatziekten en overgewicht. Het draagt bij aan de algehele psychische, sociale en lichamelijke gezondheid. - In Asten heeft 33% van de volwassenen t/m 64 jaar onvoldoende beweging. Bij ouderen van 65 jaar en ouder is deze groep met 29% iets kleiner. Dit ligt in lijn met het regionale beeld [1]. - Het aandeel volwassenen en ouderen in Asten dat onvoldoende beweegt, is tussen 2009 en 2012 wel iets afgenomen. Deze afname is echter niet [1] jaar

95 Gezond bezig 23 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Beeld voor Asten Recent alcoholgebruik bij jeugd en niet aanvaardbaar alcoholgebruik bij volwassenen en ouderen in Asten en Zuidoost-Brabant (%) [1] [2] % jaar jaar 65+ jaar Alcohol gedronken afg. 4 weken Voldoet niet aan norm aanvaardbaar alcoholgebruik Ondanks wettelijke maatregelen drinkt bijna de helft van de 12- t/m 18-jarigen in Asten. - Dankzij voorlichting, regelgeving en handhaving is het alcoholgebruik onder jongeren de afgelopen jaren gedaald. Asten - Desondanks heeft in % van de 12 t/m 18-jarigen in Asten de afgelopen vier weken alcohol gedronken. In de regio is dit met 36% [2]. 68 Zuidoost-Brabant - Ruim tweederde van de volwassenen t/m 64 jaar in Asten voldoet niet aan de norm aanvaardbaar dan in de regio. Tussen 2009 en 2012 is het wel Bijna de helft van de ouderen in Asten voldoet ook niet aan deze norm. Dit aandeel is lager dan in de regio en stabiel. - In 2014 zijn 9 inwoners van Asten in de verslavingszorg behandeld vanwege alcoholproblematiek [3]. - Het aandeel ouderen met alcohol-problematiek blijft volgens de verslavingszorg toenemen [4]. Beeld voor Asten Roken naar leeftijd in Asten en Zuidoost-Brabant (%) [1] [2] % jaar jaar 65+ Asten Zuidoost-Brabant Eén op de vijf volwassenen in Asten rookt - Roken blijft de belangrijkste oorzaak van ziekte en sterfte in Nederland. - Van de 12 t/m 18 jarigen in Asten heeft 19% wel eens gerookt, 3% rookt dagelijks [2]. - In Asten rookt 20% van de volwassenen en 12% van de ouderen. Dit is vergelijkbaar met de regio. Het aandeel rokers is de afgelopen jaren stabiel gebleven [1]. - De e-sigaret neemt landelijk nog steeds in populariteit toe. In 2014 is het gebruik gestegen naar 4% van de Nederlanders [5]. In Asten heeft 23% van de jarigen wel eens een e-sigaret of shisha-pen gerookt [2]. - Naar verwachting zal het aandeel rokers in Zuidoost-Brabant tot 2030 nog licht dalen [6].

96 Gezond bezig 24 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Beeld voor Zuidoost-Brabant Softdrugs- en harddrugsgebruik in de afgelopen 4 weken bij jongeren en jongvolwassenen (%) (uitgesplitst naar leeftijd alleen beschikbaar voor regio) [1] [2] % , jaar jaar jaar Softdrugs Harddrugs Ontwikkelingen in drugsgebruik zorgwekkend - Het gebruik van drugs concentreert zich vooral bij jongeren en jongvolwassenen in Zuidoost- Brabant. - De piek ligt in de leeftijd van 19 t/m 24 jaar. In deze leeftijdsgroep heeft 8% recent softdrugs gebruikt en 2% harddrugs [1]. - Novadic-Kentron signaleert momenteel een toename van vooral het XTC gebruik in Zuidoost- Brabant. - De verkrijgbaarheid van XTC lijkt eenvoudiger dan voorheen en een deel van de jongeren gebruikt deze drug als vervanger van alcohol (langer plezier voor minder geld). Novadic Kentron: XTC-gebruik wordt Gehoorschade: een probleem bij jong en oud steeds normaler De toename van gehoorstoornissen is een nieuw Het aantal XTC-gebruikers in Zuidoost-Brabant neemt volgens Novadic-Kentron toe. Ook het frequent gebruik kent een stijgende lijn. Door vanaf jonge leeftijd frequent te gebruiken, treden functionele beperkingen en gedragsproblemen meer, eerder en langer op. De bekendheid met de gezondheidsrisico s van deze drug is bij gebruikers klein. Door veranderingen in de drugsmarkt, zoals zeer hoog gedoseerde XTC, vervuilingen en de opkomst van Nieuwe Psychoactieve Stoffen (NPS), constateert Novadic-Kentron bovendien een toename van het aantal en de ernst van drugsgerelateerde incidenten. thema dat om aandacht vraagt. Bij jongeren is gehoorschade een groot en onomkeerbaar probleem: in Nederland heeft circa 1 op de 4 jongeren tussen 12 en 25 jaar onomkeerbare schade aan het gehoor opgelopen. Dit gebeurt meestal door harde muziek beluisteren via koptelefoontjes of in uitgaansgelegenheden. Gehoorschade bij jongeren is niet te genezen, wel (relatief eenvoudig) te voorkomen. Naast de gehoorschade bij de jeugd zal door de vergrijzing ook het aandeel mensen met ouderdomsslechthorendheid de komende jaren toenemen in Asten. In totaal stijgt het aantal inwoners in Asten met een gehoorstoornis van ±900 in 2015 naar ±1.300 inwoners in Novadic-Kentron pleit voor continuiteit in de preventie. De gemeente Asten kan hiertoe een bijdrage leveren door onder meer het vergroten van de deskundigheid over verslavingspreventie in het sociale netwerk. Ook is het aanscherpen Beperkingen of andere (permanente) klachten in het horen kunnen bij jong en oud leiden tot een (ernstig) verminderde kwaliteit van leven en een beperking in deelname aan onderwijs, werk en sociale activiteiten. [8] [9] van het vergunningenbeleid voor dancegerelateerde evenementen van belang en blijft aandacht voor alcohol- en drugspreventie in het onderwijs noodzakelijk. [7] + zie ook een gezonde basis voor de jeugd +

97 Gezond bezig 25 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Meer dan 1 op de 10 inwoners van Zuidoost- Brabant wil minder stress Het terugdringen van stress is door het panel in het GGD onderzoek bestaande uit bewoners van Zuidoost-Brabant, de meest genoemde verbeterwens voor hun gezondheid. Stress is een gezonde, natuurlijke reactie van het lichaam in spannende situaties. Echter als stress te veel is, te lang aanhoudt of er onvoldoende ruimte is voor ontspanning, heeft dit negatieve invloed op de gezondheid. De gevolgen zijn onder meer slapeloosheid, burn-out, overbelasting en verminderde werking van het immuunsysteem. Stressgerelateerde klachten zijn een toenemende oorzaak van ziekteverzuim op de arbeidsmarkt. In 2014 had in Nederland 33% van het langdurige verzuim te maken met stress. Stressklachten zijn de belangrijkste verzuimoorzaak onder werknemers van 25 jaar en jonger, die net de arbeidsmarkt speelt daarbij een grote rol. Bij (iets) oudere werknemers vormt de toenemende zorgdruk bij jonge ouders en mantelzorgers in combinatie met werk tot meer stressgerelateerd ziekteverzuim [10] [11]. + zie ook de kracht van gezondheid Depressie is de grootste risicofactor voor zelfdoding: preventie verdient meer aandacht Depressieve klachten hebben een negatieve invloed op verschillende gezondheidsgebieden waaronder middelenmisbruik, obesitas, zelfbeschadiging, sociale problemen en problemen op school en werk. Daarnaast is depressie de grootste risicofactor als het gaat om zelfdoding. Gezien de mogelijke gevolgen van een depressie is aandacht voor preventie extra belangrijk. Binnen de regio Zuidoost- Brabant wordt momenteel gewerkt aan een plan van aanpak depressie- en suicidepreventie. De Peelgemeenten besteden daarbij extra aandacht aan de doelgroep jeugd. Gezondheidsvaardigheden voorwaarde voor zelfmanagement Mensen zijn doorgaans zelf verantwoordelijk voor hun leefstijl. Om bewust keuzes te kunnen maken, zijn zowel kennis als gezondheidsvaardigheden een voorwaarde. Echter bijna één op de drie mensen heeft onvoldoende gezondheidsvaardigheden of is laaggeletterd. Zij zijn niet in staat om zelfstandig informatie over gezondheid en zorg te verzamelen, te begrijpen en toe te passen. Dit maakt het voor hen moeilijk om overwogen keuzes te maken en (gezondheids)instructies op een juiste manier uit te voeren. Meer laaggeletterdheid in Asten Het percentage laaggeletterden wordt voor Asten relatief hoger geschat (13-16%) dan gemiddeld in Noord-Brabant (8-11%) en Nederland (12%) [12]. Dit brengt risico s mee, bijvoorbeeld bij het begrijpen van bijsluiters, het voeren van een gesprek met een hulpverlener en het zoekgedrag op internet. De gezondheidsbeleving van deze groep is ook lager dan gemiddeld. De gemeente Asten heeft besloten om zich aan te sluiten bij het convenant aanpak laaggeletterdheid. Dit convenant is inmiddels al door 36 organisaties in de Peelregio getekend. Verleiden tot een gezondere leefstijl met sociale marketing Naast individuele kennis en vaardigheden zijn er ook andere manieren waarmee gezonde keuzes gestimuleerd kunnen worden. Deze aangrijpingspunten worden onder meer toegepast in sociale marketing. Met sociale marketing kunnen mensen verleid worden met voor hén aantrekkelijke vooruitzichten. Het verkopen van gezondheid met een goed gevoel staat centraal. Daarbij wordt gebruik gemaakt van elementen van sociale wetenschappen en commerciële marketing [13].

98 Gezond bezig 26 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Sociale marketing: 8 tips voor succes [13] 1. Wees oprecht nieuwsgiering Ga met open ogen en oren in gesprek met de doelgroep over hun motieven, zonder te oordelen. 2. Gebruik humor Maak het leuk! Met humor blijft de boodschap vaak beter hangen. 3. Zet rolmodellen in Op wie vertrouwt de doelgroep? Wie zijn hun idolen? Betrek hen. 4. Houd het simpel Houd de boodschap simpel en focus op haalbaar gedrag. 5. Visualiseer Maak volop gebruik van beelden. Zorg dat het beeld naadloos aansluit bij de boodschap. 6. Zoek partners Er zijn tal van partijen die met de doelgroep in contact staan. Betrek ze bij de aanpak! 7. Bouw aan een langdurige relatie Neem de tijd om vertrouwen te winnen. Mensen nemen niet zomaar iets aan van een vreemde. 8. Herhaal Creëer meerdere contactmomenten met de doelgroep. Een boodschap krijgt meer kracht als je hem vaker hoort. + toelichting sociale marketing Sociale norm belangrijk factor bij individuele keuze Sociale marketing speelt in op wat mensen in hun dagelijks leven werkelijk motiveert en raakt. De sociale norm in de omgeving speelt daarbij een grote rol. De sociale norm stimuleert de keuze voor een bepaald gedrag ( Al mijn vrienden drinken elk weekend ). Maar kan ook juist belemmerend werken in het maken van een andere keuze ( Als ik niet drink, hoor ik er niet bij ). De sociale norm in groepen komt voort uit een dialoog over elkaars normen en standpunten en laat zich niet voorschrijven ( Staan wij als ouders achter de wettelijke maatregelen tegen het alcoholgebruik bij onze kinderen? ). Van belang is dat mensen in gesprek gaan over wat we normaal vinden en elkaar durven aan te spreken op gedrag dat daar niet bij past. De omgeving kan de gezonde keuze vanzelfsprekend maken Naast de sociale omgeving heeft ook de inrichting van de fysieke en digitale omgeving invloed op ons handelen. Dit biedt kansen! De fysieke omgeving kan mensen (onbewust) een duwtje in de goede richting geven door de gezonde keuze de meest vanzelfsprekende keuze te laten zijn. Dit wordt nudging genoemd. Een nudge is vaak relatief eenvoudig te realiseren. Denk aan het plaatsen van voetstappen op de vloer van openbare gebouwen richting de trap of het inzaaien van een (tijdelijk) braakliggend terrein met gras. + zie ook samen in de wijk

99 Gezond bezig 27 GGD Brabant-Zuidoost 2016 ADVIES VOOR ASTEN Pas de elementen uit de sociale marketing toe om mensen bewust en onbewust gezonde keuzes te laten maken. Leg leefstijlactiviteiten en interventies in de gemeente Asten langs de lat van de sociale marketing tips om te komen tot een effectieve aanpak. Cruciaal is om te achterhalen wat de doelgroep in het dagelijks leven werkelijk motiveert, wat hen raakt en sluit daarbij aan. Sociale marketing helpt om gezond gedrag aantrekkelijker te maken. Continueer de inzet op de leefstijlthema s alcohol en roken. In Asten is op die terreinen nog steeds veel gezondheidswinst te behalen. Heb daarbij ook aandacht voor volwassenen, waaronder de ouders van kinderen en 55-plussers. Daarnaast is extra aandacht voor drugsgebruik sterk aan te bevelen. De gemeente heeft hiervoor inmiddels een plan van aanpak opgesteld samen met de gemeente Someren. Blijf investeren in de verbinding tussen preventie, regelgeving en handhaving, maar werk hierbij ook regionaal samen. Aandacht voor het thema sporten, bewegen en buiten spelen in relatie tot een gezond gewicht, blijft de komende jaren van belang. Nieuw thema dat aandacht verdient is gehoorschade. Moedig het gesprek over de sociale norm aan onder de inwoners. Maak gebruik van rolmodellen als lokale sporthelden of wethouders door hen mee te laten doen aan campagnes zoals 40 dagen geen alcohol of Stoptober. Ondersteun de initiatieven op dit vlak die vanuit de inwoners zelf komen. Stimuleer jong tot oud gebruik te maken van mogelijkheden om beter om te kunnen gaan met stress als gevolg van school, arbeid, werkloosheid, armoede en andere ingrijpende gebeurtenissen. Lichaamsbeweging in de buitenlucht is daar een voorbeeld van. Promoot ook de ondersteuningsmogelijkheden voor vrijwilligers en mantelzorgers om overbelasting en stress te voorkomen. Richt de omgeving gezond in; maak de gezonde keuze vanzelfsprekend. Dit kan al door heel eenvoudige aanpassingen in de omgeving. Geef bijvoorbeeld aan hoe bestaand straatmeubilair gebruikt kan worden om bewegen te stimuleren. Stimuleer en ondersteun initatieven vanuit de wijken zoals de Beweegtuin en Wandelen met de huisarts. Vergroot de kennis bij professionals en vrijwilligers om mensen met weinig gezondheidsvaardigheden te herkennen en maak gebruik van beschikbare tools om de communicatie met hen te verbeteren zoals het aanbod van de Stichting ABC om communicatiemiddelen (brieven, folders, websites) te toetsen op leesbaarheid. Breng in beeld welke aanbod er is voor laaggeletterden en breng dit onder de aandacht van de doelgroep zelf, professionals en voor de autochtone doelgroep. De gemeente Asten neemt deel aan het regionale plan van aanpak Depressie- en suicidepreventie jongeren. Werk hierbij samen met alle andere relevante partijen. Heb daarnaast ook aandacht voor de doelgroep volwassenen en ouderen. Hiervoor is ook een plan in de maak.

100 Gezond bezig 28 GGD Brabant-Zuidoost 2016 KERNBOODSCHAP II Gezondheid vergroot de mogelijkheid van mensen om mee te kunnen doen in de samenleving. Omgekeerd is maatschappelijk actief zijn gezond. Participatie in Asten varieert per leeftijdsgroep en opleidingsniveau Naast onderwijs en betaald werk zijn vrijwilligerswerk, deelname aan het verenigingsleven en het geven van mantelzorg de belangrijkste vormen van participatie. De manier waarop mensen maatschappelijk actief zijn, verschilt in Asten per levensfase en per soort participatie [1]. Jongeren zijn aanzienlijk vaker lid van een vereniging dan volwassenen en ouderen. Vrijwilligerswerk wordt naar verhouding juist meer door volwassenen en ouderen verricht. In het algemeen participeren hoger opgeleiden meer in maatschappelijke activiteiten dan lager opgeleiden. Meer inwoners Asten lid van een vereniging dan in de regio Het deelnemen aan een vereniging of club is in Asten de meest populaire vorm van participatie en is bij de jongeren de afgelopen jaren zelfs nog meer en ouderen zijn lid van een vereniging dan in de regio. Vanaf 4 jaar is 88% van de jeugdigen lid van één of meer verenigingen of clubs. Van deze groep is bijna acht op de tien (ook) lid van een sportvereniging. Van alle volwassenen in Asten is 59% lid van één of meer verenigingen, waarvan 37% lid is van een sportvereniging. Bij de ouderen vanaf 65 jaar heeft 71% een verenigingslidmaatschap en is 28% lid van een sportvereniging [1][2]. Meer oudere vrijwilligers in Asten dan in de regio In toenemende mate wordt op burgers een beroep gedaan om op vrijwillige basis een bijdrage te leveren aan de samenleving. Jong geleerd is oud gedaan. Eind 2015 deed 14% van de jongeren in Asten vrijwilligerswerk [2]. Hoewel het niet meer wettelijk verplicht is, stimuleert de gemeente dit nog steeds door middel van maatschappelijke stages. Zij heeft hiervoor een convenant getekend met het Varendonck College en Onis. Van de volwassenen en ouderen in Asten verricht respectievelijk 30% en 38% vrijwilligerswerk. Bij de ouderen lijkt het aandeel vrijwilligers de afgelopen jaren te zijn toegenomen en ligt het boven het regionale gemiddelde (29%). Ruim één op de vijf volwassenen noemt tijdgebrek de belangrijkste drempel om vrijwilligerswerk te doen. Daarnaast geeft ook 19% aan de eigen tijd liever aan andere zaken te besteden [1]. Beeld voor Asten Vrijwilligerswerk, lidmaatschap verenigingen en verlenen mantelzorg naar leeftijd (%) [1] [2] doet vrijwilligerswerk jaar jaar 65+ lid van een vereniging verleent mantelzorg %

101 Gezond bezig 29 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Participatie en gezondheid versterken elkaar Uit de analyses van de GGD blijkt dat mensen die vrijwilligerswerk verrichten, vaker positief zijn over hun ervaren gezondheid en zich vaker (erg) gelukkig voelen. Dit geldt ook voor mensen die lid zijn van een vereniging. Bovendien is het percentage eenzamen in deze groep minder groot. Deze samenhang tussen gezondheid en participatie werkt waarschijnlijk tweeledig. Enerzijds is het voor gezonde mensen eenvoudiger om deel te nemen aan sociale activiteiten. Anderzijds levert de deelname een positieve bijdrage aan de ervaren gezondheid en het welbevinden. + zie ook de kracht van gezondheid 1 + Extra aandacht voor mogelijkheden participatie kwetsbare burgers Vanuit het oogpunt van gezondheid is het dus van belang dat mensen kunnen deelnemen aan vrijwilligerswerk en recreatieve activiteiten. Juist ook de kwetsbare burgers met lichamelijke en geestelijke beperkingen. Dit vraagt om extra aandacht voor het toegankelijk maken en begeleiden van sociale activiteiten in de gemeente voor burgers die beperkt zijn in hun mogelijkheden om te participeren. Ook voor inwoners met een kleine beurs is extra aandacht nodig om volwaardig mee te kunnen doen aan de samenleving. In Asten zijn er enkele initiatieven die daar een bijdrage aan leveren zijn de Formulierenbrigade van Onis, Stichting Leergeld Asten-Someren en het nieuwe uitgiftepunt van de Voedstelbank bij NWC. Om te zorgen dat ook jongeren in een armoedesituatie kunnen sporten stelt de gemeente sportvouchers beschikbaar voor 4-18 jarigen. Beeld voor Asten Ervaren gezondheid en zich (erg) gelukkig voelen naar participatie in vrijwilligerswerk en vereniging(en) (%) 100 % % ervaren gezondheid (heel) goed vrijwilligers 72 ervaren gezondheid (heel) goed lid van vereniging voelt zich veelal (erg) gelukkig geen vrijwilligers 76 voelt zich veelal (erg) gelukkig geen lid Maar participatie kan ook kwetsbaar maken Uit de analyses van de GGD blijkt dat mensen die vrijwilligerswerk verrichten, vaker positief zijn over hun ervaren gezondheid en zich vaker (erg) gelukkig voelen. Dit geldt ook voor mensen die lid zijn van een vereniging. Bovendien is het percentage eenzamen in deze groep minder groot. Deze samenhang tussen gezondheid en participatie werkt waarschijnlijk tweeledig. Enerzijds is het voor gezonde mensen eenvoudiger om deel te nemen aan sociale activiteiten. Anderzijds levert de deelname een positieve bijdrage aan de ervaren gezondheid en het welbevinden. zie ook mantelzorg in langer thuis Cultuur en gezondheid nader tot elkaar Het uitoefenen en bezoeken van kunst of cultuur draagt voor veel mensen positief bij aan hun welbevinden en ervaren gezondheid. Het zorgt voor ontspanning, talentontwikkeling en sociale interactie tussen mensen. Daarmee kan cultuur een bijdrage leveren aan de levenskwaliteit van mensen. Kunstzinnige activiteiten worden ook steeds vaker onderdeel van de zorg in ziekenhuizen of in de ouderenzorg. Er zijn aanwijzingen dat deze activiteiten bijdragen aan welzijn, herstel en genezing van mensen. Omgekeerd legt de cultuursector ook steeds meer de verbinding met gezondheid, door onder meer speciaal aanbod te creëren voor mensen met een beperking [14] [15].

102 Gezond bezig 30 GGD Brabant-Zuidoost 2016 ADVIES VOOR ASTEN Stimuleer het kunnen meedoen naar eigen wens en vermogen in het vrijwilligerswerk en sociaal culturele activiteiten. Waardeer en stimuleer het verenigingsleven in Asten in de volle breedte (kunst, cultuur en sport). Zo is bij voetbalvereniging NWC het Repair Cafe ondergebracht. Investeer in het toegankelijk maken en houden van verenigingen voor mensen die beperkt zijn in hun mogelijkheden om te participeren. Het vergroten van de deskundigheid bij verenigingen is daarbij van belang. Maar ook de sportvouchers voor de jeugd in een armoedesituatie zijn daar een mooi voorbeeld van. Stimuleer een gelijkwaardige samenwerking tussen vrijwilligers en professionals. Voorbeeld hierbij zijn de vrijwilligers van Onis die mensen ondersteunen bij lichte schuldenproblematiek. Zij hebben in hun werk contacten met de Schulddienstverlening in Helmond. Sluit aan bij de behoeften van de vrijwilligers en maak gebruik van de kennis die aanwezig is bij zorgen hulpverleners. Asten is op dit gebied al goed op weg vanuit de wijk- en dorpsondersteuners en de buurtsportcoaches. Zij bieden ondersteuning aan burgerinititieven vanuit bijvoorbeeld de dorpsraad, buurtinitiatieven of KBO. Vrijwilligerswerk kan niet voor niets. Goed draaiend vrijwilligerswerk vraagt om randvoorwaarden. Blijf investeren in faciliteiten, scholing en begeleiding van vrijwilligers, via bijvoorbeeld de vrijwilligerscentrale bij Onis. Dit geldt in het bijzonder voor mensen met een beperking. Blijf alert op een realistische afstemming tussen de steeds hoger wordende eisen die aan vrijwilligerswerk gesteld worden en de mogelijkheden van de beschikbare vrijwilligers. Ga uit van de intrinsieke motivatie van vrijwilligers. Vrijwilligerswerk dat aansluit bij de persoonlijke drijfveren van mensen, zorgt voor meer voldoening en draagt bij aan het ervaren welzijn. Hanteer laagdrempelige voorwaarden bij de ondersteuning van initiatieven van burgers; deze kunnen vrijwilligerswerk stimuleren en extra subsidie en sponsoring mogelijk maken. Zo zijn al veel inwoners betrokken bij initiatieven, zoals Kansplus voor mensen met een beperking. Deze organisatie draait volledig op vrijwilligers en heeft veel sponsoren. Hierdoor is het lidmaatschap goedkoop en zijn de eigen bijdragen voor evenementen beperkt.

103 Gezond bezig 31 GGD Brabant-Zuidoost 2016 INSPIRERENDE VOORBEELDEN Sport in Asten In dit platform werken de gemeente Asten, vrijwilligerscentrale Onis, voetbalvereniging NWC en Sportieve Buitenschoolse Opvang Sportstuif samen om het sporten in Asten te bevorderen. Ook wordt samenwerking tussen sportorganisaties gestimuleerd. Dit platform geeft bovendien richting aan het werk van de buurtsportcoaches. Sociale markting: begin met een gesprek met de doelgroep De gemeente Utrecht is met ouders in gesprek gegaan over hun opvattingen over alcoholgebruik bij de jeugd. Deze gesprekken leverden aangrijpingspunten op voor het beter bereiken van de ouders met alcoholpreventie in de wijk. Talentenbank Valkenswaard Iedereen heeft wel een talent waarmee je iemand uit je wijk van dienst kunt zijn (bijv. koken of tuinieren). Wanneer je dit zelf niet kunt en geen partner of kind(eren) hebt die je hierbij kan ondersteunen, is het als een buurtgenoot kan helpen. De Talentenbank, opgericht vanuit het programma Accent op ieders Talent in de pilotwijk Geenhoven in Valkenswaard, koppelt de talenten aan de vragen. Fitte Vogels in Tilburg Veel bewoners van de Vogeltjesbuurt waren te zwaar, hadden gezondheidsklachten en zaten niet lekker (genoeg) in hun vel. Ze zijn samen aan de slag gegaan: 100 dagen lang (in 5 teams van personen) sporten, koken, gezond eten en afvallen natuurlijk. Bij de start een check bij de fysiotherapeut en de huisarts, waarop de sportcoaches en diëtist dat na 100 dagen het niet afgelopen is, maar het begin moet zijn van een nieuwe manier van leven. MEER KIJKEN? Guy Stripping, women go wild Contrex, 2012 Het leven van Lisa Stichting Lezen en Schrijven, 2011 Gezondheidsvaardigheden NIGZ, 2012 Toolkit gemeenten algemeen Naar18jaar.nl Trimbos-Instituut, 2015 Wat je als ouders moet weten over XTC Trimbos-Instituut, 2015 Laat je doelgroep luisteren Iwords, 2013 MEER LEZEN? Leefstijl Handreiking gezonde gemeente RIVM, 2015 Sporten en bewegen in het sociaal domein NISB, 2015 Netwerk in beweging NISB, Nationale Hoorstichting, 2015 KWIEK Beweegroute KWIEK, 2015 Sociale marketing Sociale marketing: verleiden tot gezonder leven! RIVM, 2013 Sociale marketing JOGG, 2013 Gezondheidsvaardigheden Factsheet Laaggeletterdheid en Beperkte gezondheidsvaardigheden, Pharos 2016 Laaggeletterden. Overzicht van interventies voor mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden Vilans,

104 Gezondheid werkt 32 GGD Brabant-Zuidoost 2016 GEZONDHEID WERKT Arbeid of werk is voor de volwassen bevolking het middel bij uitstek voor deelname aan de samenleving. Een goede gezondheid vergroot de kans op het vinden en houden van werk. Werk levert een positieve bijdrage aan de ervaren gezondheid en het welzijn. Door het opschuiven van de pensioenleeftijd wordt het een uitdaging om mensen zo lang en zo goed mogelijk inzetbaar te laten zijn. Duurzame inzetbaarheid begint met het behalen van een noodzakelijk voor het maken van een start op de arbeidsmarkt en een gezonde toekomst. KERNBOODSCHAP I Een goede gezondheid vergroot de kans dat mensen kunnen (blijven) werken. Bovendien kan werk een positief effect hebben op de gezondheid. Investeren in duurzame inzetbaarheid van burgers loont. Gezond aan het werk in Asten?! Mensen met een goede gezondheid hebben vaker een betaalde baan. Tegelijkertijd ervaart 87% van de inwoners in Asten met een betaalde baan de eigen gezondheid als goed. Dit betekent niet dat mensen die werken geen aandoeningen hebben of beperkingen ervaren. Veel mensen met een (chronische) ziekte of beperking doen gewoon mee op de arbeidsmarkt. Zo is één op de negen werkende volwassenen in Asten lichamelijk beperkt in hun functioneren en één op de tien voelt zich psychisch ongezond. Beeld voor Asten Gezondheid uitgesplitst naar arbeidsdeelname bij 19 t/m 64-jarigen (%) [1] 100 % ervaart gezondheid (heel) goed heeft geen betaald werk beperkt in functioneren door lichamelijke gezondheid 10 voelt zich psychisch ongezond heeft betaald werk Werk draagt bij aan het welbevinden Werk kan een positief effect hebben op de gezondheid. Het hebben van werk draagt bij aan het welbevinden en zingeving van mensen, geeft sociale contacten en biedt mogelijkheden tot persoonlijke ontwikkeling. Arbeid stimuleert vooral de psychische gezondheid en heeft zelfs een beschermend effect tegen depressie. Er is geen duidelijk bewijs voor een positief effect van werk op de lichamelijke gezondheid [2]. + zie ook de kracht van gezondheid... maar niet al het werk is gezond Soms brengt werk ook gezondheidsrisico s met zich mee. Er zijn arbeidsomstandigheden die juist slecht zijn voor de gezondheid, zoals blootstelling aan gevaarlijke stoffen en lawaai. Ook psychosociale werkbelasting zoals hoge werkdruk en emotionele belasting heeft een negatief effect op de gezondheid. Daarnaast blijkt langdurig beeldschermwerk en veel zittend werk steeds vaker een risico voor de gezondheid.

105 Gezondheid werkt 33 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Psychosociale arbeidsbelasting meest voorkomende beroepsziekte Uit landelijke cijfers van het RIVM blijkt dat klachten in het bewegingsapparaat en psychische aandoeningen de belangrijkste oorzaken van arbeidsongeschiktheid zijn. Bij jongeren is de belangrijkste oorzaak een ontwikkelingsstoornis zoals een verstandelijke handicap of een autistische stoornis [3]. Een derde van het ziekteverzuim in Nederland wordt veroorzaakt door werk gerelateerde psychische klachten. Daarmee is zogenoemde psychosociale arbeidsbelasting (PSA) de meest voorkomende beroepsziekte in ons land [3] [4]. + zie ook gezond bezig Investeren in duurzame inzetbaarheid loont Mensen zullen steeds langer doorwerken en de gemiddelde leeftijd op de werkvloer stijgt. De toekomstige generatie werkers zal vaker een chronische ziekte hebben, maar heeft minder vaak een lichamelijke beperking en het aantal mensen dat zich ongezond voelt neemt af. Dit laatste verklaart wellicht waarom de participatiegraad toeneemt. Analyses laten zien dat een chronische ziekte alleen niet van invloed is op participatie. Pas als de chronisch zieke ook lichamelijke beperkingen of mentale beperkingen of gezondheidsproblemen heeft of zijn gezondheid als minder goed ervaart, is de participatie lager [3]. Werk dat past bij de gezondheid, competenties en motivatie vergroot de duurzame inzetbaarheid van mensen. Uitgangspunt bij duurzame inzetbaarheid is wat iemand wél kan doen en niet wat zijn beperkingen zijn. Dat geldt in het bijzonder voor groepen in de samenleving met een afstand tot de arbeidsmarkt. Deze kwetsbare burgers hebben ondersteuning nodig om aan (betaald) werk te komen en (langdurige) begeleiding om duurzaam inzetbaar te blijven. Dit vraagt om maatwerk waarbij steeds zorgvuldig moet worden afgewogen of professionele begeleiding vervangen kan worden door inzet van vrijwilligers. In Asten hebben de Atlant Groep (duurzame arbeidsparticipatie) en ORO (dagbesteding en zorg) hun expertise gebundeld voor mensen met afstand tot arbeidsmarkt op één locatie in een zogenoemde basisvoorziening. Daarnaast kent Asten een Maatschappelijk Knooppunt Participatie. In dit project worden mensen met een bijstandsuitkering en een wat grotere afstand tot de arbeidsmarkt door participatiecoaches van het Werkbedrijf worden begeleid en bemiddeld naar maatschappelijke participatie (vrijwilligerswerk) dan wel participatie richting arbeid. Binnen dit project wordt samengewerkt met de gemeente Someren en de welzijnsorganisatie Onis, en wordt gebruik gemaakt van het lokale netwerk, waardoor dicht bij huis naar mogelijkheden wordt gekeken. Maatwerk staat voorop. Lunchcafé Brownies & Downies is een mooi voorbeeld van een particulier initiatief waar jongeren met een verstandelijke beperking werken. + toelichting maatwerk voor werkzoekenden met een beperking ADVIES VOOR ASTEN Betrek bedrijven bij het bevorderen van de gezondheid van burgers en het toe leiden van kwetsbare burgers naar de arbeidsmarkt. Versterk de publiek-private samenwerking door gebruik te maken van de reeds bestaande netwerken van ander gemeentelijk beleid. Bedrijven, organisaties, werknemers en de gemeente hebben een wederzijds belang om hebben een hogere arbeidsproductiviteit en een lager ziekteverzuim, wat cruciaal is voor werkgevers. De gemeente heeft belang bij burgers die als (toekomstig) werknemer gezond aan de slag (kunnen) blijven. Burgers met afstand tot de arbeidsmarkt hebben ondersteuning nodig om hen aan (betaald) werk te helpen en/of hen duurzaam inzetbaar te houden. Bekijk samen met Atlant Groep/ Werkbedrijf en bedrijven de mogelijkheden voor maatwerk zoals scholing, en coaching op de werkplek. Bij kwetsbare werknemers is afstemming en samenwerking tussen alle betrokken partijen van groot belang om uitval, bijvoorbeeld na ziekte, te voorkomen. De Participatiewet en de Wmo kennen een aantal raakvlakken. Eén daarvan is gesubsidieerde arbeid en arbeidsmatige gebruik van beide voorzieningen is afstemming tussen beide werkvelden meer dan gewenst. De gemeente Asten heeft al enkele mooie initiatieven mogelijk gemaakt, zoals de werkvoorziening aan de Lindestraat, waar dagbesteding en begeleiding vanuit ORO gecombineerd wordt met een basisvoorziening vanuit de Atlant Groep.

106 Gezondheid werkt 34 GGD Brabant-Zuidoost 2016 KERNBOODSCHAP II arbeidsmarkt en daarmee de kans op een gezonde toekomst. Verzuim is een belangrijke voorspeller van voortijdig schoolverlaten Frequent of langdurig verzuim is een voorbode voor voortijdig schoolverlaten. In het schooljaar 2013/2014 is in Asten bij 50 leerlingen sprake van relatief verzuim. Met deze leerlingen en hun ouders wordt een gesprek gevoerd om de individuele situatie te bespreken. Afhankelijk van dit gesprek volgt verdere advisering, een waarschuwing, wordt een HALT-straf opgelegd of volgt een melding bij het justitieel casusoverleg. Langdurig of regelmatig schoolverzuim is vaak een indicatie voor achterliggende problemen waarmee een jongere te kampen heeft. Kinderen die weinig sociale steun ervaren of over minder sociale vaardigheden beschikken, verzuimen meer. Ook bij kinderen uit gezinnen met een lagere sociaaleconomische status is er meer risico op spijbelen of voortijdig schoolverlaten. Beeld voor Asten Meldingen schoolverzuim en vervolgacties op schoolverzuim (aantallen) [3][4] Aantal leerplichtige kinderen Aantal thuiszitters 3 Aantal meldingen in Asten, 200 schooljaar 2013/2014 Waaronder: Absoluut verzuim, kind staat nergens op 7 school ingeschreven Relatief verzuim 50 Luxe verzuim 4 Belangrijkste acties naar aanleiding van alle meldingen Ter kennisgeving aangenomen 49 Advisering, school of ouders vragen bureau leerplicht mee te denken 39 Schriftelijke of mondelinge waarschuwing gegeven 26 Vrijstelling art. 5 sub c (bezoek buitenlandse school) 25 Uit voorzorg gemeld/besproken, maar 15 geen verdere actie noodzakelijk arbeidsmarkt In Asten is het aantal jongeren dat voortijdig de school heeft verlaten de afgelopen jaren gedaald. Dit is het resultaat van de regionale samenwerking op het terugdringen van voortijdig schoolverlaten. In het schooljaar hebben 17 jongeren (in de leeftijd tussen de 12 en 23 jaar) uit Asten 21 jongeren in het schooljaar daarvoor [6]. Zonder economische en sociale ontwikkeling. En dit heeft ook gevolgen voor hun welzijn en gezondheid. Andersom geldt dat gezondheidsproblemen of andere problemen bij het kind of gezin het behalen van een tussen onderwijs en jeugd(gezondheids)zorg kan schooluitval in een vroeger stadium terugdringen en maatschappelijke kosten besparen [7]. Het behalen jongeren haalbaar. Voor hen is werken mogelijk met een goede samenwerking van onderwijs, bedrijven, Atlant/Werkbedrijf en zorg- en welzijnsinstellingen. + toelichting oorzaken van kwetsbaarheid bij jongeren + soorten verzuim

107 Gezondheid werkt 35 GGD Brabant-Zuidoost 2016 Bijna de helft van de laag opgeleiden in Asten ervaart een matige of slechte gezondheid Mensen zonder diploma of lager opgeleiden hebben vaker laagbetaald werk. Er is vaker sprake van werkloosheid en armoede, wat een negatief effect heeft op het welbevinden. Bovendien geldt dat laagopgeleiden vaker een slechtere gezondheid hebben, wat hun deelname op de arbeidsmarkt bemoeilijkt. Ook in Asten zijn er grote gezondheidsverschillen tussen de opleidingsniveaus. Het percentage laaggeletterden wordt relatief hoger geschat (13-16%) dan in Noord-Brabant (8-11%) en gemiddeld in Nederland (12%) [8]. De gezondheidsbeleving van deze groep is lager dan gemiddeld. Van de beroepsbevolking heeft 4% geen of alleen lager onderwijs en nog eens 26% heeft maximaal LBO of MAVO / VMBO als opleidingsniveau. Bijna de helft van de laag opgeleiden ervaart een matige of (zeer) slechte ervaren gezondheid ten opzichte van 11% van de hoogopgeleiden. Volgens prognoses van het RIVM is wel sprake van een gunstige ontwikkeling: het aantal hoogopgeleiden in Asten neemt tot 2030 toe en het aantal laagopgeleiden juist af. Verschillen in gezondheid Er bestaan grote verschillen in leefstijl en gezondheidsontwikkeling. Deze houden vaak verband met sociaaleconomische status (SES). Volwassenen met een laag inkomen ervaren hun eigen gezondheid als minder positief, hebben minder regie over hun leven, zijn vaker psychisch ongezond en zijn/worden vaker sociaal uitgesloten [1]. De kansen op goede school-, werk-, en woonomstandigheden zijn groter met een goede gezondheid en omgekeerd kunnen lage opleiding, een lage welvaart en ongunstigere leefomstandigheden er toe leiden dat mensen minder gezond zijn. Investeren in een goede opleiding kan deze spiraal doorbreken. Beeld voor Asten Gezondheidsverschillen tussen opleidingsniveaus bij 19 jaar en ouder (%) [1] Sommige maatschappelijke ontwikkelingen zullen de omvang van sociaaleconomische risicogroepen doen stijgen zoals bijvoorbeeld veranderingen in de gezinssamenstelling en afname van gemiddelde gezinswelvaart. Deze sociaaleconomische gezondheidsverschillen en risicogroepen bestaan al lang. De gemeente Asten heeft hier wel al oog voor binnen het armoedebeleid. Het terugdringen van deze verschillen is niet alleen in het belang van de volksgezondheid, maar ook onontbeerlijk voor de economische slagkracht van de regio. + Zie ook gezond bezig ervaren gezondheid matig tot slecht beperkt in functioneren door lichamelijke gezondheid laag opgeleid max MAVO/LBO max HAVO/VWO/MBO HBO/WO voelt zich psychisch ongezond %

108 Gezondheid werkt 36 GGD Brabant-Zuidoost 2016 ADVIES VOOR ASTEN Blijf investeren in het terugbrengen van schoolverzuim en vroegtijdig schoolverlaten. hebben behaald in gesprek over de vraag hoe hun ervaringen gebruikt kunnen worden om jongeren te ondersteunen bij het behalen van een Samenwerking van scholen, de gemeente, en partners in het onderwijs en de zorg bij het tijdig signaleren, voorkomen en terugdringen van langdurig en frequent schoolverzuim is van belang om te zorgen dat zoveel mogelijk jongeren neemt hierin al een initiërende rol die de komende jaren zeker een vervolg verdient. Begeleid de overgang van risicojongeren naar een volgend onderwijstype of de arbeidsmarkt. Een samenwerking tussen het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs is van belang om een soepele overstap van leerlingen te bewerkstelligen. Regionale aandacht hiervoor is onontbeerlijk en krijgt ook binnen de gemeenten Asten en Someren al vorm vanuit het Varendonck College niet haalbaar is, kunnen jongeren via entree onderwijs begeleid worden naar passend werk. Deze uitstroom naar werk wordt niet als voortijdig afstemming tussen onderwijsinstellingen, Werkbedrijf/Atlant, werkgevers en zorg- en welzijnsinstellingen. Zo biedt het eerder genoemde initiatief Maatschappelijk Knooppunt Participatie nu incidenteel kansen aan jongeren die moeite hebben met het behalen van een moet uitwijzen of een groter project voor deze kwetsbare jeugd kan worden opgezet.

109 Gezondheid werkt 37 GGD Brabant-Zuidoost 2016 INSPIRERENDE VOORBEELDEN MEER KIJKEN?? Werk en zorg gecombineerd. Op maat en dicht bij huis. Op één locatie worden de expertise van ORO (dagbesteding en zorg) en die van de Atlant Groep (duurzame arbeidsparticipatie) gecombineerd in een zogenoemde basisvoorziening. Daardoor worden zorg en ondersteuning in werk voor mensen met een beperking zodanig georganiseerd dat zij maximaal kunnen participeren. Lunchcafe Brownies en Downies; horeca met een lach Een particulier initiatief waar jongeren met een verstandelijke beperking werken. Maak werk van gezondheid! Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, 2013 MEER LEZEN? Arbeid en gezondheid. From Evidence to Practice in Mental Health and Work OECD, Op weg naar duurzame inzetbaarheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Wat werkt bij voortijdig schoolverlaten en schoolverzuim Nederlands Jeugd Instituut, 2015 Investeren in opvoeden en opgroeien loont! Kosteneffectiviteit van de preventie van pedagogische, psychosociale en psychosomatische problematiek door de jeugdgezondheidszorg Actiz en GGD Nederland, Juli 2013 Factsheet Sociaaleconomische gezondheidsverschillen. GGD Brabant-Zuidoost, 2013 Medische Advisering Ziekgemelde Leerling is een effectieve methodiek voor een integrale aanpak van ziekteverzuim bij scholieren, ontwikkeld door GGD West- Brabant. Deze interventie is als goed onderbouwd erkend door het Nederlands Instituut Jeugd. Gezond werk Loket gezond leven + +

Subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017

Subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017 Subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017 Titel: Subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2017 Versie: 2016/1340 Datum: 28 juni 2016 Auteur(s): Marion Manders - 1 - Inleiding Met ingang van 2017 zou een nieuwe vierjarige

Nadere informatie

Subsidieprogramma Welzijn & Participatie 2019

Subsidieprogramma Welzijn & Participatie 2019 Subsidieprogramma Welzijn & Participatie 2019 Versie: 2019/7767 Datum: juli 2018 Auteur: Marion Manders 1 Inleiding Het subsidieprogramma Welzijn en Participatie 2019 is gebaseerd op het subsidiebeleid

Nadere informatie

Subsidieprogramma Welzijn/Zorg Jaarschijf 2016

Subsidieprogramma Welzijn/Zorg Jaarschijf 2016 Subsidieprogramma Welzijn/Zorg 2014-2016 Jaarschijf 2016 INLEIDING Met ingang van 2014 wordt subsidie verleend op basis van het Subsidiebeleid Welzijn en Zorg Nieuwe Stijl. Dit nieuwe beleid is in 2013

Nadere informatie

Subsidieprogramma Welzijn & Participatie 2018

Subsidieprogramma Welzijn & Participatie 2018 Subsidieprogramma Welzijn & Participatie 2018 Versie: 2017/472 Datum: 5 juli 2017 Auteur: Marion Manders 1 Inleiding Het subsidieprogramma Welzijn en Participatie 1 2018 is gebaseerd op het subsidiebeleid

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten; Gelet op het Subsidiebeleid Welzijn en Participatie gemeente Asten ;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten; Gelet op het Subsidiebeleid Welzijn en Participatie gemeente Asten ; Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten; Gelet op het Subsidiebeleid Welzijn en Participatie gemeente Asten 2018-2020; Gelet op de Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2017;

Nadere informatie

COMMISSIE BURGERS PUBLIEKSAGENDA. Datum : 9 oktober 2017 Tijd : uur Locatie : Raadzaal

COMMISSIE BURGERS PUBLIEKSAGENDA. Datum : 9 oktober 2017 Tijd : uur Locatie : Raadzaal COMMISSIE BURGERS PUBLIEKSAGENDA Datum : 9 oktober 2017 Tijd : 20.00 uur Locatie : Raadzaal U vindt de stukken digitaal op raad.asten.nl vanaf 29 september 2017. Nr. 0. Opening 1. Vaststellen agenda 2.

Nadere informatie

De 'Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2017' vast te stellen, te publiceren en in werking te laten treden met ingang van 1 januari 2017;

De 'Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2017' vast te stellen, te publiceren en in werking te laten treden met ingang van 1 januari 2017; Gemeente RAADSBESLUIT Onderwerp: Dagtekening: Agendanummer: Subsidiebeleid Welzijn en Participatie gemeente Asten 2018-2020 13 december 2016 16.12.05 De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel

Nadere informatie

COMMISSIEVOORSTEL Opiniërend BIJ ZAAKNUMMER: AST/2016/008032

COMMISSIEVOORSTEL Opiniërend BIJ ZAAKNUMMER: AST/2016/008032 COMMISSIEVOORSTEL Opiniërend BIJ ZAAKNUMMER: AST/2016/008032 Voorstel voor de vergadering van de Commissie Burgers op 13 juni 2016 Agendanummer : 12 Onderwerp: Opsteller: Portefeuillehouder: Uitgangspunten

Nadere informatie

Evaluatie Subsidiebeleid Welzijn en Zorg Nieuwe Stijl

Evaluatie Subsidiebeleid Welzijn en Zorg Nieuwe Stijl Evaluatie Subsidiebeleid Welzijn en Zorg Nieuwe Stijl 2014-2016 Inhoudsopgave 1. Inleiding Pag. 3 2. Evaluatie Pag. 3 3. Subsidiebeleid Welzijn en Zorg Nieuwe Stijl 2014-2016 Pag. 3 4. Interne bevindingen

Nadere informatie

van de openbare vergadering van de commissie Burgers gehouden op 14 september 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis

van de openbare vergadering van de commissie Burgers gehouden op 14 september 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis Vastgesteld 12 oktober 2015 COMMISSIE BURGERS VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie Burgers gehouden op 14 september 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis Aanwezig: De voorzitter De leden

Nadere informatie

8. Informatief overleg met de bestuurder over lopende belangrijke processen en projecten, o.a. verbonden partijen: (GGD, Peel 6.

8. Informatief overleg met de bestuurder over lopende belangrijke processen en projecten, o.a. verbonden partijen: (GGD, Peel 6. COMMISSIE BURGERS AGENDA Datum : 21 november 2016 Tijd : 20.00 uur Locatie : Raadzaal U vindt de stukken digitaal op raad.asten.nl vanaf 11 november 2016. Nr. 0. Opening 1. Vaststellen agenda 2. Besluitenlijst

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2013

Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2013 Algemene subsidieverordening gemeente Asten 2013 Asten, janu

Nadere informatie

Beleidsregel Participatie bijzondere groepen en versterking verenigingen. Voor de toepassing van deze beleidsregel wordt verstaan onder:

Beleidsregel Participatie bijzondere groepen en versterking verenigingen. Voor de toepassing van deze beleidsregel wordt verstaan onder: Beleidsregel Participatie bijzondere groepen en versterking verenigingen Artikel 1 Definities Voor de toepassing van deze beleidsregel wordt verstaan onder: a. Instelling: Een rechtspersoonlijkheid bezittende

Nadere informatie

Subsidiebeleid Welzijn en Zorg Nieuwe stijl

Subsidiebeleid Welzijn en Zorg Nieuwe stijl Subsidiebeleid Welzijn en Zorg Nieuwe stijl Herfst 2012 Beleidsontwikkeling en advies afdeling MO team Welzijn Sandy Hendriks Barbara Mutsaers Marion Manders Gerard Lomans Peter Baudoin Financieel advies

Nadere informatie

Subsidiebeleid Welzijn en Participatie gemeente Asten

Subsidiebeleid Welzijn en Participatie gemeente Asten Subsidiebeleid Welzijn en Participatie gemeente Asten 2018-2020 Asten, december 2016 Inhoudsopgave Pagina Inleiding 2 De participatiesamenleving 3 Naar een participatiesamenleving 3 Doelstelling van de

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL (via commissie)

RAADSVOORSTEL (via commissie) RAADSVOORSTEL (via commissie) COMMISSIE BURGERS d.d. 26-8-2013 AGENDANUMMER:8 Onderwerp: Bijlage(n): Vergadering de dato: Besparing huisvestingskosten GGD en extra contactmoment JGZ Agendanummer: p.h.:

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Agendanummer: p.h.: Onderwerp: Bijlage(n): Vergadering de dato: WIII. de raad van de gemeente Asten.

RAADSVOORSTEL. Agendanummer: p.h.: Onderwerp: Bijlage(n): Vergadering de dato: WIII. de raad van de gemeente Asten. RAADSVOORSTEL Onderwerp: Bijlage(n): Vergadering de dato: Besparing huisvestingskosten GGD en extra contactmoment JGZ Agendanummer: p.h.: 1 17-09-2013 13.09.07 WIII de raad van de gemeente Asten Samenvatting

Nadere informatie

Raadsvergadering d.d.: 25 april 2016 Agenda nr: Onderwerp: Vaststellen Algemene subsidieverordening Gemeente Valkenburg aan de Geul 2016

Raadsvergadering d.d.: 25 april 2016 Agenda nr: Onderwerp: Vaststellen Algemene subsidieverordening Gemeente Valkenburg aan de Geul 2016 Raadsnota Raadsvergadering d.d.: 25 april 2016 Agenda nr: Onderwerp: Vaststellen Algemene subsidieverordening Gemeente Valkenburg aan de Geul 2016 Aan de gemeenteraad, 1. Doel, Samenvatting en Advies van

Nadere informatie

Beslisdocument college van Peel en Maas

Beslisdocument college van Peel en Maas Beslisdocument college van Peel en Maas Document openbaar: Ja Zaaknummer: 1894/2016/826080 Documentnummer: 1894/2016/835805 Besluitnummer: 37 7.1 Onderwerp: Stichting Dok6 Theater Advies: 1. De subsidieverlening

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER:

RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: 2018013416 COMMISSIE Burgers op 18 juni 2018 Onderwerp: Burgerinitiatief voor totstandkoming van een Stichting Burgerschuldhulp Asten-Someren Bijlage(n): Vergadering

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER:

RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: 2018029988 Onderwerp: Verordening vestigen uitsluitend recht Collectieve Aanvullende Verzekering Bijlage(n): Vergadering van: -6-25 september 2018 Agendanummer: 18.09.06 JS

Nadere informatie

Concept ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MOERDIJK

Concept ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MOERDIJK Concept ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MOERDIJK De raad van de gemeente Moerdijk; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van >, , inzake de Algemene

Nadere informatie

voortgang van het actieprogramma en de resultaten die hiermee zijn bereikt.

voortgang van het actieprogramma en de resultaten die hiermee zijn bereikt. Raadsvoorstel Agenda nr.8 Onderwerp: Vaststellen Beleidsplan Wmo 2015-2017 Soort: Besluitvormend Opsteller: M. Peijnenburg Portefeuillehouder: T.C.W. Maas Zaaknummer: SOM/2014/012545 Documentnummer: SOM/2014/012546

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER:

RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: 2017037682 COMMISSIE Burgers op 27 november 2017 Onderwerp: Beschikbaar stellen subsidie voor renovatie bestaand en aanleg nieuw kunstgras voetbalveld NWC

Nadere informatie

Subsidieregeling Sociaal Domein gemeente Nieuwkoop 2018

Subsidieregeling Sociaal Domein gemeente Nieuwkoop 2018 Subsidieregeling Sociaal Domein gemeente Nieuwkoop 2018 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nieuwkoop, gelet op het bepaalde in: - Maatschappelijke Structuurvisie 2040 Nieuwkoop

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: AST/2014/011998

RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: AST/2014/011998 RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: AST/2014/011998 COMMISSIE Burgers op 27 november 2014 AGENDANUMMER: 7 Onderwerp: Verordening maatschappelijke ondersteuning Peelgemeente Asten 2015 Bijlage(n):

Nadere informatie

Raadsbesluit Raadsvergadering: 17 december Budgetsubsidie 2015 t/m 2016 Stichting Welzijn Ouderen Heemstede

Raadsbesluit Raadsvergadering: 17 december Budgetsubsidie 2015 t/m 2016 Stichting Welzijn Ouderen Heemstede im ONDERWERP Budgetsubsidie 2015 t/m 2016 Stichting Welzijn Ouderen SAMENVATTING De huidige budgetsubsidie voor de uitvoering van het ouderenwerk door de Stichting Welzijn Ouderen (WOH) loopt tot 1 januari

Nadere informatie

UITVOERINGSPROGRAMMA WELZIJN/WMO 2012

UITVOERINGSPROGRAMMA WELZIJN/WMO 2012 UITVOERINGSPROGRAMMA WELZIJN/WMO 2012 1. INLEIDING Op 7 januari 2008 is de Integrale Welzijnsnota door de gemeenteraad vastgesteld. Daarnaast hanteert de gemeente een Algemene subsidieverordening, op basis

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2015/000619

RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2015/000619 RAADSVOORSTEL BIJ ZAAKNUMMER: AST/2015/000619 Onderwerp: Toekomstvisie brandweerzorg, 1e wijziging begroting VRBZO 2015 en Dekkingsplan 2014 Bijlage(n): Vergadering van: Agendanummer: p.h.: div. 3 maart

Nadere informatie

Subsidieregels Hof van Twente 2016

Subsidieregels Hof van Twente 2016 9. Subsidieregel éénmalige subsidies Sport, Cultuur, Zorg en Jeugd Maatschappelijke effecten Doelstellingen Subdoelstellingen Vergroten zelfredzaamheid Vergroten maatschappelijke participatie Vergroten

Nadere informatie

Deelverordeningen behorend bij de Algemene Subsidieverordening gemeente Lopik 2018

Deelverordeningen behorend bij de Algemene Subsidieverordening gemeente Lopik 2018 Deelverordeningen behorend bij de Algemene Subsidieverordening gemeente Lopik 2018 Deelverordening Jeugdsport 2 Deelverordening maatschappelijke participatie 4 Deelverordening subsidieverlening jaarlijks

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 april 2018 met zaaknummer ;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 april 2018 met zaaknummer ; Gemeente ^l^sten RAADSBESLUIT Onderwerp: Burgerinitiatief voor totstandkoming van een Stichting Burgerschuldhulp Asten-Someren Dagtekening: Agendanummer: 3 juli 2018 18.07.05 De raad van de gemeente Asten;

Nadere informatie

Zienswijze ontwerp begroting 2018 Veiligheidsregio Brabant Zuidoost.

Zienswijze ontwerp begroting 2018 Veiligheidsregio Brabant Zuidoost. gemeente Eindhoven 17R7206 Raadsnummer Inboeknummer 17bst00423 B&W beslisdatum 04 april 2017 Dossiernummer 17.14.151 Raadsvoorstel Zienswijze ontwerp begroting 2018 Veiligheidsregio Brabant Zuidoost. Inleiding

Nadere informatie

Besluit Raad Nr. Datum 0 2 NQV 7fifi

Besluit Raad Nr. Datum 0 2 NQV 7fifi Besluit Raad Nr. Datum 0 2 NQV 7fifi RAADSVOORSTEL ter besluitvorming in de raad Datum Forum vergadering : 15 oktober 2015 Zaaknummer : 178794 Datum Raadsvergadering : 0 2 NOV 2D15 Portefeuillehouder :

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 augustus 2018 met zaaknummer ;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 augustus 2018 met zaaknummer ; Gemeente RAADSBESLUIT Onderwerp: Verordening vestigen uitsluitend recht Collectieve Aanvullende Verzekering Dagtekening: Agendanummer: 25 september 2018 18.09.06 De raad van de gemeente Asten; gezien het

Nadere informatie

Overgangsregelingen. Amateurkunst en volkscultuur. Educatie. Jeugd en Jongeren. Maatschappelijke zorg. Ouderenorganisaties. Buurtverenigingen.

Overgangsregelingen. Amateurkunst en volkscultuur. Educatie. Jeugd en Jongeren. Maatschappelijke zorg. Ouderenorganisaties. Buurtverenigingen. Overgangsregelingen Amateurkunst en volkscultuur Educatie Jeugd en Jongeren Maatschappelijke zorg Ouderenorganisaties Buurtverenigingen Sport Volksfeesten Vrouwenorganisaties Hulp bij calamiteiten Uitvoeringsregeling:

Nadere informatie

Subsidieregeling Recreatie, Toerisme en Evenementen Montferland Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

Subsidieregeling Recreatie, Toerisme en Evenementen Montferland Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Montferland Nr. 11125 16 januari 2019 Subsidieregeling Recreatie, Toerisme en Evenementen Montferland 2019 Het college van burgemeester en wethouders van

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: AST/2014/009141

RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: AST/2014/009141 RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: AST/2014/009141 COMMISSIE Burgers op 13 oktober 2014 Onderwerp: Voorstel over Beleidsplan jeugdhulp in de Peelregio 2015-2016 en de verordening jeugdhulp peelgemeente

Nadere informatie

Wijziging Nadere regels voor subsidieverstrekking Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roosendaal;

Wijziging Nadere regels voor subsidieverstrekking Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roosendaal; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Roosendaal. Nr. 104320 6 november 2015 Wijziging Nadere regels voor subsidieverstrekking 2016 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roosendaal;

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening Haaksbergen (9.16b)

Algemene subsidieverordening Haaksbergen (9.16b) Algemene subsidieverordening Haaksbergen (9.16b) Samenvatting Deze verordening geeft aan welke begrippen bij subsidies worden gebruikt, welke soorten subsidies er zijn, welke regels er gelden voor aanvragen,

Nadere informatie

Raadsvoorstel. 1. Samenvatting. 2. Voorstel. Agenda nr. 4

Raadsvoorstel. 1. Samenvatting. 2. Voorstel. Agenda nr. 4 Raadsvoorstel Agenda nr. 4 Onderwerp: Businesscase samenwerking Peelgemeenten Soort: Kaderstellend Opsteller: I. Janssen Portefeuillehouder: T.C.W. Maas Zaaknummer: SOM/2016/012188 Documentnummer: SOM/2016/013235

Nadere informatie

Naam regeling: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert Citeertitel: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert 2011

Naam regeling: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert Citeertitel: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert 2011 Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie Rubriek: Maatschappelijke Zorg en Welzijn Naam regeling: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert 2011 Citeertitel: Algemene Subsidieverordening gemeente

Nadere informatie

GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD. Datum : 17 januari Voorstel van : college van burgemeester en wethouders

GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD. Datum : 17 januari Voorstel van : college van burgemeester en wethouders GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD Datum : 17 januari 2017 Voorstel van : college van burgemeester en wethouders Onderwerp : Eerste wijziging Algemene subsidieverordening 2014 gemeente Boekel Samenvatting:

Nadere informatie

Beleidsregel Peuteropvang Koggenland 2017.

Beleidsregel Peuteropvang Koggenland 2017. Beleidsregel Peuteropvang Koggenland 2017. Inleiding Algemeen Deze beleidsregel is een uitwerking van de Algemene Subsidieverordening Koggenland (ASV). Zij wordt (ingevolge artikel 2 lid 4 ASV) vastgesteld

Nadere informatie

Nadere regels subsidieverstrekking gemeente Medemblik 2014

Nadere regels subsidieverstrekking gemeente Medemblik 2014 1 Nadere regels subsidieverstrekking gemeente Medemblik 2014 GRONDSLAG 1. Op grond van artikel 2, lid 2 van de Algemene Subsidieverordening Gemeente Medemblik (ASV) kan het college nadere regels stellen

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012

Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012 Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012 De raad van de gemeente Werkendam, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 13 november 2012, gelet op - artikel 149

Nadere informatie

2. Subsidieplafond 2012 wordt vastgesteld op 1.672.599,00 Onderstaand treft u een toelichting op de totstandkoming van dit bedrag.

2. Subsidieplafond 2012 wordt vastgesteld op 1.672.599,00 Onderstaand treft u een toelichting op de totstandkoming van dit bedrag. Voorstel aan de Raad Onderwerp : Vaststelling subsidieplafond en jaarprogramma Raadsvergadering : 10 november 2011 agendapunt : Portefeuillehouder : M.P. Groffen datum : Bestuurlijk kader : Samenleving:

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders besluit:

Het college van burgemeester en wethouders besluit: Openbare besluitenlijst van door burgemeester en wethouders genomen besluiten in week 11 mei t.m. 17 mei 2016. Datum aanmaak: 25.05.2016.. Directie AST/2016/009226 Vaststellen besluitenlijsten en besluitenlijsten

Nadere informatie

gemeente Eindhoven Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven,

gemeente Eindhoven Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven, gemeente Eindhoven Besluit Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven, Gelet op het bepaalde in de Algemene subsidieverordening gemeente Eindhoven, titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht

Nadere informatie

ADVIES BURGEMEESTER EN WETHOUDERS. Datum B&W-vergadering : 21-4-2009 Openbaar Onderwerp :

ADVIES BURGEMEESTER EN WETHOUDERS. Datum B&W-vergadering : 21-4-2009 Openbaar Onderwerp : ADVIES BURGEMEESTER EN WETHOUDERS Datum B&W-vergadering : 21-4-2009 Openbaar Onderwerp : Portefeuillehouder(s) : P. H. Roos, Afdelingshoofd/hoofd BMO: R. Schaatsbergen Paraaf : Paraaf: Afdeling : Samenleving

Nadere informatie

BESLUIT: vast te stellen de navolgende Subsidieregeling Jeugd. Artikel 1

BESLUIT: vast te stellen de navolgende Subsidieregeling Jeugd. Artikel 1 Subsidieregeling Jeugd gemeente Gemeentebestuur Spuiboulevard 300 3311 GR DORDRECHT Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT; gelet op de bepalingen in titel 4.2 van de Algemene

Nadere informatie

Raadsvoorstel 49. Gemeenteraad. Vergadering 8 mei Onderwerp : Besteding regionale middelen WMO 2007

Raadsvoorstel 49. Gemeenteraad. Vergadering 8 mei Onderwerp : Besteding regionale middelen WMO 2007 Raadsvoorstel 49 Vergadering 8 mei 2007 Gemeenteraad Onderwerp : Besteding regionale middelen WMO 2007 B&W vergadering : 27 maart 2007 Dienst / afdeling : SE. MOeD Aan de gemeenteraad, Als één van de uitwerkingen

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening welzijn/zorg gemeente Asten gelet op het bepaalde in de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;

Algemene subsidieverordening welzijn/zorg gemeente Asten gelet op het bepaalde in de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht; CVDR Officiële uitgave van Asten. Nr. CVDR19941_1 3 oktober 2017 Algemene subsidieverordening welzijn/zorg gemeente Asten 2008 De raad van de gemeente Asten; gelezen het voorstel van het college d.d. 29

Nadere informatie

Raadsvoorstel. bezuinigingen op subsidies

Raadsvoorstel. bezuinigingen op subsidies Raadsvoorstel Inleiding Bij de behandeling van de voorjaarsnota 2012 heeft u besloten om vanaf 2014 structureel 300.000,00 te gaan bezuinigen op subsidies. Via dit voorstel wordt u verzocht een besluit

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 juli 2009;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 juli 2009; CVDR Officiële uitgave van Zundert. Nr. CVDR43781_1 14 november 2017 Bijzondere subsidieverordening 2010 De raad van de gemeente Zundert; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 juli

Nadere informatie

Raadsvoorstel. 1. Samenvatting. 2. Voorstel. Agenda nr.8

Raadsvoorstel. 1. Samenvatting. 2. Voorstel. Agenda nr.8 Raadsvoorstel Agenda nr.8 Onderwerp: Gemeenschappelijke Regeling (lichte vorm) t..b.v. het uitvoeren van de Participatiewet door de gemeente Helmond en het beschikbaar stellen van een krediet in de kosten

Nadere informatie

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad Gemeente Langedijk Raadsvergadering : Agendanummer : Portefeuillehouder Afdeling Opsteller : Bert Fintelman : Beleid en Projecten : M. Poel Voorstel aan de raad Onderwerp : Subsidiebeleidskader Sociaal

Nadere informatie

Subsidieregels Hof van Twente 2018

Subsidieregels Hof van Twente 2018 9. Subsidieregel éénmalige subsidies Sport, Cultuur, Zorg en Jeugd Maatschappelijke effecten Doelstellingen Subdoelstellingen Vergroten zelfredzaamheid Vergroten zelfredzaamheid inwoners gemeente Hof van

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr. 3016

GEMEENTEBLAD. Nr. 3016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Pijnacker-Nootdorp. Nr. 3016 11 januari 2017 Subsidieregeling Stimuleringsfonds particulier initiatief 2016 De raad van de gemeente Pijnacker-Nootdorp; gezien

Nadere informatie

1. Beslispunten 1. Het Beleidskader financiering zorg, welzijn, kunst, cultuur en toerisme Gooise Meren 2018 (bijlage 1) vast te stellen.

1. Beslispunten 1. Het Beleidskader financiering zorg, welzijn, kunst, cultuur en toerisme Gooise Meren 2018 (bijlage 1) vast te stellen. Raadsvoorstel Zaaknummer Portefeuillehouder Voorstel 621019 Mw. drs. M.A.H. van Meerten-Kok, wethouder Vaststellen van het Beleidskader financiering zorg, welzijn, kunst, cultuur en toerisme Gemeente Gooise

Nadere informatie

leefbaarheid, sport en cultuur

leefbaarheid, sport en cultuur Subsidieregeling gemeente Scherpenzeel 2018 leefbaarheid, sport en cultuur citeertitel: Subsidieregeling gemeente Scherpenzeel 2018 vastgesteld bij besluit van: 20 maart 2018 20 februari 2018-1- Subsidieregeling

Nadere informatie

1. Raadsbesluit 2. Subsidieverdeling op grond van nieuwe regeling

1. Raadsbesluit 2. Subsidieverdeling op grond van nieuwe regeling Aan de Raad Made, 23-10-2007 Aan de commissie: Inwonerszaken Datum vergadering: 21 november 2007 Agendapunt : 8 Raadsvergadering: 13 december 2007 Onderwerp: Subsidies voor volksfeesten en evenementen

Nadere informatie

VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie BURGERS, gehouden op 13 januari 2014 in de raadzaal van het gemeentehuis.

VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie BURGERS, gehouden op 13 januari 2014 in de raadzaal van het gemeentehuis. COMMISSIE BURGERS VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie BURGERS, gehouden op 13 januari 2014 in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn: De voorzitter De leden De genodigden

Nadere informatie

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie ALGEMENE ZAKEN en CONTROL, gehouden op 15 mei 2014 in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn:

Nadere informatie

Uitrol in Waalwijk Het project beoogt zowel op de korte als de lange termijn

Uitrol in Waalwijk Het project beoogt zowel op de korte als de lange termijn B01 Project wijk-ggd'er Personen met verward gedrag Als reactie op een toename van incidenten en problematiek rondom personen met verward gedrag is een landelijk aanjaagteam verwarde personen opgericht,

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016

Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Landsmeer. Nr. 115833 22 augustus 2016 Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016 gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woensdrecht

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woensdrecht Subsidieregeling eenmalige subsidie Woensdrecht Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woensdrecht Gelet op artikel 160 van de Gemeentewet, de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene

Nadere informatie

Kennis te nemen van de ontwerpbegroting van de uitvoeringsorganisatie Peel 6.1. en verder afzien van het indienen van een zienswijze.

Kennis te nemen van de ontwerpbegroting van de uitvoeringsorganisatie Peel 6.1. en verder afzien van het indienen van een zienswijze. Raadsvoorstel Agenda nr.4 Onderwerp: begroting 2014-2015 uitvoeringsorganisatie Peel 6.1 Soort: Besluitvormend Opsteller: A.G.M. Laeven Portefeuillehouder: T.C.W. Maas Zaaknummer: SOM/2014/007808 1. Samenvatting

Nadere informatie

RAADSVERGADERING d.d. 9 november 2017

RAADSVERGADERING d.d. 9 november 2017 RAADSVERGADERING d.d. 9 november 2017 Zaaknummer Z-17-009120 Voorstelnummer DOC-17-028100 Onderwerp Subsidieplafonds 2018 Agendapunt Portefeuillehouder(s) Joset Fit Afdelingshoofd(en) Dennis Wering Besluit

Nadere informatie

G e m e e n t e S l u i s

G e m e e n t e S l u i s Raadsvoorstel Pag. 1 Datum vergadering 24 september 2009 Nr. 9 Omschrijving agendapunt Portefeuillehouder Voorstel om de jaarrekening/jaarverslag 2008 van GGD Zeeland vast te stellen en om niet in te stemmen

Nadere informatie

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING STRIJEN 2008

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING STRIJEN 2008 BELEIDSREGELS & BEREKENING SUBSIDIES STRIJEN 2013-2016 OP GROND VAN DE ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING STRIJEN 2008 Deze beleidsregels treden in werking op 1 juli 2012 De definitieve subsidiebeschikkingen

Nadere informatie

Beleidsregel activiteitensubsidies Welzijn gemeente Eijsden-Margraten 2017

Beleidsregel activiteitensubsidies Welzijn gemeente Eijsden-Margraten 2017 Beleidsregel activiteitensubsidies Welzijn gemeente Eijsden-Margraten 2017 Artikel 1 Doelomschrijving Onverminderd het bepaalde in de Algemene subsidieverordening Welzijn gemeente Eijsden- Margraten 2017

Nadere informatie

Vastgesteld 3 november 2015

Vastgesteld 3 november 2015 Vastgesteld 3 november 2015 GEMEENTERAAD VERSLAG van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten gehouden op dinsdag 6 oktober 2015 in de raadzaal van het gemeentehuis. Aanwezig: De voorzitter

Nadere informatie

Aan de Raad. Made, 20 mei 2008. Ontwerp begroting GROGZ 2009

Aan de Raad. Made, 20 mei 2008. Ontwerp begroting GROGZ 2009 Aan de Raad Made, 20 mei 2008 Raadsvergadering: 26 juni 2008 Nummer raadsnota: 19 Onderwerp: Ontwerp begroting GROGZ 2009 Portefeuillehouder: Bijlagen: Ter inzage: Drs. J. Krook Ambtelijke coördinatie:

Nadere informatie

Subsidieregeling stimuleringsfonds particulier initiatief 2015

Subsidieregeling stimuleringsfonds particulier initiatief 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Pijnacker-Nootdorp. Nr. 44114 22 mei 2015 Subsidieregeling stimuleringsfonds particulier initiatief 2015 De raad van de gemeente Pijnacker-Nootdorp; gezien het

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: bezuinigingen op subsidies

Collegevoorstel. Zaaknummer: bezuinigingen op subsidies Zaaknummer: 00341259 : Collegevoorstel Inleiding Bij de behandeling van de voorjaarsnota 2012 heeft de raad besloten om vanaf 2014 structureel 300.000,00 te gaan bezuinigen op subsidies. U wordt hierna

Nadere informatie

Gemeente ^" Albrandsuuaard

Gemeente ^ Albrandsuuaard 25 Gemeente ^" RAADSBESLUIT Besluit nr.: 90701 Onderwerp: Ie gewijzigde Algemene subsidieverordening Albrandswaard 2010 De raad van de gemeente Albrandswaard; Gezien het voorstel van het college van de

Nadere informatie

Beleidsregel: Incidentele subsidiëring sociaal culturele en welzij nsactiviteiten Behorende bij de Algemene subsidieverordening gemeente Emmen 2011

Beleidsregel: Incidentele subsidiëring sociaal culturele en welzij nsactiviteiten Behorende bij de Algemene subsidieverordening gemeente Emmen 2011 Beleidsregel: Incidentele subsidiëring sociaal culturele en welzij nsactiviteiten Behorende bij de Algemene subsidieverordening gemeente Emmen 2011 Collegebesluit d.d. 01-11-2011 reg.nr. 11.0850 Publicatiedatum:

Nadere informatie

Gemeente Baarn - subsidieregeling Peuteropvang en Voorschoolse educatie gemeente Baarn (gewijzigd)

Gemeente Baarn - subsidieregeling Peuteropvang en Voorschoolse educatie gemeente Baarn (gewijzigd) GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Baarn Nr. 54737 15 maart 2018 Gemeente Baarn - subsidieregeling Peuteropvang en Voorschoolse educatie gemeente Baarn (gewijzigd) Collegebesluit Zaaknummer

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Houten; gelet op de Algemene subsidieverordening gemeente Houten; besluit vast te stellen de Subsidieregeling beoordelingscriteria en verplichtingen:

Nadere informatie

B&W Vergadering. 1. de visienotitie cliëntondersteuning sociaal domein 2017 e.v. vast te stellen;

B&W Vergadering. 1. de visienotitie cliëntondersteuning sociaal domein 2017 e.v. vast te stellen; 2.2.13 Visienotitie clientondersteuning sociaal domein 1 Dossier 799 voorblad.pdf B&W Vergadering Dossiernummer 799 Vertrouwelijk Nee Vergaderdatum 13 september 2016 Agendapunt 2.2.13 Omschrijving Visienotitie

Nadere informatie

Subsidieregelingen 2017 Gemeente Krimpenerwaard

Subsidieregelingen 2017 Gemeente Krimpenerwaard Subsidieregelingen 2017 Gemeente Krimpenerwaard Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpenerwaard, gehouden op 25 april 2015. de secretaris, de burgemeester, mw.

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling subsidies incidentele activiteiten 2012

Uitvoeringsregeling subsidies incidentele activiteiten 2012 Uitvoeringsregeling subsidies incidentele activiteiten 2012 Burgemeester en wethouders van Doetinchem; overwegende dat het gewenst is activiteiten te stimuleren op de volgende onderdelen van de zorg, sport

Nadere informatie

DISCUSSIENOTITIE VOOR DE COMMISSIE

DISCUSSIENOTITIE VOOR DE COMMISSIE DISCUSSIENOTITIE VOOR DE COMMISSIE Onderwerp: Toekomst peuterspeelzaalwerk 2016 Registratienummer: 00537810 Op voorstel B&W d.d.: 31 maart 2015 Datum vergadering: 29 april 2015 Portefeuillehouder: M. Schlösser

Nadere informatie

Regeling subsidie armoedebeleid gemeente Oisterwijk 2019.

Regeling subsidie armoedebeleid gemeente Oisterwijk 2019. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Oisterwijk Nr. 205711 27 september 2018 Regeling subsidie armoedebeleid gemeente Oisterwijk 2019 Wij willen dat geen van de inwoners van de gemeente Oisterwijk

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN Algemene subsidieverordening gemeente Oldebroek Nr. 65148 De raad van de gemeente Oldebroek; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 juli 2010; gelet op artikel 149 van

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening GOES 2011

Algemene subsidieverordening GOES 2011 Algemene subsidieverordening GOES 2011 De raad van de gemeente Goes; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 juni 2011; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet; b e s

Nadere informatie

Nadere regels subsidies vrijwilligersorganisaties gemeente Epe 2016

Nadere regels subsidies vrijwilligersorganisaties gemeente Epe 2016 Nadere regels subsidies vrijwilligersorganisaties gemeente Epe 2016 Burgemeester en Wethouders van de gemeente Epe, overwegende dat het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan de beleidsdoelen

Nadere informatie

Onderwerp : Evaluatie kadernota minimabeleid en kadernota minimabeleid

Onderwerp : Evaluatie kadernota minimabeleid en kadernota minimabeleid Raadsvoorstel *Z0298FEAD10* Aan de raad Documentnummer : INT-16-25262 Afdeling : Samenleving Onderwerp : Evaluatie kadernota minimabeleid 2012- en kadernota minimabeleid 2016-2019 Inleiding Het minimabeleid

Nadere informatie

12 Stiens, 28 juli 2014

12 Stiens, 28 juli 2014 12 Stiens, 28 juli 2014 Raadsvergadering: 4 september 2014 Voorstelnummer: 2014/49 Portefeuillehouder: C. Vos Behandelend ambtenaar: Jitske Bosch E-mail: j.bosch@leeuwarderadeel.nl Telefoonnr. : 058-2576668

Nadere informatie

Collegevoorstel 105/2003. Registratienummer Opgesteld door, telefoonnummer L.Deurloo, Programma openbare gezondheidszorg

Collegevoorstel 105/2003. Registratienummer Opgesteld door, telefoonnummer L.Deurloo, Programma openbare gezondheidszorg 105/2003 Registratienummer 3.1327 Opgesteld door, telefoonnummer L.Deurloo, 2230 Programma openbare gezondheidszorg Portefeuillehouder G.J.M. van Rumund Onderwerp van het voorstel financiering jeugdgezondheidszorg

Nadere informatie

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL

COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN en CONTROL VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie ALGEMENE ZAKEN en CONTROL, gehouden op 25 april 2013 in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn:

Nadere informatie

Raadsvoorstel. 1. Samenvatting. 2. Voorstel. 3. Inleiding. 3.1 Aanleiding, achtergrond. Agenda nr. 4

Raadsvoorstel. 1. Samenvatting. 2. Voorstel. 3. Inleiding. 3.1 Aanleiding, achtergrond. Agenda nr. 4 Raadsvoorstel Agenda nr. 4 Onderwerp: Instemmen met het vormen van een bestemmingsreserve voor de 3 transities (Wmo,Jeugd en Participatiewet) Soort: Besluitvormend Opsteller: M.J.A. Lammers Portefeuillehouder:

Nadere informatie

Portefeuillehouder : W.J.J. Ligtenberg Datum collegebesluit : 16 februari 2016 Corr. nr.:

Portefeuillehouder : W.J.J. Ligtenberg Datum collegebesluit : 16 februari 2016 Corr. nr.: Preadvies Portefeuillehouder : W.J.J. Ligtenberg Datum collegebesluit : 16 februari 2016 Corr. nr.: 2016.02807 Onderwerp : GGD: Kadernota 2017 'Gezondheid gaat verder' Programma : 2. Welzijn, zorg en onderwijs

Nadere informatie

3. het basissubsidiebedrag voor 2018 eenmalig te verhogen met C ,--, zodat het

3. het basissubsidiebedrag voor 2018 eenmalig te verhogen met C ,--, zodat het RAADSVOORSTEL Aan de gemeenteraad. Agendapunt: Datum: 7 19 december 2017 Onderwerp Financiële stukken stichting zwembad "Den Inkel" en subsidieovereenkomst 2018 case: 17001805 programma/paragraaf: sport,

Nadere informatie

Gemeente Haarlem. Drs. Jur Botter, MPA. Retouradres: Stadhuis, Postbus PB Haarlem

Gemeente Haarlem. Drs. Jur Botter, MPA. Retouradres: Stadhuis, Postbus PB Haarlem Gemeente Drs. Jur Botter, MPA. Wethouder Wmo, Welzijn, Volksgezondheid, Cultuur en Vastgoed Retouradres: Stadhuis, Postbus 511 2003 PB Aan de commissie Samenleving Datum Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer

Nadere informatie

CONCEPT. VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie BURGERS, gehouden op maandag 31 oktober 2011 in de raadzaal van het gemeentehuis.

CONCEPT. VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie BURGERS, gehouden op maandag 31 oktober 2011 in de raadzaal van het gemeentehuis. COMMISSIE BURGERS VERSLAG van de openbare vergadering van de commissie BURGERS, gehouden op maandag 31 oktober 2011 in de raadzaal van het gemeentehuis. - - - - - Aanwezig zijn: De voorzitter De leden

Nadere informatie

COLLEGEVOORSTEL. Onderwerp Verlening budgetsubsidies 2015 (2 e tranche)

COLLEGEVOORSTEL. Onderwerp Verlening budgetsubsidies 2015 (2 e tranche) COLLEGEVOORSTEL Onderwerp Verlening budgetsubsidies 2015 (2 e tranche) Te besluiten om 1. Op grond van de verleningsinformatie en subsidieovereenkomsten over te gaan tot subsidieverlening aan de instellingen

Nadere informatie

Openbaar. Frictiekosten Museum het Valkhof en stichting LUX. Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad.

Openbaar. Frictiekosten Museum het Valkhof en stichting LUX. Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad. Openbaar Onderwerp Frictiekosten Museum het Valkhof en stichting LUX Programma / Programmanummer Cultuur / 1071 Portefeuillehouder B. Velthuis Samenvatting De afgelopen jaren zijn er verschillende generieke

Nadere informatie

Onderwerp Programmabegroting 2012 Samenwerkingsverband Regio Eindhoven

Onderwerp Programmabegroting 2012 Samenwerkingsverband Regio Eindhoven Raadsvoorstel Bevoegdheid Raad Vergadering Gemeenteraad Oirschot Vergaderdatum: 31 mei 2011 Registratienummer: 2011/45 Agendapunt nummer: 16 Onderwerp Programmabegroting 2012 Samenwerkingsverband Regio

Nadere informatie